Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 7

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 7"

Transcriptie

1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 7 Samenvatting door een scholier 4096 woorden 30 december ,9 21 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent H De behoeften van de mens bestaan uit alles wat de mens wil of nodig heeft. Er zijn primaire (wat je echt nodig hebt) en secundaire (wat je niet nodig heb maar wel graag zou willen hebben) behoeften. Goederen zijn alle middelen waarmee ni de behoefte van de mens kan worden voorzien. Vrije goederen zijn goederen waar voor niemand wil betalen. Economische goederen worden ook wel schaarse goederen genoemd. Dit zijn goederen waarvor moet worden betaald. Economische goederen zijn te verdelen in individuele goederen, collectieve goederen en quasi-collectieven goederen. individuele goederen zijn goederen die splitsbaar zijn in eenheden die aan individuele personen kunnen worden verkocht. Collectieve goederen zijn goederen die niet splitsbaar zijn in eenheden die aan individuele personen kunnen worden verkocht. Quasi-collectieve goederen zijn individuele goederen die door de overheid worden aangeboden Produceren is het toevoegen van waarde, door productiefactoren te combineren. Onderlinge leveringen zijn de inkopen die bij andere bedrijven zijn gedaan. De toegevoegde waarde is de omzet min de waarde van de onderlinge leveringen. Productiefactoren zijn de middelen die nodig zijn voor de productie: - Arbeid > loon - Kapitaal > rente/interest (huur) - Natuur > pacht - Ondernemersactiviteit > winst Winst is het positieve verschil tussen de totale opbrengst en de totale kosten van een bedrijf. nationaal inkomen = som van de beloningen van de productiefactoren in een land in een jaar nationaal product = de som van de toegevoegde waarde van alle bedrijven en de overheid in een land in een jaar Pagina 1 van 1

2 nationaal inkomen = nationaal product 1.3. Welvaart is de mate waarin de bewoners van een land in hun behoefte kunnen voorzien. Externe effecten doen zich voor als het streven naar welvaart van de één onbedoeld invloed uitoefende op de welvaart van een ander De beroepsgeschikte bevolking bestaat uit alle personen van 1 t/m 6 jaar die beschikbaar zijn om betaald werk te doen. De beroepsbevolking is de het deel van de beroepsgeschikte bevolking dat werkt (minimaal 12 uur per week) participatiegraad = beroepsbevolking / beroepsgeschikte bevolking x100% Kapitaal kan geldkapitaal (vermogen) zijn of kapitaalgoederen (bijv. machines en gebouwen) kapitaalgoederen zijn goederen die niet bestemd zijn voor consumptief gebruik, maar om andere goederen te produceren. Vaste kapitaalgoederen zijn goederen die meer dan 1 productieproces meegaan. Vlottende kapitaalgoederen gaan maar 1 productieproces mee. Investeren is het aanschaffen van kapitaalgoederen. Van diepte-investering is sprake wanneer een kapitaalgoed wordt aangeschaft dat met eenzelfde hoeveelheid arbeid een grotere hoeveelheid kan voortbrengen. Door breedte-investeringen wordt de productiecapaciteit groter en wordt een evenredig groter beroep gedaan op de productiefactoren arbeid. arbeidsproductiviteit = waarde van de geproduceerde goederen / benodigde hoeveelheid arbeidsuren De kapitaalintensiteit is de hoeveelheid kapitaalgoederen per eenheid arbeid. Een diepte-investering is een investering waarbij de kapitaalintensiteit toeneemt. Een breedte-investerig is een investering waarbij de kapitaalintensiteit niet verandert Afschrijvingen geven de waardedaling van kapitaalgoederen aan. Onder de productiefactor natuur of grond verstaan we de grond als vestigingsplaats voor ieder bedrijf en verder alles wat de natuur zonder menselijk ingrijpen levert, Het gaat bij de productiefactor natuur om: - De geografische ligging van een land of regio - Natuurlijke hulpbronnen - Het klimaat - Milieufactoren Met een duurzame ontwikkeling wordt bij het produceren de natuurlijke omgeving zo veel mogelijk onaangetast gelaten. De productiefactor ondernemersactiviteit is de eigenschap van ondernemers om productiefactoren zo te combineren dat die combinatie winst oplevert. Redenen voor het willen maken van winst zijn ondermeer de vergoeding voor: - het nemen van risico's - het doorvoeren van innovaties Pagina 2 van 1

3 Innovatie is de ontwikkeling en succesvolle introductie van nieuwe of verbrede goederen, diensten, productie- of distributieprocessen. H Een bedrijf is een zelfstandige organisatie waarin productiefactoren zijn samengevoegd met als doel het leveren van goederen en diensten aan derden. Bedrijven kunnen worden ingedeeld naar economische activiteit en naar rechtsvorm De primaire sector is de agrarische sector, de bosbouw en de visserij. (meestal eenmanszaak) De secundaire sector omvat de delfstoffenwinning, de industrie, energie- en waterleidingbedrijven en de bouwnijverheid. (meestal kapitaalintensief) De tertiaire sector omvat de commerciële dienstverlening. (meestal arbeidsintensief) De Quartaire sector omvat de niet-commerciële dienstverlening. Onder een rechtsvorm verstaan we de juridische vorm waaronder een bedrijf aan het economische verkeer deelneemt. De rechtsvorm wordt meestal bepaald door economische en juridische overwegingen Een bedrijfskolom is een schematisch overzicht van de belangrijkste productiefasen die een product doorloopt. Een bedrijfstak omvat alle bedrijven die eenzelfde soort product voortbrengen of een gelijke productieve handeling verrichten. Verticale bewegingen; bewegingen binnen 1 bedrijfskolom, te onderscheiden in integratie en differentiatie. Horizontale bewegingen; bewegingen van de ene bedrijfskolom naar de andere, te onderscheiden in specialisatie en parallellisatie. Integratie is het samenvoegen van 2 of meer opeenvolgende fasen van de bedrijfskolom in 1 bedrijf. Differentiatie is het afstoten van een bepaalde activiteit naar een voorgaande of een volgende fase in de bedrijfskolom. Parallellisatie is het verschijnsel dat een bedrijf producten uit andere bedrijfskolommen die in hetzelfde stadium van verwerking verkeren, in zijn assortiment. Specialisatie houdt in dat een bedrijf zich gaat toeleggen op de productie van 1 of enkele producten in een bedrijfstak Concentratie is het verschijnsel dat beslissingen over de productie van goederen en diensten door steeds minder bedrijven worden genomen. We spreken van fusie als twee min of meer gelijkwaardige partners besluiten op te gaan in een nieuwe rechtspersoon. We spreken van een overname als een bedrijf de eigendom van een ander bedrijf verwerft. Motieven voor schaalvergroting: - Kostenvoordelen Pagina 3 van 1

