Transfusie-gerelateerde acute longschade ( transfusion-related
|
|
- Annemie de Vos
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 FiguurStand van zaken Transfusiegerelateerde acute longschade Alexander P.J. Vlaar en Nicole P. Juffermans Transfusiegerelateerde acute longschade ( transfusion-related acute lung injury, TRALI) is een ernstige complicatie van bloedtransfusie. Men veronderstelt dat de pathogenese van TRALI in 2 stappen verloopt, de double hit -theorie. De eerste stap is een onderliggende klinische conditie van de patiënt, bijvoorbeeld een operatie of sepsis, die leidt tot priming (het activeren van longendotheel en sekwestratie van neutrofiele granulocyten in de longcapillairen). De tweede stap is de bloedtransfusie, die de activatie van neutrofiele granulocyten veroorzaakt. Antistoffen in het donorbloed tegen HLA (humaan leukocytenantigeen) en tegen humaan neutrofielenantigeen (HNA) zijn hierbij betrokken. Langdurige opslag van celbevattende bloedproducten speelt mogelijk ook een rol. De incidentie van TRALI bij patiënten met een onderliggende aandoening is hoog, tot 15% van de getransfundeerde patiënten. Bij multipare vrouwelijke donoren komen vaak anti-hla- en -HNA-antistoffen voor. Het uitsluiten van vrouwelijke donoren voor de donatie van plasma- en bloedplaatjesproducten heeft de incidentie van TRALI met 33-66% verlaagd. Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Intensive Care Volwassenen, Amsterdam. Dr. A.P.J. Vlaar, aios interne geneeskunde (tevens: Laboratorium voor Experimentele Intensive Care en Anesthesie en afd. Interne Geneeskunde, AMC); dr. N.P. Juffermans, internist-intensivist (tevens: Lab. voor Experimentele Intensive Care en Anesthesie, AMC). Contactpersoon: dr. A.P.J. Vlaar (a.p.vlaar@amc.uva.nl). Transfusie-gerelateerde acute longschade ( transfusion-related acute lung injury, TRALI) is de belangrijkste oorzaak van transfusiegerelateerde sterfte. 1,2 Men spreekt van TRALI als een patiënt voldoet aan de diagnose acute longschade en binnen de afgelopen 6 uur een bloedtransfusie heeft ontvangen; er mag geen sprake zijn van cardiaal longoedeem (tabel 1). 3-5 Tot voor kort dacht men dat TRALI een zeldzame complicatie van bloedtransfusie was. De incidentie van TRALI in de algemene ziekenhuispopulatie werd geschat tussen 1:300 en 1: Anderen meldden een incidentie van 0,08% tot 0,16% van de getransfundeerde patiënten. 6 Recente prospectieve studies bij patiënten op IC s en afdelingen Hartchirurgie vermelden echter een vele malen hogere incidentie, namelijk 3,3-15% van de getransfundeerde patiënten, 7-10 wat suggereert dat deze patiëntengroepen een verhoogd risico hebben op TRALI. De prognose van patiënten die TRALI ontwikkelen is relatief gunstig bij patiënten uit de algemene ziekenhuispopulatie, maar ongunstig bij patiëntengroepen op de IC: de sterfte is respectievelijk 10-15% en > 40%. 6 In dit artikel bespreken wij de voortschrijdende inzichten in de pathofysiologie van TRALI. Daarnaast zullen we stilstaan bij de effecten van de preventieve maatregelen die de afgelopen jaren zijn genomen om TRALI te voorkomen. NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524 1
2 UITLEG Solvent-detergent -behandeld plasma Plasma of plasmaconcentraat afkomstig van plasmapools en behandeld met een organisch oplosmiddel en een detergens. Deze behandeling wordt toegepast om virusdeeltjes te inactiveren. Literatuuronderzoek In PubMed hebben wij gezocht naar publicaties verschenen in de periode 1 januari oktober 2012 met behulp van de zoekterm TRALI gecombineerd met zoektermen als prevention, treatment, plasma en storage. Voor relevante richtlijnen en reviews werden bovendien de CBO- en Cochrane-databases geraadpleegd aan de hand van de zoekterm TRALI. In de CBO- en Cochrane-databases bevonden zich geen richtlijnen of reviews over TRALI. Op PubMed vonden wij 478 artikelen die voldeden aan de zoektermen. Na exclusie op basis van onder meer taal en afwezigheid van een abstract bleven er 322 artikelen over. Na beoordeling aan de hand van de titels en abstracts bleven 103 relevante artikelen over die de basis vormden voor dit overzichtsartikel. Definitie transfusiegerelateerde acute longschade TRALI is een klinische diagnose, aangezien biomarkers ontbreken. Sinds 2004 is er een internationale consensusdefinitie. 