Inspectielokatie: Eigenaar: Bezoek op : 21-sep :30 door : 3e mdw. : 2e mdw. : 4e mdw. : Bezoekreden : VT dierproeven Bijzonderheden

Transcriptie

1

2

3

4

5

6

7

8 Inspectielokatie: Eigenaar: Bezoek op : 21-sep :30 door : 3e mdw. : 2e mdw. : 4e mdw. : Bezoekreden : VT dierproeven Bijzonderheden : beperkt tot afdeling NHP, deels samen met DEC bezocht (toeval). Afspraken met : Functie : Opm. kontaktpers: > Opm. inspectie: > Std. Inspectiebevindingen ( 0 van 0) Opgeheven Maatr Waarnemingswijze > Overtred. : > Constater.: > Advies : > Verm. Inspectiebevindingen ( 0 van 0) Gegrond Waarnemingswijze Overtred. : > Constater.:

9 INSPECTIELIJST Bedrijfsgegevens Inspectielocatie Straatnaam Huisnummer Postcode Woonplaats Contactpersoon Functie contactpersoon Hoofdcategorie veterinaire locatie Locatiecategorie dierproefvergunninghouder Medewerker Regio Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit regio Noordwest Bezoekdetails Datum bezoek Nummer controleur Begintijd 11:30 Bezoekreden VT dierproeven Inspectielijst Lijst RDNT1705 Inspectie voorschriften huisvesting en verzorging Geldig vanaf Rgl. huisv. dvb / verz dpr Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Inspectiebezoek aangekondigd? Nee beperkt tot afdeling NHP. Toevallig deels samen met bezoek DEC. Gesproken met directeur/ verantwoordelijk onderzoeker, vaste staf proefdierverzorging en intern toezichthouder. Speciale aandacht voor pushdagen nav bevindingen 2014,2015 en De gebouwen; functies en algemeen ontwerp t.a.v. toegangscontrole, leefruimte, relevante dienstruimten. t.a.v. actief onderhoudsprogramma (aandachtspunt dd nog openstaand). Dierenverblijven: in algemene zin. : eerder opgemerkte matige staat van onderhoud van kozijn. Dienstruimten in algemene zin. Alarm Vraag 6 Vraag 7 Vraag 8 Gezondheid in algemene zin. Niet aanwezig: quarantaineruimte, maar regelmatige veterinaire controle en herkomst dieren uitsluitend van instellingen met gezondsheidscontroles (zie EU 92-65). Ventilatie en temperatuur Passende bij de diersoort en aard onderzoek. T veelal C en geschat > 99% van de tijd binnen range ,5C. RV geschat > 99% van de tijd binnen range 40-70%, met piekjes ws. a.g.v. natte reiniging en incidentele periodes met warm vochtiger weer. Geen indicaties voor tocht en stank. Verlichting (omgevingsfactoren en de regulering daarvan): Vraag 9 Geluid (omgevingsfactoren en de regulering daarvan): Vraag 10 Ethologie en fysiologie (kooiverrijking/groepshuisvesting) Enkele dieren zijn individueel gehuisvest wegens sociale incompatibiliteit. Voor enkel dier wordt geschikte kooigenootgezocht, naar verwachting voor eind van het jaar beschikbaar RDNT1705 Inspectie voorschriften 21-sep-2017 Blz. 1

