Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden"

Transcriptie

1 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 29 juni 2017

2 Inhoudsopgave Managementsamenvatting Inleiding Analyse van de ontwikkelingen in de veenweiden De belangrijkste ontwikkelingen Algemeen Per thema uit het programma Aanpak Veenweiden Wat is nodig voor een volgende stap? Beschrijving van de voortgang en de resultaten tot nu toe Algemeen Voortgang totaal en per thema Communicatie Organisatie Afstemming met provincie Koers van het programma en bijsturing Focus komende periode Aanpassing programma Rol Stuurgroep Aanpak Veenweiden Vragen aan de provincie Bijlage 1 De gereedschapskist Bijlage 2 Beschrijving van de projecten Bijlage 3 Scoren op doelen totaal Bijlage 4: Financieel overzicht Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

3 Managementsamenvatting De Gebiedscommissie Utrecht-West heeft in opdracht van de provincie Utrecht het programma Aanpak Veenweiden opgesteld, gericht op het afremmen van bodemdaling en het realiseren van een duurzaam watersysteem. De Gebiedscommissie Utrecht-West heeft het programma 5 maart 2015 vastgesteld en vervolgens aangeboden aan Gedeputeerde Staten (GS) van de provincie Utrecht. Op 21 april 2015 heeft GS vervolgens schriftelijk opdracht verleend aan de gebiedscommissie voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden. In de opdrachtbrief van GS voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden is gevraagd het programma tussentijds te evalueren. Dit document biedt de gevraagde evaluatie. Het programma Aanpak Veenweiden richt zich op het ontwikkelen en testen van innovaties, onder andere door de uitvoering van pilots. Bijdragen aan projecten gebeurt in zijn algemeenheid via subsidiëring met maximaal 50%. In het programma zijn 5 thema s onderscheiden. De projecten binnen de thema s gaan een gereedschapskist leveren met bouwstenen voor gebiedsgericht maatwerk, gericht op een duurzame ontwikkeling van het veenweidengebied. De thema s zijn: Het nieuwe melkveebedrijf, Nieuwe verdienmodellen, Nieuwe Watersystemen, Nieuwe oplossingen voor infrastructuur en bebouwing Proces. Analyse Als eerste stap zijn de ontwikkelingen geanalyseerd in het gehele veenweidengebied sinds het opstellen van het programma. De belangrijkste constateringen zijn: De gereedschapskist vult zich; Aandacht voor de problematiek neemt toe, meer organisaties richten zich op de veenweiden; Draagvlak voor maatregelen neemt toe; Toepassing van innovaties is nog beperkt; Kennis neemt toe, maar is niet voor iedereen toegankelijk; Diverse partijen promoten natte teelten en de ontwikkelingen gaan snel; de onderbouwing voor rendabele (economisch en maatschappelijk) toepassing is echter nog beperkt. Ontwikkelingen in het watersysteem die anticiperen op klimaatverandering en de komst van natte teelten blijven nog uit. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 3

4 Voor een volgende stap is het nodig dat zowel aan de push- als de pullfactoren van oplossingen voor de veenweiden wordt gewerkt, om zo te zorgen dat innovaties niet blijven hangen bij de early adapters. Dat vraagt om: Duidelijkheid van overheden, vertaling naar beleid en verbinding met andere beleidsthema s; Toegankelijke informatie; Onderzoek naar inpassing van natte teelten in het watersysteem; Samenwerking met andere provincies. Voortgang en resultaten tot nu toe Sinds de start van de uitvoering van het programma zijn 11 projecten gehonoreerd. Er is ruim 50% van het budget aan projecten toegekend. De feitelijke subsidieverlening door de provincie loopt daar door de formele proceduretijd iets op achter. Combinatie van bijdragen uit het programma Aanpak Veenweiden en uit POP3 heeft voor enkele projecten tot vertraging geleid. De gemiddelde bijdrage aan projecten is 25%, hiermee wordt de doelstelling maximaal 50% bij te dragen tot nu toe ruim gehaald. De uitvoering ligt op schema. De projecten dragen bij aan alle doelen en subdoelen. De subdoelen waterkwantiteit, verbreding economie en biodiversiteit krijgen relatief iets minder aandacht, waterkwaliteit relatief iets meer. Momenteel lopen gesprekken over potentiële projecten die meer bijdragen aan waterkwantiteit en ecologie. Belangrijkste successen tot nu toe zijn de eerste experimenten met natte teelten als optie in het veenweidengebied en de projecten rond Sturen met Water, waarmee een reductie van de bodemdaling met 75% haalbaar lijkt te zijn. Via activiteiten als de Veenweiden Waterdag en het Veldcongres Natte teelten en door diverse publicaties is er veel aandacht geweest voor de projecten uit het programma. Koers van het programma en bijsturing De uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden loopt door tot eind 2018, met een eindverantwoording in De komende periode zal de stuurgroep Aanpak Veenweiden meer aandacht geven aan het toegankelijk maken van kennis en het stimuleren van de toepassing van innovaties. Stimuleren van de toepassing van innovaties is ook een zaak van gedragsverandering bij overheden, grondgebruikers en ander bedrijfsleven. We zullen verder onderzoeken wat de beste manieren zijn om de resultaten van het programma te implementeren. Aan het eind van de programmaperiode zal de gebiedscommissie Utrecht-West de provincie hierover een advies geven en aangeven welke rol we daarin voor de Gebiedscommissie Utrecht-West zien. Er is behoefte aan een flexibelere verdeling van de budgetten over de thema s. Wanneer het aan een thema toebedeelde budget niet toereikend meer is, zal worden gekeken of er bij andere thema s nog ruimte is en kan de stuurgroep besluiten een project toch te honoreren. Dit valt binnen het mandaat dat de gebiedscommissie heeft voor het uitvoeren van het programma. Verder is geen aanpassing van het programma Aanpak Veenweiden nodig. Inhoudelijk zal er de komende periode meer aandacht gegeven worden aan de waterkwantiteitsaspecten van het watersysteem, zoals de inpassing van natte teelten in het watersysteem en de buffering van klimaateffecten. Verder zullen we stimuleren dat 4 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

5 het vergroten van de biodiversiteit wordt meegenomen in projecten. We willen onderzoeken welke kansen er in Utrecht-West zijn voor (vrijwillige) emissiehandel in CO2 op basis van de resultaten van Valuta voor Veen. De stuurgroep vraagt aan de provincie: De ontwikkeling van de veenweiden te ondersteunen en te faciliteren in het beleid, in samenspraak met waterschappen en gemeenten, en de verbinding te leggen met andere beleidsvelden. De resultaten uit het programma aanpak Veenweiden actief te betrekken bij de nieuwe landbouwvisie van de provincie en de voorgenomen visie op bodemdaling, en de vertaling daarvan in de omgevingsvisie. In overleg met Platform Slappe Bodem en de provincies Noord- en Zuid-Holland de samenwerking en kennisdeling voor het landelijk deel van het veenweidengebied organiseren met betrokkenheid van de stuurgroep Aanpak Veenweiden, waterschappen, de landbouwsector en organisaties als het VIC. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 5

6 1 Inleiding De Gebiedscommissie Utrecht-West heeft in juni 2014 van de provincie Utrecht een aanvullende AVP-opdracht gekregen, waaronder een hoofdstuk Nadere programmering Aanpak Veenweiden. Deze aanvullende opdracht met betrekking tot de veenweiden is als volgt (samengevat) geformuleerd: Wij verzoeken de Gebiedscommissie Utrecht-West een voorstel voor programmering te maken voor de opgaven afremmen bodemdaling en realiseren duurzaam watersysteem. Onderdeel van de programmering is een vervolg op het project Kockengen Waterproof. In totaal heeft de provincie hiervoor ca 3,5 mln. beschikbaar. Dit heeft geresulteerd in het programma Aanpak Veenweiden dat de Gebiedscommissie Utrecht-West op 5 maart 2015 heeft vastgesteld en vervolgens aangeboden aan Gedeputeerde Staten (GS) van de provincie Utrecht. Op 21 april 2015 heeft GS vervolgens schriftelijk opdracht verleend aan de gebiedscommissie voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden. Gebiedsproces Portengen In het programma Aanpak Veenweiden is voor het gebiedsproces Portengen gereserveerd. Hiervoor heeft de stuurgroep Kockengen Waterproof op 11 maart 2015 een projectopdracht vastgesteld die in de opdracht van GS voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden is bevestigd. De voortgang van het gebiedsproces Portengen valt niet onder de verantwoordelijkheid van de stuurgroep Aanpak Veenweiden en is daarom ook geen onderdeel van deze evaluatie. Hoofdlijnen programma Aanpak Veenweiden Het programma Aanpak Veenweiden richt zich op het ontwikkelen en testen van innovaties, onder andere door de uitvoering van pilots. In het programma zijn 5 thema s onderscheiden. De projecten binnen de thema s gaan een gereedschapskist leveren met bouwstenen voor gebiedsgericht maatwerk, gericht op een duurzame ontwikkeling van het veenweidengebied. De thema s zijn: Het nieuwe melkveebedrijf: het steunen van de ontwikkeling van de melkveehouderij naar economisch vitale, duurzame bedrijven die in kunnen spelen op nieuwe maatschappelijke eisen, klimaatverandering en het afremmen van bodemdaling. Nieuwe verdienmodellen: het zoeken naar nieuwe vormen van grondgebruik die nieuwe economische perspectieven kunnen bieden voor het gebied en naast, of gecombineerd met, de huidige melkveehouderij kunnen inspelen op de nieuwe maatschappelijke eisen, klimaatverandering en het afremmen van bodemdaling. Nieuwe Watersystemen: zoeken naar mogelijkheden om het watersysteem klaar te maken voor de effecten van de klimaatverandering en de functies van het gebied te bedienen tegen aanvaardbare kosten. 6 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

7 Nieuwe oplossingen voor infrastructuur en bebouwing: Zoeken naar en uittesten van nieuwe invalshoeken bij het omgaan met infrastructuur en bebouwing in het buitengebied. Proces: ondersteunende activiteiten om tot een succesvolle implementatie van oplossingen te komen. Bijdragen aan projecten gebeurt in zijn algemeenheid via subsidiëring met maximaal 50%. Initiatiefnemers van projecten moeten zelf voor de overige financiering zorgen. Het programmabureau Utrecht-West verbindt initiatieven door partijen bij elkaar te brengen, zoekt actief naar partijen die aan de gang willen met de opgaven van het programma, adviseert hoe projecten optimaal kunnen bijdragen aan het programma etc. Verder werkt het programmabureau actief aan het verspreiden van de kennis en inzichten die de projecten opleveren. Uitvoering Voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden was het nodig om de Uitvoeringsverordening subsidie Agenda Vitaal Platteland provincie Utrecht op onderdelen aan te laten passen. Anders zouden veel passende projecten niet uitgevoerd kunnen worden, omdat de subsidieverordening niet was toegesneden op de innovatieve projecten in het programma. Oorspronkelijk zou de verordening voor de zomer 2015 aangepast worden door de provincie Utrecht. Uiteindelijk is de aangepaste verordening in december 2015 gepubliceerd, waarna projecten ingediend konden worden. Twee projecten konden al wel in behandeling worden genomen onder de oude verordening. Evaluatie In de opdrachtbrief van GS voor de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden is gevraagd eind 2015 tussentijds te evalueren. Doel van deze tussentijdse evaluatie was te bekijken of de middelen over de thema s bijgesteld dienen te worden. Door de vertraging van de noodzakelijke aanpassing van de subsidieverordening is in december 2015 met de provinciale vertegenwoordiger in de stuurgroep Aanpak Veenweiden besproken dat een evaluatie op dat moment nog niet zinvol was. Om de provincie toch op de hoogte te houden van de voortgang is maart 2016 een ambtelijke voortgangsrapportage gemaakt. De stuurgroep zag toen geen aanleiding om het programma bij te stellen. Als streven is bepaald eind 2016 ongeveer de helft van het voor dit programma beschikbare budget vastgelegd te hebben in projecten. Tegelijk is besloten begin 2017 een halfwegevaluatie te maken. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 7

8 2 Analyse van de ontwikkelingen in de veenweiden Dit hoofdstuk geeft een analyse van de ontwikkelingen in het veenweidengebied sinds het vaststellen van het programma Aanpak Veenweiden door de Gebiedscommissie Utrecht-West (2015). Verder wordt geschetst wat nodig zou zijn om een stap verder te komen in de ontwikkeling van het veenweidengebied naar een duurzame toekomst. De rol van de stuurgroep Aanpak Veenweiden daarin is opgenomen in paragraaf De belangrijkste ontwikkelingen Hieronder zijn puntsgewijs de belangrijkste ontwikkelingen sinds het opstellen van het programma Aanpak Veenweiden beschreven. Het is een analyse van de ontwikkelingen in het hele Nederlandse veenweidengebied, maar wel beperkt tot de hoofdonderwerpen van het programma: bodemdaling en watersysteem in het landelijk gebied Algemeen De gereedschapskist vult zich De gereedschapskist voor het afremmen van bodemdaling en het optimaliseren van het watersysteem wordt langzaamaan gevuld (zie bijlage 1). Dit is voor een groot deel te danken aan de experimenten en pilots die door het Veenweiden Innovatiecentrum Zegveld (VIC) zijn opgezet en door de projecten die zijn gefinancierd uit het Utrechtse programma Aanpak Veenweiden en het door de provincie Zuid-Holland gefinancierde programma Systeeminnovatie in de Veenweiden. Aandacht voor de problematiek neemt toe De aandacht voor de problematiek van en oplossingen voor bodemdaling neemt toe. Dit gebeurt bij zowel overheden als maatschappelijke organisaties, zoals blijkt uit de belangstelling voor het symposium Heel Holland Zakt (2016) en de groei van het Platform Slappe Bodem. Bodemdaling komt in meerdere gemeentelijke en provinciale collegeprogramma s voor. Er was zelfs internationale aandacht in de pers voor het PBL-rapport Dalende bodems, stijgende kosten. Nationaal gezien is er uitgebreid aandacht besteed aan de teelt van lisdodde in Zegveld en Wilnis in diverse bladen en in de zomer van 2016 bij het NOS achtuurjournaal. Bij ondernemers en natuurorganisaties blijkt de belangstelling uit de deelname aan het Veldcongres Natte teelten september 2016 (mede-georganiseerd door het Programmabureau Utrecht-West) en uit de vragen die bij het VIC binnenkomen. Het Veldcongres en ook de Veenweiden Waterdag (maart 2016) hadden een brede belangstelling. De rijksoverheid houdt zich afzijdig. Ze hadden geen actieve rol bij het symposium Heel Holland Zakt terwijl dat wel de bedoeling was en ze hebben een bijdrage aan 8 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

9 het Kennisprogramma Klimaat, water en bodemdaling afgewezen. Bodemdaling door oxidatie (wat in het landbouwgebied speelt) en door zetting (een probleem voor bebouwing en infrastructuur binnen de bebouwde kom) worden overigens vaak door elkaar gehaald. De grootste stijging van de maatschappelijke kosten zit in de bebouwing en infrastructuur in het bebouwde gebied, maar wordt in artikelen en columns regelmatig aan de drooglegging voor de landbouw gekoppeld. Toename van aandacht betekent nog geen toename van kennis. Draagvlak voor maatregelen neemt toe Het draagvlak voor en de interesse in maatregelen neemt toe, maar er zijn wel verschillen tussen de thema s van het programma Aanpak Veenweiden. Draagvlak vertaalt zich vooral in het uitvoeren van pilots. In de melkveesector blijkt draagvlak uit de deelname van boeren in projecten zoals de Proeftuin Natura2000 veenweiden, de Proefpolder kringlooplandbouw, Sturen met grondwater in Spengen etc. Bij de waterschappen is met name de interesse in Sturen met Water groot. Meerdere waterschappen dragen bij aan het project Precisiewatermanagement van het VIC en pilots met drukdrains (gaan) lopen bij het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) en Wetterskip Fryslân, als onderdeel van een grote pilot met onderwaterdrainage. In Noord-Holland zijn meerdere experimenten met natte teelten gepland in het kader van het Innovatieprogramma Veen, programma van Landschap Noord-Holland e.a. rond natte teelten en landbouw bij hoog peil). Bij Staatsbosbeheer en bij enkele melkveehouders is er interesse in de teelt van lisdodde. Bij de boeren zijn het vooral de bekende voorlopers die aan pilots meedoen. Dat betekent nog niet dat de first majority al aan natte teelten toe is. Toepassing van innovaties beperkt De daadwerkelijke toepassing van innovaties is nog beperkt. Niet onlogisch als het gaat om innovaties die nog worden uitgetest. Maar ook een ver ontwikkelde en geteste maatregel als onderwaterdrainage wordt beperkt toegepast, zelfs als er subsidie beschikbaar is. Dat is deels te wijten aan de beschikbaarheid van financiering bij boeren zelf door de lage melkprijs, deels aan onduidelijkheid die er toch nog bestaat over het effect van onderwaterdrainage op de agrarische bedrijfsvoering en deels omdat de noodzaak om onderwaterdrainage toe te passen ontbreekt. Uitrol is niet vanzelfsprekend. Dat blijkt nu met onderwaterdrainage, maar dat zal ook gaan gelden voor natte teelten, Sturen met Water en innovaties in bebouwing en infrastructuur. Uit interviews met boeren die onderwaterdrainage hebben komt als advies aan overheden naar voren duidelijk te zijn over het beleid rond bodemdaling om het gebruik van onderwaterdrainage te stimuleren. De implementaties van innovaties vraagt dus om duidelijkheid van overheden en lef van bestuurders. Kennis neemt toe, maar is niet voor iedereen toegankelijk Door allerlei onderzoeken en pilots neemt de kennis van de problematiek van de veenweiden en van het effect van mogelijke oplossingen toe. Daar dragen we met het programma Aanpak Veenweiden aan bij. De kennis komt alleen niet altijd op de plekken waar daar behoefte aan is, blijkt bijvoorbeeld uit vragen van boeren over onderwaterdrainage, vragen van leden van Algemeen Bestuur van de waterschappen en gemeenteraadsleden over bodemdaling. Een deel van Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 9

