Deel D Spreken - Thema 11 Milieu

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Deel D Spreken - Thema 11 Milieu"

Transcriptie

1 Deel D Spreken - Thema 11 Milieu Stel een vraag. Je buren gaan op vakantie. Jij gaat voor hun poezen zorgen. Je weet niet wat de poezen moeten eten en hoe vaak ze moeten eten. Wat vraag je aan je buren? Jason en Timon zijn broers, maar ze lijken helemaal niet op elkaar. Kijk naar de plaatjes. Jason Timon Noem drie verschillen. Gebruik de woorden geen en niet.

2 Opdracht 3 Iedere eerste maandag van de maand wordt om uur de sirene in Nederland getest. Als de sirene op een andere dag of tijd gaat, is er een ramp. Je dochter vraagt wat ze moet doen als de sirene dan gaat. Kijk naar de plaatjes Luister naar je dochter en geef een reactie. Gebruik daarbij de plaatjes en de volgende woorden: Eerst Dan Tenslotte Wat moet je doen als de sirene gaat?

3 Deel D Spreken - Thema 12 Vervoer Je ziet een vraag. Geef een reactie met om te en het woord dat tussen haakjes staat. 1. Waarvoor gebruik je een woordenboek? (opzoeken) 2. Waarvoor kreeg zij die bloemen? (bedanken) 3. Waarvoor is het te warm? (dragen) 4. Waarvoor spaart Pascal zoveel geld? (kopen) Geef je mening. Wat vind jij leuk om te doen als je vrij bent? Kijk naar de plaatjes. Wat kies jij om te doen als je vrij bent? Vertel ook waarom je dat leuk vindt om te doen. Opdracht 3 Je bent medewerker bij de NS. Een reiziger vraagt informatie over een treinreis. Kijk naar de informatie in de tabel. Tijd Station Vertrek 16:08 uur vertraging 10 min Utrecht Aankomst 16:37 uur Den Bosch Luister naar de reiziger en geef een reactie. Gebruik daarbij de informatie uit de tabel. Goedemiddag, hoe laat vertrekt de volgende trein naar Den Bosch?

4 Opdracht 4 Je zit in de trein. Naast je zit iemand hard te bellen. Kijk naar het plaatje. Wat zeg je tegen haar?

5 Deel D Spreken - Thema 13 Opleiding Je werkt bij verzorgingshuis De Roos. In dit centrum wonen gehandicapte mensen. Een vriendin vraagt iets over je werk. Kijk naar de informatie in de tabel. Luister naar je vriendin en geef een reactie. Gebruik daarbij het woord er en de informatie uit de tabel. Wat voor voorzieningen zijn er allemaal voor de bewoners? Je ziet een vraag. Geef een reactie met het woord dat tussen haakjes staat. 1. Waar kun je gaan werken na deze opleiding? (kanten op kunnen) 2. Wat voor soort opleiding kun je na het vwo gaan doen? (academisch) 3. Kun je via de havo ook naar de universiteit? (omweg) 4. Waarom gaan sommige studenten na het mbo naar het hbo? (verdiepen) Opdracht 3 Stel een vraag. Je volgt de opleiding tot kapper. Je loopt stage bij een kapsalon. Je mag alleen maar haren wassen en de vloer vegen. Je wilt ook graag andere dingen doen. Kijk naar het plaatje.

6 Je gaat naar je baas. Wat vraag je aan haar?

7 Deel D Spreken - Thema 14 Veiligheid Er is ingebroken in jouw huis. De dieven hebben verschillende dingen gestolen. Op de plaatjes zie je wat de dieven hebben gestolen. Je wilt dit doorgeven aan de verzekering. Je belt de verzekering. Vertel wat er is gebeurd en wat er is gestolen. Gebruik daarbij de plaatjes. Je ziet een vraag. Geef een reactie met het woord dat tussen haakjes staat. Bedenk goed of er wel of geen e achter dat woord moet komen. 1. Wat voor huis heb jij? (klein) 2. Wat voor baan zoek jij? (tijdelijk) 3. Wat voor boek lees je? (spannend) 4. Wat voor helm heb jij? (zwart) 5. Wat voor dingen vind je het lekkerst? (ongezond)

8 Opdracht 3 Geef advies. Je vriend heeft een nieuwe baan. Hij kan met de auto, de bus of de fiets naar zijn nieuwe werk. Hij weet niet wat hij zal doen en vraagt advies aan jou. Kijk naar de informatie in de tabel. auto bus fiets 25 minuten onderweg 40 minuten onderweg 30 minuten onderweg kosten 3,- per rit kosten 1,80 per rit gratis niet sportief niet sportief sportief slecht voor het milieu slecht voor het milieu niet slecht voor het milieu Geef advies. Gebruik daarbij de informatie uit de tabel. Noem drie redenen.

