UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar
|
|
- Pieter-Jan Smit
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar BELANG VAN MYCOTOXINEN IN DE AQUACULTUUR door Katrien QUINTELIER Promotoren: Prof. Dr. S. Croubels Prof. Dr. A. Decostere Literatuurstudie in het kader van de masterproef Katrien Quintelier
2
3 Universiteit Gent, haar werknemers of studenten bieden geen enkele garantie met betrekking tot de juistheid of volledigheid van de gegevens vervat in deze masterproef, noch dat de inhoud van deze masterproef geen inbreuk uitmaakt op of aanleiding kan geven tot inbreuken op de rechten van derden. Universiteit Gent, haar werknemers of studenten aanvaarden geen aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid voor enig gebruik dat door iemand anders wordt gemaakt van de inhoud van de masterproef, noch voor enig vertrouwen dat wordt gesteld in een advies of informatie vervat in de masterproef.
4 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar BELANG VAN MYCOTOXINEN IN DE AQUACULTUUR door Katrien QUINTELIER Promotoren: Prof. Dr. S. Croubels Prof. Dr. A. Decostere Literatuurstudie in het kader van de masterproef Katrien Quintelier
5 VOORWOORD Bij deze zou ik graag mijn promotor Prof. Dr. Siska Croubels willen bedanken voor het advies en de verbetering van dit werk. Ook mijn co-promotor Prof. Dr. Annemie Decostere zou ik willen danken om te helpen waar mogelijk met documentatie over aquacultuur. Mijn ouders en broers zou ik ook willen bedanken, dankzij hen ben ik al zo ver in mijn studie geraakt. Tot slot nog een woord van dank aan mijn medestudenten en kotgenoten voor de steun gedurende de studie.
6 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING... 1 INLEIDING... 2 LITERATUURSTUDIE BELANG VAN AQUACULTUUR WAT ZIJN MYCOTOXINEN? VOORKOMEN VAN MYCOTOXINEN IN VISVOEDERS TOXICITEIT VAN MYCOTOXINEN Aflatoxinen Deoxynivalenol Fumonisinen Ochratoxinen Zearalenone DETECTIE VAN MYCOTOXINEN Mycotoxicosen bij vissen Mycotoxinen in voeder BESTRIJDING EN PREVENTIE VAN MYCOTOXINEN Preventie Decontaminatie Inhibitie van absorptie BESPREKING REFERENTIELIJST BIJLAGEN BIJLAGE I: RICHTLIJNEN MET BETREKKING TOT AFB1 IN DIERVOEDING BIJLAGE II: AANBEVELINGEN VOOR DE AANWEZIGHEID VAN MYCOTOXINEN IN DIERVOEDING... 25
7 SAMENVATTING Aquacultuur is wereldwijd een belangrijke sector in de voedselproductie. Uitbreiding van deze sector kan gerealiseerd worden door onderzoek. Er is een trend in de samenstelling van voeders voor aquacultuur; er wordt gestreefd naar een hoger percentage plantaardig materiaal. Hiermee gaan echter ook nadelen gepaard. Het plantaardig materiaal is vaak besmet met mycotoxinen. Mycotoxinen zijn secundaire metabolieten van schimmels die groeien op onder andere maïs, tarwe en milo. Er zijn verschillende soorten mycotoxinen met elk hun specifieke condities waarin ze voorkomen en hun toxische werking en ziektebeeld dat ze veroorzaken. De belangrijkste zijn aflatoxines, deoxynivalenol, fumonisines, ochratoxine A en zearalenone. Het klinisch beeld is meestal vaag. Een mycotoxicose kan vermoed worden, de diagnose kan gesteld worden door analyse van het voeder. Er zijn verschillende detectiemethoden ontwikkeld. Aangezien er nog geen behandeling is beschreven, is de preventie van mycotoxicosen van groot belang. Men kan op meerdere momenten van de productie ingrijpen, een perfecte manier die economisch rendabel is, is echter nog niet beschreven. Sleutelwoorden: Aquacultuur Mycotoxinen Preventie Toxiciteit Visvoeder
8 INLEIDING Een groot deel van de wereldwijde landbouwproductie is besmet met schimmels. Die schimmels kunnen mycotoxinen als secundaire metabolieten produceren. Er is reeds veel onderzoek gedaan naar de werking, detectie en bestrijding van mycotoxinen. In het verleden werden vooral de effecten van een acute blootstelling aan hoge dosissen bestudeerd, de gevolgen van een chronische blootstelling op lange termijn zijn veel minder gekend. Klinische mycotoxicosen zijn vooral gerapporteerd bij grote huisdieren, terwijl er veel minder gekend is bij vissen. Verschillende mycotoxinen vormen ook een bedreiging voor de aquacultuur. Ze zorgen voor een verlies van waarde en kwaliteit van productie. In deze literatuurstudie is getracht een overzicht te geven van het belang van mycotoxinen in de aquacultuur. Eerst wordt de situatie van de aquacultuur in Europa algemeen geschetst en wordt kort weergegeven wat mycotoxinen zijn. Daarna wordt per mycotoxine beknopt weergegeven wat er gekend is over de toxiciteit, toegepast op aquacultuur. Ten slotte wordt er ingegaan op detectiemethoden en manieren om mycotoxinen te voorkomen en te bestrijden. 2
9 LITERATUURSTUDIE 1 BELANG VAN AQUACULTUUR Aquacultuur is het kunstmatig kweken van vis, schelpdieren en wieren. Al honderden jaren wordt er aan aquacultuur gedaan, maar door vooruitgang van wetenschap en technologie is deze sector in de laatste 60 jaar uitgegroeid tot een belangrijke schakel in de voedselvoorziening op wereldniveau (EATiP, 2012a). Ongeveer de helft van onze vis- en schelpdierconsumptie is afkomstig van de aquacultuur, en in de toekomst zou dit nog een groter aandeel kunnen en moeten zijn wegens uitputting van de natuurlijke bronnen. Deze groei moet bereikt worden door te investeren in onderzoek; onderzoek naar onder andere kweektechnieken, nieuwe vissoorten en optimale voeders (EATiP, 2012b). In Europa is de aquacultuursector een grote en moderne industrietak waarin 100,000 mensen tewerkgesteld zijn en nog eens 90,000 in de randactiviteiten zoals transport en onderzoek. In de toekomst wil Europa een rol van betekenis hebben op wereldniveau: het wil producent zijn van grote hoeveelheden voedsel die ook nog eens veilig zijn en wil evolueren met het wijzigende klimaat, in harmonie met de natuur en de samenleving (EATiP, 2012c). Potentiële gevaren voor de aquacultuur komen van allerlei kanten: wetgeving, plaatsgebrek, concurrentie, gebrek aan kennis, klimaatverandering, voedselveiligheid, visziekten en zo verder (EATiP, 2012d). In deze literatuurstudie zal worden ingegaan op het gevaar die mycotoxinen vormen voor de aquacultuurindustrie en consument. 2 WAT ZIJN MYCOTOXINEN? Mycotoxinen zijn wereldwijd voorkomende toxische secundaire metabolieten van fungi. Die fungi kunnen voorkomen op onder andere graangewassen, specerijen etc. en worden ingedeeld in 2 groepen: enerzijds fungi die op het veld groeien en anderzijds species die ontwikkelen tijdens de opslag van de graangewassen. De belangrijkste mycotoxine-producerende fungi behoren tot de genera Aspergillus en Penicillium, die beiden hoofdzakelijk tijdens het bewaren ontwikkelen en het genus Fusarium die vooral op het veld groeit. In een geschikte omgeving, waarbij vooral temperatuur, vochtigheid, beschadigingen door insecten en verwerkingsprocedures van belang zijn, gaan deze hun toxische metabolieten vormen (Osweiler, 1996). Toxigene schimmels kunnen in verschillende substraten groeien (Tabel 1), maar mycotoxinen worden slechts in een bepaald milieu geproduceerd. Dat mileu is specifiek voor elk genus (Abramson et al., 1980). Productie van secundaire metabolieten is niet noodzakelijk voor de essentiële metabole functies van de schimmel, maar kan wel door de schimmel geproduceerd worden om in competitie te gaan met andere species en zo langer te overleven (Moss, 1991). De mycotoxinen contamineren onze voedselketen via besmette voeding en voeder (Osweiler, 1996), ze worden vaak teruggevonden in ingrediënten voor diervoeder zoals tarwe, maïs, aardnoten, pinda s, sorghum en rijstmeel (Ellis et al., 2000). De toxinen hebben een erg stabiele chemische structuur 3
10 waardoor ze het productieproces van het voeder vaak ongeschonden doorkomen, ze zullen bijgevolg in hun originele vorm teruggevonden worden in het eindproduct (Bullerman en Bianchini, 2007). Tabel 1: Overzicht van de voornaamste mycotoxinen in diervoeders, de bijhorende fungi en hun substraten (naar Osweiler, 1996) Mycotoxine Fungus Substraat Aflatoxines Aspergillus flavus, A. parasiticus Maïs, katoenzaad, pindanoten, milo Deoxynivalenol (DON) Fusarium sporotrichioides, F. poae, F. graminearum, F. culmorum, F. roseum Maïs, gerst, rogge, tarwe, milo T2-toxine F. sporotrichioides Maïs, gerst, rogge, tarwe, milo Fumonisines F. moniliforme, F. proliferatum Maïs Ochratoxine A A. ochraceus, Penicillium viridicatum Maïs, gerst, rogge, haver Zearalenone F. roseum, F. moniliforme Maïs, tarwe, gerst, milo 3 VOORKOMEN VAN MYCOTOXINEN IN VISVOEDERS Commerciële visvoeders bevatten maïs, tarwe en hun bijproducten als hoofdingrediënt met hieraan vismeel en visolie toegevoegd om aan de proteïne- en vetbehoefte van de carnivore species te voldoen (Tabel 2) (Santacrose et al., 2008). De visvoederkostprijs bedraagt meer dan 60% van de totale kosten (Pietsch et al., 2014). Tabel 2: Voorbeelden van samenstellingen van voeder voor katvissen (uit Menghe en Robinson, 2013) 4