10 de oorzaak lijkt dat informatie niet toegankelijk is gepresenteerd. Bijvoorbeeld informatie over onderwaterdrainage is te vinden in diverse onderzoeksrapporten, maar niet in heldere taal geschreven, zodat boeren toch nog vragen hebben. Dit blijkt ook bij onze gebiedsprojecten. Verder zijn er ook vragen nog niet te beantwoorden, wat om verder onderzoek vraagt gericht op die specifieke vragen. Meer organisaties richten zich op de veenweiden Het aantal organisaties dat zich actief bezig houdt met de problematiek met de veenweiden neemt toe. Ze richten zich vooral op het proces van transities in de veenweiden, zoals bijvoorbeeld bedrijven als Commonland en Wetlands International, en de platforms Groene Hart Werkt! en Platform Slappe Bodem. Ook zijn er meer organisaties die adviezen over de ontwikkeling van de veenweiden geven of willen geven: de Provinciale Commissie Leefomgeving en de Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit in Utrecht, de regiotafels in Zuid-Holland, etc. Aan de ene kant is deze toename van spelers een goede ontwikkeling, omdat het bijdraagt aan de belangstelling voor de veenweiden en het gevoel dat er iets moet gaan gebeuren. Aan de andere kant zijn er risico s, zoals een te groot beslag van energie en tijd van doelgroepen en betrokkenen, versnippering van kennis en dubbel werk. De programma s die door deze organisaties en platforms zijn ontwikkeld, zijn vooral een bundeling van al lopende of geplande projecten, waarbij het de vraag is of de beoogde extra financiering wordt verkregen. In het Kennisprogramma Klimaat, water en bodemdaling van o.a. het Platform Slappe Bodem zijn projecten uit het programma Aanpak Veenweiden opgenomen, maar de beoogde cofinanciering van het Rijk blijft tot nu toe uit. Activiteiten moeten wel iets toevoegen aan wat er al is. Dat kan zijn door het genereren van extra geld, het ontsluiten van relevante nieuwe kennis of het bieden van een platform voor afstemming van beleid en kennisuitwisseling, maar dan wel op voorwaarde dat voldoende relevante partijen zijn aangesloten en er niet al iets vergelijkbaars bestaat. Het Platform Slappe Bodem lijkt voor de problematiek rond bodemdaling van bebouwing en infrastructuur het beste platform, met 18 vooral Zuid-Hollandse gemeenten (2 in Utrecht) en 6 waterschappen in West- Nederland. Het platform richt zich nu ook op het buitengebied, maar daarvoor ontbreken belangrijke spelers als de provincies, de landbouw en het VIC Per thema uit het programma Aanpak Veenweiden Het nieuwe melkveebedrijf Het zijn roerige tijden voor de melkveehouderij. Er zijn schommelingen in de melkprijzen en door het wegvallen van de quotering vormen milieunormen (o.a. voor fosfaat en ammoniak) nu de grens. Diverse bedrijven hebben moeite om de rekeningen te betalen. De belangstelling voor de 1 e tranch van de stoppersregeling was groot. Volgens Wageningen Economic Research, voorheen Landbouw Economisch Instituut, worden de onderlinge verschillen groter en komen de resultaten van de 20% slechtst scorende bedrijven steeds lager te liggen. De Rabobank pleit voor een drastische hervorming van de Nederlandse zuivelsector, vanwege de financiële problemen, en omdat de 10 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

11 fosfaatproblematiek het draagvlak voor de sector ondermijnt. Als reactie op deze ontwikkelingen begint langzaam de discussie op gang te komen of de strategie van de sector niet moet veranderen: van zoveel mogelijk koeien en productiemaximalisatie, naar een hanteerbare veestapel, lagere kosten en een duurzame (zowel qua milieu als economisch perspectief) manier van produceren. Nieuwe verdienmodellen Het begrip Nieuwe verdienmodellen wordt vooral ingevuld door pilots met natte teelten. De belangstelling voor natte teelten is wel behoorlijk toegenomen sinds het opstellen van het programma Aanpak Veenweiden. De aandacht in de pers is groot en er zijn meer partijen die zich richten op de realisatie van natte teelten. Deels als pilot, maar ook alleen met het realiseren van een bepaalde oppervlakte als doel (Wetlands International, Rabobank, Commonland). Daar zit een behoorlijk risico in. Wanneer een natte teelt echt als onderneming worden opgezet en het gaat mis, dan straalt dat af op alle natte teelten en zal de interesse weer snel verdwijnen. En het kan misgaan: er zijn vaak nog geen of heel beperkte afzetketens, teeltmethodes zijn nog niet (uit) ontwikkeld, financiële baten worden te optimistisch ingeschat (maatschappelijke baten worden meegerekend, prijzen zijn optimistische inschattingen). Ook als het huidige grondgebruik op korte termijn lastig gaat worden is de stap naar een alternatief niet vanzelfsprekend. Bijvoorbeeld in het Restveengebied in de Zuidplaspolder (Zuid-Holland), waar verdere peilverlaging niet meer mogelijk is, blijkt het voor de melkveehouders lastig om de stap te maken naar acceptatie daarvan en ernaar handelen. Er gaan op meerdere plekken experimenten starten. In Friesland loopt het project Better Wetter met de teelt lisdodde en in Noord-Holland het Innovatieprogramma Veen (Azolla, veenmos, lisdodde,.). Afstemming en samenwerking wordt belangrijker. De ontwikkeling van CO2 als nieuw verdienmodel (CO2 vastleggen / minder CO2 produceren) gaat nog niet hard. De formele emissiemarkt lijkt niet rendabel, omdat er certificering nodig is en de beperking van emissie bij verminderde bodemdaling lastig aan te tonen is, en daardoor het rendement voor de grondeigenaar heel beperkt is. De vrijwillige markt lijkt meer perspectief te bieden. De afspraken over reductie van CO2-emissies in het klimaatakkoord in Parijs (2015) hebben nog niet geleid tot regelgeving voor veengebieden. De noordelijke milieufederaties verkennen in Valuta voor Veen de mogelijkheden voor vrijwillige emissiehandel. De eindrapportage wordt eind 2017 verwacht. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 11

12 Nieuwe watersystemen Sturen met Water en vooral drukdrainage worden opgepakt op meerdere plekken, ook buiten Utrecht. Verder zijn er veel projecten die zich richten op het verbeteren van de waterkwaliteit, vaak in relatie tot de landbouwpraktijk en gelijktijdig afremmen van bodemdaling en het beperken van emissies naar de lucht. Innovaties in het klimaatbestendig maken van het watersysteem (opvangen van toenemende extremen in neerslag en droogte) blijven achter. Ook is er nog geen aandacht voor de vraag wat de komst van natte teelten betekent voor het watersysteem. Er is nog geen integratie van ontwikkelingen op polder- en boezemniveau. Bebouwing en infrastructuur De bewustwording neemt toe (mede dankzij het Platform Slappe Bodem) maar is bij diverse gemeenten nog geen aanleiding tot actie. Er wordt nog weinig gedacht in levenscycluskosten en het vertalen in concrete daden door bijvoorbeeld hogere eisen te stellen bij nieuwe bebouwing en infrastructuur. Hierdoor zullen ook projectontwikkelaars en bedrijven niet gaan investeren in innovatie. Het experimenteren met innovaties komt pas net op gang. De gemeente Woerden (en het VIC) lopen daarin het meest voorop met de projecten die ook uit het programma Aanpak Veenweiden worden gesteund. Er zal echter ook iets in het proces moeten gebeuren om te zorgen dat innovaties ook werkelijk toegepast gaan worden. 2.2 Wat is nodig voor een volgende stap? Voor een volgende stap is het nodig dat zowel aan de push- als de pullfactoren van oplossingen voor de veenweiden wordt gewerkt, om zo te zorgen dat innovaties niet blijven hangen bij de early adapters. Duidelijkheid van overheden Er is behoefte aan duidelijkheid en één lijn van overheden om te zorgen dat de gereedschapskist ook gebruikt wordt door ondernemers. Er is al veel gepraat over bodemdaling en wat eraan te doen, maar dat moet worden omgezet in beleid. Door grenzen te stellen aan peilindexatie weten boeren waar ze aan toe zijn en zullen ze daarop moeten anticiperen met bijvoorbeeld de aanleg van onderwaterdrainage. Projectontwikkelaars gaan nu nog voor winstmaximalisatie en hopen dat gemeenten zwakke knieën hebben. Als meer gemeenten eisen gaan stellen aan bouwen (Life Cycle Cost, drijvend of meebewegend bouwen, etc.) dan wordt het voor projectontwikkelaars en bouwbedrijven interessanter om zelf te investeren in innovatie, expertise te ontwikkelen en met innovaties de markt te benaderen. De op te stellen omgevingsvisies van provincies en gemeenten bieden een kans om meer duidelijkheid te geven over de visie van overheden op de ontwikkeling van de veenweiden en doelen die gesteld gaan worden. 12 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

13 Toegankelijke informatie Er is behoefte aan toegankelijke informatie over innovaties op het gebied van bodemdaling, op maat (en in de juiste taal) voor degenen die de innovatie zouden moeten toepassen. Voorbeelden van toepassing in de praktijk helpen. Verder is het belangrijk dat er antwoorden komen op vragen die nog niet te beantwoorden zijn. Op korte termijn is er behoefte aan voor de melkveehouder geschreven informatie over onderwaterdrainage, omdat dat op dit moment de beste en meest algemeen toe te passen maatregel is om bodemdaling te beperken. Deze informatie moet actueel gehouden worden met o.a. de ervaringen met drukdrainage. De behoefte aan toegankelijke informatie over natte teelten zal waarschijnlijk groeien nu meer organisaties natte teelten gaan promoten. Vooral als het gaat om de baten (financiële en maatschappelijke) en de risico s (financieel, afzet) is het belangrijk dat de informatie objectief is. De behoefte aan een loket voor praktische vragen over innovaties neemt toe. Voor het implementeren van innovaties naar de praktijk zullen er nog aanvullende acties en instrumenten nodig zijn, bijvoorbeeld om innovaties in een gebied in te passen. Verbinding van natte teelten met het watersysteem De gevolgen van natte teelten voor het watersysteem moeten meer aandacht krijgen. Natte teelten leiden tot een toenemende watervraag, maar bieden ook kansen voor buffering. Verder stellen natte teelten deels andere eisen aan het watersysteem dan het huidige grondgebruik zoals de melkveehouderij. Er is nog niet onderzocht hoe dat in te passen is in het watersysteem op het niveau van peilvakken. Ruimtelijke ordening, kavelruil en landschap Wanneer natte teelten hun intrede doen in het veenweidenlandschap zijn de maatschappelijke baten daarvan sterk afhankelijk van de inpassing in het landschap. Situering op de laagste plekken, of op de overgang van hooggelegen gebieden waar een hoog peil gewenst is naar lagergelegen gebieden, is wenselijk maar niet vanzelfsprekend. Het is belangrijk dat wordt nagedacht over hoe de overheid daarop kan bijsturen en hoe dat met bijvoorbeeld kavelruil en instrumenten uit de ruimtelijke ordening gefaciliteerd kan worden. Bij het beperken van de belasting van de infrastructuur of bij anders bouwen is de ruimtelijke ordening eveneens relevant. Verder zal de introductie van een aantal innovaties leiden tot veranderingen in het landschap. Dat hoeft niet slecht te zijn -het gebied dat nu veenweidenlandschap is, is al vaak van uiterlijk veranderd- maar de burger zal daar ook zijn of haar mening over hebben. Ook daar moet nu al op Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 13

14 geanticipeerd worden. Neem de burger mee in de ontwikkeling van de veenweiden. En dan zijn er nog aanbevelingen voor het proces. Samenwerking en overzicht Directe samenwerking tussen de partijen die daadwerkelijk pilots doen om te zorgen dat er geen dubbel werk gebeurt en activiteiten elkaar aanvullen. Samen optrekken in het delen van de ontwikkelde kennis is ook de beste manier om grondgebruikers te informeren en te betrekken. Als het gaat om pilots met natte teelten zijn VIC en de partijen van het Innovatieprogramma Veen in Noord-Holland de belangrijkste partijen en zijn de grondgebruikers in het landelijk gebied de belangrijkste doelgroep. Bij Sturen met Water zijn de belangrijkste partijen VIC, Innovatieprogramma Veen, Wetterskip Fryslân en HDSR en zijn grondgebruikers en waterschappen de belangrijkste doelgroepen. Bij het thema Bebouwing en Infrastructuur lopen gemeente Woerden en het VIC (niet voor bebouwing) voorop in experimenten en is samenwerking met het Platform Slappe Bodem voor de hand liggend, omdat gemeenten de belangrijkste doelgroep vormen en veel gemeenten bij dat platform zijn aangesloten. Maak de ontwikkeling van de veenweiden onderdeel van andere agenda s Door de innovaties die bijdragen aan de toekomst van het veenweidengebied onderdeel te maken van andere beleidsagenda s ontstaat een bredere motivatie en groter draagvlak voor maatregelen. Denk daarbij aan duurzaam bouwen, verduurzaming, verbreding economie en klimaatneutraal. Dat soort thema s kunnen een trigger zijn voor de vraag naar duurzame bouwmaterialen, het beperken van transport over de weg, het off grid maken van bebouwing in het buitengebied en het beperken van broeikasgasemissies. De vervlechting met andere beleidsterreinen zoals wateroverlast, waterkwaliteit en zoetwaterbeschikbaarheid zal steeds belangrijker worden. 14 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

15 3 Beschrijving van de voortgang en de resultaten tot nu toe 3.1 Algemeen Sinds de start van de uitvoering van het programma in 2015 zijn er 11 projecten gehonoreerd. In bijlage 2 (Beschrijving projecten) zijn de door de Stuurgroep gehonoreerde projecten kort beschreven. De projecten zijn over alle thema s verdeeld. Met deze projecten is iets meer dan de helft van het budget toebedeeld. Daarmee ligt de uitvoering van het programma op schema. Belangrijker is natuurlijk wat het effect is van deze projecten. Hoewel slechts twee projecten (Innovatieve dieptemetingen van ondiepe sloten en Sturen met grondwater Spengen-fase 1) zijn afgerond, is er toch al een duidelijke impact te zien op twee punten. De eerste experimenten met natte teelten als optie voor het veenweidengebied zijn gestart en wekken veel belangstelling. Cranberries met een experiment van het VIC bij het KTC, maar inmiddels met een bedrijf van 10 ha in de Krimpenerwaard (Zuid Holland) en een paar proefvakken bij een melkveehouder in Wilnis. En lisdodde als onderdeel van het project Veen, voer en verder van het VIC, met enkele concrete plannen voor de aanplant van meerdere hectaren. Het tweede succes is Sturen met Water. Mede dankzij de bijdragen uit het programma Aanpak Veenweiden zijn de projecten Precisiewatermanagement en Sturen met grondwater Spengen (fase 1 en 2) gestart. Daarmee is een belangrijke stap gezet in de ontwikkeling van het actief sturen op de grondwaterstand. De eerste resultaten wijzen aan dat hiermee een reductie van de bodemdaling met 75% mogelijk zou zijn bij een blijvend gebruik voor de melkveehouderij. Dit vindt navolging in pilots in Friesland en Noord-Holland. 3.2 Voortgang totaal en per thema Op alle doelen en subdoelen wordt met de geanalyseerde 11 projecten bijgedragen. In bijlage 3 (score op doelen totaal) is een waardering weergegeven van die bijdragen, gebaseerd op een inschatting van de bijdrage per project aan de doelen en subdoelen op een schaal van 1 t/m 5. De aangegeven waarderingen zijn dus gemiddelden. Daardoor lijkt de bijdrage aan doelen lager dan die in feite is. Ter illustratie: 4 projecten die ieder de maximale score van 5 op één van de doelen leveren, maar wel op 4 verschillende doelen, geven een gemiddelde van 1,25. De score is daarom vooral te gebruiken als indicatie van de spreiding van de bijdragen aan de verschillende doelen en subdoelen. Van de thema s loopt het thema Het nieuwe watersysteem het hardst, in die zin dat hiervoor de meeste projecten in voorbereiding dan wel gehonoreerd zijn. Bodemdaling krijgt binnen de projecten meer aandacht dan het watersysteem. Bij de subdoelen blijven waterkwantiteit en verbreding economie als doel nog achter. Bij biodiversiteit/natura2000 is de directe bijdrage van de projecten beperkt tot de Proeftuin Natura2000, al zijn er ook indirecte bijdragen door verbetering van de Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 15

