De Nederlandse arbeidsmarkt in cijfers en trends. Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector Eindrapport

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Nederlandse arbeidsmarkt in cijfers en trends. Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector Eindrapport"

Transcriptie

1 De Nederlandse arbeidsmarkt in cijfers en trends Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector 2000 Eindrapport Jeroen Bos B2198 Leiden, 15 december 2000

2 VOORWOORD Voor u ligt een onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector Het bestuur van de stichting SoFoKleS (het Sociaal Fonds voor de Kennissector) heeft het initiatief genomen voor het inrichten van een arbeidsmarktmonitor. Onder invloed van economische en demografische ontwikkelingen neemt de druk op de arbeidsmarkt immers toe, waardoor het voor veel sectoren loont een gericht arbeidsmarktbeleid op te zetten. De academische sector kent een aantal specifieke eigenschappen en heeft daardoor een complex karakter. Dat maakt zeker in deze sector een op goede informatie gebouwd arbeidsmarktbeleid een waardevolle investering. Het doel van de arbeidsmarktmonitor is met enige regelmaat informatie over ontwikkelingen en knelpunten op de academische arbeidsmarkt te verzamelen, te analyseren en te duiden. Dit met het oog op de volgende doelstellingen: de basis vormen waarmee SoFoKleS het arbeidsmarktprogramma verder kan opzetten; sociale partners, beleidsmakers alsmede beleidsuitvoerders binnen de instellingen ondersteunen bij beslissingen op lokaal, sectoraal en landelijk niveau. De monitor bevat informatie over de arbeidsmarkt van universiteiten en onderzoeks- en kennisinstellingen (NWO, KNAW, KB). De academische ziekenhuizen zijn niet in de eerste versie van de monitor opgenomen. Vandaar dat in de monitor veelal gesproken wordt van academische arbeidsmarkt in plaats van arbeidsmarkt van de kennissector, omdat die strikt genomen ook de academische ziekenhuizen omvat. De monitor bestaat uit de volgende onderdelen: De Nederlandse arbeidsmarkt in cijfers en trends; De academische arbeidsmarkt in cijfers en trends; Werving en vacatures; De student als potentiële werknemer; De academische arbeidsmarkt in perspectief; Managementsamenvatting. Het voorliggende onderdeel van de arbeidsmarktmonitor is een basisdocument arbeidsmarkt, waarin algemene ontwikkelingen op de Nederlandse arbeidsmarkt in kwantitatieve en kwalitatieve termen wordt beschreven. Leiden, 15 december 2000

3 INHOUDSOPGAVE Pag. Voorwoord 1 Inleiding 1 2 De arbeidsmarkt in cijfers en trends De beroepsbevolking Werkgelegenheid Werkloosheid Vacatures Intermediairs op de arbeidsmarkt Werkzoekers en werkvinders 18 3 Specifieke knelpunten 21 Literatuur 27

4 1 1 INLEIDING Nederland heeft het economische tij alweer een paar jaar mee. Dat zorgt voor hoge groeicijfers, discussies over te besteden overschotten op de rijksbegroting, een sterk teruglopende werkloosheid en goede financieel-economische (rapport)cijfers voor Nederland in Europa. Maar elk voordeel heeft zijn nadeel en dat is steeds duidelijker te zien aan de ontwikkelingen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Die kenmerkt zich weliswaar door een hoge groei van de werkgelegenheid, maar eveneens tot steeds meer en moeilijker vervulbare vacatures. Er heerst krapte op de arbeidsmarkt en het ziet er niet naar uit dat daar op korte termijn verandering in komt. Het beeld van de Nederlandse economische ontwikkeling is de laatste jaren onverdeeld gunstig. Enkele kerncijfers van het CBS (2000a en 2000b) over de laatste jaren van het vorige decennium zijn wat dat betreft veelzeggend. Zo groeide het bruto binnenlands product met 3,5 procent in 1998 en 3,6 procent in Voor dit jaar verwacht het Centraal Planbureau zelfs een groei van 4,5 procent en voor 2001 van 4 procent. Het aantal werkzame personen nam toe van 7,3 miljoen in 1996 tot 7,72 miljoen in 1998 (inclusief personen met een baan van minder dan twaalf uur per week). Dat betekent een groei van ruim 5,6 procent, terwijl de beroepsbevolking in dezelfde periode met 3,9 procent toe nam. De werkloosheid daalde dan ook van 464 duizend gemiddeld in 1995 naar 221 duizend in Tegelijk steeg het aantal onvervulde vacatures naar een recordhoogte van 164 duizend over 1999, terwijl in de periode 1993/97 sprake is van een gemiddelde van 58 duizend vacatures. Dat zijn de cijfers. Maar wat is het verhaal achter de cijfers? Welke gevolgen hebben ze voor de werking van de Nederlandse arbeidsmarkt? Het meest zichtbare gevolg is de kwantitatieve krapte. Er zijn te weinig arbeidskrachten beschikbaar om aan de grote vraag naar werknemers te voldoen. Dat probleem doet zich voor in bijna alle sectoren van de Nederlandse economie. Eén van de sectoren waar de schoen het meest wringt is de metaalindustrie, waar werkgevers meer dan in andere sectoren aangeven vacatures moeilijk vervuld te krijgen. Van de honderd vacatures in de sector blijkt de helft moeilijk vervulbaar (ministerie van SZW, 2000). Daarmee is de sector koploper in Nederland. Er is sprake van een structureel tekort aan vaklieden; een probleem dat overigens al langer speelt dan de periode van huidige hoogconjunctuur. Een ander voorbeeld van de kwantitatieve krapte op de arbeidsmarkt is het tekort aan promovendi (AiO s en OiO s) vooral als het gaat om de technische wetenschappen. Zeker met het oog op de vergrijzing van het personeelsbestand binnen universiteiten baart het tekort aan promovendi zorgen. Hoewel deze problemen van de sterk uiteenlopende sectoren als de metaalindustrie en de universiteiten uiterlijk dezelfde kenmerken hebben - te weinig mensen voor te veel banen - betreft het toch wezenlijk andere problemen. Dat heeft te maken met de kwalitatieve problemen op de arbeidsmarkt: vraag en aanbod sluiten niet alleen wat betreft de omvang slecht op elkaar aan, maar ook op kwalitatieve punten.

5 Inleiding 2 Dat kan zich op twee manieren uiten: - de eisen van de werkgevers sluiten niet aan op wat de werknemers aan kwalificaties kunnen bieden (zoals in de metaalindustrie, waar technologische ontwikkelingen er toe leiden dat werkgevers steeds meer specialistische vaklieden nodig hebben); - de werknemers stellen andere (arbeidsvoorwaardelijke) eisen dan de werkgevers kunnen bieden (zoals bij de promovendi het geval lijkt, die in het bedrijfsleven beter arbeidsvoorwaarden en carrièreperspectieven vinden). De kwantitatieve discrepantie op de arbeidsmarkt kent daarmee vaak een kwalitatieve component. Daarnaast kan er echter nog een derde probleem spelen: ondoorzichtigheid op de arbeidsmarkt. Die ondoorzichtigheid doet zich voor als vraag en aanbod op zich redelijk op elkaar aansluiten, maar desondanks niet bij elkaar komen. In Nederland getuigt de discussie rondom de arbeidsreserve van die ondoorzichtigheid. Volgens sommige bronnen bestaat de arbeidsreserve inmiddels uit ongeveer een miljoen personen. Inmiddels worden er pogingen ondernomen mensen op de arbeidsmarkt te krijgen, die tot voor kort niet in beeld waren bij werkgevers. Een voorbeeld daarvan is te vinden in het MKB, waar MKB Nederland pleit voor het aantrekken van meer allochtone arbeidskrachten. De werkloosheid onder allochtonen is immers fors hoger dan onder autochtone Nederlanders. Met deze voorbeelden zijn drie problemen op de Nederlandse arbeidsmarkt geïdentificeerd: kwantitatieve en kwalitatieve discrepantie en ondoorzichtigheid. Deze drie factoren grijpen bovendien op elkaar in en zorgen voor diverse knelpunten. In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe ernstig de knelpunten zijn en hoe ze zijn te benoemen, wat de ontwikkelingen zijn geweest die tot deze krapte heeft geleid, wat er de komende tijd nog valt te verwachten en wat er aan bestaande knelpunten nog kan worden gedaan. De ontwikkelingen op de Nederlandse arbeidsmarkt worden in dit rapport beschreven aan de hand van een arbeidsmarktmodel, waarin de drie discrepanties naar voren komen door vraag en aanbod met elkaar te verenigen (figuur 1.1).

6 Inleiding 3 Figuur 1.1 Arbeidsmarktmodel ECONOMISCHE, DEMOGRAFISCHE EN SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN WERKGELEGENHEID: bezette arbeidsplaatsen + openstaande vacatures BEROEPSBEVOLKING: werkenden + werkloze werkzoekenden VRAAG AANBOD Arbeidsreserve BEZETTE ARBEIDSPLAATSEN ONVERVULDE VACATURES WERKLOZE WERKZOEKENDEN DISCREPANTIES OP DE ARBEIDSMARKT KWANTITATIEVE DISCREPANTIES Omvang van vraag en aanbod sluiten niet op elkaar aan KWALITATIEVE DISCREPANTIES Eisen van werkgevers en wensen van arbeidsaanbod sluiten niet op elkaar aan. ONDOORZICHTIGHEID VAN DE ARBEIDSMARKT Vraag en aanbod sluiten wel aan, maar vinden elkaar niet (wervingsprobleem).