9 Deel D Spreken - Thema 15 Instanties Je ziet een vraag. Geef een reactie met het woord dat tussen haakjes staat. 1. Waarom was Hassan gisteren niet bij de training? (zich voelen) 2. Waarom rent zij door de gang? (zich haasten) 3. Weet jij nog veel over vroeger? (zich herinneren) 4. Wat hebben jullie bij het uitzendbureau gedaan? (zich inschrijven) Stel een vraag. Je wilt je aanmelden voor een computercursus bij het buurthuis. Wat vraag je bij het buurthuis? Opdracht 3 Je gaat samen met je twee kinderen op vakantie. Jullie gaan drie weken naar Italië. Je kunt kiezen uit twee verschillende verzekeringen. Kijk naar de informatie over de verzekeringen in de tabel. Reisverzekering A Reisverzekering B 125,- per jaar 60,- voor deze vakantie kinderen zijn meeverzekerd twee kinderen meeverzekeren kost 40,- dekking over de hele wereld dekking binnen Europa hele jaar door verzekerd per vakantie verzekerd Welke verzekering kies jij? Vertel ook waarom je die kiest. Gebruik daarbij de informatie uit de tabel. Noem minimaal drie redenen.

10 Opdracht 4 Wat zijn ze aan het doen? Vertel wat de mensen aan het doen zijn. Gebruik daarbij de plaatjes en gebruik de woorden: aan het

11 Deel D Spreken - Thema 16 Werken Je ziet een vraag. Geef een reactie met het woord dat tussen haakjes staat. 1. Wanneer komt de nieuwe koelkast? (worden) 2. Wat doen je kinderen? (tussen de middag) 3. Wie maakt het verslag? (worden) 4. Wat is er met je gebit aan de hand? (ontsteking) Stel een vraag. Je moet volgende week maandag naar de fysiotherapeut. Kijk naar het rooster. Wat vraag je aan je collega? maandag dinsdag woensdag jij jij - Mohammed - Mohammed - Elize Elize Opdracht 3 Wat heb je gisteren gedaan? Kijk naar de plaatjes en geef antwoord uur uur uur

12 Deel D Spreken - Thema 18 Geef je mening. Je ziet een stelling. Luister naar de stelling en lees mee. Wat vind jij? Geef je mening. Vertel ook waarom je dat vindt. 1. Geld maakt niet gelukkig. 2. Alle kinderen moeten gymnastiekles krijgen op school. 3. Het is niet erg als je je in de schulden steekt. Je werkt achter de kassa van een kledingwinkel. Een klant wil zijn spullen afrekenen. Hij wil weten op welke manieren hij kan betalen. Kijk naar de plaatjes. Wat zeg je tegen de klant?

13 Opdracht 3 Je vriendin wil een nieuw spel kopen in een spelletjeswinkel. Ze kan niet kiezen tussen twee spellen. Kijk naar de omschrijvingen hieronder Luister naar je vriendin en reageer. Gebruik daarbij de informatie uit de omschrijvingen. Noem minimaal twee redenen. Naam spel: Bonenveld Aantal spelers: 3 tot 7 Speeltijd: 30 minuten Moeilijkheid: * (niet moeilijk) Geluk: *** (je moet vooral geluk hebben) Naam spel: Stedenbouwers Aantal spelers: 2 tot 4 Speeltijd: 60 minuten Moeilijkheid: ** (een beetje moeilijk) Geluk: * (je moet vooral veel nadenken) Ik kan niet kiezen. Welk spel zou jij kiezen?

14 Deel D Spreken - Thema 19 Ondernemen Je ziet een vraag. Luister naar de vraag en lees mee. Geef een reactie met het woord dat tussen haakjes staat. Herhaal daarbij het werkwoord uit de vraag. 1. Waarom wil Martine een cursus boekhouden volgen? (zich specialiseren) 2. Waarvoor gebruikt een metselaar bakstenen? (huizen bouwen) 3. Hoe vaak moet je de administratie bijwerken? (dagelijks) Je hebt sinds twee jaar een eigen bedrijf. Je praat hierover met een oud-collega. Kijk naar de tabel hieronder. Naam bedrijf: Soort bedrijf: Bloei! Bloemengroothandel Werkzaamheden: - tulpen en rozen inkopen - bloemen leveren aan winkels in Leiden Toekomstplannen: - bijzondere bloemensoorten inkopen - bloemen leveren aan winkels in Leiden, Rotterdam en Delft Luister naar je oud-collega en reageer. Gebruik daarbij de informatie uit de tabel. Ik hoorde dat je nu een eigen bedrijf hebt. Kun je daar wat meer over vertellen?

15 Opdracht 3 Geef advies. Je zus is net klaar met studeren. Ze moet nu haar studielening gaan aflossen. Ze weet niet of ze de lening in grote of kleine termijnen wil aflossen. Kijk naar de tabel hieronder. Maandelijkse termijn: 500,- Maandelijkse termijn: 200,- - De lening is na 20 maanden afgelost - Hogere maandlasten - Je betaalt 750,- rente. - De lening is na 50 maanden afgelost - Lagere maandlasten - Je betaalt 1500,- rente. Wat zou jij doen? Geef advies. Gebruik daarbij de informatie uit de tabel. Noem minimaal twee redenen.

