Samenvatting Nederlands Spelling
|
|
- Jacobus de Groot
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Samenvatting Nederlands Spelling Samenvatting door een scholier 1180 woorden 1 juni ,5 85 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands Alle spellingregels WW spelling Persoonsvorm? Ja Nee? TT: zo simpel mogelijk schrijven en Ik = stam t kofschip gebruiken. Hij = stam+t Wij= infinitief VT: Maken van t kofschip Letter erin= t Niet?= d Sterk WW nooit dt in de VT Bij import WW moet je luisteren naar de uitspraak in het Nederlands. Dan kun je met t kofschip de verleden tijd maken. Meervoudsvormen -gewone woorden zonder dat de uitspraak verandert krijgen een s met het meervoud. -Ik hou van Y s. i,o,u,a,y krijgen een s in de meervoud. -leenwoorden krijgen een s. - -en -soms verdubbelt de laatste medeklinker -soms verdwijnt een medeklinker -soms verandert een medeklinker -monnik, klemtoon ligt niet op de i dus wordt het monniken. -kaarsen, polsen, fotograferen, paragrafen. -klemtoon op ie? Ja, het wordt ieën. Nee, het word iën. Sommige Sommigen Pagina 1 van 5
2 Bij dieren Bij mensen Bij zaken Bij dingen die zelfstandig zijn gebruikt Tussenklanken in samenstellingen -Als je in een samenstelling een s uitspreekt schrijf je die ook. Vb: dorpsplein. -Als je niet goed hoort of je een s moet schrijven moet je hem alleen schrijven als je hem in een vergelijkbare vergelijking ook hoort. Vb: dorpsstraat want dorpsplein. Maar woningschaarste want woningnood. -Als het op twee manieren wordt uitgesproken mag je ze allebei gebruiken. Vb: voorbehoedsmiddel en voorbehoedmiddel. -In een samenstelling schrijf je een en als het eerste woord van de samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud heeft op en. Vb: bessensap want bessen. Maar keuzepakket want keuzes en keuzen. -Er wordt geen en geschreven als het eerste deel v/d samenstelling geen ZNW is. Vb: goedemorgen en rodekool. -Er wordt geen en maar e geschreven als het eerste deel wel een ZNW is maar geen meervoud heeft. Vb: tarwebrood want tarwe heeft geen meervoud. -Er wordt geen en maar e geschreven als het eerste deel v/d samenstelling dient tot versterking v/h geheel. En als het hele geheel een bijvoeglijk naamwoord is. Vb: beregoed en reuzeleuk. -Er wordt geen en geschreven als er v/h eerste deel v/d samenstelling maar één is. Vb: zonnewind, er is maar één zon. En Koninginnedag, er is maar één koningin. -Er woord e geschreven als het woord niet meer als een samenstelling ervaren wordt. Vb: elleboog, nachtegaal. Het liggende streepje -Het liggende streepje gebruik je om een regel af te breken. Je breekt af aan het einde van een lettergreep. Regels: -letters met een enkele tussenletter breek je af voor de tussenletter, lezen wordt lezen. letters met 2 tussenletters breek je af tussen de letters. Vb: bokser wordt bok-ser. als er 3 of meer letters zijn plaats je zoveel mogelijk letters op de andere regel. Vb: halster wordt hal-ster. -Een scheidingsteken gebruik je als in een samenstelling de letters vooruitspraak problemen leiden. Vb: collegeuren wordt college-uren. Bij het scheiden van getallen gebruik je geen koppelteken maar een trema. Het koppelteken gebruik je zo: -In een naam van gehuwde vrouwen. Vb: mevrouw Kantelbeen-meijer. -Als in een samenstelling de voor of nabepaling sterk verbonden is met het andere deel. Vb: niet-roker, oud-voetballer, anti-. -In combinatie van titels en beroepen. Vb: vice-voorzitter. -In aardrijkskundige namen die samengesteld zijn. Vb: Zuid-Amerika. -In samenstellingen met cijfers, afkortingen en symbolen. Vb: 65-jarige, %-teken. Je kunt een streepje ook zetten op een plaats waar je iets hebt weggelaten. Pagina 2 van 5