7 4 2 DE ARBEIDSMARKT IN CIJFERS EN TRENDS 2.1 De beroepsbevolking In 1999 telde de Nederlandse beroepsbevolking voor het eerst in de geschiedenis meer dan 7 miljoen mensen. Om precies te zijn 7,097 miljoen personen die 12 uur per week werken of op zoek zijn naar een baan van 12 uur per week. Ook de werkzame beroepsbevolking was met ruim 6,8 miljoen hoger dan ooit. Na de stabilisatie in de jaren van laagconjunctuur ( ) is de werkzame beroepsbevolking vanaf 1995 in omvang toegenomen. Eerst langzaam, maar vanaf 1996/1997 zit de vaart er goed in: er is sprake van een jaarlijkse groei van ongeveer personen. Een dergelijke groei is sinds de jaren zestig niet meer voorgekomen en het aantal werkenden is de laatste jaren aanzienlijk sneller toegenomen dan de totale beroepsbevolking (zie figuur 2.1). Het verschil tussen de totale en de werkzame beroepsbevolking - resulterend in de werkloze beroepsbevolking; personen die geen baan hebben van twaalf uur per week of meer, maar daar wel naar op zoek zijn - neemt de laatste jaren dan ook af. Stelde het CBS in 1998 de werkloze beroepsbevolking nog vast op 348 duizend, in 1999 is die verder gedaald tot 292 duizend. Figuur 2.1 Ontwikkeling in de totale en de werkzame beroepsbevolking (jaargemiddelden) x Totale beroepsbevolking Werkzame beroepsbevolking Bron: CBS (2000c). In de sterke groei van de werkgelegenheid speelt de bloeiende economie uiteraard een hoofdrol. De Nederlandse arbeidsmarkt vertelt echter meer verhalen. Er is een aantal trends waarneembaar: vergrijzing van de beroepsbevolking, stijgende deelname van vrouwen op de arbeidsmarkt en van allochtonen in de (werkloze) beroepsbevolking en een stijgend opleidingsniveau. Vergrijzing Op dit moment bestaat de beroepsbevolking voor een kwart uit jarigen. In 2010 zal dat volgens het CBS gestegen zijn naar 35 procent. Deze stijging van het relatieve aandeel ouderen in de beroepsbevolking kent verschillende oorzaken. Allereerst gaan jongeren steeds langer naar school. Daarnaast neemt het aantal jongeren af doordat sinds 1980 sprake is van

8 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 5 een daling in het aantal kinderen (per gezin). De vergrijzing van de beroepsbevolking wordt tenslotte mede veroorzaakt doordat ouderen langer blijven werken. De arbeidsparticipatie onder ouderen is de laatste jaren sneller gestegen dan het gemiddelde van de totale bevolking (zie tabel 2.1). De arbeidsparticipatie van de groep boven 55 jaar is echter in internationaal perspectief nog steeds laag. Tabel 2.1 Netto arbeidsparticipatie (werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking) Totale bevolking jaar jaar jaar Bron: CBS (2000e). Arbeidsparticipatie en de stijgende arbeidsdeelname van vrouwen De participatie van vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt is vooral als gevolg van de veranderende intredings-, uittredings- en herintredingspatronen de laatste decennia sterk toegenomen ( feminisering van de arbeidsmarkt ). Hoger opgeleide vrouwen werken nu bijna allemaal en blijven ook vaker (langer) doorwerken wanneer ze kinderen krijgen. De toename van het aantal werkende vrouwen die zich nu en de komende jaren nog voordoet, is vooral toe te schrijven aan de toe- en herintreding van middelbaar en lager opgeleide vrouwen tot de arbeidsmarkt. Voor vrouwen is in 1999 sprake van een netto participatiegraad van 51 procent (tegen ruim 76 procent voor mannen, CBS, 2000c). In 1995 was dat nog 43,5 procent en in 1990 bijna 39 procent. Er zijn echter grote verschillen naar leeftijdsgroepen. De participatie is vooral groot onder de jongere leeftijdsgroepen (in de groep jarigen bijvoorbeeld 76 procent) en daar bijna vergelijkbaar met mannen. Veel van de werkgelegenheidsgroei onder vrouwen doet zich voor in deeltijdbanen: één van de tien werkende mannen heeft een deeltijdbaan, tegenover zes van de tien werkende vrouwen. De feminisering van de arbeidsmarkt zet echter door, zowel in deeltijd- als in voltijdbanen. Lange tijd heeft Nederland een in internationaal perspectief lage arbeidsparticipatie van vrouwen gekend. De participatie is inmiddels echter vergelijkbaar met omringende landen, hoewel Scandinavië, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten wat dat betreft nog voorop lopen. Wel kent Nederland in vergelijking met andere landen een hoog gehalte aan deeltijdbanen. Het stijgende aantal allochtonen in de beroepsbevolking De netto arbeidsparticipatie onder allochtonen is gestegen van 44 procent in 1990 en 1995 naar 50 procent in 1998, tegen 64 procent onder autochtonen. Dat betekent dat de werkzame beroepsbevolking onder allochtonen in 1998 lag op 579 duizend (in 1990 en 1995 respectievelijk 411 en 489 duizend). Met een allochtone beroepsbevolking van 663 duizend houdt dat een werkloosheid in van 13 procent. Dat is ruim drie keer zo hoog als onder autochtonen (CBS, 1999).

9 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 6 Er is sprake van duidelijke verschillen tussen allochtone bevolkingsgroepen. De participatie van Turken (37 procent) en Marokkanen (36 procent) is aanzienlijk lager dan die van andere allochtone groeperingen (Surinamers en Antillianen/Arubanen kennen bijvoorbeeld een participatiegraad van respectievelijk 61 en 50 procent). Bij alle groepen is de laatste jaren echter een stijging van de arbeidsparticipatie waarneembaar. Een verdere toename van de beroepsbevolking door instroom van immigranten én het aandeel van allochtonen in de werkzame beroepsbevolking mogen de komende jaren worden verwacht. De prognoses zijn dat in 2015 circa 12 procent van de bevolking uit personen van niet-westerse afkomst zal bestaan. Op dit moment is dat nog zo n 7 procent. De verwachting is dat ook in 2015 de spreiding van de allochtone bevolking over de regionale arbeidsmarkten gering zal zijn: nog steeds zal een concentratie zich in de grote steden in het westen van het land voordoen. Het opleidingsniveau neemt toe Het aandeel hoger opgeleiden in de beroepsbevolking is de afgelopen jaren sterk toegenomen (tabel 2.2). De komende jaren zal vooral voor hoger opgeleiden ook de werkgelegenheid fors toenemen, ten koste van het aantal arbeidsplaatsen voor lager opgeleiden (ROA, 1999a). Daar liggen met name twee ontwikkelingen aan ten grondslag. Ten eerste werken relatief veel laag opgeleiden in de agrarische en industriële sectoren, waar de werkgelegenheid krimpt. Die inkrimping wordt echter nog gecompenseerd door de daling van het aantal laag opgeleiden en de economische groei, waardoor er ook in deze categorie vacatures veelal moeilijk zijn te vervullen. Vervolgens is binnen sectoren sprake van een upgrading van de beroepenstructuur. De kwalificatie-eisen worden hoger, onder meer door technologische ontwikkelingen. Dat creëert meer werkgelegenheid voor hoger opgeleiden. Tabel 2.2 Ontwikkeling hoger opgeleiden in de beroepsbevolking, aantallen (x1000) en index (1990 = 100) Basisonderwijs 709 (100) 585 (83) 562 (79) 549 (77) 556 (78) Mavo/Vbo 1527 (100) 1477 (97) 1449 (95) 1464 (96) 1464 (96) Havo/Vwo 291 (100) 349 (120) 365 (125) 361 (124) 388 (133) MBO 2203 (100) 2539 (115) 2600 (118) 2696 (122) 2648 (120) HBO 887 (100) 1120 (126) 1152 (130) 1172 (132) 1262 (142) WO 412 (100) 513 (125) 541 (131) 582 (141) 625 (152) Totaal 6063 (100) 6596 (109) 6681 (110) 6838 (113) 6957 (115) Bron: CBS (1999). De perspectieven voor hoger opgeleiden zijn daarmee erg goed. Dat geldt niet alleen voor technici, informatici en bijvoorbeeld econometristen, maar ook voor traditioneel zwakkere opleidingsrichtingen zoals sociale wetenschappen en talen. Deze laatsten profiteren echter in iets mindere mate van de groei (Elsevier/SEO, 2000). Dat betekent echter ook dat de concurrentie om de hoger opgeleide werknemer alleen maar zal toenemen. De nu bestaande situatie van krapte op dat gebied zal zich daarmee alleen maar verscherpen.

