BESLUITENLIJST VAN DE RAADSVERGADERING VAN 4 DECEMBER 2007

Transcriptie

1 BESLUITENLIJST VAN DE RAADSVERGADERING VAN 4 DECEMBER 2007 Aanwezig de leden: mevrouw S. Akkerman, de heer H.K. Balgobind, de heer J.I. Pultrum, de heer A.J.A. Weitenberg, de heer L. van der Meulen, de heer J. Leegwater, de heer P.H.A. Stoelinga, de heer R.P. van Dijk, mevrouw J. van der Heide, de heer P.J.M. Huijskes, mevrouw T. Flapper, mevrouw D. Groen- Tamminga, de heer P.S. Fortuin, mevrouw T. Burggraaff-Schipstra, de heer J. de Boer, mevrouw K. van der Velde-Ronda, de heer J. van Kampen, de heer J.J.W. Mulder, de heer J. van der Wouden, de heer P. van der Sluis, mevrouw M. Krans, de heer E. Berenst, de heer J.B. van der Horst, mevrouw P. Kramer, de heer M. Schrier, de heer B.J. Potjer, mevrouw J.M. van der Aart-Drost, de heer B.H. van Pelt, mevrouw M. Said-Brinkman, de heer D. Oosterhof en de heer F. de Groot. Verder aanwezig: Voorzitter: Griffier: mevrouw N.G. Ketelaar, de heer F. Veenstra, de heer J. Rozema en de heer C. Kuipers. de heer L.P. Middel de heer E.W.K. Meurs Afwezig: - 1. Opening en loting volgnummer bij stemmingen De voorzitter heet alle aanwezigen welkom en opent de vergadering. Het stemnummer is 24 (de heer Van der Horst). 2. Vragenuur Namens de fractie van het CDA stelt de heer De Boer vragen over de bouwleges. Wethouder Kuipers antwoordt dat uiteraard ook in Smallingerland bezwaar tegen de hoogte van de bouwleges zou kunnen worden gemaakt. Hij wijst erop dat onderzoek heeft aangetoond dat Smallingerland de laagste tarieven van Friesland kent. De risico's voor de gemeente zijn derhalve relatief gering. Ter illustratie stelt de wethouder dat de totale omzet in Smallingerland circa bedraagt. Dit totaal is gelijk aan het individuele legesbedrag uit het bericht waaraan de heer De Boer refereert. De wethouder kondigt ten slotte aan dat het college de systematiek van de bouwleges in de loop van 2008 zal objectiveren om tot een zo zuiver mogelijke prijsstelling te komen. Namens de fractie van de SP stelt de heer Van der Horst vragen over de beschikbaarheid van de geluidsopnames van vergaderingen op de gemeentelijke website. De heer Middel antwoordt dat ook het college van mening is dat de geluidsopnames zo snel mogelijk na vergaderingen via de site beluisterbaar dienen te zien. Hij vraagt begrip voor het feit dat niet alles in de vernieuwde situatie direct optimaal werkt. Hij stelt dat begin volgend jaar geheel en al aan de wensen van de vraagsteller tegemoet zal worden gekomen. Aanvullend stelt de heer Van der Horst nog een vraag over dit onderwerp. De heer Middel antwoordt dat met ingang van begin volgend jaar de geluidsopnames inderdaad reeds een dag na de vergadering vanaf de site beluisterbaar zullen zijn. Namens de fractie van de PvdA stelt de heer Van Dijk vragen over de huisvesting van personen die vallen onder de zogenoemde pardonregeling.

