Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor het jaar 1997 Nr. 110 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 26 juni 1997 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen 1 heeft op 21 mei 1997 overleg gevoerd met minister Ritzen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen over zijn brieven van 28 april jl. inzake stages in het hoger beroepsonderwijs ( VIII, nr. 96) en van 2 mei jl. ter aanbieding van de notitie «dualisering HBO». Van het overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit. Vragen en opmerkingen uit de commissie 1 Samenstelling: Leden: Beinema (CDA), Van der Vlies (SGP), Van Nieuwenhoven (PvdA), M.M.H. Kamp (VVD), voorzitter, De Cloe (PvdA), Janmaat (CD), Van Gelder (PvdA), ondervoorzitter, Van de Camp (CDA), Mulder-van Dam (CDA), Hendriks, Rabbae (GroenLinks), Jorritsma-van Oosten (D66), De Koning (D66), Koekkoek (CDA), J.M. de Vries (VVD), Liemburg (PvdA), Stellingwerf (RPF), Lambrechts (D66), Rijpstra (VVD), Cornielje (VVD), Cherribi (VVD), Dijksma (PvdA), Sterk (PvdA), Van Vliet (D66) en Bremmer (CDA). Plv. leden: Reitsma (CDA), Schutte (GPV), Lilipaly (PvdA), Klein Molekamp (VVD), Valk (PvdA), Poppe (SP), Duivesteijn (PvdA), Ten Hoopen (CDA), Van der Hoeven (CDA), Verkerk (AOV), Oedayraj Singh Varma (GroenLinks), Bakker (D66), Van t Riet (D66), De Haan (CDA), Van Heemskerck Pillis-Duvekot (VVD), Rehwinkel (PvdA), Leerkes (Unie 55+), Versnel-Schmitz (D66), Essers (VVD), Korthals (VVD), Passtoors (VVD), Huys (PvdA), Van Zuijlen (PvdA), Verhagen (CDA) en Lansink (CDA). Mevrouw De Vries (VVD) stelde allereerst vast dat het inspectierapport zich teleurgesteld uitlaat over de stages in HBO: de functie van de stage is niet altijd expliciet beschreven in relatie tot de gevolgen van de inrichting van de stage; te weinig expliciete vertaling van opleidingseindtermen naar stagedoelen; te weinig greep op de werkzaamheden die tijdens de stage worden verricht. De minister heeft naar aanleiding van het rapport uitgebreid overleg gevoerd met de HBO-raad, hetgeen heeft geresulteerd in een aantal acties. Mevrouw De Vries zei zich daarin te kunnen vinden. Het is belangrijk dat de kwaliteit en de samenhang met de opleiding van de stages toenemen. De VVD zal het beleid terzake kritisch volgen in de wetenschap dat een en ander niet binnen enkele maanden zijn beslag zal kunnen krijgen. Het inspectierapport heeft een sterke samenhang met de notitie over dualisering. Uiteindelijk wijken de doelstellingen van de praktijk, hetzij in de vorm van een stage, hetzij als werknemer in een duaal traject, natuurlijk niet veel van elkaar af. Gezien het oordeel van de inspectie over de stageplaatsen is een extra kritische houding ten opzichte van de duale trajecten op haar plaats. De inspectie stelt dat de kwaliteit van de stageplaats in hoge mate de kwaliteit van de beroepsopleiding bepaalt. Dat geldt natuurlijk ook voor de duale trajecten. Wat dit laatste betreft vond mevrouw De Vries de toonzetting van de stukken van de minister iets te opgewekt. Een van de belangrijkste conclusies van de discussie over het hoger onderwijs uit 1994/1995 was, dat gewaakt moet worden tegen overspecia- 7K2466 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 1997 Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

