energie in WAARBORG VOOR ZEKERHEID energie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "energie in WAARBORG VOOR ZEKERHEID energie"

Transcriptie

1 energie in WAARBORG VOOR ZEKERHEID energie

2 Karel Stigter, directeur Voorwoord Nieuwe wegen vormt een terugkerend begrip in de verslaglegging over 2002 en een blik op komende gebeurtenissen in Twee jaar geleden koos de bewust voor een nieuwe aanpak van het maatschappelijk verslag met de bundeling van sociaalmaatschappelijke aspecten, milieugerelateerde onderwerpen en verscheidene achtergrondartikelen over de markt en samenleving waarin wij opereren. Voor het verslag over 2002 is voor een verdere ontwikkeling van deze formule gekozen. De driedeling Mens, Milieu en Samenleving is vervangen door een zevental hoofdstukken die meer thematisch ingaan op de prestaties van ons bedrijf, waarbij met name het beleid op het gebied van duurzame ontwikkeling wordt belicht. Het jaar 2002 was voor wat betreft exploratiesuccessen teleurstellend. Eén vondst onder het Nederlands deel van de Noordzee kon worden gemeld als resultaat van een proefboring in blok K15 op een diepte van ongeveer 3300 meter. Het betrof hier een aardgasvondst van circa 2 miljard kubieke meter. De veiligheidsprestatie was met 4,0 geregistreerde ongevallen met en zonder verzuim per miljoen gewerkte uren statistisch aanzienlijk slechter dan in 2001 (2,7). Deze stijging gold zowel voor de activiteiten in het veld als op kantoor. De ernst van het letsel was daarentegen gemiddeld aanzienlijk minder. Dit is ook terug te vinden in de daling van het gemiddelde verzuim per ongeval. Via gerichte acties en voorlichting wordt intensiever aandacht besteed aan veiligheidsgedrag van medewerkers en contractors. Aardgaswinning onder de Waddenzee figureerde opnieuw op de politieke kalender met het aantreden van het kabinet-balkenende dat openingen bood om winning van aangetoonde reserves onder strikte voorwaarden op termijn ter hand te nemen. Dit werd omgeven door een maatschappelijk debat dat zich vooral toespitste op de neergaande kwaliteit van natuurwaarden in dit gebied. Het doet mij vooral goed dat gaswinning in deze discussie niet bij voorbaat als een verdere bedreiging wordt ervaren, maar juist als een mogelijke onderbouwing om de ecologische status in de Wadden te verbeteren door een deel van de staatsopbrengst hiervoor aan te wenden. Die dialoog is nog niet ten einde. Maar de oprechtheid waarmee de gesprekken worden gevoerd getuigt van een integere inzet van overheid, politiek, wetenschappers, opinieleiders en vertegenwoordigers van milieugroeperingen en bedrijfsleven om een stap voorwaarts te maken in dit complexe dossier. In 2001 maakte de een begin met de opzet en introductie van een intensiever extern reputatiebeleid. Versteviging van de -reputatie en het maatschappelijk verantwoord ondernemen waren en zijn hierbij de uitgangspunten. Onder het motto The dialogue continues werd dit beleid vorig jaar voortgezet. Een belangrijk orgaan hierbij vormt de Overlegraad Olie en Gas (OOG) waarin met name van gedachten wordt gewisseld over hoe de lange-termijnvisie van aardgasproductie in Nederland kan worden vormgegeven. Het verslagjaar stond voor de offshore organisaties van de en Shell Expro in het teken van de voorbereiding van de start van ONEgas. Deze nieuwe organisatie is een verregaande vorm van samenwerking tussen beide bedrijven om een grote mate van efficiëntie te bereiken. Sterke beheersing van uitgaven, gezamenlijke inkoop van materialen en onderhoud en een betere afstemming van activiteiten moeten leiden tot een aanzienlijke besparing, waardoor ook marginale velden kunnen worden opgespoord en tot ontwikkeling gebracht. Een noodzakelijke ontwikkeling, aangezien de EP-industrie in Nederland de gunstige fiscale regeling voor willekeurige afschrijving met de komst van het kabinet-balkenende zag verdwijnen. De samenwerking over de landsgrenzen heen met ONEgas kreeg in 2002 een vervolg met een haalbaarheidsstudie naar een bredere integratie van de, Shell Expro in Groot-Brittannië en SEPNo in Noorwegen. De studie werd eind 2002 afgesloten met een positief resultaat. Een nauwere samenwerking op weg naar een nieuwe Europese organisatie wordt in 2003 verder ter hand genomen. Zo zal een netwerk ontstaan van Shell-dochters en joint ventures die over en weer kunnen putten uit een gezamenlijk reservoir van specialisten en kennis. Gezamenlijk zoeken naar en winnen van nieuwe reserves wordt het devies. Die nieuwe manier van werken moet de en Shell slagvaardiger en efficiënter maken op de snel veranderende Europese energiemarkt. Voor Nederland betekent dit vooral een versterking van het kleine-veldenbeleid. Als gezegd - nieuwe wegen die ons bedrijf kansen en uitdagingen bieden. Ik hoop dat u een interessante weerslag daarvan terugvindt in dit maatschappelijk verslag. Karel Stigter, Directeur 4 5 INHOUD INLEIDING Voorwoord Karel Stigter 4 Verificatierapport 6 Bedrijfsproces 7 Onze visie en aanpak 8 De en duurzame ontwikkeling 12 ECONOMIE 1. Het economisch belang Aardgas in Nederland Activiteiten Investeringen en operationele uitgaven Integriteit 19 MILIEU 3. Bescherming van natuur en milieu Certificering Prestaties Plannen en instrumenten 28 SOCIAAL 5. Respect voor mensen Personeel Arbozorg Veiligheid Diversiteit en betrokkenheid 40 Achtergrond: Eerlijk vertellen wat je denkt Voordeel voor de gemeenschap Social investment Stimulering kennisontwikkeling flora en fauna 45 Achtergrond: Strategisch belang van aardgas Kwaliteit en waarde voor de klanten Inleiding Gasproductie Overige producten 23 Achtergrond: Werken rond kwetsbare gebieden Beheer van grond- en hulpstoffen, energie en water Grond- en hulpstoffen Energie Integraal waterbeheer 35 Achtergrond: Medewerker wordt ambassadeur Werken met belanghebbenden Reputatiebeleid Participatie 49 Achtergrond: OOG - met elkaar zoeken naar mogelijkheden 50 Concessiekaart 51 Cijferbijlage 52 Toelichting op de cijfers 54

3 INLEIDING Bedrijfsproces De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. () zoekt en wint sinds 1947 gas en olie in Nederland. Zowel op land als in het Nederlandse deel van de Noordzee. Van de totale hoeveelheid in Nederland geproduceerd gas kwam in 2002 ongeveer 75% (ruim 50 miljard m 3 ) uit door de geopereerde velden. Tevens werd in 2002 door de m 3 aardolie geproduceerd. Dit is ongeveer 35% van het in Nederland gewonnen volume. Het bedrijf is actief op vele honderden locaties op land en zee en heeft per 1 januari 2003 ruim 2100 medewerkers in dienst. De bedrijfsactiviteiten worden uitgevoerd door assets, die worden ondersteund door centrale dienstverlenende afdelingen. Het bedrijfsproces bestaat uit de onderstaande deelprocessen: opsporing, productie, opslag en ontmanteling. Daarbij vindt er ondersteuning plaats in de vorm van bijvoorbeeld logistiek, inspectie, onderhoud en talrijke administratieve processen. Het zoeken naar gas en olie begint met seismologisch onderzoek van de bodem. Met een proefboring en puttesten wordt aansluitend vastgesteld of er inderdaad gas of olie aanwezig is en wordt de hoeveelheid en kwaliteit getest. Wanneer de hoeveelheid economisch winbaar blijkt, worden in veel gevallen aanvullende productieputten geboord en behandelingsinstallaties aangelegd. In de productiefase worden het gas en de olie naar de oppervlakte gebracht, behandeld en op afleveringsspecificatie gebracht. Het gas wordt verkocht aan gastransportbedrijven als de Gasunie. De olie en het bij de gasproductie vrijkomende condensaat worden na behandeling verkocht aan de petrochemische industrie van onder meer Shell en Exxon Mobil. Na beëindiging van de productie of bij een niet succesvolle proefboring worden de locaties en installaties in overleg met de betrokkenen ontmanteld en verwijderd. Op land wordt de locatie geschikt gemaakt voor de bestemming die zij voorheen had of krijgt zij een nieuwe functie. Om de continuïteit in de gaslevering (bijvoorbeeld bij zeer lage temperaturen) te kunnen garanderen wordt sinds enkele jaren ondergrondse opslag van gas toegepast. Dit gebeurt in gasvelden bij Norg en Grijpskerk, die bij een piekvraag als extra producent worden gebruikt. In perioden van laagverbruik worden de reservoirs weer gevuld. opsporing productie ondergrondse opslag ontmanteling seismisch onderzoek boring winning behandeling gasinjectie behandeling verwijderen van productieinstallaties puttest aflevering aflevering herinrichten van landlocaties offshore gas/olie afnemers gas/olie onshore gas ondergrondse opslag 6 7

4 Inleiding ONZE PRESTATIES in één oogopslag Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen als dè leidraad voor het handelen van de. Verdergaande integratie van de principes van duurzame ontwikkeling in de bedrijfsvoering. Inzet van kennis voor duurzame ontwikkeling van de Nederlandse samenleving, in het bijzonder voor de transitie naar een duurzame energiehuishouding. Streven naar optimale integratie van onze activiteiten in de omgeving. Deze manier van denken is terug te vinden in s missie: De heeft als missie het op duurzame wijze opsporen en exploiteren van gasen olievoorkomens binnen Nederland en het Nederlandse deel van het Continentaal Plat. Daarnaast streven wij ernaar, op basis van onze specifieke kennis en assets, bij te dragen aan duurzame ontwikkeling van de Nederlandse samenleving en in het bijzonder aan de transitie naar een duurzame energiehuishouding. ONZE VISIE & AANPAK Maatschappelijk verantwoord ondernemen ziet de als een combinatie van het eigen werk steeds duurzamer uitvoeren, maar ook bijdragen aan het zoeken naar oplossingen van bredere maatschappelijke problemen (zie figuur; bron: GoodCompany). Op deze manier draagt de bij aan een duurzame ontwikkeling in Nederland. vereist verwacht gewenst verzoeken nabuurschap maatschappelijke betrokkenheid duurzamer ondernemen maatschappelijk verantwoordelijk voldoen aan wet- en regelgeving maatschappelijk verantwoord ondernemen afweging van de verschillende duurzaamheidprincipes. Hoewel dat op dit moment nog lang niet gebeurt, wordt wel gestaag voortgang geboekt. Het Maatschappelijk Verslag 2002 is opgezet volgens de zeven door Shell en de gebruikte duurzaamheidsprincipes. Deze principes zijn: het economisch belang, kwaliteit en waarde voor de klanten, bescherming van natuur en milieu, beheer van grond- en hulpstoffen, energie en water, respect voor mensen, voordeel voor de gemeenschap en werken met belanghebbenden. Het fundament van de duurzaamheidsprincipes zijn de pijlers Economie (Profit), Milieu (Planet) en Sociaal (People). In de inhoudsopgave van dit verslag is aangegeven op welke pijlers de duurzaamheidsprincipes steunen. Het streven is dat er uiteindelijk een integratie plaatsvindt van de drie pijlers. De zeven principes worden gebruikt in enkele van s belangrijkste activiteiten: budgetvoorstellen, impactstudies voor nieuwe locaties en/of projecten en formele reviews van projectvoortgang. Ook zijn deze duurzaamheidsprincipes opgenomen in het jaarlijkse Business Plan. Het vergroten van competenties en motivatie met betrekking tot duurzame ontwikkeling. In 2002 zijn vijf tweedaagse trainingen gehouden waarin medewerkers bekend werden gemaakt met het begrip duurzame ontwikkeling en hoe zij daar zelf aan kunnen bijdragen. Tevens is er een netwerk van zo n vijftien DO-focal points (uit elke asset en unit minstens één) die ongeveer zesmaal per jaar bijeen komen om ideeën en voortgang te bespreken. Samen met de corporate experts op dit gebied bieden deze focal points ondersteuning aan de organisatie. EXTERNE WORKSHOP DUURZAME ONTWIKKELING De is al enkele jaren bezig met beide sporen van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (verwacht en gewenst in schema hiernaast) en al vele jaren meer met de individuele elementen van duurzame ontwikkeling, people, planet en profit. De historische ontwikkeling is te zien in het touwdiagram op bladzijde 12 en 13 in dit hoofdstuk. Toch was er zowel intern als extern nog onzekerheid over wat de daar nu mee bedoelde. Daarom is in 2002 met een breed team gewerkt aan het opstellen van een duidelijker visie en beleid over wat dit betekent voor de. Hierbij is ook de mening gevraagd van een brede groep van externe belanghebbenden (zie in de praktijk: Externe workshop Duurzame Ontwikkeling). Hier is zowel gesproken over de manier waarop de de eigen activiteiten (olie- en gasproductie) uitvoert als over mogelijke onderwerpen waarin men een prominente(re) rol voor de ziet weggelegd. Sommige van de hierna genoemde activiteiten zijn mede opgestart naar aanleiding van de suggesties van diverse belanghebbenden. DE AANPAK VAN In dit maatschappelijk verslag zijn allerlei gegevens en voorbeelden opgenomen van de effecten van de activiteiten van de. Hierna wordt beschreven op welke economische verantwoordelijkheid nemen winstgevend opereren manier wordt getracht in onze bedrijfsvoering en plannen de missie van de in praktijk te brengen. De nadruk ligt hierbij op die activiteiten en maatregelen die zowel economisch, milieutechnisch en sociaal van belang zijn. Hierna beschrijven we de zeven duurzaamheidsdoelen die in de strategie van de zijn opgenomen. Steeds verdergaande integratie van de duurzame ontwikkelingsprincipes in de bedrijfsvoering. Het streven is dat uiteindelijk alle keuzes en beslissingen gemaakt worden op basis van een integrale en transparante De wil een bijdrage leveren aan duurzame ontwikkeling. Wat dat betekent voor de wordt duidelijker als de dialoog met externe stakeholders wordt aangegaan. Op 8 november 2002 is die dialoog vormgegeven door een workshop met vertegenwoordigers van verschillende belanghebbenden in de economische, sociale, ecologische en institutionele omgeving van de. Met deze groep (ongeveer twintig personen) is gepraat over de duurzaamheidsonderwerpen, zoals duurzame energiehuishouding, onafhankelijke kennis op het gebied van gasexploratie en exploitatie, ruimtelijke ordening/ bodemdaling/waterhuishouding, internationale context en de sociale dimensie. Naar aanleiding van de discussies is een aantal concrete acties geformuleerd waarmee de aan de slag gaat. Deze acties betreffen onder andere: - Het samen met de ministeries van VROM en EZ onderzoeken hoe bedrijven als de gestimuleerd kunnen worden om duurzaam te ondernemen. -Het organiseren van overleg tussen Gasunie en de over mogelijke (studies naar) ketenoptimalisatie en/of gemeenschappelijke acties op het gebied van het product gas. -Het overwegen van verdere acties om de te profileren in het noorden van Nederland. Ook is gepraat over de vorm waarin de de betrokkenheid van stakeholders een vervolg kan geven. Daarbij zijn suggesties naar voren gekomen als: -Het per onderwerp organiseren van vervolgbijeenkomsten, waarin concreet met de relevante betrokkenen over acties en verschillende rollen gepraat kan worden. -Het eens per jaar organiseren van een bijeenkomst met de verschillende stakeholders, zodat het voor deze betrokkenen mogelijk wordt om elkaars perspectieven te horen en te bespreken. Naar verwachting zal in de loop van 2003 een volgende stakeholderbijeenkomst worden georganiseerd waar de dialoog wordt voortgezet. 8 9

5 INLEIDING ONZE VISIE & AANPAK Zeer belangrijk is daarnaast ook dat s directeur, Karel Stigter, actief betrokken is. Hij neemt extern deel aan diverse fora en zorgt intern voor de benodigde prioriteitstelling en profilering. Een actieve dialoog met belanghebbenden en jaarlijkse publieke verantwoording over behaalde resultaten. Stakeholderidentificatie, het opstellen van een communicatieplan en het zoeken Belonen van goede prestaties door gebruik van balanced scorecards en de opname van verbeterprojecten in de unit-scorecards. Bij de wordt gewerkt met zogenaamde balanced scorecards. Dit betekent dat naar win-win situaties zijn prominente mensen en afdelingen niet alleen op Het gebruik van systeemdenken en onderdelen van de training Duurzame financiële prestaties worden beoordeeld Mijnbouwinstallaties in zee kunnen ketendenken ten behoeve van het realiseren Ontwikkeling. Doel is om zo vroeg maar ook op andere zaken zoals bijvoor- een plaats voor een rijk onderwater- van continue verbetering van onze mogelijk in een projectplanning de beeld bereikte projectdoelen, veiligheids- leven zijn. Op de poten en buizen bijdrage aan duurzame ontwikkeling. externe communicatie te starten. Dit gaat prestaties en klanttevredenheid. groeien mosselen en anemonen. In de afgelopen jaren zijn relatief eenvoudig nog lang niet altijd goed, maar wel steeds Standaard op elke scorecard is een item Tevens zoeken grote aantallen vissen uit te voeren verbeteringen geïmplemen- beter. Eénmaal per week vindt afstemming License to Operate opgenomen, waarin en Noordzeekrabben voedsel en teerd. De verhouding tussen kosten en plaats tussen alle partijen die veel contacten de verbeteractiviteiten op milieu- of beschutting bij de poten. De is baten van verdere milieuprestatie- met externe belanghebbenden hebben duurzaamheidsgebied staan vermeld. van mening dat een goed beheer van verbeteringen wordt echter steeds ongun- om ervaringen te delen en om de vinger In 2002 is in het algemeen redelijk tot de onderwaternatuur van groot stiger. Dat is niet goed voor het milieu aan de pols te houden bij de grotere of goed gescoord op dit onderdeel met belang is voor de Noordzee. (te trage voortgang) en niet goed voor de meer kritische projecten. Al sinds 1989 uitzondering van enkele emissiereductie- Daarom participeert de in de economie (te hoge kosten).dit betekent rapporteert de jaarlijks een extern projecten offshore. Door vertragingen dat alternatieven zoals emissiehandel, compensatieprojecten (bijvoorbeeld voor lokale verstoring) en verduurzaming van de ingekochte materialen en services milieujaarverslag en sinds 2000 is dit uitgebreid naar een maatschappelijk verslag. In 2003 zal opvolging van de workshop met externe belanghebbenden in enkele grotere projecten zijn ook de gelijktijdige milieuverbeteringen uitgesteld naar STICHTING ZEE INZICHT serieus onderzocht moeten worden als plaatsvinden. Over acties en resultaten Focus op die projecten en activiteiten die Stichting Zee Inzicht, samen met hulpmiddelen voor verdere (betaalbare) zal terugkoppeling gegeven worden aan een significante impact op s naar voren gekomen waar de zich dat tijdelijk) vaak op gespannen voet Koninklijke NIOZ, Alterra, EcoMare, verbeteringen. Onderzoek naar mogelijk- de deelnemers, mogelijk in de vorm van duurzaamheidsprestaties kunnen hebben. actief bij betrokken voelt. Deze betrokken- met gebruikersfuncties voor mens de Stichting Noordzee en BP. Deze heden is begonnen in 2002 en zal voort- een open dag volgend op de publicatie Om de kans op succes vanuit het oogpunt heid kan zich op vele manieren uiten, en/of natuur. Het zoeken naar een stichting heeft tot doel het dichter gezet worden met enkele studies in van dit maatschappelijk verslag. van maatschappelijk verantwoord onder- bijvoorbeeld in deelname aan werkgroepen, structurele aanpak voor integratie van bij het publiek, beleid en politiek nemen te vergroten, wordt prioriteit samenwerkingsverbanden, onderzoeks- gebruiksfuncties met breed draag- brengen van de mariene onderwater- gegeven aan projecten waar meer resultaat projecten, verbeterprojecten of educatieve vlak heeft voor de daarom een natuur om op die manier te zorgen geboekt kan worden. Voor deze projecten projecten. Concrete voorbeelden zijn in hoge prioriteit. dat er meer aandacht is voor de is bijvoorbeeld meer tijd om aan voor- dit verslag onder de kopjes in de c. Beheer van de Nederlandse gasvoorraden. bescherming van deze onzichtbare bereiding te besteden, kan beter de impact praktijk opgenomen. Zelfs de Nederlandse gasvoorraden zijn natuur. De stichting biedt hiertoe worden verminderd of kan een betere eindig. De vraag is: hoe kunnen we als op internet divers beeld- en voor- relatie met belanghebbenden worden De drie duurzaamheidsissues zijn: land optimaal gebruik maken van deze lichtingsmateriaal aan, zoals opgebouwd, zodat de kans op vertragingen a. De transitie naar een duurzame grondstof met als randvoorwaarden onderwaterbeelden en onderwater- wordt verkleind. Een voorbeeld in 2002 energiehuishouding. uiteraard een voldoende voorzienings- geluiden en het volgen van zee- was de vervanging van pijpleidingen rond De produceert een brandstof die, zekerheid en een liberalisatie van de honden met zenders. de locatie Munnekezijl (zie hoofdstuk 3). alhoewel relatief schoon, ook eindig gasmarkt? Alhoewel het antwoord en niet duurzaam is. Vanuit die achter- op deze vraag primair een politieke Een actieve bijdrage aan het zoeken grond wil de de beschikbare keuze is, kan de uiteraard wel naar oplossingen van maatschappelijke kennis en expertise inzetten om mee te bijdragen met haar kennis op het problemen op basis van onze kennis, denken en werken aan deze transitie. gebied van gasproductie en -reserves. activiteiten of nabuurschap. b. Ruimtebeslag (inclusief directe en Een duidelijk, consistent en langere- Hierin wordt prioriteit gegeven aan indirecte gevolgen voor mens en milieu). termijnbeleid zal ook noodzakelijk zijn duurzaamheidsissues die zowel voor de Omdat olie- en gasvelden zijn waar om de nog resterende kleinere velden als voor de maatschappij kritiek ze zijn, heeft de regelmatig in ontwikkeling te kunnen brengen. zijn. Op basis van interne en externe nieuwe locaties nodig. Daarnaast staat Meer hierover is te vinden in het dialoog zijn drie duurzaamheidsissues industriële bedrijvigheid (ook al is achtergrondartikel bij hoofdstuk