10 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 7 Conclusie Eén van de conclusies op basis van deze ontwikkelingen is dat de toename van het aandeel ouderen vanwege hun lagere arbeidsparticipatie een gevaar kan zijn voor de stabiliteit van de Nederlandse arbeidsmarkt. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid heeft hier de laatste jaren ook herhaalde malen voor gewaarschuwd. Er zijn echter andere ontwikkelingen die wellicht nog verlichting voor de krapte kunnen bieden: de arbeidsparticipatie vrouwen stijgt nog langzaam, omdat jongere vrouwen steeds meer gaan werken en oudere leeftijdsgroepen uit de beroepsbevolking geraken. Ook de participatie van allochtonen neemt toe. In hoeverre deze factoren daadwerkelijk positieve gevolgen kunnen hebben voor de knelpunten op de arbeidsmarkt komt later in dit hoofdstuk aan de orde. 2.2 Werkgelegenheid De ontwikkeling van de werkgelegenheid hangt sterk samen met de economische groei, die in Nederland maar blijft aanhouden. Toch zitten er twee kanten aan de werkgelegenheidsontwikkeling. Dat heeft te maken met de twee manieren waarop de werkgelegenheid is weer te geven: - uitgedrukt in het aantal personen dat meer dan 12 uur per week werkt (arbeidsplaatsen of werkzame beroepsbevolking) plus het aantal openstaande vacatures; - of als het aantal uren dat er in Nederland wordt gewerkt (arbeidsvolume). De groei van het aantal arbeidsuren blijft achter bij de groei van het aantal werknemers (tabel 2.3). In 1996 waren er bijvoorbeeld 10 procent meer mensen aan het werk als in 1990, maar er werd per saldo maar 4 procent meer gewerkt. Dat betekent dat de recente groei in de werkgelegenheid voor een groot deel is te danken aan de groei in deeltijdbanen. Tabel 2.3 Arbeidsplaatsen (excl. vacatures) en arbeidsvolume, aantallen (x 1000) en index (1990 = 100) Werkzame (100) (107) (110) (113) (117) (121) Beroepsbevolking wv. Voltijd (100) (102) (104) (106) (108) (110) wv. Deeltijd (100) (124) (127) (136) (146) (153) Arbeidsvolume in uren 5257 (100) 5450 (103) 5542 (104) Bron: CBS (2000c), SCP (1999). Uit tabel 3 blijkt duidelijk de sterke groei van het aantal deeltijdbanen. Die wordt voor een groot deel veroorzaakt door de stijgende arbeidsparticipatie van vrouwen. Er is echter ook sprake van een groei in voltijdbanen, die zich tevens weerspiegelt in de stijging van het arbeidsvolume. Terwijl het arbeidsvolume in de jaren tachtig ongeveer gelijk bleef - met een tegelijkertijd groeiende werkzame beroepsbevolking - is er in de jaren negentig sprake van een stijging. De groeiende werkgelegenheid van de afgelopen jaren is daarmee niet alleen een herverdeling van dezelfde hoeveelheid arbeid over meer personen die in deeltijd in plaats van voltijd werken. Overigens doet de groei van de werkgelegenheid zich in het hele land voor, maar is het sterkst in Noord-Holland, Flevoland, Utrecht en Noord-Brabant. In Groningen en Zeeland is de groei het laagst. Daarbij doet zich in Zeeland en Zuid-Limburg de bijzondere situatie voor dat

11 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 8 de beroepsbevolking in omvang afneemt. Dat versterkt eventueel optredende problemen rondom een krappe arbeidsmarkt in die provincies. Naast de opkomst van deeltijdarbeid kenmerkte de ontwikkeling in werkgelegenheid zich in de jaren negentig door de opkomst van het flexwerk. Het werken via flexibele contracten groeide in de jaren negentig inderdaad veel sneller dan het aantal vaste contracten (tabel 2.4). De uitzendbranche was dan ook één van de groeisectoren van de jaren negentig. Van de werkzame beroepsbevolking heeft inmiddels ongeveer 10 procent een flexibele baan, dat wil zeggen dat men niet voor een vast aantal uren per week in dienst is (oproepkrachten) noch een tijdelijk contract bezit met de toezegging voor een vast contract (uitzendkrachten). Overigens zijn de tijdelijke contracten in de universitaire sector in ruime mate aanwezig, in de vorm van AiO- en OiO-schappen en postdoc-contracten. Tabel 2.4 Vaste en flexibele arbeidscontracten, aantallen (x 1000) en indexcijfers (1992 = 100) Vast (100) (100) (101) (104) (108) Flexibel 399 (100) 477 (120) 538 (135) 566 (142) 604 (151) Bron: CBS (1999). De sinds 1999 van kracht zijnde Wet Flexibiliteit en Zekerheid lijkt vooralsnog weinig invloed te hebben op de ontwikkeling van het aandeel flexwerkers. Wel biedt de wet meer werkzekerheid voor flexwerkers, werkgevers en ook voor uitzendbureaus. Na een aarzelend oordeel van menigeen bij de invoering van de wet (Research voor Beleid 1999) blijken zowel vakbonden als werkgevers en uitzendbureaus nu tevreden over de uitwerking ervan. Naast flexibilisering van contract (ook wel externe flexibilisering genoemd) kende de jaren negentig ook de opkomst van de interne flexibilisering: flexibele werktijden en multi-inzetbaarheid of employability. Ongeveer de helft van de werkzame beroepsbevolking werkt tegenwoordig wel eens onregelmatige uren (TNO Arbeid, 1999). Vooral het werken in de avonduren is toegenomen. Hetzelfde geldt voor multi-inzetbaarheid. De krapte op de arbeidsmarkt lijkt hier echter alweer een kentering te veroorzaken. Werknemers met de kwalificaties en capaciteiten voor multi-inzetbaarheid zijn steeds minder voorhanden en werkgevers moeten hun eisen in dat opzicht naar beneden bijstellen. Zo lijkt er een trend waarneembaar in de industrie om af te stappen van het vormen van zelfsturende productieteams, naar het weer meer hiërarchisch organiseren van afzonderlijke taken (Research voor Beleid, 2000). In hoeverre en waar die trend zich doorzet zal de tijd uitwijzen. Overigens komen uit onderzoek gunstige effecten van multi-inzetbaarheid van werknemers op hun gezondheid, welzijn en productiviteit naar voren. Wel bestaat er gevaar voor een hoge werkdruk, doordat werknemers continu worden ingezet op plaatsen waar het druk is (TNO Arbeid, 1999). Wat zijn in een krappe arbeidsmarkt verdere verwachtingen als het gaat om flexibilisering van arbeid? Schoolverlaters krijgen inmiddels alweer vaker dan een paar jaar geleden een vast contract aangeboden (ROA, 1999b) en sommige onderzoekers constateerden aan het eind van de jaren negentig al een afname van het aantal werknemers met een flexibel contract (Fouarge en Kerkhofs, 2000). Dat sluit aan op het idee dat in deze krappe tijden werkgevers hun werknemers liever een vast contract aanbieden. Door de krapte zal er de komende jaren

12 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 9 waarschijnlijk ook meer aandacht zijn voor de interne flexibilisering van werktijden, voor multiinzetbaarheid en voor het omvormen van deeltijd- naar voltijdfuncties. De wensen van de werknemers, bijvoorbeeld ten aanzien van deeltijdwerk, kunnen echter niet worden genegeerd. Waar een werkgever meer (flexibele) tijd vraagt van zijn werknemers, zal de werknemer een vergoeding in arbeidsvoorwaarden tegenover willen zien. In een krappe arbeidsmarkt staat de werknemer immers sterk. De conclusie van dit beknopte overzicht is dat de werkgelegenheid de afgelopen jaren over de gehele linie is toegenomen, hoewel het sterkst in de deeltijd- en flexibele banen. Onder druk van de krappe arbeidsmarkt lijken het vaste contract en de voltijdbaan echter aan een comeback bezig. De verklaring van deze werkgelegenheidsgroei ligt tenslotte niet alleen in de gunstige economische omstandigheden. Het Nederlandse loonmatigingsbeleid speelt waarschijnlijk een belangrijke rol. Daardoor is de factor arbeid relatief goedkoop, waardoor het voor werkgevers aantrekkelijk wordt de productiecapaciteit vooral op dat punt uit te breiden. Een keerzijde daarvan kan echter zijn dat er te weinig wordt geïnvesteerd in technologie en teveel in arbeid. Een aanwijzing daarvoor is dat de - weliswaar hoge - arbeidsproductiviteit in Nederland veel minder groeit dan in andere landen. De krapte op de arbeidsmarkt lijkt werkgevers er echter toe te dwingen meer in technologie en minder in arbeid te investeren. Sectorale werkgelegenheidsontwikkelingen Landbouw In de landbouw neemt de werkgelegenheid al jaren licht af. Door mechanisatie, schaalvergroting, internationale ontwikkelingen (GATT-akkoorden, veranderend Europees landbouwbeleid) en incidentele, maar ingrijpende tegenvallers als de varkenspest en de BSE-affaire, loopt het aantal zelfstandige ondernemers terug. Deze teruggang overstijgt de geringe groei van het aantal werknemers in met name de tuinbouw. Industrie Er werken ruim één miljoen mensen in de industrie. De werkgelegenheid is al een aantal jaren vrij stabiel, hoewel er jaarlijks wel enkele duizenden banen bijkomen. De groei in het aantal banen is echter ten opzichte van andere bedrijfstakken laag en bedraagt nog geen procent. Nieuwe arbeidsplaatsen ontstaan vooral bij de kleinere bedrijven buiten de Randstad. De groei is het sterkst in de hout- en bouwmaterialenindustrie. De metaal-, papier- en grafische industrie draaien eveneens bovengemiddeld. Hetzelfde kan worden gezegd van de chemische industrie en de producenten van voedings- en genotsmiddelen. De werkgelegenheidsgroei in de andere branches, zeker de delfstoffenwinning, blijft achter. Voor de meeste bedrijfstakken in de industrie geldt dat het opleidingsniveau van de gemiddelde werknemer toe zal nemen. Er dreigen daarmee tekorten te gaan ontstaan aan bijvoorbeeld proces- en chemisch technologen, in de high-tech industrie en in de al genoemde metaalindustrie. Nadat in de loop van 1998 de toename van de industriële productie iets afvlakte, werd in 1999 langzaam weer een stijgende lijn gerealiseerd. Dat wordt doorgetrokken in 2000, wanneer de industriële productie 5,3% hoger ligt dan een jaar daarvoor. Doordat technologische vernieuwingen een stijging van de arbeidsproductiviteit in de sector tot gevolg hebben, uit deze groei zich niet in een sterke toename van de werkgelegenheid. Desondanks kent de industrie veel vacatures. Met ruim 25 duizend vacatures aan het eind van 1999 komt één op de zeven vaca-

