Te weinig kinderen van niet-westerse herkomst komen in de Jeugd-GGZ

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Te weinig kinderen van niet-westerse herkomst komen in de Jeugd-GGZ"

Transcriptie

1 Albert Boon, Anna de Haan & Sjouk de Boer Te weinig kinderen van niet-westerse herkomst komen in de Jeugd-GGZ Cijfermatige onderbouwing van een maatschappelijk probleem SAMENVATTING Eerder onderzoek van dezelfde auteurs wees uit dat kinderen en adolescenten van niet-nederlandse herkomst minder gebruik maken van Jeugd- GGZ voorzieningen dan autochtone jongeren. Het bleek dat het gebruik van de Jeugd-GGZ samenhangt met de etnische samenstelling van de wijk waarin de jongeren wonen: hoe meer autochtone bewoners, hoe groter de kans dat een jongere een behandeling krijgt. Om meer inzicht te krijgen in de oorzaken van de onderconsumptie van de Jeugd- GGZ door kinderen en adolescenten van niet-nederlandse herkomst, is onderzocht hoe behandelpercentages van jongeren uit etnische minderheden en autochtone jongeren zich op wijkniveau verhouden. Uit een vergelijking tussen zwarte wijken, gemengde wijken en wijken met voornamelijk autochtone bewoners, blijkt dat vooral voor jongeren van niet-nederlandse herkomst de etnische samenstelling van de wijk bepalend is voor het krijgen van behandeling in de Jeugd-GGZ. Voor autochtone jongeren blijkt dit minder van belang. Nader inzicht in probleemgedrag en hulpzoekgedrag is vereist om gelijke behandeling voor alle etnische groepen te bereiken. De auteurs denken dat een gewichtenregeling zoals het primair onderwijs die kent, waarbij de instelling een toeslag krijgt voor kinderen met een niet-nederlandse achtergrond, ook voor de Jeugd-GGZ een oplossing zou kunnen zijn. 1 Inleiding Het afgelopen jaar hebben we gerapporteerd over de resultaten van ons onder- zoek naar de toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor kinderen en adolescenten van niet-nederlandse herkomst (Boon, De Haan & De Boer, 2010a-e). We hoopten hiermee nieuw licht te werpen op wat in wezen een oud probleem is. Een oud probleem, want al in de jaren tachtig van de vorige eeuw signaleerden sommige hulpverleners dat het lastig was om de allochtonen (toen nog veelal gastarbeiders geheten) met psychische problemen te behandelen. Rond die tijd vonden ook de eerste discussies over interculturalisatie van de GGZ plaats. Aanvankelijk ging de aandacht vooral uit naar praktische oplossingen voor de problemen die ontstonden doordat mensen met een andere taal en cultuur in zorg kwamen. Tolken werden ingeschakeld en soms werden hulpverleners uit minderheidsgroepen ingeschakeld. Het duurde een tijdje voordat de GGZ zich realiseerde dat er niet alleen problemen waren met de mensen die wel bij de instellingen aanklopten, langzaamaan werd duidelijk dat er eigenlijk veel minder mensen uit de minderheidsgroepen in de GGZ terechtkwamen dan verwacht zou mogen worden. Maar omdat de GGZ in wezen vraaggericht is, duurde het even voordat de onderconsumptie van de voorzieningen door minderheidsgroepen als probleem gezien werd. De urgentie van de discussie over de interculturalisatie van de zorg werd bovendien sterk bepaald door hoe het maatschappelijk debat over instroom 181 Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 50 (2011)

2 Daar om is het van belang dat er voor de Jeugd-GGZ beleid gemaakt wordt dat erop gericht is om alle kinderen en ado lescenten die hulp nodig hebben, onge acht hun afkomst, te bereiken van de buitenlanders in Nederland verliep. De werving van gastarbeiders kwam nogal abrupt ten einde met de oliecrisis van Maar min of meer tot verrassing van de overheid bleken de, economisch overbodig geworden, gastarbeiders niet terug te gaan naar hun eigen land. In de jaren die volgden werd de groep immigranten alleen maar groter omdat gezinshereniging plaatsvond. Bovendien kwam na de onafhankelijkheid van Suriname (1975), ook min of meer tot verrassing van de Nederlandse overheid, een grote immigratiestroom op gang. Dit leidde ertoe dat in de grote steden momenteel meer dan de helft van de jeugd van niet-nederlandse herkomst is. Het besef dat er iets misging met deze nieuwe bevolkingsgroepen drong het eerst door in het onderwijs. Kinderen van migranten bleken het, door taalachterstand en cultuurverschillen, slecht te doen op de basisscholen. Dit werd vooral duidelijk door de ongelijke doorstroom naar de middelbare scholen en het hoge percentage drop-outs van migrantenjongeren op de middelbare school. Dit was aanvankelijk een sluipend probleem. Omdat de meeste migranten een lage opleiding hadden, klaagden weinig ouders dat het talent van hun kinderen onvoldoende werd aangesproken. Begin jaren negentig zag de overheid het probleem echter wel en werd de gewichtenregeling basisonderwijs ingevoerd: door scholen extra geld te geven voor kinderen met een niet-nederlandse achtergrond hoopte de overheid te voorkomen dat hun talenten voor onze economie verloren zouden gaan. Wij willen met ons onderzoek laten zien dat de Jeugd-GGZ een probleem kent dat vergelijkbaar is met het onderwijs en wellicht ook om een gewichtenregeling vraagt. Naast een goede opleiding is een goede geestelijke gezondheid van groot belang voor volwaardige maatschappelijke participatie. Net als bij het onderwijs kunnen we bij de jeugd-ggz niet louter afgaan op de vraag van de ouders. Daarom is het van belang dat er voor de Jeugd-GGZ beleid gemaakt wordt dat erop gericht is om alle kinderen en adolescenten die hulp nodig hebben, ongeacht hun afkomst, te bereiken. Uit prevalentie-onderzoek blijkt dat jeugdpsychiatrische problematiek ongeveer even vaak voorkomt bij verschillende etnische groepen (Murad, Joung, Lenthe et al., 2003; Janssen, Verhulst, Bengi-Arslan et al., 2004; Reijneveld, Harland, Brugman et al., 2005; SCP, 2005; Stevens, 2004; Vollebergh, Ten Have, Dekovic et al., 2005; Zwirs, Burger, Schulpen et al., 2007). Op grond van de problematiek is er dus geen reden om aan te nemen dat migrantenkinderen minder gebruik zouden hoeven maken van de Jeugd-GGZ dan leeftijdgenoten van Nederlandse herkomst. 2 Onderzoek naar etnische verschillen in het gebruik van de Jeugd-GGZ Het onderzoek naar de toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor etnische minderheden waar we tot nu toe over rapporteerden beslaat tot nu toe drie terreinen. Een vergelijking van de kansen op behandeling in de reguliere en de forensische Jeugd-GGZ voor de verschillende etnische groepen (Boon et al., 2010a & 2010b). De relatie tussen Jeugd-GGZ gebruik en de sociaaleconomische status en de etnische samenstelling van de woonwijken (Boon et al., 2010c). De verschillen tussen het GGZ-gebruik van autochtone, westerse en niet-westerse jongeren in Witte, Gemengde en Zwarte wijken (Boon et al., 2010e). 182

