omgevingsdienst HAAGLANDEN

Transcriptie

1 Zaaknummer Ons Kenmerk Datum ODH FEB Bezoekadres Zuid-Hollandplein AW Den Haag Postadres Postbus GB Den Haag T (070) E vergunningen@odh.nl I Beschilclcing Wet bodembescherming - deelsaneringsplan Onderwerp Op 3 november 2017 hebben wij een saneringsplan ontvangen als bedoeld in artikel 39 en artikel 40 van de Wet bodembescherming. Het plan heeft betrekking op de locatie Oude Leedeweg achter nummer 16 te Pijnacker (locatiecode: AAI ). Besluit Wij besluiten: I. in te stemmen met het ingediende saneringsplan van Lammertink Groep. Het plan heeft betrekking op de locatie Oude Leedeweg achter nummer 16 te Pijnacker; II. de voorschriften 1 tot en met 9 te verbinden aan deze beschikking. Ondertekening Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, voor dezen, 1 Hoofd I OBtsing I & Vergunningveriening vergunningverienini Milieu van de Omgevingsdienst inncrlifintit Haaglanden Haanlanrlpn Rechtsmiddelen Voor de mogelijkheid rechtsmiddelen aan te wenden tegen deze beschikking wijzen wij op de desbetreffende tekst in het begeleidende schrijven.

2 VOORSCHRIFTEN 1 De saneerder meldt uiteriijk 10 werkdagen voor de feitelijke aanvang van de grondsanering, respectievelijk de grondwatersanering schriftelijk bij de Omgevingsdienst Haaglanden de aanvangsdatum van de sanering. 2 Indien de sanering niet wordt gestart op de gemelde aanvangsdatum of de overeenkomstig dit voorschrift aangepaste aanvangsdatum, meldt de saneerder dit onverwijid schriftelijk aan de Omgevingsdienst Haaglanden, onder opgave van de nieuwe aanvangsdatum. Indien de nieuwe aanvangsdatum op dat moment nog niet bekend is, meldt de saneerder de nieuwe aanvangsdatum minimaal twee weken voor deze datum schriftelijk aan de Omgevingsdienst Haaglanden. 3 Indien bij de sanering ontgraving van verontreinigde grond plaatsvindt, stelt de saneerder uiteriijk twee dagen voorafgaand aan het tijdstip waarop over het gehele gebied van de ontgraving de einddiepte bereikt zal worden en tot aanvulling van de ontgraving zal worden overgegaan de Omgevingsdienst Haaglanden daarvan op de hoogte. Bij ontgraving en aanvulling in gedeeltes, geldt voornoemde verplichting tot melding per gedeelte. 4 De saneerder meldt de beeindiging van de sanering binnen 5 werkdagen na beeindiging van de sanering schriftelijk aan de Omgevingsdienst Haaglanden. 5 De meldingen als bedoeld in voorschrift 1, 2, 3, en 4 dienen per (toezicht@odh.nl) te worden gedaan waarbij wordt gebruik gemaakt van de door ons beschikbaar gestelde meldingsformulieren (te vinden op 6 Indien zich tijdens de uitvoering van de sanering wijzigingen voordoen of worden verwacht ten opzichte van dit saneringsplan, meldt de saneerder dit zo spoedig mogelijk per (vergunningen@odh.nl). Hiervoor moet gebruik gemaakt worden van het door ons beschikbaar gestelde meldingsformulier (te vinden op 7 De onderzoeken, de uitvoering van de sanering en de milieukundige begeleiding als bedoeld in deze beschikking of het saneringsplan waar deze beschikking betrekking op heeft worden uitgevoerd door een persoon of instelling die op grond van het Besluit bodemkwaliteit (of daarvoor in de plaats tredende regelgeving) beschikt over een erkenning voor het uitvoeren van de betrokken werkzaamheden. 8 Het saneringsplan is slechts gedurende een beperkte periode geldig, omdat na verioop van tijd de regelgeving en beleidsinzichten kunnen wijzigen. Indien niet binnen 4 jaar na dagtekening van dit besluit wordt gestart met de sanering vervalt de instemming met het saneringsplan. 9 Het saneringsverslag dient aan het bevoegd gezag Wbb ter beoordeling te worden voorgelegd, binnen drie maanden na afronding van de sanering. 2/5