13 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 10 tures in het bedrijfsleven uit de industrie. Per duizend banen kent de sector 25 vacatures. Dat is minder dan de meeste andere sectoren. De meeste vacatures zijn te vinden in de voedings-, de metaal- en de chemische industrie. Bouwnijverheid De bouw heeft goede jaren achter de rug. Vanaf 1997 neemt de omzet van de bedrijven en het aantal arbeidsplaatsen toe. Het grootste probleem in de bouw wordt gevormd door de vacatures: 37 vacatures per duizend banen. Eind vorig jaar telde het CBS 14 duizend vacatures in de bouw en veel daarvan blijken moeilijk vervulbaar. Dat is deels het gevolg van een toenemende behoefte aan (hoger) geschoold personeel. Het zijn met name de weg- en waterbouw die een duit in het zakje doen. Handel en horeca De groot- en detailhandel kenmerken zich door een sinds 1995 gestaag groeiende werkgelegenheid. Er werken ruim 1,2 miljoen mensen in de handel en horeca. Het aantal banen in deze bedrijfstakken neemt toe, maar iets minder dan het landelijk gemiddelde. Uitzonderingen op de groei zijn de elektrotechnische detailhandel en de (auto)reparatiebedrijven. Desondanks doen zich ook daar de nodige vacatures voor. Bij de nieuwe arbeidsplaatsen die in de horeca ontstaan, gaat het vaak om deeltijdbanen. Vooral in de detailhandel is sinds de verruiming van de winkelopeningstijden en als gevolg van de economische groei de behoefte aan meer personeel pijnlijk voelbaar. Dit wordt versterkt doordat de voorkeur uitgaat naar jong winkelpersoneel. Als gevolg van de ontgroening is dat echter een schaars goed. Toch wordt er in de horeca en detailhandel relatief weinig ondernomen om personeel te behouden of andere bronnen van werknemers aan te boren. MKB Nederland probeert daar verandering in aan te brengen door de aandacht te vestigen op de instroom van allochtonen in de sector. Transport en communicatie De transport- en communicatiesector kent de laatste jaren een stabiele werkgelegenheidsgroei, die iets hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Jaarlijks komen er ongeveer 15 duizend banen bij. De transport groeit met name in de aan de Randstad grenzende regio s Utrecht, Gelderland en Brabant, terwijl daar de arbeidsmarkt al krap is. Dat maakt het aantrekken van mensen moeilijk. Een andere probleem in de transport is dat er veel ouderen werken die relatief veel overwerken, terwijl jongeren in de sector steeds minder bereid zijn om langere tijd van huis te zijn. De sector kampt dan ook met een sterke stijging van het aantal moeilijk vervulbare vacatures. Desondanks wordt er in de sector weinig aandacht besteed aan employability beleid, onder andere door de hoge interne mobiliteit in de sector (ministerie van SZW, 2000). Zakelijke dienstverlening Het leeuwendeel van de toename in het Nederlandse arbeidsvolume sinds 1997 komt voor rekening van de zakelijke dienstverlening. De jaarlijkse groei bedraagt zo n 50 duizend arbeidsplaatsen. Binnen de zakelijke dienstverlening treden duidelijke verschillen op tussen bedrijfstakken en regio s. De IT groeit nog altijd als kool, maar een voormalige medekoploper als de uitzendbranche ziet het aantal arbeidsplaatsen in 1999 nauwelijks meer toenemen. Hetzelfde geldt voor de verzekeraars en banken. Opvallend is de concentratie van IT in Nederland: IT-dienstverlening in Amsterdam, de Rijnstreek en Midden-Nederland, terwijl IT-productie veelal in Twente en rond Eindhoven is gevestigd. Relatief grote problemen met vacatures als

14 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 11 gevolg van de groei doen zich voor in de particuliere dienstverlening, zoals bijvoorbeeld kappers, schoonmaakbedrijven en de beveiligingsbranche. Overheid en non-profit Vergeleken met bedrijfstakken zoals de handel en horeca en de zakelijke dienstverlening, komen er bij de overheid en de non-profit sector (met name gezondheidszorg en welzijn) weinig banen bij. Bovendien bestaat een niet onbelangrijk deel van de groei uit gesubsidieerde WIWen ID-banen. Dat verschilt echter voor verschillende onderdelen van de overheid. Bij de politie en justitie neemt het aantal banen toe, terwijl het bij defensie sterk afneemt. Toch ontstaan er tekorten aan personeel bij de overheid. Het personeelsbestand van de overheid is in vergelijking met de commerciële bedrijven wat ouder en zal daardoor sneller gaan uitstromen door pensionering. Het aantal jongeren kan die uitstroom niet opvangen en dat leidt tot een tekort, met name aan hoger opgeleid personeel. In het onderwijs zijn er nog andere oorzaken voor het dreigende tekort aan personeel: het afnemend aantal studenten op lerarenopleidingen, het invoeren van de 36-urige werkweek voor leraren en de voorgenomen verkleining van groepen op de basisscholen. Met name in de grote steden is een tekort aan leraren, zowel op basis- als middelbare scholen. Met name in de gezondheidszorg zijn er in de afgelopen jaren veel vacatures bijgekomen: ongeveer één op de elf vacatures in Nederland komt uit de zorg. In de gezondheidszorg zullen er in 1999 ongeveer 10 duizend banen bijkomen. Het tekort aan personeel in de gezondheidszorg is het gevolg van dubbele vergrijzing in combinatie met een onevenwichtige opbouw van het personeelsbestand ( wybertje ): aan de ene kant stijgt de zorgvraag explosief doordat de Nederlandse bevolking vergrijst én het aandeel hoogbejaarden sterk toeneemt, terwijl tegelijkertijd het merendeel van het personeel rond en boven de 40 jaar oud is. Op (middellange) termijn zullen derhalve veel mensen stoppen met werken, terwijl er nog onvoldoende jong personeel voorhanden is om aan die enorme vervangingsvraag te kunnen voldoen. 2.3 Werkloosheid De beroepsbevolking is onder te verdelen in werkenden en werklozen. Tegenover de ruim 6,8 miljoen personen behorend tot de werkzame beroepsbevolking staan in duizend personen in de werkloze beroepsbevolking: 121 duizend mannen en 172 duizend vrouwen in de leeftijd van 15 tot 65 jaar die geen betaalde baan hebben. Ten opzichte van een jaar eerder is de werkloze beroepsbevolking aanzienlijk geslonken: in 1998 waren er nog 348 duizend mensen tussen 15 en 65 jaar die geen betaalde baan van minimaal 12 uur hadden. Het Centraal Planbureau schat in dat deze groep in 2001 nog uit 200 duizend personen bestaat. De geregistreerde werkloosheid (iedereen die bij het arbeidsbureau staat ingeschreven, geen betaalde baan van meer dan 12 uur per week heeft, maar wél beschikbaar is voor betaald werk) bestaat in 1999 gemiddeld uit 221 duizend personen. Dat komt overeen met 3,2 procent van de beroepsbevolking (tegen 4,1 procent in 1998 en 5,5 procent in 1997). In april 2000 was de geregistreerde werkloosheid verder gedaald naar 195 duizend. Dat is 32 duizend lager dan een jaar eerder.

15 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 12 Figuur 2.2 Geregistreerde werkloosheid (jaargemiddelden) x Geregistreerde werkloosheid Waarvan langer dan één jaar werkloos Bron: CBS (2000g). Een steeds groter aandeel in de geregistreerde werkloosheid wordt ingenomen door langdurig werklozen. Tot 1996 is het aantal langdurig werklozen steeds gestegen, maar sindsdien lijkt er een kentering op te treden. In 1997 pikken ook zij een graantje mee van de economische bloeiperiode en daalt het aantal langdurig werklozen flink (figuur 2.2). Niettemin slaagt nog ongeveer de helft van de (geregistreerde) werklozen er niet in binnen een jaar de aansluiting met de arbeidsmarkt tot stand te brengen. Over 1999 lag het aantal werklozen dat langer dan een jaar staat ingeschreven ongeveer gelijk aan hen die korter dan een jaar staan ingeschreven bij het arbeidsbureau (beide ongeveer 110 duizend). De werkloosheid onder laagopgeleiden blijft nog altijd twee keer zo groot als de gemiddelde werkloosheid. Bovendien zijn laaggeschoolden oververtegenwoordigd onder de langdurig werklozen. Aangezien de combinatie van een lage opleiding en de duur van de werkloosheid van individuen de kans op uitsluiting uit de samenleving vergroten, blijven mensen met een lage opleiding een risico-groep. De werkloosheid onder hoogopgeleiden is lager dan gemiddeld. Onder de lichting academisch afgestudeerden van 1997/98 is 2 procent werkloos. Van de HBO-ers is dat zelfs maar één procent (Elsevier/SEO, 2000). De geregistreerde werkloosheid is maar een klein deel van het zogeheten onbenutte arbeidsaanbod. Er blijken veel mensen te zijn die wel een betaalde baan willen van meer dan twaalf uur per week, maar die niet onder de vrij strikte definities van geregistreerde werkloosheid of werkloze beroepsbevolking vallen. Tabel 2.5 laat de ontwikkeling van dit onbenutte arbeidsaanbod, oftewel de arbeidsreserve, zien. Tabel 2.5 Indicatoren onbenut arbeidsaanbod, aantallen (x 1000) en index (1995 = 100) Wil betaald werk (100) (98) (90) 914 (80) 805 (71) Werkloze beroepsbevolking 533 (100) 494 (93) 438 (82) 348 (65) 292 (54) Geregistreerde werklozen 464 (100) 440 (95) 375 (81) 287 (62) 221 (48) Bron: CBS (2000c). De arbeidsreserve is de laatste jaren al danig afgenomen. Bovendien zeggen deze aantallen nog niets over de inzetbaarheid van de (overgebleven) arbeidsreserve. Aangezien de huidige, maar zeker de toekomstige knelpunten op de arbeidsmarkt het meest nijpend zijn voor hoger