6 INLEIDING DE EN DUURZAME ONWIKKELING DE EN DUURZAME ONWIKKELING: VERLEDEN, HEDEN EN TOEKOMST 1988: Eerste interne milieujaarverslag 1989: Eerste externe milieujaarverslag 1991: Interne verplichting milieu-impact studies INTERNE DRIJFVEREN: VERWACHTINGEN STAF STRATEGISCH VOORDEEL Milieuconvenant & BMP-1 Start (bredere) MER-plicht Eerste maatschappelijk verslag Begin van dialoogsessies met externe stakeholders Start communicatie-campagne (advertenties, website) Verdere verankering in bedrijfsvoering Jaarlijkse afstemming n.a.v. maatschappelijk verslag? Verdere discussies en acties m.b.t. kritieke issues? SOCIAAL MILIEU WAARDEN EN SYSTEMEN ECONOMISCH Introductie Duurzame Ontwikkeling principes ISO Eerste -DO-krant Eerste stakeholderperceptieonderzoek Overleg Olie en Gas (OOG) Deelname in verscheidene overlegstructuren EXTERNE DRIJFVEREN: VERWACHTINGEN BELANGHEBBENDEN EU/NL-BELEID Start nieuw communicatiebeleid Oprichting License to Operate Forum Studies naar geothermische energiewinning en CO 2 -opslag ECONOMISCH KLIMAAT Introductie -waarden 12 13

7 Economie ONZE PRESTATIES in één oogopslag Investeringen - ruim 800 miljoen euro - hoogste sinds jaren. Geschatte opbrengst aardgasverkopen voor de staat circa 6 miljard euro. Hoogste aantal verrichte boringen in drie jaar. Boring K15 succesvol; circa 2 miljard m 3 winbaar gas. Voldaan aan gasvraag; ook bij extreme kou, door gebruik buffervoorraad ondergrondse gasopslag. 1. HET ECONOMISCH BELANG 1.1 Aardgas in Nederland De aardgasproductie is een zeer belangrijke ontdekken volume aan aardgas wordt geschat tussen de 200 en 400 miljard m 3. inwoners voor een periode van twintig jaar van gas te voorzien. In Nederland is een 1.2 Activiteiten 2002 economische activiteit in ons land en vrij- Sinds eind jaren 70 kenmerken de tiental productiebedrijven werkzaam op van dit veld wordt het behandelings- wel iedere Nederlander is direct of indirect opsporing en winning van gas zich door het gebied van de opsporing en winning 2D seismologie (km) station van Gasunie te Beverwijk betrokken. een gebruiker van aardgas. Van alle fossiele het zogeheten kleine-veldenbeleid. van gas en olie. De - waarin Shell 3D seismologie (km 2 ) Daarnaast hebben seismische gegevens brandstoffen hebben de winning en het In beginsel wordt, onder meer om Nederland B.V. en Esso Holding Company Boringen (aantal) van de velden Rustenburg en Middelie gebruik van aardgas per energie-eenheid continuïteitsredenen, elk klein veld Holland Inc. elk voor 50 procent deel- Aardgasproductie (mrd m 3 ) 59,5 52,6 48,9 52,8 51,6 (Noord-Holland) aanleiding gegeven de minste effecten op het milieu. Dit is één onderzocht en eventueel bij voorrang in nemen - is met een aandeel van rond de Aardolieproductie (mln m 3 ) 1,32 1,27 1,15 0,81 0,67 tot de start van een ontwikkelingsplan van de redenen waarom gas - ook buiten productie genomen en wordt het 75 procent de grootste producent. Condensaatproductie (mln m 3 ) 0,63 0,72 0,74 0,68 0,64 voor deze velden. Nederland - een steeds groter aandeel Groningen-gasveld zo lang mogelijk De bedrijven in de olie- en gaswinnings- Zwavelproductie (ton) krijgt in de energievoorziening. De totale instandgehouden. Om een indruk te industrie zijn verenigd in de Nederlandse Tevens is gestart met een ontwikkelings- aangetoonde voorraad aan gas in de geven: een gemiddeld klein veld bevat Olie en Gas Exploratie en Productie SEISMIEK ONTWIKKELING NIET-PRODUCERENDE plan voor de productie van circa 4 miljard Nederlandse ondergrond wordt geraamd circa drie miljard kubieke meter aardgas. Associatie (NOGEPA). In 2002 heeft de geen seismische BESTAANDE VELDEN m 3 gas in het K7-blok op de Noordzee, op ongeveer miljard m 3. Het nog te Voldoende om een stad van activiteiten uitgevoerd. Begin 2003 zijn Binnen de concessies van de bevindt door middel van een kleine satellietplat- VERVANGING VAN GASPIJPLEIDINGEN in het noorden van Nederland wederom seismische operaties gestart. EXPLORATIE In 2002 zijn zeven exploratieboringen uitgevoerd (2001: drie), waarvan drie op zich een aantal soms reeds lang bekende reservoirs met gas- en/of olievoorkomens, die niet of de laatste jaren niet meer hebben geproduceerd. De beslissing om niet of niet meer te produceren heeft meestal een economische achtergrond. form (K17-FA). AARDGAS- EN OLIEPRODUCTIE De totale aardgasproductie van de bedroeg in ,6 miljard m 3 (2001: 52,8 miljard). Met de term totale land (Uithuizermeeden-2, Warfstermolen- In de loop der jaren kunnen omstandig- aardgasproductie wordt bedoeld: het Eind 2001 werd een lekkage ontdekt in Men reageerde positief over de gescheiden te houden. Ook is bij het 1 en Dordrecht-1) en vier op zee (A-14-J, heden zodanig wijzigen, bijvoorbeeld door totaal van de aardgasproductie uit de door de bestaande gaspijpleiding tussen de persoonlijke benadering van de. herstellen van het land rekening K15-FG-North, K15-FA-W, G14-Fox). nieuwe boor- en/of productietechnieken, de geopereerde gasvelden én het -locaties Saaksum en Munnekezijl. Er werd tevens een aantal informatie- gehouden met de wensen van de De boring K15-FA-W was hierbij succes- dat er wel een mogelijkheid is om rendabel -aandeel in de productie uit velden Een fabricagefout in de lasnaden van avonden georganiseerd in samen- betrokken boeren. Je bent te gast bij vol. Geschat wordt dat via deze put gas of olie te produceren. Binnen de die door andere mijnbouwondernemingen de Chroom-13-leiding bleek de oorzaak. werking met de lokale afdeling van de iemand op het land, dus daar gedraag een kleine 2 miljard m 3 kan worden bestaat de afdeling New Business worden geopereerd. De in dit verslag In januari 2002 werd besloten om NLTO (Nederlandse Land- en je je ook naar, aldus een van de gewonnen. In 2003 zal de put K15-FG- Development, waarvan de medewerkers vermelde gegevens zijn, tenzij anders twee bestaande leidingen geheel te Tuinbouw Organisatie), om alle om- betrokken -medewerkers. North verder worden geboord. De overige onder andere onderzoeken of deze vermeld, gerelateerd aan de door de vervangen. De communicatie met alle wonenden te informeren. Tijdens de genoemde boringen leverden geen reservoirs (opnieuw) in productie kunnen geopereerde velden. De productie uit het betrokken partijen bij het project werd werkzaamheden is veel aandacht In november 2002 konden de nieuwe winbare hydrocarbon voorkomens op. worden gebracht. In 2002 zijn diverse Groningen-gasveld bedroeg 27,7 miljard m 3 structureel aangepakt aan de hand geschonken aan de cultuurtechnische pijpleidingen in gebruik worden In totaal kon 2,6 miljard m 3 aardgas activiteiten in dit kader uitgevoerd. (2001: 24,5 miljard). De productie uit van een communicatieplan. Met alle aspecten bij de vervanging. Zo is een genomen en kwam de gasproductie toegevoegd aan de reserves (2001: Een van die activiteiten is de afronding de overige gasvelden was - afgerond - grondeigenaren werd individueel extra brede werkstrook gebruikt om de weer op gang. Tot tevredenheid van de 12,2 miljard m 3 ). van het ontwikkelingsplan voor de 23,9 miljard m 3 (2001: 28,3 miljard). gesproken over de ontstane situatie. diverse lagen ondergrond goed én van de overige betrokkenen! productie van gas uit het West Beemster- Hiervan was 12,5 miljard m 3 afkomstig veld (Noord-Holland). Bij de ontwikkeling uit de velden op land (2001: 14,3 miljard) 14 15

8 ECONOMIE HET ECONOMISCH BELANG en 11,4 miljard uit de velden op het Nederlands deel van het Continentaal Plat en het Ameland-veld (2001: 14,1 miljard). Bij de koude weersomstandigheden in de tweede week van december 2002 werd bij het Groningen-veld de maximale productiecapaciteit van 310 miljoen m 3 per dag bereikt. Voor het eerst in zes jaar was het noodzakelijk dat gas werd geproduceerd uit de ondergrondse opslag te Norg. Uit de productie is ruim 639 duizend m 3 geproduceerd (2001: 0,54 miljoen). Op zee werd 0,23 miljoen m 3 geproduceerd (2001: 0,27 miljoen) uit het F3-FB-veld. In 2002 werden wederom geen evaluatieboringen verricht. Er werden negen gasproductieputten afgerond (2001: vijf gasproductieputten), maar geen olie- en waterinjectieputten (evenals in 2001). Er werden zes putten op land geboord op de locaties s-gravenzande, Blijham Noord, Bedum, Leens, Boerakker en AANTAL BORINGEN AARDGASPRODUKTIE IN MILJARD M 3 (-OPERATED EN NON-OPERATED) doelstelling verwachting Het -team Project Better World is vorig jaar enkele malen druk in de weer geweest. Deze groep enthousiaste -collega s probeert duurzame ontwikkeling zichtbaarder te maken door met milieutechnische en sociale condensaat (een benzineachtige, lichte olie) als bijproduct ontstaan uit door de geopereerde installaties, evenals Grootegast (2001: vijf) en drie offshore op de locaties L09, K81 (putten 101 en 108) (2001: twee). In totaal werden zes productie ,4 AARDOLIEPRODUKTIE IN MILJOEN M projecten de samenleving te helpen. Better World is een wereldwijd Shell-initiatief om projecten - veelal ton zwavel. De totale olieproductie putten geabandonneerd (definitief 1,2 met menskracht- te ondersteunen. van de in 2002 beliep 0,672 miljoen m 3 (2001: 0,811 miljoen). Uit de velden in West-Nederland werd 0,44 miljoen m 3 verlaten). Dit waren Schoonebeek-80/599, Berkel-22, Ridderkerk-2/15/20. In 2001 waren dit er ook zes. 1,0 0,8 0,6 0,4 0, doelstelling verwachting Het -team plantte in juni op BETTER WORLD STEEKT HANDEN UIT DE MOUWEN World Earth Day een eikenboom KAPITAALSINVESTERINGEN EN OPERATIONELE UITGAVEN (MLN EURO) voor het hoofdkantoor in Assen. Enige tijd later werd geassisteerd bij de Zeehondencrèche in Pieterburen. De werkzaamheden bestonden onder andere uit de bereiding van voedsel, het schoonmaken van de bassins en het voeren van de dieren. Op 21 september volgde deelname 2001 aan de Coastal clean-up actie Deze actie startte s ochtends in Nieuw Zeeland en eindigde s avonds 2003 in Texas. Wereldwijd ruimden kapitaalsinvesteringen (100% full cost) operationele uitgaven (100% full cost) 2002-doelstelling verwachting kapitaalsinvesteringen verwachting operationele uitgaven Shell Project Better World Teams stranden op. In samenwerking met de Nederlandse Shell-teams nam de -delegatie een deel van het Amelander strand voor haar rekening

9 ECONOMIE HET ECONOMISCH BELANG 1.3 Investeringen en operationele uitgaven De investeringsuitgaven (mede namens de joint venture partners) van de zijn in 2002 ten opzichte van het jaar 2001 met 67% gestegen tot een totaal van 804 miljoen euro (2001: 480 miljoen euro). Belangrijke investeringen betroffen: Het K15-FK-platform is 1 november 2002 geïnstalleerd en zal de productie uit het in 2001 ontdekte K-15-Mikereservoir voor haar rekening nemen. Eind 2002 en begin 2003 zullen de productieputten worden geboord en de verder benodigde apparatuur op het platform worden geïnstalleerd. De planning is dat in juli 2003 het reservoir in productie zal worden genomen, 25 maanden na de vondst. Het Hical Evacuation Upgrade Project (HEUP) betreft een langlopend project waarbij behandelingsinstallaties op diverse platforms worden gerenoveerd, onder andere de vervanging van de zeventien jaar oude compressoren op het K-14 platform in de zomer van Na verloop van (gasproductie) jaren daalt de druk in het ondergrondse gasreservoir. Hierdoor kan zonder hulp het gas niet meer behandeld en getransporteerd worden. Door middel van het installeren en gebruiken van compressoren kan het resterende gas in het reservoir worden gewonnen. Zowel op zee als op land worden dergelijke compressoren op bestaande behandelingsplatforms en -locaties gebouwd. In 2002 is op het platform L9 een compressor geplaatst en in bedrijf genomen. Op de platforms L5 en L15 is men eveneens bezig met de installatie van compressoren. Deze zullen in 2003 in gebruik worden genomen. Op de bestaande gasbehandelingslocatie te Grootegast is een energieopwekkingsinstallatie gebouwd en eind 2002 in bedrijf genomen. Gas dat normaal gesproken zou worden afgefakkeld wordt nu gebruikt om elektriciteit op te wekken. De opgewekte elektriciteit wordt gebruikt voor de gasbehandeling op de installatie zelf en teruggeleverd aan het openbare net. De grootste investeringen zijn in 2002 gedaan bij de modernisering en renovatie (onder andere de installatie van compressoren) van de installaties in het Groningen- veld, het zogenaamde Groningen Long Term-project. De renovatie van de installaties De Paauwen en Siddeburen is in 2002 afgerond. De installaties zijn weer in bedrijf genomen. Op de locaties Zuiderpolder, Schaapbulten en Oudeweg is de constructie van de installatieaanpassingen gestart. In 2003 zullen de installaties op deze locaties worden opgeleverd. Ook in de komende jaren zal het GLT-project een belangrijk aandeel hebben in de investeringen van de. De operationele uitgaven kwamen in 2002 uit op 598 miljoen euro, hetgeen ongeveer gelijk is aan de uitgaven in 2001, te weten 609 miljoen euro. AFSCHAFFING WILLEKEURIGE AFSCHRIJVING OP HET NEDERLANDS CONTINENTAAL PLAT Binnen de olie- en gasindustrie zijn net als in elke industrie de verwachte rendementen een zeer belangrijke factor in de investeringsbeslissing. De verwachte rendementen worden berekend op basis van lange-termijnverwachtingen. Actuele prijsschommelingen, bijvoorbeeld in de olie- en gasprijzen, spelen daarin nauwelijks een rol. Investeringen van de olie- en gasindustrie kenmerken zich door de relatief grote technische en commerciële risico s. Het volume van het gasveld, de capaciteit en uiteraard de olie- en gasprijs zijn onzeker. Projecten op de Noordzee hebben een lange aanlooptijd, een lange levensduur en vaak aanzienlijk lange terugverdienperioden. In 1998 zijn, met terugwerkende kracht tot 1995, de fiscale mogelijkheden tot willekeurige afschrijving van investeringen op het Nederlands Continentaal Plat ingevoerd, met als doel de stimulering van exploratie en ontwikkeling van olie- en gasvelden op de Noordzee. Deze maatregel is een wezenlijk onderdeel van het kleineveldenbeleid geworden. Het effect van de willekeurige afschrijving is groot. Vooral kleinere en marginale olie- en gasvelden zijn hierdoor vaak nog net economisch rendabel. Dit is in het bijzonder van belang bij projecten op de Noordzee, waar zoals gemeld de ontwikkeling van een veld toch al duurder is dan op het vasteland. Het in juli 2002 gepresenteerde strategisch akkoord van het kabinet-balkenende bevatte het voornemen de willekeurige afschrijving van investeringen op het Continentaal Plat af te schaffen. De olieen gasindustrie (winningmaatschappijen en toeleveringsbedrijven) en de vakbonden hebben getracht de regering en de Eerste en Tweede Kamer op andere gedachten te brengen, door onder andere te wijzen op de aanzienlijke nadelige effecten, zoals het schrappen van investeringen en verlies van werkgelegenheid, resulterend in een groot verlies aan gasproductie en aardgasbaten. Ondanks deze acties heeft de Eerste Kamer op 10 december 2002, in navolging van de Tweede Kamer, ingestemd met de belastingplannen van het kabinet. Daarmee is de fiscale regeling definitief afgeschaft per 1 januari Deze beslissing kan tot gevolg hebben dat een substantieel aantal projecten bij de geen doorgang zal vinden. 1.4 Integriteit De Group Statement of Business Principles van Shell geven aan dat de algemene beleidsuitgangspunten door alle Groepsmaatschappijen, dus ook de, dienen te worden nageleefd en dat de medewerkers zich volledig bewust dienen te zijn van deze uitgangspunten met betrekking tot zakelijke integriteit. Deze beleidsuitgangspunten hebben betrekking op ethisch en maatschappelijk verantwoord handelen in de relaties met alle belanghebbenden van de. Bij de relaties met belanghebbenden, met name bij uitbesteding van werkzaamheden, zijn proces managementsystemen van toepassing en worden risico-analyses gemaakt. Daarnaast vinden er regelmatig controles plaats op de naleving van beleidsuitgangspunten. Bij (contract) compliance reviews is de naleving van de beleidsuitgangspunten een niet weg te denken element. Gedurende het verslagjaar 2002 hebben zich geen zaken voorgedaan waarbij de reputatie van de of van haar medewerkers op enigerlei wijze gecompromitteerd werd. Evenmin werden signalen verkregen die door de gecontracteerde medewerkers in verband brachten met vormen van onethisch handelen