2 lisatie en een daarmee gepaard gaande versmalling van opleidingen. Dat zou immers de afgestudeerde beperken in zijn flexibiliteit en zijn mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Daarom is afgesproken zowel in het HBO als het WO het aantal opleidingen te verlagen en te bundelen tot opleidingen met een brede en stevige basis. Wat het HBO betreft is ondertussen de eindfase van dat proces aangebroken. Door de opleiding toe te spitsen op een leerarbeidsovereenkomst zal de beroepsgerichtheid toenemen. Maar tegelijkertijd bergt dat het risico in zich van verdere specialisatie van opleidingen en een gerichtheid op concrete wensen van bedrijven om de leerarbeidsovereenkomsten binnen te kunnen slepen. Bij leerarbeidsovereenkomsten wordt immers verwacht dat de student direct productief is. Daardoor zal er vanuit de stageverlenende instantie druk ontstaan om de leercomponent te richten op de praktijk van het «aan de slag gaan». Leerarbeidsovereenkomsten zullen daarom ongetwijfeld ten koste gaan van de theoretische component van de opleiding. Deze te sterke praktische beroepsgerichtheid leidt eerder tot een versmalling van de opleiding en een beperking van de flexibiliteit van de afgestudeerde op de arbeidsmarkt dan tot een bredere inzetbaarheid. Dit in tegenstelling tot stages waarvan het karakter anders kan zijn, bijvoorbeeld in de vorm van een onderzoek. De afhankelijkheidsrelatie tussen student en arbeidsorganisatie is bij stages ook minder, waardoor de student in staat wordt gesteld om zijn eigen ervaringen op te doen. Een afname van de theoretische component kan ook afbreuk doen aan het innovatieve karakter van de HBO-opleidingen. Versmalling zou nog versterkt kunnen worden doordat organisaties die een leerarbeidsovereenkomst hebben getekend de afgestudeerde graag vast zullen willen houden, ook al omdat ze er al in geïnvesteerd hebben. Het is natuurlijk zeer prettig dat een afgestudeerde direct aan het werk kan gaan, maar de student/afgestudeerde loopt daardoor wel de kans te lang in dezelfde sector of in hetzelfde bedrijf te blijven, wederom met het gevaar dat zijn flexibiliteit op de arbeidsmarkt wordt beperkt. In dit verband is het nuttig te weten dat, hoewel er bij veel HBO-opleidingen problemen bestaan met de beroepsprofielen, eindtermen en de aansluiting op de arbeidsmarkt, de visitatiecommissies in het algemeen eerder wijzen op het belang van meer theoretische diepgang. Toegegeven moet worden dat duale trajecten de betrokkenheid van het werkveld kunnen vergroten, maar het tot stand brengen van meer betrokkenheid en terugkoppeling vanuit het werkveld is primair de verantwoordelijkheid van de instellingen zelf en niet van het werkveld of van de studenten. Ook de inspectie stelt dat de kwaliteit van de stageplaats een verantwoordelijkheid is van de opleidingen. HBO-leraren zouden in eerste instantie de ontwikkelingen en contacten met het werkveld moeten onderhouden en die ervaringen in hun lessen moeten vertalen in plaats van andersom. Daarnaast moet de begeleiding van de stages, zowel met betrekking tot de student als de stageverlenende instantie, door de instellingen worden verbeterd. De problemen op dit punt wijzen er al op dat het geen zin heeft om complete, veel intensievere duale trajecten op te zetten als de stages al onvoldoende functioneren. De aard van sommige beroepen brengt met zich mee dat een duaal traject niet voor de hand ligt. Het gaat hierbij vooral om beroepen waarvoor een tamelijk hoge theoretische kennis en een hoge mate van professionele autonomie in de praktijk vereist zijn. In deze gevallen is het bepaald risicovol om niet-bevoegden aan het werk te zetten omdat ze hun theoretische opleiding nog niet hebben voltooid en omdat ze vanwege de professionele autonomie onvoldoende begeleid zullen worden (bijvoorbeeld fysiotherapeut of logopedist). Bij de zelfstandige uitoefening van deze beroepen kijkt er niemand over de schouder mee. In de verzorging/ verpleegkunde ligt zeer goed vast wat een student-verpleegkundige zelfstandig mag doen. De begeleiding hierin is zeer consciëntieus. Dat moet ook gelden voor het leraarschap. Een uitgebreide stage, goed Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

3 begeleid en zorgvuldig opgebouwd, moet leiden tot een goede voorbereiding op het beroep. Het zal moeilijk genoeg zijn om die stages voldoende kwalitatief in te vullen vanwege de hoge druk in het onderwijs en de beperkte beschikbare tijd. De kwaliteit van de leraar moet voorop staan voordat hij zelfstandig voor de klas staat. Duale trajecten in het HBO moeten een kans krijgen. Niettemin is het niet juist om terug te kijken naar de situatie van Er was toen niet zozeer sprake van duale trajecten als wel van tweedekansers en anderen die door in de avonduren te studeren hun positie op de arbeidsmarkt wilden verbeteren. De inrichting van het HBO en de studiefinanciering hebben heel veel nieuwe mogelijkheden geboden, waardoor het aantal deeltijdstudenten is teruggelopen. Voor beroepsonderwijs is contact met het beroepenveld essentieel. Van het HBO mag echter worden verwacht dat studenten niet alleen praktisch maar ook theoretisch hoog worden geschoold. Motieven van studiefinanciering mogen noch voor instellingen, noch voor de studenten de eerste reden zijn om aan een duaal traject deel te nemen. Opleidingen moeten kunnen worden aangesproken op de kwaliteit en niet het bedrijfsleven dat een deel betaalt. Want wie betaalt bepaalt en dat vond mevrouw De Vries een ongewenste ontwikkeling. Zij kondigde aan bij elke ontwikkeling tot een duaal traject de vraag te stellen in hoeverre sprake is van een kwalitatief verantwoorde verbreding van het aanbod ten behoeve van het onderwijs, student en arbeidsmarkt. Mevrouw Van der Hoeven (CDA) vroeg allereerst of de minister mogelijkheden ziet om wat betreft de kwaliteitsverbetering van de stages de vinger aan de pols te houden en waar nodig in te grijpen. Zijn er opleidingen waar het echt niet goed gaat? Wat bepaalt overigens de keuze tussen een stageplaats en dualisering? Het leek mevrouw Van der Hoeven dat een opleiding expliciet haar overwegingen kenbaar moet maken. Dualisering van het HBO moet niet worden gezien als hét middel om tot kwaliteitsverbetering te komen. Aansluiting op de praktijk is een goede zaak maar draagt tegelijkertijd beperkingen in zich. Het doorlopen van een prachtige carrière binnen een bedrijf kan aan het einde van de rit betekenen dat de flexibiliteit op de arbeidsmarkt zeer gering is. Dualisering van het HBO draagt overigens onmiskenbaar voordelen in zich. Toch wilde mevrouw Van der Hoeven aandacht vragen voor enkele aspecten. Het eerste betreft de bereidheid van werkgevers om leerarbeidsovereenkomsten af te sluiten. Hoe hoog schat de minister die bereidheid in? En hoe denkt hij de kwaliteit van het duale traject te kunnen waarborgen? Ook vroeg zij aandacht voor de financiële aspecten. Wat betreft de HBO-student/werknemer is er de kwestie van de vergoeding van 130% van het minimumloon. Verder dienen zich de vragen aan als: hoeveel gaat de tegemoetkoming in de loonkosten kosten, welke dekking wordt daarvoor gekozen en hoe zal worden gestimuleerd dat daarvan daadwerkelijk gebruik zal worden gemaakt? Hoe oordeelt de minister over de verschillen tussen de leerarbeidsovereenkomsten? Is hij van zins tot een zekere stroomlijning te komen? Kan hij iets zeggen over de invloeden vanuit de sector op het karakter van de leerarbeidsovereenkomsten? Voorts vroeg mevrouw Van der Hoeven naar de positie van afgestudeerden in het MKB-traject. Het hebben van een LIO leidt tot wachtgeldverplichtingen, maar dat geldt niet voor het MKB-traject. Hoe oordeelt de minister over dit verschil? Het laatste studiejaar in het MKB-traject is uitgespreid over drie jaar. Levert dit problemen op met de prestatiebeurs? Zo ja, hoe denkt de minister die op te lossen? Wat gebeurt er overigens met de prestatiebeurs als een voltijdstudent deeltijdstudent wordt? Kan de minister tijdens dit overleg toezeggen dat de rente op de studieschuld zal worden stopgezet bij deeltijdstudenten in het duale traject? Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