16 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 13 opgeleiden, lijkt het raadzaam niet al te veel te verwachten van de - over het algemeen laag opgeleide - arbeidsreserve. 2.4 Vacatures Naar vacatures kan op twee manieren worden gekeken: als standcijfer (het statisch gegeven van het aantal openstaande vacatures op enig moment) en als stroomcijfer (de hoeveelheid vacatures die zich in een bepaalde tijdsinterval, meestal een jaar, heeft voorgedaan). Het stroomcijfer geeft inzicht in de ontwikkelingen en mobiliteit op de arbeidsmarkt, het standcijfer op de absolute ruimte. Deze twee cijfers blijken behoorlijk te verschillen. Het gaat daarbij overigens om de daadwerkelijk bekendgemaakte vacatures (actuele vacatures). Daarnaast zijn er vacatures waar werkgevers om welke reden dan ook niet actief en openlijk voor werven (latente vacatures). Die laatste categorie wordt niet in de onderstaande cijfers meegenomen, omdat er recentelijk geen onderzoek naar is verricht. Het standcijfer laat een indrukwekkende stijgende lijn zien. Volgens het CBS bedroeg het aantal openstaande vacatures bij particuliere bedrijven en instellingen aan het eind van duizend. Het jaargemiddelde voor 1999 kwam daarmee uit op bijna 158 duizend (figuur 2.3). In maart 2000 werd een nieuwe recordhoogte bereikt van 201 duizend. Figuur 2.3 Aantal vacatures (jaargemiddelden exclusief overheid, x 1000) Openstaande vacatures Landbouw en visserij Industrie en bouwnijverheid Commerciële dienstverlening Niet-commerciële dienstverlening Bron: CBS (2000b, aanvulling 22 mei 2000). Vooral in de commerciële dienstverlening is het aantal vacatures enorm toegenomen tot ruim 94 duizend in Die stijging strekt zich uit over alle branches binnen de commerciële dienstverlening. Naast particuliere bedrijven meet het CBS ook de vacatures bij de overheid. Eind september 1999 stonden er bij de overheid 13 duizend vacatures open (waarvan 4 duizend in het onderwijs), 2 duizend meer dan een jaar eerder. Een goede maat voor de vacaturedruk in een sector is het aantal vacatures per duizend banen. De ICT sector kent in absolute zin weliswaar niet veel vacatures, maar de sector kent met 79 vacatures per duizend banen wel de hoogste vacaturedruk (tabel 2.6).

17 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 14 Tabel 2.6 Vacatures in diverse sectoren (maart 2000) Aantal vacatures (x 1000) Vacatures per 1000 banen Totaal Landbouw en visserij 2 35 Industrie Bouwnijverheid Handel Horeca Vervoer en communicatie Financiële instellingen 9 36 Zakelijke dienstverlening Waaronder ICT Gezondheids- en welzijnszorg Cultuur en overige dienstverlening 9 35 Bron: CBS (2000d). Het stroomcijfer van vacatures op jaarbasis geeft de dynamiek op de arbeidsmarkt aan. Dit cijfer ligt vele malen hoger dan het standcijfer. Het CBS registreerde in het vierde kwartaal van duizend ontstane en 200 duizend vervulde vacatures in het particulier bedrijf. Daar kwamen nog respectievelijk 20 duizend en 22 duizend ontstane en vervulde vacatures voor overheid en onderwijs bij. Dat getuigt van een grote dynamiek op de arbeidsmarkt. De dynamiek nam in 2000 alleen maar toe. In het eerste kwartaal ontstonden er in het particulier bedrijf 267 duizend vacatures en werden er 234 duizend vervuld. Bij overheid en onderwijs nam de dynamiek echter iets af tot 16 duizend ontstane en 17 duizend vervulde vacatures. Tabel 2.7 laat zien dat die dynamiek sinds 1995 sterk is toegenomen. Waarschijnlijk liggen de aantallen in werkelijkheid zelfs nog een stuk hoger. Andere gegevens van het CBS (het jaarlijkse onderzoek naar werkgelegenheid en lonen) laten altijd een veel hoger aantal vacatures zien. Dit onderzoek is echter pas na een aantal jaren beschikbaar. Op basis van cijfers van Research voor Beleid/Arbeidsvoorziening (Hoe Zoeken Werkzoekenden?) is eveneens een schatting te maken van het stroomcijfer. Dit gebeurt door aan personen die in een jaar (ander) werk hebben gevonden te vragen hoe vaak ze in de afgelopen periode van baan zijn veranderd. Op deze wijze is voor 1998 een totaal van 1,5 miljoen vacatures (exclusief vakantiewerk) gemeten. In 1997 was dat nog 1,42 miljoen. De gegevens voor 1999 van dit jaarlijkse onderzoek komen in de zomer van 2000 beschikbaar. Tabel 2.7 Stroomcijfers vacatures particulier bedrijf, aantallen (x 1000) en index (1995 = 100) Ontstane vacatures 526 (100) 656 (125) 790 (150) 882 (168) Vervulde vacatures 508 (100) 621 (122) 772 (152) 839 (165) Bron: CBS (2000b, aanvulling 22 mei 2000). De meeste vacatures ontstaan doordat medewerkers uitstromen door wisseling van baan, WAO, VUT, pensioen, ontslag et cetera. Zij dienen te worden vervangen door nieuwe medewerkers en we spreken derhalve van vervangingsvraag (daarbij hoeft overigens niet altijd sprake te zijn van een één-op-één relatie). In toenemende mate is echter tevens sprake van

18 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 15 nieuwe arbeidsplaatsen die dienen te worden gevuld: de zogeheten uitbreidingsvraag. Op dit moment is bij circa 15 procent van de vacatures sprake van echte uitbreidingsvraag. Uitbreidingsvraag heeft twee verschijningsvormen: bij bestaande bedrijven en bij nieuwe bedrijven. In 1998 treft men de eerste vorm voornamelijk in de industrie, de tweede met name in de commerciële dienstverlening aan. Moeilijk vervulbare vacatures Een fors deel van de vacatures, nu naar schatting ongeveer 40 procent, is moeilijk vervulbaar. Dat zal op korte termijn alleen maar meer worden. De kans bestaat dat de hoeveelheid beschikbaar personeel daarmee sturend zal worden voor de productie. Gebrek aan capaciteit zal in eerste instantie worden opgevangen door overwerk en een verhoging van de werkdruk, maar dat heeft zijn grenzen. Bedrijven zullen dan wellicht orders moeten afzeggen of productie naar andere regio s of zelf het buitenland moeten overplaatsen. Dat is echter niet mogelijk in bedrijfstakken als de detailhandel en bij de overheid, zorg en onderwijs. Zoals voorbeelden van lesuitval in het basisonderwijs laten zien, kan dat leiden tot maatschappelijk ongewenste situaties. De sectoren met de hoogste vacaturedruk hebben doorgaans ook de meeste moeilijk vervulbare vacatures. De zakelijke dienstverlening, de bouwnijverheid en vervoer en communicatie scoren hier dus hoog. Ook de metaalindustrie heeft het in dit opzicht moeilijk. Net als bij de groei van de werkgelegenheid doen zich ook bij de (moeilijk vervulbare) vacatures regionale verschillen voor. Ook hier blijven de noordelijke provincies en Zeeland achter bij het landelijk gemiddelde. In Noord-Brabant, Utrecht en Noord-Holland - met name in Amsterdam - doen zich veel meer moeilijk vervulbare vacatures voor. Harde cijfers met betrekking tot het aantal vacatures die in het geheel niet worden vervuld zijn niet bekend. In 1995 is berekend dat in de vorige periode van hoogconjunctuur - begin jaren negentig - ongeveer 10 procent van de vacatures onvervuld bleef. Daarnaast zijn er in krappe arbeidsmarkttijden veel latente vacatures, waarvoor werkgevers niet actief zoeken naar mensen. Het aantal van deze vacatures wordt nu geschat op ruim 100 duizend. 2.5 Intermediairs op de arbeidsmarkt De meeste mensen die een baan vinden doen dat via informele kanalen, zoals open sollicitaties, stages, school, vrienden, familie of kennissen. Uit onderzoek van Arbeidsvoorziening over de manier waarop bedrijven naar personeel zoeken, blijkt dat ongeveer 40 procent van de mensen die werk vinden op deze manier is aangenomen (Intomart/Arbeidsvoorziening, 1998). De landbouw, de bouwnijverheid, de (detail)handel en de horeca maken meer dan andere sectoren gebruik van informele kanalen om personeel aan te trekken. Eén derde van de mensen vindt werk via de klassieke advertentie. In de zakelijke dienstverlening en bij de overheid en non-profit organisaties is dit de meest gebruikte manier om aan personeel te komen. Vervolgens komt ongeveer één op de acht mensen die werk vinden binnen via een uitzendbureau (veel gebruikt door werkgevers in de industrie) en één op de twaalf via het arbeidsbureau. Wat de komende jaren de meeste effectieve manier van werven en zoeken wordt, hangt af van veel factoren. De krapte op de arbeidsmarkt zal nog enige tijd aanhouden, wat als belangrijkste effect heeft dat werkgevers vooral simpelweg meer wervingskanalen zullen aanspreken.