11 Door enerzijds de verhoogde druk op de industrie om minder visolie en meel te gebruiken om economische en ecologische redenen, en anderzijds het doel om lagere productiekosten te bekomen in de aquacultuur ziet men de laatste 10 jaar een omschakeling in het dieet (Tacon en Metian, 2008). Het mariene vismeel wordt vervangen door plantaardige voedingselementen, dit wordt reeds uitgebreid toegepast in het Verenigd Koninkrijk en Schotland (Tabel 3) (Santacrose et al., 2008; Manning en Abbas, 2012; Pietsch et al., 2014). Deze overschakeling zorgt voor relatief weinig problemen bij herbivore en omnivore species (Spring en Fegan, 2006). De belangrijkste vissoorten die in de Europese aquacultuur gehouden worden zijn Atlantische zalm (Salmo salar), regenboogforel (Oncorhynchus mykiss), zeebaars (Dicentrarchus labrax), zeebrasem (Pagellus erythrinus), tarbot (Psetta maxima) en paling (Anguilla Anguilla) (Santacrose et al., 2008). Dit zijn carnivoren en door de omschakeling naar meer plantaardig materiaal zal er bij deze soorten ook een hoog risico voor mycotoxine-contaminatie zijn (Spring en Fegan, 2006). Tabel 3: Veranderingen in het dieet van zalm van de periode van (naar Nizza en Piccolo, 2009) (voorspelling) Proteïnen/vet 50/18 46/26 43/27 38/33 36/35 34/37 Vismeel 75% 60% 50% 40% 25-35% 20-25% Visolie 10% 20% 22% 20% 20% 7% Plantaardige olie 0% 0% 0% 8% 10% 25% Sojameel 0% 0% 5% 10% 15% 20% Maïsgluten 0% 0% 0% 10% 15% 10-15% Graan 10% 15% 15% 10% 10% 10% Naast het klimaat zijn nog andere elementen bepalend voor het al dan niet voorkomen van mycotoxinen; een gebrek aan socio-economische ontwikkeling, onhygiënisch werken en verouderde technieken tijdens de productie van het voeder, alsook een slechte bewaring ervan zijn van belang. De meeste voederproducenten en het grotendeel van de intensieve visboerderijen zijn gelokaliseerd in ontwikkelingslanden. Als men dan ook weet dat voeder voor de industrie vooral geïmporteerd wordt vanuit (sub)tropische landen kan men concluderen dat mycotoxinecontaminatie van de voeders een reëel en wijdverspreid probleem is; zowel op economisch gebied, als dat van voedselveiligheid (Santacrose et al., 2008). Tarwegries is een bijproduct van de verwerking van tarwe tot bloem, het bestaat uit het fijngemalen omhulsel van de tarwekorrel, de kiem en wat bloem. Aangezien het de buitenste delen van de tarwekorrel bevat, is het mogelijk dat dit tarwegries mycotoxinen bevat. Bij de productie van ethanol voor brandstoffen uit de gisting van maïs heeft men dried distillers grain with solubles (DDGS) als bijproduct. Mycotoxinen worden niet vernietigd door dat gistingsproces, bijgevolg zullen deze ook aanwezig zijn in het DDGS, tot zelfs 3 keer meer dan in het originele maïsbestand (Wu et al., 2008). Om de kostprijs van het voer te beperken worden tegenwoordig DDGS en tarwegries gebruikt in plaats van de duurdere granen zoals bijvoorbeeld maïs. 5
12 Er werd door Binder et al. (2007) een survey gehouden gedurende 2 jaar. De verzamelde stalen waren afkomstig van rauw materiaal en afgewerkt voeder. In Tabel 4 wordt de incidentie weergegeven van de belangrijkste mycotoxinen weergegeven per regio, in Tabel 5 worden de gegevens weergegeven per grondstof. Van de genomen stalen was 52% positief voor Europa en het Mediterraan gebied, de incidentie van mycotoxinen is dus hoog, maar de relevantie van deze waarden is moeilijk te bepalen (Binder et al., 2007). Tabel 4: Gehaltes van mycotoxinecontaminatie (µg/kg) gedetecteerd in stalen uit verschillende regio s in Europa en het Middellands Zeegebied (uit Binder et al., 2007) Tabel 5: Incidentie van mycotoxinecontaminatie in voedergranen en diervoeders afkomstig uit Europa en het Middellands Zeegebied (uit Binder et al., 2007) 4 TOXICITEIT VAN MYCOTOXINEN Volgens het Council for Agricultural Science and Technology (2003), bestaan er naar schatting zo n 20,000 tot 300,000 unieke mycotoxinen, maar van veel soorten is nog niet geweten wat hun biologisch en diergeneeskundig belang is (Osweiler, 1996). Aandoeningen ten gevolge van mycotoxine-opname zijn meestal vaag en worden gezien na subacute tot chronische opname van gecontamineerd voeder. Er worden ook klinische symptomen vastgesteld bij inname van een acute hoge dosis. De belangrijkste schadelijke effecten van mycotoxinen in de 6
13 diergeneeskunde zijn de volgende: hepatotoxiciteit, nefrotoxiciteit, teratogeniciteit, mutageniciteit, carcinogeniciteit, hematopoietische en coagulatoire veranderingen, directe irritatie, reproductieve en/of endocriene stoornissen, verminderde voederopname, respiratoire veranderingen, effecten op het centraal zenuwstelsel en immunosuppressie (Osweiler, 1985). De symptomen die bij dieren zullen waargenomen worden, worden door verschillende factoren beïnvloed. Ten eerste het mycotoxine zelf: type, hoeveelheid en blootstellingsduur. Vervolgens ook het individu: species, geslacht, ras, leeftijd, algemene gezondheid en immuunstatus. Ten derde het bedrijfsmanagement: hygiëne, temperatuur en productiedichtheid en dan zijn er tenslotte ook nog mogelijke synergistische, additieve of antagonistische effecten tussen verschillende mycotoxinen (CAST, 2003). De belangrijkste mycotoxinen, hun structuur en toxiciteit, zowel algemeen en specifiek voor de aquacultuur (Fig. 1), zullen in deze paragraaf besproken worden. Fig. 1: Effecten van mycotoxinen op de gezondheid van vissen (uit BIOMIN, 2015) 7
14 4.1 Aflatoxinen Algemeen Aflatoxinen zijn de meest onderzochte en wijdverspreide voedings- en voedercontaminanten (Santacroce et al., 2008). In 1960 werd aflatoxine B 1 voor het eerst geïsoleerd en onderzocht bij de dood van 100,000 jonge kalkoenen met onbekende etiologie, de turkey X disease. Na onderzoek vond men dat het voeder aardnotenmeel uit Brazilië bevatte, die sterk gecontamineerd was met aflatoxine B 1 (Fig. 2) (Osweiler, 1996). Ook in de aquacultuur is het een Fig. 2: Aflatoxine B1 significant probleem, daar aflatoxinen aandoeningen met een hoge mortaliteit geven en een risico vormen voor de kwaliteit van het visbestand (Santacroce et al., 2008). Aflatoxinen zijn metabolieten van 4 species van fungi, allemaal behorend tot het genus Aspergillus. Aspergillus flavus en A. parasiticus zijn de belangrijkste vormers (Osweiler, 1996). De voornaamste aflatoxinen worden door het internationaal agentschap voor kankeronderzoek (IARC) ingedeeld in 2 groepen. Aflatoxine B 1 (AFB 1 ), aflatoxine B 2 (AFB 2 ), aflatoxine G 1 (AFG 1 ) en aflatoxine G 2 (AFG 2 ) horen in klasse 1 (carcinogeen voor mens en dier), terwijl aflatoxine M 1 (AFM 1 ), een metaboliet van AFB 1, behoort tot klasse 2B (mogelijk carcinogeen voor mens en dier) (Nomura, et al., 2011). De factoren die een invloed hebben op het voorkomen van aflatoxinen kunnen ingedeeld worden in 2 groepen. Enerzijds het milieu, waarin vooral temperatuur, droogtestress en relatieve vochtigheid van belang zijn en anderzijds de fysieke toestand van de korenaren en zaden (Osweiler, 1996) Toxiciteit Vooral van AFB1 is de toxiciteit en toxicokinetiek gekend. Het wordt door de mixed function oxidases (MFOs, cytochroom P450 enzymecomplex) van de lever gemetaboliseerd tot minstens 7 metabolieten. Die hebben elk een andere biologische activiteit, één belangrijke metaboliet, nl. het aflatoxine B 1-8,9-epoxide, is een zeer reactieve elektrofiele molecule. Het vormt covalente verbindingen met DNA, RNA en eiwitten. De toxicologische schade wordt bijgevolg veroorzaakt doordat dit aflatoxine B 1-8,9-epoxide de proteïnesynthese inhibeert. Dit gebeurt door de DNA-template te wijzigen en de synthese van het messenger RNA te inhiberen. De verzwakte eiwitsynthese heeft een deficiëntie van enzymen tot gevolg. Er is een verminderde vorming van structurele proteïnen, onvoldoende aanmaak van antilichamen, verzwakt vetmetabolisme, leververvetting, necrose door enzymtekorten en een deficiëntie van stollingsfactoren. Jonge dieren van de meeste diersoorten blijken gevoeliger dan volwassenen, omwille van hun relatief grote voederopname. Nutritionele deficiënties, vooral voor selenium, eiwitten en vitamine E verhogen de gevoeligheid voor een aflatoxicose (Osweiler, 1996). 8
