Resultaten project 'Terugdringen Administratieve Lasten'

Transcriptie

1 Gedeputeerde Staten provincie Zeeland bericht op briet van: uw kenmerk: Voorzitter Provinciale Staten van Zeeland t.a.v. de Statengriffie ons kenmerk: afdeling: Bestuur bijlage(n): Rapport 'Eindmeting Administratieve Lasten provincie Zeeland' behandeld door: drs. ing. G.A.B. Bouziani doorkiesnummer: (0118) onderwerp: Resultaten project 'Terugdringen Administratieve Lasten' verzonden: Middelburg, 18 januari JAN Geachte voorzitter. Hierbij bieden wij u het rapport 'Eindmeting Administratieve Lasten provincie Zeeland' aan. Daarmee ronden wij succesvol het project voor de aanpak van de administratieve lasten (AL) voor bedrijven en instellingen af. De eindmetingen laten zien dat de provincie Zeeland een merkbare lastenreductie heeft gerealiseerd van 29% op autonome regelgeving. Daarnaast heeft de provincie, ondanks de beperkte beleids- en uitvoeringsvrijheid, ook de lasten op medebewindstaken weten te reduceren met 6%. Met betrekking tot alle regelgeving (medebewind en autonoom) is een AL vermindering van 63% gerealiseerd t.o.v Op de totale lastenreductie (Rijk en provincie) van ca. E 5 mln. per jaar heeft een geraamde E 1 mln. per jaar merkbaar effect op de bedrijven en instellingen binnen de provincie. Concreet betekent dit een afname in de tijdsbesteding en kosten van Zeeuwse bedrijven en instellingen om aan informatieverplichtingen te voldoen die voortvloeien uit regelgeving die door de provincie is uitgevoerd. Een geraamde E 4 miljoen per jaar is grotendeels door herschikking van overheidstaken verschoven naar andere bestuurslagen. Nulmeting 2004 In 2004 heeft het college een zgn. nulmeting uit laten voeren naar de administratieve lastendruk voor bedrijven en instellingen in Zeeland. Daaruit bleek dat de provincie met de uitvoering van autonome en medebewindstaken jaarlijks f aan AL veroorzaakte. Een significant deel van 65% (E ) hing samen met de uitvoering van de (Rijkswet) 'Wet Milieubeheer'. Vervolgtraject In ons collegeprogramma 'Nieuwe Verbindingen ' hebben wij voor het vervolg aangekondigd in te willen zetten op een meetbare AL vermindering van 25% t.o.v. de nulmeting van In de aanpak is vooral gekeken naar de primaire lastenveroorzakers en zijn waar mogelijk maatregelen genomen om de lastendruk voor bedrijven en instellingen terug te dringen. Daarbij is ook aandacht geweest voor landelijke ontwikkelingen, zoals het 'Rijksbrede Subsidiekader' (RSK) en de Zeeuwse vertaling daarvan in de ASV. Daarnaast zijn de 'ervaren lasten' van ondernemers in beeld gebracht. De resultaten van 'Het Bewijs van Goede Dienst' (BVGD) hebben wij reeds eerder met u gedeeld.

2 l-meting en nieuwe nulmeting 2010 Als sluitstuk van het project is in het vierde kwartaal van 2010 onderzoek gedaan naar de kwantitatieve effecten van verbetermaatregelen en wijzigingen in wet- en regelgeving op de jaarlijks door de provincie veroorzaakte AL. Het onderzoek richtte zich op een l-meting om de afname van AL t.o.v. nulmeting 2004 vast te stellen en een nieuwe nulmeting ter markering van een nieuw referentiepunt. De resultaten treft u aan in eerder genoemd rapport. Tot slot melden wij dat het thema lastendrukvermindering ook opgenomen is in het regeerakkoord van het kabinet Rutte. Daarin streeft het kabinet naar een AL reductie voor bedrijven in 2012 met 12% t.o.v. de situatie in 2010 en na 2012 een jaarlijkse reductie van 5%. De minister van BZK heeft tijdens de begrotingsbehandeling BZK toegezegd in het eerste kwartaal van een aanpak voor het verder verbeteren van de dienstverlening en vermindering van de AL voor burgers, professionals en medeoverheden te zullen presenteren. In het licht van de huidige resultaten en op basis van een eventueel nieuw bestuursakkoord tussen Rijk en provincies kan het nieuwe college van Gedeputeerde Staten beoordelen of een vervolg van het AL project nuttig en nodig is. Hoogachtend, gedeputeerde staten, Behoort bij brief d.d 18 januari met ons kenmerk: van de afdeling Bestuur

3 Eindmeting Administratieve Lasten provincie Zeeland Het vaststellen van de Administratieve Lasten per 2011 en de wijzigingen die in provinciale en rijksregelgeving zijn doorgevoerd

4 Eindmeting Administratieve Lasten provincie Zeeland Het vaststellen van de Administratieve Lasten per 2011 en de wijzigingen die in provinciale en rijksregelgeving zijn doorgevoerd Nieuwegein, 16 december 2010 drs. ing. P.M.H.H. Bex drs. ing. R.E. Blank F.S. Goo MSc. SIRA Consulting is inhoudelijk verantwoordelijk voor deze rapportage. De in deze rapportage opgenomen teksten en onderzoeksresultaten mogen uitsluitend worden gebruikt als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van SIRA Consulting. SIRA Consulting aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. SIRA Consulting - 2 -

5 Inhoudsopgave Managementsamenvatting 3 1 Inleiding 5 2 Uitgangspunten en werkwijze Uitgangspunten Standaardkostenmodel 8 3 Wijzigingen in de regelgeving Wijzigingen in provinciale regelgeving Wijzigingen rijksregelgeving 12 4 Resultaten 1-meting Totale AL provincie Reductie per bestuurslaag Kwalitatieve resultaten 18 5 Resultaten nieuwe nulmeting Nieuwe provinciale regelgeving Nieuwe regelgeving vanuit het rijk AL nieuwe nulmeting Effecten invoering rijkssubsidiekader 24 6 Conclusies 26 7 Ontwikkelingen voor regeldruk in de toekomst 28 Bijlagen I II III Overzicht wijzigingen en ontwikkelingen voor de 1-meting Overzicht wijzigingen en ontwikkelingen voor de 0-meting Overzicht algemene ontwikkelingen van de provincie Zeeland IV Administratieve Lasten per regelgeving 1-meting 2010 V Administratieve Lasten per regelgeving nieuwe nulmeting 2010

