Handleiding EBATlog. Project: EBAT. Admin WAV: WA Klant: Vlaamse overheid Beleidsdomein MOW

Transcriptie

1 Handleiding EBATlog Admin Project: EBAT WAV: WA Klant: Vlaamse overheid Beleidsdomein MOW

2 Inhoudsopgave 1 Historiek Inleiding Gebruikersbeheer Een nieuwe gebruiker toevoegen Een gebruiker verwijderen Aanpassen folderstructuur Nieuw peilproject Toevoegen MB, SB of DS en de gebruikte frequentie Een peildag selecteren Aanpassen linken Updaten bestanden gebruikt door EBAT _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 2 v

3 1 Historiek Versie Toepassing Versie Handleiding Aangepast door Datum EBATlog 1.5 Initiële versie Sven Drybooms 29/07/2013 EBATlog 2.4 Sven Drybooms _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 3 v

4 2 Inleiding In deze handleiding willen we de applicatiebeheerders van de toepassing EBATlog een compact document kunnen aanreiken dat als leidraad kan dienen bij het beheer van deze toepassing. Het beheer van deze toepassing wordt voornamelijk gedaan door het aanpassen, toevoegen of verwijderen van 1 of meerdere xml bestanden. De gegevens die EBATlog nodig heeft voor een goede werking worden zowel centraal als lokaal bewaard. Een lokale opslag is noodzakelijk om de toepassing te kunnen gebruiken bij gebrek aan een netwerkverbinding met de centrale data. Indien er een aanpassing dient te gebeuren aan de gegevens, dienen deze aanpassingen centraal te gebeuren. De eerstvolgende keer dat een EBATlog gebruiker aanlogt, zal deze aanpassing ook lokaal worden uitgevoerd _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 4 v

5 3 Installatie van EBAT 3.1 Installatie op een computer met netwerkverbinding Voor de allereerste installatie van EBAT dienen er 2 zaken te gebeuren: 1. Het plaatsen van de Datafolder op de twee servers waarvan EBAT zijn gegevens vandaan kan halen. 2. De installatie van de toepassing op de computer (met toegang tot minstens 1 server) waarmee de gebruiker de toepassing zal gebruiken De installatie van de toepassing op de computer gebeurt door de applicatiefolder te plaatsen op een locatie naar keuze. Vervolgens open je de applicatiefolder en open je het bestand MOW.MDK.EBAT.Wpf.Main.exe.config met een programma dat een txt-bestand kan bewerken. Daarna zoek je naar het attribuut <DriveMappingSectionHelpers>. Dit attribuut bevat verwijzingen naar 3 locaties: DatapathLocal hiermee verwijs je naar de locatie op de lokale computer waar de gebruiker lokale EBAT gegevens wenst op te slaan. DatapathShare verwijst naar de server waarvan de toepassing de gegevens zal halen, indien men verbonden is met het netwerk. (Voor werknemers in Oostende zal men hier verwijzen naar de server in Oostende en voor werknemers in Antwerpen, zal men hier verwijzen naar de server in Antwerpen) DatapathShareRemote verwijst naar de andere server, dan diegene waarvan men gegevens zal halen. (Voor werknemers in Oostende zal men hier verwijzen naar de server in Antwerpen en voor werknemers in Antwerpen, zal men hier verwijzen naar de server in Oostende) Pas indien nodig de noodzakelijke verwijzingen aan, zodat ze verwijzen naar de correcte locaties. EBAT kan nu opgestart worden door te dubbelklikken op het bestand MOW.MDK.EBAT.Wpf.Main.exe. Om EBAT in de toekomst op te starten is het eenvoudiger om een snelkoppeling te leggen naar dit bestand. (Klik met de rechtermuisknop op het bestand en selecteer: Snelkoppeling maken ) Voor volgende installaties op computers die verbonden zijn met het netwerk is het handig dat men een kopie maakt van de applicatiefolder van de eerste installatie. Op deze manier bevat het configuratie bestand al de correcte server verwijzingen. 3.2 Installatie op een computer zonder netwerkverbinding Voor de installatie op een computer zonder netwerkverbinding is het vereist dat de toepassing minstens een maal is geïnstalleerd op een computer met netwerkverbinding _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 5 v

6 Het is namelijk zo dat EBAT bij elke opstart ervoor zal zorgen dat er lokaal gegevens worden bewaard die noodzakelijk zijn om de toepassing ook te laten functioneren zonder netwerkverbinding. Het zijn deze gegevens die je ook zult moeten plaatsen op de computer zonder netwerkverbinding om EBAT te laten draaien. En de eenvoudigste manier om dit te doen is de folder EBAT_Data_2.4, die lokaal is aangemaakt door EBAT te kopiëren en samen met de applicatiefolder te plaatsen op de computer zonder netwerkverbinding. Indien er na de installatie, op een computer zonder netwerkverbinding, wijzigingen op de share gebeuren aan de gegevens die EBAT nodig heeft om te kunnen functioneren, dienen deze wijzigingen ook doorgevoerd te worden per computer zonder netwerkverbinding _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 6 v