4 Ten slotte vroeg mevrouw Van der Hoeven naar de gevolgen van de bekostiging van HBO-scholen als ten gevolge van de dualisering minder uren college worden gegeven. De heer Van Gelder (PvdA) zei het van groot belang te vinden ook voor het HBO na te gaan hoe de relatie met de praktijk kan worden versterkt. Als zodanig spelen de stages een belangrijke rol. Hij ging ervan uit dat ook de minister van mening is dat stages een essentieel onderdeel uitmaken van de opleiding en bij de beoordeling van de kwaliteit van de opleiding een rol behoren te spelen. De heer Van Gelder kon zich overigens vinden in de door de minister aangekondigde actiepunten naar aanleiding van het inspectierapport. Dualisering moet geen dogma zijn. Het gaat erom dat jongeren naar een bepaald eindniveau worden gebracht en de wijze waarop dat gebeurt, moet worden bepaald door die jongeren zelf en niet door de opleiding. Een dergelijke aanpak zou ook nuttig kunnen zijn in het kader van het HBO. Een meer gedifferentieerd aanbod kan beter inspelen op allerlei met permanente educatie samenhangende aspecten. Daarom vond de heer Van Gelder de ontwikkeling in de richting van dualisering zeer nuttig en stemde hij geheel in met de fiscale stimulansen die de minister heeft geboden. Deeltijdonderwijs is niet hetzelfde als dualisering. Beide zaken kunnen naast elkaar bestaan. Hoe ziet de minister dit? Het is natuurlijk aan de instelling zelf om te bepalen of er voldoende draagvlak is bij studenten en bedrijfsleven voor een stage- dan wel een dualiseringstraject. Duidelijk is wel dat niet met schlabonen kan worden gewerkt. Wel moet er sprake zijn van een algemeen raamwerk om te voorkomen dat in identieke situaties verschillende onderwijsarbeidsovereenkomsten worden gehanteerd. Het spreekt vanzelf dat voldaan moet worden aan de wettelijke kwaliteitscriteria. Resteert de vraag of de minister erin zal slagen wetgeving tot stand te brengen die het scholen mogelijk maakt adequaat te reageren. Mevrouw Jorritsma-Van Oosten (D66) stelde dat het inderdaad de moeite waard is te streven naar een koppeling tussen beroepsopleiding en bedrijfsleven. Het is duidelijk dat de vraag hoe daaraan vorm en inhoud moet worden gegeven niet volstrekt eenduidig wordt beantwoord. In het inspectierapport worden veel kanttekeningen geplaatst bij de betrokkenheid van enerzijds bedrijven en instellingen die stageplaatsen beschikbaar stellen en anderzijds de opleidingen. De belangen van de studenten worden echter ten onrechte mondjesmaat genoemd in het rapport. Ook is er te weinig aandacht voor de vraag naar de relatie tussen de kwaliteit van de stages en de kwaliteits- en studeerbaarheidscriteria. In het inspectierapport staat dat stageverlenende instellingen in sommige gevallen een bepaald bedrag aan de onderwijsinstelling betalen die dan garant staat voor de aflevering van een bepaald «product». Mevrouw Jorritsma vond dit een nogal merkwaardige formulering. Ook wordt vermeld dat dit soms een voorwaarde is bij het goedkeuren van een stageplaats. Het is in het algemeen al moeilijk voor onderwijsinstellingen om stageplaatsen te verwerven en het leek haar dat een dergelijke voorwaarde het er alleen maar lastiger op maakt. Als er al betaald wordt voor het werk van een student, zou het geld aan die student zelf moeten worden overgemaakt want hij is per slot van rekening degene die de arbeidsprestatie levert. Het inspectierapport is gemaakt naar aanleiding van een onderzoek dat in 1995 heeft plaatsgevonden. In mei 1996 is het gepubliceerd en sindsdien wordt het betrokken bij de visitaties. Op 25 september 1996 was het onderwerp van bestuurlijk overleg met de HBO-raad, terwijl ook de studentenbonden er kanttekeningen bij hebben geplaatst. Pas op 28 april 1997 kwam er een brief van de minister aan de Tweede Kamer. Had dat niet eerder gekund? De problematiek van de HBO-stages zal in 2000 Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