16 Deel D Spreken - Thema 20 Sterk naar Staatsexamen Geef je mening. Je ziet een stelling. Luister naar de stelling en lees mee. Wat vind jij? Geef je mening. Vertel ook waarom je dat vindt. 1. In een stad wonen is beter dan in een dorp. 2. Er zijn te veel auto s in Nederland. 3. Kinderen worden vaak niet streng genoeg opgevoed. Je man Chris rijdt 's ochtends altijd met zijn collega mee naar het werk. Vandaag is je man te laat opgestaan, want zijn wekker deed het niet. Zijn collega staat voor de deur. Jij doet de deur open. Kijk naar het plaatje hieronder. Luister naar de collega van je man en geef een reactie. Gebruik daarbij het plaatje. Wat is Chris dan aan het doen?

17 Opdracht 3 Kijk naar het plaatje. Beschrijf wat je op het plaatje ziet. Vertel in ieder geval: wat voor voorwerp dit is; wat je met dit voorwerp kunt doen.

Extra spreekopdrachten

Extra spreekopdrachten Extra spreekopdrachten 1** VERTEL. 1. Je loopt in het park. Er loopt een man voor je. Je ziet dat zijn sleutels uit zijn tas vallen. Wat zeg je tegen hem? 2. De studieadviseur van je opleiding vraagt wat

Nadere informatie

2001/2002 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands

2001/2002 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands SPREKEN EXAMEN I 2001/2002 Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten Opgavenboekje Examennummer kandidaat: Aanwijzingen Staatsexamen Nederlands NT als tweede taal 2 U gaat een spreektoets maken. De toets

Nadere informatie

Een retour Rotterdam

Een retour Rotterdam 71 71 HOOFDSTUK 5 Een retour Rotterdam WOORDEN 1 Wat hoort bij elkaar? 1 zebrapad a pinnen 2 auto b binnengaan 3 automaat c oversteken 4 ingang d parkeren 2 Kies uit: tram vertraging door de week strippenkaart

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen

Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen Opdracht 1 bij 8.2 Lees de vragen. Geef antwoord. 1. Kun je bij jou in de buurt cursussen volgen? Waar dan? 2. Volg jij een cursus of heb je een cursus gevolgd? Welke

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 2 bij 1.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. Klaar? Dan leest cursist B de vragen. Cursist A Cursist

Nadere informatie

2002/2003 SPREKEN EXAMEN I. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands

2002/2003 SPREKEN EXAMEN I. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands SPREKEN EXAMEN I Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten 2002/2003 Opgavenboekje Examennummer kandidaat: Aanwijzingen Staatsexamen Nederlands NT als tweede taal 2 U gaat een spreektoets maken. De toets

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Extra spreekopdrachten 1 tot en met 6

Hoofdstuk 6 Extra spreekopdrachten 1 tot en met 6 Hoofdstuk 6 Extra spreekopdrachten 1 tot en met 6 Uw antwoorden bij de opdrachten 1 tot en met 6 moeten kort zijn. U hebt 20 seconden spreektijd. Soms staan er plaatjes of een stukje tekst bij de opdracht.

Nadere informatie

Uw antwoorden bij de opdrachten 1 tot en met 6 moeten kort zijn. U hebt 20 seconden spreektijd.

Uw antwoorden bij de opdrachten 1 tot en met 6 moeten kort zijn. U hebt 20 seconden spreektijd. Hoofdstuk 6 - Extra spreekopdrachten 1 tot en met 6 Uw antwoorden bij de opdrachten 1 tot en met 6 moeten kort zijn. U hebt 20 seconden spreektijd. Soms staan er plaatjes of een stukje tekst bij de opdracht.

Nadere informatie

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. Grammaticaoefeningen 3 Wonen en vervoer Werkwoorden in een andere tijd Oefening 1 Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. 1 Begrijp je deze informatie? ja / nee,

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer Spreekopdrachten thema 3 Vervoer Opdracht 1 bij 3.1 Jullie zijn op straat. Cursist A: je wilt met de taxi reizen. Cursist B: je bent taxichauffeur. Klaar? Dan begint cursist B het gesprek. Cursist A 1.

Nadere informatie

NT 2 2003/2004 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen

NT 2 2003/2004 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen SPREKEN EXAMEN I 2003/2004 Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten Opgavenboekje Examennummer kandidaat: Aanwijzingen U gaat een spreektoets maken. De toets bestaat uit twee delen. Elk deel begint met een

Nadere informatie

Waarom dit boekje? Begeleiding. Informatie. Stagedocent. Toekomst. Stageplek

Waarom dit boekje? Begeleiding. Informatie. Stagedocent. Toekomst. Stageplek Waarom dit boekje? Tijdens je opleiding ga je op stage. Je kunt op veel plekken stage lopen. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een stage in de keuken of in een winkel. Of voor een stage in de bouw of in

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 5 Gemeente

Spreekopdrachten thema 5 Gemeente Spreekopdrachten thema 5 Gemeente Opdracht 2 bij 5.1 ** Bedenk nu zelf een gesprek. Cursist A: je werkt op het gemeentehuis. Cursist B: je bent bij het gemeentehuis. Kies zelf wat je daar komt doen: bijvoorbeeld