19 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 16 Normaal gesproken zorgt krapte voor een hoger rendement van sommige informele kanalen. Vooral het aantrekken van mensen via stages en door het benaderen van mensen via allerlei ludieke acties neemt dan toe. Maar het effect daarvan lijkt af te nemen. Op een krappe arbeidsmarkt lijken veel starters op de arbeidsmarkt zich niet meer aangesproken te voelen door grote wervingsmanifestaties en een persoonlijker benadering meer te waarderen. De klassieke personeelsadvertentie zal daarom nog niet verdwijnen. Het is weliswaar een relatief dure manier van werven in een krappe markt, maar het is doorgaans ook effectief en heeft daarom nog steeds een groot marktaandeel. De krapte kan er echter wel voor zorgen dat het rendement zo laag wordt, dat werkgevers het niet meer de moeite vinden om een advertentie te plaatsen. Het probleem daarbij is echter dat niet geschoten altijd mis is. De kranten worden daardoor toch nog steeds dikker en onlangs verscheen de dikste Intermediair ooit. Daarnaast is het Internet onmiskenbaar in opkomst. Dat genereert veel volume, maar vooralsnog weinig rendement. De grote belofte heeft het Internet op het gebied van werven en zoeken op de arbeidsmarkt nog niet waargemaakt, maar dat lijkt slechts een kwestie van tijd. Het is hier vooral nog een kwestie van zoeken naar de vorm om de relatief grote hoeveel reacties die een internetsite kan trekken in goede banen te leiden en zo een één op één relatie te creëren voor interessante kandidaten en voor hen aantrekkelijke functies. Voorlopig wordt verwacht dat vooral in de eerste selectierondes het Internet een steeds belangrijker rol gaat spelen (Lenderink, 2000). Voor het MKB kan dat een nadeel zijn, omdat vooral de grote bedrijven in staat zullen zijn om de internetsites goed bij te houden. Het MKB is in de meeste sectoren nog lang niet zo digitaal als het grotere bedrijfsleven. Voor de uitzendbureaus kan de krapte gunstig uitpakken. Zij moeten onder invloed van de Flexwet mensen in vaste dienst nemen. Wanneer ze er in slagen een aantrekkelijk inhoudelijk en arbeidsvoorwaardenpakket aan te bieden, kunnen ze wellicht beschikken over een aantrekkelijk personeelsbestand. Anderzijds zullen werkgevers proberen mensen in vaste dienst bij de bedrijven te nemen. Veel hangt dus af van wat de potentiële werknemer wil. Uit onderzoek blijkt dat de meeste werkzoekenden en ook uitzendkrachten een vaste baan willen (Research voor Beleid/Arbeidsvoorziening 1999). Er zal echter een groep zijn die, wellicht voor een paar jaar, de optie zal kiezen via een contract bij een uitzendbureau bij verschillende werkgevers ervaring op te doen. Hoe groot die groep zal zijn moet echter worden afgewacht. Wervings- en zoekkanalen Werkgevers en werkzoekenden zetten vaak meerdere kanalen in om vacatures te vervullen of een baan te verwerven. Ze doen dat echter in verschillende mate. De personeelsadvertentie is nog steeds het meest ingezette wervingskanaal door werkgevers. Voor ongeveer de helft van de vacatures wordt een advertentie geplaatst. Bijna alle bedrijven maken gebruik van personeelsadvertenties. Daarna zijn de open sollicitaties, de informele kanalen en uitzendbureaus het meest populair. Wervingsbureaus doen het de laatste jaren goed. Daar speelt, naast de steeds in dit verhaal terugkerende krapte, ook de trend dat bedrijven delen van de personeelsfunctie de laatste jaren hebben uitbesteed. Het vinden van met name gekwalificeerd personeel voor hogere functies is daarmee een specialistische taak geworden. Voor functies voor hoger opgeleiden gebruiken bedrijven vooral informele kanalen en personeelsadvertenties. Uitzendbureaus en het Arbeidsbureau komen er in dat segment niet aan te pas. Voor functies op MBO-niveau en lager spelen zij wel een belangrijke rol, naast de informele kanalen en personeelsadvertenties, die ook hier veel worden ingezet. Verder verschilt de

20 De arbeidsmarkt in cijfers en trends 17 inzet van wervingskanalen nog per sector. In de industrie maakt men relatief veel gebruik van uitzendbureaus en minder van informele kanalen. Voor de zakelijke dienstverlening en de overheid geldt het omgekeerde. Daar is bovendien de personeelsadvertentie dominant. De bouw en de handel en horeca werken weer minder met personeelsadvertenties, maar juist wel met informele kanalen. Werkgevers gaan niet op grote schaal over tot het werven van personeel in het buitenland. In de academische sector wordt dit wel relatief vaak gedaan. Bij gebrek aan promovendi op terreinen als de technische of bijvoorbeeld de economische wetenschappen wordt veel in het buitenland geworven. Daarnaast is de internationale mobiliteit van wetenschappelijk personeel in vergelijking met andere sectoren hoog. Werkzoekenden kunnen natuurlijk vele zoekkanalen tegelijk inzetten en dat doen ze dan ook vaak. Het gemiddeld aantal ingezette kanalen daalde ten opzichte van 1995 van 2,8 naar 2,5 in In 1998 stabiliseerde dat zich (Research voor Beleid/Arbeidsvoorziening, 1999). Daar zijn twee complementaire verklaringen voor. Ten eerste zijn in een krappe arbeidsmarkt minder zoekkanalen nodig om een baan te vinden. Een tweede reden ligt meer in de dynamiek van de arbeidsmarkt en de toename van het aantal werkzoekenden dat al een baan heeft: de positieverbeteraars. Zij zijn doorgaans selectiever met het inzetten van zoekkanalen dan mensen die een baan zoeken en nog niet actief zijn op de arbeidsmarkt. Tabel 2.8 geeft op basis van Hoe Zoeken Werkzoekenden een overzicht van de door werkzoekenden in een periode van drie maanden voorafgaande aan de enquête gehanteerde kanalen. Met informele kanalen wordt gedoeld op het zoeken via familie, kennissen of relaties. Zoals gezegd komen de gegevens over 1999 binnenkort beschikbaar. Tabel 2.8 Zoekkanalen werkzoekenden (x 1.000) Personeelsadvertenties 89% 87% 84% 76% 77% Informele kanalen 59% 55% 41% 39% 33% Open sollicitaties 42% 40% 28% 24% 26% Arbeidsbureau 48% 43% 34% 35% 34% Uitzendbureau 31% 32% 28% 25% 30% Start, Vedior, ASB 17% 14% 16% 16% - Internet 7% 10% 17% Bron: Research voor Beleid/Arbeidsvoorziening (1999, 2000). Het dalend gemiddeld aantal gebruikte zoekkanalen doet ook de percentages per onderscheiden zoekkanaal afnemen. De personeelsadvertentie is ook bij de werkzoekenden nog steeds het populairst: in totaal zoekt 77 procent onder meer via personeelsadvertenties naar werk. Ook hier blijkt het Internet nog geen al te hoge vlucht te nemen. Ongeveer 17 procent maakt van dit medium gebruik om een baan te zoeken. Die groep neemt echter toe, vooral onder hoger opgeleiden. Lager opgeleiden maken nauwelijks gebruik van Internet. De open sollicitaties leveren de laatste jaren flink in. Voor het zoekgedrag van diverse groepen werkzoekenden is een aantal duidelijke verschillen te constateren. Het Internet is zoals gezegd vooral onder hoog opgeleiden een veelgebruikt

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Werving en vacatures. Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector 2000. Eindrapport

Werving en vacatures. Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector 2000. Eindrapport Werving en vacatures Onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector 2000 Eindrapport Jeroen Bos B2198 Leiden, 15 december 2000 VOORWOORD Voor u ligt een onderdeel van de Arbeidsmarktmonitor Kennissector

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 1. Inleiding In 2012 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen Het aantal mensen met werk is in de periode februari-april met gemiddeld 2 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren en 45-plussers gingen aan de slag.

Nadere informatie

Beroepsbevolking 2005

Beroepsbevolking 2005 Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel

Nadere informatie

Kortetermijnontwikkeling

Kortetermijnontwikkeling Artikel, donderdag 22 september 2011 9:30 Arbeidsmarkt in vogelvlucht Het aantal banen van werknemers en het aantal openstaande vacatures stijgt licht. De loonontwikkeling is gematigd. De stijging van

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Vrouwen op de arbeidsmarkt

Vrouwen op de arbeidsmarkt op de arbeidsmarkt Johan van der Valk Annemarie Boelens De arbeidsdeelname van vrouwen lag in 23 op 55 procent. De arbeidsdeelname van vrouwen stijgt al jaren. Deze toename komt de laatste jaren bijna

Nadere informatie

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 t.b.v. Monitor Arbeidsmarkt en Onderwijs Provincie Noord-Holland IJmuiden, 23 november 2012 Arjan Heyma www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Belangrijkste

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-27 7 februari 2002 9.30 uur Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig De reeks van jaren met een gunstige arbeidsmarkt is in 2001 voortgezet. De groei van de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in 2019 Een korte terugblik op 2018 en verwachtingen van UWV en werkgevers voor januari 2019

De arbeidsmarkt in 2019 Een korte terugblik op 2018 en verwachtingen van UWV en werkgevers voor januari 2019 De arbeidsmarkt in 2019 Een korte terugblik op 2018 en verwachtingen van UWV en werkgevers voor 2019 29 januari 2019 In 2018 nam het aantal banen flink toe en ontstonden meer dan 1 miljoen vacatures. De

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal banen in Nederland daalt. Banenverlies bedrijfsleven loopt steeds sterker op

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal banen in Nederland daalt. Banenverlies bedrijfsleven loopt steeds sterker op Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-161 3 september 2003 9.30 uur Aantal banen in Nederland daalt Het aantal banen van werknemers in Nederland in het tweede kwartaal van 2003 is 22 duizend

Nadere informatie

CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal

CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal Persbericht PB14 56 11 9 214 15.3 uur CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal Meer werklozen aan de slag Geen verdere daling aantal banen, lichte groei aantal vacatures Aantal banen

Nadere informatie

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar In de vorige nieuwsbrief in september is geprobeerd een antwoord te geven op de vraag: wat is de invloed van de economische situatie op de arbeidsmarkt? Het antwoord op deze vraag was niet geheel eenduidig.