5 opnieuw kritisch worden bekeken, maar het leek mevrouw Jorritsma gewenst om reeds daarvoor de stages te betrekken bij de normale kwaliteitsbeoordeling. De notitie is bijna euforisch over de voordelen van dualisering. Aan dualisering zijn inderdaad voordelen verbonden, maar toch wilde mevrouw Jorritsma enkele kanttekeningen plaatsen. De leerarbeidsplaats heeft duidelijk een relatie met het peil van het uiteindelijke HBO-diploma, maar hoe wordt die relatie precies gelegd? Daarbij komen zaken aan de orde als studiepunten e.d. Hoe kan worden gegarandeerd dat de invloed van bedrijven en instellingen op de leerarbeidsovereenkomsten niet te groot wordt? Mevrouw Jorritsma zei van harte in te stemmen met het MKB-traject, maar vroeg zich af hoe versnippering bij opleidingen en diploma s kan worden voorkomen. Zij drong erop aan bij het stimuleren van duale leerwegen niet alleen aandacht te schenken aan de positie van instellingen en studenten, maar ook aan de mensen die in de instellingen verblijven. Daarvoor zou ook een win-winsituatie moeten gelden. Is er afhankelijk van de opleiding een duale opleiding dan wel een voltijdsopleiding met stages? Dient van tevoren aan de student duidelijk te worden gemaakt dat hij na zijn propedeuse terecht kan in een instelling voor het vervolg van zijn duale opleiding? Wat gebeurt er als dat niet lukt? Mevrouw Jorritsma wees in dit verband nog op de mogelijkheid dat een LIO-student een inkomen ontleent aan arbeid, terwijl een student van dezelfde opleiding die een stage loopt nauwelijks of geen inkomen krijgt. Concluderend merkte mevrouw Jorritsma het een prima zaak te vinden dat er wordt gewerkt tijdens een opleiding. Wel zal heel goed moeten worden nagegaan of het instrument van de stage dan wel een leerarbeidsplaats moet worden gehanteerd. Daarbij zal uitdrukkelijk aandacht moeten worden besteed aan de belangen van de studenten en van de mensen in de instellingen. Ook dient de begeleiding in beide gevallen meer structuur te krijgen en minder persoonsafhankelijk te maken. Verder dient er een goede controle te zijn op de praktijk. Ten slotte dient er zowel bij stages als bij leerarbeidsplaatsen een meerjarig contract te worden afgesloten waarin al deze zaken worden geregeld en waarin ook de verantwoordelijkheden van de diverse partijen duidelijk worden verwoord. Over de beloning van studenten die het MKB-traject volgen wordt enerzijds gezegd dat rekening moet worden gehouden met de CAO van de betrokken bedrijfstak en anderzijds dat het in de praktijk altijd neerkomt op het minimumloon. Bepalen alle MKV-CAO s dat leerarbeidsplaatsen met het minimumloon worden gehanteerd? Geldt dat ook voor leerarbeidsplaatsen in andere sectoren? Het leek mevrouw Jorritsma dat de student aan het einde van de opleiding dusdanig gekwalificeerd is dat hij hoger zou moeten worden ingeschaald dan het minimumloon. Als een HBO-leerarbeidsplaatsstudent boven de 140% van het minimumloon komt, vervalt dan de fiscale tegemoetkoming? De wettelijke kwaliteitseisen voor de leerarbeidsplaatsen dienen een plaats te krijgen in het algemene kwaliteitsen studeerbaarheidskader. Ook dient een relatie te worden gelegd met het eindniveau van de HBO-diploma s. Dit alles zou ertoe kunnen leiden dat de visitatiecommissies zich niet alleen buigen over de kwaliteit van de stages, maar ook over de kwaliteit van de leerarbeidsplaatsen. Denkt de minister dat hierover afspraken kunnen worden gemaakt met de werkgevers? Ten slotte merkte mevrouw Jorritsma op dat er altijd verschillen zullen blijven bestaan, maar het leek haar toch goed dat een projectmanagement toeziet op de noodzakelijke transparantie en de kwaliteit van de leerarbeidsplaatsen. Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