3 Vb: voor- en achterkant Het trema -Het trema (de twee puntjes op een letter) gebruik je om onduidelijkheden te voorkomen. -Je zet een trema neer als het woord geen samenstelling is maar het lezen wel een probleem zou kunnen worden. Vb: zeeën. -Op museum, draaiing, geuit, opticien, officieus en geautomatiseerd komt geen trema. -Bij woordafbreking valt het trema weg. De apostrof De apostrof gebruik je in de volgende gevallen: -Bij sommige meervoudsvormen. Vb: baby s, opera s. -Om een bezit aan te duiden. (Alleen bij i,o,u,a,y) Vb: dandy s paard. Het bezit apostrofje krijg je als de naam op een s klank eindigt. -Om aan te geven dat er een letter ontbreekt. Vb: mijn wordt M n. In afleidingen van letter en cijfer woorden. Vb: Havo ers. Hoofdletters Hoofdletters gebruik je in de volgende gevallen: -Aan het begin van een nieuwe zin. -Persoonsnamen. Als er geen naam of voorletter vooraf gaat Vb: jozefien, Jozefien van der Molen, Van der Molen, Jozefien van der Molen-De Groot. -Aardrijkskundige namen en historische begrippen krijgen een hoofdletter. Maar ook: straatnamen, hemellichamen, namen van gebouwen, feestdagen en titel van boeken en films. Vb: de Kleine Beer, Engels, de Eerste Wereldoorlog. -Hoofdletters krijgen ook: namen van verenigingen, bedrijven, instellingen en diensten. -De namen van maanden, dagen, jaargetijden en winstreken krijgen geen hoofdletter. Getallen -Voor de getallen van één tot twintig gebruik je geen getallen maar letter. -Voor tientallen en getallen als honderd, duizend, miljoen, miljard en biljard gebruik je ook letters. -Een getal is altijd in cijfers. Vb: ik woon op nummer 5. -Een aantal is altijd in letter. Vb: ik woon in het vijfde huis. De punt In deze situaties gebruik je een punt: -Een punt zet je aan het einde van een zin. -Een punt gebruik je in afkortingen. Vb: enz. V.B. -Maten en gewichten krijgen geen punt. Vb: cm, km. -Afkortingen zoals AVRO schrijf je zonder punten omdat je ze ook zo uitspreekt. De komma Pagina 3 van 5
4 In deze situaties gebruik je een komma: -Als je een langere zin hebt waar voor het voegwoord of het woord waarbij de bijzin begint. -Bijstellingen in een zin. Vb: Mijn zus, die in utrecht woont, studeert geneeskunde. -Opsommingen komen tussen komma s. Vb: Ik eet melk, koek, water en brood. -Tussen twee persoonvormen komt een komma. -Na of voor een aangesproken persoon. Vb: Bertus, at je vlees? De puntkomma De puntkomma betekend altijd en. Vb: het is nu te laat; ik heb geen zin meer om naar de voorstelling de gaan. Je kunt een puntkomma gebruiken in opsommingen waar je hele zinnen gebruikt. De dubbele punt De dubbele punt gebruik je zo: -Je kondigt er een opsomming mee aan. -Je kondigt er een directe rede mee aan. Vb: ik vind jou niet aardig: je eet veel te veel. -Je kondigt er een verklaring mee aan. Vb: ik kom na het eten: mijn geld is op. Alleen bij een directe reden komt er een hoofdteken na de dubbele punt. Vb: Hij schreeuwde: laat mij los. Aanhalingstekens Aanhalingstekens gebruik je in de volgende gevallen: -Als je wilt aangeven dat je iets citeert. Vb: mijn lievelingsboek begint met de zin ik hou van jou. -Om een directe rede mee aan te geven. Vb: Hij schreeuwde: laat mij los. Let op de leestekens die allemaal binnen de aanhalingstekens moeten vallen. -Om aan te geven dat een woord een andere betekenis heeft dan normaal. Vb: ik heb een leuke droom gehad. -Ook een ironische betekenis