16 waterkwaliteit. Wanneer ook naar de (gevraagde) financiële inspanning gekeken wordt, gaat er veel geld naar waterkwaliteit (Proefpolder en Proeftuin), naar natte teelten (Introductie Cranberries en Veen, voer en verder) en naar de melkveehouderij. Wanneer ook de potentiële projecten die nu in voorbereiding zijn worden meegenomen wordt er met de combinatie natuurontwikkeling/waterbuffering/ lisdoddeteelt in Marickenland en Veenweidensloot van de toekomst meer bijgedragen aan biodiversiteit/natura2000 en waterkwantiteit. Met de lisdoddeteelt in Marickenland wordt ook bijgedragen ook aan nieuwe verdienmodellen. Het nieuwe melkveebedrijf Specifiek op dit thema is één project ingediend, de Proeftuin Natura2000 Veenweiden. Veen, voer en verder valt deels onder Het nieuwe Melkveebedrijf en deels onder het thema Nieuwe verdienmodellen. Verder is het project Proefpolder kringlooplandbouw (opgenomen onder thema Het nieuwe watersysteem) ook relevant voor het thema Het nieuwe melkveebedrijf. De Proefpolder richt zich op het verbeteren van de waterkwaliteit, maar relateert dat sterk aan de bedrijfsvoering. Met Proeftuin en Proefpolder worden maatregelen gericht op het verminderen van emissies naar lucht en water en het verminderen van de bodemdaling vertaald naar de bedrijfsvoering van boeren. Het toetsen van innovatieve maatregelen op hun effecten in de praktijk en op inpasbaarheid in de bedrijfsvoering is de opmaat naar brede uitrol in de praktijk. Op de onderwerpen van deze projecten is daarna het delen van resultaten en ervaringen de benodigde vervolgstap. Verder is er (op deze onderwerpen) vanuit de doelstellingen van het programma geen verdere actie nodig. Er ontstaat wel een vraag naar de ontwikkeling van een extensievere, meer op het ecosysteem gebaseerde manier van landbouw, zoals in de analyse in hoofdstuk 2 is aangegeven. Met Veen, voer en verder, waarin de benutting van natte teelten als voedergewas wordt onderzocht, wordt een stap gezet richting het verbreden van de bedrijfsvoering, of zelfs een nieuwe vorm van gemengd bedrijf, waarin kringlopen worden gesloten en transport naar het bedrijf wordt beperkt. Nieuwe verdienmodellen Binnen Nieuwe verdienmodellen lopen twee projecten met natte teelten. Bij Veen, voer en verder gaat het om teelten in het water, bij Introductie Cranberryteelt om een gewas dat hogere grondwaterstanden kan hebben. Het idee bij Veen, voer en verder is dat door natte teelten te introduceren als voedergewas (dus passend binnen de bedrijfsvoering van melkveehouders) de drempel om met natte teelten aan de gang te gaan lager is. Wanneer die gewassen er eenmaal staan is het opzetten van nieuwe ketens vervolgens makkelijker. Dat lijkt te werken. De belangstelling bij boeren voor met name lisdodde groeit, ook al is Veen, voer en verder nog maar net op gang. Natte teelten zijn in korte tijd een serieuze optie voor de veenweiden geworden, al staan 16 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

17 de teelt en zeker de afzet nog in de kinderschoenen en zijn natte teelten nog niet breed uit te rollen. Verdienmodellen waarin landbouwproductie met groenblauwe diensten als waterbuffering, natuur of CO2-reductie worden gecombineerd, zijn nog niet ontwikkeld. Voor een voorstel van de Natuur- en milieuorganisatie Utrecht was geen steun bij de waterschappen. Er is wel een potentieel project van Staatsbosbeheer in Marickenland, waarin de combinatie van waterbuffering, natuur(ontwikkeling) en lisdoddeteelt getest kunnen worden. Het nieuwe watersysteem Binnen dit thema lopen vijf projecten en is één project afgerond. Dat laatste betreft het project Innovatieve dieptemeting van ondiepe sloten. Helaas heeft dat project niet het beoogde resultaat opgeleverd, maar er is nog wel de mogelijkheid dat een iets andere aanpak wel tot resultaat leidt. Een deel van de initiatiefnemers gaat hiermee verder, zonder steun uit het programma Aanpak Veenweiden. Drie projecten richten zich op Sturen met Water, het actief sturen op de grondwaterstand, los van het slootpeil. Bij Precisiewatermanagement en Sturen met grondwater pilot Spengen fase 1 en fase 2 wordt onderzoek naar drukdrainage gedaan. Drukdrainage is de techniek waarmee het grondwaterpeil gestuurd kan worden. Bij Precisiewatermanagement gaat het om een experiment, waarin het effect op de grondwaterstand wordt vergeleken met gewone onderwaterdrainage en zonder drainage, waarin water aan- en afvoer wordt gemeten, gewasopbrengst en dergelijke. In Spengen ligt het accent op het handelen van de boer, hoe gaat een melkveehouder met drukdrainage om en wat ziet hij ervan terug in de bedrijfsvoering. Deze projecten vullen elkaar aan. De eerste resultaten van Precisiewatermanagement laten zien dat een reductie van de bodemdaling met 75% haalbaar zou zijn, bij een gelijkblijvend landbouwkundig gebruik. Er is dan ook veel belangstelling voor de drukdrainage en op meerdere plekken in Nederland gaan pilots starten. Voor grootschalige uitrol zijn meer resultaten en ervaringen nodig. De Proefpolder kringlooplandbouw richt zich op waterkwaliteit en de toepasbaarheid van maatregelen in de praktijk. Dit is een belangrijke stap richting de uitrol van allerlei maatregelen, die zijn voortgekomen uit het programma Nutriënten Rijn-West dat zich richt op het halen van Kaderrichtlijn Water (KRW) doelstellingen. Er zijn nog geen projecten die zich richten op waterkwantiteit, bijvoorbeeld voor het opvangen van extremen in neerslag en droogte door klimaatverandering of veranderingen in de watervraag door natte teelten. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 17

18 Bebouwing en infrastructuur Op dit thema lopen twee projecten. Het project Fixerend en meebewegend bouwen richt zich op de vergelijking vanuit de Life Cycle Cost benadering van traditionele en innovatieve manieren van funderen van infrastructuur (wegen, kabels en leidingen) en bebouwing op slappe bodem. Het project Off grid boerderij richt zich op het beperken van de belasting van infrastructuur door de aan- en afvoer naar boerderijen te beperken. Er zijn nog geen resultaten. Er zijn meerdere projecten rond bebouwing en infrastrucuur in voorbereiding, zoals het project Veenweiden in beweging, waarmee onderzocht gaat worden hoe een andere organisatie van verkeersstromen kan helpen de belasting van infrastructuur in het buitengebied te beperken. Proces Op dit thema is alleen nog geld gereserveerd voor de toepassing van RE:PEAT gereserveerd. RE:PEAT is een virtueel model dat kan helpen om allerlei effecten van handelen in de veenweiden in beeld te brengen. RE:PEAT is daarmee onder andere een belangrijk hulpmiddel om de resultaten van projecten binnen het programma Aanpak Veenweiden te vertalen naar een visualisatie van de effecten bij toepassing. Dat er op Proces nog maar een project is ingediend en gehonoreerd past in de eerder door de stuurgroep vastgelegde planning, waarin Proces vooral relevant wordt als er meer en meer resultaten komen uit de inhoudelijke projecten. Financieel In onderstaande figuur is de in maart 2016 bepaalde planning van de uitgaven weergegeven. 1,2 Planning jaarschijven (in mln) 1 0,8 0,6 0,4 0, gepland inh. thema's gepland proces en communicatie Uit bijlage 4 (financieel overzicht) blijkt dat de doelstelling om eind % van het budget voor projecten toegewezen te hebben ruim is gehaald. Er is beschikbaar gesteld, wat neerkomt op 59% van het budget. Daarmee wordt voor aan projecten mogelijk gemaakt. Het aandeel uit het programma Aanpak Veenweiden komt neer op gemiddeld 25% van de projectkosten. 18 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

19 Dat is een goed resultaat, omdat maximaal 50% subsidie beschikbaar wordt gesteld. Op het thema Het nieuwe watersysteem is het meeste toegekend, zowel absoluut ( ) als procentueel (92%). Op bebouwing en infrastructuur is het minste toegekend, zowel absoluut ( ) als procentueel (27,3%). De meeste vrije ruimte in absolute zin zit met op het thema Het nieuwe melkveebedrijf. Op alle thema s zijn nog projecten in voorbereiding. De verwachting is daarom dat het totaal aan gereserveerde middelen uitgeput zal worden. Op Het nieuwe watersysteem is meer budget nodig dan begroot, om de in voorbereiding zijnde projecten te kunnen honoreren. Daarvoor is ruimte beschikbaar op de andere thema s. De feitelijke subsidieverlening loopt door de vereiste proceduretijd voor de formele aanvraag bij het subsidieloket van de provincie Utrecht logischerwijs achter op de honorering van voorstellen door de stuurgroep. Daarbij was in de beginperiode van de uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden sprake van vertraging, maar die problemen zijn inmiddels opgelost. POP3 De provincie heeft het programmabureau gevraagd om middelen uit het programma Aanpak Veenweiden zoveel mogelijk te combineren met middelen uit POP3, met name voor landbouwprojecten. Het is niet voor alle projecten mogelijk, omdat de doelen van het programma Aanpak Veenweiden niet altijd aansluiten op de POP3- doelen en -criteria. De projecten Proeftuin Natura 2000 Veenweiden en Proefpolder kringlooplandbouw kwamen wel in aanmerking voor de combinatie van POP3- financiering en een bijdrage uit het programma Aanpak Veenweiden. In beide gevallen verloopt deze gewenste gecombineerde aanvraag niet zonder problemen. Voor de Proefpolder kringlooplandbouw leidde het allereerst tot een vertraging van een jaar, omdat de POP3-openstelling steeds werd uitgesteld. Inmiddels is wel een POP3-subsidie aangevraagd en is de aanvrager op eigen risico begonnen. Vervolgens dreigde de POP3-subisidie door een foutje in de Utrechtse POP3- verordening op formele gronden afgewezen te worden. Dit lijkt inmiddels opgelost te zijn. Bij het project Proeftuin Natura 2000 Veenweiden heeft de gecombineerde aanvraag tot grote problemen geleid met vertraging van de subsidieaanvraag tot gevolg. De POP3 bijdrage is relatief klein ten opzichte van het budget van het hele project, maar omdat het project provinciegrenzen overschrijdt zijn de administratieve lasten van de aanvragers hoog ten opzichte van de kosten. De initiatiefnemers willen daarom de Utrechtse bijdrage volledig uit het programma Aanpak Veenweiden, maar daar stemt de provincie niet mee in. Deze discussie loopt nog. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 19

20 3.3 Communicatie Op de website utrecht-west.com is een apart deel ingericht voor het programma Aanpak Veenweiden. Voor de verdere uitvoering van het programma is een communicatieplan opgesteld. Het programma Aanpak Veenweiden is in 2015 en begin 2016 onder andere gepresenteerd in een aantal gemeenteraadsbijeenkomsten en bij een grote interne bijeenkomst van de provincie Utrecht. Er is, zoals eerder al is aangegeven, veel aandacht geweest in de pers voor de projecten die met het programma Aanpak Veenweiden worden gesteund. Naast samenwerking en publiciteit is kennis delen een belangrijk speerpunt voor communicatie. Daarnaast waren er in 2016 de Veenweiden Waterdag, in samenwerking met het VIC georganiseerd, en het 1 e Veldcongres Natte Teelten in samenwerking met STOWA, VIC en Radboud Universiteit georganiseerd. Bij deze drukbezochte bijeenkomsten lag het accent op netwerken en kennis delen. De lijn die door het programmabureau wordt gevolgd bij het (mee)organiseren van dit soort bijeenkomsten is dat we dat alleen doen als het gaat om bijeenkomsten met meerdere projecten gefinancierd uit het programma Aanpak Veenweiden. Communicatie over een specifiek project is de verantwoordelijkheid van de initiatiefnemers/uitvoerders van een project. Het programmabureau adviseert wel en heeft deze rol medio 2016 sterker ingevuld. Omdat kennisdeling belangrijk is, is het opstellen (en uitvoeren) van een communicatieplan als voorwaarde in de subsidieverordening opgenomen. Omdat er grote verschillen waren in de invulling daarvan is er eind 2016 een format voor die communicatieplannen gemaakt, waarin al een aantal aspecten zoals de afstemming met het programmabureau zijn ingevuld. Verder wordt met alle projectleiders een apart gesprek gehouden over de projectcommunicatie, zowel wat betreft pers als kennisdeling met belanghebbenden. 3.4 Organisatie De uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden wordt namens de Gebiedscommissie Utrecht-West aangestuurd door de stuurgroep Aanpak Veenweiden. De stuurgroep bestaat uit: Leden: Bert de Groot, hoogheemraad HDSR (voorzitter) Gerard Korrel, lid dagelijks bestuur waterschap Amstel Gooi en Vecht Joris Hogenboom, directeur Natuur en Milieufederatie Utrecht Pieter van der Grift, bestuurslid LTO Noord Ivo ten Hagen, wethouder Woerden Adviseurs: Job van Amerom, programmadirecteur Utrecht-West (adviseur) Josje van Noorden, senior coördinator Agenda Vitaal Platteland provincie Utrecht (adviseur) Erik Jansen, projectleider Aanpak Veenweiden Utrecht-West (secretaris) De stuurgroep heeft haar rol de afgelopen periode niet beperkt tot het aansturen van het programma Aanpak Veenweiden alleen. De stuurgroep is ook een platform 20 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

21 geweest om te spreken over ontwikkelingen in de veenweiden, zoals het achterblijven van de toepassing van onderwaterdrainage, de Position Paper van HDSR en relevante ontwikkelingen binnen en buiten Utrecht-West. De uitvoering van het programma vindt plaats door: Erik Jansen (senior projectleider) Renske Klein (projectleider) Miriam Jonker (communicatie) Er is gedurende de uitvoering van het programma enige onderbezetting geweest. De aanpassing van de subsidieverordening door de provincie Utrecht heeft niet alleen langer op zich laten wachten dan was bedoeld, maar heeft ook meer inzet van het programmabureau gevraagd dan was geraamd: voorstellen voor de aangepaste artikelen in de verordening zijn grotendeels door het programmabureau geschreven. Verder heeft de projectleider ook inhoudelijke bijdragen aan het gebiedsproces Portengen geleverd. Er is niet de hele afgelopen periode ondersteuning op het project geweest, in 2015 vrijwel het gehele jaar niet, omdat er nog geen ondersteuning beschikbaar was en in 2016 enige tijd niet door ziekte. Verantwoording van personeelskosten vindt plaats via de voortgangsrapportages van Programmabureau Utrecht-West. De personeelskosten van de Aanpak Veenweiden blijven binnen budget. 3.5 Afstemming met provincie De meer informele afstemming met de provincie Utrecht is georganiseerd via het interne veenweidenoverleg. Het overleg is een platform voor kennis delen. Aan het overleg nemen ambtenaren uit verschillende teams van de provincie deel. Via deze weg informeert de projectleider Aanpak Veenweiden alle aanwezigen over de ontwikkelingen in het veenweidengebied van het programma, nieuwe initiatieven voor projecten, tussenresultaten van projecten uit het programma etc. In de eerste periode van de uitvoering van het programma werd via deze weg in een vroeg stadium getoetst of een ontwikkeling past in het beleid van de provincie Utrecht, en werden aanbevelingen opgehaald voor de uitwerking van het project. Dit was o.a. om te voorkomen dat projecten af zouden vallen als gevolg van een negatief advies van de provincie in het formele subsidieproces. Nadeel was dat het om een intern overleg ging, waar initiatiefnemers van projecten niet bij aanwezig waren. Daarom is halverwege 2016 afgesproken dat voor een bespreking van een project in een vroeg stadium een apart overleg wordt georganiseerd, waar ook de initiatiefnemers van een project voor worden uitgenodigd. Verder vindt bilaterale afstemming plaats en organiseert het programmabureau rond specifieke onderwerpen bijeenkomsten met medewerkers van het programmabureau en van de provincie, bijvoorbeeld rond onderwaterdrainage. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 21