4 - Risicospreiding - Betere toelevering - Gemakkelijker op de vermogensmarkt - Geld voor research - Europa wordt meer 1 grote markt waar kleine bedrijven al snel de concurrentie niet meer aan kunnen. Een kartel is een afspraak tussen onafhankelijke ondernemingen om de onderlinge concurrentie te beperken. Bij een productiekartel spreken de deelnemers af niet meer dan een bepaalde hoeveelheid te produceren. Het Rayonkartel verdeelt de markt geografisch, om ervoor te zorgen dat men elkaar niet voor de voeten loopt. Het voorwaardenkartel of conditiekartel maakt afspraken over uniforme leverings- en betalingsvoorwaarden. Nadelen van een kartel: - de afnemers moeten een hogere prijs betalen dan anders - de flexibiliteit van de marktwerking wordt door kartels aangetast Mededingingswet = Concurrentiebeperkende afspraken tussen bedrijven zijn verboden Fusies moeten worden voorgelegd aan de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA) 2.4. Een balans is een overzicht van bezittingen, schulden en eigenvermogen van een bedrijf op een bepaald tijdstip. De solvabiliteit zegt ons hoe de verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vermogen is. Onder de liquiditeit verstaan we de verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden. Een resultatenrekening is een overzicht van opbrengsten en kosten en de daaruit voortvloeiende winst (of verlies) over een bepaalde periode. ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! H3 3.1 Kosten vormen de geldwaarde van de opgeofferde productiemiddelen. Kosten zijn te verdelen in 2 soorten: - constante kosten - variabele kosten Constante kosten zijn kosten die op korte termijn vastliggen en onafhankelijk zijn van de productieomgeving. De productie capaciteit is de hoeveelheid goederen die een bedrijf in een jaar maximaal kan voortbrengen. Variabele kosten zijn kosten die veranderen met de hoeveelheid geproduceerde goederen Proportioneel variabele kosten zijn kosten die rechtsevenredig toenemen met de hoeveelheid geproduceerde goederen. Pagina 4 van 1

5 De totale productiekosten zijn gelijk aan de som van de variabele en de constante kosten. TK = Totale Kosten TCK = totale constante kosten TVK = Totale Variabele Kosten GCK = Gemiddelde constante kosten GVK = Gemiddelde Variabele Kosten GTK = Totale Productiekosten TK = TVK + TCK GCK = TCK / q GVK = TVK / q GTK = GCK + GVK GTK = TK / q 3.2. Onder opbrengsten van een bedrijf verstaan we de waarde va nde verkochte producten. Opbrengsten = Omzet TO = Totale Opbrengsten TO = p x q 3.3. Een bedrijf kan 2 doelstellingen na streven: - Maximale winst - Kostendekking Bij kostendekking wordt gestreefd naar TO = TW De break-evenafzet is de afzet waarbij kostendekking plaatsvindt. De winst is dan gelijk aan nul. Het break-evenpunt is het punt waarop kostendekking plaatsvindt. TW = Totale Winst TW = TO - TK ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! Behalve: fig. 3.2/3.4/ 3.8 H De collectieve sector bestaat uit de overheid en de sociale verzekeringsfondsen De overheid krijgt geld binnen door: - belastingontvangsten en sociale premies - niet-belastingontvangsten (bijv. omroepbijdragen en aardgasbaten) - leningen als er een tekort is De collectievelastendruk is het totaal aan ontvangsten van de collectieve sector, uitgedrukt in een percentage van het nationaal inkomen. Pagina van 1

6 Collectievelastendruk = (belastingen + sociale premies + belastingontvangsten / nationaal inkomen) x 100% 4.2. De waarde van de overheidsproductie bestaat uit de ambtenarensalarissen. fig. 4.2 is een indeling naar economische categorieën (ook bij fig. 4.2 de toelichting goed leren) (!!!) 4.3. Belastingen zijn gedwongen betalingen aan de overheid waar geen rechtstreekse individuele tegenprestatie van de overheid tegenover staan. We onderscheiden directe en indirecte belastingen. De directe belasting heet zo omdat de betalingsplicht en de belastingdruk op dezelfde persoon rusten Indirecte belasting drukt wel op de consument, maar het is de aanbieder die de belasting daadwerkelijk betaalt. De bekendste vorm van directe is de loon- en inkomstenbelasting. Wie werkt krijgt direct te maken met loonheffing. De loonheffing is een voorheffing op de inkomsten belasting. De inkomsten belasting is te verdelen in 3 boxen: - Box 1 = inkomen uit werk en woning (loon, pensioen en winst uit eigen bedrijf + deel van de waarde van het huis (eigen woningforfait).) - Box 2 = inkomen uit aanmerkelijk belang (bij meer dan % aandeelhouder) - Box 3 = inkomen uit sparen en beleggen (op basis van het gemiddelde vermogen van de belastingplichtige in een jaar) Een belasting is progressief als in verhouding meer belasting moet worden betaal naarmate het inkomen stijgt. De heffingskorting is een korting op de te betalen belasting. De marginale belasting- en premiedruk is de extra belasting (uitgedrukt in percentage) die moet worden betaald als meer wordt verdiend. Door de heffingskorting wordt de progressie in de tarieven enigszins versterkt. Een andere directe belasting is de vennootschapsbelasting, die betaald moet worden door de BV's en NV's. Enkele vormen van indirecte belastingen zijn: - omzetbelasting (de 19% of 6% BTW) - accijnzen - invoerrechten - motorrijtuigenbelasting Accijnzen worden geheven over een beperkt aantal goederen, zoals alcohol, tabak, suiker en benzine. Invoerrechten bestaan uit een heffing aan de grens bij invoer van bepaalde artikelen. De motorrijtuigenbelasting wordt betaald door personen die met hun voertuig gebruikmaken van de openbare weg. De hoogte van de motorrijtuigenbelasting is afhankelijk van: - het gewicht van de auto Pagina 6 van 1