10 DE STAND VAN ZAKEN Het strategisch belang van aardgas Door zijn ruime gasvoorraden is Nederland verreweg het belangrijkste aardgasland van de Europese Unie, gevolgd door het Verenigd Koninkrijk. Vooral dankzij de productie van deze twee landen kan de EU momenteel voor zo n zestig procent in haar behoefte aan gas voorzien. De rest importeert zij hoofdzakelijk uit Noorwegen, Rusland - dat zeer grote reserves bezit - en Algerije. Jarenlang konden Nederlandse regeringen zeggen dat er nog genoeg aardgas was voor de volgende drie decennia. De voorzieningszekerheid was dus geen enkel probleem, over het milieu werd lange tijd nauwelijks gepraat en de markt was in handen van de overheid. Toen in de jaren zeventig de milieubeweging de discussie over kernenergie opende, kon Nederland het zich - onder meer dankzij zijn rijkdom aan gas - veroorloven de nucleaire optie af te wijzen. Diezelfde milieubeweging heeft vervolgens het bewustzijn gewekt dat de energievoorziening verduurzaamd moet en kan worden. NEDERLANDS AARDGAS: HOEVEELHEDEN EN BEDRAGEN In 1963 startte de met de winning van het Groningengasveld, dat uiteindelijk meer dan miljard m 3 gas bleek staat 119 miljard euro; in 2002 waren die baten naar schatting In de periode bedroegen de aardgasbaten voor de te bevatten. Vervolgens werden nog eens zo n 350 kleinere 6 miljard euro. Dit geld wordt voor een belangrijk deel besteed velden ontdekt. Tot de eeuwwisseling is er bij elkaar aan grote infrastructurele werken. De gassector biedt werkgelegenheid aan tenminste mensen. miljard m 3 Nederlands aardgas geproduceerd, waarvan ongeveer zestig procent afkomstig was uit het Groningen-gasveld. Op dit moment beschikt ons land nog over ruim miljard Twee jaar geleden werd op initiatief van de betrokken m 3 aangetoonde gasreserves, terwijl de niet-aangetoonde industrie de Overlegraad Olie en Gas ofwel OOG opgericht voorraden op 330 miljard m 3 worden geschat. Samen is dat (zie ook het artikel over OOG bij hoofdstuk 7). een voorraad van tegen de miljard m 3 die - op basis van De belangrijkste reden voor dat initiatief was bezorgdheid het huidige productietempo van 70 miljard m 3 per jaar - goed over de manier waarop zich in Nederlad het besluitvormingsproces over de toekomstige energievoorziening is voor nog dertig jaar gaswinning. De exploratie en productie van aardgas levert met ongeveer twee procent van het BBP en ontwikkelde. De aannames en conclusies in dit artikel meer dan drie procent van de overheidsinkomsten een belangrijke bijdrage aan de Nederlandse economie. van OOG, maar worden door de zijn hoofdzakelijk afkomstig uit studies en beschouwingen onderschreven. Begin jaren zeventig besloot de overheid naast de winning van het Groningen-gasveld ook de exploitatie van de kleinere Nederlandse gasvelden te stimuleren. Toen een aantal van die velden bleek te liggen onder de natuurgebieden Waddenzee en Biesbosch, maakte de milieubeweging bezwaren tegen activiteiten van de gasindustrie aldaar. In diezelfde periode begon de EU te streven naar liberalisering van de interne energiemarkt en ook dat zette in ons land een aantal veranderingen in gang. ENERGIEDISCUSSIE Tot voor kort had de energiediscussie vooral betrekking op de binnenlandse milieuaspecten en de markt, terwijl de voorzieningszekerheid nauwelijks aan de orde kwam. Daar heeft een aantal recente gebeurtenissen verandering in gebracht. Zo hebben 11 september en zijn gevolgen gezorgd voor een groter besef van de politiek-economische risico s waaraan de energievoorziening onderhevig kan zijn. Ook hebben zich in liberaliserende markten onlangs problemen voorgedaan rond de voorzieningszekerheid, met Californië als bekendste voorbeeld. En dan is er de voorziene groei in de behoefte aan gasimporten in de EU, die voortvloeit uit de Kyoto-overeenkomst. Met Kyoto hebben de EU-landen zich in mondiaal verband verplicht de uitstoot van broeikasgassen - met CO 2 als hoofdcomponent - te verminderen. De belangrijkste afspraken betreffen het streven naar energiebesparing en een efficiënter energiegebruik, terwijl in de resterende energievraag zo milieuvriendelijk mogelijk dient te worden voorzien. Dat laatste impliceert een voorkeur voor duurzaam in de vorm van bio-, wind- en zonne-energie en het bevorderen van het gebruik van aardgas in plaats van kolen of stookolie. Want van die drie fossiele brandstoffen is aardgas de schoonste: bij verbranding van gas komt er bij dezelfde hoeveelheid geproduceerde energie beduidend minder CO 2 vrij dan bij het gebruik van kolen of olie. Omdat het zeker nog dertig tot veertig jaar zal duren alvorens alternatieve bronnen substantieel kunnen bijdragen aan de energievoorziening, zal als gevolg van Kyoto de vraag naar aardgas in de EU de komende jaren behoorlijk gaan stijgen. Daarbij opgeteld komt nog de vraag als gevolg van de verwachte economische groei. Aan de stijgende EU-vraag naar aardgas kan op termijn alleen worden voldaan door een groei van de importen. Deze toenemende importafhankelijkheid - die nu al zichtbaar wordt - vormt het belangrijkste punt van zorg met betrekking tot de voorzieningszekerheid. Ze is dan ook het centrale thema in een Groenboek van de Europese Commissie, dat in 2000 werd gepubliceerd en in 2002 van reacties werd voorzien. Het doel van de publicatie blijkt uit haar titel: Naar een Europese strategie voor de voorzieningszekerheid van energie. INVESTERINGEN De gasvoorraden in Rusland, Noorwegen etc. zijn groot genoeg om aan de verwachte groei van de vraag te voldoen. Maar voor het installeren van de benodigde infrastructuur en het ontsluiten van nieuwe velden zijn de komende decennia tientallen miljarden euro aan investeringen nodig. Om de benodigde projecten - en daarmee de voorzieningszekerheid van het Russische gas - te kunnen realiseren, is een gunstige en stabiele investeringsomgeving noodzakelijk. Verder zullen er voor de productie milieu-eisen en -standaarden moeten gaan gelden die vergelijkbaar zijn met die in de EU. Totdat aan deze voorwaarden is voldaan, blijft het zaak de importafhankelijkheid van de EU zo veel mogelijk te beperken. Op korte termijn zou het afzien van de verdere exploitatie van de Nederlandse kleine velden ten gunste van bijvoorbeeld importen uit Rusland, resulteren in het verschuiven of zelfs het verhogen van de druk op het mondiale milieu, onder andere doordat gastransporten over langere afstanden zorgen voor extra CO 2 - uitstoot en energieverliezen. Dan is er nog de economische factor. Een verlegging op korte termijn van de productie naar elders biedt niet alleen geen voordelen voor het milieu, maar is ook nadelig voor de Nederlandse economie: in plaats van aardgasinkomsten te ontvangen, zou ons land moeten gaan betalen voor de importen. Uit het voorgaande mag duidelijk zijn dat aardgas de belangrijkste transitiebrandstof is op de weg naar een duurzame energiehuishouding. Tegelijkertijd zal voor de langere termijn rekening moeten worden houden met een groeiende invoer van gas. Deze conclusies worden ook getrokken in de Visie op de aardgasproductie in Nederland in de 21ste eeuw, waarop dit verhaal mede is gebaseerd. Het is een publicatie van de Overlegraad Olie en Gas, waarin vertegenwoordigers van de overheid, de milieu-organisaties en de aardgasindustrie plus een aantal onafhankelijke experts constructief nadenken over de toekomst van de Nederlandse aardgasproductie. Gegeven deze conclusies, is het de vraag hoe Nederland als belangrijkste aardgasland van de EU het beste te werk kan gaan om zowel nu als in de toekomst de factoren milieu, economie en voorzieningszekerheid optimaal tot hun recht te laten komen. KLEINE-VELDENBELEID Essentieel is het voortgaan met het uitvoeren van het kleineveldenbeleid zoals dat door de overheid is vastgesteld. Dit beleid houdt in dat de kleine gasvelden met voorrang worden geproduceerd, zodat het Groningen-veld zo veel mogelijk wordt gespaard. Het Groningen-veld heeft hierbij een balansfunctie: het zorgt samen met de ondergrondse gasbergingen voor de volumeflexibiliteit die nodig is om het vrij constante aanbod uit de kleine velden af te stemmen op de marktvraag, waarvan de omvang sterk afhankelijk is van conjunctuur en seizoenen. Dankzij deze aanpak worden de nationale bodemschatten optimaal gebruikt en kunnen Nederland en een deel van de EU op elk gewenst moment over voldoende gas beschikken. In de periode dat de Nederlandse productie zal afnemen en de EU-importen gaan stijgen, kan ons land een steeds grotere rol gaan spelen bij het inpassen van het lange-afstandsgas in de West-Europese markt. De aanvoer uit landen als Noorwegen, Rusland en Algerije gebeurt via pijpleidingsystemen en installaties die zo duur zijn, dat een constante stroom gas economisch noodzakelijk is. Het Groningen-veld en een aantal gasopslagsystemen kunnen die stroom opvangen en vervolgens in afgepaste hoeveelheden afstemmen op de vraag. Voor het transport van aardgas is er immers zowel in als rond Nederland in de loop der jaren een hoogwaardig netwerk van leidingen opgebouwd. Een toekomstige geleidelijke overgang van Nederland als gasproducent naar een Nederland als capaciteitsleverancier vraagt om aanzienlijke investeringen en een voortzetting van de speurtocht naar nieuwe gasvelden. Daarvan kan alleen sprake zijn, als de investeerders in nieuwe velden zich verzekerd mogen weten van afzet uit die velden. De huidige, soms conflicterende, doelstellingen op de gebieden milieu, marktwerking en voorzieningszekerheid staan soms met elkaar op gespannen voet. Alleen een geïntegreerde visie op het Nederlandse energiebeleid in Europese context en op de langere termijn, die wordt gedragen door de politiek en de samenleving, kan zorgen voor een gezond en betrouwbaar investeringsklimaat

11 ECONOMIE KWALITEIT EN WAARDE VOOR DE KLANTEN 2. KWALITEIT EN WAARDE VOOR DE KLANTEN ULTRASONE METING VAN DE GASSTROOM Bewaking van kwaliteit en kwantiteit van het aardgas is voor de en Gasunie essentieel. Met behulp van een ultra-sonic meter wordt de snelheid van de gasstroom gemeten. Door deze meter worden geluidsignalen met een hoge frequentie door de gasleiding gestuurd. Vervolgens worden deze signalen aan de andere kant van de leiding gereflecteerd en weer opgevangen door een zendmicrofoon. De verandering in snelheid van het geluidsignaal geeft informatie over de snelheid van het gas. Samen met de druk, de temperatuur en de compositiegegevens van het gas wordt door de flowcomputer de afgeleverde hoeveelheid bepaald. De ultra-sonic meter op bijgaande foto is geïnstalleerd op locatie Anjum. De installeert in de komende jaren op al haar locaties ultra-sonic meters ter vervanging van oudere, minder nauwkeurige meetapparatuur. 2.1 Inleiding Waarde creëren voor klanten betekent samenwerken met klanten. De unieke eigenschappen van s belangrijkste product aardgas en de unieke structuur van het Nederlandse transportsysteem voor aardgas maken dat een intensieve samenwerking tussen klant en leverancier nodig is. Door afstemming van productieprocessen kan een meerwaarde gecreëerd worden voor klant, leverancier en derden, zoals overheid en consumenten. 2.2 Gasproductie SAMENWERKING MET DE KLANT Uit grote en kleine velden in Nederland en op het Nederlands deel van het Continentaal Plat produceert de aardgas, dat geleverd wordt aan Gasunie. Dat is ook de enige klant van de voor de levering van gas. De samenwerking tussen de en Gasunie is op alle niveaus in de organisatie aanwezig. Op werkniveau vindt formeel overleg plaats via de Technische Planning Coördinatie, die ongeveer vijf keer per jaar bij elkaar komt. In dit overleg worden verschillende gezamenlijke projecten besproken. Verder wordt gekeken naar de gewenste productiecapaciteit op korte en lange termijn, naar het inrichten van faciliteiten voor piekvragen en naar de benodigde transportfaciliteiten vanaf de productielocaties van de tot aan de gaspit in de keuken van de consumenten. Door deze geïntegreerde aanpak kunnen optimale oplossingen worden geïmplementeerd. Als een van de resultaten van deze studie kwam bijvoorbeeld destijds naar voren om zowel in Noord-Nederland als in Noord- Holland een ondergrondse gasopslag aan te leggen. KWALITEIT EN KWANTITEIT Met Gasunie zijn afspraken gemaakt over de kwaliteit van het te leveren gas en over de minimale en maximale hoeveelheid. Essentieel in de overdracht van de naar Gasunie is een compleet en duidelijk overzicht van de eigenschappen van het geleverde gas. In de kwaliteitsafspraken staan aspecten zoals de druk van het gas, de temperatuur en de samenstelling. Om aan de verwachtingen van Gasunie te voldoen heeft de in 2002 de Sales Gas Quality Assurance Policy opgesteld, op basis waarvan de afdelingen binnen de een werkplan hebben gemaakt. Onderdeel hiervan is een uitgebreid meetnetwerk met diverse verificatie- en monitoringsmomenten. Deze verbeterde methodiek bewaakt niet alleen de juiste specificaties van het geleverde gas, maar borgt ook de kwaliteit van de meetmethoden, de apparatuur (zie in de praktijk: Ultrasone meting van de gasstroom ) en de meetorganisatie. Op deze manier wordt geborgd dat de levering aan de klant overeenkomt met de gemaakte afspraken. In 2002 zijn door deze nieuwe methodiek slechts vijf meetincidenten geweest, tegenover gemiddeld tien in de jaren daarvoor. De hoeveelheid gas die geleverd wordt, is uiteraard afhankelijk van de tijd van het jaar. In de koude maanden is de gasproductie gemiddeld 7,5 keer zo hoog als in de zomerperiode. Deze flexibiliteit in productie bereikt de door de hoeveelheid gas uit het Groningen- veld te variëren. Bij toenemende vraag blijft de gasproductie uit kleine velden gelijk en wordt de kraan in Groningen wat verder opengezet. Mocht zelfs de maximaal beschikbare productie uit het Groningenveld niet voldoende zijn, dan zijn de ondergrondse gasopslagen te Norg en Grijpskerk beschikbaar om het tekort aan te vullen (zie in de praktijk: Inzet ondergrondse gasopslag bij extreme kou ). Op deze manier kan altijd worden voldaan aan de met Gasunie afgesproken hoeveelheden gas. TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN In 2002 is de organisatiestructuur van Gasunie veranderd: de handelsorganisatie en transportorganisatie zijn losgekoppeld. Dit heeft voor de tot gevolg dat met meer partijen zaken gedaan zullen worden, wat met name eisen zal stellen aan de organisatie en administratie van de samenwerking. Waar vroeger op dagbasis werd gemonitord wat aan Gasunie werd geleverd, zal straks 365 dagen per jaar, 24 uur per dag kwaliteit en kwantiteit inzichtelijk moeten zijn. 2.3 Overige producten OLIE De door de geproduceerde olie wordt verkocht aan raffinaderijen van Shell en Esso, waar er bijvoorbeeld benzine van wordt gemaakt. Vanaf olieplatform F3 gaat de olie per schip naar Rotterdam of Engeland. Vanaf de landlocaties (Rotterdam, Berkel en Pernis- West) gaat de geproduceerde olie per pijpleiding naar de raffinaderijen. Bij de olieproductie wordt zo veel mogelijk samenwerking met de klanten gezocht. Een van de manieren waarop in overleg met de klant verbeteringen zijn gerealiseerd, is het onttrekken van zout aan de geproduceerde olie. Waar de dat tot voor kort zelf deed op de productielocatie, wordt de olie nu inclusief zout per pijpleiding naar de raffinaderij gebracht en daar door de klant gescheiden. Dit bleek voor beide partijen een verbetering in het productieproces. Op vrijdag 6 december 2002 voorspelden de weerberichten een koude periode met gemiddelde temperaturen van 10 C overdag. In overleg met Gasunie werd besloten om de productie van de te maximaliseren, waarbij de kleine velden en het grote Groningenveld op volle kracht moesten produceren. Op maandag 9 december bleek de gasvraag nog groter dan verwacht en werd besloten om tijdens de ochtendpiek de ondergrondse gasopslagen (UGS en) in Norg en Grijpskerk in te zetten om aan de vraag te kunnen voldoen. Beide opslagvelden werden ingezet op 40% van hun beschikbare capaciteit. De maximale uurproductie van de was op die dagen ongeveer 440 miljoen m 3 /d, waarvan circa 60 CONDENSAAT Bij de productie van gas ontstaat condensaat als bijproduct, dat wordt verkocht aan de raffinaderijen van Shell en Essote Rotterdam. Verreweg het grootste deel van het condensaat van de land- en zeevelden gaat per schip van Den Helder en Delfzijl naar de raffinaderijen; een klein deel van het landcondensaat gaat per truck naar raffinaderijen. Voor het vervoer naar de raffinaderijen wordt steeds gezocht naar de meest efficiënte en verantwoorde oplossing. Op locaties in Oost-Nederland wordt zuur gas en zuur condensaat geproduceerd. Het vervoer per truck naar raffinaderijen in West-Nederland miljoen m 3 /d afkomstig was van UGS en Norg en Grijpskerk. Omdat de voorspellingen uitwezen dat de vorstperiode enkele dagen zou aanhouden, werd op alle -locaties een optimalisatieproces ingezet om aan de vraag van INZET ONDERGRONDSE GASOPSLAG BIJ EXTREME KOU Gasunie te kunnen blijven voldoen. Dit betekende veel extra werkzaamheden in de vrieskou, met name voor de operationele medewerkers op de -locaties. Bevriezing en ijsvorming van installatieonderdelen veroorzaakten enige problemen, maar werden op tijd opgelost. Tijdens de gehele periode heeft de kunnen voldoen aan de gasvraag, waarmee het nut en de noodzaak van de ondergrondse opslag wederom zijn bewezen. betekende een vrij lange route. In overleg met de aandeelhouders is besloten om het zure condensaat te verkopen aan een andere raffinaderij, vlak over de grens in Duitsland. De vervoerskosten gingen daarmee naar beneden, maar ook het vervoersrisico werd aanzienlijk teruggebracht. ONDERGRONDSE GASOPSLAG Naast de opslag van gas voor koude periodes is twaalf procent van de capaciteit van de ondergrondse gasopslag te Grijpskerk beschikbaar om gas van derden op te slaan. Duke Energy Europe NorthWest B.V. heeft in 2002 en kwart van deze capaciteit ingekocht en recent het contract verlengd tot 1 april