22 4 Koers van het programma en bijsturing 4.1 Focus komende periode De uitvoering van het programma Aanpak Veenweiden loopt door tot eind 2018, met een eindverantwoording in De komende periode zal de stuurgroep Aanpak Veenweiden meer aandacht geven aan het toegankelijk maken van kennis en het stimuleren van de toepassing van innovaties. Stimuleren van de toepassing van innovaties is ook een zaak van gedragsverandering bij overheden, grondgebruikers en ander bedrijfsleven. We zullen ook onderzoeken wat de beste manieren zijn om de resultaten van het programma te implementeren. Bij de thema s Het nieuwe melkveebedrijf en Nieuwe verdienmodellen betreft de doelgroep voornamelijk melkveehouders en andere plattelandsondernemers en gaat het erom ook anderen dan de koplopers te betrekken. Uit diverse gebiedsprocessen blijkt dat er behoefte is aan heel praktische informatie over bijvoorbeeld de werking en aanleg van onderwaterdrainage; informatie die niet (goed genoeg) uit bestaande rapporten te halen is. Door interviews met boeren met onderwaterdrainage is er in opdracht van het Programmabureau Utrecht-West al veel relevante praktijkervaring opgehaald. De zaak is nu om voor onderwaterdrainage, maar ook voor andere innovaties zoals drukdrainage en lisdoddeteelt, te werken aan het ontsluiten van die praktische informatie, en tegelijkertijd de bekendheid van innovaties te vergroten. Bij het thema Bebouwing en infrastructuur gaat het vooral om bewustwording van burgers en gemeenten van deze problematiek en mogelijke oplossingen. Dat zal zoveel mogelijk gebeuren in samenwerking met anderen, zoals het Platform Slappe bodem en andere veenweidenprovincies. Voor de behoefte aan een praktisch kennisloket zal ook een oplossing gevonden worden. Het programmabureau zal samen met de provincie zorgen voor voorstellen binnen het thema proces. Inhoudelijk zal er de komende periode meer aandacht gegeven worden aan de waterkwantiteitsaspecten van het watersysteem, zoals de inpassing van natte teelten in het watersysteem en de buffering van klimaateffecten. Verder zullen we stimuleren dat het vergroten van de biodiversiteit wordt meegenomen in projecten. We willen onderzoeken welke kansen er in Utrecht-West zijn voor (vrijwillige) emissiehandel in CO2 op basis van de resultaten van Valuta voor Veen. We gaan onderzoeken hoe het komt dat maatregelen in sommige gebieden wel aanslaan en in andere gebieden niet. 22 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

23 4.2 Aanpassing programma Er is behoefte aan een flexibelere verdeling van de budgetten over de thema s. Wanneer het aan een thema toebedeelde budget niet toereikend meer is, zal worden gekeken of er bij andere thema s nog ruimte is en kan de stuurgroep besluiten een project toch te honoreren. Dit valt binnen het mandaat dat de gebiedscommissie heeft voor het uitvoeren van het programma. Verder is geen aanpassing van het programma Aanpak Veenweiden nodig. 4.3 Rol Stuurgroep Aanpak Veenweiden De stuurgroep Aanpak Veenweiden heeft zoals eerder gezegd haar rol de afgelopen periode niet beperkt tot het aansturen van het programma Aanpak Veenweiden alleen. De stuurgroep blijft daarmee doorgaan. De stuurgroep blijft de ontwikkelingen in de veenweiden volgen. Naarmate er meer resultaten uit het programma komen wil de stuurgroep ook graag GS van de provincie Utrecht adviseren over de ontwikkeling van de veenweiden en hoe de implementatie van innovaties te stimuleren is, met als doel het afremmen van bodemdaling en het beperken van de negatieve effecten daarvan en het optimaliseren van het watersysteem. De stuurgroep constateert in deze evaluatie dat het, voor het creëren van draagvlak voor de innovatieve maatregelen die uit dit programma voortkomen, belangrijk is dat deze maatregelen worden verbonden aan andere beleidsagenda s. De innovaties kunnen ook hun bijdrage leveren aan het verbreden van de (regionale) economie, verduurzaming van de landbouw, duurzaam bouwen, energietransitie, etc. De stuurgroep vraagt de provincie die verbindingen te leggen, maar zal ook zelf een actieve rol nemen. De stuurgroepleden zullen hun eigen netwerk gebruiken om die verbindingen te leggen binnen de beleidsvelden waarin zij actief zijn. 4.4 Vragen aan de provincie De gereedschapskist om bodemdaling af te remmen raakt steeds verder gevuld. De stuurgroep Aanpak Veenweiden constateert dat, om de implementatie van deze innovatieve oplossingen voor bodemdaling te stimuleren, duidelijkheid van overheden gewenst is over grenzen aan bodemdaling en bouwmethoden die leidden tot alsmaar stijgende kosten als gevolg van zetting. Daarnaast zal er ruimte in beleid en regelgeving gecreëerd moeten worden om de toepassing van innovaties mogelijk te maken. Ten slotte ziet de stuurgroep dat het draagvlak voor innovaties rond bodemdaling en het watersysteem vergroot kan worden door verbinding te leggen met andere beleidsvelden en zo meerwaarde te creëren. De stuurgroep denkt daarbij aan het verbreden van de (regionale) economie, verduurzaming van de landbouw, duurzaam bouwen, energietransitie, etc. De stuurgroep vraagt daarom aan de provincie: De ontwikkeling van de veenweiden te ondersteunen en te faciliteren in het beleid, in samenspraak met waterschappen en gemeenten, en de verbinding te leggen andere beleidsvelden; Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 23

24 De resultaten uit het programma Aanpak Veenweiden actief te betrekken bij de nieuwe landbouwvisie van de provincie en de voorgenomen visie op bodemdaling, en de vertaling daarvan in de omgevingsvisie. Het is in onze ogen belangrijk dat er in het provinciale landbouwbeleid maatwerk komt voor de veenweiden; In overleg te treden met het platform Slappe Bodem en de provincies Noord- en Zuid-Holland hoe samenwerking en kennisdeling voor het landelijk deel van het veenweidengebied georganiseerd kan worden met betrokkenheid van de stuurgroep Aanpak Veenweiden, waterschappen, de landbouwsector en organisaties als het VIC. Aan het eind van de programmaperiode zal de gebiedscommissie Utrecht-West een advies geven hoe de innovatieve oplossingen die het programma Aanpak Veenweiden oplevert te implementeren zijn, en welke rol we daarin voor de Gebiedscommissie Utrecht-West zien. 24 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

25 Bijlage 1 De gereedschapskist In deze bijlage zijn diverse innovatie maatregelen voor de veenweidenproblematiek kort toegelicht en van een indicaite van de status voorzien. Bodemdaling Maatregel Status Toelichting Bodemdaling door oxidatie Onderwaterdrainage Maatregel om bodemdaling met ca. 50% af te remmen. Onderzocht via pilots. Effect aangetoond en toepasbaar in de praktijk. Effect op bedrijfsvoering positief maar wel wisselend door afhankelijkheid van andere factoren. Zoetwatervraag neemt toe, maar dat is tot nu toe alleen modelmatig bepaald. Niet toepasbaar bij hoge slootpeilen. Sturen met Water / drukdrains Drukdrainage is een methode om actief op de grondwaterstand te sturen via drains. Drukdrainage is in de pilotfase. De eerste resultaten laten zien dat met drukdrainage een reductie van bodemdaling tot 75% haalbaar is. Kosten zijn hoger dan van onderwaterdrainage. Voor grootschalige uitrol is het nog te vroeg; in gebiedspilots kan wel en dat gebeurt ook. Wel toepasbaar bij hoge slootpeilen. Graslandbeheer Goed grasland- en bodembeheer kan zorgen voor een gesloten zode met minder oxidatie en meer draagkracht. Ook door goed graslandbeheer voorkomen van grondbewerking voor graslandvernieuwing beperkt oxidatie. Aquatische landbouw Bodemdaling kan gestopt of gereduceerd worden, afhankelijk van de randvoorwaarden van het gewas. Vraagt om omschakeling van huidige ondernemers of om nieuwe ondernemers. Sommige teelten zijn in de Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 25

26 melkveehouderij toepasbaar als voedergewas. Dat wordt getest. Ook teeltmethoden moeten nog ontwikkeld worden. Afzet en opbrengst zijn nog onzeker en vooralsnog lijkt grootschalige toepassing vanwege een beperkte vraag naar de mogelijke gewassen nog niet realistisch. Passieve vernatting Bij passieve vernatting vindt geen peilindexatie meer plaats en blijft het peil op een vast niveau gehandhaafd. Na invoering van peilfixatie gaat de bodemdaling nog wel lange tijd door. Afhankelijk van de initiële situatie kan het nog vele decennia duren voor de bodemdaling tot stilstand komt. Tot er inundatie plaatsvindt blijft er bovendien sprake van een holle grondwaterstand. Effectiviteit is er daarom pas op langere termijn. Toenemend negatief effect op de bedrijfsvoering van melkveebedrijven. Kosten van waterbeheer nemen af. Topsurf Topsurf is een mengsel van bagger, organisch materiaal en mest. Commercieel product. Een van de toepassingen is ophogen van veenweidepercelen. De veronderstelling is dat door het ophogen en toename van de draagkracht de peilverlaging kan worden beperkt, en zo (indirect) de bodemdaling kan worden beperkt. Werking nog niet in de praktijk getest en aangetoond. In Alphen a/d Rijn en/of Krimpenerwaard gaat een 8-jarige pilot lopen. Bodemdaling door zetting Fixerend bouwen Zowel bebouwing als wegen, kabels en leidingen worden onderheid, waardoor geen zetting meer plaatsvindt en vooral problemen als gevolg van ongelijke zetting worden voorkomen. De techniek bestaat en 26 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

27 is toepasbaar. Ik welke mate en in welke situaties deze techniek kosteneffectief is moet nog blijken. De gemeente Woerden doet daar onderzoek naar. Meebewegend bouwen Zowel bebouwing als wegen, kabels en leidingen worden op een plaat gefundeerd die meebeweegt met de bodemdaling, waardoor ongelijke zetting en de bijbehorende problemen worden voorkomen. De technieken daarvoor zijn nog in ontwikkeling. Ik welke mate en in welke situaties deze oplossing kosteneffectief is moet nog blijken. De gemeente Woerden doet daar onderzoek naar. Beperken belasting infrastructuur Hieronder valt een heel scala aan maatregelen, van het anders organiseren van verkeersstromen tot het beperken van (het gewicht en/of frequentie) van transport naar de boerderij zoals bij het project Off grid boerderij. In de pilotfase. Breed Toepasbaar, In Potentieel Effectiviteit / toepasbaar effectiviteit ontwikkeling, bruikbaar, haalbaarheid en nog nader te nog niet maar nog nog effectief onderzoeken grootschalig verder te onduidelijk en/of nog toe te ontwikkelen met passen. beperkingen toepasbaar Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 27

28 Watersysteem Maatregelen waterkwaliteit (bron: Nutriënten Rijn-West, Factsheets en Deelrapport Nutriënten veenweiden) Maatregel Kringlooplandbouw Status Opmerkingen Kansrijk en effectief; extra stimulering van toepassing en monitoring waterkwaliteit nodig. Wordt getest in Proefpolder Kringlooplandbouw Duurzaam graslandbeheer Voorkomen grondbewerking voor graslandvernieuwing door goed beheer van grasland, geen afspoeling van stikstof en fosfaat dat gebonden is aan organische stof Mais: niet scheuren grasland Is/wordt geregeld in meest kwetsbare gebieden (RO) Minder mineralen in veevoer Met mineraalarmer voer /bewuster voeren, minder N/P in de kringloop en daarmee minder N/P uit- en afspoeling. Vooral effectief bij intensieve veehouderij. Vraagt Convenant veevoeders-rijk-lto. Vergroten mestopslag Effectief; ondersteuning nodig bij meer dan wettelijk en inzet innovatieve technieken. Niet specifiek veenweiden Mestscheiding Niet kosteneffectief; kost geld voor (huur) apparatuur en opslag. Loonwerkers zijn hier nog niet op toegerust; omgeving is er nog niet klaar voor waardoor kosten extra hoog zijn. Erfafspoeling verminderen Toepasbaarheid veenweide en kosteneffectiviteit beperkt; maatwerk nodig 28 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

29 Precisiebemesting Kansrijk en effectief; stimulering nodig van opschaling en toepassing bemestingssystemen; verankeren in GLB/POP3 Onderwaterdrainage Beperkt vrijkomen van nutriënten en verbeterd opname van bemesting Aanleg bufferstroken/mestvrije zones/baggervrije zone Effectiviteit Natuurlijk beheer/agrarisch graslandbeheer Onderdeel agrarisch natuurbeheer Duurzaam bodembeheer/ verbeteren bodemstructuur Onderdeel kringlooplandbouw Natte teelten Sommige teelten kunnen zuiverend werken Baggeren en slootschonen Kansrijk en effectief, wel duur. Voorkomen van bagger is beter Natuurvriendelijke oevers/zuiverende slootsystemen/helofyten (herontwerp veenweidensloot) Actief stimuleren van samenwerking vereist; insteek is breder dan alleen waterkwaliteit; functiecombi s zoeken. Waternet, HdSR en VIC werken aan herontwerp van de veenweidensloot, waarin meerdere doelen worden gecombineerd. (zie ook bij maatregelen waterkwantiteit). Natuurvriendelijke oevers zijn ook effectief op natuurkwaliteit. P vastleggen met Fe in sloten/n verwijderen sterk experimenteel van karakter Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 29

30 Sturen op inlaat gebiedsvreemd water Bewust minder of andere kwaliteit (< bicarbonaat; < sulfaat) water inlaten en hiermee verminderen vrijkomen P uit waterbodem. Experimentele waterhuishoudkundige maatregel. Aanpassen streefpeilen/variatie in peilen/optimalisatie inlaatregime Onderdeel van bredere discussie over peilbeheer, drooglegging, draagkracht en bodemdaling. Maatregelen waterkwantiteit Status Opmerkingen Sturen met Water Bij Sturen met Water kan de grondwaterstand per perceel actief worden gestuurd, wat mogelijkheden biedt voor de berging van water in de bodem. Doordat de grondwaterstand losgekoppeld wordt van het slootpeil ontstaan mogelijkheden voor een flexibel peilbeheer, waardoor meer water in de sloot kan worden opgevangen, bijvoorbeeld door tijdelijk een hoger peil te accepteren. Ook mag in droge periodes het slootpeil tijdelijk lager worden, omdat de grondwaterstand toch hoger kan worden gehouden, waardoor inlaat van water beperkt kan worden. Deze aspecten van Sturen met Water zijn nog niet in de praktijk getest. Zie ook Flexibel peilbeheer. Flexibel peilbeheer Flexibiliteit in het peilbeheer geeft de mogelijkheid om pieken en dalen in neerslag tijdelijk op te vangen. De effectiviteit is beperkt omdat de mate van flexibiliteit beperkt is; sterke afwijkingen strijdig zijn met de keur en leiden tot overlast bij boeren of tot meer bodemdaling. Sturen met Water biedt wel de mogelijkheid voor een sterkere afwijkingen en tot meer effectiviteit. Wel kan de afkalving van kanten toenemen als geen maatregelen worden genomen, zoals bij het herontwerp van de veenweidensloot. 30 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

31 Herontwerp veenweidensloot Aanpassen van het profiel en/of het beheer van de veenweidensloot biedt kansen voor verschillende doelen waaronder het voorkomen van afkalving van kanten en zo flexibel peilbeheer mogelijk te maken. Ook kan zo de bergingscapaciteit bij (tijdelijke) stijging van het peil worden vergroot. Natte teelten als berging en buffer Natte teelten kunnen (mits niet gevoelig voor peilschommelingen en verschillen in waterkwaliteit) gebruikt worden als tijdelijke berging van water. Verder zijn natte teelten een mogelijke buffer tussen landbouwgebieden en hooggelegen gebieden (natuurgebieden of bebouwing) waar een hoog peil gewenst is. Door het opzetten van het peil wordt wegzijging beperkt. Moet nog in de praktijk getest worden. Breed Toepasbaar, In Potentieel Effectiviteit / toepasbaar effectiviteit ontwikkeling, bruikbaar, haalbaarheid en nog nader te nog niet maar nog nog effectief onderzoeken grootschalig verder te onduidelijk en/of nog toe te ontwikkelen met passen. beperkingen toepasbaar Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 31