7 - de provincie waarin men woont - de brandstof waar de auto op rijdt. Op de miljoenennota worden directe en indirecte belastingen belastingen op inkomen en winst respectievelijk kostprijsverhogende belastingen genoemd. Onder de niet-belastinontvangsten verstaan we alle ontvangsten va nde overheid die niet onder de belastingen vallen. Retributies zijn betalingen aan de overheid voor een duidelijk aanwijsbare tegenprestatie Het begrotingssaldo is het verschil tussen de totale begrote overheidsinkomsten en de totale begrote uitgaven in een bepaald jaar. Wanneer er in een jaar een tekort is in de begroting wordt dit het begrotingstekort genoemd. De staatsschuld is het totaal van de uitstaande leningen ten laste van de Staat. De financieringsbehoefte is gelijk aan het begrotingstekort. Het financieringssaldo van het rijk is het begrotingstekort verminderd met de aflossing van de staatsschuld. De staatsschuldquote is de staatsschuld als percentage van het nationaal inkomen. Gevolgen van een hoge staatsschuld: - De rentelast die over de schuld moet worden betaald - De rente stijgt en zo kunnen bedrijven minder geld lenen - Door een hogere rente stijgen de kosten van een bedrijf. 4.. De wig is het verschil tussen de loonkosten voor de ondernemer en het nettoloon voor de werknemer. wig = (loonkosten - nettoloon / loonkosten) x 100% Gevolgen van hoge collectieve lasten: - Ontmoedigende werking op het arbeidsaanbod - Hoge loonskosten voor de werkgever - Aantasting van de concurrentiepositie - Pogingen om de belastingdruk te verminderen - Ontwijking (vestigingen in landen met lagere belastingdruk (legaal)) - Ontduiking (de fiscus oplichten (illegaal)) - Afwenteling (de werknemers zorgen dat de belastingen bij de bedrijven komen (via de vakbonden)) - Demotivatie (zoals 1) Maatregelen van de overheid om de vrije markt vrij te maken: - Bezuinigingen op de collectieve uitgaven - Deregulering (een overmaat aan regels beperken) - Privatisering (de overheid verminderd haar aandelenbezit bij een aantal bedrijven) ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! H Pagina 7 van 1

8 .1. Er is sprake van internationale handel als bedrijven of inwoners van een land goederen of diensten kopen in een ander land. uitvoer wordt export genoemd en invoer wordt import genoemd. Redenen om internationale handel aan een aparte bestudering te onderwerpen: - De wisselkoers - De eigen economische politiek van de landen. - De productiefactor arbeid is over de grenzen tamelijk immobiel Bij het beoordelen van handelsstromen moeten we onderscheid maken tussen: - goederen die landen moeilijke of in het geheel niet zelf kunnen maken - goederen die landen wel zelf kunnen maken.2. Of een land meer of minder goederen of diensten kan uitvoeren, is afhankelijk van de internationale concurrentiepositie. Onder de internationale concurrentiepositie van een land verstaan we de mate waarin dat land in staat is goederen te exporteren. De volgende factoren zijn van belang voor de internationale concurrentiepositie: - de relatieve schaarste aan productiefactoren (ontwikkelingslanden > kapitaalschaarste en westerse landen > arbeidsschaarste) - de beschikbaarheid van technisch hoogwaardige kapitaalgoederen (hierdoor kunnen per arbeidsuur meer goederen worden geproduceerd) - de mate van scholing van de beroepsbevolking (in westerse landen is de scholing gemiddelde hoger (human capital) - arbeidsrust (een land met veel stakingen zal niet in een goed daglicht gesteld worden) - infrastructuur (goed voor de aanvoer van goederen) Het uurloon en de arbeidsproductiviteit per uur bepalen samen de loonkosten per product. Het zijn deze arbeidskosten per product die mede bepalend zijn voor de internationale concurrentiepositie..3. Van vrijhandel is sprake, wanneer er geen belemmeringen zijn van de internationale handel. Door vrijhandel kan de internationale arbeidsverdeling verder toenemen. Hierdoor neemt de welvaart toe. Protectie is de bescherming van de eigen bedrijvigheid tegen de concurrentie uit het buitenland. Argumenten voor protectie: - bescherming van de binnenlandse werkgelegenheid - bescherming van opkomende eigen industrieën - bewaren van economische onafhankelijkheid - tegengaan van oneerlijke concurrentie - tegen maatregelen tegen protectie elders Dumping is het exporteren van goederen tegen een prijs die lager is dan de productiekosten. Van retorsie is sprake wanneer een land de importen beperkt als vergelding voor importbeperkingen door andere landen. Pagina 8 van 1