3,11 Zoals gezegd spreekt men van TRALI als een patiënt voldoet aan een nieuw gestelde diagnose acute longschade en binnen de afgelopen 6 uur een transfusie heeft ontvangen, mits er geen sprake is van cardiaal longoedeem en er vóór de transfusie geen sprake was van acute longschade. Er wordt onderscheid gemaakt tussen suspected TRALI (waarschijnlijke TRALI) en possible TRALI (mogelijke TRALI) op grond van de aan- of afwezigheid van risicofactoren voor acute longschade (zie tabel 1). 3-5 Tabel 2 geeft een overzicht van de risicofactoren. 5 Bij waarschijnlijke TRALI mag er geen risicofactor voor acute longschade aanwezig zijn. Dit zou echter betekenen dat patiënten met onderliggend lijden per definitie nooit aan de criteria van TRALI kunnen voldoen. Mede daarom is in een internationale werkgroep de categorie mogelijke TRALI gedefinieerd. Bij patiënten in deze categorie is binnen 6 uur na een transfusie acute longschade opgetreden, maar zijn er wel 1 of meer andere risicofactoren voor acute longschade. Zowel waarschijnlijke TRALI als mogelijke TRALI dient te worden gerapporteerd aan de bloedbank als een transfusiereactie. Pathofysiologie TRALI wordt verondersteld een double-hit -syndroom te zijn. Hierbij is de 1e stap het onderliggende lijden van de patiënt, bijvoorbeeld sepsis of een longontsteking. Dit onderliggende lijden, waarbij de patiënt in een proinflammatoire status verkeert, leidt tot activatie van endotheel in de long en tot aantrekking en adhesie van neutrofiele granulocyten in de longcapillairen (figuur). De bloedtransfusie is de 2e stap, waarbij de gesekwestreerde neutrofielen worden geactiveerd. 12 Bij het optreden van een TRALI-reactie is het immuunen stollingssysteem in de bloedbaan en lokaal in de long geactiveerd Tabel 3 geeft een beknopt overzicht van factoren in bloedproducten die de 2e stap in gang kunnen zetten. Transfusiefactoren kunnen worden onderverdeeld in antistofgemedieerde en niet-antistofgemedieerde factoren. Deze worden hieronder apart besproken. TABEL 1 Definities van acute longschade en transfusiegerelateerde acute longschade (TRALI) acute longschade 5 suspected TRALI 3,4 possible TRALI acuut optreden van hypoxemie bilaterale longinfiltraten geen overvulling geen acute longschade vóór de transfusie acute longschade tijdens transfusie of < 6 h na toegediende transfusie geen andere risicofactoren voor acute longschade geen acute longschade vóór de transfusie acute longschade tijdens transfusie of < 6 h na toegediende transfusie 1 of meer risicofactoren voor acute longschade aanwezig TRALI = transfusiegerelateerde acute longschade ( transfusion-related lung injury ); P a = arteriële zuurstofspanning in mmhg; F i = fractie geinspireerde zuurstof in %; Sp = perifere zuurstofsaturatie. * Hypoxemie: *: P a /F i < 300 of Sp < 90% bij inademing van kamerlucht. Risicofactoren voor longschade: zie tabel 2. 2 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524