3 Hieronder geven we een kort overzicht van de belangrijkste bevindingen van deze onderzoeken. 2.1 Reguliere en forensische Jeugd-GGZ Het eerste onderzoek dat we deden had als doelstelling om exacte cijfers over het Jeugd-GGZ gebruik van verschillende etnische groepen te krijgen (Boon et al., 2010a; Boon et al., 2010b). Om dit te onderzoeken hebben we gebruikgemaakt van de cliëntgegevens van De Jutters en de gemeentestatistieken uit Dit geeft een betrouwbaar beeld van het Jeugd-GGZ gebruik in Den Haag omdat De Jutters in dat jaar bijna de enige aanbieder van voorzieningen op het gebied van de Jeugd-GGZ in deze stad was. Het koppelen van de cliëntgegevens aan die van de Haagse bevolking gaf daardoor een vrijwel exact beeld van het Jeugd- GGZ gebruik in de stad. De Jutters heeft de afgelopen jaren serieus werk gemaakt van de registratie van de geboortelanden van de cliënten en hun ouders. Van ruim tachtig procent van de cliënten kon de etnische herkomst worden herleid, zodat we betrouwbare uitspraken kunnen doen over de etnische samenstelling van het cliëntenbestand (Boon et al., 2009; Boon et al., 2010a). Vanuit Den Haag in cijfers zijn de bevolkingsgegevens voor de jeugdigen (0-19) van Den Haag en hun etnische herkomst opgevraagd. Door middel van postcodes werden de cliëntgegevens per wijk vergeleken met de bevolkingsgegevens. Op basis hiervan zijn per wijk de kansen op behandeling (Odds Ratio s) van migrantenjongeren ten opzichte van de autochtone jeugd berekend. Toen we de etnische achtergrond van onze cliënten vergeleken met die van de jeugd van Den Haag zagen we al gelijk grote verschillen. Tegenover de stadsbevolking, waarvan 57 procent van de jeugd van niet-nederlandse herkomst was (CBS, 2008), stak het cliëntenbestand met 42 procent schril af. Vertaald naar de percentages jongeren dat in de GGZ in behandeling was, betekende dit dat van de autochtone jeugd 3.3% en van de migrantenjeugd 1.8% als cliënt stond ingeschreven. Dit betekent dat de kans dat jeugdigen van niet-nederlandse herkomst in de GGZ behandeld worden ongeveer half zo groot is als die van hun autochtone leeftijdgenoten. Op grond van deze cijfers stelden we dat er waarschijnlijk een groot aantal migrantenkinderen met onbehandelde psychische problematiek rondloopt. Er zijn immers weinig aanwijzingen dat zij wellicht minder gebruik maken van de Jeugd-GGZ omdat zij in eigen kring adequate hulp voor hun problemen vinden. Het hoge aantal suïcides bij Turkse en Hindoestaanse meisjes en jonge vrouwen (Van Bergen, 2009) is een indicatie dat er onder migranten veel onbehandelde psychische problemen zijn. Toen we de cijfers van de forensische afdelingen van De Jutters erbij betrokken, bleek dat de kans voor migrantenkinderen om in deze, door de rechter afgedwongen, GGZ-behandeling terecht te komen, juist twee keer zo groot was als voor autochtone kinderen. Voor jongeren van Antilliaanse en Marokkaanse herkomst was die kans zelfs drie keer zo groot. Deze bevindingen leidden tot de stelling dat veel van de gedwongen (forensische) behandelingen voorkomen zouden kunnen worden als de Jeugd- GGZ erin zou slagen kinderen met gedragsstoornissen eerder te behandelen (Boon et al., 2010d). Het is een gemiste kans als pas na een strafbaar feit, bij een door de rechter afgedwongen diagnostisch onderzoek, blijkt dat het criminele gedrag (mede) veroorzaakt wordt door een psychische stoornis. Op basis van ons onderzoek denken we dat een gedragsstoornis bij kinderen van niet-nederlandse herkomst vaak niet op tijd onderkend en behandeld wordt en daardoor tot delinquentie leidt. Er is dus veel te winnen als de Jeugd-GGZ er beter in zou slagen om alle etnische groepen te bereiken. 183

4 2.2 Sociaaleconomische of etnische factoren? In ons tweede onderzoek naar de toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor migrantenjongeren, probeerden we meer helderheid over de achtergronden van de etnische verschillen in Jeugd-GGZ gebruik te vinden (Boon et al., 2010c). De slechte aansluiting van de GGZ bij migranten is een internationaal probleem en ook in andere westerse samenlevingen vinden mensen die tot een etnische minderheidsgroep behoren slecht hun weg tot de zorg. De discussie over de oorzaken hiervan spitst zich toe op de vraag of de verschillen zijn terug te voeren op de etnische achtergrond of de Sociaal Economische Status (SES) van de minderheidsgroepen. Omdat SES en etniciteit in hoge mate gecorreleerd zijn (CBS, 2008), is het vaak moeilijk om te onderzoeken waar de belangrijkste oorzaak voor de ondervertegenwoordiging ligt. Sommige onderzoeken duiden erop dat een hogere SES samenhangt met een hoger gebruik van de GGZ. Dit blijkt uit onderzoek in de Verenigde Staten en Engeland voor zowel jeugd als volwassenen (zie bijvoorbeeld Paasche-Orlow, Parker & Gazmararian, 2005; Pumariega, Glover, Holzer et al., 1998). Het onderzoek van Ten Have, Oldehinkel, Vollebergh et al. (2003) laat zien dat er ook in Nederland een relatie tussen hoge SES en GGZ-gebruik is. Andere onderzoeken vonden juist een verband tussen etnische herkomst en behandeling, waarbij een niet-westerse etniciteit samenhangt met een lager gebruik van de GGZ (Dieperink, Van Dijk & Wierdsma, 2002; Dieperink, Van Dijk & De Vries, 2007; GGZ Nederland, 2008). Ook hier geldt dat soortgelijke resultaten in de Verenigde Staten en Engeland, voor zowel volwassenen als jeugd, werden gevonden (zie bijvoorbeeld Bhui, Stansfield, Hull et al., 2003; Wells et al., 2001). De vraag wat de oorzaak is voor de hoge drempel tot de GGZ voor sommige groepen, werd tot dusver nog niet bevredigend beantwoord. Wordt de toegang tot de zorg belemmerd door een lage SES, of zijn de culturele verschillen tussen de hulpverlening en etnische minderheden de oorzaak? Een antwoord op deze vraag is relevant omdat dit bepaalt hoe de GGZ met het probleem om kan gaan. Van bijna alle cliënten wisten we naast de etnische herkomst ook de postcodes en daarmee in welke wijk van Den Haag ze woonden. Door deze gegevens te koppelen aan de bevolkingsstatistieken van de gemeente, konden we per wijk het exacte percentage kinderen en adolescenten dat in de GGZ in behandeling was berekenen. Deze percentages verschilden sterk per wijk en varieerden van anderhalf tot vier procent. Omdat we het percentage inwoners van niet-nederlandse herkomst en het gemiddelde inkomen per wijk wisten (Den Haag in Cijfers, 2008), konden we ook deze gegevens met elkaar vergelijken. Uit ons onderzoek bleek dat er geen relatie was tussen het gemiddeld inkomensniveau van bewoners per wijk (SES) en het percentage kinderen dat per wijk in behandeling was. De etnische samenstelling van de wijk was echter wel een goede voorspeller voor het Jeugd-GGZ gebruik in die wijk. Uit wijken waar veel mensen met een niet-nederlandse achtergrond wonen, kwamen maar weinig kinderen in de Jeugd-GGZ. Hoe hoger het percentage mensen van Nederlandse herkomst in de wijk, hoe hoger het percentage kinderen dat in behandeling was. Dat het gebruik van de Jeugd-GGZ redelijk losstaat van de SES werd vooral geïllustreerd door de wijk met het hoogste percentage kinderen dat in behandeling was in de GGZ (>4%). Deze wijk behoort tot een van de vijf armste wijken van Den Haag, maar heeft wel een bijna geheel autochtone bevolking (89%). We kunnen dus stellen dat we geen aanwijzingen hebben gevonden dat de toegang tot de Jeugd- GGZ in Den Haag wordt belemmerd door de lage SES van de wijken waar jeugdigen wonen, maar dat er een sterk ver- 184