2 - 2 - Wethouder Rozema antwoordt dat het college er geen moeite mee heeft om, als gevraagd, met de verantwoordelijken in Den Haag in contact te treden om oplossing van het bedoelde knelpunt te bepleiten. Hiertoe wil het college een brief schrijven. De wethouder benadrukt dat Smallingerland goed presteert gelet op de taakstelling op dit dossier. Er wordt hard gewerkt, tezamen met het COA, Vluchtelingenwerk en de woningbouwcorporaties. De wethouder stelt dan ook dat aan het schrijven van de brief niet de verwachting mag worden ontleend dat alle betrokkenen aan een woning in Drachten kunnen worden geholpen. Hij wijst erop dat er meer vragers zijn in het betreffende segment van de woningmarkt dan uitsluitend de hier bedoelde groep. 3. Vaststelling van de agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 4. Vaststelling van de besluitenlijst van 6 november De besluitenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld. A-voorstellen 5. Benoeming van raadsleden in raadscommissies De benoemingen worden zonder stemming akkoord bevonden. 6. Kadernota Minimabeleid De voorzitter wijst erop dat er twee moties bij dit voorstel zijn ingediend: één van de fracties van GroenLinks en FNP, met het verzoek om een extra document op korte termijn, ter nadere uitwerking van de kadernota, en één van de fractie van de SP, betreffende het optrekken van de inkomensgrens naar 120% van het bijstandsniveau. Hij stelt voor de moties te betrekken bij de beraadslagingen. De raad stemt daarmee in. Het woord wordt gevoerd door de heren Van der Horst en Balgobind, de dames Van der Aart, Groen, Said en Krans, de heren Van Pelt, Oosterhof en De Groot en mevrouw Kramer. Wethouder Kuipers bedankt in reactie eerst een ieder voor de complimenten met de nota. Hij begint vervolgens zijn beantwoording met te stellen dat het eigen risico in de ziektekosten voor de minima volledig zal worden gecompenseerd. Dit kan worden getoond aan de hand van een ingewikkelde berekening. De wethouder zegt toe deze berekening na deze vergadering op papier aan de raad te zullen doen toekomen. De wethouder ontraadt de motie van de fractie van de SP met betrekking tot de inkomensgrens. Hij stelt in principe niet afwijzend te staan tegen het optrekken van de inkomensgrens, maar eerst goed zicht te willen hebben op alle consequenties van zo'n maatregel. Zijn inschatting is dat de doelgroep zal verdubbelen en dat de extra kosten daarmee erg fors zullen zijn. Ook is hij bevreesd voor het armoedevaleffect. De wethouder zegt toe alle consequenties in kaart te zullen brengen en daarna bij de raad op de suggestie van de SP te zullen terugkomen. In reactie op de motie van GroenLinks en FNP geeft de wethouder aan er weinig voor te voelen om per speerpunt een meetbaar beoogd resultaat op schrift te stellen. Een aantal van de speerpunten leent zich daar naar het oordeel van de wethouder eenvoudigweg niet goed voor. Hij geeft er de voorkeur aan om in de toekomst ambities nader te gaan concretiseren zodra daartoe aanleiding wordt gevoeld.

3 - 3 - Ten aanzien van twee andere suggesties - het openen van een 0800-informatienummer en het gebruikmaken van open source-software ten behoeve van de ter beschikking te stellen computers - merkt de wethouder op zich nader te willen informeren over de mogelijkheden. Hij zegt toe er bij de raad op te zullen terugkomen. In de tweede ronde wordt het woord gevoerd door de heren Van der Horst en Balgobind, de dames Groen, Said en Krans, de heren Van Pelt, Oosterhof en De Groot en mevrouw Kramer. Gelet op de toezegging van de wethouder in de eerste ronde met betrekking tot het optrekken van de inkomensgrens, trekt de heer Van der Horst de motie over dit onderwerp namens zijn fractie in. Wethouder Kuipers antwoordt dat de situatie in Meppel, waar becijferd schijnt te zijn dat het optrekken van de inkomensgrens naar 120% de gemeente circa zal kosten, slecht vergelijkbaar is met die in Smallingerland. Een eerste ruwe schatting geeft aan dat de extra kosten van deze maatregel in Smallingerland richting de 1 miljoen zouden