9 Handelspolitiek is het ingrijpen door overheden in het internationale goederen- en dienstenverkeer. In principe zijn de handelspolitieke instrumenten te verdelen in 2 soorten: - tarifaire (met invoerheffing) - non-tarifaire Invoerrechten zijn heffingen die bij de invoer van goederen aan de overheid van het importerende land moeten worden betaald. Non-tarifaire belemmeringen zijn alle handelspolitieke instrumenten behalve de invoerrechten en uitvoerrechten. Tot de non-tarifaire belemmeringen kunnen worden gerekend: - contingenteringen - subsidies - handelsverdragen - overige non-tarifaire belemmeringen Een contingent is de maximale hoeveelheid die van een bepaald goed mag worden ingevoerd. Contingenteringen zijn kwantitatieve beperkingen..4. Autarkie wil zeggen dat een land zelf in staat is in alle behoefte te voorzien. De invoerquote is de waarde van de goederen- en diensteninvoer in procenten van het nationaal product. De uitvoerquote is de waarde van de goederen- en dienstenuitvoer in procenten van het nationaal product. Bij een gesloten economie heeft een land geringe invoer- en uitvoerquotes. (Japan) Bij een open economie heeft een land hoge invoer- en uitvoerquotes. (Nederland).. Economische integratie is het streven van landen uiteindelijk 1 economie te gaan vormen. Voordelen van schaalvergroting: - kostenvoordelen - risicospreiding - betere garantie van de toelevering van grondstoffen - gemakkelijker toegaan tot de vermogens markt - meer geld voor onderzoek Verschillende vormen van economische samenwerking zijn: - vrijhandelszone - douane-unie - gemeenschappelijke markt - economische unie - economische en monetaire unie Een vrijhandelszone bestaat uit een aantal landen dat heeft afgesproken onderling geen handelsbelemmeringen te voeren en ten opzichte van derde landen de eigen handelspolitiek te handhaven. In een gemeenschappelijke markt geldt: Pagina 9 van 1

10 - vrij verkeer van goederen - vrij verkeer van productiefactoren - een gemeenschappelijk buiten tarief De kenmerken van een economische unie zijn: - vrij verkeer van goederen en diensten - vrij verkeer van productiefactoren - een gemeenschappelijk buitentarief - een gemeenschappelijke economische politiek Een economische en monetaire unie is een economische unie met 1 munteenheid. (EU met de euro) Bij de afspraken rond de euro is het zogenaamde Stabiliteitspact overeengekomen internationale organisaties zijn: - World Trade Organization (WTO) - Internationaal Monetair Fonds (IMF) In de meestbegunstigingsclausule van de WTO staat dat je landen niet mag discrimineren. Het WTO-regelement heeft ook een antidumpingscode. De IMF verstrekt leningen aan ontwikkelingslanden. ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! H Bij de micro-economie gaat het over 1 bedrijf. Bij de macro-economie gaat het over de bedrijven in een heel land. Het is gebruikelijk het verband tussen productie en consumptie weer te geven met behulp van een economische kringloop. Een economische kringloop omvat de geldstromen en goederenstromen tussen de belangrijkste economische sectoren. Onder gezinnen verstaan we niet alleen het traditionele gezin, maar ook allerlei andere samenlevingsvormen. Onder consumptie verstaan we het bedrag dat gezinshuishoudingen uitgeven aan door bedrijven geproduceerde goederen. Het nationaal product bestaat uit de som van de toegevoegde waarde van alle bedrijven en de overheid in een land in een jaar. Het nationaal inkomen bestaat uit de som van de beloningen van de productiefactoren in een land in een jaar. De toegevoegde waarde is gelijk aan de beloningen van de productiefactoren, dus... Nationaal inkomen = Nationaal product. De totale productie (toegevoegde waarde) inclusief de vervanging van versleten kaptiaalgoederen is de bruto toegevoegde waarde. Pagina 10 van 1

11 Wanneer de vervanging van versleten kapitaalgoederen niet wordt mee gerekend spreken we van netto toegevoegde waarde. Netto toegevoegde waarde = bruto toegevoegde waarde - afschrijvingen De toegevoegde waarde bestaat uit de verkoopwaarde van de eindproducten - de waarde van de onderlinge leveringen. Het Bruto Binnenlands Product (BBP) bestaat uit de totale toegevoegde waarde dei binnen de geografische grenzen van een land gedurende een jaar tot stand is gekomen De nationale besparingen bestaan uit het niet-geconsumeerde deel van het nationaal inkomen. De totale investeringen of bruto-investeringen vallen uiteen in 2 onderdelen: vervangingsinvesteringen en netto-investeringen. Vervangingsinvesteringen dienen om de voorraad vaste kapitaalgoederen in stand te houden. Netto-investeringen vallen weer uiteen: - investeringen in vastkapitaal - investeringen in voorraden Investeringen vergen grote bedragen, die pas in de toekomst kunnnen worden terugverdiend. Het zijn daarom de winst- en afzetverwachtingen van bedrijven die in hoofdzaak de grootte van de investeringen bepalen De sector gezinnen en bedrijven vormen samen de particuliere sector. De totale bestedingen van de overheid bestaan uit: - ambtenarensalarissen - materiële overheidsconsumpties - overheidsinvesteringen 6.4. Een betalingsbalans is een overzicht van alle betalingen aan en ontvangsten uit het buitenland gedurende een jaar. Onder export verstaan we alle ontvangster uit het buitenland die voortvloeien uit de verkoop van goederen en diensten aan het buitenland. Onder import verstaan we alle betalingen aan het buitenland die voortvloeien uit de aanschaf van goederen en diensten uit het buitenland. 6.. Het beeld dat de boekhouding van de economische prestaties van een land geeft, klopt door een aantal oorzaken niet met de werkelijkheid. Dit hangt ondermeer samen met: - Het verschil tussen de formele en de informele economie - De omstandigheid dat productiegroei niet altijd leidt tot welvaartsgroei De informele economie bestaat uit twee gedeelten: - een legaal of wit gedeelte Pagina 11 van 1