3 OVERWEGINGEN Aanleiding Op 3 november 2017 hebben wij een saneringsplan van Lammertink Groep ontvangen als bedoeld in artikel 39 en artikel 40 van de Wet bodembescherming (hierna: Wbb). Het plan heeft betrekking op de locatie Oude Leedeweg achter nummer 16 te Pijnacker (locatiecode: AAI ). Het geval van bodemverontreiniging ligt op het volgende grondperceel: kadastrale gemeente sectie grondperceel Pijnacker C 7312 (gedeeltelijk) Deze beschikking is gebaseerd op de volgende stukken: 'Saneringsplan Oude Leedeweg ongenummerd te Pijnacker' (opgesteld door Hoste Milieutechniek, met kenmerk Ul van 2 november 2017); van Hoste Milieutechniek B.V. van 2 februari Procedure Titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht is toegepast op deze beschikking. Doordat de aangeleverde gegevens onvolledig waren, is de procedure op 21 december 2017 opgeschort en is verzocht om aanvullende gegevens. Op 2 februari 2018 hebben wij de volgende aanvullende gegevens ontvangen: "Aanvullend onderzoek asbest in funderingslaag thv de oprit van de locatie Oude Leedeweg, achter 16 te Pijnacker" (Hoste Milieutechniek B.V., met kenmerk U van 2 februari 2018). De procedure is op 1 februari 2018 hervat. Toetsingskader en grondslag beschikking Het saneringsplan is getoetst aan de Wbb, de Provinciale Milieuverordening, de Nota "Vergunningveriening, Toezicht en Handhaving " vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 17 december 2013 en de Circulaire bodemsanering per 1 juli 2013 (Ste. 27 juni 2013). De artikelen 28, 39 en 40 van de Wbb vormen de grondslag van deze beschikking. Eerder afgegeven beschikkingen In onze beschikking van 27 december 2017 (met kenmerk ODH ) is vastgesteld dat op de locatie Oude Leedeweg achter nummer 16 te Pijnacker sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging met minerale olie waarvan de sanering niet spoedeisend is. In onze beschikking van 8 februari 2018 (met kenmerk ODH ) is vastgesteld dat op de locatie Oude Leedeweg achter nummer 16 te Pijnacker sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging met asbest waarvan de sanering niet spoedeisend is. 3/5