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari Februari 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting NWW

Nadere informatie

Vacatures in de industrie 1

Vacatures in de industrie 1 Vacatures in de industrie 1 Martje Roessingh 2 De laatste jaren is het aantal vacatures sterk toegenomen. Daarentegen is in de periode 1995-2000 het aantal geregistreerde werklozen grofweg gehalveerd.

Nadere informatie

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1.1 De beroepsbevolking in 1975 en 2003 11 1.2 De werkgelegenheid in 1975 en 2003 14 Halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw trok de gemiddelde Nederlandse

Nadere informatie

Samenvatting Onderwijs- en Arbeidsmarktmonitor. Metropoolregio Amsterdam. Oktober amsterdam economic board

Samenvatting Onderwijs- en Arbeidsmarktmonitor. Metropoolregio Amsterdam. Oktober amsterdam economic board Samenvatting Onderwijs- en Arbeidsmarktmonitor Metropoolregio Amsterdam Oktober 2016 amsterdam economic board Samenvatting Onderwijs- en Arbeidsmarktmonitor Metropoolregio Amsterdam (MRA) Oktober 2016

Nadere informatie

Meer ouderen langer werkzaam

Meer ouderen langer werkzaam Meer ouderen langer werkzaam Koos Arts (Centraal Bureau voor de Statistiek) Ferdy Otten (Centraal Bureau voor de Statistiek) Vooral door de instroom van jongere generaties alsmaar meer werkende vrouwen

Nadere informatie

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent Arbeidsmarkt in vogelvlucht Gemiddeld over de afgelopen vier maanden is er een licht stijgende trend in de werkloosheid. Het aantal banen van werknemers stijgt licht en het aantal openstaande vacatures

Nadere informatie

Samenvatting Twente Index 2016

Samenvatting Twente Index 2016 Samenvatting Twente Index 2016 Kijk voor regionale en lokale data op www.twenteindex.nl INLEIDING De Twente Index wordt door Kennispunt Twente samengesteld in opdracht van de Twente Board. De Board wil

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkgelegenheid commerciële sector daalt. Minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkgelegenheid commerciële sector daalt. Minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-196 26 september 2002 9.30 uur Werkgelegenheid commerciële sector daalt Voor het eerst sinds 1994 is het aantal banen van werknemers in commerciële bedrijven

Nadere informatie

Artikelen. Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in Ingrid Beckers en Birgit van Gils

Artikelen. Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in Ingrid Beckers en Birgit van Gils Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in 23 Ingrid Beckers en Birgit van Gils In 23 vonden ruim 9 duizend mensen een nieuwe baan. Dat is 13 procent van de werkzame beroepsbevolking. Het aandeel

Nadere informatie

Monitor Economie 2018

Monitor Economie 2018 Monitor Economie 2018 Economische kerncijfers van de MVSgemeenten Augustus 2018 Inhoudsopgave Economische ontwikkeling 3 Werkgelegenheid 5 Arbeidsparticipatie 10 Inkomen en uitkeringen 13 Armoede en schuldhulpverlening

Nadere informatie

Arbeidsdeelname van paren

Arbeidsdeelname van paren Arbeidsdeelname van paren Johan van der Valk De combinatie van een voltijdbaan met een is het meest populair bij paren, met name bij paren boven de dertig. Ruim 4 procent van de paren combineerde in 24

Nadere informatie

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken

Nadere informatie

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) Juni 2011

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) Juni 2011 Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) Juni 2011 In deze notitie van het UWV WERKbedrijf worden de actuele ontwikkelingen op de regionale arbeidsmarkt kort toegelicht. Vanuit diverse bronnen is

Nadere informatie

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4149, pagina 344, 24 april 1998 (datum) De arbeidsmarkt voor informatici is krap en zal nog krapper worden.

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4149, pagina 344, 24 april 1998 (datum) De arbeidsmarkt voor informatici is krap en zal nog krapper worden. Het informatici-tekort A uteur(s): Smits, W. (auteur) Delmee, J. (auteur) Grip, A. de (auteur) De auteurs zijn werkzaam bij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit

Nadere informatie

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014 Een uitdagende arbeidsmarkt Erik Oosterveld 24 juni 2014 Wat waren de gevolgen van de recessie? Hoeveel banen zijn er verloren gegaan? In welke sectoren heeft de recessie het hardst toegeslagen? Werkgelegenheid

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen Maart 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden daalt in augustus met 8.400

Aantal werkzoekenden daalt in augustus met 8.400 Augustus 2008 Aantal werkzoekenden daalt in ustus met 8.400 2 Ingediende vacatures 4 Vraag en aanbod bij CWI 5 Ontslagen met toestemming CWI 6 Statistische bijlage 7 Toelichting NWW / Toelichting CWI krapte-indicator

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, echter niet in collectieve sector In Zuid-Holland Centraal groeit het aantal banen van werknemers

Nadere informatie

De arbeidsmarkt: crisistijd en trends

De arbeidsmarkt: crisistijd en trends De arbeidsmarkt: crisistijd en trends 06 Werkzame beroepsbevolking krimpt tijdens crisis Arbeidsmarkt reageert vertraagd op conjunctuur Krimp vooral onder mannen en jongeren Daling flexwerkers snel voorbij

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Achterhoek

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Achterhoek Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Achterhoek Samenvatting Meer banen in marktsector, maar minder in collectieve sector De economie in de Achterhoek herstelt, maar de werkgelegenheidsontwikkeling

Nadere informatie

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) April 2011

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) April 2011 Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) April 2011 In deze notitie van het UWV WERKbedrijf, die vanwege de resultaten van de Quick Scan wat later verschijnt dan gebruikelijk, worden de actuele ontwikkelingen

Nadere informatie

8. Werken in bestuur en zorg

8. Werken in bestuur en zorg 8. Werken in bestuur en zorg De uitzendbranche is van oudsher een belangrijke werkgever voor niet-westerse allochtonen van de eerste generatie. Bij de teruggang in de werkgelegenheid van de afgelopen jaren

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, maar niet in collectieve sector De economie in Midden-Gelderland groeit en dat leidt ook tot

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen September 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-252 10 december 2002 9.30 uur Werkgelegenheid groeit in de zorg en daalt in het bedrijfsleven In het derde kwartaal van 2002 is het aantal banen van

Nadere informatie

Persbericht. Aantal vacatures nog steeds hoog. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Aantal vacatures nog steeds hoog. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-031 4 februari 2000 9.30 uur Aantal vacatures nog steeds hoog Het aantal vacatures bij particuliere bedrijven en instellingen bedroeg eind september

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant. UWV Gerald Ahn 9 september 2014

De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant. UWV Gerald Ahn 9 september 2014 De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant UWV Gerald Ahn 9 september 2014 Recente persberichten (CBS) Wisselende berichten over de markt Werkloosheid in juli verder gedaald Stijging WW-uitkeringen Consumptie

Nadere informatie

De arbeidsmarkt klimt uit het dal

De arbeidsmarkt klimt uit het dal Trends en ontwikkelingen arbeidsmarkt en onderwijs De arbeidsmarkt klimt uit het dal Het gaat weer beter met de arbeidsmarkt in, ofschoon de werkgelegenheid wederom flink daalde. De werkloosheid ligt nog

Nadere informatie

Demografie van de Nederlandse beroepsbevolking

Demografie van de Nederlandse beroepsbevolking Betaling én vervanging van vergrijzende arbeidspopulatie worden een probleem Demografie van de Nederlandse beroepsbevolking Peter Ekamper, Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) Op

Nadere informatie

Krappe markt remt flexibilisering

Krappe markt remt flexibilisering Krappe markt remt flexibilisering A uteur(s): Fouarge, D.J.A.G. (auteur) Kerkhofs, M.J.M. (auteur) Organisatie voor Strategisch Arbeidsmarktonderzoek. V erschenen in: ESB, 85e jaargang, nr. 4240, pagina

Nadere informatie

CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren

CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren Het aantal mensen met een baan is de afgelopen drie maanden met gemiddeld 6 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren hadden vaker werk. De beroepsbevolking

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Amersfoort

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Amersfoort Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Amersfoort Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, echter niet in collectieve sector In Amersfoort groeit het aantal banen van werknemers (voltijd en

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de 5 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de vijfde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Gorinchem

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Gorinchem Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Gorinchem Samenvatting Aantal banen neemt in beperkte mate toe, echter niet in collectieve sector In de krimpregio Gorinchem neemt het aantal banen van

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2012

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2012 Nieuwsflits Arbeidsmarkt December 2012 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in vogelvlucht

Arbeidsmarkt in vogelvlucht Arbeidsmarkt in vogelvlucht In het eerste kwartaal van 2011 is het aantal banen van werknemers, in vergelijking met het vierde kwartaal van 2010, licht gedaald. Dit is het eerste kwartaal met banenkrimp

Nadere informatie

Nieuws. Innovatieve topsectoren

Nieuws. Innovatieve topsectoren Nieuwsbrief september 2011 In het coalitieakkoord van Provincie Overijssel, met de titel De kracht van Overijssel - Inspireren, innoveren en investeren', hebben de coalitiepartijen hun ambities bekend

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%)

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%) Werkloosheid Amsterdam sterk gestegen Volgens de nieuwste cijfers van het CBS steeg de werkloosheid in Amsterdam van bijna 5% in 2002 naar 8,4% in 2003. Daarmee is de werkloosheid in Amsterdam sneller

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Food Valley

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Food Valley Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Food Valley Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, maar niet in collectieve sector De economie in Food Valley herstelt en dat leidt ook tot meer banen.

Nadere informatie

Werktijden van de werkzame beroepsbevolking

Werktijden van de werkzame beroepsbevolking Werktijden van de werkzame beroepsbevolking Ingrid Beckers Ruim de helft van de werkzame beroepsbevolking werkte in 22 op onregelmatige tijden. Werken in de avonduren en op zaterdag komt het meeste voor.