15 4.1.3 Symptomen Bij mensen en dieren werden aflatoxinen en hun biotransformatieproducten, voedseloverdraagbare carcinogenen, reeds meerdere maal geassocieerd met erg schadelijke gezondheidseffecten (Hussein en Brasel, 2001). Carcinogene en teratogene effecten, genotoxiciteit en een kwaliteitsvermindering van het immuun- en genitaalstelsel zijn effecten die men kan vaststellen bij de meeste diersoorten (Steyn, 1995). De regenboogforel (Oncorhynchus mykiss) is de vissoort met de laagste lethale dosis voor 50% van de populatie (LD 50 ) voor aflatoxinen, dus de meest gevoelige diersoort, wat de soort tot een dankbaar studieobject maakt. Ze hebben een LD 50 van 0,5 mg AFB 1 /kg, bij die dosis in het voeder zal 50% van populatie snel sterven. In de vroege jaren 60 werd in Amerika AFB 1 teruggevonden in de voeding van regenboogforellen die massaal stierven bij een epizoötie van hepatoma s. Sindsdien zijn er nog meerdere uitbraken van aflatoxicose bij vissen gerapporteerd, onder andere in Duitsland, Mexico, Denemarken en Chili (Santacroce et al., 2008). De ergheid van de letsels ten gevolge van aflatoxinen wordt bepaald door de concentratie van de toxinen in de voeding, de duur van de blootstelling en de speciesgevoeligheid (Smith, 2011). Acute aflatoxicose bij regenboogforellen geeft een ziektebeeld met anemie, bleke kieuwen, verlaagde hematocrietwaarden, oedeem, frequent bloedingen, wijzigingen in het nutriëntenmetabolisme en leverschade. Daarnaast geeft met aflatoxinen besmette voeding bij de Nijltilapia (Oreochromis niloticus) cataract en blindheid, vergeling van het lichaamsoppervlak, abnormale zwempatronen en anorexie. Een acute blootstelling kan ook symptoomloos verlopen en plotse dood geven (Cagauan et al., 2004). Bij subacute aflatoxicose kan men milde tot erge leverschade, gele ogen, gele mucosa en huid, stollingsstoornissen, verhoogde voedselconversie, anemie, voortplantingsstoornissen, verminderde immuunrespons, nierschade en premature sterfte waarnemen (Hamilton, 1990). Chronische aflatoxicose ziet men bij langdurige opname van lage dosissen. Dit geeft een vaag beeld met traag ontwikkelende, subklinische symptomen. Het beeld dat men ziet is grotendeels het gevolg van een verminderde leverfunctie: verhoogde voedselconversie, gewichtsverlies, verhoogde gevoeligheid voor infecties, necrose en tumorontwikkeling in de lever en andere organen en een verhoogde mortaliteit (Pier et al., 1980). 4.2 Deoxynivalenol Algemeen Deoxynivalenol (DON) of vomitoxine (Fig. 3) is een trichotheceen mycotoxine dat voornamelijk geproduceerd wordt door Fusarium fungi, maar ook nog door andere species; onder andere Myrothecium en Cephalosporium (Pietsch et al., 2014). DON wordt vooral gevormd bij klimatologische omstandigheden die gekenmerkt worden door lage temperaturen en grote hoeveelheden Fig. 3: Deoxynivalenol 9
16 neerslag waardoor het rijpen van de oogst vertraagd wordt (Manning en Abbas, 2012). Besmetting van tarwe- en maïsplanten met Fusarium graminearum geeft een bepaald ziektebeeld bij de plant, respectievelijk Fusarium head blight en Fusarium ear rot (CAST, 2003). Deze ziekten zorgen ervoor dat de granen en hun bijproducten niet meer geschikt zijn om te verwerken in diervoeders wegens de mogelijke toxiciteit van DON (Manning en Abbas, 2012). Hoewel DON het minst toxische type trichotheceen is, is het toch een verwekker van aanzienlijke schade bij zowel mens als dier (Wegulo, 2012), het wordt door het IARC ingedeeld bij klasse 3 (niet classificeerbaar met betrekking tot de carcinogeniciteit bij de mens). Er zijn 4 types trichothecenen bekend: type A, B, C en D; DON hoort in groep B (Osweiler, 1996) Toxiciteit Trichothecenen zijn sterke inhibitoren van de proteïnesynthese via binding aan het 60S subunit in eukaryote ribosomen. Ze inhiberen ook de DNA- en RNA-synthese, maar hiervoor zijn hogere dosissen nodig. Lage hoeveelheden geven een verminderde transmembranaire transfer van glucose, calcium en aminozuren. Trichothecenen zijn direct cytotoxisch voor bepaalde cellen, het mechanisme hiervoor is nog niet gekend. Er zijn 3 gekende mechanismen van immuniteitsvermindering: de antilichaamproductie wordt onderdrukt, de combinatie van een vertraagde overgevoeligheidsreactie en remming van suppressor T-cellen, en ten laatste wordt de blastogenese van de lymfocyten aangetast (Osweiler, 1996) Symptomen Bij zoogdieren ziet men diarree, braken en malabsorptie van nutriënten ten gevolge van DON, algemeen bekend als het abdominal distress syndroom (Pietsch et al., 2014). Tot voor kort werden de schadelijke effecten van een met DON gecontamineerd dieet in de aquacultuur niet uitgebreid bestudeerd. Nu er steeds meer graan en graanbijproducten gebruikt worden in visvoeders, is het belangrijk om te weten wat de gevolgen van een DON contaminatie kunnen zijn (Manning en Abbas, 2012). Het is wel bekend dat vooral varkens en in tweede instantie ook kippen gevoeliger zijn voor DON dan vissen (Manning, 2010). Tussen de verschillende vissoorten is er een verschil in gevoeligheid voor een blootstelling aan DON gecontamineerd voeder, zo blijkt de forel opnieuw extreem gevoelig (Hooft et al., 2011). Trichothecenen kunnen veranderingen in het gedrag induceren waaronder een verminderde voederopname, en door de verminderde proteïnesynthese kunnen er beschadigingen van het spijsverteringskanaal ontstaan (Smith, 2011). Anemie bij de forel kan verklaard worden door de gastrointestinale haemorrhagische letsels (Matejova et al., 2014). Bij vroegere studies naar de toxiciteit van DON vond men dat juveniele forel erg gevoelig is, dit vertaalt zich in een verminderde voederopname en groei (Woodward et al., 1983). Er werden door Hooft et al. (2011) morfologische veranderingen aan de lever gerapporteerd, zoals vetinfiltratie, veranderingen aan de hepatocyten en subcapsulair oedeem. 10
17 4.3 Fumonisinen Algemeen Fumonisinen worden geproduceerd door F. moniliforme en F. proliferatum. Ze worden ingedeeld in 3 toxines: fumonisine B1 (FB1), FB2 en FB3, naargelang het aantal en de positie van de hydroxylgroepen (Osweiler, 1996). Fig. 4: Fumonisine B1 Fumonisine B 1 (Fig. 4) is het meest voorkomende toxine, verantwoordelijk voor 70% van het totaal aantal besmettingen van granen met fumonisinen (Manning en Abbas, 2012). De factoren die de aanmaak bevorderen zijn nog niet gekend. Fumonisinen zijn uniek onder de mycotoxinen daar zij zowel wateroplosbaar, hittestabiel als resistent tegen behandeling met alkalische stoffen zijn (Osweiler, 1996) Toxiciteit Fumonisinen inhiberen de synthese van sfingolipiden, en men veronderstelt dat dit een belangrijke factor is in hun toxische en kankerverwekkende eigenschappen. Ze worden door het IARC ingedeeld bij klasse 2B. FB1 en FB2 zijn gelijkend qua toxiciteit, FB3 is het minst schadelijk (Osweiler, 1996). Over de toxische effecten bij vissen is nog maar weinig gekend (Encarnação, 2006) Symptomen Bij paarden en andere equidae kan FB 1 equine leukoencephalomalacie (ELEM) veroorzaken, de hersenen worden hierbij aangetast en dit leidt tot fysieke beperkingen zoals apathie, moeilijke steunname, pharyngeale paralyse, blindheid en eventueel sterfte (Ross et al., 1993). Met fumonisinen gecontamineerd voeder bij varkens kan porcien pulmonair oedeem geven (PPE), gekarakteriseerd door oedeem in de pleurale holte (Colvin en Harrison, 1992). Gekweekte warmwatervis wordt negatief beïnvloed door de aanwezigheid van fumonisinen in het voeder. De gevoeligheid voor FB 1 is afhankelijk van het lichaamsgewicht van de individuele vis: hoe lager het gewicht, hoe gevoeliger (Manning en Abbas, 2012). Een verminderde gewichtstoename na intoxicatie met fumonisinen is beschreven bij de kanaalmeerval (Ictalurus punctatus) en de nijltilapia, maar die laatste is wel minder gevoelig (Enacarnação, 2006). Bij onderzoek door Lumlertdacha et al. (1995) zag men bij besmetting door FB 1 een verminderde weerstand, resulterend in een hogere mortaliteit bij kanaalmeervallen die blootgesteld werden aan de bacterie Edwardsiella ictaluri (Manning en Abbas, 2012). Bij hoge dosissen fumonisinen vindt men een lagere hematocriet en een verminderd aantal rode bloedcellen. De lange termijn effecten heeft men bij de karper onderzocht. Langdurige blootstelling is niet lethaal, maar veroorzaakt wel fysieke schade. De targetorganen bij de karper zijn 11
18 vooral de lever en de nieren, de endocriene en exocriene pancreas en het inter-renaal weefsel worden ook aangetast (Enacarnação, 2006). 4.4 Ochratoxinen Algemeen Ochratoxinen worden aangemaakt door Penicillium viridicatum en A. ochraceus. Ochratoxine A (OTA, Fig. 5) is het meest voorkomende toxine en heeft het grootste toxische belang. De vochtigheid van het graan, de temperatuur en de relatieve vochtigheid zijn bepalend voor de productie van toxinen Fig. 5: Ochratoxine A (Osweiler, 1996). OTA is een belangrijk mycotoxine; het heeft een nadelige invloed op de productie in de aquacultuur en -van groter belang- het contamineert de eetbare weefsels van vissen en andere dieren zodat het ook de humane voedselketen treft (Manning, 2010) Toxiciteit Microsomale MFO s zetten ochratoxinen om tot actieve metabolieten zoals bijvoorbeeld ochratoxine-α en phenylalanine. Op cellulair niveau binden ze sterk met proteïnen, interfereren ze met de proteïnesynthese, verstoren ze het koolhydraatmetabolisme, belemmeren ze de synthese van transfer- en messenger-rna en zorgen ze voor een verhoogde vorming van vrije radicalen (IARC klasse 2B). Ze richten zich vooral op de proximale renale tubuli; ze verminderen de renale klaring, verlagen het concentratievermogen van de nier, verhinderen het aniontransport en veroorzaken het vrijkomen van de renale borstelzoom enzymes (Osweiler, 1996) Symptomen OTA veroorzaakt leverschade bij vee. Bij kanaalmeervallen ziet men een verminderde gewichtstoename en obliteratie van het exocriene pancreasweefsel (Manning, 2010). Bij een hoge dosis is er een verminderde overlevingskans en een lagere hematocriet vastgesteld. Na langdurige blootstelling (8 weken) aan een hoge dosis OTA ziet men ernstige histopathologische letsels in de lever en de achterste nier (Encarnação, 2006). Er is accumulatie van OTA in lever en spierweefsel van meervallen na voederen van OTAgecontamineerd dieet. Via consumptie van besmette dieren kunnen mensen geïntoxiceerd raken; het nierweefsel wordt aangetast met een mogelijke nefropathie tot gevolg (Manning, 2010). 12