krijgt aanhalingstekens. Het vraagteken Het vraagteken zet je aan het einde van een directe vraag. Vb. Hoe gaat het met je? Bij een indirecte vraag gebruik je geen vraagtekens. Vb: Ik vroeg me af hoe het met je gaat. Het uitroepteken Het uitroepteken gebruik je aan het einde van de zin met een bevel of een uitroep. Vb: ik haat je! Het maakt niet uit hoeveel uitroeptekens je erachter zet want het gaat om de inhoud v/d tekst. Haakjes Je gebruikt haakjes als je extra uitleg, toelichting of een voorbeeld in een tekst wilt zetten. Je moet er niet te veel van gebruiken want dat stoort de tekst. Het beletselteken Het beletsel teken zijn drie puntjes. Je gebruikt ze bij een zin die nog niet af is. Vb: Ik heb hem bezocht Pagina 4 van 5
5 maar of het goed gaat Je kunt ze ook gebruiken bij een citaat. Vaak zet je er dan ook nog haakjes om. Pagina 5 van 5
Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2)
Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2) Samenvatting door een scholier 1020 woorden 25 september 2011 7,3 13 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands CURSUS SPELLEN Werkwoordspelling
Nadere informatieSamenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12
Samenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12 Samenvatting door een scholier 1040 woorden 26 februari 2014 4,5 16 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands 1 Leestekens Punt Aan het eind van
Nadere informatie6,3. Samenvatting door L woorden 12 november keer beoordeeld. Nederlands. 1. Werkwoordspelling. Persoonsvorm
Samenvatting door L. 1035 woorden 12 november 2014 6,3 5 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands 1. Werkwoordspelling Persoonsvorm Vinden van de pv: zin in andere tijd zetten à veranderende
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Werkwoordspelling
Samenvatting Nederlands Werkwoordspelling Samenvatting door L. 1375 woorden 4 november 2013 5,2 13 keer beoordeeld Vak Nederlands Persoonvorm à tegenwoordige tijd - ik erbij of jij/je erachter = alleen
Nadere informatieSpelling. 1. Werkwoorden
Stijl en spelling Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste stijl- en spellingregels die in de onderbouw bij Nederlands zijn behandeld. Bij schrijfopdrachten en bij het examen wordt in de bovenbouw
Nadere informatieVisuele Leerlijn Spelling
Visuele Leerlijn Spelling www.gynzy.com Versie: 15-08-2018 Begrippen Klanken & Letters Klank (begrip) Klinker of medeklinker (begrip) Korte of lange klank (begrip) Tweetekenklank (begrip) Lange-, korte-,
Nadere informatieals iets niet letterlijk is bedoeld.
Kernwoordenlijst Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanhalingstekens Accenttekens Achtervoegsel Afbreekteken Gebruik je voor een citaat of als iets niet letterlijk is bedoeld. Gebruik je om iets nadruk te geven
Nadere informatieKernwoord Uitleg Voorbeeld
Aanhalingstekens Accenttekens Achtervoegsel Afbreekteken Gebruik je voor een citaat of als iets niet letterlijk is bedoeld. Gebruik je om iets nadruk te geven of om dubbelzinnigheid te voorkomen. Een nietzelfstandig
Nadere informatie9,6. Samenvatting door een scholier 1001 woorden 26 maart keer beoordeeld. Nederlands
Samenvatting door een scholier 1001 woorden 26 maart 2018 9,6 2 keer beoordeeld Vak Nederlands onderwerp pvtt pvvt ik stam stam + de/te je/jij achter pv stam stam + de/te je/jij voor pv stam +t stam +
Nadere informatieAndere werkwoordsvorm (infinitief, voltooid of onvoltooid deelwoord) schrijf je zo simpel mogelijk. Op t- klank = verlengen, d-klank = verlengen.