6 Het antwoord van de minister De minister zei zeer binnenkort bestuurlijk overleg te hebben met de HBO-raad waarbij onder andere zal worden gesproken over de mogelijkheid de HBO-stages onderdeel te laten zijn van het kwaliteits- en studeerbaarheidstraject. De HO-inspectie heeft wederom een onderzoek naar de stages op de rol staan in het jaar De minister zegde toe, gehoord de commissie, een dergelijk onderzoek dat dan iets minder diepgaand zou kunnen zijn eerder te laten verrichten. De mogelijkheden tot kwaliteitsverbetering zijn gigantisch groot. Er is inmiddels een stagebrochure opgesteld waarin wordt gewezen op succes- en faalfactoren. Wat het eerste betreft moet worden gedacht aan professionele begeleiding en actieve betrokkenheid van de stagedocent bij de stage. Uit het inspectierapport blijkt dat stages in de sfeer van techniek en economie goed verlopen, maar dat in andere sectoren stages een onbeduidende rol spelen in de opleiding als zodanig. De minister zegde toe hierover nadere schriftelijke informatie te verstrekken. De bewindsman erkende dat in de notitie «dualisering HBO» onvoldoende onderscheid wordt gemaakt tussen deeltijdopleidingen en gedualiseerde opleidingen. Bij het laatste is echt sprake van een combinatie van werk en leren, waarbij het werk uitsluitend plaatsvindt in het kader van het leren. Bij een deeltijdopleiding zit de leerling niet fulltime op school. Iemand kan een deeltijdopleiding volgen zonder dat hij werkt. Dat het aantal deeltijdopleidingen enorm is gedaald, heeft wellicht te maken met de gunstige condities van de fulltimeopleidingen. Het aantal personen dat gedualiseerde opleidingen volgt is overigens zeer gering (minder dan 1% van de HBO-studenten). De minister benadrukte dat altijd en overal de kwaliteit van de opleiding centraal staat. Ook vroeg hij aandacht voor de kenmerken van een stageplaats versus die van een leerarbeidsplaats. In het laatste geval kennen beide partijen exact hun rechten en plichten, terwijl de gemiddelde stageplaats een min of meer marginaal karakter blijft behouden en een veel minder verplichtend karakter heeft. De stageovereenkomst, die geen arbeidsrechtelijke aspecten bevat, bestrijkt een tussengebied. De arbeidsrechtelijke kant van de zaak is natuurlijk niet een doel, maar een middel om te komen tot een echt contract. De vraag is nu welke faciliteiten moeten worden verbonden aan het opleggen van verplichtingen. De minister zei de internationale ontwikkelingen op dit punt nauwlettend te volgen. Wil een fiscale faciliteit worden geboden, dan moet er sprake zijn van een leerarbeidsovereenkomst waarin de opleidingsdoelen helder zijn geformuleerd. De beloning van de studenten varieert overigens. In de bouw is sprake van een hogere beloning dan het minimumloon omdat men in die sector geen minimumloonschalen kent. In het HBO zijn ondertussen uitstekende ervaringen opgedaan met het MKB-traject waarbij zo n 60 studenten zijn betrokken. Zowel de betrokken bedrijven als de studenten reageren enthousiast. Alleen in bepaalde specifieke gevallen bijvoorbeeld als een student een project doet naar analogie van een derde geldstroomproject betalen bedrijven de stageplaats. De breedte van de duale opleiding moet gewaarborgd zijn, evenals de theoretische component. Toch zal de wisselwerking met de praktijk groter worden. De bewindsman benadrukte dat op geen enkele wijze sprake is van een bezuiniging. Er is integendeel sprake van een fiscale faciliteit die geen enkel gevolg heeft voor de bekostiging van het HBO of de studiefinanciering. De 130%-regel is nog niet aangepast. Dat zal gebeuren per 1 januari 1999 waarbij vanaf 1 januari 1998 sprake is van een overgangsperiode. Hierover zal nog worden gesproken in het voorjaarsoverleg met werkgevers en werknemers. Van groot belang is te weten hoe ver de Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

7 werkgevers zijn met de assistentopleidingen. De bouw, een van de twee bedrijfstakken die boven de 130% zit, kent nog geen assistentopleidingen. Verschillen tussen leerarbeidsovereenkomsten van de diverse bedrijfssectoren dienen inderdaad zoveel mogelijk te worden weggenomen. Binnen de bedrijfssectoren zelf is sprake van een vrij homogene situatie. In het algemeen zullen zich ook bij LIO s geen wachtgeldproblemen voordoen omdat de lengte van het dienstverband te kort is geweest. De rentetelling op studieschuld wordt inderdaad stilgezet tijdens het traject van de gedualiseerde opleiding. Tweede termijn Mevrouw De Vries (VVD) zei verheugd te zijn over het feit dat de inspectie eerder dan in 2000 de stages wederom op de rol zal zetten. Het is goed dat ook de minister zich terdege realiseert dat er verschil is tussen deeltijdopleidingen en duale trajecten. Uit zijn antwoord blijkt dat er nog slechts weinig studenten aan deelnemen, maar dat kan juist een reden zijn om de vinger aan de pols te houden en te leren van de in andere trajecten opgedane ervaringen. Mevrouw De Vries legde nog de nadruk op de noodzaak de eindtermen en ook de transparantie van de opleidingen goed in de gaten te houden, welk traject er ook wordt gevolgd. Het moet volstrekt duidelijk zijn aan werknemers en studenten welke de inhoudelijke mogelijkheden zijn om de eindtermen te realiseren. Het mag absoluut niet zo zijn dat studiefinancieringsargumenten voorop staan. Een student moet op basis van onderwijsinhoudelijke argumenten een keuze maken. Mevrouw De Vries merkte ten slotte op blij te zijn dat de renteteller wordt stopgezet in een periode waarin gewerkt wordt en niet gestudeerd. Mevrouw Van der Hoeven (CDA) herhaalde haar vraag naar de gevolgen voor de prestatiebeurs bij het volgen van de MKB-route en bij het overgaan van een fulltime- naar een deeltijdstudie. Ook zij benadrukte dat de eindtermen van een opleiding altijd dezelfde moeten zijn, ongeacht de leerweg die wordt gevolgd. Onderwijsinhoudelijke argumenten dienen altijd voorop te staan. Als onvoldoende gekeken wordt naar de inhoud van en de verantwoordelijkheden binnen een duaal traject, doemen dezelfde problemen op als in het stagetraject. Verder vroeg mevrouw Van der Hoeven nog of een duale student op dezelfde wijze wordt bekostigd als een deeltijdstudent of een volletijdsstudent. Het zou goed zijn na te gaan of de bekostiging van duale en niet-duale studenten dezelfde is. Het leek haar ten slotte van belang om jaarlijks een rapportage te krijgen over de ontwikkeling binnen de duale opleidingen. De heer Van Gelder (PvdA) wees erop dat de stages in het MBO ook niet de schoonheidsprijs verdienen, maar dat dat niet tot gevolg heeft gehad dat de dualisering om zeep werd geholpen. Hij kon zich dan ook niet altijd even goed de zorgen van zijn collega s voorstellen. Essentieel is dat de minister verantwoordelijk is voor de kwaliteitsbewaking en daarover verantwoording aflegt aan de Kamer. Er dient inderdaad gestreefd te worden naar transparantie. HBO-instellingen moeten worden uitgedaagd gestalte te geven aan transparante opleidingen maar dan wel op verschillende manieren die tegemoet komen aan de wensen van studerende/werkende jongeren en de stageverlenende instellingen. Het leek de heer Van Gelder van belang dat ten behoeve van de dualisering, die al naar gelang het HBO-traject in kwestie een ander karakter zal dragen, een raamovereenkomst tot stand wordt gebracht op grond waarvan partijen duidelijk kunnen weten onder welke condities (bekostiging van de scholen en «lonen» van de jongeren) leerarbeidsovereenkomsten totstandkomen. Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