5 band is met de etnische samenstelling van die wijken. 2.3 Witte en Zwarte wijken en westerse en niet-westerse migranten Ons onderzoek tot op dit punt liet dus zien dat migrantenkinderen sterk zijn ondervertegenwoordigd in de Jeugd-GGZ en dat het percentage kinderen dat in behandeling komt sterk wordt beïnvloed door de etnische samenstelling van de wijk waarin zij wonen. Maar we wisten nog steeds niet hoe de verhouding tussen Ons onderzoek tot op dit punt liet dus zien dat migrantenkinderen sterk zijn ondervertegenwoordigd in de Jeugd-GGZ en dat het percentage kinderen dat in behandeling komt sterk wordt beïnvloed door de etnische samenstelling van de wijk waarin zij wonen autochtone en migrantenkinderen per wijk was. Nu bekend was dat kinderen uit zwarte wijken minder in de GGZ terechtkomen, werd het natuurlijk interessant om te onderzoeken of het voornamelijk de autochtone kinderen uit deze wijken zijn die in de GGZ komen, of dat de cliënten per wijk wel een afspiegeling zijn van de bevolking. Als het eerste het geval is, dan dient de Jeugd-GGZ zich vooral te richten op de migrantenbevolking. Als het tweede het geval is, dan moeten we nadenken over een algemene wijkgerichte aanpak. De kans op behandeling in de GGZ voor migrantenkinderen ten opzichte van hun autochtone leeftijdgenoten werd daarom per wijk berekend (Boon et al., 2010e). Deze kansen verschilden sterk per wijk (van 0.24 tot 1.74). Om minder afhankelijk te zijn van toevalsfactoren in wijken met kleine aantallen inwoners, werden de wijken in drie groepen ingedeeld, gebaseerd op het percentage autochtone inwoners. Zo ontstond de volgende indeling: Witte wijken (>75% autochtone bewoners): vijf wijken met in totaal jongeren (0-19), Gemengde wijken (50-75% autochtone bewoners): dertien wijken met in totaal jongeren en Zwarte wijken (<50% autochtone bewoners): elf wijken met in totaal jongeren. Omdat er in Den Haag migranten uit vele landen wonen en de samenstelling van de migrantengroepen per wijk sterk kan verschillen, maakten we een indeling in westerse en niet-westerse migranten (indeling CBS). In de zwarte wijken was ongeveer 90% van de migranten van niet-westerse herkomt, in de gemengde wijken was dit ongeveer 70% en in de witte wijken was ongeveer 50% van de migranten van niet-westerse herkomst. De behandelkansen voor deze groepen verschilden sterk. Voor kinderen van westerse migranten in witte wijken was de kans op behandeling zelfs groter dan die van autochtone kinderen (1.34). Verder was in alle wijken de kans op behandeling van kinderen van westerse migranten groter dan die van kinderen van niet-westerse herkomst. De minste kans op behandeling maakten kinderen van niet-westerse herkomst in zwarte wijken. Van deze groep van bijna kinderen, waren er nog geen 500 (1.3%) in behandeling bij de Jeugd-GGZ, terwijl het behandelpercentage van de weinige autochtone kinderen in deze wijken met 3.5 procent ruim boven het Haagse gemiddelde lag. Dit betekent dat als in de zwarte wijken het behandelpercentage van niet-westerse migrantenkinderen even hoog zou zijn als dat van hun autochtone wijkgenootjes, er bijna drie keer zoveel in behandeling zouden zijn. De vraag die we ons stelden was of er gekozen moet worden voor een algemene wijkgerichte aanpak, dan wel een aanpak speciaal gericht op wijkbewoners van niet-westerse herkomst. De cijfers laten duidelijk zien dat voor het laatste gekozen moet worden. 185

6 2.4 Discussie Het percentage jeugdigen dat een behandeling vindt in de GGZ wordt sterk bepaald door het percentage wijkbewoners van Nederlandse herkomst en dit staat los van de SES van de wijkbewoners (Boon et al., 2010b). Dit blijkt ook uit de hier gepresenteerde driedeling in Witte, Gemengde en Zwarte wijken op basis van het percentage autochtone wijkbewoners. Deze verschillen worden niet veroorzaakt doordat de jeugd van niet-westerse herkomst minder psychische problemen heeft, dus moet de oorzaak gezocht worden in de toegankelijkheid van Jeugd-GGZ voorzieningen. Een verklaring zou kunnen zijn dat een lage consumptie van de Jeugd-GGZ veroorzaakt wordt doordat jongeren op het traject dat leidt naar deze hulpverlening obstakels ondervinden. Dit proces wordt beschreven in het filtermodel voor de toegang tot de GGZ (Boon & Colijn, 2001; Goldberg & Huxley, 1980; De Jong & Van den Berg, 1997; Sytema, Gunther, Reelick et al., 2006). Het model stelt dat er een aantal filters moet worden gepasseerd voordat een behandeling in de GGZ plaatsvindt. Deze filters hebben betrekking op hoe psychiatrische problematiek door bevolkingsgroepen wordt ervaren en of er vervolgens hulp wordt gezocht, of de problematiek wordt herkend door de mogelijke verwijzers (bijv. huisarts, school) en of de verwijzers de jongeren vervolgens doorverwijzen naar de GGZ. Is die stap gezet, dan komt het eropaan of de GGZinstellingen het gepresenteerde gedrag interpreteren als problemen die tot hun werkterrein behoren. Volgens De Jong en Van den Berg (1997) is er sprake van een proces van selectieve filtering waarbij het voor sommige groepen makkelijker is om de filters te passeren dan voor andere. Het model gaat ervan uit dat groepskenmerken bepalen wie door de filters worden tegengehouden. Als we meer zouden weten over deze (bijvoorbeeld demografische of sociaaleconomische) groepskenmerken zouden we de verschillen in de Wij denken echter dat een wat minder afwachtend beleid ten aanzien van nietwesterse gezinnen met kinderen met ge dragsstoornissen (maar ook met andere psychische problemen) geen kwaad zou kunnen kans op adequate behandeling tussen etnische groepen kunnen verkleinen. Het filtermodel legt de eerste belemmering bij de kennis van de doelgroep over de betekenis van de GGZ in onze westerse samenleving. Het gaat daarbij zowel over kennis van wat als problematisch gedrag wordt beschouwd, als kennis over de mogelijkheden om hier hulp voor te zoeken. Mensen raken niet alleen op de hoogte van de mogelijkheden van professionele hulpverlening via officiële informatie, maar ook via de populaire pers en door met buren, vrienden en familie te praten. Een halve eeuw geleden was het ook voor de toen voornamelijk witte Nederlandse ouders heel uitzonderlijk om professionele hulp in te roepen voor hun kinderen met gedrags- of emotionele problemen. Maar zij hebben in de loop van de tijd geleerd om bepaalde moeilijkheden te beschouwen als problemen waarvoor hulp kan worden gezocht. Dit proces is door sociologen protoprofessionalisering genoemd en zorgde ervoor dat ook leken ongewenst gedrag eerder zijn gaan zien als rijp voor behandeling (Brinkgreve, Onland & De Swaan, 1979). Dat er relatief zo weinig niet-westerse migrantenkinderen in behandeling zijn voor psychische problemen, zou dus kunnen komen doordat hun ouders onvoldoende geprotoprofessionaliseerd zijn. De autochtone Nederlanders zijn ook niet zomaar gebruik gaan maken van de GGZ. Zij kregen daarbij een fikse duw in de goede richting van de eerste naoorlogse professionals die zich met de Geestelijke Volksgezondheid bezighielden. Deze beweging stelde zich zo n zestig jaar geleden tot taak om iedereen te bereiken die hulp nodig had en zo het morele verval in 186