10 INSPECTIELIJST (vervolg) Vraag 11 Voeding Vraag 12 Vraag 13 Vraag 14 Vraag 15 Vraag 16 Vraag 17 Vraag 18 Water Dwz Voor juiste beoordeling dient nadere informatie beoordeeld te worden. Praktijk voor de meeste dieren: water wordt niet continue ad lib verstrekt in het kader van proefgebonden beperking. Zie ook overige bevindingen. CoP Welzijnsbewaking (OZP, WP, WDB, Kooilabels) Matige afwijking wel in algemene zin maar de proefgebonden - veelal beperkte - wateropname wordt zeker voor één dier (tattoo R11063 en chip ) niet juist in het systeem verwerkt tav het aspect pushdag: veelal wordt onterecht een pushdag in het systeem vastgelegd. De intern toezichthouder zou ook per mail over eventuele pushdagen geïnformeerd worden, maar dat bleek niet het geval te zijn. Toegestane ingrepen ter identificatie: De dieren zijn herkenbaar middels tatoeage, enkele zijn ook voorzien van chip. Levensloopdossier (indien hond, kat, niet-menselijke primaat) Er zijn ook nog geen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur nadere eisen gesteld. De instelling beschikt wel over een uitgebreid digitaal systeem voor vastlegging van dagelijkse controles van dieren en bevindingen/ relevante verzorgingsaspecten; tevens is inzichtelijk in welk onderzoekproject dieren gebruikt worden. Handelingen (transport, doden etc.) Zie item omgang. Omgang met dieren t.a.v. initiële training ikv procedures door vaste staf betrokken bij proefdierverzorging. Op dag van inspectie omgang van onderzoekers met dieren ook als passend beoordeeld (plaatsing in stoel). In het wild gevangen dieren NVT Vraag 19 Vraag 20 Algemene indruk: Wel belangrijke openstaande kwestie tav systeem van registratie van zgn pushdagen irt beperkte wateropname en eventuele impact op dieren. Daarom nader toezicht afgesproken. Zijn er nog andere bevindingen? Ja a-t.a.v. afvoer van een enkel dier: teruggeplaatst naar herkomstbedrijf wegens ongeschiktheid zowel sociale incompatibiliteit als ongeschikt voor onderzoek wegens afwijkende mogelijk pijnlijke houding. b-beperking vrije toegang tot water icm middels training verkregen vocht. De betreffende SOP is gebaseerd op diverse referenties en eigen langdurige ervaring. De totale vochtopname wordt per dier per dag vastgelegd. Conclusies tov registratiesysteem van wateropname: 1- Digitaal systeem van controle op wateropname is aanwezig, wordt goed gebruikt door proefdierverzorgers/biotechnici en onderzoekers en bevat slecht zeer incidenteel aannemelijk foutieve gegevens (geschat < 1 ). 2- De gegevens mbt de opname van vocht zijn beperkt tot de opname van water of vruchtensap verdiend tijdens training; vocht afkomstig van fruit wordt niet meegeteld. 3- De vrije wateropname/dier wordt ook geregistreerd, maar deze gegevens lijken niet gebruikt te worden om normen te stellen (zie SOP fluid intake) tav de minimale vochthoeveelheid (per dag of voortschrijdend gemiddelde) voor het betreffende dier (zie pag 79 van referentie van John Pickard,Head of the Department of Neurosurgery at Cambridge University: ected.pdf. 4- Het systeem bevat ook informatie over het lichaamsgewicht (ook van belang voor bepaling push dag). 5- De SOP die gebruikt is om het registratie mee in te richten, is goed onderbouwd met diverse referenties maar diverse referenties konden door de toezichthouder helaas niet eenvoudig teruggevonden worden. 6- De normen voor push dagen zijn -t.a.v. totale hoeveelheid opgenomen vocht voortschrijdend gemiddelde over 3 opeenvolgende dagen < 30 ml/kg BWexp0.75/dag; -tav frequentie is dit max 12 x /jaar en 1x/4 weken) 7- In automatische controle op vóórkomen van push dagen zit mogelijk een structurele formule fout (geconstateerd bij o.a. dier tattoo R11063 en chip ) waardoor aantal pushdagen mogelijk structureel overschat worden. Herinspectie tav dit punt begin oktober 2017 afgesproken. 8- Pushdagen komen wel voor, maar zijn uitermate beperkt (N.B. muv ws foutieve constatering tav één dier tattoo R11063 en chip )< 1% van de dagen per jaar en lang niet bij alle dieren. 9- Van de door de NVWA veronderstelde automatische melding van pushdagen aan de IvD en vaste verzorgers van de proefdieren lijkt geen sprake (anders was fout bij dier met tattoo R11063 en chip wel opgevallen) RDNT1705 Inspectie voorschriften 21-sep-2017 Blz. 2

11 INSPECTIELIJST (vervolg) 10- Wateropname /dier is uitermate individueel verschillend. Bij één dier (tattoo X ) is vastgelegd dat - ondanks vrije beschikbaarheid van water (700ml) -het dier dit niet geheel opdrinkt maar slechts 50 ml maar soms ook 450 ml /dag drinkt. Mogelijk is de registratie van 50 ml foutief (andere geregistreerde laagste waarde is 70 ml?!). 11- De laagste opname op één dag is zeer incidenteel (geschat<1 ) lager dan 12 ml/kg BWexp0.75/dag, maar dit betreft mogelijk zowel trainingsdag (dus met waterrestrictie) als dag van vrij opname (zie 10) RDNT1705 Inspectie voorschriften 21-sep-2017 Blz. 3