19 Balkan endemic nephropathy (BEN) werd in de jaren 50 gezien in Roemenië, Bulgarije en voormalig Joegoslavië en zou mogelijk gecorreleerd zijn met genetische factoren en OTA. Het is gekenmerkt door een progressieve, onbehandelbare ziekte met hoofdzakelijk nierproblemen en uremie die uiteindelijk fataal is (Pfohl-Leszkowicz en Manderville, 2007). 4.5 Zearalenone Algemeen Fig. 6: Zearalenone Zearalenone (Fig. 6) is een van de meest voorkomende mycotoxinen, en het enige gekende myco-oestrogeen (Bakos et al., 2013). Het wordt aangemaakt door F. roseum en F. moniliforme. Besmetting van maïs wordt pink ear rot genoemd en bij tarwe wordt dit scab genoemd. Een hoog vochtgehalte van de granen, later oogsten en alternerend hoge en lage temperaturen bevorderen de productie van zearalenone (Osweiler, 1996) Toxiciteit Zearalenone wordt makkelijk geabsorbeerd uit de gastro-intestinale tractus. Het toxine wordt gemetaboliseerd tot α- en β-zearalenol en uitgescheiden via de urine, gal en faeces (Osweiler, 1996). Bij de regenboogforel is er vooral metabolisatie tot het minder potente β-isomeer (Malekinejad et al, 2012). Zearalenone, α- en β-zearalenol binden aan de cytosolische oestradiolreceptoren, het α-isomeer heeft wel een grotere affiniteit. Dat complex migreert naar de nucleus van de cel en zorgt voor de initiatie van specifieke RNA synthese. Het functioneert fysiologisch als een zwak oestrogeen met een zwakke capaciteit. Het vermindert secretie en vrijzetting van het follikel stimulerend hormoon (FSH). Dat hormoon zorgt voor de maturatie van het pre-ovulatoir follikel. Door de enterohepatische kringloop is er verlengde retentie van zearalenone, zelfs nadat de consumptie reeds gestopt is (Osweiler, 1996) Symptomen Gecontamineerd voeder kan bij varkens, die vooral het α-isomeer vormen, zorgen voor permanente schade van het reproductiestelsel. De vatbaarheid is afhankelijk van de leeftijd: hoe ouder, hoe vatbaarder (Manning, 2010). Het effect van zearalenone is nog niet goed bestudeerd in de aquacultuur, maar aangezien het bij vele diersoorten reproductiestoornissen geeft is verder onderzoek aangewezen (Manning, 2010). Er zijn wel al onderzoeken gebeurd bij onder andere de Atlantische zalm (Salmo salar), de forel (O. mykiss) en de karper (Cyprinus carpio). De gevolgen bij blootstelling, zowel op korte als lange termijn, zijn intersexen, testiculaire degeneratie, verminderde 13
20 spermaproductie en motiliteit, verminderd fertilisatievermogen, slechte immuniteitsopbouw en groei, en dosisgerelateerde inductie van oestrogeenresponsieve genen (Bakos et al, 2013). 5 DETECTIE VAN MYCOTOXINEN 5.1 Mycotoxicosen bij vissen De symptomen van mycotoxicosen komen overeen met een slecht management. Toch zijn er enkele kenmerken die kunnen wijzen richting mycotoxinen. Ten eerste verspreiden de symptomen zich niet tussen de dieren via de omgeving, intoxicatie kan enkel door opname van gecontamineerd voeder. Ten tweede kan het klinisch beeld niet verbeterd worden door een medicamenteuze behandeling. Ten derde is het meestal een vaag, subacuut tot chronisch probleem dat beantwoordt aan het dosisrespons-principe. Soms kan men ook het verband leggen met een verandering van het voeder. Men ziet niet altijd al deze kenmerken, maar hoe meer men er ziet, hoe sterker het vermoeden (Osweiler, 1996). 5.2 Mycotoxinen in voeder Bij een vermoeden van een mycotoxicose gaat men het voeder onderzoeken. Bij staalname hiervan zijn er 2 problemen. Ten eerste is het mogelijk dat de intoxicatie gebeurde met een voeder dat niet meer beschikbaar is, en ten tweede zijn de schimmels en hun mycotoxinen niet homogeen in het voeder verspreid, er is een verdeling over zogenaamde hotspots. Er zijn 2 manieren om het staal te nemen. Men kan de moving-streammethode gebruiken: hierbij worden tijdens het laden en lossen een aantal substalen genomen. Men kan ook de probe samplingmethode uitvoeren; in de voedersilo worden om de 2 meter in de hoogte substalen genomen met behulp van probes. De eerste methode heeft de voorkeur omdat er in de silo ideale micromilieus voor schimmels kunnen ontstaan zodat de staalname niet representatief is. Bij beide methoden worden de substalen samengebracht en gehomogeniseerd. Voor het transport naar het onderzoekscentrum kan men de stalen drogen en verpakken in papieren of katoenen zakken (Osweiler, 1996). Om de stalen te onderzoeken is het belangrijk dat er een snelle, gevoelige en accurate methode wordt ontwikkeld. Hiernaar is reeds veel onderzoek gebeurd wegens het grote belang van mycotoxinen in de voedings- en voederindustrie en bijgevolg op de hele economie en volksgezondheid. Er zijn reeds verschillende analytische methoden voor mycotoxinen ontwikkeld met een verschillende sensitiviteit en accuraatheid. Dunnelaagchromatografie, high-performance liquid chromatography (HPLC) met UV of fluorescentie detectie, enzyme immunoassay, en recenter ook de liquid chromatography-mass spectrometry en gas chromatography-mass spectometry zijn technieken die in aanmerking komen (Rahmani et al., 2009). Detectie van schimmels in het substraat is geen zekerheid dat er ook mycotoxinen aanwezig zijn, er zijn immers specifieke omstandigheden nodig vooraleer schimmels toxinen produceren. Omgekeerd kan het zijn dat bij de aanwezigheid van mycotoxinen er geen schimmel wordt teruggevonden, deze kan al dood zijn (Santacroce et al., 2008). Uit recente onderzoeken is gebleken dat de mycotoxinen gemodificeerd kunnen worden door de aangetaste planten. Er is mogelijk een conjugatie met glucose, dit is reeds aangetoond bij DON 14
21 (Berthiller et al., 2005) en zearalenone (Schneweis et al., 2005). Deze modificatie heeft als gevolg dat de geconjugeerde mycotoxinen niet kunnen gedetecteerd worden, maar waarschijnlijk wel toxisch zullen zijn. Zhou et al. hebben in 2007 een onderzoek gedaan waarbij het DON-gehalte in gerst werd bepaald. Na toevoegen van trifluorazijnzuur, dat ervoor zorgt dat de glucoseconjugaten gehydrolyseerd worden, was er een toename van het DON-gehalte van 88%. Het lijkt waarschijnlijk dat de conjugaten ook zullen hydrolyseren door de sterke zuren van de spijsverteringssappen en zo toch hun toxische werking kunnen uitvoeren. Met deze kennis lijkt het reëel dat de mycotoxinengehalten worden onderschat (Smith, 2011; Broekaert et al., 2015). In Richtlijn 2003/100/EG van de Commissie van 31 oktober 2003 (Bijlage I) en aanbeveling 2006/576/EG van de Commissie van 17 augustus 2006 (Bijlage II) over respectievelijk de wijziging van bijlage I bij Richtlijn 2002/32/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake ongewenste stoffen in diervoeding en de aanwezigheid van deoxynivalenol, zearalenone, ochratoxine A, T-2- en HT-2-toxine en fumonisinen in producten die bedoeld zijn voor het voederen van dieren, worden grenzen gegeven voor de gehalten van de meest voorkomende mycotoxinen in diervoeders. 6 BESTRIJDING EN PREVENTIE VAN MYCOTOXINEN Er is geen specifieke behandeling of antidotum voor mycotoxicosen, al worden kwalitatieve eiwitten en supplementatie van eiwitten en selenium wel aangeraden. Het voorkomen van opname van mycotoxinen is dus van groot belang (Osweiler, 1996). Er zijn verschillende technieken voor de decontaminatie van voeders. Deze methoden steunen op de volgende principes: - Het mycotoxine moet geïnactiveerd / vernietigd worden door transformatie naar niet-toxische verbindingen. - De schimmelsporen en mycelia moeten vernietigd worden zodat er geen nieuwe toxinevorming kan plaatsvinden. - Het voeder of de voeding moet de nutritionele waarde behouden en moet smakelijk blijven. - De fysieke eigenschappen van het rauwe materiaal zouden moeten bewaard blijven. - Het moet economisch haalbaar zijn; de kosten van het decontamineren zouden lager moeten zijn dan de waarde van het te decontamineren materiaal. Er zijn 3 grote manieren om de toxische effecten van mycotoxinen te vermijden. Men kan ingrijpen voor het oogsten en contaminatie voorkomen, men kan het voeder of de voeding decontamineren na het oogsten of men kan de absorptie van mycotoxinen ter hoogte van het spijsverteringsstelsel inhiberen (Bata en Lásztity, 1999; Devreese et al., 2013). 6.1 Preventie Het cultiveren van een resistente graansoort is de meest effectieve preventieve techniek. Men heeft door selectie al verschillende variëteiten van vooral maïs en tarwe kunnen ontwikkelen met resistentie. Volledig resistente stammen heeft men nog niet kunnen ontwikkelen (Bata en Lásztity, 1999). Preventie van schimmelgroei en toxineproductie zijn ook een mogelijkheid. Een goede oogsttechniek, fungicidengebruik, bewaringsmethode en verwerkingsmanier zijn hierbij van groot belang (Bata en 15