32 THEMA: Bijlage 2 Beschrijving van de projecten Veen, voer en verder Het nieuwe melkveebedrijf NB! Dit project valt voor een deel ook onder thema Nieuwe verdienmodellen algemene informatie doorlooptijd 18 december 2015 t/m 31 december 2018 beschikking financiën PAV (plus 193,041 bij thema Nieuwe verdienmodellen) overig (incl. deel nieuwe verdienmodellen) wie aanvrager Stichting Veenweiden Innovatiecentrum uitvoerende organisatie(s) VIC, Louïs Bolk Instituut, Radboud Universiteit, KTC Zegveld doel Doel van het project is het onderzoeken van de haalbaarheid van een aantal natte teelten in het veenweidengebied als alternatief voor grasland, zowel economisch als qua effecten op de omgeving (beperken bodemdaling, emissies, etc.). Uiteindelijk doel is de economie van het gebied te verbreden en de duurzaamheid van het gebied te vergroten. Het project onderzoekt specifiek de mogelijkheden van lisdodde, miscanthus/wilde rijst, riet en wilg als voedergewas binnen de melkveehouderij. Wanneer dit soort gewassen rendabel is in te zetten binnen de bedrijfsvoering van melkveebedrijven is de teelt niet afhankelijk van nog te ontwikkelen ketens voor andere toepassingen, terwijl er zo wel aanbod gecreëerd wordt voor de ontwikkeling van nieuwe ketens. beoogde resultaten Resultaten van het project zijn: 1) een rapport waarin de onderzoeksvraag en onderliggende vragen worden beantwoord; 2) communicatie over het project met een startsymposium, publicaties in de vakpers, themadagen en overige publiciteit en locaties waar de teelten zijn gerealiseerd en die als demonstratieveld dienen. stand van 1e kwartaal 2017 zaken De uitvoering van het project ligt op schema. In het projectvoorstel is op verzoek van de stuurgroep een go - no go moment opgenomen, ongeveer halverwege het project. De bijbehorende rapportage met tussenresultaten is inmiddels ontvangen. Communicatie over het project heeft al volop plaatsgevonden, onder andere tijdens het veldcongres Natte teelten in september leerpunten Het project heeft veel aandacht gekregen in de pers (waaronder het achtuurjournaal) en door de ligging van het proefveld op het KTC Zegveld zijn er ook veel mensen die de proef zien, ook als ze er niet speciaal voor komen. De interesse van boeren voor met name lisdoddeteelt neemt daardoor toe. Dat zijn natuurlijk vooral de voorlopers, maar het zingt rond dat lisdodde goed is voor koeien. Dat is meteen een risico, want het expedriment is nog in volle gang, dus die conclusie is nog niet te trekken. Ook wordt al gevraagd naar de beste teelt- en oogstmethode. Het is nu nog te vroeg om daarmee aan de gang te gaan, maar te zijner tijd is er meer structurele informatievoorziening nodig dan binnen het project past. Ook aan de vraagkant zijn er positieve ontwikkelingen door alle aandacht. bijsturingsadvies voor 2017 Instemmen met uitvoering van tweede fase. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

33 THEMA: Proeftuin N2000 Het nieuwe melkveebedrijf algemene informatie doorlooptijd beschikking financiën PAV overig wie aanvrager uitvoerende organisatie(s) nog niet ingediend verwachtte kosten verwachtte kosten nog niet bekend naar verwachting: Wageningen UR, LTO Noord, PPP-Agro Advies, VIC, KTC Zegveld, Louïs Bolk Instituut doel Doel van de Proeftuin Veenweiden is minder ammoniakemissie, betere waterkwaliteit en vermindering van bodemdaling, met toekomstperspectief voor zowel melkveehouders als (Natura2000) natuurgebieden door een gebiedsgerichte aanpak met stakeholders binnen en buiten de landbouw. In de Proeftuin Veenweiden worden samen met o.a. 100 ambitieuze en oplossingsgerichte melkveehouders maatregelen ontwikkeld en uitgetest in de praktijk. De groep praktijktesters bestaat uit 10 pilotbedrijven die concreet aan de slag gaan met maatregelen om hun bedrijf efficiënter en toekomstbestendig te maken. Ze doen dat niet alleen voor zichzelf, maar betrekken 90 collega-melkveehouders daarbij. Die gaan op hun beurt kijken met welke maatregelen zij uit de voeten kunnen. In de Proeftuin draait het om onderzoek en het praktijkrijp maken van maatregelen. Maar dat niet alleen: succesvolle en duurzame maatregelen moeten worden geborgd en beloond voor blijvend resultaat en rendement in de toekomst. Er wordt een 3 sporen aanpak gevolgd die ondernemerschap, onderzoek en praktijk met elkaar verbindt: 1) Onderzoek; 2) Praktijk; 3) Borgen en belonen. beoogde resultaten 1) duurzame veenweide bedrijfsconcepten die beogen de stikstofverliezen met 25% te verlagen: 2) toepassing van concepten binnen de 100 betrokken bedrijven; 3) delen van de concepten met andere veenweidenboeren en stimuleren van de toepassing. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Voor de genoemde sporen/werkpakketten zijn verschillende projecten uitgewerkt. De Provincies Utrecht en Noord Holland hebben kenbaar gemaakt interesse te hebben in een inhoudelijke en financiële participatie van enkele van deze projecten. In overleg met de provincie Utrecht is een selectie gemaakt van projecten uit het totale programma waarvoor financiering aangevraagd kan worden. De gevraagde bijdrage is op deze selectie gebaseerd. De provincie heeft in de AVP-opdracht aan het programmabureau opgenomen dat voor landbouwprojecten (= thema Het nieuwe melkveebedrijf) financiering uit de Aanpak Veenweiden gecombineerd moet worden met POP3-financiering. Omdat een POP3-aanvraag (en verantwoording) een behoorlijke inspanning vraagt bij provinciegrensoverschrijdende projecten ten opzichte van de baten (de helft van de gevraagde ,-), en er extra tijd verloren gaat, hebben de initiatiefnemers de provincie gevraagd of van de POP3 aanvraag kan worden afgezien. Omdat deze discussie nog loopt is er ook nog geen aanvraag bij de Aanpak Veenweiden gedaan. De uitvoering van het totale programma Proeftuin Veenweiden is inmiddels gestart. leerpunten n.v.t. bijsturingsadvies voor 2017 De initiatiefnemers de subsidieaanvraag voor de bijdrage uit de Aanpak Veenweiden in te laten dienen. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 33

34 THEMA: Veen, voer en verder Nieuwe verdienmodellen NB! Dit project valt voor een deel ook onder thema Het nieuwe melkveebedrijf algemene informatie doorlooptijd 18 december 2015 t/m 31 december 2018 beschikking financiën PAV (plus bij thema Het nieuwe melkveebedrijf) overig (incl. deel nieuwe verdienmodellen) wie aanvrager Stichting Veenweiden Innovatiecentrum uitvoerende organisatie(s) VIC, Louïs Bolk Instituut, Radboud Universiteit, KTC doel Zie bij thema "Het nieuwe melkveebedrijf". beoogde resultaten Zie bij thema "Het nieuwe melkveebedrijf". stand van zaken 1e kwartaal 2017 Zie bij thema "Het nieuwe melkveebedrijf". leerpunten Zie bij thema "Het nieuwe melkveebedrijf". bijsturingsadvies voor 2017 Zie bij thema "Het nieuwe melkveebedrijf". datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

35 THEMA: Introductie cranberryteelt Nieuwe verdienmodellen algemene informatie doorlooptijd beschikking 16 maart 2015 t/m 30 juni 2017 (27/9/16 akkoord op wijziging) financiën PAV overig wie aanvrager Stichting Veenweiden Innovatiecentrum uitvoerende organisatie(s) VIC, KTC en Crantex doel De doelstelling van dit project is om door middel van een praktijknetwerk en een demonstratieveld kennis te ontwikkelen en te verspreiden met betrekking tot de teelt van cranberries in het veenweidegebied en de effecten van deze teelt op waterbeheer in beeld te brengen. beoogde resultaten - Drie jaar lang is er de beschikking over een proefveld aan de hand waarvan minimaal 10 keer per jaar voorlichting gegeven zal worden aan geïnteresseerde telers en stakeholders. - Er hebben zich inmiddels 25 telers gemeld die na een eerste kennismakingsbijeenkomst interesse hebben in de teelt. Daar zitten ook enkele zuivelbereiders tussen. Om hen verder vertrouwd te maken met de teelt wordt er een cursus georganiseerd. Door het vragen van een eigen bijdrage van 100 wordt een verdere selectie gemaakt van serieus geïnteresseerden. Op deze wijze wordt teeltbegeleiding gegeven aan telers in het veenweidengebied die met de teelt willen starten. - Door de aanleg van een watersysteem waarmee inundaties en hoge grondwaterpeilen kunnen worden gecreëerd, wordt kennis gegeneerd over de bijdrage die deze teelt kan leveren in het kader van wateropvang, zoetwatervraag, effecten op grondwaterpeilen, bodemdaling en waterkwaliteit. Dit proefveld van 0,2 ha wordt aangelegd op het terrein van het KTC in Zegveld. - De cranberryteelt is onder de aandacht gebracht van organisaties die streekproducten uit het Groene Hart afzetten en is onderdeel van hun promotieactiviteiten. De verwachting is dat zuivelverwerkers gaan experimenteren met cranberries in hun producten. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Op basis van de tot dan toe behaalde resultaten is in september de opzet van de proef gewijzigd waarbij gestelde doelen gelijk blijven. Naar aanleiding van een pilot met cranberryteelt op Texel was als onkruidbestrijding een strooisellaag aangebracht. Deze bleek niet effectief genoeg tegen onkruid en remde de groei van de cranberries. Waarschijnlijk omdat natte veengrond onder de strooisellaag onvoldoende kan opwarmen. In de nieuwe opzet zijn meer, maar kleinere, proefvakken aangelegd met verschillende combinaties van onkruidbestrijding. Daarbij lijkt aanzuren van de bodem met azijnzuur tot nu toe het meest effectief. De gestelde doelen zijn in de gewijzigde opzet gelijk gebleven. De teelt van cranberries heeft veel aandacht gekregen in de pers, bij allerlei bezoeken aan het proefveld, tijdens het Veldcongres natte teelten in september 2016 en tijdens een Cranberry terugkomdag in januari Dit heeft geleid tot de start van een cranberrybedrijf van 10 ha in de Krimpenerwaard (provincie Zuid- Holland) en de aanleg van een paar proefvakken door een melkveehouder in Wilnis. Deze worden gemonitord vanuit het project Introductie Cranberryteelt. De eindrapportage wordt voor de zomer verwacht. leerpunten Er zit perspectief in de teelt van cranberries in het veenweidengebied. Wel is duidelijk dat ervaringen in andere gebieden niet zomaar naar de westelijke veenweiden kunnen worden vertaald. Dit is ook een les voor andere natte teelten. Er moet nog meer praktijkervaring met de teelt van cranberries worden opgedaan. bijsturingsadvies voor 2017 Geen datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 35

36 THEMA: Het nieuwe watersysteem Innovatie dieptemetingen van ondiepe sloten algemene informatie doorlooptijd beschikking 13 februari 2015 t/m 31 mei 2015; verlengd tot 30 september 2015 GEREED financiën PAV overig wie aanvrager Waternet uitvoerende organisatie(s) Waternet, Aerodata Surveys Nederland (ASNL) doel 1) Testen techniek om makkelijk, betaalbaar betrouwbare gegevens te verzamelen over slootdieptes; 2) Inzicht in de 'toestand van de sloot': de diepte en daarmee een beeld van de afvoercapaciteit en ecologische kwaliteit en natuurwaarde; 3) Mogelijkheid om de 'toestand' te vergelijken met afmetingen voor aan- en afvoer om wateroverlast te voorkomen. 4) Mogelijkheid om de ontwikkelmogelijkheden, haalbaarheid en betaalbaarheid voor het vergroten van de ecologische kwaliteit, natuur- en landschapswaarde van de huidige toestand' vast te stellen; 5) Basis voor vaststellen minimaal profiel en profiel om baggeraanwas te minimaliseren; 6) Noodzakelijk voor het project Veensloot van de toekomst. beoogde resultaten Het resultaat van de pilot is een conclusie (en aanbevelingen) over de praktische ervaring of de voorgestelde techniek en methode volgens verwachting geschikt is om kwalitatief goede gegevens over de waterdiepte van ondiepe sloten te bepalen. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Gereed. BEHAALDE RESULTATEN 1) Het project geeft geen definitief eindoordeel of de geteste innovatieve dieptemetingen haalbaar en betaalbaar zijn; 2) De gebruikte soort laser bleek niet te werken, maar licht van een andere golflengte zou gezien de resultaten beter kunnen werken; 3) Het rapport adviseert daarvoor op een ander, mogelijk geschikter, moment nogmaals een test uit te voeren. Dit zal door een deel van de betrokken partijen worden uitgevoerd zonder verdere steun uit het programma Aanpak Veenweiden. bijsturingsadvies voor 2017 N.v.t.; project is gereed. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

37 THEMA: Precisiewatermanagement Het nieuwe watersysteem algemene informatie doorlooptijd 1 april 2016 t/m 31 maart 2018 beschikking financiën PAV overig wie aanvrager Stichting Veenweiden Innovatiecentrum uitvoerende organisatie(s) Provincie Utrecht - AVP, Provincie Zuid-Holland, Zuivel NL, HDSR, AGV, Wetterskip Fryslân doel - Het technische hoofddoel van het project is dat het effect van onderwaterdrains met putbemaling op het grondwaterstandsverloop en water aan- en afvoer inzichtelijk gemaakt wordt. Daarbij is een systeem ontwikkeld dat de bemaling automatisch stuurt op basis van de actuele grondwaterstand en zo mogelijk de weersvoorspelling. - Maatschappelijke hoofddoelen zijn het reduceren van bodemdaling en een optimalisering van de agrarische grasproductie - Nevendoelen zijn het reduceren van emissies van broeikasgassen en een verbetering van de water- en ecologische kwaliteit. beoogde resultaten Technische projectresultaten: - Inrichting van proefpercelen met onderwaterdrains en putbemaling zodanig dat de resultaten statistisch betrouwbaar geanalyseerd kunnen worden; - Wekelijks en continu gemeten grondwaterstanden en slootpeilen; - Grasopbrengsten per snede; - Analyse van het grondwaterstandsverloop en de grasopbrengsten; - Wetenschappelijke rapportage inclusief de toegevoegde waarde voor de praktijk; - Prototype aansturingssysteem voor putbemaling op basis van actuele grondwaterstanden en weersverwachting (Peilwijzer Veenweide); - Communicatie van resultaten met stakeholders in het veenweide gebied vanuit het VIC in Zegveld. De maatschappelijke projectresultaten zijn de bijdragen aan een duurzaam watersysteem en aan een duurzame melkveehouderij. stand van zaken 1e kwartaal 2017 De aanleg van het experiment is voltooid en de resultaten van het eerste jaar zijn bekend. Zie: Het project vindt navolging in de pilot Sturen met grondwater in Spengen en in een pilot in Friesland. Ook in andere gebieden is er belangstelling in de toepassing. In het tijdschrift Bodem is een artikel verschenen over Sturen met Water, Precisiewatermanagement en de pilot in Spengen. rechtsteeks koppeling naar link: link Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 37

38 leerpunten De voorlopige conclusies zijn: 1) Putbemaling heeft effect. Het zorgt voor extra infiltratie (hoger houden van het peil) én extra drainage (versnelde afvoer bij wateroverlast) ten opzichte van een situatie met traditionele onderwaterdrainage en een situatie zonder drainage, onafhankelijk van het slootpeil. Het lukte om de grondwaterstand rond -35 cm t.o.v. maaiveld te handhaven 2) Vooralsnog is er geen effect op droge stofopbrengst en stikstofopbrengst van gras. 3) Een schatting is dat de maaivelddaling met ongeveer 75% reduceert ten opzichte van een ongedraineerde situatie bij een ontwatering van 60 cm. 4) Een volgende stap in de ontwikkeling is het automatisch aansturen van de pompen. bijsturingsadvies voor 2017 De stuurgroep heeft gevraagd om het effect op de waterkwaliteit te gaan meten. Hiervoor is een aanvullend voorstel geschreven dat met de verschillende financiers zal worden besproken. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