Nadere informatie

enkele genoeg informatie korting ongeveer overstappen rechtstreekse reis spoor vertrekt

enkele genoeg informatie korting ongeveer overstappen rechtstreekse reis spoor vertrekt Herhalingsoefeningen Thema 6 Reizen, openbaar vervoer 1 Woorden Lees de dialoog en vul de ontbrekende woorden in. Kies uit: enkele genoeg informatie korting ongeveer overstappen rechtstreekse reis spoor

Nadere informatie

TOETS NT2-1 spreken. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN. niveau B1. tijdsduur: 30 minuten

TOETS NT2-1 spreken. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN. niveau B1. tijdsduur: 30 minuten Goed voorbereid slagen voor het staatsexamen NT2 programma 1 Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN niveau B1 tijdsduur: 30 minuten Deel 1: korte antwoorden 20 seconden spreektijd 1. Situatie: U werkt bij een reisbureau.

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk

Thema Op zoek naar werk http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw, Maria, gaat weer naar de winkel om over werk te

Nadere informatie

Spreken Oefentoets spreken. SPREKEN NIVEAU A1

Spreken Oefentoets spreken. SPREKEN NIVEAU A1 SPREKEN NIVEAU A1 www.nt2taalmenu.nl Wat leer je? Spreken Oefentoets spreken Dit is een oefentoets voor cursisten die klaar zijn met het programma voor niveau A1. Hier zijn een paar tips om de oefening

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk http://www.edusom.nl Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Les 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van les 7 tot en met 10. Wat leert u in deze les? Vragen

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 7 Werken

Spreekopdrachten thema 7 Werken Spreekopdrachten thema 7 Werken Opdracht 2 bij 7.2 ** Knip de volgende pagina door. Je bent leidinggevende in een restaurant. Vandaag is de eerste werkdag van een nieuwe werknemer. Leg uit wat hij moet

Nadere informatie

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave Thema 3 Vervoer Inhoudsopgave 3.1 Met de taxi 155 3.2 Regels in het verkeer 156 3.3 De tijd 157 3.4 Reizen met de trein 160 3.5 Wie, wat, waar? 161 3.6 Komen en gaan 163 3.7 Reizen met de auto 165 3.8

Nadere informatie

Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin.

Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin. Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin. 1. Ga opnemen de telefoon je? 2. Ik te laat altijd kwam in de les. 3. Wat zijn

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Grammatica. Inhoud. 1. De en het. 2. Meervoud. 3. Werkwoord. 4. Vraagwoorden. 5. Zinnen maken Zinnen maken 2. 7.

Grammatica. Inhoud. 1. De en het. 2. Meervoud. 3. Werkwoord. 4. Vraagwoorden. 5. Zinnen maken Zinnen maken 2. 7. Grammatica Inhoud 1. De en het 2. Meervoud 3. Werkwoord 4. Vraagwoorden 5. Zinnen maken 1 6. Zinnen maken 2 7. Zinnen maken 3 8. Zinnen maken 4 9. Niet en geen 10. Lange woorden 11. Het verkleinwoord 12.

Nadere informatie

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis

Nadere informatie

2.7 In de supermarkt **

2.7 In de supermarkt ** 2.7 In de supermarkt ** Je hoort. Ze gaat naar de supermarkt. In de supermarkt zoekt ze alle boodschappen. Maar ze kan de koffie niet vinden. Ze vraagt het aan iemand die in de supermarkt werkt. verkoper

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.1 * Doe de opdracht in groepjes. Uitleg voor de docent: Verdeel de klas in groepjes van vier à vijf cursisten. Op deze pagina staan kaartjes met lichaamsdelen

Nadere informatie

NT2. Examen I: Spreken. Voorbeeldexamen. Opgavenboekje. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Examennr. kandidaat: Aanwijzingen

NT2. Examen I: Spreken. Voorbeeldexamen. Opgavenboekje. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Examennr. kandidaat: Aanwijzingen Examen I: Spreken Tijdsduur ± 30 minuten Opgavenboekje 2009 Voorbeeldexamen Examennr. kandidaat: Aanwijzingen U gaat een spreektoets maken. De toets bestaat uit twee delen. Elk deel begint met een korte

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken

Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken Opdracht 1 bij 6.1 * Beantwoord de vragen. 1. Waar zoek je vacatures? In de krant, op internet of ergens anders? 2. Ga je naar het UWV WERKbedrijf? 3. Ga je naar een

Nadere informatie

Deel D Spreken - Thema 1 Thuiskomen

Deel D Spreken - Thema 1 Thuiskomen Deel D Spreken - Thema 1 Thuiskomen 1. Leven jouw opa en oma nog? (grootmoeder) 2. Kun jij zelf een kast in elkaar zetten? (handig) 3. Waarom doet de stofzuiger het niet? (stekker) Je neef stelt jou een

Nadere informatie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie Herhalingsoefeningen Thema 3 Familie en relaties 1 Woorden Familie Lees de zinnen over de familie van Simon en Els. Schrijf de volgende namen in de stamboom: Hans, Helena, Hester, Joke, Mark, Michiel,