3 TABEL 2 Risicofactoren voor acute longschade 5 sepsis aspiratie polytrauma brandwonden inhalatie van schadelijke stoffen longcontusie acute pancreatitis intoxicaties capillary leak door gebruik van bijvoorbeeld interleukine-2, cytarabine, gemcitabine of röntgencontrastmiddel Antistofgemedieerde TRALI Antistofgemedieerde TRALI wordt veroorzaakt door antilichamen in het donorbloed gericht tegen antigenen op het oppervlak van neutrofielen van de ontvanger. 17 In de periode voordat leukocytengedepleteerde bloedproducten werden gebruikt, kon TRALI ook optreden door antilichamen van de ontvanger die gericht waren tegen de antigenen van de leukocyten in het donorbloed. Zowel antistoffen tegen humaan leukocytenantigeen(hla)-type I en II als tegen HNA kunnen met neutrofiele cellen reageren. 18 Anti-HLA- en -HNA-antilichamen worden vaak aangetroffen bij patiënten met het klinische beeld van TRALI. Deze antilichamen kwamen in grote prospectieve studies naar voren als onafhankelijke risicofactoren voor het ontstaan voor TRALI. 7,19 Daarnaast treedt TRALI vaak op als bloed is gebruikt van donoren met een hoge antistoftiter, zoals multipare vrouwen en donoren die in het verleden bloedtransfusies hebben gekregen. 20,21 Naast het double-hitmodel is er voor antistofgemedieerde TRALI ook een drempelmodel gesuggereerd. 22 Hierbij gaat men ervan uit dat de ernst van het onderliggende lijden aan de ene kant en de sterkte van de antistofantigeenreactie aan de andere kant bepaalt of er wel of geen TRALI ontstaat. Bij een relatief gezonde patiënt die een transfusie krijgt kan een hoge antistoftiter in het bloedproduct een TRALI-reactie veroorzaken, maar bij een zeer zieke patiënt is een lage concentratie antistof al voldoende voor een reactie. Dit verklaart mogelijk waarom IC-patiënten een hoog risico hebben op TRALI. Ook patiënten met een neutropenie kunnen nog steeds via de antistofgemedieerde weg TRALI ontwikkelen. De antilichaam-antigeenhypothese kan echter niet alle gevallen van TRALI verklaren. Transfusie van een bloedproduct dat anti-hla-antilichamen bevat, leidt bij een ontvanger met een bijpassend antigeen vaak niet tot een TRALI-reactie. 23 Dit suggereert de aanwezigheid van een alternatief mechanisme. 1e stap aantrekking neutrofielen als gevolg van: sepsis hematologische maligniteit mechanische beademing massale bloedtransfusie 2e stap bloedtransfusie: anti-hla- en-hna-antistoffen bio-actieve lipiden oplosbaar CD40-ligand bewaarschade rode bloedcel endotheel longcapiliair neutrofiel longoedeem FIGUUR Pathofysiologie van transfusiegerelateerde acute longschade (TRALI). Dit proces verloopt in 2 stappen. In de 1e stap, bijvoorbeeld sepsis, ontstaat er activatie van het longendotheel en worden neutrofiele cellen aangetrokken door vrijgekomen chemokines. Er vindt sequestratie en adhesie van de neutrofielen in de longvaten plaats. Door een bloedtransfusie, de 2e stap, worden de gesekwestreerde neutrofielen geactiveerd en komen er oxidases en proteases vrij, wat leidt tot endotheelschade, verhoogde vaatpermeabiliteit, longoedeem en uiteindelijk tot TRALI. Door de transfusie komen de neutrofielen in aanraking met factoren als anti-hla-antistoffen, anti-hna-antistoffen en bio-actieve lipiden. Deze pro-inflammatoire mediatoren accumuleren gedurende de opslag van celbevattende bloedproducten; ook verouderde rode bloedcellen en bloedplaatjes kunnen mogelijk neutrofielen activeren (HLA = humaan leukocytenantigeen; HNA = humaan neutrofielenantigeen). NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524 3
4 TABEL 3 Factoren in bloedproducten die bijdragen aan het ontstaan van transfusie-gerelateerde acute longschade bloedproduct gefiltreerd erytrocytenconcentraat plasma trombocytenconcentraat factor bio-actieve lipiden oplosbaar CD40-ligand anti-hla- en -HNA-antistoffen bewaarschade aan de erytrocyten anti-hla- en -HNA-antistoffen bio-actieve lipiden oplosbaar CD40-ligand anti-hla- en -HNA-antistoffen HLA = humaan leukocytenantigeen; HNA = humaan neutrofielenantigeen. Niet-antistofgemedieerde TRALI Men veronderstelt dat niet-antistofgemedieerde TRALI wordt veroorzaakt door de transfusie van een lang opgeslagen, celbevattend bloedproduct. Diermodellen laten zien dat transfusie van oude rode bloedcellen en bloedplaatjes TRALI veroorzaken als de 1e stap (priming van neutrofielen) al gezet is. 24 Het is echter onduidelijk wat de bepalende factoren in de oudere bloedproducten zijn. Pro-inflammatoire stoffen die accumuleren tijdens het bewaren van celbevattende bloedproducten spelen mogelijk een rol Lysofosfatidylcholines kunnen neutrofiele granulocyten activeren. 