12 Milieu ONZE PRESTATIES in één oogopslag Nieuw emissieregistratiesysteem in gebruik genomen. Lichte daling van emissies naar lucht: 1,7 miljoen EIU s. Nieuw bedrijfsmilieuplan voor periode opgesteld. Continuering ISO certificaat. Verdere aandacht voor toename bodemverontreinigingen in Certificering Het milieuzorgsysteem van de is al enige jaren gecertificeerd volgens de ISO14001-norm, eerst door koppeling van afzonderlijke business unit-certificaten, en na de reorganisatie in 2000 door integratie in het CMS. Eind 2001 is het geïntegreerde milieuzorgsysteem van de als zodanig door KPMG gecertificeerd. Gedurende 2002 is een volledig programma van activiteiten uitgevoerd om de continuering van het certificaat zeker te stellen. Er is ruime aandacht besteed aan de beheersing van de geïdentificeerde significante milieuaspecten. Interne audits hebben plaatsgevonden, onder andere om het voldoen aan de milieuvergunningen te verifiëren. Tevens zijn er projecten uitgevoerd om de impact van milieuaspecten, zoals gasvormige emissies en energieverbruik, te verminderen. Het opgestelde Bedrijfsmilieuplan (BMP-3) is volledig ingericht om alle belangrijke milieuaspecten te adresseren. De eerste controleaudit van KPMG, die in december 2002 is uitgevoerd, is succesvol verlopen en heeft geen afwijkingsrapporten opgeleverd. Tevens is de in 2002 door Lloyds als best in class beoordeeld in een door Novem georganiseerde audit op energiezorgsystemen van de bij NOGEPA 3. BESCHERMING VAN NATUUR EN MILIEU De heeft de zorg voor het milieu hoog in het vaandel staan. Het voorkomen van negatieve effecten op mens, dier en milieu is opgenomen in het bedrijfsbeleid. Investeringen in techniek en menskracht leveren innovatieve oplossingen op en zorgen voor reductie van emissies en overlast. aangesloten E&P-ondernemingen. Specifieke afdelingen van de zoals de inspectiedienst, de Arbo-dienst, de logistieke afdeling en het laboratorium voor productiechemie zijn respectievelijk gecertificeerd volgens de normen EN en ISO/IEC (accreditatie type B), Regeling Certificatie Arbodiensten, NEN-EN ISO 9001 en Sterlab. 3.2 Prestaties Het algehele beeld over 2002 is licht positief. De totale hoeveelheid aan gasvormige emissies is gedaald. Oorzaak hiervan is onder andere een teruggelopen productie op de offshore-locaties. De toegenomen hoeveelheid geproduceerd afval is een aandachtspunt; wel is bijna driekwart van het geproduceerde afval hergebruikt of nuttig toegepast. Het nieuwe bedrijfsmilieuplan geeft richting aan verdere verbetering van de milieuprestaties. Een aantal voor 2002 geplande offshore reductiemaatregelen is uitgesteld en in dit nieuwe plan opgenomen. GASVORMIGE EMISSIES De in dit verslag gerapporteerde cijfers over de gasvormige emissies zijn bepaald met behulp van een nieuw programma genaamd EIS (Environmental Information System). Via EIS worden de gasvormige emissies van alle locaties binnen de bepaald. Dit programma heeft per 1 januari 2002 het oude systeem MIRAS vervangen. Met de introductie van het nieuwe systeem zijn eveneens de uitgangspunten van emissiebepaling aangescherpt. De bepaling van gasvormige emissies is in EIS gebaseerd op meer gedetailleerde informatie van de gascomposities op de locaties. Via EIS komen de emissies uitgedrukt in EIU circa 5% hoger uit dan via MIRAS. Meer over de overgang van MIRAS naar EIS is in de toelichting op de cijfers in dit maatschappelijk verslag te vinden. Het effect van de gasvormige emissies wordt niet alleen uitgedrukt in tonnages (zie cijferbijlage) maar tevens doorgerekend in zogenoemde Environmental Impact Units (EIU). Deze EIU s zijn gebaseerd op een methode die de hoeveelheid uitgestoten componenten omrekent naar hun bijdrage aan de milieubelasting. Het totaal aan gasvormige emissies is gedaald met 4% ten opzichte van 2001 tot 1,7 miljoen EIU s. Deze reductie is met name toe te schrijven aan de afgenomen productie op offshorelocaties, onder andere door de uitgelopen onderhoudsperiode en de vervanging van de compressoren op het K14-platform. Voor 2003 wordt een verdere daling tot 1,6 miljoen EIU s verwacht. De vermindering in EIU s wordt grotendeels veroorzaakt door een daling in de emissies van VOS (vluchtige organische stoffen) en methaan (CH 4 ). De geplande reductie van VOS in 2003 wordt onder andere gerealiseerd bij de renovatie van installaties in het Annerveen-veld. De methaanreductie wordt voornamelijk gerealiseerd door het GLT-project, waarbij de fornuizen vervangen worden door incinerators. Deze zorgen ervoor dat de restgasverbranding wordt geoptimaliseerd en dat de hierbij vrijkomende warmte nuttig wordt gebruikt. In 2002 is de totale emissie van CO 2 en CH 4 uitgedrukt in CO 2 -equivalenten (=Global Warming Potential) licht gedaald. Dit wordt met name veroorzaakt door de verminderde productie offshore. De Global Warming Potential (GWP) zal naar verwachting in 2003 toenemen. Dit Bij de offshore-productie van gas wordt het productiewater op zee geloosd. In afspraken met de overheid heeft de zich gecommitteerd aan een reductie van het benzeengehalte in het geloosde water met 60% ten opzichte van Deze reductie wordt onder andere bereikt door het installeren van zuiveringsinstallaties van het type MPPE (Macro Porous Polymer Extraction). De eerste installatie van dit type is eind 2002 op platform K15A geïnstalleerd. Hierdoor zal per jaar wordt veroorzaakt door de installatie van compressoren op een aantal offshoreplatforms. Deze zijn nodig om de productie uit de gasvelden op peil te houden. In het MJA (zie hoofdstuk 4) zijn wel maatregelen opgenomen ter verbetering van de energie-efficientie, waarmee ook een reductie van de CO 2 - emissie wordt gerealiseerd. Bij de productie van aardgas komen restgassen vrij, die nog niet altijd in de productiestroom opgenomen kunnen worden, bijvoorbeeld door operationele omstandigheden. Ook komt er gas vrij tijdens het testen van putten en het drukvrij maken van installaties. Het streven is om deze restgassen nuttig te gebruiken, bijvoorbeeld voor energie-opwekking. circa kg minder benzeen worden geloosd. De MPPE-techniek werkt volgens het principe van extractie. De te lozen waterstroom wordt door een kolom langs een materiaal geleid dat de koolwaterstoffen zoals benzeen opneemt. Het opgenomen benzeen wordt vervolgens met behulp van stoom en een lage-druksysteem gecondenseerd en via een pijplijn naar de wal gebracht, vanwaar het als grondstof naar de raffinaderijen in Pernis gaat. Het zuiveringsrendement van de WATER Bij de productie van olie en aardgas op de Noordzee wordt het meegeproduceerde water ter plekke ontdaan van de minerale olie en vervolgens met het gezuiverde hemelwater en ander afvalwater geloosd op het oppervlaktewater, de zee. Deze waterstromen worden aangeduid als overboordwater. In 2002 is m 3 overboordwater geloosd vanaf installaties op zee, waarbij de gemiddelde olieconcentratie 13,2 mg/l was. Op alle afzonderlijke locaties was de concentratie onder de wettelijke limiet van 40 mg/l. Het installeren van de MPPE-unit op platform K15A (zie kader in de praktijk: benzeenreductie ) zorgt voor een verdere vermindering van de hoeveelheid geloosde olie. Eind 2002 is een project gestart om productiewater op platform K81 te injecteren in een niet meer producerende BENZEENREDUCTIE MPPE-techniek voor benzeen is groter dan 90%. Eind 2003 wordt een tweede MPPE-unit geplaatst op platform K15; de plaatsing van een derde unit is gepland voor

13 MILIEU BESCHERMING VAN NATUUR EN MILIEU put. Hiermee wordt naar verwachting een aanzienlijke reductie bereikt van de hoeveelheid geloosde olie en zware metalen. BODEM In 2002 waren 56 bodemsaneringsprojecten in uitvoering, waarvan er achttien werden beëindigd. Hiervan zijn er inmiddels zeven door de overheid beoordeeld en derhalve uit het urgentiesysteem verwijderd. Bij deze saneringsprojecten is ton grond afgegraven en afgevoerd en 1,8 miljoen m 3 grondwater onttrokken en gezuiverd. In toenemende mate worden bodemsaneringen uitgevoerd door middel van in-situ reiniging van de grond. Dit betekent dat de verontreinigde grond niet wordt afgegraven, maar ter plekke wordt gereinigd. De aanpak van bodemsanering gebeurt conform het Raamplan bodem 2000, waarvan in 2003 een actualisatie zal plaatsvinden. Aan het eind van 2002 waren er nog 412 historische gevallen van bodemverontreiniging. Toch worden er nog steeds nieuwe gevallen van bodemverontreiniging geconstateerd (63 in 2002). Dit betreffen zogenaamde zorgplichtgevallen, die in principe onverwijld en volledig gesaneerd moeten worden. Naast het opsporen en schoonmaken van verontreinigde bodem, wordt ook veel aandacht gegeven aan het voorkomen van nieuwe verontreiniging. De campagne Going for zero (zie hoofdstuk 5) is niet alleen gericht op veiligheid, maar met name ook op het voorkomen van negatieve effecten op het milieu. Productie van aardgas en aardolie kan op sommige plaatsen bodemdaling tot gevolg hebben. De heeft een programma opgezet om deze bodemdaling te monitoren. Dit programma wordt al enige tijd succesvol toegepast. In 2002 zijn er tientallen verzoeken gedaan voor de financiering van projecten ter compensatie van de bodemdaling, die het gevolg is van de gaswinning in Noord-Nederland. Uit het bodemdalingsfonds, dat speciaal AANTAL HISTORISCHE GEVALLEN VAN BODEMVERONTREINIGING urgentie/gevalsklasse-1 urgentie/gevalsklasse-2 urgentie/gevalsklasse-3 urgentie/gevalsklasse-4 urgentie/gevalsklasse-5 GASVORMIGE EMISSIES (MLN EIU) 5,0 4,5 4,0 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0, doelstelling doelstelling voor deze financiering werd ingesteld, geïnjecteerd in de diepe ondergrond en is 2,6 miljoen betaald. In het verleden water dat geloosd wordt op het riool. hebben zich rond gaswinning in In 2002 is bijna 1,8 miljoen ton water Zuidoost-Drenthe aardtrillingen voorgedaan. In 2002 zijn geen nieuwe gevallen het riool. Er is ton bedrijfsafval geïnjecteerd en ton geloosd op van aardtrillingen gemeld en zijn er geen geproduceerd, onder andere het huishoudelijk afval op alle locaties (kantoren nieuwe schadeclaims ingediend. Aan het eind van 2002 waren nog tien schadeclaims in behandeling. In totaal is tot en sloopafval dat ontstaat bij abandonnering en gaslocaties) van de en bouw- en met 2002 ruim ,- aan schadevergoedingen uitgekeerd. In 2002 is in totaal ton gevaarlijk en renovatie van productielocaties. afval geproduceerd. Dit bestond onder AFVALSTOFFEN Binnen de wordt analoog aan de geldende wetgeving onderscheid gemaakt in drie categorieën afval: afvalwater, bedrijfsafval en gevaarlijk afval. Het afvalwater is nog onder te verdelen in water dat bij productie ontstaat en weer wordt andere uit al het oliehoudende afval, zoals boorgruis op oliebasis. De verwerking van afval vindt plaats op basis van de in de wetgeving vastgelegde voorkeursverwijderingsvolgorde, de ladder van Lansink. Ruim 70% van het geproduceerde afval wordt hergebruikt % 15% AANTAL MILIEU-INCIDENTEN EN -KLACHTEN milieu-incidenten CO 2 EMISSIE (X1000 TON) verwachting klachten (excl. bodemtrilling) 2002-doelstelling MILIEU-UITGAVEN PER ASPECT (MLN EURO) waterbehandeling luchtverontreiniging, stank en licht bodembeheer afvalverwerking geluidsreductie natuurinpassing en compensatie overig VERWERKING AFVAL VOLGENS DE VOORKEURSVOLGORDE 14% 10% 10% 48% materiaalhergebruik nuttige toepassing verbranden anders dan storten storten producthergebruik of elders nuttig toegepast. Ongeveer 10% van het afval wordt uiteindelijk gestort. De fractie anders dan storten bestaat onder andere uit boorgruis en -spoeling op waterbasis dat in zee wordt geloosd. MILIEU-INCIDENTEN EN KLACHTEN Overlast van -activiteiten kan worden veroorzaakt door licht, geluid, stank, stof of bodemtrillingen. Deze verstoring komt vrijwel altijd naar voren als een klacht van omwonenden. Elke klacht wordt in behandeling genomen en onderzocht, eventueel plaatselijk beoordeeld en waar mogelijk opgelost. In 2002 zijn negentien klachten ontvangen; dit is evenveel als in In de planfase bij diverse projecten wordt aan de milieuaspecten als geluid, licht en stank specifiek aandacht besteed. De plannen van de worden in een zo vroeg mogelijk stadium met omwonenden gecommuniceerd. Zo wordt er bij nieuwe projecten een geluidsprognose opgesteld, wordt dit binnen zes maanden door middel van een verificatiemeting gecontroleerd en wordt op deze manier de geluidgebruiksruimte van een locatie bepaald. Ook de overlast door licht wordt zoveel mogelijk beperkt. Hiervoor is in 2002 een lichtreductieprogramma uitgevoerd, waarbij de lichtuitstraling op de locaties in Groningen werd gecontroleerd en zoveel mogelijk werd teruggebracht door lagere lichtmasten te installeren en minder licht te laten branden als er niemand op de locatie aan het werk is. Het totaal aantal milieu-incidenten is in 2002 gestegen tot 249. Het aantal lekkages naar bodem, water of lucht is ten opzichte van 2001 met twintig incidenten toegenomen. Het grootste deel van deze incidenten bestond uit gasvormige emissies naar de lucht: 84 incidenten. Daarnaast hebben zich 63 incidenten van bodemvervuiling voorgedaan. Een incident waarbij cement vanaf een boorinstallatie in zee terecht kwam, 26 27

14 MILIEU BESCHERMING VAN NATUUR EN MILIEU milieuaspecten relevant zijn bij de verlening. Door het opstellen van de MIR uitgaven zijn gestegen met 35 procent ten verschillende -activiteiten. In het kunnen alle omgevingsaspecten van een opzichte van Deze stijging wordt BMP-3 zijn alle significante milieuaspecten project in principe volwaardig meegewogen onder andere veroorzaakt door een groot opgenomen. Per milieuaspect wordt worden met de bedrijfseconomische aantal investeringen bij de renovatie en aangegeven wat de huidige stand van aspecten in de besluitvorming. De MIR nieuwbouw in het kader van Groningen zaken is, wat de wettelijke kaders zijn en bevat een toetsing aan de biodiversiteit en Long Term ter voorkoming van water- welke maatregelen worden genomen. een toetsing aan belangrijke criteria voor verontreiniging en voor het optimaal Duurzame Ontwikkeling. Het MIR-proces verwerken van afvalstoffen, met name bij MILIEU INVLOED RAPPORTAGE wordt in een zo vroeg mogelijke fase van bodemsaneringsprojecten. Ook zijn bij Sinds 1989 gebruikt de met het project uitgevoerd, omdat dan nog de diverse grote projecten op offshore- succes het MIR-proces (Milieu Invloed meeste en vergaande keuzemogelijkheden locaties milieu-investeringen gedaan Rapportage). Het is één van de belangrijk- (bijvoorbeeld alternatieve technologieën, (zie in de praktijk: Benzeen- ste interne instrumenten geworden voor installaties of locaties) voor implemen- reductie ). Zowel de operationele kosten het identificeren van de milieu-invloed, tatie in aanmerking kunnen komen. als de investeringen voor het verwerken die voortkomen uit de activiteiten van In 2002 zijn ongeveer 25 MIR s opgesteld. van afval vielen in 2002 hoger uit, omdat heeft geleid tot een boete van euro. betrekking tot het beheer van radio- afvalstoffen is beïnvloed door de bij het de. Het MIR-proces levert daarmee er onder andere meer boringen zijn Ook zijn er 82 incidenten geweest waarbij activiteit en straling in relatie tot Veiligheid, Besluit Stralingbescherming behorende een belangrijke bijdrage aan het verbeteren MILIEU-UITGAVEN EN INVESTERINGEN uitgevoerd dan in eerdere jaren. Voor vloeistoflekkages hebben plaatsgevonden Gezondheid, Welzijn en Milieu. De grenswaarden, maar evenzeer door van de milieuprestaties van de. In 2002 is 97,7 miljoen besteed aan inpassing in de natuur en compensatie is binnen de getroffen noodvoorzieningen, stralingsbeschermingsdienst maakt deel het activiteitenplan, zoals dat in 2002 Het MIR-proces is bestemd voor intern de beheersing van de verschillende in 2002 ongeveer 7,6 miljoen uitgegeven. zoals vloeistofdichte vloeren en lekbakken. uit van de stralingsbeschermings- in de verschillende assets is uitgevoerd. gebruik binnen de, hoewel de milieu-aspecten. De milieu-uitgaven Dit is bijvoorbeeld besteed aan het Deze hebben geen bodemverontreiniging organisatie en bestaat uit vier fulltime Detailrapportage over in 2002 vrijgekomen resultaten kunnen worden gebruikt bij vormen bijna 7 procent van de totale inpassen van locaties in de natuurlijke tot gevolg gehad. stralingsdeskundigen met daarnaast meer radioactief besmette installatie-onderdelen het voorbereiden van externe trajecten uitgaven en zijn verdeeld over operationele omgeving of het verminderen van dan 200 operationele medewerkers, die en radioactieve rest- cq. afvalstoffen vindt zoals het opstellen van een Milieu Effect kosten (42 procent) en kapitaals- zichthinder voor omwonenden. RADIOACTIVITEIT VAN opgeleid zijn voor de directe begeleiding plaats in het in de vergunning voor- Rapportage (MER) of bij de vergunning- investeringen (58 procent). De milieu- NATUURLIJKE OORSPRONG In de aardolie- en aardgasproducerende industrie komt het verschijnsel opstapeling van radioactieve stoffen in installatiedelen of meegeproduceerde reststoffen voor. Het gaat dan om radio- van werkzaamheden aan installaties, waarin radioactieve afzettingen voorkomen. Voor het omgaan met deze NORMstoffen is bij de de zogenaamde Stralingsbeschermingsdienst-regelgeving (Voorschriften, Procedures en Werk- geschreven Stralingsbeschermingsdienst Jaarverslag 2002, dat tevens aan betrokken overheden wordt toegezonden. 3.3 Plannen en instrumenten BEDRIJFSDYISCH SANEREN BIJ CLUSTER RENOVATIES IN GRONINGEN (GLT) actieve stoffen met een lage activiteit, instructies) van kracht. Als gevolg van BEDRIJFSMILIEUPLAN die afkomstig zijn uit de diepe onder- de invoering van het Besluit Stralings- Iedere vier jaar verschijnt, als onderdeel Het uitgangspunt van het bodembeleid en optimalisatie van bodembeheer en stoffen in het kader van grondverzet grond (de formatie) waaruit aardgas bescherming, met daarin nieuwe van het Milieuconvenant tussen de over- van de is het functioneel en bedrijfsdynamiek zijn binnen de en het Bouwstoffenbesluit behoren tot of aardolie wordt geproduceerd. De ver- nuclide-specifieke grenswaarden voor heid en de olie- en gaswinningsindustrie, kosteneffectief saneren van historische te vinden bij het GLT-project. Dit project de uitdagingen van GLT. In 2002 zijn zamelnaam voor deze stoffen is NORM : Meldingsplicht (MP) en Vergunningplicht een Bedrijfsmilieuplan (BMP). In 2002 bodemsaneringsgevallen. Het vernieuwde is gericht op het renoveren en optimali- op drie locaties in het kader van het Naturally Occurring Radioactive (VP), heeft een herwaardering van alle, is gewerkt aan het opstellen van het derde Nederlandse bodembeleid staat toe seren van de locaties waar gas uit het GLT-project werkzaamheden uitgevoerd. Materials (te vertalen als Radioactieve op dat moment geregistreerde, BMP, dat loopt vanaf 2003 tot en met dat meer dan voorheen aansluiting Groningen-gasveld wordt gewonnen. Stoffen van Natuurlijke Oorsprong ). LSA-inrichtingen plaatsgevonden. Het Het BMP-2 richtte zich voor- gezocht kan worden bij de dynamiek De constructiewerkzaamheden op een Bij de wordt hiervoor ook wel de aantal meldingsplichtige of vergunning- namelijk op gasvormige emissies naar van het bedrijf of van de samenleving. GLT-locatie vereisen onder meer term LSA gebruikt: Lage Specifieke plichtige LSA-inrichtingen is hierdoor de lucht, omdat in die periode daar Gedurende het in gebruik zijn van de grondmechanisch bodemonderzoek, Activiteit. Dit verschijnsel kan overigens toegenomen van vijftig naar 58 stuks. de meeste milieuwinst te behalen was. locatie is, onder bepaalde voorwaarden, ontgraving, grondwateronttrekking en bij elke vorm van delfstofwinning optreden. Met uitzondering van de externe Een aantal reductiemaatregelen uit het uitstel van het wettelijke sanerings- nieuwbouw. Tijdens deze GLT-project- De vergunningen die de in het kader verwerking wordt, voor wat betreft het BMP-2 is uitgesteld en wordt mee- tijdstip mogelijk. Door aansluiting fasen kan bodembeheer in preventieve van de Kernenergiewet heeft, schrijven beheer, geen onderscheid gemaakt tussen genomen in het BMP-3. In het nieuwe op bedrijfsdynamische momenten en curatieve vorm een plaats krijgen, onder meer een meldings- en rapportage- meldingsplichtig en vergunningplichtig. plan wordt nauw aangesloten bij het kunnen saneringen op een efficiënte waardoor een efficiënte combinatie structuur en de inrichting van een De omvang van in 2002 vrijgekomen ISO gecertificeerde milieuzorg- en effectieve wijze worden aangepakt. van sanering en renovatie gemaakt kan stralingsbeschermingsorganisatie voor; hoeveelheid radioactief besmette installatie- systeem van de. In het kader van Duidelijke voorbeelden van samenloop worden. Ook het hergebruik van rest- zij geven verder voorwaarden met onderdelen en/of radio-actieve rest- cq. dit zorgsysteem is vastgelegd welke 28 29