Nadere informatie

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 1 Werkwoord (wonen, werken, lopen,...) wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 8 Grammatica is niet moeilijk 1.1 woon, woont, wonen Ik woon nu in Nederland. Jij woont nu in Nederland. U woont nu

Nadere informatie

1. De verjaardag OPDRACHT 1. OPDRACHT 2 1. b) niet waar 2. a) waar 3. b) niet waar 4. a) waar 5. b) niet waar

1. De verjaardag OPDRACHT 1. OPDRACHT 2 1. b) niet waar 2. a) waar 3. b) niet waar 4. a) waar 5. b) niet waar 1. De verjaardag OPDRACHT 1 OPDRACHT 2 1. b) niet waar 2. a) waar 3. b) niet waar 4. a) waar 5. b) niet waar OPDRACHT 3 1. a) Wij praten over de kinderen met de buurman. 2. b) Zal ik me even voorstellen?

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.

Nadere informatie

Proefexamen Schrijven 1 Deel 2

Proefexamen Schrijven 1 Deel 2 Proefexamen Schrijven 1 Deel 2 Opgavenboekje NODIG: Proefexamen Schrijven 1, Opgavenboekje Proefexamen Schrijven 1, opdrachten Deel 1: zie www.taalsterk.nl. Zwarte pen Woordenboek (niet verplicht) REGELS:

Nadere informatie

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 8 OPLEIDINGEN

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 8 OPLEIDINGEN ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 8 OPLEIDINGEN Opdracht 1 het diploma de docent het lokaal de kunst Opdracht 11 Inschrijfformulier MBO Graag voor 1 april volledig en duidelijk ingevuld opsturen. Gegevens

Nadere informatie

KNM. TaalCompleet. Kennis van de Nederlandse Maatschappij. InkijkExemplaar. Klassikaal leren Zelfstudie Online leren

KNM. TaalCompleet. Kennis van de Nederlandse Maatschappij. InkijkExemplaar. Klassikaal leren Zelfstudie Online leren TaalCompleet Kennis van de Nederlandse Maatschappij KNM InkijkExemplaar Klassikaal leren Zelfstudie Online leren 123456527 9 64 642 >454?@@3ABC344 &D! 'D""! %*$! #!$$,!!" %! *& #! +!! %!,-./0( 12 %!$ 3334566789:;7

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

Werkboek Het is mijn leven

Werkboek Het is mijn leven Werkboek Het is mijn leven Het is mijn leven Een werkboek voor jongeren die zelf willen kiezen in hun leven. Vul dit werkboek in met mensen die je vertrouwt, bespreek het met mensen die om je geven. Er

Nadere informatie

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Voor jezelf? Les 1 Welkom! Voor jezelf? Les 1 Welkom! Welkom! Dit is de cursus Voor jezelf? Wil je voor jezelf beginnen? Droom je ervan een eigen bedrijfje te starten? Zou je dit ook kunnen? In deze cursus ga je dit onderzoeken.

Nadere informatie

Ik ben BANG. oefenboekje om te leren omgaan met angst. Steef Oskarsson. Copyright Steef Oskarsson

Ik ben BANG. oefenboekje om te leren omgaan met angst. Steef Oskarsson. Copyright Steef Oskarsson Ik ben BANG oefenboekje om te leren omgaan met angst Steef Oskarsson Bang Bang is een emotie. Net als blij, bedroefd en boos. Iedereen is wel eens bang. Sommige mensen zijn vaak bang, sommigen niet. Iedereen

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Boven: Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 2 bij 4.1 * slaapkamer 2 trap Beneden: tuin garage TaalCompleet A1 Spreken Plus Thema 4-1 Opdracht 3 bij 4.1 ** Vertel. Wat voor huis heb jij? - Woon je in

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94 Inhoud Inleiding 7 deel 1 lees- en kijkbio Hoofdstuk 1 Verhalen vertellen 10 Hoofdstuk 2 Zelf verhalen vertellen 12 Hoofdstuk 3 Voorlezen 16 Hoofdstuk 4 Verhalen lezen 18 Hoofdstuk 5 Verhalen in boeken

Nadere informatie

VERGETEN? VERLOREN? GESTOLEN? 1.2,opvoeder

VERGETEN? VERLOREN? GESTOLEN? 1.2,opvoeder BLAD 1 VERGETEN? VERLOREN? GESTOLEN? Soms vergeet je kind iets op school. Je moet dan het verloren voorwerp beschrijven op het secretariaat De juf stelt vragen. Je kind kan ook iets verliezen na de les.

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk

Thema Op zoek naar werk Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag.

Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag. 21 21 HOOFDSTUK 2 Te laat! WOORDEN 1 Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 2 Ron,! De bus komt bijna! 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag. 4 We komen

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager

Nadere informatie

Oefenzinnen module 1. Oefenzinnen module 2. Luister goed en schrijf de zin op.

Oefenzinnen module 1. Oefenzinnen module 2. Luister goed en schrijf de zin op. Oefenzinnen module 1 1. Ik schrijf me in bij de gemeente. 2. Wat is uw nieuwe adres? 3. Naar welke woonplaats verhuis jij? 4. Ik heb de Nederlandse nationaliteit. 5. Ben jij getrouwd of gescheiden? 6.