12,25-28 Cytokinen, chemokinen en oplosbaar CD40-ligand vormen mogelijk ook een 2e stap naar een TRALI-reactie, 12 maar de resultaten van onderzoek hiernaar zijn niet eenduidig. 14,29,30 Recent onderzoek suggereert dat niet het opslagmedium waarin stoffen accumuleren de factor is, maar de veroudering van de cel zelf. Het is bekend dat de rode bloedcel verandert van vorm en functie, samengevat als bewaarschade. De bewaarschade is geassocieerd met transfusiegerelateerde morbiditeit, maar het onderzoek naar een verband tussen de leeftijd van de rode bloedcel en het ontstaan van TRALI is beperkt. Tot op heden laten alle preklinische studies zien dat oudere bloedproducten TRALI kunnen opwekken als de 1e stap al heeft plaatsgevonden. Klinische studies naar de rol van de opslagduur van celbevattende bloedproducten bij het optreden van TRALI laten tegenstrijdige resultaten zien. Er zitten beperkingen aan deze studies door hun retrospectieve opzet. Op dit moment is er onvoldoende bewijs om de opslagduur van celbevattende bloedproducten te verkorten. Gerandomiseerde studies die thans worden uitgevoerd zullen meer duidelijkheid moeten geven over de rol van opslagduur van celbevattende bloedproducten bij het optreden van TRALI. 31 Symptomen van TRALI Bij deze transfusiereactie staan respiratoire symptomen op de voorgrond: dyspneu, tachypneu en desaturatie. Ook koorts kan hierbij optreden. Een voorbijgaande leukopenie past eveneens bij TRALI, maar afgezien daarvan geven de uitslagen van laboratoriumonderzoek geen uitsluitsel over de diagnose. Voor een overzicht van de klinische symptomen verwijzen we naar een eerder in dit tijdschrift verschenen casuïstische mededeling. 32 Behandeling en rapportage Behandeling Er is geen specifieke therapie voor TRALI. De behandeling is met name gericht op respiratoire ondersteuning. Omdat TRALI een onderdeel is van het spectrum dat acute longschade en acute respiratory distress syndrome omvat, lijkt het aannemelijk dat therapieën voor acute longschade ook bij TRALI van waarde zijn. 33 Er zijn enkele effectieve maatregelen die acute longschade reduceren, zoals mechanische beademing met kleine ademteugen. 34 Handhaven van een restrictief vochtbeleid is effectief gebleken bij het verminderen van het aantal beademingsdagen van patiënten met acute longschade. Of beschermende beademing en vochtbeperking ook effectief zijn bij patiënten met TRALI is niet bekend. Recente studies laten zien dat acetylsalicylzuur een kandidaat is voor therapeutische interventie bij TRALI. 35,36 Acetylsalicylzuur grijpt in op de interactie tussen neutrofiele granulocyten en trombocyten, die centraal staat in het ontstaan van TRALI. Deze bevindingen moeten nog worden bevestigd met een prospectieve studie voordat acetylsalicylzuur als medicatie bij TRALI kan worden aanbevolen. Rapportage aan de bloedbank Elke patiënt bij wie binnen 6 uur na een transfusie acute longschade optreedt, ongeacht de aanwezigheid van risicofactoren voor acute longschade, dient beschouwd te worden als een patiënt met TRALI; de reactie moet worden gemeld bij het transfusielaboratorium binnen het ziekenhuis. 37 Adequate rapportage kan toekomstige gevallen van TRALI voorkomen en draagt bij aan begrip van de pathogenese van TRALI. In de praktijk is onderrapportage van meer dan 90% gevonden. 8 Uit een enquête onder Nederlandse professionals die betrokken waren bij de rapportage van TRALI (hematologen, intensivecare-artsen, hemovigilantiemedewerkers en medewerkers van bloedbanken) bleek dat het onduidelijk is dat ook mogelijke TRALI gemeld dient te worden. Als een patiënt sepsis heeft, wordt vaak afgezien van de 4 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524