Samenvatting door een scholier 1095 woorden 29 juni 2004 5,8 70 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Hoofdstuk 1: Reclame Werkwoordsspelling: Bij een werkwoord als persoonsvorm moet
Nadere informatieInleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9
INHOUD Inleiding 7 Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9 Les 1 Stap voor stap op weg naar minder spellingfouten 11 1.1 Juist spellen is... 11 1.2 Stappenplan goed spellen 13 1.3 Hardnekkige spellingproblemen
Nadere informatie1.2.3 Trappen van vergelijking 20
INHOUD DEEL I Woord voor woord 13 1.1 Zelfstandig naamwoord (substantief) 16 1.1.1 Definitie 16 1.1.2 Soorten 16 1.1.2.1 Soortnaam of eigennaam 16 1.1.2.2 Concrete of abstracte zelfstandige naamwoorden
Nadere informatieDe bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief Bij de verschillende onderdelen van Taal actief kunt u onderdelen uit De bovenkamer
Nadere informatie(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS
(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS 0 AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je op een juiste manier in meervoud schrijven. - Hoofdletters op een juiste manier gebruiken. - Onbepaalde hoofdtelwoorden
Nadere informatieDe verschillende vormen van het werkwoord
De verschillende vormen van het werkwoord PV tt stam ( bij ik ervoor en erachter, bij je/jij erachter) Stam + t ( bij alle andere vormen van enkelvoud) Meervoud ( bij alle vormen van meervoud) Ik loop---
Nadere informatiespelling en leestekens
spelling en leestekens meervoud van zelfstandig naamwoorden 1. Meervoud met de letter s Je schrijft de -s aan een woord vast als de uitspraak correct blijft. hotel - hotels, orgel - orgels Je schrijft
Nadere informatieSpelling. A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema:
Spelling 1. Werkwoorden: tegenwoordige tijd A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema: ik - je/u/hij/ze t we/jullie/ze en bijvoorbeeld: ik drink ik bied je drinkt je biedt
Nadere informatieInhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18
Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2015-2016 Onderdeel: Spelling Lesperiode: week 1 t/m week 3 Aantal lessen per week: 4 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van
Nadere informatieLeestekens 3F. Doelgroepen Leestekens 3F. Omschrijving Leestekens 3F
Leestekens 3F De stof van Leestekens 3F volgt ongeveer dezelfde indeling als de eerdere delen, maar opbouw is cumulatief. Kwamen in Leestekens 1F vooral eenvoudige zinnen en woorden aan bod en kwamen langzamerhand
Nadere informatieZbeling Sbeling Speling Spelling
Zbeling Sbeling Speling Spelling Beknopt overzicht spellingregels: Meervoud van zelfstandige naamwoorden -s of s: Als er geen uitspraakprobleem is, schrijf je de -s vast: horloges, cafés, bureaus, milieus,
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv
Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3
Nadere informatieLIJST MET DE MEEST VOORKOMENDE SPELFOUTEN. AcroPDF - A Quality PDF Writer and PDF Converter to create PDF files. To remove the line, buy a license.
Spelfout tegen: Woorden splitsen Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 1a woord verkeerd gesplitst ploo-ien i.p.v. plooi-en Bij twee medeklinkers kun je tussen die medeklinkers splitsen. De
Nadere informatieLes 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30
Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden
Nadere informatieDe persoonsvorm vind je door de tijd in de zin te veranderen. De werkwoorden die mee veranderen zijn persoonsvormen.
Samenvatting door een scholier 2350 woorden 20 maart 2012 5.8 109 keer beoordeeld Vak Nederlands Hoofdstuk 1 Werkwoordspelling 1.1 Persoonsvorm De persoonsvorm vind je door de tijd in de zin te veranderen.
Nadere informatieCompacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek
Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Bezoek- en postadres: Bredewater 16 2715 CA Zoetermeer info@uitgeverijbos.nl www.uitgeverijbos.nl 085 2017 888 Aan de totstandkoming van
Nadere informatieGevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.
Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Doelgroep Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is bedoeld voor leerlingen
Nadere informatie71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t.
v;rw>r t 7 S SS QVRre F9 - -t. t- L 5KM i r MALtABERG instapkaarten taal verkennen S -4 taal verkennen komt er vaak een -e achter. Taa actief. instapkaarten taal verkennen. groep 8 Maimberg s-hertogenbosch
Nadere informatiehond Ik hoor t aan het eind. Ik maak het woord langer. Ik hoor te(n) Ik hoor de(n) Ik schrijf t Ik schrijf d
Categorie 44a Woorden met eind d of midden d die klinkt als t Thema 6 groep 7 Ik hoor t aan het eind. Ik maak het woord langer. Ik hoor te(n) Ik hoor de(n) hond Ik schrijf t Ik schrijf d Categorie 44a
Nadere informatieSpelling & Formuleren. Week 2-7
Spelling & Formuleren Week 2-7 Tentamenstof Boek: Praktische cursus Spelling 6e druk Auteur: M. Klein & M. Visscher Alle hoofdstukken behalve hoofdstuk 4 Proeftentamens zie Blackboard Succes! TEGENWOORDIGE
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
6 instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema
Nadere informatieStudiewijzer TaalCompetent
TaalCompetent - Studiewijzer 1 Studiewijzer TaalCompetent leer-/werkboek basisvaardigheden taalbeheersing Nederlands 1 Werken met TaalCompetent 2 Overzicht uitwerkingen 3 Taaltoetsen voor de pabo 4 Kennistrainingen
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Klas: IG3v (Docent: RKW) D Week: 13 t/m 24 Onderdeel: Grammatica Woordsoorten Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 Werkwoorden en persoonlijke, bezittelijke, wederkerende, aanwijzende,
Nadere informatieNEDERLANDS HELDER EN CORRECT
NEDERLANDS HELDER EN CORRECT Praktische richtlijnen voor spreken en schrijven Peter Debrabandere Acco Leuven / Den Haag INHOUDSOPGAVE INLEIDING 13 1 HET NEDERLANDS IN VLAANDEREN 17 1.1 Enkele aspecten
Nadere informatieDe bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer
Nadere informatie1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8
Deel 1 Grammatica 1 1 WOORDSOORTEN 3 1.1 Tot welke woordsoort behoren de onderstreepte woorden in de volgende zinnen? 3 1.2 Multiple choice. Benoem de onderstreepte woorden 4 1.3 Benoem de onderstreepte
Nadere informatieWoordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.
Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk
Nadere informatieVak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Lesperiode: 5 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 4 Blz. 127 t/m 12 Nieuw Nederlands Online H 1 t/m 4, onderdeel Lezen extra en Test Nieuwsbegrip
Nadere informatieB fwordt v Bij de meeste Nederlandse woorden die eindigen op een f, verandert in het meervoud de fin de v.
Meervouden A + s, en, of eren De meeste zelfstandige naamwoorden kunnen in het enkelvoud en in het meervoud voorkomen. In de Nederlandse taal kan dat op drie manieren. Voorbeelden + s tafel - tafels broer
Nadere informatieLeestoets 1 (heel proefwerk) Week 40. Spelling/grammatica/woordenschat 1 (heel proefwerk) Week 44
Jaarplanning 3 havo Periode 1 Leestoets 1 (heel proefwerk) Week 40 Blok 1 paragraaf 6.1 Blok 1 paragraaf 6.2 Blok 2 paragraaf 6.1 Blok 2 paragraaf 6.2 Tekstdoelen, tekstsoorten, tekstvormen Inleidingen
Nadere informatiePIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
PIT HAVO-2 +HAVO/VWO-2 2016-2017 Vak: Nederlands Onderdeel: Spelling H1 en H2 Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1 en 2 Extra materiaal: Nieuw Nederlands Online De leerling kent de volgende
Nadere informatieIets wat alleen een mens kan. Geheel Deel Mensen Persoon Voorwerp Inhoud Product uitstreek product
Samenvatting door Sam 813 woorden 2 maart 2016 6,8 21 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Lezen Tekststructuren: Voor/nadelenstructuur Verleden/heden(/toekomst)structuur Aspectenstructuur
Nadere informatieinstapkaarten spelling
instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling thema 1 les 1/13a cat. 13 a/b 1 thema 1 les 3/13b volt. dw. 2 thema 1 les 5/14a cat. 16 a/b 3 thema 1 les 7/14b volt. dw. 4 thema 1 les 9/15a cat. 16d
Nadere informatieinstapkaarten spelling
instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling thema 1 les 1/13a cat. 13 a/b 1 thema 1 les 3/13b volt. dw. 2 thema 1 les 5/14a cat. 16 a/b 3 thema 1 les 7/14b volt. dw. 4 thema 1 les 9/15a cat. 16d
Nadere informatie1. morgen krijgen we duitsers op bezoek. 2. in onze klas zitten ook kinderen uit irak, somalië en marokko. 3. ik doe boodschappen bij de aldi.