39 THEMA: Het nieuwe watersysteem Sturen met grondwater - pilot Spengen fase 1: verkenning haalbaarheid algemene informatie doorlooptijd beschikking 1 juni 2016 t/m 1 januari 2017 GEREED financiën PAV overig wie aanvrager HDSR uitvoerende organisatie(s) HDSR, deelnemende melkveehouders doel Het voorbereidingstraject is nodig om te komen tot plannen, informatie en afspraken om het experiment daadwerkelijk uit te voeren. In het experiment wordt ontdekt hoe sturen met grondwater in de praktijk werkt en wat het oplevert. Hierbij wordt de betrokkenheid bij bodemdaling vergroot en gezocht naar win-win voor agrariër en waterbeheerder en andere gebiedspartijen. beoogde resultaten 1) Drainage- en puttenplannen voor de deelnemende agrarische grondeigenaren. Op basis hiervan kunnen offertes voor de aanleg opgevraagd worden door de grondeigenaar. Het stelt de potentiële deelnemer in staat om definitief te besluiten om wel of niet mee te doen. Om deze plannen te maken vindt bureauonderzoek en veldonderzoek plaats zoals naar bodemdoorlaatbaarheid. Naar verwachting voor een totale oppervlakte van circa 50 hectare. 2) Het plaatsen van 14 peilbuizen in het gebied zodat de grondwaterstand wordt gemeten en de meetdata verspreid kan worden. Hierbij wordt de betrokkenheid, bewustwording en het erkennen van de schommeling in de grondwaterstand vergroot. Het geeft tevens een 0-meting. Op zeven percelen wordt een grondwaterbuis met telemetrie geplaatst. Zodat door de betrokken grondeigenaren dagelijks de grondwaterstand kan worden opgevraagd. Na de aanleg dienen deze buizen nog steeds als meting van de grondwaterstand, maar dan draagt de meetdata bij aan het sturen op de grondwaterstand. Tevens worden 7 peilbuizen met datalogger op een perceel met reeds onderwaterdrainage in Spengen geplaatst. Dit om te zien hoe de grondwaterstand op diverse plekken in dat perceel reageert en hiervan te leren voor het experiment. Uitwerking van de pompputten, zowel technisch als qua vormgeving. Het resultaat zijn tekeningen zodat ook op basis hiervan offertes kunnen worden opgevraagd. Dit kunnen meerdere type putten zijn, maar er kan ook voor 1 type gekozen worden. De uitwerking vindt met de potentiële deelnemers plaats. 3) Gedeelde afspraken tussen deelnemers en waterschap. Hiervoor wordt een onafhankelijk adviseur benaderd en gezamenlijk worden de spelregels bepaald. Ook wel governance genoemd. Het helpt de betrokkenen de risico's in beeld te brengen en het helpt het waterschap om los te laten. 4) Onderzoeksplan en monitoringsplan. Zo mogelijk wordt op verschillende type percelen geëxperimenteerd. Zoals verschillen in bodemtype, drooglegging, wel/niet in de onderbemaling, met/zonder greppels. Bij het onderzoeksplan worden ook de gebiedspartijen benaderd zoals de agrarische natuurvereniging, visvereniging, andere waterschappen, gemeenten, provincie. Om te horen wat zij willen leren van het experiment. Samen wordt bepaald wie de logische trekker is voor het vervolg. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Het project is technisch afgerond. De formele afronding via AVP dient 2 juli 2017 gereed te zijn. Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 39

40 BEHAALDE RESULTATEN Uit de verkenning is gebleken dat een bedrijvenproef kansrijk is, concreet: Er veel enthousiasme is voor een bedrijvenproef in Spengen. Zeven agrariërs willen met meedoen; Er algemeen draagvlak is voor een proef; Een omvang van 45 hectare ruim voldoende is voor een proef; Gewoon doen en samen ontdekken de missie bij de proef is; Er behoefte is om effecten te duiden en ervaringen van deelnemers te delen. De resultaten zijn aan de stuurgroep gepresenteerd. Er was voldoende draagvlak voor de uitvoering van een pilot: Spengen 2 fase 2. bijsturingsadvies voor 2017 Het project is technisch afgerond. De formele afronding via AVP dient 2 juli 2017 gereed te zijn. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

41 THEMA: Het nieuwe watersysteem Sturen met grondwater - pilot Spengen fase 2: uitvoering pilot algemene informatie doorlooptijd beschikking 21 november 2016 t/m/ 31 december 2021 financiën PAV overig wie aanvrager HDSR uitvoerende organisatie(s) HDSR, deelnemende melkveehouders doel Hoofddoel van het experiment is bodemdaling beperken. HDSR zet in op ten minste 25% minder bodemdaling in 2050 en het betaalbaar houden van het waterbeheer. Met de proef wordt grotere betrokkenheid van het gebied bij bodemdaling gecreëerd. Met een experiment wordt inzicht verkregen in de werking van het concept binnen de dagelijkse praktijk van (melkvee)bedrijven. Als agrariërs ook een bedrijfsmatige winst ontdekken, is de verwachting dat het systeem via de agrariërs gemakkelijker uitgerold kan worden. Daarom is het van belang dat de bedrijvenproef een gezamenlijk experiment is van agrariërs en waterschap. beoogde resultaten Alle ervaringen en bevindingen zullen na afloop van de proef worden vastgelegd in een schriftelijke rapportage. Wanneer de proef als een succes wordt ervaren, zal er een korte film worden gemaakt. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Alle drainage ligt erin. Het stuur en meetsysteem wordt ontworpen en aangelegd. Dit houdt in pompputten, pompen, grondwaterpeilbuizen en dit alles maken tot 1 stuur- en meetsysteem. De deelnemers ontwerpen de pompputten en HDSR de techniek van peilbuizen en pompen; Rondom de proef wordt een adviesgroep opgericht met lokale organisaties (LTO, ANV, gemeente etc). Er wordt samengewerkt met het project Precisiewatermanagement van het VIC. In het tijdschrift Bodem is een artikel verschenen over Sturen met Water, Precisiewatermanagement en de pilot in Spengen. leerpunten De betrokkenheid van de deelnemende boeren is groot. Dat is waarschijnlijk te danken aan de verantwoordelijkheid die ook in het opzetten van het project aan de boeren wordt gegeven. bijsturingsadvies voor 2017 Geen datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 41

42 THEMA: Het nieuwe watersysteem Proefpolder kringlooplandbouw algemene informatie doorlooptijd beschikking 1 januari 2017 t/m 31 december 2020 financiën PAV overig wie aanvrager Waternet uitvoerende organisatie(s) Waternet, Provincie Utrecht-AVP, HDSR, POP3, onderzoekbureaus en agrariërs doel Het uiteindelijke doel van dit project is er voor te zorgen dat de geschetste grootschalige uitrol van kringlooplandbouw ook daadwerkelijk gaan bijdragen aan het halen van de waterkwaliteitsdoelstellingen in het veenweidegebied. In de onderzoeksgegevens die ten grondslag liggen aan de relatie tussen bodemoverschot en nutriëntenvracht is sprake van een grote spreiding en zeker bij een hoge vermindering van het bodemoverschot is de relatie nog erg onzeker. En welke specifieke kringloop-maatregelen dragen nu met name bij aan de oppervlaktewaterkwaliteit? Zonder antwoord op die vragen is een gerichte sturing op oppervlaktewaterkwaliteit via de KringloopWijzer niet mogelijk en is het onduidelijk of we de doelen van de KRW gaan halen. Nevendoelen De inzet van het project is breder gericht dan alleen waterkwaliteit. Sommige kringlooplandbouwmaatregelen leveren ook bijdragen aan andere doelen: onderwaterdrainage levert ook een bijdrage aan het verminderen van veenoxidatie, beperken van bodemdaling en reductie van CO2-emissies; andere maatregelen leiden tot reductie van emissies van ammoniak naar de lucht. Maximale winst voor opperwaterkwaliteit staat voorop, met als voorwaarde geen afwenteling op andere milieucompartimenten. Bij voorkeur boeken we zelfs ook winst op de nevendoelen. beoogde resultaten Hard maken van de fundamentele relaties. Sluiten van de kringloop en verhogen van de nutriëntenefficiency draagt bij aan vermindering van het bodemoverschot, waardoor nutriëntenvrachten naar het oppervlaktewater verminderen, wat leidt tot een betere waterkwaliteit. Maar hoe liggen die relaties precies en in welke mate is dat het geval? Dat geldt in het bijzonder voor de nalevering van nutriënten door veenoxidatie. En omgekeerd weten we ook niet goed welke specifieke kringlooplandbouwmaatregelen met name bijdragen aan een betere waterkwaliteit. Beter inzicht in die relaties maakt een gerichtere sturing op oppervlaktewaterkwaliteit via de KringloopWijzer mogelijk. 2) Realiseren van de potentiële resultaten in de praktijk. Het invullen van een KringloopWijzer is nog iets anders als werken met de KringloopWijzer en continue streven naar een betere nutriëntenbenutting op grond van de nieuwste inzichten. In dit project dagen we de agrariërs uit om de grenzen op te zoeken. 3) De opgedane inzichten verbinden aan de rijdende trein van de uitrol van kringlooplandbouw. Dan gaat het zowel om het doorvertalen van de ervaringen met de agrariërs in de proefpolder, als om de instrument(door)ontwikkeling (KringloopWijzer en Modelinstrumentarium Hydrometra). Inzet is om zo een boost te geven aan het halen van de waterkwaliteitsdoelstellingen en de ontwikkeling van een duurzame melkveehouderij in het veenweidegebied. 42 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

43 stand van zaken 1e kwartaal 2017 Het project is later gestart dan beoogd, omdat er ook een POP3-subsidie moest worden aangevraagd en de openstellingen later op gang kwamen dan eerder was voorzien. Wel zijn er enkele voorbereidende activiteiten uitgevoerd. Nadat de POP3-aanvraag was ingediend is het project gestart. De POP3-aanvraag dreigde door een fout in de Utrechtse POP3 verordening te worden afgewezen, juist vanwege de door Utrecht gewenste combinatie van subsidies, maar dit lijkt opgelost te zijn. leerpunten Nog geen. bijsturingsadvies voor 2017 Nog geen. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 43

44 THEMA: Anders bouwen Infrastructuur en bebouwing algemene informatie doorlooptijd beschikking 6 juni 2016 t/m 31 december 2017 financiën PAV overig wie aanvrager gemeente Woerden uitvoerende organisatie(s) Gemeente Woerden, Provincie Utrecht-AVP, Bolton ontwikkeling, Gemeente Krimpenerwaard, RWS, HDSR, andere gemeenten doel Het doel van het project is het beperken van de nadelige effecten van bodemdaling, met name het beperken van de belasting en beheerskosten van infrastructuur en het beperken van de effecten van bodemdaling op bebouwing. Er wordt daartoe geëxperimenteerd met twee innovatieve pilotprojecten, waarbij het gaat om: innovaties in het gebruiken, beheer en de realisatie van de infrastructuur in het buitengebied, en innovaties in de realisatie en het beheer van bebouwing in het buitengebied. Pilot 1 "Zettingsvrij": Doelstelling: Het uitwerken van de principekeuze voor zettingsvrij bouwen bij reconstructies om zodoende de levenscyclus van de openbare ruimte te vergroten. Nevendoelen: Inzicht vergroten in de techniek van zettingsvrij bouwen Inzicht krijgen in de samenhang met watersysteem, kabels & leidingen, en de gevolgen voor de inwoners voor wat betreft de aansluitingen met in de tuinen Vanuit gemeente Woerden innovatief aanbesteden om ook juist de kracht van de markt bij een dergelijke nieuwe techniek te benutten. Inzicht in de gevolgen voor een dergelijke oplossingen voor gemeente Woerden bij opschaling (Fase 2) Pilot 2 "Meebewegend bouwen tenzij : Doelstelling: Het onderbouwen van de principekeuze voor drijvend bouwen bij nieuwbouw om de levenscyclus van de openbare ruimte enorm te vergroten en toekomstbestendig (t.a.v. klimaatverandering en verdere bodemdaling) in te richten. Nevendoelen: Inzicht vergroten in drijvende technieken Inzicht krijgen in de samenhang watersysteem, aansluiting op het vasteland", kabels & leidingen, en de gevolgen voor de toekomstige bewoners en de omgeving. Inzicht verkrijgen in innovatieve manieren van aanbesteden om ook juist de kracht van de markt bij een dergelijke nieuwe techniek te benutten. Inzichten krijgen wanneer drijvend bouwen de meest geschikte oplossing is. Inzicht in de gevolgen voor een dergelijke oplossingen voor gemeente Woerden bij opschaling (fase 2?). Mocht blijken dat meebewegend bouwen voor Zegveld-Weidz geen haalbare optie is, gezien de huidige plek in het proces, dan zal deze pilot zich richten op het bepalen van de haalbaarheid voor een andere locatie. Hiervoor zijn de nieuwbouwlocaties Kamerik Noord-Oost III en Haanwijk in Harmelen in beeld. Vooraf aan het project zijn al toezeggingen gedaan van een aantal overheidspartijen om kennis bij te dragen. Bijvoorbeeld gemeente Krimpenerwaard en Rijkswaterstaat. Daarnaast gaan gemeente Woerden, HDSR en provincie Utrecht ook ambtelijke capaciteit leveren. Er is echter ook externe expertise nodig op alle vier de sporen. 44 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

45 beoogde resultaten Om de doelen te bereiken werkt de gemeente Woerden de oplossingsrichtingen voor zowel zettingsvrij als meebewegend bouwen verder uit. Gaandeweg het proces krijgen we op deze manier een goed beeld van de technische en financiële haalbaarheid. Deze onderdelen vormen fase 1 van het project (haalbaarheid). Fase 2 is de uiteindelijke uitvoering en opschaling Voor dit voorstel richten we ons alleen op fase 1. Pilot 1 "Zettingsvrij" Voor de reconstructie van Kanis werken we toe naar de volgende onderdelen: 1. Onderzoek naar de relatie ondergrond, (grond)water en de techniek en het proces met de netbeheerders. 2. Definitief ontwerp (DO) bovengrond (Inrichting) 3. Het doorlopen van aanbestedingsproces met contractvorm (aanbesteding) 4. Afstemming met inwoners, college raadsleden en externe belanghebbenden (Communicatie) 5. Financiering van de extra kosten van de toekomstbestendige techniek (Financiering) Pilot 2 Meebewegend Bouwen Tenzij" Voor Zegveld Weidz werken we toe naar de volgende onderdelen:1. Onderbouwing drijvend of zettingsvrij bouwen bij nieuwbouw in het veenweidegebied.2. Referentieontwerp (RO) drijvend bouwen (Techniek) 3. Voorontwerp (VO) bovengrond (Inrichting) 4. Plan van Aanpak voor het aanbestedingsproces (Aanbesteding) 5. Afstemming met inwoners, college raadsleden en externe belanghebbende (Communicatie) 6. Financiering inzichtelijk voor het referentieontwerp (Financiering)Het project levert een rapportage (in vlotte vorm) van de bevindingen zodat de kennis opgeschaald kan worden. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Het project is voor 99% klaar: Er is gekozen voor een nieuwe aanbestedingsmethode voor De Kanis. Het inkoopproces is onlangs gestart; Er is door college en raad een keuze gemaakt voor een innovatieve manier van ophogen; Inwoners hebben uitvoerig mee geparticipeerd in het ontwerpproces; Er is een nieuw proces voor kabels en leidingen geïntroduceerd: de projectovereenstemming, dit loopt en wordt inmiddels ook bij andere projecten ingezet; Er is een grondwatermonitoringsnetwerk opgezet om de effecten van de techniek op de ondergrond te monitoren en ook te voorspellen wat er op lange termijn kan gebeuren bij verschillende ontwikkelingen in de omliggende polder zodat je op tijd kunt handelen. In samenwerking met Deltares/UU/Sweco wordt het rapport voor meebewegend bouwen (Weidz) op korte termijn openbaar gemaakt. Het rapport bevat een brede afweging van verschillende technieken die toegepast kunnen worden voor Weidz en daarnaast is er ook een rapport speciaal voor drijvend bouwen (technische aspecten) opgesteld. leerpunten Dit wacht op de rapportage van gemeente Woerden. bijsturingsadvies voor 2017 Geen datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 45

46 THEMA: Off grid boerderij Infrastructuur en bebouwing algemene informatie doorlooptijd beschikking 1 januari 2017 t/m 30 oktober 2017 financiën PAV overig wie aanvrager Stichting veenweiden Innovatiecentrum uitvoerende organisatie(s) VIC, Rabobank, ondernemers doel Het is de bedoeling met de Off Grid boerderij de belasting van de infrastructuur te beperken en zo een bijdrage te leveren aan het verlagen van de hoge beheerskosten van de infrastructuur in het veenweidengebied. Dat gebeurt op twee manieren: Verminderen het gewicht van de getransporteerde melk door voorbehandeling van melk. Dit vermindert het aantal rijbewegingen en / of het gewicht per transportbeweging. Verminderen van het transport van krachtvoer door zelf krachtvoer te produceren op het bedrijf. beoogde resultaten Het project levert de volgende resultaten: Overzicht van beschikbare systemen voor voorbehandelen van melk, produceren van krachtvoer en opslag van energie. Een gezamenlijk analysekader om effecten van systemen op bedrijfsniveau en omgevingsniveau te beoordelen (samen met boer, gemeente, waterschap, natuur, ). Inzicht in effecten (waaronder kosten en baten) op bedrijfsniveau en op omgevingsniveau, zoals beheer en onderhoud van infrastructuur. Antwoorden op vragen van banken en andere partijen die financieringsaanvragen moeten beoordelen. Investeringsbeslissing en beginnen met aanvragen offertes voor levering systemen. stand van zaken 1e kwartaal 2017 Onlangs gestart. leerpunten Nog geen. bijsturingsadvies voor 2017 Nog geen. datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