6 Managementsamenvatting Achtergrond De provincie Zeeland heeft in haar collegeprogramma Nieuwe verbindingen de ambitie uitgesproken om de Administratieve Lasten (AL) 1 in 2011 met 25% te hebben verminderd ten opzichte van de provinciale nulmeting die in 2004 is uitgevoerd. Om inzicht te krijgen in de huidige stand van zaken ten aanzien van deze AL-reductie heeft de provincie Zeeland een 1- meting uitgevoerd met als peildatum 31 december Hierbij is onderscheid gemaakt in de wijzigingen en ontwikkelingen die enerzijds vanuit de provincie zelf (autonome regelgeving) en anderzijds vanuit het Rijk (medebewindsregelgeving) zijn doorgevoerd. Deze 1-meting is vervolgens omgezet naar een nieuwe nulmeting, die als nieuw ijkpunt dient. Hiervoor is eveneens de peildatum 31 december 2010 gehanteerd. Beide metingen beperken zich daarnaast tot de AL van de doelgroepen bedrijven en maatschappelijke instellingen. De provincie kan met deze nieuwe nulmeting haar toekomstige ontwikkelingen en wijzigingen in het kader van AL doorrekenen. Meetmethodiek Om de AL te bepalen, zijn bij de 1-meting dezelfde provinciale producten opgenomen die in 2004 zijn gemeten. Hiermee wordt de vergelijkbaarheid met de AL in 2004 gewaarborgd. Voor het berekenen van de AL is gebruik gemaakt van het kostenmodel 2 uit de meting van Op basis van interviews met de provinciale beleidsmedewerkers is nagegaan wat de effecten zijn geweest als gevolg van wijzigingen in regelgeving en procedures die vanaf 2004 zijn doorgevoerd. Hierbij is aan de provinciale beleidsmedewerkers ook gevraagd een schatting te maken van de tijdsbestedingen voor de doelgroepen om aan de informatieverplichtingen te voldoen. Voor de nieuwe nulmeting is eveneens gebruik gemaakt van het kostenmodel. Voor de productselectie van de nieuwe nulmeting is het Pareto principe 3 gehanteerd. Dit betekent dat met een beperkt aantal provinciale producten een groot deel van de AL kan worden gemeten. Deze productselectie van de nieuwe nulmeting bestaat deels uit producten van de 1-meting en deels uit nieuwe producten. Totale AL provincie Zeeland De AL in 2004 bedroegen 7,9 miljoen per jaar. Door wijzigingen die vanuit de provincie en het Rijk zijn doorgevoerd, bedragen deze lasten thans nog 2,9 miljoen per jaar. Dit betekent dat de AL met 5 miljoen (63%) zijn afgenomen. In onderstaande tabel is weergegeven hoe deze ALreductie is verdeeld. Hieruit blijkt dat de provincie Zeeland door eigen verbetermaatregelen 29% AL-reductie voor haar autonome regelgeving heeft behaald. Daarnaast heeft de provincie in medebewindsregelgeving een AL-reductie van 6% behaald. Deze reductie is relatief lager, omdat de provincie bij regelgeving in medebewind beperkte uitvoerings- en beleidsvrijheid heeft. Het Rijk 1 Administratieve Lasten zijn de kosten voor het bedrijfsleven om te voldoen aan informatieverplichtingen voortvloeiend uit wet- en regelgeving van de overheid. Het gaat om het verzamelen, bewerken, registreren, bewaren en ter beschikking stellen van informatie. 2 Dit kostenmodel is een instrument waarmee de AL voor een beleidsterrein kunnen worden berekend, inzichtelijk worden gemaakt en kunnen worden gepresenteerd. 3 Het Pareto principe, ook bekend als de 80/20 regel, geeft aan dat een relatief klein aantal oorzaken verantwoordelijk is voor het merendeel van het resultaat. SIRA Consulting - 3 -

7 heeft een AL-reductie van 55% behaald bij medebewindsregelgeving. Een groot deel van deze reductie is behaald door decentralisatie. Hierin zijn bevoegdheden van de provincie, bijvoorbeeld als gevolg van de inwerkingtreding van de Waterwet, naar andere bestuursorganen verschoven. Tabel I. Samenvatting AL-reductie per type regelgeving en bestuursorgaan autonome regelgeving medebewindsregelgeving Totale AL (absoluut) AL Totale AL-reductie (relatief) Reductie door provincie % Reductie door Rijk % AL % Totale AL-Reductie per type regelgeving (relatief) 29% 65% Conclusies De provincie Zeeland heeft de afgelopen periode een groot aantal verbetermaatregelen getroffen die de regeldruk hebben verminderd. Naast deze maatregelen zijn ook vanuit het Rijk wijzigingen doorgevoerd die tot een AL-reductie hebben geleid. Dit heeft tot gevolg dat: De provincie voor haar autonome regelgeving voldoet aan haar voorgenomen doelstelling. De provincie voor haar medebewindsregelgeving niet aan haar voorgenomen doelstelling voldoet. Dit komt doordat de provincie in deze type regelgeving minder beleids- en uitvoeringsvrijheid heeft. Het Rijk een grotere AL-reductie heeft behaald, maar niet de meeste genomen maatregelen niet tot een merkbare lastenreductie hebben geleid voor bedrijven en maatschappelijke instellingen. Alle provinciale genomen maatregelen leiden wel tot merkbare AL-reductie. De provincie heeft nog ruimte om de AL ten opzichte van 2010 verder merkbaar te reduceren. Hierbij kan worden gedacht aan de verdere implementatie van het rijkssubsidiekader. Met de genomen maatregelen moeten toekomstige significante reductie in medebewindsregelgeving worden gezocht. Dit zal regelmatig in overleg met het Rijk moeten gebeuren. Toekomstige ontwikkelingen Voorkom Administratieve Lasten. De provincie Zeeland heeft een stappenplan opgesteld, waarmee de afweging gemaakt kan worden over de noodzaak voor het treffen van nieuwe regelgeving ten opzichte van de AL die hiermee worden veroorzaakt. Breng lasten integraal in beeld. De doelgroepen ervaren niet alleen AL, maar ook lasten uit toezicht en naleving. De provincie kan hierbij ook nagaan wat haar eigen lasten en kosten zijn om regelgeving uit te voeren. Voer het verbeterplan uit van Bewijs van Goede Dienst. SIRA Consulting - 4 -

8 1 Inleiding De onderwerpen deregulering, Administratieve lasten 4 en tegenstrijdige regelgeving staan al enige tijd op de nationale en provinciale politieke agenda. Het bedrijfsleven en burgers ervaren de overheid vaak als oorzaak van té veel, té gedetailleerde, niet-handhaafbare en soms zelfs tegenstrijdige regelgeving. Zowel op nationaal als op decentraal niveau wordt binnen de overheid gewerkt aan het terugdringen van deze lasten. De provincie Zeeland heeft in haar collegeprogramma Nieuwe verbindingen de ambitie uitgesproken om de AL in 2011 met 25% te verminderen ten opzichte van de provinciale nulmeting die in 2004 is uitgevoerd. In dit project zijn de AL, die de provincie Zeeland voor een aantal doelgroepen veroorzaakt, in kaart gebracht. Hierbij gaat het zowel om regelgeving in medebewind als om autonome regelgeving. Om inzicht te krijgen in de huidige stand van zaken ten aanzien van de AL-reductie, heeft de provincie Zeeland een 1-meting uitgevoerd. Hierbij is nagegaan wat de voortgang is van deregulering ten opzichte van 2004 en tot welke effecten dit heeft geleid. In het onderzoek zijn deze effecten specifiek opgesplitst, zodat de provincie zelf inzicht heeft in de prestaties die de provincie Zeeland de afgelopen jaren heeft gerealiseerd en welke deel van de reductie is toe te schrijven aan wijzigingen in rijksregelgeving. De meting van dit onderzoek is eveneens omgezet naar een nieuwe nulmeting met als peildatum 1 januari Deze nieuwe nulmeting kan de komende jaren worden gebruikt voor het toetsen van de prestaties die de provincie Zeeland ten aanzien van verdere deregulering wil realiseren. 4 Voor de term Administratieve Lasten wordt in deze offerte de afkorting AL gebruikt. SIRA Consulting - 5 -