2 Hoofdletter Wanneer gebruik je een hoofdletter? Aan het begin van de zin Morgen kom ik. Als de zin met een apostrof begint, krijgt het tweede woord een hoofdletter: s Morgens werk ik. t Gaat goed. Bij
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2015-2016 Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Spelling H3 t/m H6 (RTTI) Aantal lessen per week: 4 Spelling H3 t/m H6 Spelling H3: - Het koppelteken en het weglatingsstreepje - Gebiedende wijs Spelling H4: - Tussenletters in samenstellingen:
Nadere informatieHoe werk ik een opdracht uit?
Taalwijzers Hoe werk ik een opdracht uit? Hoe schrijf ik een volzin? Hoe verklaar ik een moeilijk woord? Hoe vervoeg ik werkwoorden? Hoe lees ik een zakelijke tekst? Welk lidwoord moet ik gebruiken? Hoe
Nadere informatieHet Muiswerkprogramma Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens.
Leestekens op maat Het Muiswerkprogramma Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Doelgroepen Leestekens op maat Leestekens op maat is bedoeld voor groep
Nadere informatie6,3. Samenvatting door een scholier 1419 woorden 14 februari keer beoordeeld. Nederlands. Samenvatting van Topniveau blok 4. 3.
Samenvatting door een scholier 1419 woorden 14 februari 2003 6,3 106 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Topniveau Samenvatting van Topniveau blok 4 3.1 Tekstdoelen soorten tekstdoelen informeren overtuigen
Nadere informatieEigen vaardigheid Taal
Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht
Nadere informatieLeestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens.
Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Doelgroepen Leestekens op maat Leestekens op maat is bedoeld voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs, voor de
Nadere informatieTaalbeschouwelijke termen bao so 2010
1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
7 instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema
Nadere informatieNa de uitslag moest Rob onmiddellijk een Europese bestemming noemen. Razendsnel dacht hij na.
Tekst finale spellingwedstrijd + uitleg probleemwoorden De televisiequiz Stel je voor: je meldt je aan voor een televisiequiz. Tot je verrassing word je uitgenodigd. De vragen beantwoord je zo goed mogelijk.