15 DE STAND VAN ZAKEN Werken rond kwetsbare gebieden Begin jaren zeventig besloot de overheid naast de winning uit het Groningen-gasveld de exploitatie van de kleinere Nederlandse aardgasgasvelden te stimuleren. Het bijzondere belang van het kleine-veldenbeleid voor ons land wordt geschetst op pagina 21 van dit verslag. Deze overheidskoers is nog onverminderd van kracht, getuige ook het Energierapport van het Ministerie van Economische zaken dat in februari constateerde: Het kabinet is van mening dat er dwingende redenen van openbaar belang zijn om Nederlands gas te winnen waar dat mogelijk is. De maand daarop meldde de toenmalige VROM-minister Pronk De onderschrijft het unieke karakter van de Waddenzee als nog eens, dat het kabinet onveranderd belang toekende aan de natuurgebied en ondersteunt de duurzame bescherming en ontwikkeling uitvoering van het kleine-veldenbeleid. Een substantieel deel van het natuurgebied die de overheid beoogt. De van de nu bekende kleine velden, in ieder geval veertig procent, is van mening dat gaswinning in het gebied daarmee in overeenstemming bevindt zich onder de Waddenzee. De huidige en nog te vinden is. Het belangrijkste bezwaar dat in de Kamer tegen de reserves, ook in de Waddenzee, zijn van een dusdanige omvang productie van gas in de Wadden werd geuit, had betrekking op de dat deze van groot belang kunnen zijn voor de nationale en schade die het milieu zou lijden als gevolg van bodemdaling. Europese voorzieningszekerheid op de langere termijn. Met het inbrengen van dat bezwaar werd geheel voorbij gegaan Minister Pronk zei dit in verband met de behandeling van de aan de onderzoeken die de afgelopen jaren zijn gedaan naar de zogeheten Planologische Kern Beslissing Derde Nota Waddenzee vraag of gaswinning blijvende schade aan het Waddenmilieu zou door de Tweede Kamer. Het belangrijkste doel van deze PKB is opleveren. De resultaten van deze onderzoeken hebben tot de de duurzame bescherming en ontwikkeling van de Wadden als conclusie geleid dat dit niet het geval is: de verwachte bodemdaling natuurgebied en het behoud van hun unieke karakter. Aan het van acht centimeter over een periode van twintig jaar slot van de behandeling diende PvdA-afgevaardigde mevrouw productie wordt volledig opgevangen door de natuurlijke Witteveen een motie in, die nieuwe activiteiten voor de exploratie dynamiek in het gebied. en winning van gas beoogt uit te sluiten. Deze motie werd door Het grootste onderzoek was de Integrale Bodemdalingsstudie de Kamer aangenomen, maar het tweede kabinet-kok, dat de Waddenzee, die in 1998 gereed kwam. De uitkomsten daarvan motie had ontraden, heeft er vanwege zijn vroegtijdige vertrek niet werden getoetst door een onafhankelijke commissie van meer op kunnen reageren. deskundigen, wat ook gebeurde met de resultaten van de studie Monitoring effecten van bodemdaling op Ameland-Oost, die in UITSPRAAK Vrijwel gelijktijdig met de behandeling van de PKB Waddenzee door de Kamer, deed de Raad van State een uitspraak in het beroep dat de had ingesteld tegen de weigering van het ministerie van LNV om Natuurbeschermingswetvergunningen te verlenen voor proefboringen (Ballum en Ballonplaat) en voor de al aangelegde, maar niet-producerende lokaties Paesens/Moddergat en Lauwersoog. Het beroep werd afgewezen. De regering-balkenende gaf in haar Strategisch Akkoord van juli 2002 onder voorwaarden toestemming voor het starten van de productie op de genoemde twee lokaties. De daar aangetoonde voorraad vertegenwoordigt voor de overheid een directe waarde van circa 2,8 miljard euro aan aardgasbaten werd gepresenteerd. De uitkomsten van het dertien jaar feitelijk volgen van de milieu-effecten van de gaswinning op Ameland werden vervolgens vergeleken met die van de integrale studie en doorgerekend voor het gebied De Paezemerlannen rond Moddergat en Lauwersoog. Dat leidde tot de eerder genoemde algemene conclusie, waarop de haar overtuiging baseert dat zij in het Waddengebied zonder schade voor het milieu gas kan produceren. Bovendien is de bereid de effecten van de gaswinning op het Waddengebied continu te monitoren, waardoor het tempo van winning indien nodig kan worden aangepast aan het tempo van sedimentatie. Dit wordt ook wel produceren met de hand aan de kraan genoemd. WADDENMILIEU Al in 1994 uitte een groep grote milieuorganisaties haar zorgen over de negatieve ontwikkeling van het Waddenmilieu, onder andere als gevolg van de oesterkwekerij in Zeeland waardoor miljoenen oesters naar de Wadden konden emigreren - en van de kokkelvisserij. Najaar 2002 trok de Waddendiscussie de aadacht van de Polmangroep (een groep geëngageerde milieuwetenschappers en publieke opinieleiders). Discussies in de Polmangroep over de noodzaak om het beleid ten aanzien van het Waddengas te herzien in het kader van de klimaatsverandering, de zeespiegelstijging en de inzet op mondiaal niveau van aardgas en steenkool, leidden tot een brede inventarisatieronde onder belanghebbenden. De uitkomst van dit onderzoek onder leiding van Wouter van Dieren was een ondubbelzinnige conclusie: De kwaliteit van de natuurwaarden van de Waddenzee neemt zienderogen af, de gecompliceerde bestuursstructuur voor dit gebied staat een verbetering van deze situatie op korte termijn in de weg, een speciale overheidscommissie zou moeten worden benoemd om met een brede opdracht de aanhoudende impasse te doorbreken en oplossingen voor de lange termijn aan te dragen. Bij een terugkoppeling richting de belanghebbenden werd hierover een brede consensus bereikt. Dit advies werd eveneens gestuurd aan de informateurs van het nieuw te vormen kabinet. In 2002 werd ook de mening van de Nederlandse bevolking inzake gaswinning in Waddenzee gepeild. Een onderzoek van Bureau Interview NSS wees uit dat 62 procent daarmee instemt, mits de natuur er niet onder lijdt. Verschillende onderzoeken uit de laatste jaren laten op dit punt een consistent beeld zien. BIESBOSCH Op basis van seismische gegevens wordt gas vermoed onder het natuurpark De Biesbosch. Een proefboring kan hierin duidelijkheid brengen. De heeft in deze zaak een duidelijk standpunt ingenomen door publiekelijk te stellen geen installaties in De Biesbosch te zullen plaatsen en - los van benodigde vergunningen - ook alleen dan activiteiten te zullen ondernemen indien er hiervoor een zeker draagvlak bestaat. Mede op initiatief van de Overlegraad Olie en Gas (OOG) is hieraan in 2001 invulling gegeven. Samen met partijen als het Ministerie van Economische Zaken, Staatsbosbeheer en het Wereldnatuurfonds is onderzocht of er een integrale toekomstvisie voor dit gebied kan worden ontwikkeld die de kwaliteit van de natuurwaarden ten goede komt en die eventuele gasactiviteiten niet bij voorbaat uitsluit. Bij de totstandkoming van een dergelijke visieontwikkeling moeten eventuele gasactiviteiten worden meegewogen. De verkennende studie naar win-win mogelijkheden is inmiddels uitgevoerd. Bij de publicatie van dit jaarverslag was het nog niet duidelijk hoe het vervolgtraject rondom de visieontwikkeling verder ter hand zal worden genomen

16 MILIEU BEHEER VAN GROND- EN HULPSTOFFEN, ENERGIE EN WATER 4. BEHEER VAN GROND- EN HULPSTOFFEN, ENERGIE EN WATER 4.1 Grond- en hulpstoffen Bij de exploratie en productie van aardgas en aardolie worden mijnbouwhulpstoffen water en hydraatvorming en om corrosie in installaties te voorkomen. De belangrijkste proceshulpstoffen voor het geboorde meters in 2002, ten opzichte van de twee voorgaande jaren. De continue verbetering op het gebied van mijnbouw ENERGIEVERBRUIK (GJ) beschikbaar stellen van de leerpunten hieruit aan verschillende overheden en de rest van de Nederlandse industrie. 4.2 Energie De belangrijkste energiedragers bij de activiteiten van de zijn aardgas, dieselolie en elektriciteit. Aardgas wordt onder andere gebruikt bij de opwekking gebruikt. Het verbruik van mijnbouwhulpstoffen is sterk afhankelijk van behandelen van aardgas zijn corrosion inhibitor, H 2 S-scavengers, glycol en hulpstoffen wordt bewerkstelligd door blijvend te zoeken naar betere en 2002 van elektriciteit door middel van gasturbines bij productie-installaties op zee. het activiteitenniveau. Dit niveau is af te methanol. Het gebruik van de hulpstoffen efficiëntere producten. Dit wordt vertaald gas diesel elektriciteit Elektriciteit, betrokken van het openbare meten aan bijvoorbeeld het aantal loopt in lijn met de productie. De toe- in zowel de toepassing van milieuvrien- net, wordt onder meer gebruikt om boringen en de hoeveelheden kubieke meters geproduceerd aardgas en gewonnen aardolie. De afleveringskwaliteit van aardgas en aardolie wordt name van het methanolgebruik in 2002 ten opzichte van 2001 wordt met name veroorzaakt door verdubbeling van de gasproductie op de locatie Monster. delijker chemicaliën als in een reductie van het volume aan verbruikte chemicaliën. Bij de selectie van chemicaliën wordt naar de volledige gebruiksketen 1990 HULPSTOFFEN BIJ BORINGEN (TON) compressoren aan te drijven waarmee gas in de diepe ondergrond wordt geïnjecteerd op de locaties bij Norg (Langelo) en Grijpskerk en voor het aandrijven van onder meer bereikt door diverse hulp- Daarnaast is het gebruik van hulpstoffen (lifecycle) van het desbetreffende product 1998 compressoren voor het op peil houden stoffen aan het proces toe te voegen. Deze hulpstoffen zijn met name bedoeld om de productstromen te ontdoen van bij boringen toegenomen. Dit wordt veroorzaakt door toename van de booractiviteiten en daarmee het aantal gekeken. Dit proces is een essentieel onderdeel van het Chemicaliën Management Systeem. Daarnaast beheert van de gasdruk. Bij de mobiele boorinstallaties wordt voor de energieopwekking gebruik gemaakt van dieselgeneratoren. TOEPASSING COMPRESSOREN, OFFSHORE OP DRUK minerale olie verzwaringsmiddelen zouten en hydroxiden speciale producten cement HULPSTOFFEN BIJ PRODUCTIE (1.000 M 3 ) GASVERBRUIK In 2002 is het gasverbruik bij de ten opzichte van 2001 gedaald. Voornaamste oorzaak hiervoor is, zoals vermeld in hoofdstuk 3, de verminderde gasproductie van de offshore-installaties ten opzichte van Gasunie-directeur George Verberg stroomt het gas met een grote capaciteit Deze apparaten zuigen het gas als 0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5 4,0 4,5 wist het technische verhaal van de naar buiten. Na verloop van tijd is het ware uit het reservoir en persen 1990 ELEKTRICITEITSVERBRUIK gasproductie uit een ondergronds reservoir begrijpelijk te maken door een reservoir te vergelijken met een ballon. de druk zodanig verminderd dat de uitstroom van gas sterk afneemt, totdat een volledig evenwicht is bereikt. het onder de benodigde druk in het leidingsysteem. Het toepassen van compressoren op offshore locaties is Het verbruik van elektriciteit is vergeleken met het jaar 2001 toegenomen. Het verbruik van elektriciteit is met name gestegen Voordat een gasveld in productie wordt genomen is het ondergrondse reservoir vergelijkbaar met een net opgeblazen Voor een ballon betekent dat evenwicht de buitenlucht en voor een gasveld evenwicht - via de putten en de boven- niet nieuw. Een voorbeeld hiervan is de locatie K14. Deze zeventien jaar oude compressoren zijn in de zomer door de injectie van gas in de ondergrondse gasopslagen bij Norg en Grijpskerk. Deze injectie van gas vindt plaats door middel ballon, die bol staat van de gasdruk. grondse behandelingsinstallatie - met van 2002 vervangen, niet alleen omdat 2002 van compressoren die aangedreven worden Zodra het ventiel wordt losgelaten de heersende druk in de pijpleiding waardoor het gas verder wordt ze fysiek aan vervanging toe waren, maar ook omdat ze niet meer voldeden olieproductie (diversen) gasproductie (glycol) gasproductie (methanol) door elektromotoren. Daarnaast is in toenemende mate gebruik gemaakt van getransporteerd. In die toestand van aan de eisen van energie-efficiëntie en elektrisch aangedreven compressoren evenwicht kan er nog steeds een relatief emissies naar de lucht. de een eigen zwarte- en grijze van een discussie met betrekking tot om de druk van het gas tijdens en na grote hoeveelheid gas in het reservoir Daarnaast zijn en worden op de stoffenlijst, die is gebaseerd op de officiële chemicaliënregelgeving in Europees behandeling op peil te houden. zijn achtergebleven, met name als locaties L9, L5 en L15 compressoren lijsten die in Nederland gangbaar zijn. verband), wordt door de een proef- de druk daarbuiten, in de pijpleiding, geplaatst om gas voort te kunnen In het kader van de Strategie Omgaan tuinproject uitgevoerd. Dit betreft een DIESELVERBRUIK hoog is. Om de laatste hoeveelheden produceren. Deze compressoren zijn Met Stoffen (SOMS), ontwikkeld door studieproject met betrekking tot het Het verbruik van diesel is gestegen door gas te kunnen produceren bieden van het centrifugaal type en worden het Ministerie van VROM (en nog niet optimaliseren van het -chemicaliën- de toename van de booractiviteiten compressoren een uitkomst. aangedreven door gasturbines. officieel als wetgeving in Nederland beheersysteem (het identificeren van (de totaal geboorde afstand is met 70% geïmplementeerd maar wel onderdeel zogenaamde best practices ) en het toegenomen), zowel op zee als op het land 32 33

17 MILIEU BEHEER VAN GROND- EN HULPSTOFFEN, ENERGIE EN WATER (NOGEPA), hebben een nieuwe afspraak EBP-2, zijn beter dan de doelstelling en In de diepe ondergrond komt namelijk behandeling in zee geloosd. Bij twee gemaakt betreffende energiebesparing deze positieve lijn zet zich in de toekomst naast olie en gas ook water voor, dat locaties op zee wordt sinds enige tijd het (de Meerjarenafspraak-2). Het MJA-2 is voort. Veel projecten die tot doel hebben onvermijdelijk tezamen met de olie en productiewater in de diepe ondergrond na ondertekening van een verklaring van het energiegebruik te verminderen zullen het gas wordt meegeproduceerd. geïnjecteerd. Bij bouw- of sanerings- deelname in december 2001 gestart en zal tevens een positief effect hebben op de Dit zogenaamde formatiewater (2 miljoen werkzaamheden op mijnbouwlocaties lopen tot en met Het referentiejaar emissies naar de atmosfeer. Veel van m 3 in 2002) kan veel minerale zouten komen verschillende waterstromen vrij. is In het kader van de MJA-2 zijn in de energie wordt door de zelf bevatten zoals die ook voorkomen in De belangrijkste zijn bronneringswater het Energiebesparingplan (EBP-2) van opgewekt met gasgestookte procesonder- zeewater. Het formatiewater wordt (doel: een tijdelijke en lokale verlaging van de de contouren voor verdere delen zoals fornuizen, gasmotoren en gescheiden van de olie en het gas in de de grondwaterspiegel) en saneringswater verbetering van energie-efficiëntie -turbines. De energie-efficiënte besparin- bovengrondse productie-installaties om (doel: het reinigen van een vervuilde opgesteld. Binnen NOGEPA zal verdere genover het jaar 2002 waren TJ ten aan de verkoopspecificaties te kunnen bodem). De vervuilde waterstromen inpassing van dit raamwerk worden opzichte van het referentiejaar voldoen. Het afgescheiden formatiewater worden, conform de milieu-eisen, gegeven, waarbij eventueel gebruik zal De energie-efficiëntie in dezen komt wordt productiewater genoemd. Vanuit eerst gereinigd en daarna zoveel mogelijk worden gemaakt van nieuwe thema s, hiermee op 79,3% ten opzichte van het economisch en milieu-oogpunt heeft op het oppervlaktewater geloosd zoals duurzame energie. Hierbij wordt referentiejaar injectie in de diepe ondergrond van (lozingswater: 1,7 miljoen m 3 in 2002) en door de verhoogde onderhoud- en nemende gebruik van compressoren om vooruitgekeken tot en met 2004, waarbij 1998 als referentiejaar is genomen. Ten opzichte van 1998 is een potentiële 4.3 Integraal waterbeheer In 2002 is circa m 3 water bij de productiewater (in ,8 miljoen m 3 ) de voorkeur. Het productiewater, inclusief de daarin van oorsprong aanwezige stof- of in de bodem geïnfiltreerd (infiltratiewater). Op de locaties van de valt regenwater (hemelwater). Schoon nieuwbouwactiviteiten op zee, waardoor de gasdruk in de behandelingsinstallaties energiebesparing van terra joules gebruikt als drinkwater, ten behoeve fen plus een minimale hoeveelheid niet water wordt geloosd op het nabijgelegen kranen op de locaties en supplyboten naar op peil te houden. (TJ) in 2004 mogelijk. Samen met het van schoonmaak werkzaamheden of als af te scheiden stoffen uit het olie- en gas- oppervlaktewater, het riool of bij locaties die locaties vaker werden ingezet. verwachte energieverbruik in 2004 van waswater bij de behandeling van de winningsproces, gaat daarmee terug naar offshore op de Noordzee. PLANNEN TJ resulteert dit omgerekend in geproduceerde olie in West-Nederland. waar het oorspronkelijk vandaan komt, KOMENDE JAREN De Minister van EZ en de olie- en gas- energie-efficiëntieverbeteringen van Het water dat wordt betrokken van het namelijk de poreuze olie- en gashoudende De verwachting is dat het absolute energie- producerende bedrijven (inclusief de 18,4% in 2004 ten opzichte van openbare net is een relatief klein onder- lagen. Bij de olie- en gaswinning op zee gebruik van de in de komende jaren ), verenigd in de Nederlandse Olie De reeds bereikte resultaten uit de deel van de andere waterstromen, die zich wordt in vrijwel alle gevallen het productie- zal toenemen, als gevolg van het toe- en Gas Exploratie en Productie Associatie Energie Besparing Plannen, EBP-1 en bij de activiteiten van de voordoen. water (in 2002: 0,26 miljoen m 3 ) na ENERGIEOPWEKKING -LOCATIE GROOTEGAST In november 2002 is op de behandelingslocatie te Grootegast een nieuwe electriciteitopwekkingsinstallatie in gebruik genomen. Als brandstof hoeven te worden. In plaats daarvan wordt het gas omgezet naar nuttige (elektrische) energie. Hoewel de opwekkingsinstallatie op de Grootegast- zoals dat geldt voor de locatie Vries-1. Voorts is er een kabelverbinding gemaakt met het 20 kilovolt verdeelstation op de - locatie te Grijpskerk, om het Hemelwater Grondwater locatie Bronnerings- en saneringswater Productiewater Doodpomp-vloeistof Uitgewerkt putstimulatiewater Spoel- en spuitwater Infiltratiewater Oppervlaktewater Riool Externe verwerking B I O S F E E R wordt gebruik gemaakt van restgassen die afkomstig zijn van de gasbehandelings- locatie is gesitueerd, is de geen eigenaar van de installatie. De (eventuele) overschot aan elektrische energie af kunnen voeren. De bouw van Afsluitende laag installatie. Met dit gas worden vier 330 kilowatt door gasmotoren aan- heeft in dit geval een energieomzettingscontract gesloten met de leverancier van de energieopwekkinginstallatie was onderdeel van een groter project, waar- Formatiewater Injectiewater Diepe ondergrond gedreven generatoren gevoed, die op de installatie ABB. ABB is eigenaar en bij de gasbehandelingsinstallatie op hun beurt energie leveren aan een nieuwe opereert en onderhoudt de installatie. de locatie Grootegast is gerenoveerd. 1.3 megawatt depletiecompressor op Via het contract betaalt de voor In dat kader is het vermeldenswaard de genoemde behandelingsinstallatie. de conversie van gas naar elektrische dat een overtollige depletiecompressor Belangrijk voordeel hierbij is dat de rest- energie. Het contract is vergelijkbaar van de -locatie Suawoude nu op gassen niet meer (continu) verbrand met het energieconversiecontract Grootegast wordt hergebruikt