12 - een illegaal of zwart gedeelte Legale informele economie is bijv. vrijwilligerswerk. Illegale informele economie is bijv. wanneer het verdiende loon niet is opgegeven bij de belastingdienst. Omdat het soms moeilijk is om een lijn te trekken tussen het witte en het zwarte gedeelte is er ook nog een grijze zone, dan moet je bijv. denken aan vriendendiensten (jij doet dit voor mij, dan doe ik dat voor jouw). Het begrip economische groei kan op 2 manieren worden opgevat: - in enge zin verstaan we onder economische groei een toename van de productie. - In ruime zin verstaan we onder economische groei een toename van de welvaart. Welvaart is de mate waarin de bewoners van een land in hun behoefte kunnen voorzien. De toegenomen productie brengt niet alleen meer inkomen mee, maar heeft ook onbedoelde, minder plezierige gevolgen, bijv. milieuvervuiling en uitputting van grondstoffen. De ze onbedoelde gevolgen noemen we externe effecten. ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! H De productiecapaciteit is de maximale hoeveelheid goederen en diensten die een land in een jaar kan voortbrengen. De effectieve vraag is de totale vraag naar goederen en diensten in een land in een jaar. Het verloop van het nationaal product is opgebouwd uit: - de trend ( = de groei van het nationaal productie over langere tijd) - de conjunctuur ( = de schommelingen in de productie als gevolg van schommelingen in de effectieve vraag) - het seizoen ( = de schommelingen in de bedrijvigheid onder invloed van de jaargetijden) De productiecapaciteit is de maximale hoeveelheid goederen en diensten die een land op korte termijn kan voortbrengen. De productiecapaciteit = de som van de totale productiecapaciteit van alle bedrijven en de overheid. De productiecapaciteit vaneen bedrijf en van de overheid wordt bepaald door de hoeveelheid en de kwaliteit van de productiefactoren waarover kan worden beschikt. De wijze waarop de productiefactoren worden gecombineerd in het productieproces worden gecombineerd, geeft de toegevoegde waarde van een bedrijf of de overheid. Veranderingen in de effectieve vraag bepalen de mate waarin de productiecapaciteit wordt benut (de bezettingsgraad) Onder economische groei verstaal we de toename van het reëel nationaal inkomen. Een stijging van het algemeen prijspeil noemen we inflatie. In de regel worden veranderingen van het algemeen prijspeil weergegeven met behulp van de consumentenprijsindex. De consumentenprijsindex geeft met behulp van indexcijfers aan met welk percentage de kosten van Pagina 12 van 1

13 levensonderhoud voor de gemiddelde consument in een bepaald periode is veranderd. Met behulp van een indexcijfer kunnen we de veranderingen van een bepaalde economische grootheid ten opzichte van een basisjaar eenvoudig aflezen / Het nominaal nationaal inkomen is het nationaal inkomen in euro s van een bepaald jaar. Het nominaal nationaal inkomen kan veranderen door: - Prijsveranderingen ( door inflatie kan het nominaal nationaal inkomen toenemen zonder dat er een stijging van de productie plaatsvindt.) - Veranderingen in de geproduceerde hoeveelheid goederen en diensten (Een verandering van de totale geproduceerde hoeveelheid goederen en diensten noemen we een verandering van het reële nationaal inkomen.) Het reëel nationaal inkomen si het voor inflatie gecorrigeerde nationaal inkomen. Indexcijfer reëel nationaal inkomen = (indexcijfer nominaal nationaal inkomen / consumentenprijsindexcijfer )x 100% Het reële nationaal inkomen per hoofd van de bevolking is het reëel nationaal inkomen gecorrigeerd voor de bevolkingsomvang. De productiefactor arbeid kan in hoeveelheid veraderen door: - toename of afname van de beroepsbevolking. - Toename of afname van de participatiegraad ( = geeft aan welk deel van de daartoe in aanmerking komende bevolking beschikbaar is om betaald werk te verrichten. Scholing is een investering in menselijk kapitaal; de beroepsbevolking bevat human capital. Door scholing en arbeidsverdeling (specialisatie) neemt de arbeidsproductiviteit toe. Ook de productiefactor kapitaal kan de hoeveelheid en de kwaliteit veranderen. Hiervoor is het investeringsklimaat van belang. Dit is een wat vage term voor een geheel van factoren die bepalen of een ondernemer al dan niet investeert. Vooral de technische ontwikkeling bepaalt de kwaliteit van de factor kapitaal. Door mechanisering en automatisering verbetert de productiviteit van de factor kapitaal. Zeer belangrijk voor de economische groei zijn innovaties. Een innovatie is de toepassing van een nieuwe vinding. We kunnen daarbij denken aan betere kapitaalgoederen. Ook de introductie van een nieuw product is een innovatie De effectieve vraag bestaat uit de volgende onderdelen: - de gezinsconsumptie - de bedrijfsinvesteringen - de overheidsbestedingen - het saldo van export en import De hoogte van de gezinsuitgaven hangt af van een aantal factoren. De belangrijkste factor is het inkomen. In de meeste gevallen is dat het inkomen uit arbeid. De investeringen van bedrijven zijn heel moeilijk te verklaren. De investeringen van bedrijven hangen af van: - Het verwachte rendement op de investering - De rentestand (bij het lenen van geld) Pagina 13 van 1

14 - De verwachte economische groei. (Als verwacht wordt dat het nationaal inkomen zal groeien, zullen ook meer kapitaalgoederen nodig zijn om die productie tot stand te brengen.) - De bezettingsgraad van de kapitaalgoederenvoorraad. (Als er een flinke economische groei wordt verwacht, maar de kapitaalgoederenvoorraad is de laatste jaren behoorlijk onderbezet, wachten ondernemers met investeren tot de productie boven de capaciteit uitkomt.) Investeringen hebben invloed op de omvang van de effectieve vraag en daarmee het nationaal inkomen. We noemen dit het bestedingseffect van de investeringen. Investeringen hebben bovendien een capaciteitseffect. Dit houdt in dat investeringen invloed uitoefenen op de omvang van de kapitaalgoederenvoorraad en daarmee op de productiecapaciteit. De export is ondermeer afhankelijk van: - het inkomen in het buitenland, vooral in de landen waarnaar we veel uitvoeren - de prijs van onze exportgoederen ten opzichten van de prijs van concurrerende buitenlandse producten. De import is ondermeer afhankelijk van: - ons eigen nationaal inkomen: hoe hoger ons inkomen, des te meer producten kopen we in het buitenland - de prijs van buitenlandse producten ten opzichte van die van onze eigen producten - de voorkeur die er bestaat voor buitenlandse producten boven die van eigen bodem De conjunctuurbeweging is de schommeling in de groei van het nationaal product die door veranderingen in de effectieve vraag wordt veroorzaakt. We spreken van overbesteding, wanneer de effectieve vraag groter is dan de productiecapaciteit. Kenmerken van overbesteding zijn: - lange levertijden: bedrijven kunnen het werk niet aan - grote bereidheid om te investeren - stijgende rente, omdat veel geld nodig is voor investeringen - dalend overheidstekort door toenemende belastingontvangsten en kleiner beroep op werkloosheidsvoorzieningen - gespannen arbeidsmarkt: door de steeds toenemende werkgelegenheid zal het aantal vacatures eveneens toenemen, zodat zelfs een tekort aan arbeidskrachten kan ontstaan - flinke prijsstijgingen Van recessie is sprake wanneer een economie twee kwartalen achtereen negatieve groeicijfers laat zien. Als een recessie lang aanhoudt is er sprake van een depressie Onderbesteding is de situatie waarin de effectieve vraag niet groot genoeg is om voor volledige benutting van de productiecapaciteit te zorgen. Kenmerken van onderbesteding zijn: - conjuncturele werkloosheid - bedrijven kunnen hun goederen niet afzetten en blijven met onverkochte voorraden zitten - weinig investeringslust, omdat bedrijven al met overcapaciteit zitten - dalende rente ten gevolge van minder vraag naar leningen voor investeringen - een algemene prijsdaling ten gevolge van de geringe vraag (deflatie) - stijgend overheidstekort ten gevolge van minder belastingontvangsten en een groter beroep op werkeloosheidsvoorzieningen. Pagina 14 van 1