7 4 Gebruikersbeheer 4.1 Een nieuwe gebruiker toevoegen Voor elke gebruiker die in EBATlog wenst in te loggen met een individuele login, moet een xml-bestand worden aangemaakt. Dit bestand moet voldoen aan een bepaalde structuur en geplaatst worden in de folder USER van EBAT_Data_2.4_Share. (Figuur 1) Figuur 1 Locatie xml-bestand gebruiker Om een nieuwe gebruiker toe te voegen, volstaat het dus om een nieuw xml-bestand aan te maken volgens de vastgelegde structuur en deze vervolgens toe te voegen aan de folder USER. De naam van deze xml wordt gevormd door de term USER. gevolgd door de login van de gebruiker. Dit is het gemakkelijkst te doen om een bestaande gebruikers-xml te kopiëren en de nodige attributen te wijzigingen in deze xml. De attributen die gewijzigd dienen te worden zijn (Figuur 2): Department: Het team waartoe de gebruiker behoort FirstName: De voornaam van de gebruiker LastName: De achternaam van de gebruiker Password: Het paswoord van de gebruiker ge-encrypteerd UserName: De login naam van de gebruiker Het attribuut UserName komt 2x voor in de xml en deze moet dan ook 2x worden aangepast _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 7 v

8 Figuur 2 Aan te passen velden _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 8 v

9 Als deze gebruiker ook zal werken op een computer zonder netwerkverbinding, dan moet het nieuwe xml-bestand van deze gebruiker ook manueel worden toegevoegd aan de folder USER op de betreffende computer zonder netwerkverbinding. 4.2 Een gebruiker verwijderen Om een gebruiker de toegang tot EBATlog definitief te ontzeggen, volstaat het om het xml-bestand dat gekoppeld is aan deze gebruiker te verwijderen uit de folder USER _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Laatste wijziging: 9/10/201410:29 Pagina 9 v

10 5 Aanpassen folderstructuur EBATlog voegt in bepaalde stadia van een peilproject 1 of meerdere folders toe. Deze folders kunnen door u worden aangepast. Je kunt de naam van de folders wijzigen en folders verwijderen of toevoegen. Deze folders kun je terugvinden in de folder QPSF van EBAT_Data_2.4_Share. (Figuur 3) Figuur 3 Locatie folderstructuur Enkel de folderinhoud van de folders BASE_PROJ, BASE_YYMMDD_SHIP, PLUS_PROJ_Priksonde, PLUS_PROJ_MB, PLUS_PROJ_SB PLUS_PROJ_Peillood PLUS_PROJ_Peilwiel PLUS_PROJ_Peilstok PLUS_YYMMDD_SHIP_MB wordt toegevoegd en niet de rootfolderzelf. De benaming van deze rootfolders MOET ongewijzigd blijven. Op basis van deze benaming kan EBATlog de juiste folders toevoegen aan een peilproject. 5.1 Nieuw peilproject Bij het aanmaken van een nieuw peilproject wordt volgende folderstructuur toegevoegd aan de folder van het peilproject: (Figuur 4) Figuur 4 Folders nieuw peilproject _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 10 Laatste wijziging: 9/10/ :29

11 Om ervoor te zorgen dat EBATlog een extra folder standaard toevoegt bij het aanmaken van een nieuw peilproject, ga je naar de folder BASE_PROJ in de folder QPSF. Hier voeg je dan op het juiste niveau de extra folder toe. Als een folder niet meer mag toegevoegd worden, verwijder je de betreffende folder uit de folder BASE_PROJ in de folder QPSF. 5.2 Toevoegen MB, SB of Priksonde en de gebruikte frequentie Bij het bewaren van een peilproject wordt er ook nagegaan (door EBATlog) of er een nieuwe peilfrequentie is toegevoegd aan het peilproject. Is dit het geval, dan zal EBATlog bijkomende folders toevoegen aan de folder van het peilproject. De folders die worden toegevoegd als de MB gebruikt wordt in het peilproject zijn: (Figuur 5) Figuur 5 Folders voor een MB peiling De folders die worden toegevoegd als de SB gebruikt wordt in het peilproject zijn: (Figuur 6) _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 11 Laatste wijziging: 9/10/ :29