18 Sociaal ONZE PRESTATIES in één oogopslag Ziekteverzuim gedaald van 2,8% naar 2,3% in Versteviging extern reputatiebeleid voortgezet. Eén miljoen euro besteed aan - externe - werkgelegenheidsinspanningen. Aandacht voor leiderschapsontwikkeling en diversiteit. 5.1 Personeel Om de -doelstellingen te behalen waren er per 1 januari 2003 bij de 2125 medewerkers in dienst. Op deze medewerkers zijn verschillende arbeidsvoorwaarden van toepassing. Voor circa 770 medewerkers zijn de arbeidsvoorwaarden in overleg met de vakbonden FNV en CNV vastgelegd in de -CAO. Daarnaast zijn er 181 buitenlandse medewerkers op wie de expatriate-voorwaarden van toepassing zijn. De rest zijn niet-cao-medewerkers op Nederlandse arbeidsvoorwaarden. ONEGAS/EP EUROPE In het voorwoord van directeur Karel Stigter wordt melding gemaakt van een tweetal aanzienlijke herstructureringen die in het verslagjaar werden voorbereid. De nieuwe organisatie ONEgas - een verregaande vorm van samenwerking op de Noordzee tussen de en Shell Expro in Groot-Brittannië - ging in januari 2003 van start. Tevens werd in 2002 een haalbaarheidsstudie uitgevoerd naar een geïntegreerde Europese Shell-organisatie op het gebied van Exploratie en Productie (EP). De studie werd eind vorig jaar 5. RESPECT VOOR MENSEN In de veranderende omgeving waarin de zich beweegt, bleef ook in 2002 het -beleid erop gericht de medewerkers en de hen vertegenwoordigende organen (OR en vakbonden) te betrekken in de planning en de uitvoering van hun werkzaamheden. Om dit te bewerkstelligen draagt de zorg voor goede en veilige arbeidsomstandigheden, een zorgvuldig loopbaanbeleid, goede en concurrerende arbeidsvoorwaarden, goede communicatie en mogelijkheden voor verdere ontwikkeling van persoonlijke competenties van alle medewerkers. afgerond met een positief resultaat. De reorganisatie brengt de EP-activiteiten van Shell in acht Europese landen uiteindelijk onder één managementteam. In eerste instantie zal een bredere integratie van de, Shell Expro en SEPNo in Noorwegen per 1 januari 2004 plaatsvinden. Binnen de is al in 2000 een reorganisatie in gang gezet die een inkrimping voorzag in het aantal posities van zo n nu naar circa per eind Het effect van de Europese integratie betekent voor de een aanvullende reductie van circa 150 posities naar uiteindelijk ongeveer posities per eind Deze banenreductie zal - naast natuurlijk verloop - naar verwachting geheel worden opgevangen door bestaande regelingen, zoals vervroegde uittreding en begeleid zoeken naar een werkkring binnen en buiten het bedrijf. RECRUTERING Door middel van interne en externe recrutering werden er in totaal 140 vacatures vervuld. Met 29 mensen werden afspraken gemaakt voor indiensttreding begin In totaal hebben 110 medewerkers de dienst verlaten. Hiermee zijn de vooraf gestelde doelstellingen voor 2002 gehaald. ATTRACTIE Vanuit het attractiebeleid van de zijn in 2002 verschillende activiteiten de revue gepasseerd. Er hebben naar aanleiding van diverse (van studenten afkomstige) verzoeken, zes bedrijfsbezoeken plaatsgevonden. Veelal waren de studenten afkomstig van aardwetenschappelijke studies. Daarnaast heeft de zich ook extern gepresenteerd, onder andere door de actieve deelname aan de Hanze Recruitment Day in Groningen, waar een door en voor studenten professioneel opgezette banenbeurs heeft plaatsgevonden. Jaarlijks ontvangt de honderden verzoeken tot sponsoring van onderwijsinstellingen en studentenverenigingen. In 2002 heeft de aan diverse verzoeken gehoor gegeven door middel van een financiële bijdrage of door het plaatsen van een advertentie. TRAINING EN ONTWIKKELING In 2002 is meer dan in 2001 aandacht aan Learning & Development van de medewerker en dus ook van de organisatie besteed. Dat beeld wordt bevestigd door enerzijds het bestede trainingsgeld (circa 20% meer dan in 2001) en anderzijds door WAO INSTROOM 2002 (=0,33% VAN AANTAL MEDEWERKERS) 12% 9% Hart en vaatziekten 12% Zenuwstelsel Bewegingsapparaat Psychische aandoeningen Overigen 40% 27% DIAGNOSEVERDELING VERZUIM % 23% spijsvertering 22% psychische problemen 0% ademhaling bewegingsapparaat ongevallen/vergiftiging overigen 19% 28% ONGEVALSFREQUENTIES ongevallen met verzuim (per mln blootstellingsuren) 2002-doelstelling ongevallen met letsel (per mln blootstellingsuren) verwachting verwachting het aantal gevolgde trainingsdagen (bijna 40% meer dan in 2001). Daarnaast is uit onderzoek gebleken dat de noodzaak aanwezig was om de competenties in verschillende disciplines te verhogen. Veel Young Professionals hebben diverse Shell Group-trainingen gevolgd. De Know your Company training, de één-weekse introductiecursus, is in 2002 vier keer gehouden. De training, waarbij nieuwkomers het bedrijf en andere nieuwe collega s leren kennen, begint altijd met een weekend Waddeneiland en Waddenzee. De Hydro Carbon Life Cycle is de rode draad die door de training loopt en wordt ondersteund door vele presentaties en excursies. In navolging van het in november 2001 uitgebrachte -trainingsplan is in 2002 het Learning & Developmentmagazine verschenen met als titel Leerwijzer: hoe kun je leren bij de. In het magazine wordt de medewerkers uitgelegd hoe zij hun competenties verder kunnen ontwikkelen. De nodige aandacht is besteed aan leiderschapsontwikkeling. Medewerkers zijn genomineerd voor leiderschapsprogramma s in Shell-verband, en tevens zijn er -specifieke leiderschapsprogramma s ontworpen voor eigen personeel. Aan het Shell Groep Leiderschapsprogramma GBLP (Group Business Leadership Program) hebben in het verslagjaar -medewerkers deelgenomen. Aan de door de specifiek ontworpen en gefaciliteerde leiderschapsprogramma s (Coaching, Ranking & Beoordeling en LP), hebben negentig medewerkers deelgenomen. Verder is in 2002 een inhaalslag gemaakt met betrekking tot de Operation Technician (OT) en Senior Operation Technician (SOT) 36 37

19 SOCIAAL RESPECT VOOR MENSEN TRAINING IN 2002 Type training cursisten aantal dagen Group training Non-technisch Ideeën Behandeld Beloond Aanmoedigingspremie (à 57,=) STRESSMANAGEMENT In 2002 is het onderwerp stress in de gehele -organisatie op verschillende manieren aan de orde gesteld. Bij verschillende -afdelingen is een aantal periodieke Technisch Beloning ( ) , ,50 standaard onderzoeken gehouden met In verschillende delen van de - VGWM Besparing ( ) , ,00 vragenlijsten gericht op arbeidsomstandig- organisatie kent men al enige jaren Totalen Gemiddelde beloning ( ) 860,40 824,75 heden en stressgerelateerde klachten. het principe dat ongevalvrij werken Gemiddelde besparing ( ) , ,45 Aanbevelingen zijn op afdelingsniveau geld oplevert. Des te langer een teruggekoppeld. Daarnaast heeft de periode zonder ongevallen en/of trainingen. Door het aanscherpen van het onder de naam Competence Based ARBEIDSVOORWAARDEN ZIEKTEVERZUIM zogenaamde Shell People Survey plaats- incidenten wordt gewerkt, des te beleid heeft alsnog een groot aantal Development in 2003 binnen de Aangezien er in 2001 een tweejarige CAO Het ziekteverzuim (exclusief zwanger- gevonden (zie elders in dit verslag), waarin hoger het bedrag is dat, via een medewerkers hun OT- respectievelijk worden ingevoerd. Dit systeem wordt is afgesproken met de vakbonden, zijn er schap) binnen de ligt onder het vragen over werkomstandigheden waren bepaalde berekening, ter beschikking SOT-certificaat, waarmee competentie ten ondersteund door een computer- geen onderhandelingen geweest. Wel is de landelijke gemiddelde van de industrie opgenomen. Uit alle onderzoeken blijkt van een bepaald(e) afdeling, asset, aanzien van alle voorkomende operatio- programma waarmee de persoonlijke afspraak ten aanzien van het Persoonlijk en bouwnijverheid van 6,1 procent. dat stress niet alleen wordt veroorzaakt platform of kantoor wordt gesteld. nele werkzaamheden wordt aangetoond, competenties kunnen worden afgezet Ontwikkelings- en Zorgbudget (POZB) Het verzuim daalde van 2,8 procent in door de hoeveelheid werk, maar zeker ook behaald. Met name de offshore-assets tegen de nieuwe competentieprofielen. verder uitgewerkt. In een brochure is uit naar 2,3 procent in het afgelopen door de manier van werken en de invloed PLEISTER VRIJ WERKEN LEVERT GELD OP hebben een goede prestatie geleverd. Zo is D15 het eerste bemande platform met OT- of SOT-gecertificeerde medewerkers. Door het OT/SOTopleidingsprogramma aan te melden bij ONDERNEMINGSRAAD 2002 was het tweede zittingsjaar van de huidige Ondernemingsraad. In dit jaar heeft de Ondernemingsraad onder andere gelegd hoe de CAO-medewerkers hun budget ( 2.050,- over drie jaren) kunnen besteden aan de eigen ontwikkeling, het financieren van zorgverlof en maatschappelijke activiteiten. jaar. De diagnoseverdeling geeft aan dat het merendeel van het arbeidsverzuim te maken heeft met problemen van psychische aard, de ademhaling (veelal griep- en verkoudheidsgevallen) of het bewegings- die de werknemer daar zelf op heeft. Serviceverlenende afdelingen binnen de, die een grote vraag vanuit de operationele afdelingen krijgen te verwerken zonder dat ze daar invloed op kunnen het Europees Sociaal Fonds (ESF) heeft de volgende adviesaanvragen behandeld: apparaat, waaronder RSI, sportletsel, uitoefenen, hebben meer kans op werk- de een subsidie van 2,1 miljoen de uitrol van de SAP Processing Units, IDEEËNBUS rug- en gewrichtsklachten. Actieve en gerelateerde stress. Het aantal medewerkers toegekend gekregen. Deze Europese organisatorische aanpassing van de Door de medewerkers zijn 111 ideeën vroege (gedeeltelijke) reïntegratie in met beroepsziekten door stress is in 2002 subsidie voor de procesindustrie heeft als afdeling Projects in de asset Land Noord ingediend. Circa 20% van deze ideeën is in goed overleg met de werknemer, de afgenomen van zeventien naar negen. doel de vakbekwaamheid in deze branche (ELN-P) en de adviesaanvraag over de totaal voor ,50 beloond en heeft werkgever en de Arbo-dienst lijkt effect te te behouden en waar mogelijk te verbeteren. samenwerking tussen de en Shell een besparing van ,- voor het hebben op de verzuimduur. RSI Expro op het gebied van exploratie en bedrijf opgeleverd. Repetitive Strain Injury (RSI) is een ver- Ook door stelselmatig risico s te COMPETENTIEMANAGEMENT Competentieprofielen zijn het afgelopen jaar een belangrijke factor geweest bij het productie in de Noordzee (ONEgas). Eind 2002 is er een overlegorgaan opgericht genaamd ONEgas Staff Liaison Group, 5.2 Arbo-zorg De veiligheid en gezondheid van de WAO-INSTROOM De instroom in de WAO bij de was in ,33% van het totaal aantal mede- zamelnaam voor lichamelijke klachten die ontstaan door repeterende bewegingen. Het gaat om pijnklachten, tintelingen, melden kan geld bijeen worden beter in kaart brengen en ontwikkelen van waarin vertegenwoordigers van de werknemers zijn een gedeelde verantwoor- werkers. De vergelijkbare landelijke doofheid en krachtverlies, vooral in nek, gespaard. De medewerkers kunnen competenties van medewerkers. -OR, de Lowestoft Staff Committee delijkheid van de medewerker en de instroom was 1,5%. Het grootste risico op schouders, armen, polsen en handen. vervolgens dit bedrag aan een zelf De profielen worden met name gebruikt en van het ONEgas-leiderschapsteam leidinggevenden. Hierin worden zij instroom in de WAO ligt bij medewerkers Binnen de wordt al een aantal jaren te kiezen goed doel geven. De mede- als input voor het salarisprogressie- zitting hebben. De ONEgas Staff Liaison ondersteund door de Arbo-dienst en waarbij de diagnose psychische aan- ruim aandacht besteed aan de preventie werkers van de asset Land Oost instrument (Competentie Gebaseerde Group heeft als doelstelling om vanuit Veiligheidsdienst. De speerpunten doeningen is vastgesteld. In dat kader is en aanpak van RSI. Er is pauzesoftware bijvoorbeeld besloten vorig jaar een Progressie) en het schrijven van persoon- de -Ondernemingsraad invulling te in 2002 betroffen de verbetering van ook de invoering in april 2002 van de beschikbaar, evenals een uitgebreide RSI- bedrag van 1250,- te overhandigen lijke ontwikkelingsplannen (POP). In de geven aan de medezeggenschap op de veiligheidsprestaties, bestrijding Wet Verbetering Poortwachter (WVP) van website op Intranet. In 2002 is het aantal aan de Stichting Daniëlle. Deze stich- loop van 2002 zijn er in samenwerking ONEgas-niveau. In december 2002 is er van RSI en - mede gezien het proces van belang. De aanpak in deze wet ten aanzien medewerkers met RSI-beroepsziekten ting houdt zich bezig met het vervullen met de -expertisehouders nieuwe door de OR besloten om participatieve reorganisaties waarmee het bedrijf van de reïntegratie van medewerkers in toegenomen van twee naar zes. van wensen van kinderen met kanker. competentie-profielen (de zogenaamde EP Standard Job Competence Profiles) opgesteld, die beter afgestemd zijn op medezeggenschap uit te oefenen bij het uitwerken van het ontwerp van de EP Europe-organisatie. en de medewerkers geconfronteerd worden - stressmanagement. het arbeidsproces past goed in het verzuimbeleid dat de al hanteert. Het devies is dat de werkgever en de 5.3 Veiligheid In 2002 heeft de de positieve trend huidige competentie-eisen en beoor- werknemer er alles aan moeten doen om in de veiligheidsprestaties helaas niet vol- delingsinstrumenten en binnen alle reïntegratie goed te laten verlopen. ledig kunnen vasthouden. In de categorie EP-bedrijven worden gebruikt. Het nieuwe recordable cases (incidenten met letsel) is ontwikkelings- en progressiesysteem zal een stijging te zien van 2,7 naar 4,0 per 38 39