lopen. De wethouder herhaalt zijn toezegging dat hij de consequenties in kaart zal brengen. Over het extra geld dat beschikbaar komt van de rijksoverheid ten behoeve van het minimabeleid merkt de wethouder op dat dit niet is verwerkt in de nu voorliggende nota. Dit extra geld zal voor de gemeente dus daadwerkelijk extra geld zijn. De wethouder merkt ten slotte op best bereid te zijn te trachten doelen uit de nota "meetbaarder" te formuleren. Hij voegt toe van dergelijke pogingen niet veel te verwachten. Veel concreter dan nu gedaan, zullen de doelen naar zijn inschatting niet kunnen worden geformuleerd. Er wordt overgegaan tot stemmen. De Kadernota Minimabeleid wordt aangenomen met 29 stemmen voor en twee tegen. De leden van de fracties van GroenLinks en FNP stemmen tegen de nota. Zij geven beide ter toelichting op hun stemgedrag aan niets tegen te hebben op de inhoud van de nota, maar te menen dat de nota, doordat zij te weinig meetbare doelstellingen bevat, onvoldoende geschikt is voor de uitoefening van de controletaak van de gemeenteraad. Vervolgens wordt gestemd over de motie van de fracties van GroenLinks en FNP. De motie wordt verworpen met zes stemmen voor en 25 tegen. De fracties van PvdA, CDA, ChristenUnie, VVD en Gemeentebelangen Smallingerland stemmen tegen de motie. 7. Integraal horecabeleid Smallingerland Voorzitter bij de behandeling van dit agendapunt is de heer Van der Meulen. De voorzitter van de raad, de heer Middel, treedt bij de behandeling van dit punt op als portefeuillehouder namens het college, de plaatsvervangend voorzitter, mevrouw Akkerman, als woordvoerder namens de fractie van de PvdA. De heer Van der Meulen vangt de behandeling aan met de opmerking dat aanvullend op de bespreking van dit onderwerp in de raadscommissie AEFZ nog een brief door het college aan de raad is gezonden. Hij stelt ervan uit te gaan dat de inhoud van deze brief bekend is bij alle raadsleden. Het woord wordt gevoerd door mevrouw Akkerman, de heren Mulder, Berenst, Schrier, Potjer en Van Pelt, mevrouw Said, de heren Oosterhof en De Groot en mevrouw Kramer. Er worden twee amendementen ingediend. Namens de fracties van PvdA, CDA en ChristenUnie dient mevrouw Akkerman een amendement op artikel 3 van het voorstel voor de Drank- en horecaverordening Smallingerland Namens de fractie Kramer dient mevrouw Kramer een amendement in op artikel 8 van het voorstel voor de Drank- en horecaverordening Smallingerland De amendementen worden onderdeel gemaakt van de beraadslagingen.

4 - 4 - Op verzoek van de heer Middel wordt de vergadering geschorst. Na de schorsing meldt de heer Van der Meulen dat hem van de zijde van mevrouw Kramer het verzoek heeft bereikt om het namens haar fractie ingediende amendement enigszins aan te passen. De aanpassing houdt in dat na het woord 'geloof' in het amendement het woord 'ras' wordt ingevoegd. De heer Van der Meulen vraagt of de raad ermee kan instemmen dat deze aanpassing mondeling geschiedt. Dit is het geval. Het betreffende amendement maakt vanaf dit moment in deze aangepaste vorm onderdeel uit van de beraadslagingen. De heer Middel vangt zijn beantwoording aan met de aankondiging dat in januari 2008 een korte notitie Integrale aanpak alcoholmisbruik onder jongeren aan de raad zal worden gezonden. Vervolgens gaat hij in op de brief die het college heeft nagezonden. Hij geeft aan dat bewust in de brief de formulering is gekozen dat de raad zou kunnen besluiten in artikel 3 van de verordening cafés toe te voegen aan de horecalokaliteiten waarop de leeftijdsgrens van toepassing is. Een dergelijke toevoeging zou namelijk nadrukkelijk niet de voorkeur hebben van het college. De heer Middel geeft aan problemen te voorzien met de handhaafbaarheid van dit artikel na een dergelijke toevoeging. De heer Middel doet ook meer in het algemeen een beroep op de raad om vooral de handhaafbaarheid goed in het oog te houden bij het vaststellen van het drank- en horecabeleid. Ten aanzien van het zogenoemde 'frisfeest' stelt de heer Middel dat dit in mei 2008 in alle Friese gemeenten zal