22 Lászity, 1999). Er wordt bijvoorbeeld een hoger gehalte aan sporen gevonden wanneer er geen grondbewerking was tussen oogsten en zaaien en bij het verbouwen van een monocultuur (Spring en Fegan, 2006). De goede landbouwpraktijken leiden tot publicatie van een praktische gids voor de preventie van mycotoxinen door Fusarium bij granen en diervoeder (Trenholm et al., 1989). Het verdunnen van besmet graan met niet-besmette granen vermindert het mycotoxine-gehalte, maar zorgt voor steeds meer voeders met lage contaminatiegehaltes (Osweiler, 1996) en is illegaal op verschilende markten. Er zijn ook fungiciden op de markt, deze zorgen voor stabiliteit van diervoeders en ingrediënten tijdens de opslag (Spring en Fegan, 2006) 6.2 Decontaminatie Wanneer preventie van contaminatie onvoldoende is, moet er decontaminatie gebeuren. De eenvoudigste methode hiervoor is manuele selectie van de granen; gebroken en afwijkende korrels worden verwijderd. Dit is een intensieve en tijdrovende procedure en is veelal praktisch onmogelijk. De meeste mycotoxinen zijn hittestabiel, dus een warmtebehandeling gaat geen significant verschil geven in contaminatiegraad. Een deel van de besmette granen kan verwijderd worden door te stomen of te malen. Bij het malen is er een scheiding in 2 fracties: de zemelen met een hogere contaminatie en de bloem met een lagere contaminatie (Bata en Lásztity, 1999). Er wordt op grote schaal onderzoek gedaan naar economisch voordelige chemische stoffen die de mycotoxinen kunnen omzetten tot niet-toxische producten. Alkalische stoffen, zoals ammoniak en natrium- en calciumhydroxide, werden voornamelijk gebruikt bij aflatoxinen. Deze hebben wel een groot nadeel; ze zorgen voor een verlies van nutriënten (Samarajeewa et al., 1990). Door toevoegen van chemicaliën kan men ook een vermindering van toxine-productie bekomen. Er zijn een honderdtal stoffen gekend die de vorming van aflatoxinen inhiberen, hun werking is vooral gesteund op inhibitie van schimmelgroei. Dichloorvos, een organofosfaat pesticide, en caffeine zijn veel bestudeerde stoffen (Zalka en Buchanan, 1987). Oxiderende agentia als chlorine en een ozonbehandeling werden ook gebruikt. Ze zorgen voor een significante reductie van de mycotoxinen, maar deze behandelingen zijn te drastisch om te gebruiken bij granen die voor consumptie bestemd zijn (Bata en Lásztity, (1999). 6.3 Inhibitie van absorptie Er zijn verschillende producten op de markt die mycotoxinen gaan binden tijdens passage door het spijsverteringskanaal. Het complex moet veilig door het lichaam kunnen passeren en uitgescheiden worden via de faeces zodat er minimale blootstelling is voor de dieren (Spring en Fegan, 2006). Actieve kool is hier een gekend voorbeeld van; het bindt onder andere patuline (Mutli en Goklem, 1998), een mycotoxine van het genus Penicillium, en ochratoxine A (Galvano et al. 1998). Aflatoxine B1 wordt door gehydrateerde sodium calcium aluminosilicaten (HSCAS) geadsorbeerd (Grant en Phillips, 1998). Een mogelijk nadeel bij deze methoden is dat er een kans is dat er ook belangrijke micronutriënten worden geadsorbeerd en zo niet door het lichaam kunnen worden opgenomen. Ondanks dit worden sommige absorbantia regelmatig gebruikt in diervoeders (Bata en Lásztity, 1999). 16
23 Een onderzoekstak die hier ook in kadert is biodegradatie van mycotoxinen. Het idee is ontstaan bij de productie van ethanol door fermentatie van met zearalenone besmette maïs. De geproduceerde ethanol was helemaal vrij van zearalenone, maar de nevenproducten, zowel de vaste als de oplosbare fractie die bij de productie van diervoeding worden gebruikt, waren wel gecontamineerd. Het doel is om een techniek te vinden waarbij de mycotoxinen via gisting omgezet worden tot niettoxische producten (Bata en Lásztity, 1999). Flavobacterium aurantiacum is een bacterie die irreversibel mycotoxinen uit oplossingen kan verwijderen, dit werd reeds aangetoond in onder andere melk, plantaardige olie en pindamelk en boter (Ciegler et al. 1966). Door het toenemend wantrouwen van consumenten in chemische behandelingen van voeding, zal het belang van biologische technieken en middelen voor de bestrijding van mycotoxinen in belang toenemen. 17
24 BESPREKING Mycotoxinen zijn een plaag van de mensheid (Miller, 1995), ze werden reeds vermeld in het Oude Testament, maar zorgen nu nog voor problemen waar men geen antwoord op heeft. Mycotoxinen hebben een grote impact op zowel de voedselveiligheid als op het welzijn van de dieren en zorgen bovendien voor economische schade. De diagnose van mycotoxicosen kan moeilijk worden gesteld, want de klinische symptomen komen overeen met een slecht management. Dit is het geval bij alle diersoorten; bij de conventioneel gehouden productiediersoorten zoals varkens, pluimvee en rundvee is dit een goed gekende en onderzochte problematiek. Er zijn maar weinig gegevens beschikbaar over de impact van mycotoxinen op aquacultuur, dus een diagnose stellen is een echte uitdaging. De symptomen zijn vooral subklinisch en moeilijk te detecteren. Aangezien men de aquacultuursector zou willen uitbreiden om aan de steeds groter wordende voedingsbehoefte te beantwoorden, moet er geïnvesteerd worden in verder onderzoek. Er zijn wel al verschillende metabolisme- en toxiciteitsstudies gebeurd, maar er is weinig standaardisatie in de studiedesign. De onderzoeken zijn gebeurd voor diverse mycotoxinen en bij verschillende vissoorten. Hierdoor is het moeilijk om een algemeen beeld te krijgen van de toxiciteit en volledige impact bij vissen. Als parameter voor blootstelling aan mycotoxinen kan men bij vissen enkel het voeder gebruiken, er is dus nood aan biomerkers die kunnen dienen om de blootstelling en toxiciteit bij vissen te evalueren. Eens men het exacte mechanisme kan achterhalen, zou men sneller de diagnose kunnen stellen en gerichter kunnen ingrijpen. Misschien wel het belangrijkste onderwerp voor verder onderzoek is de preventie. Wanneer men mycotoxinen in het voeder volledig zou kunnen voorkomen, zou dit van enorme waarde zijn voor alle takken van de voedingsindustrie en leiden tot een reductie in verliezen van de volledige dierlijke productie. Ontwikkeling van volledig resistente stammen van verschillende graansoorten zou een ideale oplossing zijn, hierbij pakt men immers rechtstreeks de bron aan en vermijdt men dat de mycotoxinen al voor schade kunnen zorgen bij de productie van de grondstoffen. Wanneer niet kan vermeden worden dat er mycotoxinebesmetting is, zou de biodegradatie met behulp van micro-organismen een mooie oplossing kunnen zijn. Dit zou een veelbelovende oplossing kunnen zijn die veilig en effectief is. Meer onderzoek naar micro-organismen en interacties met schimmels en toxinen is aangewezen. Een groot deel van de industrie rond aquacultuur bevindt zich in minder ontwikkelde landen. Het is dus van belang om de kennis die men al heeft over het voorkomen en gevaar van mycotoxinen te communiceren. Door kleine ingrepen bij bijvoorbeeld het oogsten en bewaren van granen kan men de contaminatiegraad verlagen. Zo kunnen onnodige economische verliezen worden vermeden en kan dit de volksgezondheid enkel ten goede komen. Aangezien aquacultuur een opkomende sector is in Europa, zal er hiernaar intensiever onderzoek gebeuren. Er zal meer budget vrijgesteld worden om onderzoek te doen naar de optimale infrastructuur, het natuurlijk gedrag, voederkwaliteit en -samenstelling, kweek, Mycotoxinen zullen hierin zeker aan bod komen als boosdoener. Er zou een inschatting moeten komen van het risico dat 18
25 mycotoxinen vormen voor de vissen en consumenten, en er zou een concrete aanpak moeten voorgesteld worden om hierop te kunnen anticiperen. In de wetgeving op Europees niveau worden er grenzen vastgelegd voor de belangrijkste mycotoxinen in de verschillende diervoeders. Voeder voor aquacultuur wordt hierbij slechts uitzonderlijk vermeld. Een wettelijke bepaling van grenzen is nochtans nodig, want in deze sector wordt er wereldwijd handel gedreven. 19
26 REFERENTIELIJST Abramson D., Sinha R. N., Mills J. T. (1980). Mycotoxin and Odor Formation in Moist Cereal Grain During Granary Storage. Cereal Chemistry 57, Bakos K., Kovács R., Staszny Á., Sipos D. K., Urbányi B., Müller F., Csenki Z., Kovács B. (2013). Developmental toxicity and estrogenic potency of zearalenone in zebrafish (Danio rerio), Aquatic Toxicology , Bata Á., Lásztity R. (1999). Detoxification of mycotoxincontaminated food and feed by microorganisms. Trends in Food Science & Technology 10, Berthiller F., Dall Astra C., Schuhmacher R., Lemmens M., Adam G., Krska R. (2005). Masked Mycotoxins: Determination of a Deoxynivalenol Glucoside in Artificially and Naturally Contaminated Wheat by Liquid Chromatography Tandem Mass Spectometry. Journal of Agricultural and Food Chemistry 53, Binder E. M., Tan L. M., Chin L. J., Handl J., Richard J. (2007) Worldwide occurrence of mycotoxins in commodities, feeds and feed ingredients. Animal Feed Science and Technology 137, BIOMIN (2015). Symptoms/Residues. Internetreferentie: (geconsulteerd op 28 maart 2015). Broekaert N., Devreese M., De Baere S., De Backer P., Croubels S. (2015). Modified Fusarium mycotoxins unmasked: From occurrence in cereals to animal and human excretion. Food and Chemical Toxicology 80 (2015), Bullerman L. B., Bianchini A. (2007). Stability of mycotoxins during food processing. International Journal of Food Microbiology 119, Cagauan A. G., Tayaban R. H., Somga J., Bartolome R. M. (2004). Effect of aflatoxin-contaminated feeds in Nile tilapia (Oreochromis niloticus L.). Voordracht 6th International Symposium on Tilapia in Aquaculture (ISTA 6), Philippines, september Ciegler A., Lillehoj E. B., Peterson R. E., Hall H. (1966) Microbial Detoxification of Aflatoxin. Applied Microbiology 14, Colvin B. M., Harrison L. R. (1992). Fumonisin-induced pulmonary edema and hydrothorax in swine. Mycopathologia, 117, Devreese M., De Backer P., Croubels S. (2013). Different methods to counteract mycotoxin production and its impact on animal health. Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift 82, Ellis R. W., Clements M., Tibbetts A., Winfree R. (2000). Reduction of the bioavailability of 20 µg/kg aflatoxin in trout feed containing clay. Aquaculture 183, Encarnação P. (2006). The consequences of mycotoxins in aquaculture. Internetreferentie: (geconsulteerd op 4 maart 2015). European Aquaculture Technology and Innovation Platform (2012a). Putting European Aquaculture into Context. The future of European Aquaculture, 3-5. European Aquaculture Technology and Innovation Platform (2012b), The Strategic Research and Innovation Agenda, The future of European Aquaculture,