9 2 Uitgangspunten en werkwijze 2.1 Uitgangspunten Administratieve Lasten Om haar publieke belangen te kunnen waarborgen legt de overheid aan het bedrijfsleven, burgers en medeoverheden verplichtingen op tot het doen of nalaten van handelingen of gedragingen (inhoudelijke verplichtingen) en daarnaast verplichtingen tot het verschaffen van informatie over die handelingen en gedragingen (informatieverplichtingen). Om aan de informatieverplichtingen te voldoen moeten burgers, bedrijven en medeoverheden handelingen uitvoeren zoals het invullen van formulieren, registreren en bewaren van informatie of het verzamelen van aanvullende informatie. Naast bedrijven en burgers hebben ook andere overheidsorganen informatieverplichtingen tegenover het bevoegd gezag. De kosten die hierbij ontstaan zijn gedefinieerd als Administratieve Lasten (zie onderstaand kader). Kader 1. Definitie Administratieve Lasten Administratieve Lasten Administratieve Lasten zijn de kosten voor het bedrijfsleven om te voldoen aan informatieverplichtingen voortvloeiend uit wet- en regelgeving van de overheid. Het gaat om het verzamelen, bewerken, registreren, bewaren en ter beschikking stellen van informatie. Deze kosten hebben betrekking op de door de bedrijven bestede tijd (uitgedrukt in uren en vermenigvuldigd met een uurtarief) en de gemaakte (out-of-pocket) kosten (uitgedrukt in euro s). 1-meting In dit onderzoek zijn zowel een 1-meting 2010 als een nieuwe nulmeting verricht. Beide metingen zijn gebaseerd op de resultaten van de AL-meting in Voor de berekening van de AL voor de 1-meting 2010 is gebruik gemaakt van de methodiek Meten is Weten 5, die eveneens in de AL-meting van 2004 is toegepast. Om de vergelijkbaarheid verder te waarborgen, zijn in de 1-meting alleen de provinciale producten gemeten die in de de AL-meting van 2004 zijn opgenomen. Hiermee wordt de vergelijkbaarheid tussen de 1-meting en de AL-meting van 2004 geborgd. Nieuwe nulmeting De nieuwe nulmeting is uitgevoerd conform de nieuwe handleiding Meten is Weten II 6. In deze methodiek zijn een aantal punten gewijzigd, maar het betreft geen wijziging in de meetmethodiek voor de AL. De productselectie voor de nieuwe nulmeting bestaat deels uit de provinciale 5 Handleiding Administratieve Lasten - Meten is Weten, Ministerie van Financiën, december Handleiding voor het definiëren en meten van Administratieve Lasten voor het bedrijfsleven - Meten is Weten II, Regiegroep Regeldruk, juni SIRA Consulting - 6 -

10 producten van de AL-meting in 2004 en deels uit nieuwe producten die per 31 december 2010 gelden. Het Pareto principe De provincie Zeeland kan op verschillende manieren inzicht verkrijgen in de aard en de omvang van de Administratieve Lasten. Hierbij kan een meting worden uitgevoerd waarbij alle producten worden onderzocht of een selectie worden gemaakt op basis van het Pareto principe. Dit Pareto principe, ook bekend als de 80/20 regel, geeft aan dat een relatief klein aantal oorzaken verantwoordelijk is voor het merendeel van het resultaat. Voor de 1-meting is dit principe niet gehanteerd. Dit is om de vergelijkbaarheid met de meting in 2004 te waarborgen. Derhalve zijn in de 1-meting alle producten opgenomen van de AL-meting in Bij de productselectie van de nieuwe nulmeting zijn deels de producten uit de 1-meting en deels de nieuwe provinciale producten opgenomen. Hierbij is uitgegaan van het Pareto principe, waardoor in de nieuwe nulmeting met een beperkt aantal provinciale producten een groot deel van de AL is gemeten. Invloed van de provincie Zeeland op de regelgeving De provincie Zeeland kan de lasten niet op alle onderdelen beïnvloeden en dus reduceren. Bepaalde verplichtingen worden namelijk voorgeschreven door landelijke en Europese regelgeving (de zogenaamde regelgeving in medebewind). Voor deze verplichtingen is in meer of mindere mate landelijk of zelfs Europees bepaald welke handelingen worden gehanteerd en welke procedure hierbij moet worden doorlopen. De provincie heeft hierin beperkte vrijheid om aanvullende eisen te stellen of de uitvoering hiervan te regelen. Dit is afhankelijk van de beleids- en/of uitvoeringsvrijheid die hiervoor in de landelijke regelgeving wordt gegeven. Kader 2. Definitie medebewind en autonoom Medebewind en autonome regelgeving Regelgeving in medebewind met beleids- en/of uitvoeringsvrijheid De regelgeving wordt door het Rijk opgesteld. De provincie Zeeland heeft de vrijheid om aanvullende regels te stellen en is vrij in de wijze van uitvoering. Voorbeelden hiervan zijn: Flora- en Faunawet. Wet Milieubeheer Autonome regelgeving De regelgeving wordt opgesteld door de provincie Zeeland. De provincie bepaalt zelf het beleid en de daarbij gestelde regels, vergunningen en subsidies. Voorbeelden hiervan zijn subsidies zoals: Topsportregeling. Besluit financiële bepalingen bodemsanering. Eenmalige lasten Naast de bovengenoemde AL zullen de diverse doelgroepen ook additionele lasten hebben voor de kennisname van de wijzigingen in de regelgeving. Vanwege de zeer diverse aard van de wijzigingen zullen deze eenmalige lasten niet mee worden genomen in de verdere rapportage. SIRA Consulting - 7 -