8 Ook mevrouw Jorritsma-van Oosten (D66) was blij dat eerder dan in 2000 wederom naar de kwaliteitsaspecten van de stages wordt gekeken en de opname van stages in het kwaliteits- en studeerbaarheidstraject aan de orde wordt gesteld. Onduidelijk is nog de rol van de visitatiecommissies bij de beoordeling van de leerarbeidsplaatsen. Wordt op dit punt iets geregeld in het overleg met de werkgevers? Wat gebeurt er als het niet lukt om voordat de propedeuse is gehaald duale leerarbeidsovereenkomsten af te sluiten in HBO-verpleegopleidingen? Vervolgens vroeg mevrouw Jorritsma nogmaals de aandacht voor de «objecten» van de stage of leerarbeidsplaats (patiënten, leerlingen en cliënten). Ziet de minister kans te bevorderen dat in een contract de verantwoordelijkheden van de diverse partijen worden vastgelegd? De minister zei een gemeenschappelijke lijn te ontwaren in de inbreng van de commissieleden: de kwaliteit van de opleiding en keuzevrijheid. Het mag inderdaad niet voorkomen dat een bepaalde opleiding alleen maar in duaal verband kan worden gevolgd. Het zou hem een lief ding waard zijn als de keuzevrijheid zou worden vergroot door naast de gewone opleiding met een stage een gedualiseerde opleiding te hebben. Zo ver is het echter nog lang niet. Keuzevrijheid laat de transparantie onverlet, want binnen een opleiding dienen dezelfde eindtermen te gelden en dus ook eenzelfde visitatie (ook van de arbeidsplek). De eindtermen dienen te allen tijde bepalend te zijn. Gelukkig zijn aan bedoelde keuzevrijheidvergroting geen extra kosten verbonden. Het door mevrouw Van der Hoeven gesignaleerde probleem met de prestatiebeurs is nog niet opgelost. De minister zegde toe na te zullen laten gaan of inderdaad sprake is van een echt probleem. Als dat het geval is, zal de Kamer worden geïnformeerd over de gekozen oplossingsrichting. Ook zegde hij toe de Kamer jaarlijks te informeren over de ontwikkelingen binnen de duale opleidingen. Een duale student wordt bekostigd als volletijdsstudent omdat de student de tijd dat hij werkt bij instelling of bedrijf goed moet worden begeleid door de onderwijsinstelling. De minister merkte ten slotte op, samen met het projectmanagement een raamovereenkomst op te zullen stellen. Het leek hem gewenst dat zoveel mogelijk de afspraken tussen arbeidsplekverlenend bedrijf of instelling, student en de school schriftelijk worden vastgelegd. Uit het inspectierapport blijkt niet van problemen tussen de «objecten» van stages (leerlingen, patiënten en cliënten) en stagiaires. De voorzitter van de commissie, M. M. H. Kamp De griffier van de commissie, Roovers Tweede Kamer, vergaderjaar , VIII, nr

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 24 724 Studiefinanciering Nr. 28 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 19 mei 1998 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 330 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met de overgang van studerenden van de ziekenfondsverzekering naar de particuliere

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23 400 VIII Vaststelling van de begrotïng van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 21 501-06 Onderwijsraad Nr. 14 1 Samenstelling: Leden: Van der Linden (CDA), Blauw (VVD), Van Nieuwenhoven (PvdA), Weisglas (VVD), Terpstra (CDA),

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 615 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 1998 Nr. 12 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 21 januari 1998 De vaste commissie voor Onderwijs,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 400 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 197 Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 23 901 Minderhedenbeleid 1995 Nr. 22 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 5 september 1995 De vaste commissie van Onderwijs, Cultuur en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 957 Wijziging kiesstelsel 26 976 Positie van de Eerste Kamer Nr. 3 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 6 maart 2000 De vaste commissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1994-1995 23968 Mediabeleid Nr. 4 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 29 december 1994 De vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 600 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor het jaar 2003 Nr. 127 BRIEF

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 960 Lumpsumbekostiging voortgezet onderwijs Nr. 1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 17 april 1998 De vaste commissie voor Onderwijs,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal Centraal Informatiepunt

Eerste Kamer der Staten-Generaal Centraal Informatiepunt Eerste Kamer der Staten-Generaal Centraal Informatiepunt Den Haag, 15 maart 2000 Aan de leden en de plv. leden van de vaste commissie voor Justitie OVERZICHT van stemmingen in de Tweede Kamer betreffende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 315 Decentralisatieproces maatschappelijke opvang Nr. 3 HERDRUK 3 1 Samenstelling: Leden: Schutte (GPV), Van Rey (VVD), voorzitter, Terpstra

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 30 012 Leven Lang Leren Nr. 30 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 24 724 Studiefinanciering Nr. 163 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 7 februari 2017 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 555 Decemberverslag 1995 van de Algemene Rekenkamer Nr. 5 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 11 maart 1996 De algemene commissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 396 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs,