12 Inspectielokatie: Eigenaar: Bezoek op : 10-okt :15 door : 3e mdw. : 2e mdw. : 4e mdw. : Bezoekreden : VT dierproeven Bijzonderheden : Te bezien samen met inspectie dd Afspraken met : Functie : Opm. kontaktpers: > Opm. inspectie: > Std. Inspectiebevindingen ( 0 van 0) Opgeheven Maatr Waarnemingswijze > Overtred. : > Constater.: > Advies : > Verm. Inspectiebevindingen ( 0 van 0) Gegrond Waarnemingswijze Overtred. : > Constater.:

13 INSPECTIELIJST Bedrijfsgegevens Inspectielocatie Straatnaam Huisnummer Postcode Woonplaats Contactpersoon Functie contactpersoon Hoofdcategorie veterinaire locatie Locatiecategorie dierproefvergunninghouder Medewerker Regio Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit regio Noordwest Bezoekdetails Datum bezoek Nummer controleur Begintijd 10:15 Bezoekreden VT dierproeven Inspectielijst Lijst RDNT1701 Dierproeven reden Geldig vanaf Dierproeven Vraag 1 Is het inspectiebezoek aangekondigd? Ja Vraag 2 Wat is de reden van deze inspectie? Geen andere lijst in te vullen Toezicht op proefgebonden waterrestrictie diersoort 33. Ingezien SOP mbt waterbeperking en opgestelde analyse gemaakt nav tijdens inspectie geconstateerde tekortkomingen in registratie van pushdagen. Belangrijkste kenmerken van de SOP (eerste versie uit 2011, recentelijk herziene versie van september 2017): - Aanname dat gebruikte diersoort minder last (fysiologische effecten) zou hebben van dorst dan bijv. mensen; dit is ook gebaseerd op literatuurreferenties. - Over eventuele gevoelens van dorst als bron van ongerief voor het dier (zoals bedoeld in de Wet op de dierproeven (Wod) voor de herziening van zijnde pijn, lijden, ongemak of blijvend letsel) is de informatie vooral gericht op het voorkomen van blijvende schade, een term die ook in de Wod na nog opgenomen is. - Beperking van de watergift wordt noodzakelijk geacht om de trainingen goed uit te kunnen voeren. - Minimale watergift/ dier/dag is 100 ml overeenkomend met ongeveer ( 15 ml/kg metabool gewicht voor dieren tot 12 kg lichaamsgewicht en 17 ml/kg metabool gewicht voor dieren tot 10 kg lichaamsgewicht. - De gemiddelde watergift per dier per dag wordt berekend over een periode van 3 dagen en als ondergrens wordt 35 ml/kg metabool gewicht gehanteerd. - Zou dat gemiddelde niet bereikt worden dan zou er sprake zijn van een pushdag. Gebruik van pushdagen is echter geschrapt en wordt dus niet meer toegestaan. - Vocht uit het dagelijks verstrekt fruit wordt niet meegerekend in de feitelijke vochtopname. - Er wordt in de watergift rekening gehouden met individuele verschillen op basis van lichaamsgewicht maar er is geen indicatie van individuele verschillen van waterbehoefte bij vrije opname en de absolute en relatieve beperking van de watergift om de dieren succesvol in de trainingen te kunnen inzetten. Mogelijk zijn er nog verdere verfijningen door te voeren. Suggesties en vragen zijn aan de vergunninghouder ter beschikking gesteld. Mogelijk komt er een NCad standpunt over een Code of Practice als nadere interpretatie van Wod art 10 tav water(- en voer-)beperking. Dit zou eventueel kunnen leiden tot noodzakelijke aanpassingen van het regiem van waterbeperking Tav de tekortkomingen in de systematiek van de pushdagen: het systeem werd niet goed begrepen door een betrokken onderzoeker en daarom niet correct ingevuld door deze betrokken onderzoeker. Daarnaast was er soms sprake van niet of incorrect invullen van de hoeveelheid verstrekt vocht. Het feitelijke aantal pushdagen was in de praktijk dus aannemelijk veel lager dan door het digitale welzijnsdagboek/ de database aangegeven werd. De procedure is volgens opgave sinds mei 2017 verbeterd RDNT1701 Dierproeven reden 10-okt-2017 Blz. 1