11 2.2 Standaardkostenmodel Om de totale AL van de provincie Zeeland op 31 december 2010 te bepalen (1-meting), zijn op basis van het kostenmodel uit de AL-meting van 2004 de Administratieve Lasten berekend. Dit kostenmodel is een instrument waarmee de AL voor een beleidsterrein kunnen worden berekend, inzichtelijk worden gemaakt en kunnen worden gepresenteerd. Het AL-kostenmodel van 2004 heeft als vertrekpunt gediend voor het uitvoeren van de 1-meting. Dit waarborgt de onderlinge vergelijkbaarheid en maakt de voortgang van de AL-vermindering door de tijd inzichtelijk. Op basis van interviews met beleidsmedewerkers is nagegaan wat de effecten zijn geweest als gevolg van wijzigingen in regelgeving en procedures die de afgelopen jaren zijn doorgevoerd. Om deze effecten te kwantificeren is gebruik gemaakt van de basisgegevens van het ALkostenmodel uit 2004 en normtijden voor handelingen die worden gehanteerd door de verschillende overheden, zoals ministeries, gemeenten en andere provincies. Daarnaast is de provinciale beleidsmedewerkers gevraagd een schatting te maken van de tijdsbestedingen van de bedrijven en instellingen voor verschillende handelingen. Voor het opstellen van de nieuwe nulmeting is gebruik gemaakt van de nieuwe AL meetmethodiek 7 en bestaat deze deels uit producten van de 1-meting en deels uit nieuwe producten. Hierdoor kan de uitgevoerde nulmeting van de provincie Zeeland in de toekomst worden gebruikt als referentiepunt en zijn de uitkomsten van deze meting vergelijkbaar met de resultaten uit ALmetingen van het Rijk, gemeenten en andere provincies. 7 Meten is Weten II Handleiding voor het definiëren en meten van Administratieve Lasten voor het bedrijfsleven, Regiegroep Regeldruk, SIRA Consulting - 8 -

12 3 Wijzigingen in de regelgeving In 2009 heeft de projectgroep Terugdringen Administratieve Lasten (TAL) de in 2004 gedane dereguleringsvoorstellen geactualiseerd. Voor de 1-meting is met verschillende vakinhoudelijke beleidsmedewerkers gesproken om inzichtelijk te maken welke wijzigingen de provincie heeft uitgevoerd en welke wijzigingen uit rijksregelgeving voortvloeien. In paragraaf 3.1 en 3.2 zijn de wijzigingen opgenomen die respectievelijk door de provincie en door het Rijk zijn doorgevoerd en tot de grootste AL veranderingen hebben geleid. In bijlage I, II en III zijn alle wijzigingen en ontwikkelingen opgenomen die zich in de periode 2004 tot 2011 hebben voorgedaan. Hierbij is onderscheid gemaakt in de wijzigingen en ontwikkelingen voor respectievelijk de 1-meting, de nieuwe nulmeting en wijzigingen die de provincie Zeeland heeft doorgevoerd ter verbetering van onder meer haar dienstverlening. 3.1 Wijzigingen in provinciale regelgeving In de afgelopen jaren heeft de provincie Zeeland verschillende maatregelen getroffen die invloed hebben op de lasten voor bedrijven en instellingen. In de onderstaande paragraaf staan maatregelen weergegeven die effect hebben op de AL voor deze doelgroepen. Algemene subsidieverordening De provincie kent verschillende subsidieregelingen. In 2007 heeft de provincie de algemene subsidieverordening (Asv) herzien en dit heeft geleid tot een daling van de AL voor bedrijven en instellingen. De voornaamste wijzigingen zijn: Ophoging van de grens voor een accountantsverklaring van naar De kosten van een accountsverklaring zijn subsidiabel. Volgens de definitie zouden deze derhalve niet worden meegenomen, maar vanwege de vergelijkbaarheid met de eerder uitgevoerde nulmeting zijn deze kosten in het huidige onderzoek meegenomen. De verhoging van de grens heeft geleid tot een aanzienlijke lastenvermindering en betekent dat daarnaast meer geld wordt besteed aan het uiteindelijke beleidsdoel in plaats van aan accountantskosten. Met de invoering van het Algemeen subsidiebesluit (Asb) zijn de bevoegdheden van de Provinciale Staten voor bijvoorbeeld de vaststelling van de subsidiecriteria overgeheveld naar de Gedepudeerde Staten. Hiermee is gerealiseerd dat de doorlooptijd van zowel de aanvraag als van de verantwoording is verkort. Het Asb voorziet de mogelijkheid om subsidies tussen en af te rekenen op basis van facturen of een accountantsverklaring. In de praktijk wordt hiervan echter nauwelijks gebruik gemaakt en worden subsidies tot met prestatiebewijzen vastgesteld. Het aantal subsidievormen is teruggebracht van acht naar drie (nieuwe) subsidievormen. Dit zijn de resultaat-, budget- en stimuleringssubsidie. SIRA Consulting - 9 -

13 Wm-vergunning De provincie Zeeland heeft het aanvraagproces van de Wm-vergunning gestroomlijnd. Hierbij is de mogelijkheid geboden vergunningen digitaal aan te vragen. Hierdoor wordt nog eenmaal een conceptaanvraag ingediend in plaats van meerdere malen. Dit zorgt ervoor dat bedrijven sneller werken naar een definitieve aanvraag en brengt het aantal concepten terug. De provincie Zeeland heeft veel nadere regels ten aanzien van de Wm-vergunning geschrapt. Het aantal milieuregels is in IPO verband teruggebracht van 1700 naar ongeveer 300 regels. Hierbij zijn een groot aantal bestaande milieuregels samengevoegd, geharmoniseerd en geactualiseerd. Dit betekent onder meer een uniforme wijze van vergunningverlening. Deze actie leidt niet per definitie tot minder AL, maar voor bedrijven is het overzichtelijker welke eisen worden gesteld ten aanzien van de vergunningaanvraag. Dit komt de dienstverlening zeker ten goede. Voor kleine bedrijven die een Wm-vergunning aanvragen is het laten uitvoeren van een geluidsrapport komen te vervallen. Dit heeft geleid tot een beperkte AL vermindering. Digitale dienstverlening De afgelopen jaren heeft de provincie Zeeland de nodige inspanningen geleverd hetgeen heeft geleid tot transparante ontsluiting van haar producten en diensten. Hierbij is gebruik gemaakt van verschillende ICT toepassingen en dit heeft onder meer geleid tot de volgende concrete wijzigingen: De afgelopen jaren heeft de provincie zich gericht op het ontwikkelen van elektronische formulieren voor aanvragen en het digitaal beschikbaar stellen van deze formulieren. Naar aanleiding hiervan is voor de aanvraag van een subsidie of vergunning het e-loket Mijn Zeeland opgezet. De aanvrager kan via dit e-loket de aanvraag indienen en de ingevulde gegevens voor een bepaalde tijd bewaren. Hiermee wordt onder andere voorkomen dat de aanvrager na een vooroverleg met de provincie een geheel nieuw formulier dient in te vullen. De bewijsstukken die de aanvrager moet aanleveren kunnen eveneens digitaal naar de provincie worden verstuurd. Hierdoor hoeven de bewijsstukken niet in meervoud te worden gekopieerd en per post te worden verstuurd. Deze wijzigingen dragen bij tot een afname van de AL. Via het e-loket kan de aanvrager de status van zijn aanvraag raadplegen. Momenteel is het gebruik van een digitale handtekening nog niet mogelijk, waardoor het aanvraagformulier dient te worden uitgeprint en per post te worden verstuurd. De provin- cie Zeeland is echter voornemens om deze voorziening alsnog in te voeren. Door een profiel aan te maken bij Mijn Zeeland heeft men de mogelijkheid om op de hoogte te worden gehouden van verschillende producten. De gebruiker kan een selectie maken van de producten die voor hem van belang zijn. Daarnaast wordt de gebruiker via een nieuwsbrief op de hoogte gehouden van wijzigingen bij bepaalde producten. De digitale dienstverlening van de provincie Zeeland heeft hierdoor geleid tot een AL vermindering van verschillende producten, zoals subsidies en vergunningen. Tevens heeft deze maatregel geleid tot betere dienstverlening naar de doelgroepen. Hierbij dient echter wel te worden opgemerkt dat het kan voorkomen dat nu aanvragen worden gedaan die niet kansrijk zijn, omdat de drempel voor het aanvragen van een vergunning of subsidie is verlaagd. SIRA Consulting