20 SOCIAAL RESPECT VOOR MENSEN DE STAND VAN ZAKEN miljoen gewerkte uren. In de categorie ongevallen met verzuim tot gevolg daalde het doorlopende gemiddelde licht van 1,1 naar 1,0 per miljoen gewerkte uren. Zeer positief is het feit dat de ernst van het letsel belangrijk is verminderd. Een belangrijk zorgpunt is het hoge aantal incidenten met een potentieel ernstig gevolg. In meer dan de helft van de gevallen met letsel betrof het verwondingen aan handen, armen of voeten. Opvallend vaak is er sprake van beknelling van vingers. Uit de analyses van de incidenten blijkt verder dat in 75% van de gevallen de incidenten met letsel optreden bij onderaannemers. Deze categorie is derhalve ook een belangrijke doelgroep in het streven om de veiligheidsprestatie nog verder te verbeteren. In het verslagjaar is twee keer twee miljoen uren zonder ongevallen met verzuim gerealiseerd. Bovendien is voor de tweede keer in de historie van de drie miljoen uur zonder ongeval met verzuim gehaald. Deze prestaties vormen een indicatie dat de hoge ambities daadwerkelijk realiseerbaar zijn. GOING FOR ZERO Dit lange-termijnprogramma is voortgezet, waarbij als speerpunten zijn te noemen het betrekken van de aannemers bij het programma en de aftrap van de campagne Afspraak is Afspraak. Voor een verdere verbetering van de veiligheidsprestaties van de is het essentieel dat initiatieven gezamenlijk met de aannemers worden genomen. Om dit duidelijk te verwoorden is tijdens een zeer goed bezochte veiligheidsdag voor aannemers veel aandacht besteed aan de veiligheidscultuur. Met behulp van de methode understanding your culture zijn belangrijke verbeterpunten geïdentificeerd. Voorafgaande aan deze veiligheidsdag was meerdere keren van de zijde van de aannemers opgemerkt dat er veel aandacht lijkt te zijn voor statistieken, maar dat de menskant vaak onderbelicht blijft. Onder meer door middel van een, speciaal voor deze dag, geproduceerde video werd duidelijk gemaakt dat de medewerker en zijn/haar familie centraal staat. Op de eerstvolgende veiligheidsdag, begin 2003, zal een terugkoppeling worden gegeven van de genomen maatregelen. Als vervolg op de veiligheidsdag zijn bij veel aannemers die voor de werkzaam zijn, kleinere sessies gehouden om de veiligheidscultuur in alle lagen van de eigen organisatie beter te begrijpen en in kaart te brengen. Bij de campagne Afspraak is Afspraak is een achttal VGWM-huisregels opgesteld en verspreid onder de en medewerkers van aannemers. Deze huisregels vormen een set afspraken waaraan iedereen werkzaam op -locaties zich dient te houden. In het geval de huisregels niet worden nageleefd bestaat de mogelijkheid van disciplinaire maatregelen. 5.4 Diversiteit en betrokkenheid De heeft als Shell Groepsmaatschappij gedurende 2002 een actieve start gemaakt met de implementatie van het beleid ten aanzien van diversiteit. Dit komt er kort gezegd op neer dat de ernaar streeft een bedrijf te zijn waar individuele verschillen positief worden gewaardeerd en waar medewerkers zich daadwerkelijk thuis voelen. Voor 2002 was een aantal doelstellingen geformuleerd die grotendeels zijn gerealiseerd: Er werd een coördinator benoemd voor de implementatie van het diversiteit- en betrokkenheidbeleid. Er werd op verschillende manieren aandacht aan diversiteit en betrokkenheid gegeven, onder meer in de vorm van een algemene informatieve bijeenkomst in het begin van het jaar, een speciale website op Intranet, publicaties in het personeelsblad, diverse uitspraken over dit onderwerp van -directeur Karel Stigter en via de distributie van Shell-diversiteitpublicaties. Daarnaast waren er diverse directe contacten tussen de diversiteitcoördinator en de unitmanagers. In de jaarlijkse beoordelingsrondes wordt dit onderwerp in de beoordeling betrokken. Ook wordt hieraan in trainingen speciale aandacht gegeven. Er is onderzoek gedaan naar mogelijkheden om de bestaande kinderopvangprogramma s te verbeteren. Er zijn twee diversiteit en betrokkenheid workshops georganiseerd voor medewerkers van de personeelsafdeling om hun kennis op dit gebied te versterken. Dit is ook van belang voor het streven om in alle personeelsprocessen een systematische controle op naleving van het diversiteit- en betrokkenheidbeleid in te bouwen. Na de in 2001 gehouden diversity lunches met vrouwelijke medewerkers is in 2002 een zestal van dergelijke bijeenkomsten met -medewerkers uit landen buiten Europa georganiseerd. Deze hadden tot doel de specifieke situatie van deze groep in kaart te brengen. Hieruit zijn enkele actiepunten naar voren gekomen waaraan de komende jaren aandacht zal worden besteed. De doelstelling om tenminste 25% vrouwelijke afgestudeerden in dienst te nemen werd niet gehaald en kwam uit op 21%. Dit wordt mede veroorzaakt door het relatief geringe aantal vrouwen dat een technische opleiding volgt. Gedurende het jaar zagen daarnaast diverse nieuwe initiatieven het licht. Het Professional Women Network werd midden 2002 opgericht. Dit netwerk organiseert regelmatig bijeenkomsten. De is sponsor van de GAIA-studie naar de loopbaanontwikkeling van vrouwen in de aardwetenschappen. Daarnaast deden zestig -teams mee aan een onderzoek van de Universiteit van Groningen naar de samenhang tussen diversiteit en effectiviteit van teams. Eerlijk vertellen wat je denkt In 2002 werd onder de naam Shell People Survey een opinieonderzoek gedaan onder alle medewerkers van de Koninklijke/ Shell Groep. Daartoe behoren ook de medewerkers van de die - bij een gedeeld aandeelhouderschap van Shell en Esso - onder verantwoordelijkheid van Shell wordt bestuurd. Aan de hand van een vragenlijst konden de ers hun mening geven over het bedrijf en al zijn facetten die relevant zijn voor hun eigen welvaren en welzijn. De lijst was onderverdeeld in verschillende categorieën, die betrekking hadden op de manier waarop Shell/ onder meer omgaat met de samenleving en het milieu, de integriteit van de bedrijven, leiderschap, kansen voor vrouwen en minderheden, ontwikkelingsmogelijkheden, de work/life balance en communicatie. De uitvoering bij de werd begeleid door Pascale Lazare, consultant Change & Learning. Niet alleen was de respons met 88 procent hoog, maar we zijn met zijn allen ook veel positiever over het bedrijf dan twee jaar geleden. Gemeten over alle categorieën scoren we gemiddeld tien procent hoger. WAARDEREND De -medewerkers spreken zich opvallend waarderend uit over het eerste punt op de vragenlijst, de manier waarop hun bedrijf omgaat met de samenleving en het milieu. Shell/ scoort maar liefst dertien procent hoger dan de Global High Performance Norm en zit veertien procent boven de National Norm. En niet alleen dat, maar de waardering van de ers is ook nog eens twaalf procent groter dan in Pascale Lazare: Ik denk dat dit komt doordat we de laatste twee jaar hard hebben gewerkt aan onze dialoog met de samenleving. Ook voor het tweede item - De Shell People Survey werd gehouden door International Survey Research (ISR), een onafhankelijk bureau dat vergelijkbare onderzoeken doet bij een reeks ondernemingen. Daardoor kan het berekenen welke de gemiddelde score is van de deelnemende bedrijven. Die berekeningen vormen de basis voor de ISR Global High Perfomance Norm : het gemiddelde resultaat van ondernemingen waarvan de commerciële en financiële prestaties consistent boven het gemiddelde van hun bedrijfstak liggen en die de reputatie genieten te excelleren in hun personeelsbeleid. Daartoe behoren bedrijven als Amex, Citibank, Dupont, Nokia, Sony, Toyota en 3M en sinds de Survey van 2002 ook de Koninklijke/Shell Groep. Naast de mondiale norm kent het bureau ook een ISR Netherlands National Norm. integriteit met betrekking tot het zakendoen en fairness jegens de eigen medewerkers - worden gunstige percentages gehaald: plus 6 boven de mondiale norm en plus 9 boven de nationale. VERRASSEND Wat Lazare verrassend vond, was dat de -medewerkers zich aangaande de work/life balance nog een stuk tevredener tonen dan in Toen was die tevredenheid al beduidend groter dan bij de andere bedrijven, maar ze is nu nog eens met zeven procent toegenomen. De enige categorie waarin de lager scoort dan de normen is de klantgerichtheid: minus elf procent voor de mondiale en min twaalf voor de nationale norm. Dat het bedrijf er op dit punt sinds 2000 met acht procent op vooruit is gegaan, vindt Lazare een schrale troost. Je kunt natuurlijk aanvoeren dat die lage cijfers worden veroorzaakt door het feit dat de maar één directe klant heeft, Gasunie. Maar daarachter zit de hele Nederlandse samenleving, zit de Nederlandse overheid die de aardgasbaten ontvangt en zitten onze aandeelhouders. Die dienen we allemaal als onze klanten te beschouwen. Dat gegeven zullen we nog beter naar onze mensen moeten communiceren. Zeer tevreden is Pascale Lazare tenslotte over de reactie van de -medewerkers op de vraag of ze zich in hun werk gerespecteerd voelen. Het bedrijf dat binnen de Global High Perfomance Norm het hoogste scoorde, deed dat met 84 procent. En de? Daar voelt niet minder dan 85 procent van de mensen zich in hun werk gerespecteerd. Hoewel die ene procent extra statistisch niet echt significant is, mogen we ons met dat percentage van 85 toch best in class noemen. Dit is een heel positief signaal

Hierbij doe ik u toekomen het Jaarverslag 2010, Delfstoffen en aardwarmte in Nederland en het Jaarverslag 2010 van Energie Beheer Nederland B.V.

Hierbij doe ik u toekomen het Jaarverslag 2010, Delfstoffen en aardwarmte in Nederland en het Jaarverslag 2010 van Energie Beheer Nederland B.V. > Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal voor Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den

Nadere informatie

NAM IN NOARDEAST FRYSLAN RAADSVRAGEN KLEINE GASVELDEN IN NOARDEAST FRYSLAN PRODUCTIECIJFERS REGIONALE GASVELDEN

NAM IN NOARDEAST FRYSLAN RAADSVRAGEN KLEINE GASVELDEN IN NOARDEAST FRYSLAN PRODUCTIECIJFERS REGIONALE GASVELDEN RAADSVRAGEN KLEINE GASVELDEN IN NOARDEAST FRYSLAN PRODUCTIECIJFERS REGIONALE GASVELDEN KLEINE GASVELDEN IN NEDERLAND Aardgasproductie in Nederland 2018-2023 Aardgasproductie kleine velden 2018-2050 2021:

Nadere informatie

Persinformatie. Uitdagende marktomgeving biedt ook kansen. Nieuwe directievoorzitter wil groei voortzetten

Persinformatie. Uitdagende marktomgeving biedt ook kansen. Nieuwe directievoorzitter wil groei voortzetten Persinformatie Uitdagende marktomgeving biedt ook kansen Nieuwe directievoorzitter wil groei voortzetten Mario Mehren: strategie Wintershall blijkt succesvol 2 juni 2015 Michael Sasse Tel. +49 561 301-3301

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 400 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (XIII) voor het jaar 2013 Nr.

Nadere informatie

Ondergrondse opslag van aardgas. Locaties Grijpskerk en Langelo

Ondergrondse opslag van aardgas. Locaties Grijpskerk en Langelo Ondergrondse opslag van aardgas Locaties Grijpskerk en Langelo Ondergrondse opslag van aardgas Elke dag voldoende aardgas voor iedereen. Het lijkt de normaalste zaak van de wereld, maar dat is het niet.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 000 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (XIII) voor het jaar 2012 Nr.

Nadere informatie

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2014 Van verbruik naar gebruik Pagina 1 van 6 Inleiding: Voor u ligt het MVO beleid van Hef & Hijs Nederland. Maatschappelijk Verantwoord en Duurzaam Ondernemen is

Nadere informatie

Een proefboring op zee, wat houdt dat in?

Een proefboring op zee, wat houdt dat in? Een proefboring op zee, wat houdt dat in? GDF SUEZ E&P Nederland B.V. voert regelmatig proefboringen uit naar gas op zee. Deze proef boringen worden uitgevoerd op een milieu- en veiligheidstechnisch verantwoorde

Nadere informatie

100% groene energie. uit eigen land

100% groene energie. uit eigen land 100% groene energie uit eigen land Sepa green wil Nederland op een verantwoorde en transparante wijze van energie voorzien. Dit doen wij door gebruik te maken van duurzame energieopwekking van Nederlandse

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 000 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar

Nadere informatie

ONZE VERANTWOORDELIJKHEID

ONZE VERANTWOORDELIJKHEID ONZE VERANTWOORDELIJKHEID CORPORATE RESPONSIBILITY POLICY I Inhoud Voorwoord 1 Waardering medewerkers 2 Ketenverantwoordelijkheid 3 Behoud van natuurlijke hulpbronnen 4 Maatschappelijke betrokkenheid

Nadere informatie

LBW 2006. Copyright. De route naar betrouwbare, betaalbare en schone energie

LBW 2006. Copyright. De route naar betrouwbare, betaalbare en schone energie LBW 2006 Copyright Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Lukkes Business Writing is het niet toegestaan deze tekst en berichtgevingen die verstrekt worden via deze site op enigerlei wijze

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA 's-gravenhage Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag

Nadere informatie

DIEP IN DE ONDERGROND HERMAN DAMVELD LEZING BIBLIOTHEEK ASSEN

DIEP IN DE ONDERGROND HERMAN DAMVELD LEZING BIBLIOTHEEK ASSEN DIEP IN DE ONDERGROND HERMAN DAMVELD LEZING 19-4-2016 BIBLIOTHEEK ASSEN Over mezelf Zelfstandig onderzoeker en publicist. Sinds 1976 studeer ik op (kern)energie, radioactief afval, aardgas. Veel artikel

Nadere informatie

: Nota van Beantwoording inspraak- en overlegreacties voorontwerp bestemmingsplan Leidingtracés NAM, gemeente De Wolden

: Nota van Beantwoording inspraak- en overlegreacties voorontwerp bestemmingsplan Leidingtracés NAM, gemeente De Wolden Memo Aan : Gemeente De Wolden, dhr. B. Bonkestoter Van : D. Mereboer, F. Baarslag Datum : 4 januari 2011 Kopie : Nederlandse Aardolie Maatschappij, mevr. J. Hadderingh Onze referentie : 9V9529/M002/DMB/Ensc

Nadere informatie

FOSSIELE BRANDSTOFFEN

FOSSIELE BRANDSTOFFEN FOSSIELE BRANDSTOFFEN De toekomst van fossiele energiebronnen W.J. Lenstra Inleiding Fossiele energiebronnen hebben sinds het begin van de industriele revolutie een doorslaggevende rol gespeeld in onze

Nadere informatie

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016 Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016 Van verbruik naar gebruik Pagina 1 van 5 Inleiding: Voor u ligt het MVO beleid van ABIRD Industrial Rental Services. Maatschappelijk Verantwoord en Duurzaam

Nadere informatie

Schaliegas in Nederland: op zoek naar draagvlak!

Schaliegas in Nederland: op zoek naar draagvlak! Schaliegas in Nederland: op zoek naar draagvlak! Presentatie bewonersavond De Mortel Frank de Boer Eindhoven, donderdag 23 oktober 2014 1 Profiel Cuadrilla Engels bedrijf, opgericht in 2007 Specialist

Nadere informatie

Schiedam, 12 februari 2007 OCAP, het bedrijf dat CO2 van de industrie. levert aan de Nederlandse glastuinbouw, zal zijn doelstellingen aanzienlijk

Schiedam, 12 februari 2007 OCAP, het bedrijf dat CO2 van de industrie. levert aan de Nederlandse glastuinbouw, zal zijn doelstellingen aanzienlijk PERSMEDEDELING OCAP CO2 project sneller succes dan verwacht Milieu profiteert een jaar eerder van een besparing van 95 miljoen kubieke meter aardgas en een verminderde CO2 uitstoot van 170 duizend ton

Nadere informatie

NATUURLIJK VERANTWOORD

NATUURLIJK VERANTWOORD NATUURLIJK VERANTWOORD CORPORATE RESPONSIBILITY POLICY CORPORATE RESPONSIBILITY POLICY I V Inhoud Voorwoord Voorwoord 1 Waardering medewerkers 2 Ketenverantwoordelijkheid 3 Behoud van natuurlijke hulpbronnen

Nadere informatie

Vermilion Oil & Gas Netherlands BV Aardgas productie Oppenhuizen. MFC t Harspit Oppenhuizen 26 mei 2015

Vermilion Oil & Gas Netherlands BV Aardgas productie Oppenhuizen. MFC t Harspit Oppenhuizen 26 mei 2015 Vermilion Oil & Gas Netherlands BV Aardgas productie Oppenhuizen MFC t Harspit Oppenhuizen 26 mei 2015 PROGRAMMA 20.00 uur Opening 20.10 uur Presentatie 21.15 uur Vragen 22.00 uur Afsluiting 2 Inhoud Introductie:

Nadere informatie

Re-use & decommissioning rapport

Re-use & decommissioning rapport Nederlandse versie Re-use & decommissioning rapport Begrippenlijst met iconen www.nexstep.nl 1 Inhoudsopgave 1 Putten op zee.... 3 1.1 Methoden voor ontmanteling putten op zee.... 4 2 Installaties op zee....

Nadere informatie

Nieuwe Energie Aanboren. PvdA Aanvalsplan Aardwarmte 17 februari 2011

Nieuwe Energie Aanboren. PvdA Aanvalsplan Aardwarmte 17 februari 2011 Nieuwe Energie Aanboren PvdA Aanvalsplan Aardwarmte 17 februari 2011 Verduurzaming van onze energievoorziening hapert De zekerstelling van onze energievoorziening is één van de grootste uitdagingen voor

Nadere informatie

Energievoorziening Rotterdam 2025

Energievoorziening Rotterdam 2025 Energievoorziening Rotterdam 2025 Trends Issues Uitdagingen 9/14/2011 www.bollwerk.nl 1 Trends (1) Wereld energiemarkt: onzeker Toenemende druk op steeds schaarsere fossiele bronnen Energieprijzen onvoorspelbaar,

Nadere informatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Extern MVO-management. MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Extern MVO-management. MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management Extern MVO-management MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie Inhoudsopgave Inleiding... 3 1 Duurzame ontwikkeling... 4 1.1 Duurzame

Nadere informatie

MVO verklaring

MVO verklaring Voor u ligt het MVO beleid van Kamphuis Lastechniek BV. Maatschappelijk Verantwoord en Duurzaam Ondernemen is verankerd in ons bedrijfsbeleid. Voor nu, en voor de toekomst. Doordat Kamphuis Lastechniek

Nadere informatie

Achtergrond en doel presentatie

Achtergrond en doel presentatie Achtergrond en doel presentatie Achtergrond Uitnodiging van de raad; Nuon heeft reeds wind turbines in de Hoofdplaatpolder; Nuon ziet mogelijkheden voor het op termijn vervanging van de huidige turbines

Nadere informatie

Westvoorne CO 2 - uitstoot

Westvoorne CO 2 - uitstoot Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn

Nadere informatie

Nationale Energieverkenning 2014

Nationale Energieverkenning 2014 Nationale Energieverkenning 2014 Remko Ybema en Pieter Boot Den Haag 7 oktober 2014 www.ecn.nl Inhoud Opzet van de Nationale Energieverkenning (NEV) Omgevingsfactoren Resultaten Energieverbruik Hernieuwbare

Nadere informatie

Minder gaswinning, versterkingspakket voor Groningen

Minder gaswinning, versterkingspakket voor Groningen Ministerie van Economische Zaken Minder gaswinning, versterkingspakket voor Groningen Uitleg over het besluit gaswinning Groningen Geachte bewoner, Vrijdag 17 en zaterdag 18 januari 2014 heb ik in Groningen

Nadere informatie

Mark Frequin. Voormalig Directeur-Generaal Energie en Telecom Ministerie van Economische Zaken

Mark Frequin. Voormalig Directeur-Generaal Energie en Telecom Ministerie van Economische Zaken Mark Frequin Voormalig Directeur-Generaal Energie en Telecom Ministerie van Economische Zaken Energiebeleid: van context tot acties. Mark Frequin Rijks Universiteit Groningen Inhoud 1. Context 2. Richting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1930 Vragen van het lid

Nadere informatie

Mondiale perspectieven voor energie, technologie en klimaatbeleid voor 2030 KERNPUNTEN

Mondiale perspectieven voor energie, technologie en klimaatbeleid voor 2030 KERNPUNTEN Mondiale perspectieven voor energie, technologie en klimaatbeleid voor 2030 KERNPUNTEN Referentiescenario De WETO-studie (World Energy, Technology and climate policy Outlook 2030) bevat een referentiescenario

Nadere informatie

1 Nederland is nog altijd voor 92 procent afhankelijk van fossiele brandstoffen

1 Nederland is nog altijd voor 92 procent afhankelijk van fossiele brandstoffen achtergrond Afscheid van fossiel kan Klimaatverandering is een wereldwijd probleem. Energie(on)zekerheid ook. Dat betekent dat een transitie naar een veel duurzamere economie noodzakelijk is. Het recept

Nadere informatie

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Maart 2016

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Maart 2016 M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Maart 2016 Geachte relatie, Bijgaand ontvangt u de maandelijkse marktmonitor van Energy Services. De Marktmonitor is een maandelijkse uitgave van Energy Services.