15 Een depressie gaat vervolgens over in een periode van herstel. In de herstelperiode neemt de bedrijvigheid als gevolg van een toenemende effectieve vraag weer toe. We spreken van bestedingsevenwicht, wanneer de effectieve vraag voldoende is om de productiecapaciteit geheel te benutten. Met name in de fase van laagconjunctuur (recessie, depressie) kan de overheid het heft in handen nemen en de effectieve vraag stimuleren. Het multiplier-effect is het verschijnsel dat een toename van de bestedingen via een stijging van het nationaal inkomen leidt tot weer andere bestedingen. Bedrijven kunnen hun concurrentiekracht vergroten door met hun winst te investeren in meer scholingsprogramma s of het aanschaffen van efficiëntere machines. Een anticyclische begrotingsbeleid is het beleid van de overheid om de effectieve vraag zo te beïnvloeden dat de conjunctuurschommelingen worden gedempt. De anticyclische begrotingspolitiek is geen succes geworden. Daar zijn verschillende oorzaken voor: - De onderlinge verbondenheid van veel economieën. - De timing van de maatregelen - De opwaartse druk op de overheidsuitgaven ALLE FIGUREN IN HET BOEK NOG WEL DOORNEMEN!!! Pagina 1 van 1

Samenvatting Economie Hoofstuk 1 t/m 5

Samenvatting Economie Hoofstuk 1 t/m 5 Samenvatting Economie Hoofstuk 1 t/m 5 Samenvatting door een scholier 1733 woorden 24 januari 2007 4 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 1 t/m 5 Hoofdstuk 1 De

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7: Nationale boekhouding & Groei en conjunctuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7: Nationale boekhouding & Groei en conjunctuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7: Nationale boekhouding & Groei en conjunctuur Samenvatting door een scholier 2122 woorden 8 januari 2003 6,6 66 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Toetsperiode

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 1042 woorden 14 jaar geleden 5 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1: Productie en productiefactoren 1.1 Waarom

Nadere informatie

6,7 # Samenvatting door een scholier 2691 woorden 13 december keer beoordeeld. Economie, # 1 Tm 3

6,7 # Samenvatting door een scholier 2691 woorden 13 december keer beoordeeld. Economie, # 1 Tm 3 Samenvatting door een scholier 2691 woorden 13 december 2005 6,7 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie, # 1 Tm 3 #1 1.1 Behoeften Alles wat de mens wil of nodig heeft Primaire behoeften

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1

Nadere informatie

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden door een scholier 1164 woorden 25 maart 2004 5,1 76 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: productie en productiefactoren

Nadere informatie

Economie samenvatting H1 + 2

Economie samenvatting H1 + 2 Samenvatting door een scholier 1954 woorden 14 december 2005 7,1 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting H1 + 2 behoeften: alles wat een mens wil of nodig heeft. Primaire behoeften:

Nadere informatie

Begrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten.

Begrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten. Samenvatting door een scholier 919 woorden 20 juni 2007 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 4 Productie door de overheid 4.1 De sector overheid - Overheid: Onder overheid

Nadere informatie

H2: Economisch denken

H2: Economisch denken H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 (productie) en 2 (bedrijven)

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 (productie) en 2 (bedrijven) Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 (productie) en 2 (bedrijven) Samenvatting door een scholier 2449 woorden 9 oktober 2008 4,7 6 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 1.1 waarom productie De behoeften

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting door D. 1403 woorden 18 januari 2014 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Conjunctuurbeweging/Conjunctuur: Het patroon van het stijgen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1534 woorden 1 februari 2007 10 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 2 Bedrijven kunnen op verschillende

Nadere informatie

Er zijn in de economie verschillende soorten bewegingen. Hierbij onderscheiden we:

Er zijn in de economie verschillende soorten bewegingen. Hierbij onderscheiden we: Samenvatting door E. 1871 woorden 27 april 2013 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 7: Productie in beweging: groei en conjunctuur 7.1 Soorten bewegingen Er zijn in de economie

Nadere informatie

Bruto binnenlands product

Bruto binnenlands product Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen

Nadere informatie

8,2. Samenvatting door een scholier 1037 woorden 10 februari keer beoordeeld. Samenvatting H1 en H2

8,2. Samenvatting door een scholier 1037 woorden 10 februari keer beoordeeld. Samenvatting H1 en H2 Samenvatting door een scholier 1037 woorden 10 februari 2004 8,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting H1 en H2 Productie: het toevoegen van waarden met behulp van productiefactoren

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7 Samenvatting door een scholier 1504 woorden 12 april 2005 4,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 6.1 Het nationaal inkomen: bestaat uit de som van de

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 875 woorden 19 juni 2007 5,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 1 Bedrijven - rechtsvorm - omvang - economische activiteit

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door een scholier 1742 woorden 1 juni 2005 6,9 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 7 Paragraaf 1 Trendbeweging Trend: algemene richting

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5 en 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5 en 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5 en 6 Samenvatting door een scholier 2147 woorden 20 juni 2007 6,9 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5 Productie over de grenzen:internationale

Nadere informatie

Samenvatting Economie Productie en arbeid

Samenvatting Economie Productie en arbeid Samenvatting Economie Productie en arbeid Samenvatting door een scholier 4059 woorden 5 november 2007 4,5 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting: Productie & Arbeid Hoofdstuk

Nadere informatie

H1: Economie gaat over..