Nadere informatie

Uw brief van. 31 maart 2008

Uw brief van. 31 maart 2008 logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 13 juni 2008 BVE/I&I/21221 Uw brief van 31 maart 2008 Uw kenmerk 2070815960 Onderwerp Vragen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 23 900 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 1995 Nr. 35

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 21 860 Weer samen naar school Nr. 50 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 8 mei 1997 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 800 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996±1997 28 augustus 1997 Lijst van commissies, delegaties en fracties Postadres : Postbus 20018, 2500 EA 's-gravenhage Bezoekersadres : Lange Poten 4,

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Aangenaam, wij zijn duo DUO staat voor Dienst Uitvoering Onderwijs. We voeren verschillende onderwijswetten en -regelingen uit namens het ministerie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 400 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-21 800 IX B Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk IX B (Ministerie van Financiën) voor het jaar Nr. 25 VERSLAG

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

De voorzitter van de commissie Wolbert. Adjunct-griffier van de commissie Arends

De voorzitter van de commissie Wolbert. Adjunct-griffier van de commissie Arends 24 724 Studiefinanciering Nr. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld d.d. Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 200 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2008 Nr. 183 BRIEF

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 000 XII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 1997

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 597 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs ter bestendiging en actualisering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 376 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met het onder de prestatiebeurs brengen van de reisvoorziening Nr. 3 MEMORIE VAN

Nadere informatie

Juridische medewerker

Juridische medewerker 28-11-2013 Sectorwerkstuk Juridische medewerker Temel, Elif HET ASSINK LYCEUM Inhoudsopgave Inhoud Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 Hoeveel procent van de opleiding bestaat uit stage?... 6 o Begeleiding...

Nadere informatie

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Aangenaam, wij zijn duo DUO staat voor Dienst Uitvoering Onderwijs. We voeren verschillende onderwijswetten en -regelingen uit namens het ministerie

Nadere informatie

TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004

TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004 TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB0 1999-2004 De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert,

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering IPC 2250 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus

Nadere informatie

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling

Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Beroepsbegeleidende leerweg Ook voor uw bedrijf of instelling Aangenaam, wij zijn duo DUO staat voor Dienst Uitvoering Onderwijs. We voeren verschillende onderwijswetten en -regelingen uit namens het ministerie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 28 447 Regeling met betrekking tot tegemoetkomingen in de kosten van kinderopvang en waarborging van de kwaliteit van kinderopvang (Wet kinderopvang)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 24 578 MAVO/VBO/VSO Nr. 8 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 10 september 1997 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 807 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 2000 Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETEN- SCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie Nr. 235 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 6 februari 2015 De vaste commissie voor

Nadere informatie

Protocol PDG en educatieve minor

Protocol PDG en educatieve minor Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject

Nadere informatie

Datum 1 december 2016 Betreft Nadere vragen inzake de financiële positie van geneeskundestudenten als coassistent

Datum 1 december 2016 Betreft Nadere vragen inzake de financiële positie van geneeskundestudenten als coassistent >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG.. Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 733 Informatie- en communicatietechnologie (ICT) in het onderwijs Nr. 1 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 21 oktober 1997 De vaste

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 23 900 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 513 Wijziging van de Wet Luchtverkeer (bewijzen van bevoegdheid, bestrijding drank- en drugsgebruik) Nr. 4 VERSLAG Vastgesteld 12 januari 1996

Nadere informatie

VERDRINGING STAGEPLAATSEN VMBO? RESULTATEN VAN EEN INSPECTIEONDERZOEK IN HET SCHOOLJAAR 2008/2009

VERDRINGING STAGEPLAATSEN VMBO? RESULTATEN VAN EEN INSPECTIEONDERZOEK IN HET SCHOOLJAAR 2008/2009 VERDRINGING STAGEPLAATSEN VMBO? RESULTATEN VAN EEN INSPECTIEONDERZOEK IN HET SCHOOLJAAR 2008/2009 Utrecht, maart 2010 INHOUD Inleiding 7 1 Het onderzoek 9 2 Resultaten 11 3 Conclusies 15 Colofon 16

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 263 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in verband met onder meer niet-indexering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 29 544 Arbeidsmarkbeleid Nr. 339 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 750 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2014 L VERSLAG VAN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 400 VII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken (VII) voor het jaar 1996 Nr.

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 december 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 december 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 397 Vernieuwing studiefinanciering Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Flexibilisering van het onderwijs aan volwassenen kan alleen door het systeem volledig anders te gaan opzetten en is niet gebaat bij het veranderen

Flexibilisering van het onderwijs aan volwassenen kan alleen door het systeem volledig anders te gaan opzetten en is niet gebaat bij het veranderen 19 JUNI 2014 Flexibilisering van het onderwijs aan volwassenen kan alleen door het systeem volledig anders te gaan opzetten en is niet gebaat bij het veranderen van de bestaande situatie Flexibilisering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 23 901 Minderhedenbeleid 1995 Nr. 23 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 27 september 1995 De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken

Nadere informatie

Algemene info over de vakbond en haar maatschappelijke rol

Algemene info over de vakbond en haar maatschappelijke rol Algemene info over de vakbond en haar maatschappelijke rol Waarom zijn er vakbonden?... 1 CNV... 1 Afsluiten van CAO s... 2 Leden van een vakbond... 2 Verschillen tussen vakbonden... 2 Beroepsverenigingen...