7 de samenleving te bestrijden. Een doel was in te grijpen in onmaatschappelijke gezinnen waarin kinderen opgroeiden in vervuiling, armoede, misdaad en ontaarding die in 1947 werden gezien als infectiehaarden van moreel verval (geciteerd in Van Lieshout, 1985). Een verandering die zich echter sinds het formuleren van deze idealen heeft voorgedaan, is dat onze maatschappij is geïndividualiseerd en dat autonomie een centraal uitgangspunt is geworden. Hulpverlening wordt daarom pas in het uiterste geval aan mensen opgedrongen. Hulpverleners willen tegenwoordig graag dat mensen zelf kiezen voor de juiste hulp. Wij denken echter dat een wat minder afwachtend beleid ten aanzien van niet-westerse gezinnen met kinderen met gedragsstoornissen (maar ook met andere psychische problemen) geen kwaad zou kunnen. We moeten zoeken naar mogelijkheden om ouders met een andere etnische achtergrond duidelijk te maken dat dergelijk gedrag van hun kind niet normaal is en dat er deskundige hulp voorhanden is. Andere belemmeringen zijn volgens het filtermodel te vinden bij professionals die psychische problematiek moeten herkennen en kinderen en adolescenten kunnen doorverwijzen naar de Jeugd- GGZ. We denken dat er grote groepen kinderen en adolescenten met een niet- Nederlandse achtergrond met psychische problemen waarvoor wel hulp wordt gezocht, nooit in de Jeugd-GGZ terechtkomen. Er zijn signalen dat zij in andere vormen van hulpverlening blijven steken (en het filter dus niet passeren). Reeds in 2003 constateerde Vollebergh dat er bij de jeugdhulpverlening (in veel gevallen het logische voortraject voor de Jeugd- GGZ) gesproken kan worden van een multicultureel drama. Ook in het speciaal onderwijs voor kinderen met psychische problemen en gedragsstoornissen (cluster 4) lijkt het aantal kinderen van niet-nederlandse herkomst veel hoger te liggen dan op basis van de bevolkingssamenstelling verwacht mag worden. Helaas zijn er weinig cijfers over onder- of oververtegenwoordiging van etnische groepen in andere hulpverlening bekend omdat de herkomst van de kinderen niet systematisch wordt bijgehouden. Dat is jammer omdat een analyse van de stromen in de jeugdzorg ook de verstoppingen in de zorg (en dus de toegang tot de Jeugd-GGZ) duidelijk kan maken. In de praktijk lijken er nog veel bezwaren tegen registratie van geboortelanden te zijn. Eerder (Boon et al., 2009) hielden we een pleidooi voor een gedegen registratie en hebben we geprobeerd deze bezwaren te weerleggen. Een derde belemmering ligt volgens het filtermodel bij de Jeugd-GGZ zelf. GGZ instellingen zouden maatregelen kunnen nemen om hun toegankelijkheid voor alle groepen te verhogen. Omdat het uitgangspunt van de Nederlandse gezondheidszorg is dat iedereen in gelijke mate recht heeft op behandeling, is de vraag waardoor bij sommige etnische groepen onderconsumptie van GGZ-voorzieningen wordt veroorzaakt relevant. Voor de Jeugd-GGZ is de urgentie om kennis te hebben van de oorzaken van onderconsumptie nog dringender omdat onbehandelde jeugdpsychiatrische problematiek op latere leeftijd voor ernstige schade kan zorgen (zie bijvoorbeeld Gosden, Kramp, Gabrielsen et al., 2003; Domburgh, 2009; Sytema et al., 2006). Dat migrantengroepen minder gebruik maken van de GGZ was al langer bekend, maar onduidelijk was of dit vooral verband hield met hun lage sociaaleconomische positie of dat cultuurgebonden aspecten een rol spelen. Ons onderzoek duidt erop dat het vooral om cultuurgebonden aspecten gaat, en dat deze sterker wegen in wijken waar een hoge concentratie van niet-westerse migranten woont en dat een wijkgerichte aanpak dus aan te raden is. Het is van belang om maatregelen te nemen die de Jeugd-GGZ dichter bij de mensen brengt. Zo zijn initiatieven als een samenwerkingsverband tussen de CJG s en Jeugd-GGZ instellin- 187

8 gen een belangrijke stap. Ook zijn nieuwe hulpvormen, zoals e-health (hulpverlening via internet) en instellingen speciaal gericht op interculturele psychiatrie, erg belangrijk. In Den Haag en omstreken is sinds medio 2008 i-psy De Jutters actief, een Jeugd-GGZ instelling gericht op interculturele psychiatrie voor jeugd en gezin. Ook elders in het land zijn er i-psy vestigingen voor jeugd geopend. Deze initiatieven lijken positieve effecten te hebben op het zorggebruik van jongeren van niet-nederlandse herkomst. Wellicht dat de parallel die we aan het begin van dit artikel trokken tussen onderwijs en Jeugd-GGZ een weg naar een oplossing biedt. De GGZ kan wachten tot de vraag uit migrantengroepen toeneemt en dan inspringen op deze hulpvragen. In het onderwijs waren er echter ook maar weinig ouders van niet-nederlandse herkomst die vroegen om een betere begeleiding van hun kind. De gewichtenregeling heeft er voor gezorgd dat er geld kwam om kinderen met een achterstand veroorzaakt door hun afkomst meer aandacht te geven. Dat dit beleid heeft gewerkt, blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat zij hun onderwijsachterstand ten opzichte van autochtone jongeren aan het verkleinen zijn (CBS, 2010). In de Jeugd- GGZ zou een vergelijkbare gewichtenregeling, gecombineerd met de eis aan instellingen dat hun cliëntenbestand een afspiegeling van de bevolking is, ook tot goede resultaten kunnen leiden. We weten nu nog niet veel over de oorzaken van de achterstand, maar als Jeugd-GGZ instellingen extra geld krijgen om kinderen met een andere culturele achtergrond te helpen, zou dat de oplossing een stuk dichterbij brengen. GERAADPLEEGDE LITERATUUR Bergen, D. van (2009). Suicidal Behavior of Young Migrant Women in The Netherlands. Amsterdam: Dissertatie Vrije Universiteit. Bhui, K., Stansfeld, S., Hull, S. et al. (2003). Ethnic variations in pathways to and use of specialist mental health services in the UK. British Journal of Psychiatry, 18, Boon, A.E. & Colijn, S. (2001). Adolescents in Residential Psychiatric Care: treatment outcome, social support and cultural background. Den Haag: Pasmans, Dissertatie Universiteit Leiden. Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.B.B. (2009). Tien redenen om de etnische herkomst van cliënten in de GGZ niet te registreren. (En nog meer argumenten om het wel te doen). Maandblad Geestelijke Volksgezondheid, 64, Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.S.B. (2010a). Verschillen in etnische achtergrond van forensische en reguliere Jeugd-GGZ cliënten. Kind en Adolescent, 1, Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.S.B. (2010b). De toegankelijkheid van de Jeugd- GGZ voor jeugdigen van niet-nederlandse herkomst. Epidemiologisch Bulletin 45, 2, 2-7. Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.S.B. (2010c). Cliënten Haagse Jeugd-GGZ geen etnische afspiegeling van de jeugd van de stad; niet door sociaaleconomische status, maar door etnische herkomst. Tijdschrift voor Psychiatrie, 52, Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.S.B. (2010d). Marokkaanse daderpopulaties en de Jeugd-GGZ. Onbehandelde gedragsstoornissen en maatschappelijke problemen. Maandblad Geestelijke Volksgezondheid, 65, Boon, A.E., De Haan, A.M. & De Boer, S.S.B. (2010e). Haagse Jeugd en ggz-gebruik. De invloed van woonomgeving op het hulpzoekgedrag bij psychiatrische problematiek. Cultuur, Migratie en Gezondheid, 7, Brinkgreve, C., Onland, J.H. & De Swaan, A. (1979). Sociologie van psychotherapie deel 1: De opkomst van het psychotherapeutisch bedrijf. Utrecht: Het Spectrum. Centraal Bureau voor de Statistiek (2008). Statline. Voorburg: CBS. Centraal Bureau voor de Statistiek (2010). 188