14 Provinciale Milieuverordening (PMV) De afgelopen periode is de Provinciale Milieuverordening herzien. Deze herziening is mede het gevolg van veranderingen in taakverdelingen ten aanzien van een aantal medebewindstaken. Hierbij zijn taken die voorheen door de provincie werden uitgevoerd overgeheveld naar het betrokken ministerie. Hierbij moet onder andere worden gedacht aan de melding inzake afgifte van bedrijfsafvalstoffen. Bedrijven dienden voorheen een melding te maken bij de provincie. Door wijzigingen in de regelgeving dienen deze meldingen nu te worden gemaakt bij het Landelijk Meldpunt Afvalstoffen (LMA). Hiermee is komen te vervallen dat zowel de ontdoeners als de ontvangers van gevaarlijke afvalstoffen een melding moesten maken van de afvalstoffen die zij afgeven en ontvangen. Bedrijven dienen echter wel een melding te maken, waardoor deze aanpassing leidt tot een beperkte merkbare lastenvermindering voor het Zeeuwse bedrijfsleven. Een aantal overige verplichtingen is komen te vervallen, zoals de inzamelingsvergunning van afvalstoffen. Deze wordt door het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) verleend, waardoor de lasten van de provincie naar het ministerie van IenM zijn verschoven. SIRA Consulting

15 3.2 Wijzigingen rijksregelgeving Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) De Wabo is per 1 oktober 2010 in werking getreden. In de huidige meting leidt dit tot een aanzienlijke AL vermindering. Hierbij dient de kanttekening te worden gemaakt dat deze reductie niet geheel merkbaar is. Dit komt door het volgende: Het aantal Wm-vergunningsplichtige bedrijven dat onder het bevoegd gezag van de provincie valt, neemt met ongeveer 75% af. Dit betekent dat een groot deel van de Wmvergunningen niet meer onder het uitvoeringsregime van de provincie vallen, maar dat hiervoor de Zeeuwse gemeenten verantwoordelijk zijn. In de huidige meting leidt dit tot een AL vermindering, maar deze is niet merkbaar voor het bedrijfsleven. Een aantal bedrijven dient nu de aanvraag in bij de gemeente in plaats van bij de provincie. De resterende Wm-vergunningsplichtige bedrijven (25%) dienen alle onderdelen van de Omgevingsvergunning bij de provincie aan te vragen. Dit betekent dat vergunningen, zoals de bouwvergunning, de kapvergunning en de overige BRIKS-taken onder het bevoegd gezag van de provincie vallen. Deze wijziging leidt tot een beperkte toename van de AL. In de praktijk zal vooral de bouwvergunning worden aangevraagd. Het omgevingsloket online (OLO) maakt het op termijn voor bedrijven eenvoudiger om een gecombineerde aanvraag in te dienen. Hiervoor hoeft een aantal gegevens niet dubbel te worden aangeleverd. De initiatiefnemer kan ervoor kiezen vergunningen gesplitst aan te vragen. Voor de BRZO- en IPPC-bedrijven die onder provinciaal regime blijven vallen zal dit naar verwachting ook worden gedaan. Bedrijven met een dergelijke omvang vragen doorgaans eerst de Wm-vergunning aan en vervolgens het gedeelte voor de bouw. Bedrijven kunnen bij de provincie Zeeland digitaal een conceptversie van de vergunningaanvraag indienen. De aanvraag dient echter nog op papier definitief te worden ingediend. Met invoering van de Wabo kan de aanvraag via DigiD wel digitaal worden ingediend. Om de lasten niet toe te laten nemen, verwacht provincie Zeeland dat de bedrijven alsnog een conceptaanvraag zullen indienen alvorens de definitieve aanvraag in te dienen. De uitvoeringslasten van de provincie Zeeland zelf zullen naar verwachting nauwelijks afnemen. De provincie geeft bij vergunningsaanvragen, waarvoor de gemeenten bevoegd gezag zijn, een verklaring van geen bedenkingen af. In praktijk betekent dit dat de provincie alle aanvragen beoordeeld. De omgevingstaken in de regio worden mogelijk in de toekomst uitgevoerd door de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD). Voor de provincie Zeeland is op dit moment nog niet bekend hoe deze RUD s worden vormgegeven en welke taken worden uitgevoerd. De RUD s moeten een bijdrage leveren aan de kwaliteitverbetering van de vergunningverlening en toezicht. Daarnaast wordt hiermee een verdere lastenverlichting gerealiseerd voor het bedrijfsleven. Niet alleen worden de AL verminderd, maar eveneens de toezichtslasten. In kader 3 staat dit nader toegelicht. SIRA Consulting

16 Kader 3. Regionale uitvoeringsdienst in de provincie Zeeland De komende periode zet de provincie Zeeland zich in om samen met gemeenten Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD) van de grond te krijgen. Deze diensten zullen zich onder andere bezighouden met het afhandelen van de verschillende omgevingsvergunningen, waaronder de milieutaken. De RUD s zullen naar verwachting moeten leiden tot minder AL en lagere uitvoeringslasten voor gemeenten en de provincie door onder meer de volgende maatregelen: Het centraal beschikbaar hebben van kennis zal leiden tot kwalitatief betere vergunningsprocessen. De aanvraag en uitvoering worden nu echt door 1 loket afgehandeld, waardoor minder afstemming hoeft plaats te vinden en de aanvraag efficiënter wordt afgehandeld. Het toezicht kan efficiënter worden vormgegeven, waardoor het bedrijfsleven minder vaak wordt bezocht door de verschillende toezichthouders. Hiermee worden de lasten teruggedrongen. Hoewel de RUD s de taken van de provincie overnemen, zullen de AL nog steeds tot de provincie worden toegerekend. De provincie Zeeland blijft voor deze bedrijven namelijk het bevoegd gezag. Voor de provincie Zeeland is het momenteel nog onduidelijk op welke wijze de uitvoeringsdienst zal worden gerealiseerd. Hierbij gelden meerdere mogelijkheden, zoals: Alleen de basistaken door de RUD laten uitvoeren. Een RUD, waarin 7 gemeenten zich hebben georganiseerd. De 6 Bevelandse gemeenten kunnen de taken zelfstandig uitvoeren en waar nodig de expertise van de RUD inhuren. Invoering Waterwet In het kader van de inwerkingtreding van de Waterwet is de Verordening Waterhuishouding per 22 december 2009 ingetrokken. Door de invoering van deze wet is een groot deel van de grondwatertaken overgeheveld naar de waterschappen. Concreet betekent dit dat bedrijven een grondwateronttrekkingsvergunning aanvragen bij de waterschappen in plaats van bij de provincie Zeeland. Hiermee zijn de AL voor de provincie Zeeland afgenomen en voor de waterschappen toegenomen. Voor het bedrijfsleven heeft dit derhalve niet geleid tot een merkbare ALvermindering. SIRA Consulting