Nadere informatie

Communicatieplan WTH Vloerverwarming in het kader van de CO2-Prestatieladder

Communicatieplan WTH Vloerverwarming in het kader van de CO2-Prestatieladder Communicatieplan WTH Vloerverwarming in het kader van de CO2-Prestatieladder Communicatieplan, 22 Augustus 2014 1 Voorwoord Duurzaamheid is geen trend, het is de toekomst. Het is niet meer weg te denken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie Nr. 538 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Grootschalige energie-opslag

Grootschalige energie-opslag Er komt steeds meer duurzame energie uit wind Dit stelt extra eisen aan flexibiliteit van het systeem Grootschalige opslag is één van de opties om in die flexibiliteit te voorzien TenneT participeert in

Nadere informatie

Grootschalige energie-opslag

Grootschalige energie-opslag Er komt steeds meer duurzame energie uit wind Dit stelt extra eisen aan flexibiliteit van het systeem Grootschalige opslag is één van de opties om in die flexibiliteit te voorzien Uitgebreid onderzoek

Nadere informatie

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM De tijd dat MVO was voorbehouden aan idealisten ligt achter ons. Inmiddels wordt erkend dat MVO geen hype is, maar van strategisch belang voor ieder

Nadere informatie

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Oktober 2015

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Oktober 2015 M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Oktober 2015 Geachte relatie, Bijgaand ontvangt u de maandelijkse marktmonitor van Energy Services. De Marktmonitor is een maandelijkse uitgave van Energy Services.

Nadere informatie

Vertrouwen in Eigen Kunnen

Vertrouwen in Eigen Kunnen Vertrouwen in Eigen Kunnen Monument Dit is het Staatsolie monument dat staat bij het hoofdkantoor op Flora. Het is onthuld op 13 december 2005 bij de 25 ste verjaardag van Staatsolie. Dit monument laat

Nadere informatie

OPLEGNOTITIE OVER GEVOLGEN VAN HET ONTWERPBESLUIT VAN HET KABINET OP AARDBEVINGEN

OPLEGNOTITIE OVER GEVOLGEN VAN HET ONTWERPBESLUIT VAN HET KABINET OP AARDBEVINGEN OPLEGNOTITIE OVER GEVOLGEN VAN HET ONTWERPBESLUIT VAN HET KABINET OP AARDBEVINGEN AANLEIDING Op vrijdag 17 januari 214 heeft NAM op vijf productielocaties rond de productie zoveel mogelijk teruggebracht.

Nadere informatie

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - juli 2013

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - juli 2013 M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - juli 2013 Geachte relatie, Bijgaand ontvangt u de maandelijkse marktmonitor van Energy Services. De Marktmonitor is een maandelijkse uitgave van Energy Services.

Nadere informatie

Leeswijzer Actualisatie Winningsplan Bergen II

Leeswijzer Actualisatie Winningsplan Bergen II Leeswijzer Actualisatie Winningsplan Bergen II Oktober 2017 Inhoud 1. TAQA in de regio Alkmaar... 2 2. Winning aardgas sinds 1972: het winningsplan... 2 3. Trillingen... 3 4. Bodemdaling... 4 5. Overige

Nadere informatie

Geothermie. traditioneel energiebedrijf?

Geothermie. traditioneel energiebedrijf? 31 maart 2010 T&A Survey Congres Geothermie Duurzame bron voor een traditioneel energiebedrijf? Hugo Buis Agenda Duurzame visie & ambities Waarom kiest Eneco voor Geothermie? Stand van zaken Markten Pro

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 33 529 Gaswinning Nr. 499 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie

Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met betrekking tot kwaliteitsconversie Afdeling Network Configuration Rapport Achtergrond leveringszekerheid L-gas en wettelijke taak GTS met

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S

I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S I M T E C H N. V. B U S I N E S S P R I N C I P L E S Algemeen Het beleid van Imtech N.V. is gericht op de continuïteit van de onderneming als een winstgevende organisatie, die met haar bedrijven en medewerkers

Nadere informatie

Maatschappelijk Jaarverslag 2012

Maatschappelijk Jaarverslag 2012 Maatschappelijk Jaarverslag 2012 Inhoudsopgave Blad Voorwoord 2 1. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) 3 2. MVO en Prins Bouw 3 3. Beleid 4 4. Speerpunten 5 5. Duurzaam bouwen 9 6. Toekomst 10

Nadere informatie

Technisch-economische scenario s voor Nederland. Ton van Dril 20 mei 2015

Technisch-economische scenario s voor Nederland. Ton van Dril 20 mei 2015 Technisch-economische scenario s voor Nederland Ton van Dril 20 mei 2015 Overzicht Energieplaatje in historisch perspectief Hoeveel en hoe gebruiken we energie? Wat gebeurt er met verbruik en uitstoot

Nadere informatie

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 8 april 2015

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 8 april 2015 Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Gas 1. Scope/afbakening De productgroep Gas omvat alle gas die van het openbare gasnet en via transport over de weg betrokken wordt door

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

Geachte mevrouw Franke,

Geachte mevrouw Franke, Retouradres:, Aan de griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw & Innovatie T.a.v. mevrouw drs. M.C.T.M. Franke Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 2500EA Onderwerp Rondetafelgesprek inzake

Nadere informatie

Inleiding. CO2 ladder. ProRail CO2-gunningvoordeelproject

Inleiding. CO2 ladder. ProRail CO2-gunningvoordeelproject Pagina 1 van 10 Inleiding - Cocon In het voorjaar van 2015 heeft een tender uitgeschreven via TenderNed, waarin zij partijen uitnodigt om een aanbieding te doen voor de vervanging van het glasvezelregistratiesysteem

Nadere informatie

Communicatie CO2 footprint. versie mei 2015

Communicatie CO2 footprint. versie mei 2015 Communicatie CO2 footprint versie mei 2015 Steller: CO2 manager Naam Paraaf Datum A. Kneepkens, April 2015 TPA Nederland Controle: Directeur K. Brouns Coldmix BV Mei 2015 AGK Pagina 1 van 5 pagina s 2015

Nadere informatie

Mobilisatie Biomassa een visie vanuit het bedrijfsleven. WUR/Alterra-workshop 3 juli 14 Fokke Goudswaard, voorzitter Platform Bio-Energie

Mobilisatie Biomassa een visie vanuit het bedrijfsleven. WUR/Alterra-workshop 3 juli 14 Fokke Goudswaard, voorzitter Platform Bio-Energie Mobilisatie Biomassa een visie vanuit het bedrijfsleven WUR/Alterra-workshop 3 juli 14 Fokke Goudswaard, voorzitter Platform Bio-Energie Missie PBE: promotie van verantwoord toegepaste bio-energie Platform

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Communicatiedoelen

1. Inleiding. 2. Communicatiedoelen 1. Inleiding Dit communicatieplan, de gewijzigde versie 2013, vervangt versie 2012 en is vanaf mei 2013 onderdeel bij het aangepast Energiemanagement Programma 2012-2 van COLMIX. Binnen het CO2 footprint

Nadere informatie

Datum 22 mei 2017 Betreft Beantwoording vragen over de winning van hoog- en laagcalorisch gas

Datum 22 mei 2017 Betreft Beantwoording vragen over de winning van hoog- en laagcalorisch gas > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011

Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011 Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011 1 Dit is een voorproefje in druk van het digitale Cosun MVO-verslag over 2011. Wilt u meer gegevens raadplegen over wat wij zoal ondernemen met het oog op onze maatschappelijke

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

Ontmanteling & Hergebruik in NL: Een gezamenlijke inspanning

Ontmanteling & Hergebruik in NL: Een gezamenlijke inspanning Ontmanteling & Hergebruik in NL: Een gezamenlijke inspanning New emmergy 17 mei 2017 Berend Scheffers Ons energiesysteem 2 Energiesysteem Nederland 2015. Bron: NEV 2016, ECN, PBL, CBS, RVO Rol van gas

Nadere informatie

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA Presentatie door de heer J.M. Barroso, Voorzitter van de Europese Commissie, voor de Europese Raad van 4 februari 2011 Inhoud 1 I. Waarom energiebeleid ertoe doet II. Waarom

Nadere informatie

Power to gas onderdeel van de energietransitie

Power to gas onderdeel van de energietransitie Power to gas onderdeel van de energietransitie 10 oktober 2013 K.G. Wiersma Gasunie: gasinfrastructuur & gastransport 1 Gastransportnet in Nederland en Noord-Duitsland Volume ~125 mrd m 3 aardgas p/j Lengte

Nadere informatie

Praktijk Voorbeeld nº 1

Praktijk Voorbeeld nº 1 1. Bedrijfs ID Naam van het bedrijf: Praktijk Voorbeeld nº 1 Van Dorp installaties bv Sector: Technische installaties Core Business / Belangrijkste Brandpreventie, technische ondersteuning, klimaatbeheersing

Nadere informatie

Wij brengen energie. Waar mensen licht en warmte nodig hebben

Wij brengen energie. Waar mensen licht en warmte nodig hebben Wij brengen energie Waar mensen licht en warmte nodig hebben Energie in goede banen De beschikbaarheid van energie bepaalt in grote mate hoe we leven: hoe we wonen, werken, produceren en ons verplaatsen.

Nadere informatie

Gaswinning in Nederland. Belang en beleid

Gaswinning in Nederland. Belang en beleid Gaswinning in Nederland Belang en beleid Samenvatting Elk jaar is er meer vraag naar energie: wereldwijd stijgt de vraag met circa één procent per jaar. Om aan deze vraag te voldoen, staan ons verschillende

Nadere informatie

MVI Verklaring Leverancier - Alliander

MVI Verklaring Leverancier - Alliander MVI Verklaring Leverancier - Alliander Subtitel Eventueel logo leverancier en/of ketenpartners Datum Auteurs: Doel: Duidelijke omschrijving van het doel van deze MVI Verklaring. Onderstaande tekst kan

Nadere informatie

Toelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018

Toelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018 Toelichting ISO 14001 Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018 SCCM heeft een instrument ontwikkeld waarmee u goed inzicht krijgt in de milieuprestaties van uw organisatie, de ISO 14001 Milieuprestatiemeting.

Nadere informatie

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 26 januari 2016

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 26 januari 2016 Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Gas 1. Scope/afbakening De productgroep Gas omvat alle gas die van het openbare gasnet en via transport over de weg betrokken wordt door

Nadere informatie

Learnshop. EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand

Learnshop. EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand Learnshop EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg 15 5175 EA Loon op Zand tel: 0416-543060 Fax: 0416-543098 email: Web: paul.van.wezel@nimaris.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 529 Gaswinning Groningen-veld Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

CONSTANT ONDERHANDEN WERK ZORGT VOOR STABIELE DOORLOOPTIJDEN

CONSTANT ONDERHANDEN WERK ZORGT VOOR STABIELE DOORLOOPTIJDEN CONSTANT ONDERHANDEN WERK ZORGT VOOR STABIELE DOORLOOPTIJDEN Klanten verwachten tegenwoordig een grotere leverbetrouwbaarheid, tegen lagere kosten, met betere kwaliteit en dat allemaal tegelijk. Diegenen

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Bos en klimaatverandering

Bos en klimaatverandering Bos en klimaatverandering 19/08/2009 De mondiale trend van klimaatverandering brengt vele klimaateffecten met zich mee. Temperatuurstijging, de verandering van regenvalpatronen, hiervan kunnen we in Suriname

Nadere informatie

Attitude van Nederland, Zeeland en Borsele ten aanzien van verschillende energiebronnen. Energiemonitor 2010

Attitude van Nederland, Zeeland en Borsele ten aanzien van verschillende energiebronnen. Energiemonitor 2010 Attitude van Nederland, Zeeland en Borsele ten aanzien van verschillende energiebronnen Energiemonitor 2010 Index 1. Inleiding 2. Populariteit energievormen 3. Bouwen tweede kerncentrale 4. Uitbreiding

Nadere informatie

CO2-voetafdruk van beleggingen

CO2-voetafdruk van beleggingen CO2-voetafdruk van beleggingen Waarom meet ACTIAM de CO 2 -voetafdruk van haar beleggingen? Klimaatverandering is één van de grootste uitdagingen van de komende decennia. Daarom steunt ACTIAM het klimaatakkoord

Nadere informatie

Vermilion Energy Netherlands BV. Plaatselijk belang Skoatterwâld 9 februari 2017

Vermilion Energy Netherlands BV. Plaatselijk belang Skoatterwâld 9 februari 2017 Vermilion Energy Netherlands BV Plaatselijk belang Skoatterwâld 9 februari 2017 1 Vermilion Energy Inc. Vermilion Energy Netherlands BV is een volledige dochteronderneming van het Canadese bedrijf Vermilion

Nadere informatie

Nut en noodzaak van schaliegas in Nederland

Nut en noodzaak van schaliegas in Nederland Nut en noodzaak van schaliegas in Nederland Paul van den Oosterkamp, Jeroen de Joode Schaliegas Congres - IIR Amersfoort, 30-31 Oktober 2013 www.ecn.nl Visie ECN Rol gas in NL energiesysteem nu en straks

Nadere informatie

ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED. Maart 2019

ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED. Maart 2019 ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED Maart 2019 Inleiding De concentratie van industrie in de Rotterdamse haven is een goede uitgangspositie voor het doen slagen van de energietransitie:

Nadere informatie

Samenvatting. Figuur 1: Onderzoeksgebied in paars

Samenvatting. Figuur 1: Onderzoeksgebied in paars Samenvatting Geothermie duurzame energiebron De lat voor verduurzaming in de woningbouw, tuinbouw en industrie ligt hoog. Het blijkt uit onderzoek en praktijk dat geothermie een zeer kosteneffectieve manier

Nadere informatie

Communicatieplan t.a.v. energiebeleid. Peek Bouw & Infra BV

Communicatieplan t.a.v. energiebeleid. Peek Bouw & Infra BV Communicatieplan t.a.v. energiebeleid Peek Bouw & Infra BV Peek Bouw & Infra BV Wayensedijk 27 3992 LN HOUTEN Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1.0 Inleiding 1.1 Inleiding 1.2 Doelstellingen 2.0 Doelgroepen

Nadere informatie

BRON VAN ONZE ENERGIE

BRON VAN ONZE ENERGIE NAM Aardgas + Martin de Boer, projectleider Henk Heeringa, communicatieadviseur Dinsdag BRON VAN ONZE ENERGIE 1 Agenda - Wie is NAM - Introductie in het Aardgas+ project - Film - Uitdagingen en (initiële)

Nadere informatie

Wij zijn ING. En wij hebben samen een doel: mensen in staat stellen een stap voor te blijven, in het leven en in zaken.

Wij zijn ING. En wij hebben samen een doel: mensen in staat stellen een stap voor te blijven, in het leven en in zaken. The Orange Code Wij zijn ING. En wij hebben samen een doel: mensen in staat stellen een stap voor te blijven, in het leven en in zaken. De Orange Code is ons manifest waarin we hebben vastgelegd hoe we

Nadere informatie

Beleidsplan MVO 2015-2017

Beleidsplan MVO 2015-2017 Beleidsplan MVO 2015-2017 CB Concreet Duurzaam April 2015 Inleiding Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) speelt een belangrijke rol binnen de prestatie- en groeistrategie van Cementbouw. Als een

Nadere informatie

Gas op Maat. Postbus 250, 3190 AG Hoogvliet Rotterdam Telefoon +31(0)

Gas op Maat. Postbus 250, 3190 AG Hoogvliet Rotterdam Telefoon +31(0) Gas op Maat De maatschappij is op weg naar een CO 2 -neutraal energiesysteem. De gassector wil graag bijdragen aan het behalen van deze doelstelling. In de transitieperiode is de rol van aardgas maatwerk:

Nadere informatie

Alles van waarde beschermen en behouden

Alles van waarde beschermen en behouden Alles van waarde beschermen en behouden Rond 2050 wonen er zo n 9 miljard mensen op onze aarde. De vraag naar water, mais, olie en metaal zal dan ook drastisch toenemen. Onze aarde is niet onuitputtelijk,

Nadere informatie

Energie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 2030

Energie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 2030 IP/3/661 Brussel, 12 mei 23 Energie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 23 In 23 zal het wereldenergieverbruik verdubbeld zijn; fossiele brandstoffen, voornamelijk

Nadere informatie

Factsheet CO2-Prestatieladder 2018

Factsheet CO2-Prestatieladder 2018 Beleid Duurzaam ondernemen speelt een steeds belangrijkere rol binnen de bedrijfsvoering van Schuitemaker. Wij zijn ons al langer bewust van onze verantwoordelijkheid ten aanzien van het milieu, gezondheid

Nadere informatie

Scope 1: tot aan 2020: 2% reductie per jaar ten opzichte van het basisjaar 2015.

Scope 1: tot aan 2020: 2% reductie per jaar ten opzichte van het basisjaar 2015. 1.A.1 / 1.A.2 / 1.A.3 / 2.A.1 / 2.A.2 / 2.A.3 / 3.A.1 / 3.A.2 ICS Groep BV heeft als Co 2 reductiedoelstellingen: Scope 1: tot aan 2020: 2% reductie per jaar ten opzichte van het basisjaar 2015. Scope

Nadere informatie

EFQM model theoretisch kader

EFQM model theoretisch kader EFQM model theoretisch kader Versie 1.0 2000-2009, Biloxi Business Professionals BV 1. EFQM model EFQM staat voor European Foundation for Quality Management. Deze instelling is in 1988 door een aantal

Nadere informatie

Partner van duurzaamheid Duurzaamheidsbeleid Lensing Food B.V. Ruud Harmsen

Partner van duurzaamheid Duurzaamheidsbeleid Lensing Food B.V. Ruud Harmsen Partner van duurzaamheid Duurzaamheidsbeleid 2017-2018 Lensing Food B.V. Ruud Harmsen PROCEDUREHANDBOEK Bladzijde 1/7 Inhoud Over Lensing Food B.V. 2 People 3 Voedselveiligheid 3 Sociale betrokkenheid

Nadere informatie

Schaliegas in Europa. Ideeën over de haalbaarheid van deze onconventionele energiebron

Schaliegas in Europa. Ideeën over de haalbaarheid van deze onconventionele energiebron Schaliegas in Europa Ideeën over de haalbaarheid van deze onconventionele energiebron Agenda Introductie schaliegas Wat is het eigenlijk & hoe wordt het gewonnen Wat zijn de risico s De Schaliegas Revolutie

Nadere informatie

Bron van energie Maatschappelijk Verslag 2003

Bron van energie Maatschappelijk Verslag 2003 Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. Schepersmaat 2 9405 TA Assen Postbus 28000 9400 HH Assen Telefoon 0592-369111 Fax 0592-362200 Website www.nam.nl Bron van energie Maatschappelijk Verslag 2003 Directeur

Nadere informatie

RWE Power. CCS Werbeagentur 10/07. Energiecentrale Eemshaven. RWE Power AG Essen Keulen (Duitsland) I Dertien vragen

RWE Power. CCS Werbeagentur 10/07. Energiecentrale Eemshaven. RWE Power AG Essen Keulen (Duitsland) I  Dertien vragen RWE Power RWE Power AG Essen Keulen (Duitsland) I www.rwe.com CCS Werbeagentur 10/07 Dertien vragen Een nieuwe elektriciteitscentrale op kolen en biomassa in Eemshaven RWE bouwt van 2008 tot 2013 een elektriciteitscentrale

Nadere informatie

Periodieke rapportage 2014

Periodieke rapportage 2014 Periodieke rapportage 2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Basisgegevens 4 1.1 Beschrijving van de organisatie 4 1.2 Verantwoordelijkheden 4 1.3 Basisjaar 4 1.4 Rapportageperiode 4 1.5 Verificatie 4 2. Afbakening

Nadere informatie

Tariefontwikkeling Energie 08 2015

Tariefontwikkeling Energie 08 2015 In dit bericht geeft Ploos Energieverlening (Ploos) haar visie op verschenen nieuwsberichten aangaande ontwikkelingen energietarieven van de afgelopen maand. Het betreft de analyses van verschillende partijen

Nadere informatie

Beleggen in de toekomst. de kansen van beleggen in klimaat en milieu

Beleggen in de toekomst. de kansen van beleggen in klimaat en milieu Beleggen in de toekomst de kansen van beleggen in klimaat en milieu Angst voor de gevolgen? Stijging van de zeespiegel Hollandse Delta, 6 miljoen Randstedelingen op de vlucht. Bedreiging van het Eco-systeem

Nadere informatie