47 THEMA: RE:PEAT Proces algemene informatie doorlooptijd opdracht financiën PAV overig wie aanvrager uitvoerende organisatie(s) goedgekeurd door stuurgroep, nog niet officieel aangevraagd verwachtte kosten verwachtte kosten HDSR Stichtse Rijnlanden, Tygron, STOWA, Copernicus Instituut, Tauw, LEI, Alterra, Deltares, PBL, Aveco de Bondt, Platform Slappe Bodems, doel RE:PEAT is een instrument waarmee belanghebbenden/stakeholders in het veenweidengebied op een interactieve manier meer inzicht krijgen in de gevolgen van bodemdaling en klimaatverandering en in het effect van keuzes in het omgaan daarmee. RE:PEAT geeft een virtuele weergave van (delen van) het veenweidengebied en is gebaseerd op serious gaming technologie RE:PEAT is ook bruikbaar in gebiedsprocessen; het wordt nu al toegepast in het gebiedsproces Portengen. Er is de behoefte bij verschillende partijen in het gebied om RE:PEAT te gebruiken. Innovaties die uit het programma Aanpak Veenweiden voortkomen kunnen in RE:PEAT worden geïntegreerd. Zo kan van de innovaties meteen in beeld gebracht worden wat het betekent als ze (ook in combinatie) in een bepaald gebied worden toegepast. RE:PEAT is daarmee een belangrijk hulpmiddel bij de integratie en implementatie van de innovaties die uit het programma Aanpak Veenweiden voortkomen. HDSR is initiatiefnemer en beheerder van RE:PEAT. RE:PEAT wordt ook ingezet buiten het beheersgebied van HDSR. beoogde resultaten Inzicht in de effecten van verschillende innovatieve maatregelen op bodemdaling, waterbeheer, bedrijfsvoering, etc bij toepassing in een gebied. Bewustwording van de veenweidenproblematiek bij een grotere groep, door kennis toegankelijker en inzichtelijker te maken. Ondersteuning van gebiedsprocessen. stand van zaken 1e kwartaal 2017 De stuurgroep Aanpak Veenweiden heeft september 2016 in totaal ,- gereserveerd voor verschillende bijdragen aan uitbreidingen en toepassingen van RE:PEAT. De daadwerkelijke toewijzing gebeurt onder regie van het programmabureau. Het eerste verzoek om een bijdrage is april 2017 door HDSR ingediend. leerpunten n.v.t. bijsturingsadvies voor 2017 n.v.t. communicatieafspraken voor 2017 datum laatste bijwerking: Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden 47

48 Bijlage 3 Scoren op doelen totaal 48 Halfweg evaluatie programma Aanpak Veenweiden

Deelexpeditie onderwaterdrainage

Deelexpeditie onderwaterdrainage Deelexpeditie onderwaterdrainage 1 Aanleiding Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling Het aanpakken van de bodemdalingsproblematiek Binnen de context van een veranderend klimaat Grote en urgente uitdagingen

Nadere informatie

Een route naar een. Programmatische aanpak duurzame veenweideontwikkeling. 12 april 2017 Siem Jan Schenk/ Ruud Maarschall Derk Jan Marsman

Een route naar een. Programmatische aanpak duurzame veenweideontwikkeling. 12 april 2017 Siem Jan Schenk/ Ruud Maarschall Derk Jan Marsman Een route naar een Programmatische aanpak duurzame veenweideontwikkeling 12 april 2017 Siem Jan Schenk/ Ruud Maarschall Derk Jan Marsman Uitgangspunten Gebiedscommissie Laag Holland (MKBA in 2009) Bodemdaling

Nadere informatie

Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide

Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide Water- en Bodembeheer in veenweiden 8 maart 2018 Inhoudsopgave Aanleiding Organisatie project Beleid bodemdaling West-NL 3 Modules van het project Financiering

Nadere informatie

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland Schriftelijke vragen bodemdaling Zaterdag 6 januari j.l.

Nadere informatie

AQUATISCHE LANDBOUW. haal meer uit land én water

AQUATISCHE LANDBOUW. haal meer uit land én water AQUATISCHE LANDBOUW haal meer uit land én water AQUATISCHE LANDBOUW Waarom wel het land, maar niet de sloot benutten in de veenweiden? Dat is de vraag waar het om draait in het icoon Aquatische landbouw

Nadere informatie

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen 2. Water Bodem & Gebruik 3. Het Groene Hart, met zijn veenweiden, Over de realisatie van

Nadere informatie

Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide. Presentatie Nationale POP congres 23 november 2017

Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide. Presentatie Nationale POP congres 23 november 2017 Toekomstbestendige veenweidepolder Lange Weide Presentatie Nationale POP congres 23 november 2017 Inhoudsopgave Bodemdalingsbeleid West-Nederland (Chris) Aanleiding en context project (Kees) Toepassing

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op de artikelen 4, 6 en 28 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht ;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op de artikelen 4, 6 en 28 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht ; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 7833 30 november 2015 Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 27 oktober 2015, nr. 8162AB8A, tot wijziging van de Uitvoeringsverordening

Nadere informatie

Kringlooplandbouw: Meer verdienen met aandacht voor het natuurlijk systeem. Linda van der Weijden

Kringlooplandbouw: Meer verdienen met aandacht voor het natuurlijk systeem. Linda van der Weijden Kringlooplandbouw: Meer verdienen met aandacht voor het natuurlijk systeem Linda van der Weijden Opzet Inhoud: Hoe ontwikkel je met het natuurlijk systeem? Proces: Hoe pakken we dat aan? 2 Wat is kringlooplandbouw?

Nadere informatie

Westelijke Veenweiden

Westelijke Veenweiden Westelijke Veenweiden Nota Ruimte budget 113 miljoen euro Planoppervlak 73.000 hectare in totaal voor alle projecten Trekker Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit De Groene Ruggengraat, waar

Nadere informatie

Programma Aanpak Veenweiden

Programma Aanpak Veenweiden Programma Aanpak Veenweiden Programmabureau Utrecht-West maart 2015 Programma Aanpak Veenweiden Programmabureau Utrecht-West Vastgesteld door de gebiedscommissie Utrecht-West op 5 maart 2015 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Advies in reactie op visie bodemdaling ( ) Pagina 1

Advies in reactie op visie bodemdaling ( ) Pagina 1 Advies in reactie op visie bodemdaling (26-10-2018) Pagina 1 d.d. 21 november 2018 Geachte leden van GS en PS, Hierbij een ongevraagd advies, in reactie op de visie bodemdaling versie 26-10-2018. Midden

Nadere informatie

Poldergerichte aanpak, toekomstbestendig effect. Zet stappen en werk mee aan klimaatslimme landbouw op veen, bijvoorbeeld met onderwaterdrainage

Poldergerichte aanpak, toekomstbestendig effect. Zet stappen en werk mee aan klimaatslimme landbouw op veen, bijvoorbeeld met onderwaterdrainage Poldergerichte aanpak, toekomstbestendig effect Zet stappen en werk mee aan klimaatslimme landbouw op veen, bijvoorbeeld met onderwaterdrainage Samen poldergericht werken aan: Minder bodemdaling Lagere

Nadere informatie

STUREN MET WATER. over draagvlak en draagkracht in de westelijke veenweiden

STUREN MET WATER. over draagvlak en draagkracht in de westelijke veenweiden STUREN MET WATER over draagvlak en draagkracht in de westelijke veenweiden STUREN MET WATER Het ontwerp Sturen met water van het Veenweide Innovatiecentrum Zegveld (VIC) zet in op actief, dynamisch grondwaterbeheer

Nadere informatie

VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN

VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN Foto: Platform Slappe Bodem, Vincent Basler VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN In oktober 2016 is het Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling (voorheen kennisprogramma Klimaat, Water en Bodemdaling (KWB))

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2008WMC16-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 15 april 2008 Nummer PS : PS2008WMC16 Afdeling : MOW Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT216622 Portefeuillehouder : De Wilde

Nadere informatie

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 13 juni 2017 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Behandeld ambtenaar : mw L.G.J van Westbroek E-mailadres: lgj.van.westbroek@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Ruimtelijke Adaptatie en Zoetwater Voor watertekort kennisvragen te over? Kennisdag Zoetwater, Utrecht 15mei 2018

Ruimtelijke Adaptatie en Zoetwater Voor watertekort kennisvragen te over? Kennisdag Zoetwater, Utrecht 15mei 2018 Ruimtelijke Adaptatie en Zoetwater Voor watertekort kennisvragen te over? Kennisdag Zoetwater, Utrecht 15mei 2018 Afspraken verdeling van focus DP Ruimtelijke Adaptatie Stedelijk gebied Gemeenten (verbinding

Nadere informatie

INNOVATIE PROGRAMMA VEEN IPV

INNOVATIE PROGRAMMA VEEN IPV INNOVATIE PROGRAMMA VEEN IPV presentatie Heel Holland Zakt, 31 maart 2016 Roel van Gerwen, Walter Menkveld Inhoud Het probleem bodemdaling Experimenteren met veengroei De toekomst van de landbouw in veenweidegebieden

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit POP3 Fysieke investeringen voor innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen Drenthe 2019

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit POP3 Fysieke investeringen voor innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen Drenthe 2019 PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Drenthe Nr. 2125 21 maart 2019 Openstellingsbesluit POP3 Fysieke investeringen voor innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen Drenthe 2019

Nadere informatie

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 3 oktober 2017, nr. 881247/992351, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling subsidie Kennisontwikkeling Bodem en Water Noord-Holland 2017 Gedeputeerde

Nadere informatie

Verkenning Bodemdaling

Verkenning Bodemdaling Verkenning Bodemdaling Versterking bestaande aanpak Foto: G. Boerekamp Aanpak De verkenning is uitgevoerd door Tommy Bolleboom (RWS/Bodem+) i.s.m. Niels Kinneging (RWS), Gilles Erkens (Deltares) en Michiel

Nadere informatie

Watersysteem van de Toekomst: vervolg debat-diner

Watersysteem van de Toekomst: vervolg debat-diner Memo Aan deelnemers diner-debat Eye Kopie aan Contactpersoon Rik van Terwisga Datum 8 januari 2015 Onderwerp Vervolg Debat-diner "Watersysteem van de Toekomst" Watersysteem van de Toekomst: vervolg

Nadere informatie

5 minuten versie voor Provinciale Staten

5 minuten versie voor Provinciale Staten 5 minuten versie voor Provinciale Staten Directie DLB Afdeling Water en Groen Registratienummer PZH-2015-513301370 (DOS-2013-0010135) Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 14 april

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: dhr. M.J. Sol 070-441 66 93 mj.sol@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Datum

Nadere informatie

Onderneem mee met KTC!

Onderneem mee met KTC! Onderneem mee met KTC! Ga mee voorop en vooruit in de veenweiden Het Kennis Transfer Center Zegveld gaat een nieuwe fase in. Met de aankoop van buurgrond en -gebouwen, kan sneller en professioneler op

Nadere informatie

Provinciaal blad 2012, 44

Provinciaal blad 2012, 44 ISSN 0920-105X Provinciaal blad 2012, 44 Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 28 augustus 2012, nr. 80B5BE58, tot instelling van de AVP-gebiedscommissie Vallei en Heuvelrug (Instellingsbesluit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA DEN HAAG Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den

Nadere informatie

PEILVERHOGING IN HET VEENWEIDEGEBIED; GEVOLGEN VOOR DE INRICHTING EN HET BEHEER VAN DE WATERSYSTEMEN

PEILVERHOGING IN HET VEENWEIDEGEBIED; GEVOLGEN VOOR DE INRICHTING EN HET BEHEER VAN DE WATERSYSTEMEN PEILVERHOGING IN HET VEENWEIDEGEBIED; GEVOLGEN VOOR DE INRICHTING EN HET BEHEER VAN DE WATERSYSTEMEN JOS SCHOUWENAARS WETTERSKIP FRYSLÂN VEENWEIDE SYMPOSIUM 11 APRIL 2019 OPZET PRESENTATIE 1. Wat is de

Nadere informatie

Statenvoorstel. Subsidieplafond 2018 Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid- Holland. Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Subsidieplafond 2018 Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid- Holland. Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 2 oktober 2017 Portefeuillehouder: Weber, JF Uiterlijke beslistermijn: 8 november 2017 Behandeld ambtenaar : dhr. M.J. Sol E-mailadres: mj.sol@pzh.nl Telefoonnummer: 0655449212

Nadere informatie

Lessen en Uitdagingen uit Duurzaam Bodembeheer Utrecht West.

Lessen en Uitdagingen uit Duurzaam Bodembeheer Utrecht West. Lessen en Uitdagingen uit Duurzaam Bodembeheer Utrecht West. Wim Honkoop Begeleiding 35 individuele melkveehouders. Al ruim 3 jaar actief in het opstellen en optimaliseren van Kringloopwijzer resultaten.

Nadere informatie

Dalende bodems, stijgende kosten

Dalende bodems, stijgende kosten Dalende bodems, stijgende kosten Mogelijke maatregelen tegen veenbodemdaling in het landelijk en stedelijk gebied door Gert Jan van den Born 1 Aanleiding voor een studie over veenbodemdaling Recent verleden:

Nadere informatie

De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt. Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling!

De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt. Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling! De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling! In de Nederlandse Delta wonen negen miljoen mensen. Hier wordt zeventig procent van ons inkomen

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF. Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen. Oktober Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie

NIEUWSBRIEF. Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen. Oktober Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie NIEUWSBRIEF Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen Oktober 2014 Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie Zuid-Holland gaan op een andere manier samenwerken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

Als bijlage bij dit voorstel is het communicatieplan voor de vier projecten bijgevoegd (bijlage 6).

Als bijlage bij dit voorstel is het communicatieplan voor de vier projecten bijgevoegd (bijlage 6). VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR AGENDAPUNT 10 Onderwerp: Kredietaanvraag projecten Nota Ruimte middelen Nummer: 447055 In D&H: 18-10-2011 / 13-12-2011 Steller: ir. J. van Zuijlen/W. van Buren In Cie:

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad 5 juli 2018 Raadswerkgroep Burgerparticipatie In november 2017 heeft een aantal raadsleden zich opgegeven om de Raadswerkgroep Burgerparticipatie te vormen

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

32 LANDWERK #5/6 / 2017 STELLING. We komen maar niet vooruit met het veenweidedossier. Opgeven of een doorbraak forceren?

32 LANDWERK #5/6 / 2017 STELLING. We komen maar niet vooruit met het veenweidedossier. Opgeven of een doorbraak forceren? 32 LANDWERK #5/6 / 2017 STELLING We komen maar niet vooruit met het veenweidedossier. Opgeven of een doorbraak forceren? LANDWERK #5/6 / 2017 33 Het veenweidedossier Het lijkt of er weinig substantieels

Nadere informatie

Bodemdaling afremmen, stoppen en zo mogelijk herstellen

Bodemdaling afremmen, stoppen en zo mogelijk herstellen Bodemdaling afremmen, stoppen en zo mogelijk herstellen Niets houdt ons tegen Peter Hoogervorst 470 km 2 veengebied PBL: 34 cm bodemdaling 2050 HHNK: 27 cm bodemdaling 2050 zeespiegel stijgt dit proces

Nadere informatie

Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

Opdrachtgever: Jelmer Kooistra Onderwerp: Stand van zaken pilotgebied Bodemdaling door Veenoxidatie (Valthermond) Nummer: Bestuursstukken\2490 Agendapunt: 6 DB: Ja 13-11-2017 BPP: Ja 29-11-2017 FAZ: Nee VVSW: Nee AB: Ja 13-12-2017 Opsteller:

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. ARTIKEL 2 AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost Er is een AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost, hierna te noemen de commissie.

PROVINCIAAL BLAD. ARTIKEL 2 AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost Er is een AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost, hierna te noemen de commissie. PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 5575 12 oktober 2016 Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 27 september 2016, nr. 819AA339 tot instelling van de AVP-gebiedscommissie

Nadere informatie

Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant. Geachte bestuursleden,

Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant. Geachte bestuursleden, Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant Geachte bestuursleden, De decentrale overheden (gemeenten, waterschappen en provincies) werken vanaf het najaar 2018 in 30 regio s aan

Nadere informatie

Nadere regels Fonds Leefbaarheid Landelijk Gebied Flevoland

Nadere regels Fonds Leefbaarheid Landelijk Gebied Flevoland Gedeputeerde Staten van Flevoland, overwegende dat: Provinciale Staten op de begroting onder vermelding van Fonds Leefbaarheid Landelijk Gebied 2017-2019 financiële middelen beschikbaar hebben gesteld

Nadere informatie

Functie volgt peil. maaiveldverloop. Grutto s, jongvee, ruwvoer, veensafari. Grutto s, jongvee, ruwvoer, veensafari. Huiskavel en gebouwen

Functie volgt peil. maaiveldverloop. Grutto s, jongvee, ruwvoer, veensafari. Grutto s, jongvee, ruwvoer, veensafari. Huiskavel en gebouwen zones Functie volgt peil 70-50 cm 50-30 cm 0-30 cm 50-30 cm 70-50 cm maaiveldverloop gebruik waterpeil Huiskavel en gebouwen Gemiddeld 50 cm Grutto s, jongvee, ruwvoer, veensafari Natte Natuur, Piekberging

Nadere informatie

Topsoil. Korte introductie

Topsoil. Korte introductie Topsoil Korte introductie TOPSOIL is een Europees INTERREG subsidieproject. Het is een samenwerking tussen waterschappen, wetenschappers, overheden en stakeholders uit Nederland, België, Duitsland, Denemarken

Nadere informatie

Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie

Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie Stand van zaken samenwerking omgevingsvisie Landschap, water en ondergrond Meer informatie: https://www.regiogv.nl/gemeenteraden/ruimtemobiliteit/samenwerking-omgevingsvisie/ 1 Inhoud 1. Proces samenwerking

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 -

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 - PS2008MME13-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 6 mei 2008 Nummer PS : PS2008MME13 Afdeling : ECV Commissie : MME Registratienummer : 2008int221948 Portefeuillehouder : Ekkers Titel

Nadere informatie

BESTUURSOVEREENKOMST Uitvoeringsregeling POP-3 subsidies Zuid-Holland

BESTUURSOVEREENKOMST Uitvoeringsregeling POP-3 subsidies Zuid-Holland BESTUURSOVEREENKOMST Uitvoeringsregeling POP-3 subsidies Zuid-Holland DE ONDERGETEKENDEN: Waterschap Rivierenland, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer Bassa, lid van het Dagelijks Bestuur, hierna

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit POP-3 niet-productieve investeringen water Zuid-Holland april 2018

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit POP-3 niet-productieve investeringen water Zuid-Holland april 2018 PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Zuid-Holland Nr. 2046 19 maart 2018 Besluit van Gedeputeerde Staten van 13 maart 2018, PZH-2018-641006755 (DOS 2013-0010135) tot vaststelling van het

Nadere informatie

Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017

Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017 Rapportages Regio-overleggen Agrarisch Water d.d.6 juli 2017 Inhoudsopgave Regio Groningen-Friesland-Noord-Drenthe... 2 Regio Zuid-Drenthe, Overijssel, Gelderland... 3 Regio Noord Holland en Flevoland...