17 4 Resultaten 1-meting 4.1 Totale AL provincie Op basis van verschillende interviews en beschikbare gegevens 8 is met behulp van het standaardkostenmodel (SKM) van provincie Zeeland een raming gemaakt van de AL. Als peildatum is 31 december 2010 gehanteerd. Hieruit volgt dat de jaarlijkse Administratieve Lasten worden geraamd op 2,9 miljoen per jaar. De AL in 2004 bedragen 7,9 miljoen per jaar. In onderstaand figuur is weergegeven dat de AL vanaf 2004 met 5 miljoen zijn gedaald. In bijlage IV is een overzicht opgenomen van deze AL vermindering per regelgeving. AL provincie Zeeland AL 2010 AL-reductie Figuur 1. AL provincie Zeeland 2004 In vergelijking met de AL in 2004 zijn de AL van de provincie Zeeland met 63% afgenomen, zie onderstaande tabel. Deze reductie is deels behaald door wijzigingen die de provincie Zeeland zelf heeft doorgevoerd, in zowel autonome regelgeving als in regelgeving in medebewind, en deels door wijzigingen vanuit het Rijk. Dit onderscheid in AL-reductie van 5 miljoen wordt hieronder verder toegelicht. Tabel 1. Totale AL-reductie per 31 december 2010 AL provincie Zeeland 2004 AL provincie Zeeland 2010 Reductie absoluut Reductie relatief Totaal % AL-reductie in autonome regelgeving 8 Voortgangsrapportage Project Terugdringen Administratieve Lasten, provincie Zeeland, december SIRA Consulting

18 De provincie heeft bij autonome regelgeving de beleidsvrijheid om zowel het beleid als het proces van een regeling naar eigen behoren in te richten. Dit betekent dat de AL en de daarmee behaalde reductie in autonome regelgeving aan de provincie zijn toe te rekenen. In onderstaande figuur is weergegeven dat de AL in autonome regelgeving met zijn afgenomen ten opzichte van totale AL die uit autonome regelgeving voortvloeien. AL in autonome regelgeving AL in autonome regelgeving 2010 AL-reductie Figuur 2. AL in autonome regelgeving 2004 In vergelijking met de AL in 2004, heeft de provincie een AL-reductie van 29% in autonome regelgeving behaald, zie hiervoor onderstaande tabel. Deze wijziging is grotendeels het gevolg van de aanpassingen die provincie Zeeland in de Asv heeft doorgevoerd en door het vervallen van een aantal subsidieregelingen. Tabel 2. AL-reductie in autonome regelgeving per 31 december Regelgeving AL provincie Zeeland AL provincie Zeeland Reductie absoluut Reductie relatief Autonoom % AL-reductie van regelgeving in medebewind De provincie heeft naast een reductie in autonome regelgeving ook een reductie behaald bij regelgeving in medebewind. De AL-reductie die hierin is behaald bedraagt 4,9 miljoen. Van deze reductie is ongeveer 0,5 miljoen behaald door de provincie Zeeland, zoals is weergegeven in onderstaand figuur. SIRA Consulting

19 AL regelgeving in medebewind Figuur 3. AL medebewindsregelgeving 2004 AL medebewindsregelgeving 2010 AL-reductie provincie AL-reductie Rijk De totale AL voor regelgeving in medebewind is bij de provincie Zeeland afgenomen met 65%, zie onderstaand tabel. Tabel 3. AL-reductie voor regelgeving in medebewind per 31 december 2010 Regelgeving AL regelgeving in AL regelgeving in AL-reductie absoluut AL-reductie relatief medebewind 2004 medebewind 2010 Medebewind % Van deze reductie is 6% toe te rekenen aan de wijzigingen die door de provincie Zeeland zijn doorgevoerd en 59% aan het Rijk. In onderstaand tabel is deze verdeling weergegeven. Tabel 4. AL-reductie per overheidsorgaan Regelgeving AL-reductie Rijk Reductie relatief Rijk AL-reductie provincie Reductie relatief absoluut absoluut provincie Medebewind % % Bij de AL-reducties die bij regelgeving in medebewind zijn behaald, dient de kanttekening te worden gemaakt dat deze lastenreductie niet per definitie merkbaar zal zijn voor de doelgroepen. In het volgende tekstkader staat dit nader toegelicht. SIRA Consulting

20 Kader 4. Merkbare lastenvermindering voor de bedrijven en instellingen binnen de provincie. Merkbare lastenvermindering De afgelopen jaren heeft de provincie Zeeland verschillende maatregelen genomen en zijn er wijzigingen opgetreden in rijksregelgeving die ertoe hebben geleid dat de AL uit provinciale regelgeving zijn verminderd. Deze maatregelen hebben niet altijd geleid tot een merkbare AL-vermindering voor de doelgroepen. Door bijvoorbeeld te decentraliseren, is de uitvoering van de regeling bij andere overheidsorganen komen te liggen. De procedure die dient te worden doorlopen is onveranderd, maar de provincie Zeeland is in dit geval niet meer het bevoegd gezag. De AL zijn hierdoor niet meer aan de provincie toe te rekenen. Daarentegen zijn ook maatregelen genomen die tot een AL-reductie hebben geleid en merkbaar zijn voor de doelgroepen. Voorbeelden van enkele merkbare AL-reductie zijn: De ontgrondingenvergunning. De provincie is voornemens om de aanvraag niet meer in negenvoud te vragen, maar in enkelvoud. Daarnaast wordt het aantal vrijstellingen van de vergunningsplicht uitgebreid, waaronder de vrijstelling voor ontgrondingen van minder dan 1000 m 3. Hierdoor zal het aantal vergunningsplichtige bedrijven afnemen en zij hoeven hierdoor niet meer de aanvraagprocedure te doorlopen. Dit leidt tot een ALreductie die voor de bedrijven merkbaar is. De ASV. De provincie Zeeland heeft het aantal subsidievormen teruggebracht van acht naar drie (nieuwe) subsidievormen. Hiermee ontstaat meer eenduidigheid en duidelijkheid voor de subsidieaanvrager. Daarnaast vraagt de provincie minder gegevens uit voor de verantwoording van de subsidies. Dit leidt eveneens tot een merkbare lastenreductie, doordat de subsdieontvanger minder gegevens hoeft aan te leveren en hierdoor minder tijd hoeft te besteden aan het verantwoorden van de gelden. Op basis van het onderzoek is nagegaan welke AL-reductie van de provincie Zeeland merkbaar is geweest. In onderstaande tabel is weergegeven dat de 1 miljoen per jaar van de geraamde AL-reductie tot een merkbaar effect heeft geleid voor de doelgroepen. Concreet betekent dit een afname in de tijdsbesteding en kosten van de doelgroepen om aan informatieverplichtingen te voldoen. Een geraamde 4 miljoen per jaar AL is grotendeels door decentralisatie naar andere overheden verschoven. De provincie Zeeland hoeft zich bij het verder terugdringen van de lasten niet meer te richten op deze AL, omdat deze door taakverschuivingen naar andere overheden niet meer binnen de invloedsfeer van de provincie Zeeland vallen. Voor alle genomen maatregelen van de provincie geldt dat die wel tot een merkbare lastenreductie hebben geleid. Tabel 5. Merkbare AL-reductie ten opzichte van Merkbaarheid provincie* Rijk AL-reductie absoluut AL-reductie relatief Merkbaar % Niet Merkbaar % Totaal % * Inclusief alle AL-reducties in autonome regelgeving SIRA Consulting