Nadere informatie

U leert in deze les "om raad vragen". Als u niet weet wat u moet doen, kunt u iemand om raad vragen. U vraagt of iemand u kan helpen met advies.

U leert in deze les om raad vragen. Als u niet weet wat u moet doen, kunt u iemand om raad vragen. U vraagt of iemand u kan helpen met advies. OM RAAD VRAGEN les 3 spreken inleiding en doel U leert in deze les "om raad vragen". Als u niet weet wat u moet doen, kunt u iemand om raad vragen. U vraagt of iemand u kan helpen met advies. Het is belangrijk

Nadere informatie

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe? Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe? Deze opdracht doe je alleen, in tweetallen of in een Maak een woordveld bij de tekst. Je mag

Nadere informatie

Lesbrief. Introductie

Lesbrief. Introductie Lesbrief Introductie Deze lesbrief hoort bij Lieve Stine, weet jij het? van Stine Jensen en Sverre Fredriksen. Dit boek bestaat uit 20 brieven en antwoorden van filosoof Stine. Deze lesbrief bestaat uit

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. 1. Moet je morgen naar de tandarts? 1. Nee, ik moet morgen

Nadere informatie

Praten met kinderen over de wereld: Tien Tips voor Ouders

Praten met kinderen over de wereld: Tien Tips voor Ouders Praten met kinderen over de wereld: Tien Tips voor Ouders 1. Kies een goed moment! Neem elke dag de tijd voor een gesprek met je kind. Zoek naar een moment dat het beste past bij jullie gezin. Voor de

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen

Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek ntwoord geven op vragen Inleiding Maria heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het

Nadere informatie

Onderzoek: Telefoonetiquette

Onderzoek: Telefoonetiquette Onderzoek: Telefoonetiquette Publicatiedatum: 17 mei 2016 Over het EenVandaag Opiniepanel & 1V Jongerenpanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 30.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op

Nadere informatie

EXTRA SCHRIJFOPDRACHTEN

EXTRA SCHRIJFOPDRACHTEN EXTRA SCHRIJFOPDRACHTEN OPDRACHT 1, 2, 3 EN 4: MAAK DE OPDRACHTEN OP WWW.TAALSTERK.NL. OPDRACHT 5: MAAK DE ZINNEN AF. 1. Ik heb geen uitnodiging gekregen voor het feest. Waarom.. 2. Hakim voelt zich niet

Nadere informatie

Het thema van deze les is Op zoek naar werk. Dit is les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel.

Het thema van deze les is Op zoek naar werk. Dit is les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel. Tekst Audio Les 7 /m 11 Radio Amsterdam Les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel. Track 1 Jingle Track 2 Het thema van deze les is Op zoek naar werk. Dit is les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel.

Nadere informatie

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af. Intro Met de docent Wat ga je doen in dit hoofdstuk? 1 Herhalen: je gaat herhalen wat je hebt geleerd in hoofdstuk 7, 8 en 9. 2 Toepassen: je gaat wat je hebt geleerd gebruiken in een situatie over werk.

Nadere informatie

NT 2 2003/2004 SPREKEN EXAMEN II. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen

NT 2 2003/2004 SPREKEN EXAMEN II. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen SPREKEN Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten EXAMEN II 2003/2004 Opgavenboekje Examennummer kandidaat: Aanwijzingen U gaat een spreektoets maken. De toets bestaat uit drie delen. Elk deel begint met

Nadere informatie

TOETS NT2-1 schrijven. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN. niveau B1. tijdsduur: 120 minuten

TOETS NT2-1 schrijven. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN. niveau B1. tijdsduur: 120 minuten Goed voorbereid slagen voor het staatsexamen NT2 programma 1 Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN niveau B1 tijdsduur: 120 minuten Deel 1: Zinnen afmaken 15 opdrachten Maak de zinnen af: 1. Het is in de vakantie

Nadere informatie

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Lesbrief 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van het thema. Wat leert u in deze les? Vragen naar werk. Je voorstellen.

Nadere informatie

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement 51 51 HOOFDSTUK 4 Te huur WOORDEN 1 1 Ik woon in een flat op de vierde.... a verdieping b appartement 2 Het is een rijtjeshuis met een grote woonkamer en drie.... a tuinen b slaapkamers 3 Mijn woonkamer

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.

Nadere informatie

Nodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel.

Nodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel. Themales kleding taalvrijwilliger/docent Nodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel. opwarming: Cursisten

Nadere informatie

Academie voor Zelfstandigheid Leiden

Academie voor Zelfstandigheid Leiden Academie voor Zelfstandigheid Leiden Zoveel mogelijk een zelfstandig leven leiden, en zo meer regie krijgen over je eigen leven, dat is waar de academie voor Zelfstandigheid voor gaat. Bij de academie

Nadere informatie

MAATWERKHOEKEN LESACTIVITEIT ROLLEN KIEZEN Luisterteksten

MAATWERKHOEKEN LESACTIVITEIT ROLLEN KIEZEN Luisterteksten MAATWERKHOEKEN LESACTIVITEIT ROLLEN KIEZEN Luisterteksten ELIANE Ik wil vooral Nederlands leren voor de kinderen. Ik heb drie kinderen. Ik ben veel thuis met de kinderen. Ik zorg voor de kinderen. Ik wil

Nadere informatie

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont. www.edusom.nl Opstartlessen Les 2. Wonen Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen

Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen Opdracht 1 bij 8.1 ** Doe de opdracht in groepjes. Uitleg voor de docent: Verdeel de klas in groepjes van vier à vijf cursisten. Op pagina 2 vind je een blad met beroepen

Nadere informatie

Uitdaging Workshop 3 Een keuze maken Kun jij goed kiezen?

Uitdaging Workshop 3 Een keuze maken Kun jij goed kiezen? Uitdaging Workshop 3 Een keuze maken Kun jij goed kiezen? Je gaat een nieuw mobieltje kopen. A Je gaat 20 mobieltjes bekijken voor je een keuze maakt. B Je gaat naar de winkel en je koopt er een. C Je

Nadere informatie

GOED VERZEKERD Opdrachtenblad Niveau:

GOED VERZEKERD Opdrachtenblad Niveau: Opdrachten Opdracht 1 Wat denk jij? Is Jasmina hiervoor verzekerd? Hoe heet de verzekering die schade aan anderen vergoedt? Heb je zelf wel eens schade bij iemand anders veroorzaakt? Wat gebeurde er? Is

Nadere informatie

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes http://www.edusom.nl Thema Nederlandse cultuur en gewoontes Lesbrief 32. Mag ik even uitpraten? Wat leert u in deze les? Eén lange zin maken van twee korte zinnen. Je mening geven. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld

Nadere informatie

Dag! kennismaken. Ik ben Eric.

Dag! kennismaken. Ik ben Eric. Vocabulaire Oefening 1 Woordweb Dag! Waar kom je vandaan? groeten Goedemorgen! de ontmoeting Hoe heet je? kennismaken Hoi! mensen Hallo! Ik ben Eric. nieuw Ik kom uit Engeland. Hallo, ik ben Mila. Ik ben

Nadere informatie

Tijdens de week kunt u met vragen terecht bij de hoofdleiding via de volgende telefoonnummers:

Tijdens de week kunt u met vragen terecht bij de hoofdleiding via de volgende telefoonnummers: CONTACTGEGEVENS Tijdens de week kunt u met vragen terecht bij de hoofdleiding via de volgende telefoonnummers: Zeola Smeets Voorzitter 06-23559361 Bas Hakkenberg Vicevoorzitter 06-43419507 Annelijn Hakkenberg

Nadere informatie

werkbladen thema 5 werk

werkbladen thema 5 werk werkbladen thema 5 werk 5.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 Jan staat voor het uitzendbureau. Jan heeft werk. Tarik wil taxichauffeur

Nadere informatie

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens Inleiding Omgangskunde draait om contact maken. Met deze oefeningen hoop ik dat u echt contact kan maken met leerlingen. We willen allemaal gezien en gehoord worden. We zijn allemaal mensen en iedereen

Nadere informatie

Inleiding IN DIT BOEK LEES JE WAAROM STEUN, RESPECT EN VERTROUWEN BIJ VRIENDSCHAP HOREN.

Inleiding IN DIT BOEK LEES JE WAAROM STEUN, RESPECT EN VERTROUWEN BIJ VRIENDSCHAP HOREN. Inleiding Met wie heb je de meeste lol? En wie bel je als je een probleem hebt? Vaak zijn dat je. Sommige mensen hebben veel, andere mensen hebben er maar een paar. Vriendschap is belangrijk in ons leven.

Nadere informatie

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden. Hoe vertel je het de kinderen? Op een gegeven moment moet je de kinderen vertellen dat jullie gaan scheiden. Belangrijk is hoe en wat je hen vertelt. Houd rekening daarbij rekening met de leeftijd van

Nadere informatie

Meningsvorming: jij en vluchtelingen

Meningsvorming: jij en vluchtelingen Meningsvorming: jij en vluchtelingen Korte omschrijving Het kan uw leerlingen bijna niet ontgaan zijn dat de Europese Unie te maken heeft met een grote stroom vluchtelingen. Sinds een paar maanden is dit

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria en

Nadere informatie

Vriendschap. Tekst > Reporters: Valeriya Miasnikova & Serena Passarelli - april Valeriya

Vriendschap. Tekst > Reporters: Valeriya Miasnikova & Serena Passarelli - april Valeriya Tekst > Reporters: Valeriya Miasnikova & Serena Passarelli - april 2018 Valeriya Zes jaar geleden ben ik naar België gekomen. Een maand later ben ik mama geworden. In een gesloten Facebookgroep voor Russischsprekende

Nadere informatie

U leert in deze les om een mening vragen. U wilt dan weten wat iemand vindt.