27 European Aquaculture Technology and Innovation Platform (2012b). EATiP and its Vision for European Aquaculture. The future of European Aquaculture, 6-9. European Aquaculture Technology and Innovation Platform (2012c). Strategic Goals & Plans for Action. The future of European Aquaculture, Galvano F., Pietri A., Bertuzzi T., Piva A., Chies L., Galvano M. (1998). Activated Carbons: In Vitro Affinity for Ochratoxin A and Deoxynivalenol and Relation of Adsorption Ability to Physicomechanical Parameters. Journal of Food Protection 61, Grant P. G., Phillips T. D. (1998). Isothermal Adsorption of Aflatoxin B1 on HSCAS Clay. Journal of Agricultural and Food Chemistry 46, Hamilton P. (1990). Problems with mycotoxins persist, but van be lived with. Feedstuffs 62, Geciteerd door Santacrose et al. (2008). Hooft J. M., Elmor A. E. H. I., Encarnação P., Bureau D. P. (2011). Rainbow trout (Oncorhynchus mykiss) is extremely sensitive to the feed-borne Fusarium mycotoxin deoxynivalenol (DON). Aquaculture 311, Hussein H. S., Brasel J. M. (2001). Toxicity, metabolism, and impact of mycotoxins on humans and animals. Toxicology 167, Lumlertdacha S., Lovell R. T., Shelby R. A., Lenz S. D., Kemppainen B. W. (1995). Growth, hematology, and histopathology of channel catfish, Ictalurus punctatus, fed toxins from Fusarium moniliforme. Aquaculture 130, Malekinejad H., Agh N., Vahabzadeh Z., Varasteh S. Alavi M. H. (2012). In vitro reduction of zearalenone to β-zearalenol by rainbow trout (Oncorhynchus mykiss) hepatic microsomal and post-mitochondrial subfractions. Iranian Journal of Veterinary Research 38, Manning B. B. (2010). Mycotoxins in Aquaculture Feeds. SRAC (Southern Regional Aquaculture Center), publication No 5002, mei 2012 Manning B. B., Abbas H. K. (2012). The effect of Fusarium mycotoxins deoxynivalenol, fumonisin, and moniliformin from contaminated moldy grains on aquaculture fish. Toxin Reviews 31 (1-4), Matejova I., Modra H., Blahova J., Franc A., Fictum P., Sevcikova M., Svobodova Z. (2014). The Effect of Mycotoxin Deoxynivalenol on Haematological and Biochemical Indicators and Histopathological Changes in Rainbow Trout (Oncorhynchus mykiss). Hindawi Publishing Corporation, 2014, 1-5. Menghe H. L., Robinson E. H. (2013). Feed Ingredients and Feeds for Channel Catfish. SRAC (Southern Regional Aquaculture Center), publication No 1806, februari 2013 Miller J. D. (1995). Fungi and mycotoxins in grain: implications for stored product research. Journal of Stored Products Research 31,1-16 Moss M. O. (1991). The environmental factors controlling mycotoxin formation. In: Smith J. E., Anderson R. A. (Editors) Mycotoxins and animal foods. CRC Press, Boca Raton, Florida, p
Serum als matrix voor de diagnose van Fusariummycotoxicosis bij varkens
Serum als matrix voor de diagnose van Fusariummycotoxicosis bij varkens Promotoren: Drs. Tommy Van Limbergen Prof. Dr. Dominiek Maes Prof. Dr. Siska Croubels Van Neste Karen 2 1. INLEIDING Mycotoxine =
Nadere informatieINHOUD 2 1. VOORWOORD 3
Mycotoxinemonitoring GRANEN oogst 2018 Inhoud INHOUD 2 1. VOORWOORD 3 2. OBJECTIEVEN 3 3. BRON VAN GEGEVENS 4 4. ANALYSEMETHODES & GESCREENDE MYCOTOXINES 4 5. RESULTATEN NA-OOGST MONITORING 5 5.1 REGIONALE
Nadere informatieMycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2015
Mycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2015 25/09/2015 Inhoud INHOUD 2 1. VOORWOORD 3 2. OBJECTIEVEN 3 3. BRON VAN GEGEVENS 4 4. ANALYSEMETHODES & GESCREENDE MYCOTOXINES 4 5. RESULTATEN NAOOGST MONITORING 5
Nadere informatieMYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 2014
MYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 2014 1 VOORWOORD BEMEFA en SYNAGRA wensen de bedrijven die gegevens aangeleverd hebben te bedanken. Mede dankzij hen beschikt de sector over een databank met resultaten
Nadere informatieMYCOTOXINEMONITORING GRANEN OOGST 2013
MYCOTOXINEMONITORING GRANEN OOGST 2013 1 VOORWOORD BEMEFA, KVBM en Synagra wensen de bedrijven die gegevens aangeleverd hebben te bedanken. Mede dankzij hen beschikt de sector over een databank met resultaten
Nadere informatieMYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 2015
MYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 1 VOORWOORD BEMEFA en SYNAGRA wensen de bedrijven, die gegevens aangeleverd hebben, te bedanken. Mede dankzij hen beschikt de sector over een databank met resultaten kort
Nadere informatieMycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2017
Mycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2017 20/09/2017 Inhoud INHOUD 2 1. VOORWOORD 3 2. OBJECTIEVEN 3 3. BRON VAN GEGEVENS 4 4. ANALYSEMETHODES & GESCREENDE MYCOTOXINES 4 5. RESULTATEN NAOOGST MONITORING 5
Nadere informatieBiotransformatie en toxiciteit van
Biotransformatie en toxiciteit van paracetamol 062 1 Biotransformatie en toxiciteit van paracetamol Inleiding Paracetamol is het farmacologisch actieve bestanddeel van een groot aantal vrij en op recept
Nadere informatieMycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2014
Mycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2014 25/09/2014 Inhoud INHOUD 2 1. VOORWOORD 3 2. OBJECTIEVEN 3 3. BRON VAN GEGEVENS 4 4. ANALYSEMETHODES & GESCREENDE MYCOTOXINEN 4 5. RESULTATEN NAOOGST MONITORING 5
Nadere informatieMycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2016
Mycotoxinemonitoring GRANEN Oogst 2016 26/09/2016 Inhoud INHOUD 2 1. VOORWOORD 3 2. OBJECTIEVEN 3 3. BRON VAN GEGEVENS 4 4. ANALYSEMETHODES & GESCREENDE MYCOTOXINES 4 5. RESULTATEN NAOOGST MONITORING 5
Nadere informatieMYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 2018
MYCOTOXINE MONITORING MAÏS OOGST 2018 1 VOORWOORD BFA en SYNAGRA wensen de bedrijven, die gegevens aangeleverd hebben, te bedanken. Mede dankzij hen beschikt de sector over een databank met resultaten
Nadere informatieNatuurlijke toxinen in voedingsmiddelen: Mycotoxinen
165 1 Natuurlijke toxinen in voedingsmiddelen: Mycotoxinen drs. Claudia Schlax Dit artikel is een herziening van Chemische Feitelijkheid 35 (januari 1986); de oorspronkelijke Feitelijkheid werd geschreven
Nadere informatieMYCOTOXINES en DIERGEZONDHEID
MYCOTOXINES en DIERGEZONDHEID Siska Croubels Laboratorium voor Farmacologie en Toxicologie Salisburylaan 133 9820 Merelbeke WVPA België - Agriflanders - 10.01.2013 Labo voor Farmacologie & Toxicologie
Nadere informatieAlgemene Samenvatting
Algemene Samenvatting e vitamine metaboliet 1,25-dihydroxyvitamine ( ) speelt een sleutelrol bij het handhaven van de calcium homeostase door middel van effecten op de darm, het bot en de nier. e metaboliet
Nadere informatieNederlandse. Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Het metabole syndroom is tegenwoordig een veel voorkomend ziektebeeld dat getypeerd wordt door een combinatie van verschillende aandoeningen. Voornamelijk in de westerse landen
Nadere informatieNederlandse samenvatting - voor niet-vakgenoten -
Nederlandse samenvatting - voor niet-vakgenoten - Nederlandse samenvatting voor niet-vakgenoten In dit proefschrift staat het metaal koper centraal. Koper komt vooral via de voeding in het lichaam van
Nadere informatieMycotoxinemonitoring GRANEN - Oogst
BEMEFA APFACA Beroepsvereniging van de Mengvoederfabrikanten, v.z.w. Association Professionnelle des Fabricants d'aliments Composés pour Animaux, a.s.b.l. Mycotoxinemonitoring GRANEN - Oogst 2011-1 ALGEMEEN
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 1 / 4
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 1 / 4 Advies 13-2004 - Programmatie van de chemische analyses van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen voor 2004. (dossier
Nadere informatieWelke richting volg je? In welke mate ga je akkoord met volgende stellingen?
Groepsnummer: Nummer respondent: Beste leerling, Hieronder vind je een aantal vragen. Lees de opdrachten aandachtig en probeer zo nauwkeurig mogelijk te antwoorden. Laat geen vragen open. Als je iets niet
Nadere informatieNiet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. 3 Projectbeschrijving
Niet-technische samenvatting 2016491-2 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Effecten van ijzer op een hormoon dat betrokken is bij het calcium- en fosfaatmetabolisme (FGF23) bij chronische nierpatiënten.