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018. 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018. 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DG Bestuur en Koninkrijksrelaties Directie Arbeidszaken Publieke Sector

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 24 724 Studiefinanciering Nr. 139 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA.DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 300 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Wetenschap (VIII) voor het jaar 2016 A VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 695 Voortijdig school verlaten Nr. 10 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 december 1999 De vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur

Nadere informatie

Notitie Ontheffingen bevoegdheidsregels

Notitie Ontheffingen bevoegdheidsregels Notitie Ontheffingen bevoegdheidsregels De wet op het voortgezet onderwijs (WVO) kent een aantal bepalingen waarbij limitatief is vastgelegd wanneer het onderwijs - gedurende een beperkte tijd en onder

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5813 22 maart 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 03 maart 2012, nr. WJZ/355918 (10191)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 597 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs ter bestendiging en actualisering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 874 Wijziging van de Wet kinderopvang in verband met een herziening van het stelsel van gastouderopvang Nr. 47 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 24 761 Wijziging van enige belastingwetten (herziening regime ter zake van winst uit aanmerkelijk belang, consumptieve rente en vermogensbelasting)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20400 Lasopleidingen Nr. 5 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 1 september 1988 De vaste commissie voor Onderwijs en Wetenschappen 1

Nadere informatie

Jaarrapportage september 2013 tot september 2014

Jaarrapportage september 2013 tot september 2014 Jaarrapportage september 2013 tot september 2014 Inhoudsopgave Pagina jaarrapportage 3 Totaal aantal klachten 5 Onderverdeling in categorieën 6 Onderverdeling in leerweg Niveau van de opleiding 8 Klachtentrends

Nadere informatie

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten Instroomreglement MIT en DUAAL HBO Uitgangspunten OTIB kent een viertal reglementen, die voorzien in een tegemoetkoming voor het aan een werknemer beschikbaar stellen van een beroepspraktijkvormingsplaats

Nadere informatie

Regeling stages en werkervaringsplaatsen gemeente Brummen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen;

Regeling stages en werkervaringsplaatsen gemeente Brummen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen; CVDR Officiële uitgave van Brummen. Nr. CVDR413658_1 17 oktober 2017 Regeling stages en werkervaringsplaatsen gemeente Brummen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen; gelet

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 30 933 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met uitbreiding van de mogelijkheid met studiefinanciering in het buitenland

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 23 900 XII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 1995

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad ÜT? R>2 3 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer drs. W.J. Deetman, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049

Rapport. Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049 Rapport Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049 2 Klacht Verzoeker, die werkzoekend was en een WW-uitkering ontving, klaagt over de wijze van informatieverstrekking

Nadere informatie

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten Instroomreglement MIT en DUAAL HBO Uitgangspunten OTIB kent een viertal reglementen, die voorzien in een tegemoetkoming voor het aan een werknemer beschikbaar stellen van een beroepspraktijkvormingsplaats

Nadere informatie

Opscholingsreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

Opscholingsreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten Opscholingsreglement MIT en DUAAL HBO Uitgangspunten OTIB kent een viertal reglementen, die voorzien in een tegemoetkoming voor het aan een werknemer beschikbaar stellen van een beroepspraktijkvormingsplaats

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 23 937 Wijziging van de Jachtwet Nr. 5 VERSLAG Vastgesteld 26 januari 1995 De vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij 1, belast

Nadere informatie

De verschillende soorten docentenstages Uitgangspunten Organisatie

De verschillende soorten docentenstages Uitgangspunten Organisatie Voorwoord In onze regio is het organiseren van een docentenstage nog geen gemeengoed. Scholen hebben hun ideeën hierover, gaan er verschillend mee om of zelfs geheel niet. Docentenstages echter zijn onontbeerlijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk XI Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Nr. 55 BRIEF VAN DE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 615 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 1998 Nr. 24 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen Nr. 172 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 maart 2016 De vaste commissie voor Onderwijs,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 808 Inkomensbeleid 1989 Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 28 oktober 1988 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 heeft

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 439 Nadere voorschriften in verband met samenwerking tussen scholen voor voortgezet onderwijs en instellingen voor educatie en beroepsonderwijs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 197 Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 33 740 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het vervangen van de verplichte maatschappelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 33 495 Financiële positie van publiek bekostigde onderwijsinstellingen Nr. 81 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 556 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 1996 Nr. 17 VERSLAG VAN EEN NOTA-OVERLEG 31 januari 1996 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en

Nadere informatie

Tekst: Gofrie van Lieshout Foto's: Ken Wong

Tekst: Gofrie van Lieshout Foto's: Ken Wong Bij onderzoeken die de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt en de samenwerking in kaart brengen, komt steevast de zorgsector als beste uit de bus. Sinds het bestaan van KBB, nu vier jaar, pakken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 570 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 33 182 Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten in verband met versterking van het bestuur bij pensioenfondsen en enige andere wijzigingen

Nadere informatie

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB Dit document is opgesteld door: Het Ministerie van OCW, het Ministerie van VWS en de MBO Raad in samenwerking met de Inspectie van het Onderwijs en JOB.

Nadere informatie

Datum 3 november 2014 Vragen van de leden Geurts en Omtzigt (CDA) over het bericht over terugvorderen van de WVA bij transportbedrijven

Datum 3 november 2014 Vragen van de leden Geurts en Omtzigt (CDA) over het bericht over terugvorderen van de WVA bij transportbedrijven >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Jaarrapportage schriftelijke klachten september augustus 2016

Jaarrapportage schriftelijke klachten september augustus 2016 Jaarrapportage schriftelijke klachten september 2015 - augustus 2016 Inhoud Jaarrapportage schriftelijke klachten... 1 bij jaarrapportage... 3 Totaal aantal klachten... 5 Onderverdeling in categorieën...

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 25 017 Versterking ruimtelijk-economische structuur Nr. 26 1 Samenstelling: Leden: Schutte (GPV), Van der Vlies (SGP), Van de Camp (CDA), Van der

Nadere informatie