4 Beoordeling Beschrijving van de verontreinigingssituatie Op de locatie is sprake van twee gevallen van ernstige bodemverontreiniging, die elkaar deels (circa 110 m^) overiappen. Geval 1 (minerale olie) De verontreiniging met minerale olie bevindt zich over circa 450 m^, zowel in de grond als in het grondwater. De grond is vanaf maaiveld tot maximaal 1,0 m-mv met een gemiddeld laagdikte van 0,75 meter licht tot sterk verontreinigd. In totaal is 150 m^ grond sterk verontreinigd met minerale olie. In het grondwater bevindt de verontreiniging zich van circa 0,5 tot 1,0 m-mv. De hoeveel verontreinigd grondwater bedraagt circa 225 m^, hiervan is circa 45 m^ sterk verontreinigd. Geval 2 (asbest) De bodem op de locatie is over circa 800 m^ sterk verontreinigd met asbest. De sterke asbestverontreiniging is aangetroffen ter plaatse van de reeds verwijderde verhardingslaag (circa 700 m^) vanaf maaiveld in een laagdikte van circa 0,5 m en ter plaatse van een deel van het toegangspad (circa 100 m^) in een laagdikte van circa 0,3 m (0,3-0,6 m-maaiveld). Over circa 800 m^ is in totaal 380 m^ grond sterk verontreinigd met asbest. Het deelsaneringsplan Samenvatting sancringsondorzook Er is geen saneringsonderzoek uitgevoerd. In verband met het beoogde gebruik (wonen) van de locatie is besloten om de locatie multifunctioneel te saneren. In het bericht van 2 februari 2018 heeft Hoste Milieutechniek B.V., namens de saneerder aangegeven dat de saneerder vooralsnog de asbestverontreiniging ter plaatse van een deel van het toegangspad niet saneert. Daarmee wordt onderhavige sanering dus een deelsanering. Samenvatting deelsaneringsplan De deelsanering betreft de verontreiniging in grond en grondwater tot aan het toegangspad. Er wordt ontgraven tot 0,75 a 1,0 m-maaiveld. Het grondwater bevindt zich op 0,5 a 0,7 m-maaiveld. Om in den droge te kunnen ontgaven wordt er bemalen en wordt het effluent via een mobiele olie/water afscheider geloosd op het riool. Alle met minerale olie en met asbest verontreinigde grond, uitgezonderd de met asbest verontreinigde grond onder het toegangspad, wordt zintuiglijk afgegraven. Alle ontgraven grond wordt afgevoerd naar een erkende acceptant. Van de wanden en bodems van de ontgravingen worden controlemonsters genomen. Voor de grond worden de volgende terugsaneerwaarden gehanteerd: de grond dient vrij te zijn van asbestverdacht materiaal en het asbestgehalte dient kleiner te zijn dan 100 mg/kg.ds; het gehalte minerale dient lager te zijn dan maximale generieke waarde voor wonen, die gelijk is aan de AW2000. In verband met de grondwaterverontreiniging met minerale olie wordt in de ontgravingsput ter plaatse van de grondwaterverontreiniging met minerale olie een ringdrainage met pompput geplaatst, nadat de put met circa 0,5 m grond is aangevuld met grond die minstens voldoet aan de categorie wonen. Als bij de monitoring van het grondwater de terugsaneerwaarde niet gehaald wordt, wordt het grondwater via dit systeem aanvullend gesaneerd (terugval scenario). De terugsaneerwaarde voor de minerale olieverontreiniging in het grondwater is de tussenwaarde. 4/5

5 Het grondwater wordt tijdens de grondsanering bemonsterd middels 2 peilbuizen, een in de kern van de minerale olie verontreiniging en een aan de rand van de ontgraving. Er wordt bemonsterd op 4 weken en 8 weken na de start van de sanering, en de grondwatermonsters worden geanalyseerd op minerale olie en vluchtige aromaten. De grondwatersanering is afgerond indien bij beide bemonsteringsronden in beide peilbuizen de concentraties onder de terugsaneerwaarden liggen. De sanering wordt beeindigd indien zowel in de grond als in het grondwater de terugsaneerwaarden behaald zijn. De ontgraving wordt dan (verder) aangevuld met grond die minstens voldoet aan de categorie wonen. Na beeindiging van de deelsanering blijft er een restverontreiniging (circa 30 m^) met asbest achter onder het toegangspad. Overwegingen ten aanzien van het deelsaneringsplan Na uitvoering van de sanering is de bodem geschikt voor het beoogde gebruik (wonen met tuin) en zijn de risico's voor mens, plant en dier als gevolg van blootstelling aan of de verspreiding van de verontreiniging voldoende beperkt. Aan de uitvoering van de beschreven saneringswijze is geen actieve nazorg verbonden. Wij stemmen in met het deelsaneringsplan, omdat het belang van de bescherming van de bodem zich daartegen niet verzet. Het saneringsplan is slechts gedurende een beperkte periode geldig, omdat na verioop van tijd de regelgeving en beleidsinzichten kunnen wijzigen. Indien niet binnen 4 jaar na dagtekening van deze beschikking wordt gestart met de sanering, komt de instemming met het saneringsplan te vervallen. Conclusie Wij stemmen in met de in het saneringsplan beschreven doelstelling, uitgangspunten en werkwijze. Er is sprake van een deelsanering waarbij niet de gehele bodemverontreiniging wordt gesaneerd. 5/5