9 Jaarrapport Integratie Den Haag/ Heerlen CBS. Den Haag in cijfers (2008). Dieperink, C.J., Van Dijk, R. & Wierdsma, A.I. (2002). GGZ voor allochtonen, ontwikkelingen in het zorggebruik in de regio Rotterdam, Maanblad Geestelijke Volksgezondheid, 57, Dieperink, C.J., Van Dijk, R. & De Vries, S. (2007). Allochtonen in de GGZ : groei en diversiteit. Maanblad Geestelijke Volksgezondheid, 62, Domburgh, L. van (2009). Very Young offenders: Characteristics of children and their environment in relation to (re) offending. Amsterdam: Dissertatie VU Medisch centrum. GGZ Nederland (2008). Culturele herkomst van cliënten in de GGZ en verslavingszorg. Utrecht: GGZ Nederland. Goldberg, D. & Huxley, P. (1980). Mental illness in the community; the pathway to psychiatric care. London: Tavistock. Gosden, N.P., Kramp, P., Gabrielsen, G. et al. (2003). Prevalence of mental disorders among year-old male adolescent remand prisoners in Denmark. Acta Psychiatrica Scandinavica, 107(2), Have, M. ten, Oldehinkel, A., Vollebergh, W.A.M. et al. (2003). Does educational background explain inequalities in care service use for mental health problems in the Dutch general population? Acta Psychiatrica Scandinavica, 107, Janssen, M.M.M., Verhulst, F.C., Bengi-Arslan, L. et al. (2004). Comparison of self-reported emotional and behavioral problems in Turkish immigrant, Dutch and Turkish adolescents. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 39, Jong, J.T.V.M. de & Van den Berg, M. (1997). Transculturele psychiatrie en psychotherapie: Handboek voor hulpverlening en beleid. Lisse: Swets & Zeitlinger. Lieshout, P. van (1985). Veertig jaar geestelijke volksgezondheid: Een analyse van het MGv. Maandblad Geestelijke volksgezondheid, 40, Murad, S.D., Joung, I.M.A., Van Lenthe, F.J. et al. (2003). Predictors of self-reported problem behaviors in Turkish immigrants and Dutch adolescents in the Netherlands. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 44(3), Pumariega, A.J., Glover, S., Holzer, C.E. et al. (1998). Utilization of mental health services in a tri-ethnic sample of adolescents. Community Mental Health Journal, 34, Paasche-Orlow, M.K., Parker, R.M. & Gazmararian, J.A. et al. (2005). The prevalence of limited health literacy. Journal of Genetic Internal Medicine, 20, Reijneveld, S.A., Harland, P. & Brugman, E. et al. (2005). Psychosocial problems among immigrant and non-immigrant children; Ethnicity plays a role in their occurrence and identification. European Child & Adolescent Psychiatry, 14, Sociaal en Cultureel Planbureau (2005). Kinderen in Nederland. Den Haag: SCP. Stevens, G.W.J.M. (2004). Mental Health in Moroccan Youth in the Netherlands. Rotterdam: Optima. Sytema, S., Gunther, N., Reelick, F. et al. (2006). Verkenningen in de Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Utrecht: Trimbos Instituut. Vollebergh, W.A.M. (2003). Gemiste kansen, Culturele diversiteit in de jeugdzorg. Kind en Adolescent, 24, Vollebergh, W.A.M., Ten Have, M., Dekovic, M. et al. (2005). Mental health in immigrant children in The Netherlands. Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 40, VWS (2006). Beleidsvisie GGZ. Den Haag: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Wells et al. (2001). Ethnic disparities in unmet need for alcoholism, drug abuse and mental health care. American Journal of Psychiatry, 158, Zwirs, B.W.C., Burger, H., Schulpen, T.W.J. et al. (2007). Prevalence of psychiatric disorders among children of different ethnic origin. Journal of Abnormal Child Psychology, 35(4),

10 OVER DE AUTEURS Albert Boon is onderzoeker bij Stichting De Jutters, Centrum voor Jeugd-GGZ Haaglanden en bij De Fjord, centrum voor Orthopsychiatrie en Forensische Jeugdpsychiatrie. Anna de Haan is onderzoeker bij Stichting De Jutters, Centrum voor Jeugd-GGZ Haaglanden. Sjouk de Boer is onderzoeker bij Stichting De Jutters, Centrum voor Jeugd-GGZ Haaglanden en bij De Fjord, centrum voor Orthopsychiatrie en Forensische Jeugdpsychiatrie. Bent u die leraar, intern begeleider, remedial teacher, zorgcoördinator of leidinggevende die zich verder wil professionaliseren in het werken met of voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften? Vanuit 11 lesplaatsen verzorgen wij nascholing en de masteropleiding Special Educational Needs. Hiervoor kunt u een Lerarenbeurs voor scholing aanvragen. Wij nodigen u van harte uit op onze informatiebijeenkomsten. Voor data, locaties of een brochure: ER VALT NOG GENOEG TE LEREN 190

Cliënten Haagse jeugd-ggz geen etnische afspiegeling van de jeugd van de stad; niet door sociaaleconomische status, maar door etnische herkomst

Cliënten Haagse jeugd-ggz geen etnische afspiegeling van de jeugd van de stad; niet door sociaaleconomische status, maar door etnische herkomst k o r t e b i j d r a g e Cliënten Haagse jeugd-ggz geen etnische afspiegeling van de jeugd van de stad; niet door sociaaleconomische status, maar door etnische herkomst a. e. b o o n, a. m. d e h a a

Nadere informatie

De toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor jeugdigen van niet-nederlandse herkomst 1

De toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor jeugdigen van niet-nederlandse herkomst 1 epidemiologisch bulletin, 00, jaargang 45, nummer De toegankelijkheid van de Jeugd-GGZ voor jeugdigen van niet-nederlandse herkomst A.E. Boon en A.M. de Haan Bij zeven procent van alle jeugdigen in Nederland

Nadere informatie

Inhoud. Narcistische zelfwaardering bij. kinderen. Etnische verschillen in de jeugd-ggz. Schoolverzuim bij Rotterdamse. kinderen

Inhoud. Narcistische zelfwaardering bij. kinderen. Etnische verschillen in de jeugd-ggz. Schoolverzuim bij Rotterdamse. kinderen jaargang 31, nummer 1 februari 2010 Inhoud Niet alle kinderen hebben alle kansen 2 Max G Gu ldner, Hedy Stegge, Marieke S I Smits en Sander C E Thomaes Albert E Boon, Anna M de Haan en Sjouk BB de Boer

Nadere informatie

20 epidemiologisch bulletin, 2012, jaargang 47, nummer 3

20 epidemiologisch bulletin, 2012, jaargang 47, nummer 3 20 epidemiologisch bulletin, 2012, jaargang 47, nummer 3 Het bereik van de Jeugd-GGZ voor jongeren van niet-nederlandse herkomst: de toegevoegde waarde van een instelling voor interculturele psychiatrie

Nadere informatie

Over onderzoek, politiek en praktijk

Over onderzoek, politiek en praktijk De toegankelijkheid van de jeugd-ggz voor migrantenkinderen Over onderzoek, politiek en praktijk In 2010 publiceerden we onderzoeksresultaten waaruit bleek dat de jeugd-ggz migrantenkinderen slecht bereikt.

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haan, Anna Marte de Title: Ethnic minority youth in youth mental health care :

Nadere informatie

Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan

Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan Iedereen met psychiatrische problemen Filter 1 Hulpzoekenden Filter 2 Herkende problemen Filter 3

Nadere informatie

Marokkaanse daderpopulaties en de jeugd-ggz

Marokkaanse daderpopulaties en de jeugd-ggz 2010 10 MGv 65 758-769 albert boon, anna de haan & sjouk de boer Marokkaanse daderpopulaties en de jeugd-ggz Onbehandelde gedragsstoornissen en maatschappelijke problemen Veel van de Marokkaanse jongens

Nadere informatie

De ondervertegenwoordiging van migrantenjeugd in de jeugdhulpverlening: de rol van de schoolcontext

De ondervertegenwoordiging van migrantenjeugd in de jeugdhulpverlening: de rol van de schoolcontext De ondervertegenwoordiging van migrantenjeugd in de jeugdhulpverlening: de rol van de schoolcontext Esmée E. Verhulp Ontwikkelingspsychologie - Universiteit Utrecht Met dank aan: Gonneke Stevens, Jochem

Nadere informatie

Interculturele psychiatrie en jeugd-ggz

Interculturele psychiatrie en jeugd-ggz Interculturele psychiatrie en jeugd-ggz mr.dr. Lieke van Domburgh Onderzoeker Vumc, afd. Kinder- en Jeugdpsychiatrie Hoofd afdeling O&O Intermetzo prevalentie problemen: etniciteit en gender (Zwirs 2006)

Nadere informatie

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen.