U leert in deze les om een mening vragen. U wilt dan weten wat iemand vindt. UW MENING GEVEN spreken inleiding en doel Een mening is wat iemand denkt of vindt. U leert in deze les om een mening vragen. U wilt dan weten wat iemand vindt. U leert ook uw mening geven. Uw mening geven

Nadere informatie

Tweede ronde Nederlands voor buitenlanders

Tweede ronde Nederlands voor buitenlanders Tweede ronde Nederlands voor buitenlanders Tweede herziene editie C. Wesdijk A. Blom Oefenboek Inhoud Voorwoord 7 Voor de cursist 8 Voor de docent 10 1 Geachte cursist 13 2 Nederland, waar ligt dat eigenlijk?

Nadere informatie

1. Inzichten en actiepunten Schrijf tijdens de training inzichten en actiepunten op. Noteer ze hier.

1. Inzichten en actiepunten Schrijf tijdens de training inzichten en actiepunten op. Noteer ze hier. Werkboek en Persoonlijk actieplan Een training heeft alleen effect als je er in de praktijk mee aan de slag gaat. Het werkboek en persoonlijk actieplan kunnen je daarmee helpen. 1. Inzichten en actiepunten

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

REGELS. Wat hoort bij elkaar?

REGELS. Wat hoort bij elkaar? 171 171 REGELS 1 1 Ik ga iets eten want a ze geven een feestje. 2 Ik ga iets eten omdat b ik heb honger. 3 Vanavond gaan we naar de buren want c ze een feestje geven. 4 Vanavond gaan we naar de buren omdat

Nadere informatie

TAALDORP FICHES: À L OFFICE DE TOURISME

TAALDORP FICHES: À L OFFICE DE TOURISME TAALDORP FICHES: À L OFFICE DE TOURISME Je bent als toerist in Parijs. Je kent de stad nog niet en wilt graag informatie over een zwembad waar je met je vrienden heen wilt gaan. Je bezoekt de VVV. 1) Groet

Nadere informatie

1. er wordt echt leuke muziek gedraaid. 2. we hebben zes jaar geleden een groot huis gekocht. 3. ik probeer meteen een goedkoop reisje te boeken.

1. er wordt echt leuke muziek gedraaid. 2. we hebben zes jaar geleden een groot huis gekocht. 3. ik probeer meteen een goedkoop reisje te boeken. (Je hoeft niet alle woorden te gebruiken.) zitten, lopen, liggen, staan + luisteren, mensen, lezen, krant, oude mensen, praatje maken, bellen, een vriendin, winkelen, buitenwijk, het is heel slecht. tenzij,

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 5 Gemeente

Spreekopdrachten thema 5 Gemeente Spreekopdrachten thema 5 Gemeente Opdracht 1 bij 5.1 Doe de opdracht met de groep. Knip de kaartjes met antwoorden op deze pagina los. Geef iedere cursist een kaartje. Als er meer cursisten dan kaartjes

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Thema Op zoek naar werk. Demet TV Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands Een stelletje mooie vrienden door Jacques Vriens

Boekverslag Nederlands Een stelletje mooie vrienden door Jacques Vriens Boekverslag Nederlands Een stelletje mooie vrienden door Jacques Vriens Boekverslag door C. 1236 woorden 29 augustus 2016 3,1 2 keer beoordeeld Auteur Genre Jacques Vriens Jeugdboek, Kinderboek Eerste

Nadere informatie

SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN

SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN cursus SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN Samen-Werk-Boek.. www.zozijn.nl/zozijnschool Inhoudsopgave Samen-werken met de mensen om jou heen.... 3 Wat gaan we doen in deze cursus?... 4 Jezelf voorstellen...

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

STAP 1 (tijd: 1 uur, Punten 5)

STAP 1 (tijd: 1 uur, Punten 5) SECTORWERKSTUK HANDLEIDING Je gaat beginnen aan het sectorwerkstuk dat verplicht is binnen onze opleiding. Dit werkstuk gaat over het beroep dat in jouw sector ligt. Aan de hand van het volgende stappenplan

Nadere informatie

Jouw leven & werk. Werkboek voor deelnemers

Jouw leven & werk. Werkboek voor deelnemers Jouw leven & werk Werkboek voor deelnemers Colofon Dit werkboek voor deelnemers hoort bij de cursus Jouw leven & werk. Dit is een cursus voor laaggeletterden die nadenken over de vraag of zij willen gaan

Nadere informatie

Week van de opvoeding

Week van de opvoeding In gesprek Voor ouders en hun kinderen vanaf ca. 12 jaar Het is heerlijk om een goed gesprek te voeren met iemand waar je veel van houdt. Maar soms lukt dat niet goed. Laat je daarom uitdagen tot een eerlijk

Nadere informatie

Inleiding WIST JE DAT JE GEVOEL VAAK BEPAALT WAT VOOR HUMEUR JE HEBT?

Inleiding WIST JE DAT JE GEVOEL VAAK BEPAALT WAT VOOR HUMEUR JE HEBT? Inleiding Gevoelens: we hebben ze allemaal. Maar soms is het lastig te weten hoe je je nu écht voelt. Je bent blij, maar ook zenuwachtig. Of je weet niet of je boos of verdrietig bent. Of je snapt niet

Nadere informatie