H1: Economie gaat over.. H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting door Suzanne 4057 woorden 20 september 2017 4,2 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 16,17,18 Paragraaf 16.1

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 2720 woorden 1 maart 2011 10 1 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie H1 + H2: Par. 1 (H1): Waarom productie? - De behoeften

Nadere informatie

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die

Nadere informatie

Relatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis))

Relatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis)) Samenvatting door een scholier 421 woorden 11 maart 2002 6 51 keer beoordeeld Vak Economie Economie Lesbrief Welvaart Hoofstuk 1 Goederen Diensten Materieel Immaterieel Stoffelijk

Nadere informatie

Mensen kopen goederen om in hun behoeften te voorzien, als ze niet voorhanden zijn worden ze geproduceerd.

Mensen kopen goederen om in hun behoeften te voorzien, als ze niet voorhanden zijn worden ze geproduceerd. Samenvatting door een scholier 2404 woorden 18 januari 2005 8,1 30 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 1,1 Mensen kopen goederen om in hun behoeften te voorzien, als ze niet voorhanden

Nadere informatie

Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen

Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Ruilen over de tijd Intertemporele substitutie Bedrijven lenen geld om te investeren

Nadere informatie

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115 Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /03

ALGEMENE ECONOMIE /03 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m Samenvatting door een scholier 3634 woorden 12 januari 200,4 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 1 Produceren: toevoegen van waarde Onderlinge

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 2653 woorden 9 april 2002 7,5 102 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 Productie en productiefactoren Toevoegen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Modellen

Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting door een scholier 1385 woorden 6 mei 2006 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H. 1, Crisis. Conjunctuurtheorie = theorie over crisis met

Nadere informatie

Het primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren.

Het primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren. Samenvatting door R. 1396 woorden 17 februari 2014 5,4 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 personele inkomensverdeling Het besteedbaar uitkomen per huishouding. De besteedbarde inkomens

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 1972 woorden 21 april 2005 7,1 35 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 onder de collectieve sector wordt de overheid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Boek 1

Samenvatting Economie Boek 1 Samenvatting Economie Boek 1 Samenvatting door een scholier 987 woorden 31 maart 2004 6,1 89 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Samenvattingen Economie: Boek 1 Hoofdstuk 1: 1 t/m 12: Belang=

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 2471 woorden 20 juni keer beoordeeld

Samenvatting door een scholier 2471 woorden 20 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2471 woorden 20 juni 2009 6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie, Hoofdstuk 6 6.1 Een eenvoudige kringloop Micro-economie: De productie bekeken door 1

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door D. 1323 woorden 7 februari 2016 1 1 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 4; Aan 't werk Boek: 200% Economie 4 mavo/tl Paragraaf 1; productie

Nadere informatie

Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid en bedrijven

Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid en bedrijven Samenvatting door een scholier 2043 woorden 8 april 2004 7,4 17 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 2 Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

1 productie en productiefactoren

1 productie en productiefactoren Samenvatting door een scholier 1908 woorden 24 mei 2005 4,3 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 1 productie en productiefactoren Produceren is het toevoegen van waarde. (na de productie hebben

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5 Samenvatting door een scholier 4862 woorden 21 juni 2007 7,3 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting Percent - Economie VWO 4 H1 t/m H5 1.1

Nadere informatie

Inhoud. 1 Inleiding. Markt of overheid. 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2

Inhoud. 1 Inleiding. Markt of overheid. 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2 Inhoud 1 Inleiding 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2 modellen 12 2 Markt of overheid 1 de vraag 14 Prijzen en gevraagde hoeveelheid 14 D De vraagfunctie 14 D Verschuiving

Nadere informatie

Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten

Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten Samenvatting door J. 1607 woorden 28 augustus 2012 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H1: De omvang van de

Nadere informatie

7,8. Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april keer beoordeeld

7,8. Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april 2005 7,8 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5 Internationale handel: Als mensen van het ene land goederen of diensten kopen in

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting door H. 1617 woorden 18 november 2012 6,5 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hfd 17 Het Bruto Binnenlands Product (blz 24 & 25) 17.1 Een

Nadere informatie

Proeftoets Economische Bedrijfsomgeving

Proeftoets Economische Bedrijfsomgeving Proeftoets Economische Bedrijfsomgeving 1. Schaarste heeft in de economie een andere betekenis dan in het normale spraakgebruik. We spreken in de economie van schaarste als: a. De behoeften beperkt en

Nadere informatie

DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD. Module 4 Nu en later

DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD. Module 4 Nu en later DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD Module 4 Nu en later Inflatie Definitie: stijging van het algemeen prijspeil Gevolgen van inflatie koopkracht neemt af Verslechtering internationale concurrentiepositie Bij

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie 2014-I

Eindexamen vwo economie 2014-I Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor

Nadere informatie

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende

Nadere informatie

1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Algemene economie P3 Auteurs: dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam

Algemene economie P3 Auteurs: dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam Algemene economie P3 Auteurs: dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam Macro-economie bestudeert economische variabelen om op die manier te begrijpen hoe de economie in zijn geheel (nationaal

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Waar produceren

Hoofdstuk 1: Waar produceren Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie

Nadere informatie

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken. Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 2 Een kwestie van ondernemen

Samenvatting Economie Module 2 Een kwestie van ondernemen Samenvatting Economie Module 2 Een kwestie van ondernemen Samenvatting door een scholier 1446 woorden 14 december 2003 7,3 22 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 2 Een kwestie van ondernemen Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting Economie Nationale Rekeningen

Samenvatting Economie Nationale Rekeningen Samenvatting Economie Nationale Rekeningen Samenvatting door een scholier 1747 woorden 18 november 2004 4,8 57 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie 1.1 Macro-economie Kenmerk macro-economie