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen. ADHD Wachtkamerspecial Onderbehandeling van ADHD bij allochtonen: kinderen en volwassenen N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen. Inleiding

Nadere informatie

Rol onderzoek voor cluster Maatschappelijke Ontwikkeling, Gemeente Rotterdam

Rol onderzoek voor cluster Maatschappelijke Ontwikkeling, Gemeente Rotterdam Rol onderzoek voor cluster Maatschappelijke Ontwikkeling, Gemeente Rotterdam Wilma Jansen Kenniscoördinator Jeugd Gemeente Rotterdam Inhoud presentatie Cluster Maatschappelijke Ontwikkeling Rol onderzoek

Nadere informatie

Etnische en generatieverschillen in lekenopvattingen over internaliserende problemen

Etnische en generatieverschillen in lekenopvattingen over internaliserende problemen Etnische en generatieverschillen in lekenopvattingen over internaliserende problemen Esmée E. Verhulp Ontwikkelingspsychologie - Universiteit Utrecht Met dank aan: Gonneke Stevens, Wilma Vollebergh, Trees

Nadere informatie

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen Zorg op Tijd EIF Conferentie Nijmegen 19-11-2015 Projectpartners Project in Gouda Scholen in Gouda Onderdelen Training van professionals Overleg over de screening Bijeenkomsten met ouders Individuele

Nadere informatie

CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS

CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS Curriculum Vitae Curriculum Vitae Barbara Wilhelmina Cornelia Zwirs werd geboren op 3 oktober 1977 in Alphen aan den Rijn. Daar behaalde zij in 1995 haar Gymnasiumdiploma

Nadere informatie

Registratie van etnische herkomst

Registratie van etnische herkomst 2009 9 MGv 64 736-746 albert boon, anna de haan & sjouk de boer Registratie van etnische herkomst Tien argumenten tegen en nog meer argumenten vóór Zorg op maat is het moderne devies. Iedereen moet de

Nadere informatie

Contact met de jeugd-ggz is een zaak van culturele én sociaaleconomische verschillen

Contact met de jeugd-ggz is een zaak van culturele én sociaaleconomische verschillen korte bijdrage Contact met de jeugd-ggz is een zaak van culturele én sociaaleconomische verschillen a.i. wierdsma, a.m. kamperman achtergrond In Nederland is de toegang tot de ggz niet voor alle etnische

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

SCHOOLPSYCHOLOGEN CONGRES 2018

SCHOOLPSYCHOLOGEN CONGRES 2018 SCHOOLPSYCHOLOGEN CONGRES 2018 Esmee Verhulp Universitair docent Ontwikkelingspsychologie Universiteit Utrecht Machteld de Jong Lector Diversiteitvraagstukken Hogeschool Inholland ETNISCHE EN CULTURELE

Nadere informatie

Zuid-Limburgse Jeugd-GGZ

Zuid-Limburgse Jeugd-GGZ Zuid-Limburgse Jeugd-GGZ Contactgegevens Dr. Daan Westra Duboisdomein 30, 6229 GT, Maastricht Tel.nr: 043-388 17 31 Email: d.westra@maastrichtuniversity.nl https://hsr.mumc.maastrichtuniversity.nl/ Onderzoeksteam

Nadere informatie

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners? Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun? Martijn Souren en Harry Bierings Autochtonen voelen zich veel meer thuis bij de mensen in een autochtone buurt dan in een buurt met 5 procent of meer niet-westerse

Nadere informatie

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1 Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Internetbijlagen bij hoofdstuk 8 Wonen,

Nadere informatie

Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit

Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit Prof. Dr. Walter Devillé Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg UvA Vluchtelingen en Gezondheid OMGEVING POPULATIE KENMERKEN GEZONDHEIDS-

Nadere informatie

Scholen in de Randstad sterk gekleurd

Scholen in de Randstad sterk gekleurd Scholen in de Randstad sterk gekleurd Marijke Hartgers Autochtone en niet-westers allochtone leerlingen zijn niet gelijk over de Nederlandse schoolvestigingen verdeeld. Dat komt vooral doordat niet-westerse

Nadere informatie

Concentratie allochtonen toegenomen

Concentratie allochtonen toegenomen Jan Latten 1), Han Nicolaas 2) en Karin Wittebrood 3) Niet-westerse wonen vanouds geconcentreerd in het westen van Nederland. Daarbinnen zijn ze geconcentreerd in de vier grote steden. In 4 bestond procent

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Universiteit Opleiding Cursus Beschrijving Link. Vaardigheidsonderwijs 2e jaar

Universiteit Opleiding Cursus Beschrijving Link. Vaardigheidsonderwijs 2e jaar Overzicht bachelorcursussen Dit overzicht geeft een groot aantal bachelorcursussen weer die aandacht besteden cultuur en/of gender op het gebied van gezondheidszorg. Het overzicht betreft cursussen uit

Nadere informatie

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft Dienst Wonen, Zorg en Samenleven Fact sheet nummer 1 januari 211 Eigen woningbezit 1e en Aandeel stijgt, maar afstand blijft Het eigen woningbezit in Amsterdam is de laatste jaren sterk toegenomen. De

Nadere informatie

Emotionele problemen en gedragsproblemen bij Marokkaanse, Turkse en Nederlandse 4- tot 18-jarigen in Nederland 1

Emotionele problemen en gedragsproblemen bij Marokkaanse, Turkse en Nederlandse 4- tot 18-jarigen in Nederland 1 Emotionele problemen en gedragsproblemen bij Marokkaanse, Turkse en Nederlandse 4- tot 18-jarigen in Nederland 1 g. w. j. m. s t e v e n s, t. v. m. p e l s, w. a. m. v o l l e b e r g h, l. b e n g i

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haan, Anna Marte de Title: Ethnic minority youth in youth mental health care :

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Gemiddeld kindertal per vrouw,

Gemiddeld kindertal per vrouw, Indicator 11 maart 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2013 bedroeg het gemiddeld

Nadere informatie

Uitdagingen in de multiculturele praktijk

Uitdagingen in de multiculturele praktijk 12 uit de praktijk Kernproblemen Uitdagingen in de multiculturele praktijk Vraag een fysiotherapeut die werkzaam is in een achterstandswijk naar zijn ervaringen met allochtone patiënten en de kans is groot

Nadere informatie

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland Willem Huijnk Jaco Dagevos BIJLAGEN Bijlagen hoofdstuk 2... 2 Bijlagen hoofdstuk 3... 3 Bijlagen hoofdstuk 4...

Nadere informatie

Schatting van de verhouding van het aantal suïcides binnen de GGZ en de resterende populatie? Een verkennende studie.

Schatting van de verhouding van het aantal suïcides binnen de GGZ en de resterende populatie? Een verkennende studie. Schatting van de verhouding van het aantal suïcides binnen de GGZ en de resterende populatie? Een verkennende studie. Dr. Remco de Winter, psychiater Parnassia Groep VU Amsterdam www. suicidaliteit.nl

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Gemeente Utrecht, Volksgezondheid Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/volksgezondheid Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht - 2012 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht,

Nadere informatie

Achterblijvers in de bijstand

Achterblijvers in de bijstand Achterblijvers in de Paula van der Brug, Mathilda Copinga en Maartje Rienstra Van de mensen die in 2001 in de kwamen, was 37 procent eind 2003 nog steeds afhankelijk van een suitkering. De helft van deze

Nadere informatie

10 epidemiologisch bulletin, 2008, jaargang 43, nummer 4

10 epidemiologisch bulletin, 2008, jaargang 43, nummer 4 10 epidemiologisch bulletin, 2008, jaargang 43, nummer 4 Haagse jongeren Psychosociale verkenningen en leefstijlen I. Burger Waar het voorgaande artikel Haagse jongeren liet zien in sociaal-demografisch

Nadere informatie

Bevolkingsvraagstukken in Nederland anno 2006. Grote steden in demografisch perspectief

Bevolkingsvraagstukken in Nederland anno 2006. Grote steden in demografisch perspectief Bevolkingsvraagstukken in Nederland anno 2006 Grote steden in demografisch perspectief WPRB Werkverband Periodieke Rapportage Bevolkingsvraagstukken WPRB Ingesteld door de minister van OCW Vinger aan de