Nadere informatie5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115
Inhoud Inleiding 13 1 De vaart erin 17 Gebruik verzorgde spreektaal 17 Te ouderwets 17 Checklist ouderwets woordgebruik 19 Te populair 23 Vermijd de lijdende vorm 24 Hoe herkent u de lijdende vorm? 25
Nadere informatieOPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER
OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER BOL/BBL NEDERLANDS 2F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase Cohort 2018 2021 kwartiel 1 en 2 DOELSTELLINGEN:
Nadere informatieDE REFERENTIENIVEAUS. en Taal actief 4
DE REFERENTIENIVEAUS en Taal actief Taal actief en de referentieniveaus Sinds augustus 010 is de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen van kracht. Voor het basisonderwijs zijn daarmee de referentieniveaus
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke
Nadere informatieOnderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel zuiver morfologisch
Nadere informatieBenodigde voorkennis taal verkennen groep 5
Taal actief 4 taal verkennen groep 5-8 taal verkennen groep 5 In dit document een overzicht opgenomen van de benodigde voor de lessen Taal verkennen groep 5. Deze kenn maakt onderdeel uit van de leerlijn
Nadere informatieToelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen
Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen Van elk kaartje wordt in deze toelichting kort beschreven wat erop staat. Een spellingregel wordt extra
Nadere informatieOnderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Vak: Nederlands Klas: IG2 MH/HV Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 4 Aantal lessen per week: 2 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1 & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Taalverzorging, spelling en interpunctie
Samenvatting Nederlands Taalverzorging, spelling en interpunctie Samenvatting door een scholier 1042 woorden 14 november 2012 5,7 34 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op niveau 9.2 Verkeerd woord/verkeerde
Nadere informatieSnelspelwijzer Onze Taal
Wim Daniëls in samenwerking met Genootschap Onze Taal Snelspelwijzer Onze Taal Uitgeverij Unieboek Het Spectrum bv, Houten Antwerpen Inhoudsopgave Inleiding 7 I Algemene regels 9 II Klinkers 19 III Medeklinkers
Nadere informatieTAALVERZORGING BK 2 SPORTIEF PERRON 2
Sportief! TAALVERZORGING BK 2 SPORTIEF PERRON 2 Je zit alweer in het tweede jaar van het vmbo. Vorig jaar heb je veel geleerd bij het onderdeel Taalverzorging, maar misschien ben je ook wel iets vergeten.
Nadere informatieHuiss%jlbrochure. Schrij0ips. 1. Kleine of hoofdle6er?
Huiss%jlbrochure Schrij0ips 1. Kleine of hoofdle6er? Beroepen krijgen een kleine le6er. ministerie minister Afgeleiden krijgen ook een kleine letter: gedeputeerde gouverneur minister-president regeringscommissaris
Nadere informatieSpelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden
Spelling Werkwoorden Spelling Werkwoorden is een programma voor het leren schrijven van de werkwoordsvormen. Deze module behandelt de spelling van infinitief, tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooid
Nadere informatieOPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER
OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL/BBL NEDERLANDS 3F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase Cohort 2018 2021 kwartiel 1 en 2 DOELSTELLINGEN: 1. Aan
Nadere informatieThema 10. We ruilen van plek
Thema 10 We ruilen van plek Les 10.1 1. zakenreis 2. industrieën 3. raketten 4. percentage 5. demonstratie Les 1 gouden, ziekenhuis In het ankerverhaal staat dat de moeder van Gaby Pak kersen geeft in
Nadere informatieAntwoorden Nederlands Afdeling C Leestekens
Antwoorden Nederlands Afdeling C Leestekens Antwoorden door een scholier 1336 woorden 16 december 2002 4,1 47 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Taaldomein Afdeling C: Leestekens OPDRACHT 1A: Waarom
Nadere informatieBasis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal
Basis letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer 1 2 3 getal 123.000 punt. komma, uitroepteken! vraagteken? Woordvolgorde Jij drinkt appelsap. Hij eet een banaan.
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde
Nadere informatieAls je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt.
Lettergrepen Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Om een woord in lettergrepen te verdelen, kijken we naar de klinkers. Als
Nadere informatieLeestekens. richtlijnen en tips voor interpunctie. Genootschap Onze Taal
Leestekens Leestekens richtlijnen en tips voor interpunctie Genootschap Onze Taal Meer informatie over deze en andere uitgaven kunt u verkrijgen bij: Genootschap Onze Taal Raamweg 1a 2596 HL Den Haag
Nadere informatienaamwoord naamwoord 1F enkelvoud van zelfstandig 1F meervoud van zelfstandig 1F zelfstandig naamwoord 1F lidwoord 1F werkwoord 1F samenstelling
GROEP 4 1F hakwoord (1) 1F plankwoord (4) 1F eeuw-ieuw-woord (7) 1F klankgroepenwoord (10) f>v, s>z (10) één woord met twee één woord met drie één woord met meer X ordenen van de letters ei-plaat uitbreiden
Nadere informatieπ (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46
Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Hoofdstuk 2: lezen, woordenschat en spelling
Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2: lezen, woordenschat en spelling Samenvatting door W. 754 woorden 2 november 2014 6,8 30 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands hoofdstuk
Nadere informatieOverzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I
Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2
Nadere informatie2 Lesstof Leestekens
LESSTOF Leestekens 2 Lesstof Leestekens INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Leestekens 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De
Nadere informatieTaaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen
Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er
Nadere informatieHoe werk ik een opdracht uit?