Nadere informatie

Dialoog veehouderij Venray

Dialoog veehouderij Venray Dialoog veehouderij Venray aanbevelingen dialoog veehouderij gemeente Venray Datum 21 december 2016 Portefeuillehouder Martijn van der Putten Team RO Naam steller Jos Kniest De onderstaande aanbevelingen

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget

Nadere informatie

5 -minuten versie voor Provinciale Staten

5 -minuten versie voor Provinciale Staten 5 -minuten versie voor Provinciale Staten Directie DLB Afdeling Water en Groen Registratienummer PZH-2016-553033657 (DOS-2016-0003510) Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 24 mei 2016

Nadere informatie

Statenvoorstel. Aanvraag Regiodeal Bodemdaling Groene Hart

Statenvoorstel. Aanvraag Regiodeal Bodemdaling Groene Hart Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 28 augustus 2018 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Documentnummer: PZH-2018-660249923 Onderwerp Aanvraag Regiodeal Bodemdaling Groene

Nadere informatie

FYSIEKE INVESTERINGEN VOOR INNOVATIE EN MODERNISERING VAN LANDBOUWBEDRIJVEN

FYSIEKE INVESTERINGEN VOOR INNOVATIE EN MODERNISERING VAN LANDBOUWBEDRIJVEN FYSIEKE INVESTERINGEN VOOR INNOVATIE EN MODERNISERING VAN LANDBOUWBEDRIJVEN Europees Landbouwfonds voor Informatiebijeenkomst nieuwe POP3-openstellingen Utrecht West 20 september 2018 Provincie Utrecht

Nadere informatie

LNV pilots Toekomstbestendige landbouw in het nieuwe GLB

LNV pilots Toekomstbestendige landbouw in het nieuwe GLB 7 pilot voorstellen 1 5 4 4 1 6 3 4 1 4 1 Met regionaal maatwerk naar een groenere akkerbouw 2 Groen productief en levend Limburg 3 Regionaal maatwerk toekomstig GLB 4 50 Tinten groen in Kleinschalig cultuurlandschap

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 30 augustus Vragen nr. 86

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 30 augustus Vragen nr. 86 Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland Haarlem, 30 augustus 2016 Vragen nr. 86 Vragen van de heer F.J. Kramer (Groen Links) over veenstand in Noord-Holland De voorzitter van Provinciale

Nadere informatie

Toelichting Programma Aanpak Veenweiden

Toelichting Programma Aanpak Veenweiden Toelichting Programma Aanpak Veenweiden Programmabureau Utrecht-West Maart 2015 Toelichting bij het Programma Aanpak Veenweiden Programmabureau Utrecht-West Versie gebiedscommissie Utrecht-West 5 maart

Nadere informatie

meer stad meer landschap

meer stad meer landschap meer stad meer landschap een nieuw perspectief Hanneke Kijne Academie van Bouwkunst Amsterdam Hoofd masteropleiding Landschapsarchitectuur meer klimaatverandering temperatuur stijgt meer klimaatverandering

Nadere informatie

Programma Energie 2012-2015 Samenvatting Projectplan

Programma Energie 2012-2015 Samenvatting Projectplan Programma Energie 2012-2015 Samenvatting Projectplan Lokale Energie Lokale Energie - 4 Lokale energie-initiatieven - Een loket voor buurt- en dorpsinitiatieven Projectnaam : Lokale Energie Opdrachtgever

Nadere informatie

CRO Luchthaven Rotterdam PROCES & ORGANISATIE VOORSTELLEN VOOR HINDER BEPERKENDE MAATREGELEN

CRO Luchthaven Rotterdam PROCES & ORGANISATIE VOORSTELLEN VOOR HINDER BEPERKENDE MAATREGELEN CRO Luchthaven Rotterdam PROCES & ORGANISATIE VOORSTELLEN VOOR HINDER BEPERKENDE MAATREGELEN versie d.d. 18 juli 2019 1 ACTOREN: CRO: Dit is de plenaire vergadering van de Commissie Regionaal Overleg luchthaven

Nadere informatie

Weth. Schreurs, E. van den Elshout, B. Visser, E. van Andel, J. Zwaneveld

Weth. Schreurs, E. van den Elshout, B. Visser, E. van Andel, J. Zwaneveld VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Van: S. Gabriel Tel.nr. : Datum: 19 augustus 2014 8522 Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift aan: N.a.v. (evt. briefnrs.): Team: Ruimtelijke Plannen Weth. Schreurs,

Nadere informatie

Regeling samenwerking voor innovaties op lokaal niveau 2016

Regeling samenwerking voor innovaties op lokaal niveau 2016 CVDR Officiële uitgave van Gelderland. Nr. CVDR414664_1 6 december 2016 Regeling samenwerking voor innovaties op lokaal niveau 2016 GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Gelet op artikel 1.3 en paragraaf

Nadere informatie

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om:

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om: STATENBRIEF Onderwerp: Gebiedsopgave Veluwe: VeluweAgenda 1.0 en Uitvoeringsprogramma Veluwe 2017 Portefeuillehouder: Bea Schouten Kerntaak/plandoel: duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer Doel

Nadere informatie

Parafering besluit PFO Mid B - Geparafeerd door: Boer, G. de D&H Geparafeerd door: Boer, G. de

Parafering besluit PFO Mid B - Geparafeerd door: Boer, G. de D&H Geparafeerd door: Boer, G. de agendapunt 3.a.7 1256497 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden POP3 SUBSIDIEPROGRAMMA Portefeuillehouder Middendorp, A.J. Datum 24 mei 2016 Aard bespreking Besluitvormend Afstemming BDV/FIN CTL/MCTL

Nadere informatie

Bijeenkomst Fysieke Investeringen 2018

Bijeenkomst Fysieke Investeringen 2018 Bijeenkomst Fysieke Investeringen 2018 Programma Welkom en opening Marc Balemans en Edwin Haasjes/ Froukje van der Molen Toelichting Regeling Fysieke investeringen 2018 Bart van Moorsel, adviseur Landbouw

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten. Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland T.a.v. het bestuur Bezuidenhoutseweg AW DEN HAAG

Gedeputeerde Staten. Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland T.a.v. het bestuur Bezuidenhoutseweg AW DEN HAAG Gedeputeerde Staten Bureau Subsidies Contact Mw. L.M. van Os T 070-441 68 25 lm.van.os@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Natuur en Milieufederatie

Nadere informatie

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015 Bestuursrapportage 204 Vechtstromen Versie 24 november 205 Deze rapportage bevat een overzicht op hoofdlijnen van de voortgang van de uitvoering van het waterbeleid en dient als basis voor jaarlijks bestuurlijk

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Aanvraagperiode 22 maart tot en met 6 mei 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018 subsidie

Nadere informatie

Winst met water! > In Actie. Waarom nu? Hoe doen we dit? Eigen project! Doelstellingen. (Klik of scroll naar de volgende pagina)

Winst met water! > In Actie. Waarom nu? Hoe doen we dit? Eigen project! Doelstellingen. (Klik of scroll naar de volgende pagina) Winst met water! > In Actie > Waarom nu? > Hoe doen we dit? > Idee voor eigen project! > Doelstellingen (Klik of scroll naar de volgende pagina) Deltaplan Agrarisch Waterbeheer: winst met water! Het agrarisch

Nadere informatie

5 minuten versie voor Provinciale Staten

5 minuten versie voor Provinciale Staten 5 minuten versie voor Provinciale Staten Directie DLB Afdeling Water en Groen Registratienummer PZH-2016-543213868 (DOS-2013-0010135) Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 16 februari

Nadere informatie

2017). Datum: Informerend. Datum: Adviserend

2017). Datum: Informerend. Datum: Adviserend Oplegvel 1. Onderwerp Regionale Bedrijventerreinenstrategie 2. Rol van het Platformtaak volgens Dagelijks Bestuur samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Naar aanleiding van de eindrapportage

Nadere informatie

Plan van aanpak Natuurvisie Gelderland

Plan van aanpak Natuurvisie Gelderland Bijlage bij Statenbrief Plan van aanpak Natuurvisie- zaaknummer 2016-012209 Plan van aanpak Natuurvisie Gelderland 1. Aanleiding In 2012 hebben Provinciale Staten de Beleidsuitwerking Natuur en Landschap

Nadere informatie

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk Nationale landschappen: aandacht en geld nodig! 170610SC9 tk 7 Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk De Rekenkamer Oost-Nederland heeft onderzoek

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 576 Natuurbeleid Nr. 17 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

ALLES BEGINT MET EEN IDEE

ALLES BEGINT MET EEN IDEE ALLES BEGINT MET EEN IDEE Samenwerking in het kader van het EIP Programma Rol van de provincies, SNN en RVO Subsidiefacts (algemeen) Subsidiabele kosten Subsidiefacts (provincie) Het EIP (Europees Partnerschap

Nadere informatie

1. Wethouder Tiemens te machtigen voor het ondertekenen van het Gelders Energie Akkoord.

1. Wethouder Tiemens te machtigen voor het ondertekenen van het Gelders Energie Akkoord. Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Deelname Gelders Energieakkoord Programma Duurzaamheid Portefeuillehouder H. Tiemens Samenvatting Het Klimaatverbond, Alliander en Gelderse Natuur en Milieufederatie

Nadere informatie

REGIONAAL AMBITIEDOCUMENT Kop van Noord-Holland

REGIONAAL AMBITIEDOCUMENT Kop van Noord-Holland 521 REGIONAAL AMBITIEDOCUMENT Kop van Noord-Holland Frame: Algemene regionale opgaven veranderende functies platteland Projectnaam: Vrijkomende agrarische bebouwing en kwaliteitsimpuls vergroting agrarische

Nadere informatie

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo Vergadering d.d. Agendapunt: 20 november 2018 Zaaknummer: 534361 Portefeuillehouder : J. Gopal Openbaar Besloten : R.A. Kraaijenbrink Team : Maatschappij

Nadere informatie

Statenvoorstel. Verhoging subsidieplafond en wijziging van de Subsidieregeling groen 2016, paragrafen 2.4 en 2.10

Statenvoorstel. Verhoging subsidieplafond en wijziging van de Subsidieregeling groen 2016, paragrafen 2.4 en 2.10 Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 21 november 2017 Portefeuillehouder: Weber, JF Uiterlijke beslistermijn: 31 december 2017 Behandeld ambtenaar : A.P.J. van der Sluis E-mailadres: apj.vander.sluis@pzh.nl

Nadere informatie

Waterbeheer en landbouw

Waterbeheer en landbouw Waterbeheer en landbouw Melkveehouderij in veenweidegebieden Bram de Vos (Alterra) Idse Hoving (Animal Sciences Group) Jan van Bakel (Alterra) Inhoud 1. Probleem 2. Waterpas model 3. Peilverhoging polder

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

GEWIJZIGD. 4a 0070/12 31 januari 2013 RZ RO David Moolenburgh Leo Hulst 291833

GEWIJZIGD. 4a 0070/12 31 januari 2013 RZ RO David Moolenburgh Leo Hulst 291833 Raadsvoorstel [ bijlagge e]ggggggg AAN AGENDAPUNT NUMMER RAADSVERGADERING COMMISSIE ORGANISATIEONDERDEEL PORTEFEUILLEHOUDER BEHANDELEND AMBTENAAR TOESTELNUMMER de gemeenteraad 4a 0070/12 31 januari 2013

Nadere informatie

Klimaatopgave landelijk gebied

Klimaatopgave landelijk gebied Klimaatopgave in beeld 13 oktober 2016, Hoogeveen Algemene info Klimaatopgave landelijk gebied Bert Hendriks Beleidsadviseur hydrologie 275.500 ha 580.000 inwoners 543 medewerkers 22 gemeenten 4.479 km

Nadere informatie

Aan de Gemeenteraad. 12 januari Betreft: Routeplanner Right to Challenge. Geachte leden van de Gemeenteraad,

Aan de Gemeenteraad. 12 januari Betreft: Routeplanner Right to Challenge. Geachte leden van de Gemeenteraad, www.righttochallenge.nl Aan de Gemeenteraad 12 januari 2019 Betreft: Routeplanner Right to Challenge Geachte leden van de Gemeenteraad, Right to Challenge (R2C) is het recht van bewonersinitiatieven om

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1076608 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 1076607 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Ptjrmerend

Nadere informatie

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET Saskia Engbers strateeg Ruimte gemeente Zwolle 25 februari 2016 24-2-2016 wij presenteren u... 2 Opzet presentatie 1. Hoofdlijnen Omgevingswet 2. Hoe past OGW in transformatie

Nadere informatie

Toerisme en Recreatie

Toerisme en Recreatie Toerisme en Recreatie Wat speelt er? De vraagstukken over toerisme en recreatie zijn divers. Er zijn vraagstukken met betrekking tot de routestructuur, de kwaliteiten in het gebied en nieuwe functies.

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Aanvraagperiode 27 augustus tot en met 5 oktober 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Groen 2015

Uitvoeringsprogramma Groen 2015 inter Uitvoeringsprogramma Groen 2015 Aanvullende Programmering Vastgesteld door Gedeputeerde Staten 23 juni 2015 TOELICHTING Dit document is een aanvulling op het eerder vastgestelde Uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart

Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart Aanpak voor een mooi én vitaal Groene Hart 2013-2015 19 juni 2013 De kern Niet voor niets een Nationaal Landschap Het Groene Hart met zijn veenweiden, open water,

Nadere informatie

Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr , PB Nummer 25/2002

Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr , PB Nummer 25/2002 Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr. 2002-06055, PB Nummer 25/2002 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake

Nadere informatie

Provinciaal blad. Haarlem, 23 juni 2008. Provinciale Staten van Noord-Holland. Provinciale Staten van Noord-Holland; H.C.J.L. Borghouts, voorzitter.

Provinciaal blad. Haarlem, 23 juni 2008. Provinciale Staten van Noord-Holland. Provinciale Staten van Noord-Holland; H.C.J.L. Borghouts, voorzitter. Provinciaal blad 2008 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 24 juni 2008, nr. 2008-37944 tot bekendmaking van de deelverordening klimaat Noord-Holland 2008. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Nadere informatie

Onderwaterdrainage moet veen en klimaat redden

Onderwaterdrainage moet veen en klimaat redden Onderwaterdrainage moet veen en klimaat redden Bron: Boerderij.nl Onderwaterdrainage is hot in de Veenweiden. Niet alleen om de bodemdaling te remmen, ook om de uitstoot van CO2 te verminderen. Er loopt

Nadere informatie

Onze gemeenschappelijke ambitie:

Onze gemeenschappelijke ambitie: 1 Concept-versie versnellingsafspraken vanuit de provinciale opgaven voor de regio Hart van Brabant d.d. 15 november Document ten behoeve van dialoog tussen het College van Gedeputeerde Staten van Noord

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten

Aan de leden van Provinciale Staten Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 10 februari 2009 Briefnummer : 2009-04825/7/A.8, EZ Zaaknummer : 145014 Behandeld door : Westerink A.J. Telefoonnummer : (050) 316 4078 Antwoord op : Bijlage

Nadere informatie

Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant

Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant Tussentijds advies over de inhoud van het milieueffectrapport 12 december 2017 / projectnummer: 3198 1. Tussentijds advies over de inhoud van het MER Inleiding De

Nadere informatie

Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart

Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart Aanpak voor een mooi én vitaal Groene Hart 2013-2015 19 juni 2013 De kern Niet voor niets een Nationaal Landschap Het Groene Hart met zijn veenweiden, open water,

Nadere informatie

Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard!

Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! > www.vrom.nl Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! 2e Tender Waddenfonds 8 september tot en met 17 oktober 2008 Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! 2e Tender

Nadere informatie