Nadere informatie

Integratieonderzoek. Rapport. Ronald Baden. E9787/88 november 2007

Integratieonderzoek. Rapport. Ronald Baden. E9787/88 november 2007 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport Integratieonderzoek Ronald Baden E9787/88 november 2007

Nadere informatie

CULTURELE HERKOMST VAN CLIËNTEN IN DE GGZ EN VERSLAVINGSZORG

CULTURELE HERKOMST VAN CLIËNTEN IN DE GGZ EN VERSLAVINGSZORG CULTURELE HERKOMST VAN CLIËNTEN IN DE GGZ EN VERSLAVINGSZORG 1 Culturele herkomst van cliënten in de ggz en verslavingszorg Aantal cliënten in de GGZ naar land van herkomst Aantal cliënten in 2006 Aantal

Nadere informatie

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl)

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl) Indicator 13 februari 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2012 woonden er in Nederland

Nadere informatie

respondenten in vergelijking met autochtone respondenten.

respondenten in vergelijking met autochtone respondenten. 220 I n het algemeen wordt veel waarde gehecht aan een goede toegankelijkheid en kwaliteit van zorg, zonder dat deze belemmerd worden door patiëntkenmerken als culturele of etnische achtergrond. Daarvoor

Nadere informatie

Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk.

Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk. Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk. Paraprofessionele functies Voor allochtone vrouwen zonder formele kwalificaties worden komende jaren paraprofessionele functies gecreëerd. Deze

Nadere informatie

Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland

Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland Cor Hoffer cultureel antropoloog / socioloog c.hoffer@parnassiabavogroep.nl 1 Onderwerpen: gezondheidszorg en cultuur demografische

Nadere informatie

Kinderen en jongeren met diverse culturele achtergronden in Nederland: hun ontwikkeling, op school en in zorg.

Kinderen en jongeren met diverse culturele achtergronden in Nederland: hun ontwikkeling, op school en in zorg. Symposium 30 oktober 2015 Rosarium Amsterdam Kinderen en jongeren met diverse culturele achtergronden in Nederland: hun ontwikkeling, op school en in zorg. Kinderen en jongeren met diverse culturele achtergronden

Nadere informatie

Psychologische zorg voor kinderen en jongeren. De Golfbreker Preventie en psychologische zorg voor kinderen en jongeren. Samen werken aan jezelf

Psychologische zorg voor kinderen en jongeren. De Golfbreker Preventie en psychologische zorg voor kinderen en jongeren. Samen werken aan jezelf Psychologische zorg voor kinderen en jongeren De Golfbreker Preventie en psychologische zorg voor kinderen en jongeren Samen werken aan jezelf Inhoud Belang psychologische zorg voor jeugd Psychologische

Nadere informatie

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie.

In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. Leeswijzer Gezondheidspeiling tabellen Deze leeswijzer geldt ook voor tabellen van de Inwonersenquête van Interne Bedrijven Onderzoek, Gemeente Utrecht In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend

Nadere informatie

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK TJJ Tijdschrift voor Jeugdhulpverlening en Jeugdwerk Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK Belang van algemeen jongerenwerk voor positie van migrantenjongeren

Nadere informatie

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n)

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n) Raadsinformatiebrief (openbaar) gemeente Maassluis Aan de leden van de gemeenteraad in Maassluis Postbus 55 3140 AB Maassluis T 010-593 1931 E gemeente@maassluis.nl I www.maassluis.nl ons kenmerk 2010-4748

Nadere informatie

1 De bevolking van de regio Gelre-IJssel

1 De bevolking van de regio Gelre-IJssel 1 De bevolking van de regio Gelre-IJssel De gezondheid van de bevolking hangt samen met demografische en sociaaleconomische factoren. Zo leven lager opgeleide mannen en vrouwen gemiddeld korter dan hoog

Nadere informatie

Migranten in de ambulante ggz maken een inhaalslag

Migranten in de ambulante ggz maken een inhaalslag Migranten in de ambulante ggz maken een inhaalslag a. c. s c h r i e r, j. r. t h e u n i s s e n, p. t. k e m p e, a. t. f. b e e k m a n samenvatting Over het gebruik van de ambulante geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de

Nadere informatie

De beste zorg voor psychische en verslavingsproblemen

De beste zorg voor psychische en verslavingsproblemen De beste zorg voor psychische en verslavingsproblemen 3 Parnassia Groep is specialist in geestelijke gezondheid Psychische klachten, een psychische stoornis of ziekte: ze kunnen iedereen treffen en ernstig

Nadere informatie

Gemiddeld kindertal per vrouw, 2014

Gemiddeld kindertal per vrouw, 2014 Indicator 19 maart 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2014 bedroeg het gemiddeld

Nadere informatie

Uit huis gaan van jongeren

Uit huis gaan van jongeren Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan

Nadere informatie

Opvoeden in andere culturen

Opvoeden in andere culturen Opvoeden in andere culturen Bevorderen en versterken: competenties vergroten Een betere leven DVD 1 Bevolkingsgroepen aantal Allochtoon3.287.706 Autochtoon13.198.081 Europese Unie (exclusief autochtoon)877.552

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

2. De niet-westerse derde generatie

2. De niet-westerse derde generatie 2. De niet-westerse derde generatie Op 1 januari 23 woonden in Nederland tussen de 34 duizend en 36 duizend personen met ten minste één grootouder die in een niet-westers land is geboren. Dit is ruim eenderde

Nadere informatie

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen

Nadere informatie

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Onderwijs Het aandeel in de bevolking van 15 tot 64 jaar dat het onderwijs reeds heeft verlaten en hun onderwijscarrière

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Divisie Kinderen en Jeugdigen. Orthopsychiatrie & Ambulante forensische zorg

Divisie Kinderen en Jeugdigen. Orthopsychiatrie & Ambulante forensische zorg Divisie Kinderen en Jeugdigen Orthopsychiatrie & Ambulante forensische zorg Mad or Bad? Jongeren met problematiek of problematische jongeren? René Cardynaals 2010 Mikx Sedna (Rita vd Elzen, Odette de Theije)

Nadere informatie

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg Toegespitst op kankerzorg dr. Mohamed Boulaksil Cardioloog i.o. Pharos Utrecht, 18 juni 2013 Indeling Definitie van begrippen Epidemiologische verschillen migrant

Nadere informatie

Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4)

Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4) Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4) Artikelen in tijdschriften 2015 Effectieve interventies voor agressie bij kinderen. PsychoPraktijk, 6, 14-17. 2014 Scheiding en stress. PsychoPraktijk, 6, 22-26.

Nadere informatie

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Willem Huijnk - Wetenschappelijk onderzoeker

Nadere informatie

Onderzoeksverslag succesfactoren van het EIF-project

Onderzoeksverslag succesfactoren van het EIF-project Onderzoeksverslag succesfactoren van het EIF-project Ingrid Zeggelaar-Stolk Erasmus Universiteit Rotterdam Faculteit der Sociale Wetenschappen Pedagogical Sciences Family Pedagogy 1 Inhoudsopgave Pagina

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

Ongemerkt problematisch. Marieke Zwaanswijk (onderzoeker NIVEL) Marijke Lutjenhuis (huisarts)

Ongemerkt problematisch. Marieke Zwaanswijk (onderzoeker NIVEL) Marijke Lutjenhuis (huisarts) Ongemerkt problematisch Marieke Zwaanswijk (onderzoeker NIVEL) Marijke Lutjenhuis (huisarts) Kijk, als een kind zich opzettelijk uit de auto gooit, dan is het vrij duidelijk dat er iets mis is. Dan heb

Nadere informatie

Diversiteit in het po, vo en mbo

Diversiteit in het po, vo en mbo Diversiteit in het, en 1. Inleiding In het onderwijs wordt het belang van een divers samengesteld personeelsbestand onderkend. 1 Omdat de school een maatschappelijke instelling is, is het wenselijk dat

Nadere informatie

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Voorstad Deventer

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Voorstad Deventer IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor

Nadere informatie

even VoorSTELLEN Met Cardea kun je verder!