12 Figuur 6 Folders voor een SB peiling De folders die worden toegevoegd als de SB gebruikt wordt in het peilproject zijn: (Figuur 7) Figuur 7 Folders voor een densiteitsmeting (DS) in de naamgeving van een folder, maakt EBATlog duidelijk dat de naam (of een deel ervan) automatisch moet vervangen worden in de waarde van een bepaald de folder zal de naam van de survey als eigenlijke foldernaam de folder zal de naam het toegevoegd schip een deel van de foldernaam verwijst naar de gebruikte frequentie bij de geselecteerde peiltechniek. Om ervoor te zorgen dat EBATlog een extra folder standaard toevoegt bij het toevoegen van een peiltechniek, ga je naar de folder QPSF. Vervolgens selecteer je de folder van de betreffende peiltechniek waar je dan op het juiste niveau de extra folder toe kunt voegen. Als een folder niet meer mag toegevoegd worden, verwijder je de betreffende folder. 5.3 Een peildag selecteren Per peildag die de gebruiker heeft geselecteerd en dit per schip, toegevoegd aan het peilproject, zal EBATlog een folderstructuur toevoegen aan het peilproject. Deze folderstructuur ziet er als volgt uit (Figuur 8): _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 12 Laatste wijziging: 9/10/ :29

13 Figuur 8 Folders per peildag, per zal vervangen worden door de datum van de peildag en de naam van het schip waarvoor de peildag is geselecteerd. Om ervoor te zorgen dat EBATlog een extra folder standaard toevoegt bij het selecteren van een peildag, ga je naar de folder BASE_YYMMDD_SHIP in de folder QPSF. Op het juiste niveau kun je dan de extra folder toe voegen. Als een folder niet meer mag toegevoegd worden, verwijder je de betreffende folder _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 13 Laatste wijziging: 9/10/ :29

14 6 Aanpassen linken De linken die nodig zijn voor een goede werking van EBATlog en die door u kunnen aangepast worden, zijn terug te vinden in het xml bestand dat wordt bewaard in de POOL folder van EBAT_Data_2.4_Share (Figuur 9) Figuur 9 Locatie Pool bestand De wijzigbare gegevens staan vermeld in het attribuut <a:value>. Enkel de waarden van het attribuut <a:value> mogen aangepast worden De links die in dit bestand aangepast kunnen worden, zijn de linken naar: BathyDBServer (link, hostname, login, ) BathyBatchImport Info bestanden: gebruikt bij het aanmaken van surfaces ArchivePath: Locatie waar EBATlog surveys mag archiveren. QPSPathShare: Locatie waar de peilprojecten in verwerking bewaard mogen worden. QPSPathLocal: Locatie waar EBATlog lokaal data (geen metadata) van peilprojecten moet bewaren. CarisBathyBase BathyServerPool BathyServerProfile Locations Wrakken Er zijn nog 3 linken die niet centraal kunnen aangepast worden. Deze aanpassing moet lokaal gebeuren (per installatie) in het configuratie bestand in de applicatiefolder _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 14 Laatste wijziging: 9/10/ :29

15 In dit bestand kunnen de 3 linken gevonden worden door te zoeken naar de term Datapath. Deze 3 linken verwijzen naar de rootfolder: DatapathLocal verwijst naar de locatie van de datafolder op de computer van de gebruiker. Deze folder is noodzakelijk als de gebruiker EBATlog wenst te gebruiken zonder toegang tot het netwerk. DatapathShare verwijst naar de server waarvan de gebruiker de gegevens zal halen, indien men verbonden is met het netwerk. (Voor werknemers in Oostende zal men hier verwijzen naar de server in Oostende en voor werknemers in Antwerpen, zal men hier verwijzen naar de server in Antwerpen) DatapathShareRemote verwijst naar de andere server, dan diegene waarvan men gegevens zal halen.. (Voor werknemers in Oostende zal men hier verwijzen naar de server in Antwerpen en voor werknemers in Antwerpen, zal men hier verwijzen naar de server in Oostende) _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 15 Laatste wijziging: 9/10/ :29

16 7 Updaten bestanden gebruikt door EBAT EBATlog maakt gebruik van xml bestanden om ondermeer de inhoud van zijn selectielijsten op te stellen. De locatie van deze bestanden is terug te vinden in de Pool folder (zie hoofdstuk 6) Om de inhoud van bijvoorbeeld een selectielijst te wijzigen, moet je het bestand wijzigen dat de inhoud van deze selectielijst definieert. De selectielijsten die verband houden met een locatie of een wrak, worden gedefinieerd in het bestand Locations.xml of in Wrakken.xml. Alle andere selectielijsten en velden worden gedefinieerd in de BathyServerPool.xml en in de BathyServerProfile _Bijlage10_Handleiding_EBATlog_ToepV2.4_Admin Pagina 16 Laatste wijziging: 9/10/ :29