worden georganiseerd. De gemeente Smallingerland doet mee en is betrokken bij de voorbereidingen. De heer Middel stelt dat het college het amendement van de fractie Kramer op artikel 8 van de verordening uiterst sympathiek vindt. De intentie van dit amendement wordt geheel door het college gedeeld. Een regeling van deze strekking mag echter, naar de overtuiging van het college, op basis van de wet niet in een verordening worden opgenomen. De heer Middel stelt daarom voor om de in dit amendement voorgestelde toevoeging als extra voorschrift op te nemen in de exploitatievergunningen van de horecabedrijven. Waar het gaat om de mogelijkheid van gebiedsontzeggingen stelt de heer Middel dat in het nu voorliggende voorstel slechts het voornemen is opgenomen dit te gaan regelen. Een voorstel tot wijziging van de APV hiertoe zal aan de raad worden voorgelegd. Pas als de raad instemt, zal de burgemeester de mogelijkheid tot het opleggen van gebiedsontzeggingen krijgen. Vooruitlopend daarop stelt de heer Middel nu reeds dat hij uiterst genuanceerd denkt over de toepassing van deze mogelijkheid. Betreffende het amendement van de fracties van PvdA, CDA en ChristenUnie inzake artikel 3 van de verordening stelt de heer Middel dat de intentie van de indieners naar zijn oordeel gelijk is aan die van het college. Hij beschouwt dit amendement in intentie dan ook als een ondersteuning van het voorgestelde beleid. Het amendement bevat naar zijn inschatting echter teveel interpretatieruimte en daarmee onduidelijkheid. Hij verwacht dat dit ten koste zal gaan van de handhaafbaarheid. De handhaafbaarheid van de regels staat voor hem voorop. Het amendement is naar zijn overtuiging bovendien niet toegestaan op basis van de drank- en horecawetgeving. Er zou een verbod worden uitgevaardigd op basis van criteria die op grond van de drank- en horecawetgeving niet mogen worden toegepast bij het uitvaardigen van dit type verboden. Bepalend voor het opleggen van een verbod als dit kan zijn, bijvoorbeeld, het soort horeca-inrichting (zoals in het voorgestelde artikel 3 het geval is), maar niet het soort publiek dat de horeca-inrichting bezoekt (zoals het amendement wil). De heer Middel wijst het amendement dan ook af. De vergadering wordt wederom geschorst, dit maal op verzoek van mevrouw Akkerman.

5 - 5 - Na de schorsing wordt de behandeling van dit agendapunt hervat met de tweede ronde. Het woord wordt gevoerd door mevrouw Akkerman, de heren Mulder, Berenst, Schrier, Potjer en Van Pelt, mevrouw Said, de heren Oosterhof en De Groot en mevrouw Kramer. Mevrouw Kramer trekt namens haar fractie het amendement op artikel 8 van het voorstel voor de Drank- en horecaverordening Smallingerland 2007 in, onder dankzegging aan de portefeuillehouder voor zijn reactie. De heer Middel stelt in reactie op de bijdragen in de tweede ronde dat er inhoudelijk veel verwarring is ontstaan in de loop van de behandeling van het voorliggende voorstel. Aanhouding van het voorstel zou een procedurele uitweg uit de ontstane patstelling kunnen bieden. De heer Middel stelt vast dat een meerderheid van de raad het amendement van de fracties van PvdA, CDA en ChristenUnie steunt. Hij noemt dit een politiek feit. Hij stelt duidelijk zelf niet bereid te zijn tot aanpassing van het voorstel. Het is aan de raad om te bepalen hoe hiermee om te gaan. De heer Middel stelt ten slotte dat naar zijn oordeel een schijndiscussie is gevoerd. De meningen lopen naar zijn idee niet uiteen. Aanhouding van het voorstel nu, moet niet gebeuren met de verwachting dat het college later een aangepast voorstel aan de raad zal voorleggen. De heer Van der Meulen peilt de meningen en stelt vast dat een ruime meerderheid van de raad er de voorkeur aan geeft het voorliggende voorstel aan te houden. Aldus wordt besloten. B-voorstellen 8. Bestuursvorm openbaar primair onderwijs 9. Voorbereidingsbesluit kampeerterreinen 10. Belastingvoorstellen Sluiting De voorzitter sluit de vergadering. Aldus vastgesteld door de raad voornoemd, in zijn vergadering van 8 januari 2008, griffier, voorzitter,