21 4.2 Reductie per bestuurslaag Om een inschatting te kunnen maken van de effecten van de door de provincie gerealiseerde maatregelen is een analyse gemaakt van de wijzigingen die sinds 2004 in de provinciale regelgeving hebben plaatsgevonden. Per wijziging is nagegaan of deze direct voortvloeit uit wijzigingen in het provinciaal beleid of in rijksregelgeving. In de onderstaande tabel staan de effecten van de wijzigingen per verantwoordelijke bestuurslaag weergegeven. Tabel 6. Effecten wijzigingen per bestuurslaag Bestuurslaag Reductie Reductie relatief absoluut Provincie % Rijk % Totaal Hieruit komt naar voren dat de wijzigingen die voortvloeien uit inspanningen van de provincie Zeeland leiden tot een AL vermindering van een geraamde per jaar. Deze reducties zijn behaald bij het aanpassen van autonome regelgeving, zoals de provinciale ASV en het aanpassen van uitvoeringsprocessen van de taken die in medebewind worden uitgevoerd. Hierbij kan worden gedacht aan het digitaal kunnen indienen van Wm-vergunningen door bedrijven. De inspanningen van de provincie hebben een bijdrage geleverd aan het merkbaar terugdringen van regeldruk voor bedrijven en instellingen. Het rijk heeft daarnaast de nodige wijzigingen doorgevoerd die hebben geleid tot lastenvermindering. De grootste AL vermindering is echter geen merkbare reductie, maar vloeit voort uit aanpassingen in het takenpakket. Concreet kan hierbij worden gedacht aan het afgeven van grondwateronttrekkingsvergunningen door de waterschappen, hetgeen voortvloeit uit de Waterwet en het uitvoeren van de Wm-vergunningaanvragen door gemeenten, als gevolg van de invoering van de Wabo. 4.3 Kwalitatieve resultaten De provincie Zeeland heeft de afgelopen periode een groot aantal verbetermaatregelen getroffen die de regeldruk hebben verminderd. Niet alle maatregelen vertalen zich in de huidige meetmethodiek tot een vermindering van AL voor bedrijven en maatschappelijke instellingen, maar hebben de dienstverlening van de provincie verbeterd. In bijlage III staan deze verschillende maatregelen weergegeven. Certificeren vergunning- en subsidieverlening Het standaardiseren van de vergunning- en subsidieverlening van de provincie Zeeland heeft niet direct geleid tot lagere AL voor de doelgroepen. De kwaliteit van de vergunning- en subsidieverlening is verbeterd, wat onder andere heeft geleid tot kortere doorlooptijden. Het bedrijfsleven en SIRA Consulting

22 instellingen ervaren dit als een verbetering in de dienstverlening, maar dit vertaalt zich niet in lagere AL. Proactief contact met de doelgroep De provincie Zeeland heeft ten aanzien van subsidies een actieve houding ten opzichte van de aanvragers. De aanvragers van de subsidie Topsportregeling worden door de provincie ingelicht over veranderingen in de subsidieregeling en de deadline voor het aanvragen van de subsidie voor het aankomende jaar. Deze dienstverlening wordt door de aanvragers als positief ervaren, maar een dergelijk contact kan alleen plaatsvinden als de provincie een vast klantenbestand heeft. SIRA Consulting

23 5 Resultaten nieuwe nulmeting Naast het uitvoeren van een 1-meting, waarmee de inspanningen van de provincie Zeeland zich hebben vertaald in een afname van de AL, is ook een nieuwe nulmeting uitgevoerd. De nieuwe nulmeting voor de provincie Zeeland dient als ijkpunt, waarmee de effecten van toekomstige wijzigingen inzichtelijk worden gemaakt. Het model is zoals de uitgevoerde 1-meting transparant weergegeven en kan op eenvoudige wijze worden aangepast, zodat de effecten van wijzingen op de AL kunnen worden berekend. Deze meting is echter niet vergelijkbaar met de AL uit de 1-meting of de AL-meting in De nieuwe nulmeting is namelijk een geactualiseerd kostenmodel, waarin andere aantallen, definities en provinciale producten zijn opgenomen: In tegenstelling tot de 1-meting is voor de productselectie van de nieuwe nulmeting het Pareto-principe 9, ook bekend als de 80/20 regel, als uitgangspunt gehanteerd. Dit betekent dat in deze nieuwe nulmeting niet alle provinciale producten per 31 december 2010 worden gemeten, maar met een relatief klein aantal producten een groot deel van de Administratieve Lasten van de provincie zijn ondervangen. De productselectie van de nieuwe nulmeting bestaat zodoende deels uit provinciale producten die in de 1-meting zijn gemeten en deels uit nieuwe producten die de provincie aan haar klanten aanbiedt. Als nieuwe startpunt voor het doorberekenen van toekomstige ontwikkelingen, waardoor de provincie haar lasten kan vergelijken met andere overheden, zijn de aantallen van deze meting geactualiseerd. Dit betekent dat het aantal verstrekte vergunningen, subsidies en meldingen voor 2009/2010 in de meting zijn opgenomen. De nieuwe nulmeting is daarnaast gecorrigeerd naar de definitie van Meten is Weten II 10. Deze wijkt af van de definitie die in de voorgaande onderzoeken is gehanteerd. De grootste verandering is dat informatieverplichtingen voor derden niet meer worden meegerekend. In praktijk leidt dit niet tot significante veranderingen, omdat de provinciale regelgeving praktisch geen informatieverplichtingen voor derden bevat. Een overzicht van de productselectie en Administratieve Lasten is in bijlage V opgenomen. 5.1 Nieuwe provinciale regelgeving Sinds 2004 voert de provincie Zeeland nieuwe regelgeving uit. Hierbij gaat het om autonome regelgeving, zoals subsidies die de provincie Zeeland aan haar klanten aanbiedt. Om een actuele weergave te hebben van de AL is nieuwe regelgeving in de meting opgenomen. De AL als gevolg van toekomstige ontwikkelingen in deze nieuwe regelgeving kunnen hierdoor in de nieuwe nulmeting worden doorberekend. Een voorbeeld hiervan is de Subsidieverordening Natuur en Landschapsbeheer (SVNL) en de subsidieverordening kwaliteitsimpuls natuur landschapsbeheer (SKNL) 9 Zie paragraaf 2.1 Uitgangspunten. 10 Handleiding voor het definiëren en meten van Administratieve Lasten voor het bedrijfsleven - Meten is Weten II, Regiegroep Regeldruk, juni SIRA Consulting