Nadere informatieTien jaar onderzoek in de agro- voedingssector gesubsidieerd door de DWTC
Tien jaar onderzoek in de agro- voedingssector gesubsidieerd door de DWTC 1 DWTC intitiatieven, periode 1990-2001 (i) Gezondheidsrisico s in verband met voeding (11 projecten) (ii)) Normalisatie in de
Nadere informatieGeïntegreerde aanpak van aarfusarium in granen en het effect op mycotoxinen
Geïntegreerde aanpak van aarfusarium in granen en het effect op mycotoxinen Praktijknetwerk Aarfusarium 5 februari 2014, Huub Schepers & Bert Evenhuis Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling:
Nadere informatieInteraktie tussen koper in oppervlaktewater, de structuur van microbiële levensgemeenschappen en histamine concentraties in eetbare kreeftachtigen
15 Samenvatting Interaktie tussen koper in oppervlaktewater, de structuur van microbiële levensgemeenschappen en histamine concentraties in eetbare kreeftachtigen Vervuiling van oppervlaktewater, vooral
Nadere informatieGeïntegreerde aanpak van aarfusarium in granen en het effect op mycotoxinen
Geïntegreerde aanpak van aarfusarium in granen en het effect op mycotoxinen Ondertitel 5 februari 2014, Huub Schepers & Bert Evenhuis Indeling presentatie Schade opbrengst/kwaliteit Levenswijze Fusarium-schimmels
Nadere informatieMycotoxinengevaar vergt ketenborging
Mycotoxinengevaar vergt ketenborging Aflatoxine B1 als praktijkvoorbeeld Symposium Microbiële Toxinen in Voeding De Bilt, 01 november 2018 Frank Gort, programma manager producten Inhoud 1. SecureFeed in
Nadere informatieMycotoxines. Inleiding
035 1 Mycotoxines Inleiding Mycotoxines (van Grieks muces = paddestoel) zijn giftige stoffen voortgebracht door schimmels en paddestoelen. Van de paddestoelen is algemeen bekend dat er naast eetbare talrijke
Nadere informatieBijlage II. Een genetisch gemodificeerd micro-organisme wordt ondergebracht in risicoklasse 1 als aan alle volgende criteria voldaan is :
Bijlage II " Bijlage 5.51.2 Criteria voor de indeling van genetisch gemodificeerde micro-organismen en organismen in risicoklasse 1 (artikel 5.51.2.1, 2, a) van titel II van het VLAREM) A. Micro-organismen
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Samenvatting Gisten zijn ééncellige organismen. Er zijn veel verschillende soorten gisten, waarvan Saccharomyces cerevisiae, oftewel bakkersgist, de bekendste is. Gisten worden al sinds de
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het ontwikkelen van een nieuw geneesmiddel is een langdurig en kostbaar proces. Een belangrijke reden voor het stoppen van de ontwikkeling van een kandidaat-geneesmiddel is het
Nadere informatieProductie kweekvis,
Indicator 19 november 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afgelopen jaren heeft een
Nadere informatieBIJSLUITER. EQUIOXX 8.2 mg/g orale pasta voor paarden
BIJSLUITER EQUIOXX 8.2 mg/g orale pasta voor paarden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE Houder van de vergunning
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie L 318/19
6.12.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 318/19 RICHTLIJN 2005/87/EG VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot wijziging van bijlage I bij Richtlijn 2002/32/EG van het Europees Parlement en de Raad
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 november 2013 (OR. nl) 16792/13 DENLEG 136. BEGELEIDENDE NOTA de Europese Commissie ingekomen: 21 november 2013
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 november 2013 (OR. nl) 16792/13 DEEG 136 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 21 november 2013 aan: Nr. Comdoc.: D030008/02 Betreft: het secretariaat-generaal
Nadere informatieIntoxicaties. bij PLUIMVEE. Dr. Maarten De Gussem. Created with novapdf Printer (www.novapdf.com). Please register to remove this message.
Intoxicaties bij PLUIMVEE Dr. Maarten De Gussem Intoxicatie Latijn : «Intoxicare» ~ Vergiftigen «Toxicum» ~ Vergif Vergiftiging of intoxicatie is de toestand die ontstaat na het in- of opnemen van een
Nadere informatie(Voor de EER relevante tekst)
8.6.2017 L 145/13 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/962 VAN DE COMMISSIE van 7 juni 2017 tot intrekking van de vergunning voor ethoxyquine als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en
Nadere informatieAchtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een
1 2 Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een medicament tussen plasma en weefsels en de effecten
Nadere informatieASPI-kel 65%, 650 mg/g, poeder voor toediening in het drinkwater
1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ASPI-kel 65%, 650 mg/g, poeder voor toediening in het drinkwater Acetylsalicylzuur 650 mg/g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Acidum
Nadere informatieWELLNESS CATFOOD DOG & CAT WELLNESS DOGFOOD HI-TEC BALANCED NUTRITION
WELLNESS CATFOOD DOG & CAT WELLNESS DOGFOOD HI-TEC BALANCED NUTRITION NL 2 WELLNESS CATFOOD Wellness WELLNESS KITTEN WELLNESS ADULT WELLNESS SENSITIVE King Qualifood is een divisie van de firma Natural
Nadere informatieSKP NL versie Clindabuc 200
BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN - 1 - 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLINDABUC 200 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per in vieren deelbare tablet: 226,67 mg clindamycine
Nadere informatieWaar gaan we het over hebben?
De voor(oor)delen van graanvrije voeding en andere fabels en feiten; weet jij hoe het werkelijk zit? Dr. Esther Hagen-Plantinga Dierenarts en Specialist Diervoeding info@nutrissues.nl Waar gaan we het
Nadere informatieKansen voor weerbaar telen
Kansen voor weerbaar telen Literatuuronderzoek : Werkingsmechanismen en toepassingen 6 september 2011 1 : Wat verstaan we hieronder? Condities aanleggen waardoor het gewas weerbaarder wordt tegen ziektes
Nadere informatieSAMENVATTING Technische mengsels van vetoplosbare polychloorbifenylen (PCBs) zijn gebruikt als vloeistof in transformatoren, condensatoren en als
109 SAMENVATTING Technische mengsels van vetoplosbare polychloorbifenylen (PCBs) zijn gebruikt als vloeistof in transformatoren, condensatoren en als brandvertragers, vanwege hun thermostabiliteit, chemische
Nadere informatieL EVAMISOLE HYDROCHLORIDE
B. BIJSLUITER 1/5 Bijsluiter, 800 mg/g, poeder voor gebruik in drinkwater voor varkens 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
Nadere informatiePanbonis in Pluimvee
Panbonis in Pluimvee Panbonis Panbonis bestaat uit een mengsel van tarwemeel en bladeren van Solanum glaucophylum, deze laatste bevatten 1,25- dihydroxyvitamine D3 glycoside, dit kan beschouwd worden als
Nadere informatiePraktijknetwerk Fusarium Onderwerpen. Aarfusarium. relevante mycotoxinen in graan. risicofactoren aarfusarium.
7-6- Onderwerpen Praktijknetwerk Fusarium Aarfusarium en mycotoxine s. - Ervaringen en adviezen tarwe - Ervaringen en adviezen gerst Aaldrik Venhuizen Fusarium Gezonde en aangetaste korrels Verlies Kwaliteit
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/33222 holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33222 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Braak, Bas ter Title: Carcinogenicity of insulin analogues Issue Date: 2015-06-18
Nadere informatieDe diervoedersector haalt uit voorzorg voer voor melkvee terug om besmetting van boerderijmelk met aflatoxine uit te sluiten
Communicatie aflatoxine Versie 1, 7 maart 2013 Uitgangspunten 1. TRUST FEED neemt de woordvoering op zich voor wat betreft vragen over diervoeders en de kwaliteit en veiligheid daarvan. Voor vragen over
Nadere informatieSamenvatting. Chapter 8
Samenvatting Chapter 8 154 Het dopaminerge systeem is betrokken bij de controle over een heel scala aan fysiologische functies, variërend van motorische activiteit tot de productie van hormonen en het
Nadere informatieBIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Dicural 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke milliliter van de oplossing bevat: 2.1 Werkzame stof Difloxacine
Nadere informatieChapter 9. Nederlandse samenvatting Curriculum vitae List of publications
Chapter 9 Nederlandse samenvatting Curriculum vitae List of publications Nederlandse samenvatting Bij orgaan transplantatie patiënten is een goede onderdrukking van de immunologische reactie tegen het
Nadere informatieWAT IS GENETISCHE MODIFICATIE?
SPREEKBEURT OF WERKSTUK WAT IS GENETISCHE MODIFICATIE? Hier vind je informatie voor een spreekbeurt of werkstuk over genetische modificatie. De informatie is ingedeeld in stappen. Dit zijn de verschillende
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 1
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 1 Advies 36-2004 - Risico-evaluatie van grondstoffen opgesteld door Ovocom (dossier Sci Com 2004/22) Het Wetenschappelijk Comité van het Federaal
Nadere informatieOptimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische
Nederlandse samenvatting Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische farmacokinetische modellen Algemene inleiding Klinisch onderzoek
Nadere informatieBijsluiter NL versie Promycine Pulvis 1000 I.E./mg BIJSLUITER 1
BIJSLUITER 1 BIJSLUITER PROMYCINE PULVIS 1.000 I.U./mg, poeder voor orale oplossing. 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
Nadere informatieBVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen.
Auteur: Steven Sarrazin BVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen. Nu IBR een verplichte nationale aanpak kent bij rundvee, komt ook een bestrijding van BVD (Boviene Virale Diarree)
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties document D048570/03.
Raad van de Europese Unie Brussel, 26 januari 2017 (OR. en) 5664/17 AGRILEG 23 VETER 9 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 20 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048570/03 Betreft: het
Nadere informatieHEBBEN NIET TOT EEN BETERE GEZONDHEID VAN ONZE HUISDIEREN GELEID.
Wat kan leiden tot een betere gezondheid van ons huisdier! De beter opgeleide dierenartsen, nieuwe antibiotica, meerdere medicijnen, meer geld voor de gezondheidszorg voor dieren en meer dierenartsen en
Nadere informatieGezondheid & Voeding
kokosolie voor minder vet in de taille Kokosolie staat bekend als een van de gezondste vetten in de wereld. Ondanks dat vele, waar onder het Voedingscentrum, roepen dat verzadigd vet ongezond is, maar
Nadere informatieAT-10. Beheersing Salmonella. Ver BT-12 v0.12
AT-10 Ver 1.2 Beheersing Salmonella 1 BT-12 v0.12 HISTORIEK VAN HET DOCUMENT Versie en datum van goedkeuring Reden van revisie Draagwijdte van de revisie Uiterste datum van toepassing 0.0 03/07/2008 Vereenvoudiging
Nadere informatieHoofdstuk 2 Hoofdstuk 3
Samenvatting 11 Samenvatting Bloedarmoede, vaak aangeduid als anemie, is een veelbesproken onderwerp in de medische literatuur. Clinici en onderzoekers buigen zich al vele jaren over de oorzaken en gevolgen
Nadere informatieAflatoxine in maïs. Raadgevend comité maart Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Aflatoxine in maïs Raadgevend comité maart 2013 Oorzaak contaminatie Veroorzaakt door de schimmel Aspergillus Flavus bij specifieke climatologische
Nadere informatieSpijsverteringsstoornissen
Spijsverteringsstoornissen Indicaties Voor pups tot 12 maanden: Acute en chronische diarree Maldigestie, malabsorptie Bacteriële overgroei Herstel Colitis Contra-indicaties Hyperlipidemie Lymfangiëctasie
Nadere informatieSAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml.