Hoe werk ik een opdracht uit? Ik gebruik de OVUR-methode om in stappen een opdracht of een probleem op te lossen. Oriënteren Wat wordt er verwacht? (evaluatiecriteria) Wat weet ik al over het onderwerp?
Nadere informatieinstapkaarten spelling
7 instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling Spelling thema 1 les 1/13a cat. 10 a/b 1 thema 1 les 3/13b t.t. 2 thema 1 les 5/14a cat. 33 a/b 3 thema 1 les 7/14b t.t. 4 thema 1 les 9/15a cat.
Nadere informatieBasisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica.
Basisspelling Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van
Nadere informatieOver dit boek 13 1 Zinsbouw
INHOUD Over dit boek 13 1 Zinsbouw 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Werkwoorden 19 1.2.1 Werkwoordsvolgorde 19 1.2.2 Meervoud of enkelvoud? 21 1.2.2.1 Onduidelijk onderwerp 21 1.2.2.2 Hoeveelheidsaanduider 22 1.2.2.3
Nadere informatieJaarplanning spelling
Week 1 Jaarplanning spelling medeklinker(s) en klinkers die door 1 letter worden weergegeven (pen, bol) Kinderen spellen woorden die zijn samengesteld uit 2 eerder geleerde woorden (fietsbel, taalschrift,
Nadere informatieOnderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Rapportperiode 1 Vak: Nederlands Onderdeel: LEZEN Docent: RKW 1 Aantal lessen per week: 4 Methode: Lees Mee Hoofdstuk: Blok 1 t/m 6 Blz. Weging: 1x 3x woordmixtoets 3x leestoets In totaal 6 cijfers Studievaardigheden:
Nadere informatieTAALVERZORGING. Korte uitleg over algemene spelling, werkwoordspelling, leestekens en stijl
TAALVERZORGING Korte uitleg over algemene spelling, werkwoordspelling, leestekens en stijl 1 Inhoudsopgave Algemene spelling... 4 Meervoud... 4 Verkleinwoord... 6 Bijvoeglijk naamwoord... 6 Samenstelling...
Nadere informatieTAALVERZORGING KGT 2 SPORTIEF PERRON 1
Sportief! TAALVERZORGING KGT SPORTIEF PERRON Je zit alweer in het tweede jaar van het vmbo. Vorig jaar heb je veel geleerd bij het onderdeel Taalverzorging, maar misschien ben je ook wel iets vergeten.
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
-b fl41..- 1 rair î ; : ; - / 0 t- t-, 9 S QURrz 71 1 t 5KM 1o r MALNBERG St 4) 4 instapkaarten ji - S 1,1 1 thema 5 1 les 2 S S S - -- t. Je leert hoe je van het hele werkwoord een voltooid deelwoord
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan
Nadere informatieINHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD Lesstof Leestekens 2
LESSTOF Leestekens INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Leestekens 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De programma s draaien
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp
Nadere informatieDit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.
Spelling op maat 3 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 3 is het derde deel van
Nadere informatietip! in leerjaar 1, is nog weinig verschil; mavo mag deze samenvatting ook gebruiken
Boekverslag door Tmp_cox 1720 woorden 25 oktober 2012 5.8 259 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands NIEUW NEDERLANDS; Samenvatting, (mavo), havo, vwo hoofdstuk 1 t/m 6 tip! in leerjaar
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 10
Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels
Nadere informatieUitgebreide basisgrammatica NT2 Jenny van der Toorn-Schutte Boom, Amsterdam
Klare taal! Uitgebreide basisgrammatica NT2 Klare taal! Jenny van der Toorn-Schutte Boom, Amsterdam Tweede herziene druk, vijfde oplage, 2010 2006, Jenny van der Toorn-Schutte, Houten Behoudens de in
Nadere informatie