Nadere informatie

September Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in augustus

September Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in augustus September 2012 Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in ustus - - 304.400 lopende WW-uitkeringen, bijna evenveel als in ustus en 21 procent meer dan een jaar geleden Aantal lopende WW-uitkeringen voor jongeren

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013 Nieuwsflits Arbeidsmarkt Maart 2013 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen

Nadere informatie

Nieuwsbrief Drenthe, oktober 2012

Nieuwsbrief Drenthe, oktober 2012 Nieuwsbrief, oktober 2012 In opdracht van de Provincie heeft Etil in de tweede helft van 2010 het onderzoek Ontwikkelingen en prognoses op de Drentse Arbeidsmarkt 2011 2014 uitgevoerd. In dit onderzoek

Nadere informatie

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann Overwerken in Nederland Ingrid Beckers en Clemens Siermann In 4 werkte 37 procent de werknemers in Nederland regelmatig over. Bijna een derde het overwerk is onbetaald. Overwerk komt het meeste voor onder

Nadere informatie

Stijging werkloosheid vlakt af door terugtrekken jongeren

Stijging werkloosheid vlakt af door terugtrekken jongeren Persbericht PB14-033 15 mei 9:30 uur Stijging werkloosheid vlakt af door terugtrekken jongeren - Werkloosheid in april licht gestegen - Arbeidsdeelname afgenomen bij jongeren - Aantal WW-uitkeringen in

Nadere informatie

Werkloosheid nauwelijks veranderd

Werkloosheid nauwelijks veranderd Persbericht Pb14-084 18-12-2014 09.30 uur Werkloosheid nauwelijks veranderd - Werkloosheid blijft 8 procent - Meer mensen aan het werk in de afgelopen drie maanden - Aantal WW-uitkeringen met 6 duizend

Nadere informatie

Juli 2012 Bijna WW-uitkeringen Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden

Juli 2012 Bijna WW-uitkeringen Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden Juli 2012 Bijna 300.000 WW-uitkeringen - 298.000 lopende WW-uitkeringen - Aantal WW-uitkeringen gestegen ten opzichte van voorgaande maand (2,5%) - Ruim de helft meer WW-uitkeringen voor jongeren dan in

Nadere informatie

Augustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de Bijna werkzoekenden (NWW) meer dan in juli

Augustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de Bijna werkzoekenden (NWW) meer dan in juli Augustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de 300.000 - Lopende WW-uitkeringen met 2 procent gestegen tot 304.000 - Aantal lopende uitkeringen in onderwijssector met 27 procent toegenomen - Uitkeringen

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen April 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen blijven stijgen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische

Nadere informatie

Aantal werklozen in december toegenomen

Aantal werklozen in december toegenomen Persbericht Pb15-002 22-01-2015 09.30 uur Aantal werklozen in december toegenomen - In de afgelopen drie maanden meer mensen op de arbeidsmarkt - Jeugdwerkloosheid vrijwel onveranderd - Aantal WW-uitkeringen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banenverlies tot staan gekomen. Voor het eerst in twee jaar geen banenverlies

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banenverlies tot staan gekomen. Voor het eerst in twee jaar geen banenverlies Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-113 30 september 2005 9.30 uur Banenverlies tot staan gekomen In het tweede kwartaal van 2005 waren er vrijwel evenveel banen als in het eerste kwartaal.

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid daalt

Persbericht. Werkloosheid daalt Persbericht PB14-041 19 juni 09.30 uur Werkloosheid daalt - Werkloosheid is in mei gedaald - Beroepsbevolking krimpt minder snel - Aantal WW-uitkeringen in mei opnieuw afgenomen - Toename WW-uitkeringen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal vacatures daalt fors. Zelfde afname als vorig kwartaal

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal vacatures daalt fors. Zelfde afname als vorig kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-268 20 december 2002 9.30 uur Aantal vacatures daalt fors Het aantal openstaande vacatures is in het derde kwartaal van 2002 verder afgenomen. Volgens

Nadere informatie

Arbeidsmarktontwikkelingen 2016

Arbeidsmarktontwikkelingen 2016 - Arbeidsmarktontwikkelingen 2016 Factsheet maart 2017 Het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in Amsterdam nam het afgelopen jaar toe met bijna 14.000 tot bijna 524.000 banen, een groei van bijna

Nadere informatie

Persbericht. Aantal vacatures onveranderd hoog. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Aantal vacatures onveranderd hoog. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-005 11 januari 2001 9.30 uur Aantal vacatures onveranderd hoog Eind tember stonden er bij particuliere bedrijven 169 duizend vacatures open. Dat is 33

Nadere informatie

April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald

April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) - 471.100 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - Daling jonge werkzoekenden - Vooral daling agrarische beroepen en technische/industriële

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banengroei vergelijkbaar met tweede helft jaren negentig

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banengroei vergelijkbaar met tweede helft jaren negentig Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-083 30 november 2007 9:30 uur Forse banengroei In het tweede kwartaal van 2007 waren er 206 duizend banen van werknemers meer dan in hetzelfde kwartaal

Nadere informatie

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Clemens Siermann en Henk-Jan Dirven De uitstroom van 50-plussers uit de werkzame beroepsbevolking is de laatste jaren toegenomen. Een kwart van deze

Nadere informatie

Oktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren Meer dan een half miljoen niet-werkende werkzoekenden (NWW)

Oktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren Meer dan een half miljoen niet-werkende werkzoekenden (NWW) Oktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren - 309.900 lopende WW-uitkeringen, 1,8 procent meer dan in tember - Bovengemiddelde stijging lopende WW-uitkeringen horeca (+6,3%)

Nadere informatie

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Een belangrijke taak van UWV is het bij elkaar brengen van vraag en aanbod op

Nadere informatie

November 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) met ruim 30.

November 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) met ruim 30. November 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008-322.300 lopende WW-uitkeringen, 4 procent meer dan in ober - Veel meer uitkeringen voor jongeren (+13,4%) - Sterkste toename sectoren

Nadere informatie

Ontwikkeling werkgelegenheid en werkloosheid 2003

Ontwikkeling werkgelegenheid en werkloosheid 2003 Ontwikkeling werkgelegenheid en werkloosheid O&S december 1 1. Inleiding In voorliggende notitie wordt de stand van zaken ten aanzien van de werkgelegenheid (1 april ) en werkloosheid (1-10-) in s-hertogenbosch

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, echter niet in collectieve sector In Zuid-Kennemerland en IJmond groeit het aantal

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2013

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2013 Nieuwsflits Arbeidsmarkt Januari 2013 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende

Nadere informatie

Duiding Arbeidsmarktontwikkelingen juni 2017

Duiding Arbeidsmarktontwikkelingen juni 2017 Duiding Arbeidsmarktontwikkelingen juni 2017 Inhoudsopgave Samenvatting: in één oogopslag 2 1. Economie 3 1.1. Nederlandse economie groeit nog steeds verder 3 1.2. Minder verleende ontslagvergunningen

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gooi en Vechtstreek

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gooi en Vechtstreek Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Gooi en Vechtstreek Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, echter niet in collectieve sector In de Gooi en Vechtstreek groeit het aantal banen van werknemers

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 1 Inleiding In 2011 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud 7 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de zevende editie van de Economische Monitor en presenteert recente economische ontwikkelingen van als regio en de vier gemeenten.

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 3 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 6 Vergelijking Q1-216, Q2 216 en Starters per branche 7 Opheffingen per branche 8 Faillissementen per branche

Nadere informatie

Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010

Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010 Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010 Oktober 2010 Opsteller: Jiska Krikke Contactpersoon: Gerrit Marskamp Regio Noord-Veluwe, t:0341-474 436 Regio Noord-Veluwe wil in het kader van arbeidsmarktbeleid,

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2011-2012 Inleiding Begin juni 2011 verscheen de rapportage UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktprognose 2011-2012 Met een doorkijk naar 2016".

Nadere informatie

JONGE MOEDERS EN HUN WERK

JONGE MOEDERS EN HUN WERK AMSTERDAMS INSTITUUT VOOR ARBEIDSSTUDIES (AIAS) UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM JONGE MOEDERS EN HUN WERK Onderzoek op basis van de Loonwijzer Kea Tijdens, AIAS, Universiteit van Amsterdam Maarten van Klaveren,

Nadere informatie

Persbericht. Recordaantal vacatures. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Recordaantal vacatures. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-190 22 augustus 2000 9.30 uur Recordaantal vacatures Eind maart 2000 bedroeg het aantal openstaande vacatures bij particuliere bedrijven 201 duizend.

Nadere informatie

Persbericht. Aantal vacatures gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Aantal vacatures gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-010 16 januari 2002 9.30 uur Aantal vacatures gedaald Het aantal vacatures is voor het eerst in zeven jaar gedaald. Volgens het CBS stonden eind tember

Nadere informatie

De maakindustrie in Midden-Limburg

De maakindustrie in Midden-Limburg De maakindustrie in Midden-Limburg Hoe om te gaan met een krapper wordende arbeidsmarkt Jeroen van den Berg (UWV) Thorn, juni 2018 De maakindustrie in Midden-Limburg 2 Planning De arbeidsmarkt in Limburg

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

in het kort OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013

in het kort OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013 in het kort OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013 OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013 in het kort 2 Mei 2013 Onderzoek en rapportage a-advies In opdracht

Nadere informatie

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I In deze economische monitor vindt u cijfers over de werkgelegenheid en de arbeidsmarkt van de gemeente Ede. Van de arbeidsmarkt zijn gegevens opgenomen van de tweede helft

Nadere informatie

CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970

CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970 CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970 Lian Kösters, Paul den Boer en Bob Lodder* Inleiding In dit artikel wordt de arbeidsparticipatie in Nederland tussen 1970

Nadere informatie