even VoorSTELLEN Met Cardea kun je verder! even VoorSTELLEN Met Cardea kun je verder! Als we over cliënten praten, bedoelen we kinderen, jongeren en hun ouders. Als we over ouders praten, bedoelen we ook eenoudergezinnen, verzorgers, voogden en/of

Nadere informatie

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010)

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) AH 740 2010Z13219 Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) 1 Bent u bekend met nieuw onderzoek van Michigan State University

Nadere informatie

Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten

Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten Maud Eimers en Erick Vloeberghs 2 Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de

Nadere informatie

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband

Nadere informatie

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht Factsheet Sportparticipatie in Utrecht mei 2015 Overzicht Deze factsheet geeft op hoofdlijnen een beeld van sporten en bewegen in de stad en maakt deel uit van Utrecht Sport, de Utrechtse sportvisie op

Nadere informatie

Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over de periode

Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over de periode Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Beurs, D. de, Magnée, T., Bakker, D. de, Verhaak, P. Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over

Nadere informatie

Transitie jeugdzorg informatieavond gemeenteraden BAR

Transitie jeugdzorg informatieavond gemeenteraden BAR Transitie jeugdzorg informatieavond gemeenteraden BAR Ronald Buijs, directeur Kind- en jeugdpsychiatrie Yulius Ireza Versteeg, programmamanager transitie jeugdzorg Yulius 1 Opzet presentatie Kind- en jeugdpsychiatrie

Nadere informatie

Bijlagen Bouwend aan een toekomst in Nederland

Bijlagen Bouwend aan een toekomst in Nederland Bijlagen Bouwend aan een toekomst in Nederland Pagina 1 van 24 Inhoud Bijlagen bij hoofdstuk 1 5 Bijlage B1.1 5 Bijlagen bij hoofdstuk 2 6 Figuur B2.1 6 Figuur B2.2 7 Figuur B2.3 8 Bijlagen bij hoofdstuk

Nadere informatie

Seminar Oudere migranten in Nederland Gezondheid en welbevinden. Fatima El Fakiri onderzoeker

Seminar Oudere migranten in Nederland Gezondheid en welbevinden. Fatima El Fakiri onderzoeker Seminar Oudere migranten in Nederland Gezondheid en welbevinden Fatima El Fakiri onderzoeker Over wie hebben we het? 3 grote groepen migranten: Migratie uit voormalige koloniën Arbeidsmigratie Asielmigratie

Nadere informatie

Migrantenouderen in cijfers

Migrantenouderen in cijfers Migrantenouderen in cijfers Roelof Schellingerhout 1. Aantallen en demografie 2. Prognose 3. Inkomenspositie 4. Gezondheid en welzijn Aantallen en demografie Aantal (migranten) ouderen, 1 januari 2017

Nadere informatie

Geestelijke Gezondheid (19 64 jaar)

Geestelijke Gezondheid (19 64 jaar) 3a Geestelijke Gezondheid (19 64 jaar) Deze factsheet beschrijft de resultaten van de gezondheidspeiling najaar 2005 van volwassenen tot 65 jaar in Zuid-Holland Noord met betrekking tot de geestelijke

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. DE MULTICULTURELE SAMENLEVING 1p 1 Het aantal asielaanvragen is sinds 2000 gedaald. Waardoor is het aantal asielzoekers in Nederland

Nadere informatie

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011 Sociaal-economische schets van Zuidwest 2011 Zuidwest is onderdeel van het en bestaat uit de buurten Haagwegnoord en -zuid, Boshuizen, Fortuinwijk-noord en -zuid en de Gasthuiswijk. Zuidwest heeft een

Nadere informatie

Divers bereik JEUGDHULP NAAR MIGRATIEACHTERGROND IN AMSTERDAM. Rob Gilsing Femke Stoutjesdijk Marjolijn Distelbrink Bas Tierolf

Divers bereik JEUGDHULP NAAR MIGRATIEACHTERGROND IN AMSTERDAM. Rob Gilsing Femke Stoutjesdijk Marjolijn Distelbrink Bas Tierolf Divers bereik JEUGDHULP NAAR MIGRATIEACHTERGROND IN AMSTERDAM Rob Gilsing Femke Stoutjesdijk Marjolijn Distelbrink Bas Tierolf Divers bereik JEUGDHULP NAAR MIGRATIEACHTERGROND IN AMSTERDAM Rob Gilsing

Nadere informatie

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Borgele en Platvoet Deventer

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Borgele en Platvoet Deventer IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor

Nadere informatie

Demografische gegevens ouderen

Demografische gegevens ouderen In dit hoofdstuk worden de demografische gegevens van de doelgroep ouderen beschreven. We spreken hier van ouderen indien personen 55 jaar of ouder zijn. Dit omdat gezondheidsproblemen met name vanaf die

Nadere informatie

5. Sterfte en herkomst

5. Sterfte en herkomst 5. Sterfte en herkomst Voor niet-westerse allochtonen geldt, gemiddeld genomen, een hoger sterfterisico dan voor autochtonen. Binnen dit gemiddelde bestaan echter aanzienlijke verschillen naar leeftijd,

Nadere informatie

Jaarlijks onderzoek onder gasten 2015

Jaarlijks onderzoek onder gasten 2015 Jaarlijks onderzoek onder gasten 2015 Elk jaar voert Resto VanHarte een impact- en tevredenheidsmeting uit onder haar gasten. Deze is in 2015 verspreid in 32 vestigingen van Resto VanHarte, in 20 steden/gemeenten.

Nadere informatie

Parallellen tussen België en Nederland

Parallellen tussen België en Nederland Parallellen tussen België en Nederland Integratie in Nederland Beleidstheorie, beleidsinformatie en beleidsimplicaties Mechelen 8 mei 2018 Arjen Verweij Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Verschillen tussen allochtone en autochtone cliënten

Verschillen tussen allochtone en autochtone cliënten Foto: Martine Sprangers Bureau Jeugdzorg Utrecht onderzoekt indicaties voor vrijwillige geïndiceerde jeugdzorg Verschillen tussen allochtone en autochtone cliënten Door Renske van der Gaag en Barbara Speet

Nadere informatie

EVEN VOORSTELLEN. Met Cardea kun je verder!

EVEN VOORSTELLEN. Met Cardea kun je verder! EVEN VOORSTELLEN Met Cardea kun je verder! Als we over cliënten praten, bedoelen we kinderen, jongeren en hun ouders. Als we over ouders praten, bedoelen we ook eenoudergezinnen, verzorgers, voogden en/of

Nadere informatie

Wonen met Zorg in de anticipeerregio s

Wonen met Zorg in de anticipeerregio s Wonen met Zorg in de anticipeerregio s Inleiding In de komende decennia zal de bevolkingssamenstelling veranderen en zal het aandeel ouderen in de bevolking toenemen. Indien nu al bekend is hoeveel ouderen

Nadere informatie

Interventies houden geen rekening met culturele verschillen

Interventies houden geen rekening met culturele verschillen Foto: Martine Sprangers Hulpverlening weet migrantenjeugd slecht te vinden Interventies houden geen rekening met culturele verschillen Door Gert van den Berg 8 De jeugdhulpverlening bereikt kinderen en

Nadere informatie

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015). Jeugd in Schildersbuurt De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 31.639 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling van de

Nadere informatie

Culturele diversiteit en interculturele bemiddeling Stand van zaken - toekomstperspectieven

Culturele diversiteit en interculturele bemiddeling Stand van zaken - toekomstperspectieven 1 Culturele diversiteit en interculturele bemiddeling Stand van zaken - toekomstperspectieven Hans Verrept Coördinatiecel Interculturele Bemiddeling 2 Stand van wetenschappelijk onderzoek Etniciteit en

Nadere informatie

Beleidsinformatie Jeugdwet

Beleidsinformatie Jeugdwet Beleidsinformatie Jeugdwet Inleiding Sinds de Jeugdwet op 1 januari 2015 in werking is getreden, zijn gemeenten verantwoordelijk voor het hele jeugdveld. Daarom is het belangrijk dat zij beschikken over

Nadere informatie