Nadere informatie

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het

Nadere informatie

Rendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als %

Rendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als % Inflatie Stijging algemene prijspeil Consumenten Prijs Indexcijfer Gewogen gemiddelde Voordeel: Mensen met schulden Nadeel: Mensen met loon, spaargeld Reële winst bedrijven daalt Rentekosten bedrijven

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 De gesloten economie zonder overheid

Hoofdstuk 3 De gesloten economie zonder overheid Samenvatting door Een scholier 2055 woorden 2 november 2003 5.7 113 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie Modellen H3 t/m 7 Hoofdstuk 3 De gesloten economie zonder overheid Y inkomensevenwicht

Nadere informatie

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering. Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1291 woorden 7 maart 2004 8,4 13 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 'de Arbeidsmarkt' Hoofdstuk 1 Concrete markt: een vaste

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7

Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting door een scholier 1525 woorden 14 februari 2007 7,6 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Een inkomen in natura: een inkomen in goederen Arbeidsverdeling:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 10

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 10 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 10 Samenvatting door een scholier 5234 woorden 9 april 2003 7,5 67 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 1.1 Wat is productie? Produceren is het

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting door Sanne 1542 woorden 11 april 2017 7,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 5 - Werkt dat zo? Paragraaf 5.1 - Aan de slag! Als je

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari 2002 7,5 813 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief: Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo II

Eindexamen economie vwo II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een

Nadere informatie

Lesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk

Lesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk Hoofdstuk 1 1.6 C Markten 1.7 a. De prijzen zijn gestegen. Bij een gelijk volume (= afzet) leidt dit tot een omzetgroei. b. Indexcijfer volume (afzet): 105, indexcijfer prijs: 97,1. 97,1 105 = 101,96.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 23

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 23 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 23 Samenvatting door een scholier 1247 woorden 24 maart 2004 4,6 28 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 - Productiefactoren: - arbeid loon - natuur

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1377 woorden 29 maart 2010 7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie samenvatting Hoofdstuk 4 Beroepsbevolking

Nadere informatie

Hoofdstuk 15 Economische relaties

Hoofdstuk 15 Economische relaties Hoofdstuk 15 Economische relaties Open vragen 15.1 Gegeven is de onderstaande economische kringloop: Verder is nog gegeven dat de afschrijvingen van bedrijven gelijk zijn aan 200. De overheid schrijft

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie I

Eindexamen vwo economie I Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing

Nadere informatie

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19 Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19 Samenvatting door een scholier 1806 woorden 8 april 2003 6,5 29 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie, Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19.

Nadere informatie

Ruilen over de tijd (havo)

Ruilen over de tijd (havo) 1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen

Nadere informatie

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld Boekverslag door M. 1345 woorden 21 februari 2012 6 34 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 8 en hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Verzien in behoeften door goederen en diensten

Nadere informatie

Betalingsbereidheid: hoeveel een consument bereidt is om voor een product te betalen.

Betalingsbereidheid: hoeveel een consument bereidt is om voor een product te betalen. Samenvatting door A. 1304 woorden 7 februari 2017 7,6 23 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting vraag & aanbod Hoofdstuk 1 Concrete markt: vragers en aanbieders komen op bepaalde tijden

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last? Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last? Samenvatting door een scholier 1592 woorden 30 oktober 2004 8 49 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 7 Belasting

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting door een scholier 1239 woorden 30 oktober 2003 6,6 81 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Beroepsbevolking= werkgelegenheid

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1842 woorden 3 juni keer beoordeeld

Samenvatting door een scholier 1842 woorden 3 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1842 woorden 3 juni 2006 6 2 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 3 - Indeling van onderneming kan in 4 verschillende mogelijk heden 1. naar grootte: je kan kijken

Nadere informatie

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M) 1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen en groei

Samenvatting Economie Inkomen en groei Samenvatting Economie Inkomen en groei Samenvatting door een scholier 2020 woorden 10 maart 2009 8,2 49 keer beoordeeld Vak Economie Productie en ruilen. Als je zelfvoorzienend bent dan produceer je goederen

Nadere informatie

Economische conjunctuur

Economische conjunctuur Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur

Nadere informatie

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur Samenvatting door een scholier 1067 woorden 13 juli 2001 4 44 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting:Internationale Handel Hoofdstuk 1: ****Nederland Handelsland**** 1.1 Export/Import: de waarde van

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Economie Hoofdstuk en 2 Samenvatting door een scholier 3242 woorden 3 juni 2007 7,2 35 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie hoofdstuk en 2: Belangengroep: groep van personen

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo I

Eindexamen economie vwo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Uit het antwoord moet

Nadere informatie

5,3. Samenvatting door K. 811 woorden 21 oktober keer beoordeeld. Economie in context

5,3. Samenvatting door K. 811 woorden 21 oktober keer beoordeeld. Economie in context Samenvatting door K. 811 woorden 21 oktober 2013 5,3 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context De volledige word (.docx) versie zit bijgevoegd als bestand! Productie: Grondstoffen Hulpstoffen

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /01

ALGEMENE ECONOMIE /01 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 Het begrip economie M Economie: grof vanuit Grieks vertaald: management van huishouding. Sociale wetenschap

Nadere informatie

Samenvatting Economie Productie en productiefactoren

Samenvatting Economie Productie en productiefactoren Samenvatting Economie Productie en productie Samenvatting door een scholier 1968 woorden 4 april 2006 6,6 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie TOETS hoofdstuk 1 + 2, 27/10/2005 1.1 Waarom

Nadere informatie

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld Samenvatting door een scholier 1909 woorden 17 april 2007 4,8 30 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Import: goederen uit het buitenland kopen Export: producten aan het buitenland verkopen Uitvoersaldo:

Nadere informatie

UIT theorie ASAD

UIT theorie ASAD Uitleg theorie AS-AD model. Het AS-AD model is een theoretisch model over de werking van de economie. Het model is een samenvoeging van de theorie van Keynes met de oude klassieke modellen. In verschijningsvorm

Nadere informatie