24 Subsidieverordening Natuur en Landschapsbeheer (SVNL) en Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur landschapsbeheer (SKNL) Deze regelingen zijn per 1 januari 2010 in het leven geroepen ter vervanging van de regelingen Provinciale subsidieregeling natuurbeheer Zeeland en Subsidieregeling natuur en landschap Zeeland. Om de lasten te minimaliseren heeft de provincie Zeeland voor beide regelingen een beleidsplan met uitgebreide beheerkaart en database opgesteld. Hierin staan per gebied de doelstellingen van de provincie weergegeven. In deze database is opgenomen op welke wijze de provinciale doelstellingen worden gerealiseerd. Initiatiefnemers hoeven geen uitgebreide plannen aan te leveren, maar kunnen volstaan bij de aanvraag met het selecteren van de activiteit in het digitale aanvraagformulier waardoor de lasten voor de initiatiefnemer zijn beperkt. Daarnaast verloopt de betalingssystematiek samen met de andere subsidies die agrariërs en terreinbeheerders aanvragen. De initiatiefnemer hoeft hierdoor geen betalingsverzoeken te doen. Werken met deze database moet het beoordelen van aanvragen eveneens eenvoudiger maken. Op dit moment is nog niet duidelijk of de inspanningen van de provincie Zeeland leiden tot een lastenvermindering van de beoordeling. Toename subsidies De afgelopen jaren heeft een toename plaatsgevonden van het aantal subsidieaanvragen bij de provincie. Hierbij gaat het om autonome subsidieregelingen van de provincie. Deze toename van het aantal aanvragen is niet meegenomen in de 1-meting. Hierdoor kan de vergelijking met de meting van 2004 worden gewaarborgd. Door deze toename wel mee te nemen, kan de indruk ontstaan dat de provincie Zeeland de processen en informatieverplichtingen van haar producten heeft verzwaard. Deze AL-toename is echter het gevolg van meer subsidieaanvragen en niet zozeer door wijzigingen in het proces en informatieverplichtingen van één subsidieaanvraag. Voor de nieuwe nulmeting zijn deze aantallen wel opgenomen, omdat deze meting als ijkpunt dient voor toekomstige metingen. 5.2 Nieuwe regelgeving vanuit het rijk Naast nieuwe autonome regelgeving voert de provincie Zeeland een aantal nieuwe regelingen in medebewind uit. Hierbij gaat het om rijksregelgeving die door de provincie wordt uitgevoerd en waarin de provincie uitvoeringsvrijheid heeft. Enkele voorbeelden zijn de subsidieregeling Pieken in de Delta, het Besluit Uniforme Saneringen en Vergunning Natuurbeschermingswet Pieken in de Delta Met Pieken in de Delta wil de provincie Zeeland, samen met Noord-Brabant en het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie projecten stimuleren in de sectoren Toerisme, Logistiek, Bio-energie en Maintenance. Het is een omvangrijke regeling die wordt uitgevoerd door de twee provincies en Agentschap NL. Bij het vormgeven van deze regeling is erover nagedacht om deze lastenarm vorm te geven door de verplichting om tussenrapportages naar alle instanties te versturen te laten vervallen. Initiatiefnemers kunnen volstaan met het aanleveren van een tussenrapportage naar Agentschap NL, waarmee de AL zijn beperkt. De provincie Zeeland is hier uniek mee. De eisen ten aanzien van SIRA Consulting

25 deze tussenrapportages zijn zo beperkt mogelijk, zodat kan worden nagegaan welke prestaties worden gerealiseerd. Na afloop van het traject dient een eindrapportage te worden opgesteld. Besluit Uniforme Saneringen Het rijk heeft een eenvoudige regeling getroffen die moet leiden tot een toename van de bodemsaneringen. Hierdoor is in 2006 de regeling Besluit Uniforme Saneringen (BUS) inwerking getreden. Voor relatief kleine saneringen kan via BUS een melding worden gemaakt. De provincie bepaalt hierbij vooraf of de melding voldoet aan het BUS en of de juiste werkwijze is gehanteerd. De regeling leidt tot een toename van het aantal saneringen en daarmee tot de beoogde doelstellingen. Hierbij dient echter te worden vermeld dat door de toename van het aantal saneringen, eveneens het aantal meldingen is toegenomen en derhalve de AL. Deze toename in het aantal saneringen is een bijeffect van het BUS. Door de procesvereenvoudiging van vergunning naar een melding (voor relatief kleine saneringen) verloopt de sanering duidelijker en makkelijker voor de doelgroepen. Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 De Natuurbeschermingswet is in 2005 gewijzigd, omdat de wet niet meer voldeed aan de eisen die internationale verdragen en Europese verordeningen stellen aan natuurbescherming. Uit deze wijziging zijn bepalingen van de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn in de Natuurbeschermingswet opgenomen en zijn enkele wetswijzigingen doorgevoerd ten behoeve van nuancering van enkele regels in de wet. Bedrijven en instellingen moeten in dit kader vergunningen aanvragen om activiteiten te mogen uitvoeren. Om de lasten te reduceren worden beheerplannen opgesteld voor de Natura2000-gebieden en is de provincie Zeeland trekker voor het opstellen van het plan. In de op te stellen beheerplannen kunnen ten aanzien van bepaalde activiteiten algemene regels opgenomen worden waarmee deze activiteiten buiten de vergunningplicht van de Natuurbeschermingswet 1998 vallen. Dit zal naar verwachting leiden tot minder vergunningaanvragen en een AL vermindering. Daarnaast lopen initiatieven binnen het rijk om de Natuurbeschermingswet te vereenvoudigen en samen te voegen met de Boswet en Flora- en Faunwet. 5.3 AL nieuwe nulmeting Met de 1-meting van 2010 als uitgangspunt is een raming gemaakt van de AL voor de nieuwe nulmeting. Hierbij is eveneens de peildatum 31 december 2010 gehanteerd. Hieruit volgt dat de jaarlijkse AL circa 3,5 miljoen per jaar bedragen. In onderstaand figuur zijn de AL van deze nieuwe nulmeting weergegeven. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen de AL als gevolg van autonome regelgeving en regelgeving in medebewind. SIRA Consulting