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLAMOXYL L.A. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde
Nadere informatieRisicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten
Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten Wat is fipronil Gebruik? Fipronil is een insecticide waarvan het
Nadere informatieHet belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak
Auteur: Steven Sarrazin Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Veelal wordt de bestrijding van het Boviene Virale Diarree-virus (BVD) enkel geassocieerd met vaccinatie. Echter, met vaccinatie
Nadere informatieIntermezzo, De expressie van een eiwit.
Samenvatting Bacteriën leven in een omgeving die voortdurend en snel verandert. Om adequaat te kunnen reageren op deze veranderingen beschikken bacteriën over tal van sensor systemen die de omgeving in
Nadere informatie157 De ontdekking van de natuurlijke aanwezigheid van antisense oligonucleotiden in eukaryote cellen, die de expressie van specifieke eiwitten kunnen reguleren, heeft in de afgelopen tientallen jaren gezorgd
Nadere informatieBotulisme. Botulisme: een veelal fatale voedselvergiftiging
Botulisme Botulisme: een veelal fatale voedselvergiftiging Jaarlijks zijn er uitbraken van botulisme bij vele diersoorten. Het grootste aantal slachtoffers valt onder de watervogels, zoals eenden en ganzen,
Nadere informatieSAMENVATTING Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3.1 Hoofdstuk 3.2 Hoofdstuk 3.2 Hoofdstuk 3.3
SAMENVATTING Gesproeidroogd bloedplasma, spray-dried animal plasma (SDAP), is een bijproduct van slachterijen. Het plasma dat verkregen is van geslachte varkens of runderen wordt gesproeidroogd en kan
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33238 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Lan Song Title: Towards understanding the toxicity of copper nanoparticles in aquatic
Nadere informatieSAMEN ME VAT A T T I T N I G
SAMENVATTING 186 Inleiding Het renine-angiotensine-aldosteron-systeem (RAAS) is een hormonaal systeem dat in belangrijke mate betrokken is bij de regulatie van bloeddruk en nierfunctie. Het RAAS is een
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Nederlandse samenvatting Hematopoiesis Een volwassen mens heeft ongeveer vijf liter bloed waarin zich miljarden cellen bevinden. Deze cellen zijn onder te verdelen op basis van
Nadere informatieBIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Baycox 2,5% orale oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Toltrazuril 25 mg/ml
Nadere informatieDagelijkse consumptie van yoghurt helpt hartziekten te voorkomen
III World Congress of Public Health Nutrition Las Palmas de Grand Canarias 9-12 november 2014 Dagelijkse consumptie van yoghurt helpt hartziekten te voorkomen Een Europees onderzoek toont aan dat adolescente
Nadere informatieProductie kweekvis,
Indicator 25 juni 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afgelopen jaren heeft een sterke
Nadere informatieSamenvatting. Vraagstelling
Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en beroepsmatige blootstelling aan stoffen (Commissie GBBS) van de Gezondheidsraad
Nadere informatie'LHUJH]RQGKHLG,,,QWHUYHQWLHPDDWUHJHOHQ
25-06-2015 J.Fink-Gremmels DVM, PhD, J.Fink@uu.nl Conclusie Mycotoxinen zijn natuurlijke toxinen Er zijn geen maatregelen, die de contaminatiegewassen (veevoedergrondstoffen) geheel kunnen voorkomen! De
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43990 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Hiemstra, Steven Title: High throughput microscopy of mechanism-based reporters
Nadere informatieSamenvatting. Indicatoren voor ecologische effecten hangen sterk met elkaar samen
Samenvatting Er bestaan al jaren de zogeheten Richtlijnen voor goede voeding, die beschrijven wat een gezonde voeding inhoudt. Maar in hoeverre is een gezonde voeding ook duurzaam? Daarover gaat dit advies.
Nadere informatieZiekteverwekkende micro-organismen dringen via lichaamsopeningen het lichaam binnen:
IMMUNITEIT 1 Immuniteit Het lichaam van mens en dier wordt constant belaagd door organismen die het lichaam ziek kunnen maken. Veel van deze ziekteverwekkers zijn erg klein, zoals virussen en bacteriën.
Nadere informatieRedenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan
Auteur: Steven Sarrazin Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan Boviene Virale Diarree (BVD) is een aandoening met een veel ruimer ziektebeeld dan de naam laat vermoeden. Daarom is
Nadere informatieDuurzaam middelengebruik: een gezamenlijke opgave. Ernst van den Ende Algemeen Directeur Plant Sciences Group Wageningen UR
Duurzaam middelengebruik: een gezamenlijke opgave Ernst van den Ende Algemeen Directeur Plant Sciences Group Wageningen UR Toenemende vraag naar voedsel Beschikbaarheid ongelijk verdeeld Malnutrition
Nadere informatieGezondheid & Voeding
Hart en vaatziekten bestrijden en voorkomen met vitamine C Een goedkope en effectieve aanpak van hart en vaatziekten is heel goed mogelijk. En dan niet met farmaceutische middelen, die eigenlijk alleen
Nadere informatieAppendix. Nederlandse Samenvatting
Appendix Nederlandse Samenvatting Nederlandse samenvatting INLEIDING Cooperia oncophora is de voornaamste dunne darm nematode bij runderen in streken met een gematigd klimaat, zoals West Europa. Dieren
Nadere informatieNederlandse samenvatting. Inleiding
Nederlandse samenvatting 157 Inleiding Het immuunsysteem (afweersysteem) is een systeem in het lichaam dat werkt om infecties en ziekten af te weren. Het Latijnse woord immunis betekent vrijgesteld, een
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie L 289/33
NL 31.10.2013 Publicatieblad de Europese Unie L 289/33 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1060/2013 VAN DE COMMISSIE 29 oktober 2013 tot verlening een vergunning voor bentoniet als toevoegingsmiddel voor
Nadere informatieSojaproducten - Een bron van hoogwaardige eiwitten
Sojaproducten - Een bron van hoogwaardige eiwitten Standpuntnota van de ENSA Scientific Advisory Committee Inleiding Eiwitten zijn een belangrijke voedingsstof die nodig zijn voor de groei en het herstel
Nadere informatiehoofdstuk 2-4 hoofdstuk 2
Samenvatting Het doel van het onderzoek, zoals beschreven in dit proefschrift, is het identificeren van fysiologische parameters voor het meten van stress bij vleesvarkens. Stress, veroorzaakt door de
Nadere informatie2.1 Verstoord evenwicht protease-antiprotease
Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor. Andere risicofactoren zijn: beroepen of hobby s met regelmatige blootstelling aan kleine deeltjes (fijnstof ) en (zelden) een familiair voorkomend enzymtekort
Nadere informatiePLUIMVEE HARTSLAG #26
Een publicatie van MSD Animal Health Juli 2018 - Jaargang 7 PLUIMVEE HARTSLAG #26 door Peter gemeten Bloedluizen bestrijden rendeert! DYNAMIC IMMUNITY Doeltreffende bestrijding van rode vogelmijt loont!
Nadere informatieWaarom kunnen omgevingsfactoren een belangrijk risico op kanker inhouden?
Waarom kunnen omgevingsfactoren een belangrijk risico op kanker inhouden? 1.Mechanistische inzichten in belang van lage dosissen 1.1Carcinogenese berust op accumulatie van mutaties 1.2 Dosis-antwoord voor
Nadere informatieMijn hond of kat heeft darmproblemen
TROVET Intestinal Support, voedingssupplement voor het gericht aanpakken van darmproblemen bij hond en kat Mijn hond of kat heeft darmproblemen wat nu? betrouwbare en betaalbare dieetvoeding De dierenarts
Nadere informatieKarakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2012)
Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2012) V. César (CRA-W) Samenvatting Sinds 1999 onderzoekt het CRA in Libramont de kenmerken van de verschillende stammen van de aardappelziekte
Nadere informatieGenetisch gewijzigde aardappelen ter bestrijding van de aardappelziekte. met de medewerking van
Genetisch gewijzigde aardappelen ter bestrijding van de aardappelziekte met de medewerking van De aardappelziekte De aardappelziekte wordt veroorzaakt door Phytophthora infestans, een schimmelachtig organisme.
Nadere informatie2009R0041 NL
2009R0041 NL 10.02.2009 000.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 41/2009 VAN DE COMMISSIE van
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/24600 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Mariman, Rob Title: Probiotic bacteria and the immune system : mechanistic insights
Nadere informatieWat is je leeftijd (bv. 17)? Typ leeftijd over (enkel cijfers) jaar. In welke mate ga je akkoord met volgende stellingen?
Groepsnummer: Nummer respondent: Beste leerling, Hieronder vind je een aantal vragen. Lees de opdrachten aandachtig en probeer zo nauwkeurig mogelijk te antwoorden. Laat geen vragen open. Als je iets niet
Nadere informatieEiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven
Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven Larven van de zwarte soldatenvlieg zijn in staat om heel wat verschillende reststromen om te zetten tot nutritionele biomassa. In het kader van de projecten
Nadere informatieHet literatuuroverzicht in dit proefschrift beschrijft dat coccidiose, zoals veroorzaakt door de parasiet van de soort Eimeria, een ernstige, alomtege
Het extensieve gebruik van chemisch gesynthetiseerde coccidiostatica ter preventie en controle van coccidiose bij pluimvee is een belangrijke factor voor het succes van de pluimveehouderij. Deze middelen,
Nadere informatieSamenvatting voor niet-ingewijden
Het immuun systeem Het immuun systeem is erg complex en vele celtypes dragen bij aan de bescherming tegen virussen en bacteriën. Voor het begrip van dit proefschrift zijn vooral de T cellen van belang.
Nadere informatie