5 rapportage van TRALI. Mogelijk is de veronderstelling dat het onderliggende lijden van de patiënt en niet de bloedtransfusie de oorzaak is van de acute longschade. Het recente onderzoek naar risicofactoren voor TRALI laat echter juist het tegenovergestelde zien. Sepsis wordt in meerdere studies als risicofactor voor TRALI genoemd. Het feit dat TRALI geen diagnose per exclusionem is, blijkt uit een recente casusbeschrijving waarin een patiënt met onder andere sepsis TRALI ontwikkelde. De casus illustreert dat het onmogelijk is om aan de hand van het onderliggende lijden van de patiënt een TRALIreactie uit te sluiten. 38 TRALI is een klinische diagnose; de diagnostiek, inclusief laboratoriumbepalingen, is alleen gericht op het aantonen van antistofgemedieerde TRALI. De bloedbank kan het bloed van de patiënt met TRALI en van de donor of donoren onderzoeken op antistoffen tegen HLA-klasse I en II en tegen HNA. Leukocytreactieve antistoffen worden echter lang niet in alle gevallen van TRALI gevonden en niet iedere donor met antistoffen veroorzaakt een TRALI. 23 Deze antistoffen zijn niet bewijzend voor een TRALI en derhalve ongeschikt om de diagnose op te stellen. Wel kan de diagnostiek gebruikt worden om toekomstige TRALI-gevallen te voorkómen. Veel moeilijker is het aantonen van niet-immuungemedieerde TRALI, bijvoorbeeld door pro-inflammatoire stoffen in het donorbloed. Omdat laboratoriumdiagnostiek gemiddeld enkele maanden in beslag neemt, is het onderzoek op antistoffen ongeschikt als klinisch-diagnostische leidraad. Tot op heden is TRALI dus een klinische diagnose. Preventie Minder transfusie TRALI kan voorkómen worden door patiënten niet bloot te stellen aan transfusies. Een restrictief beleid in de transfusie van rode bloedcellen is niet nadelig voor ICpatiënten. 39 Richtlijnen voor transfusies van rode bloedcellen worden echter lang niet altijd geïmplementeerd. Minder consensus bestaat over transfusie van plasma en bloedplaatjes bij patiënten met een coagulopathie. Op dit moment vindt prospectief vergelijkend onderzoek plaats naar een liberaal versus een restrictief plasmatransfusiebeleid. 40 Leerpunten transfusiegerelateerde acute longschade (TRALI) kan ontstaan door 2 mechanismen: door antistoffen tegen humaan leukocytenantigeen (HLA) en humaan neutrofielenantigeen in het donorbloed, en door transfusie van langdurig opgeslagen celbevattende bloedproducten. TRALI is de belangrijkste oorzaak van transfusiegerelateerde sterfte. Patiënten op de IC hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van TRALI. Ook sepsis is een risicofactor voor het optreden van TRALI. Door het uitsluiten van vrouwelijke donoren voor donatie van plasmaproducten is de incidentie van TRALI afgenomen. Exclusie hoogrisicodonoren In Nederland was tot voor kort maar één maatregel om TRALI te voorkomen, namelijk het uitsluiten van donoren die ooit betrokken waren bij een geval van TRALI waarbij leukocytreactieve antistoffen werden aangetroffen die incompatibel waren met de leukocyten van de TRALI-patiënt. Als bij een donor geen antistoffen aangetoond worden of als er geen bewezen incompatibiliteit is met de ontvanger, mag de donor bloed blijven geven. Als een dergelijke donor een 2e keer betrokken is bij een TRALI-melding, volgt alsnog uitsluiting. Op 1 oktober 2006 heeft Sanquin Bloedvoorziening een voorzorgsmaatregel op nationaal niveau ingevoerd om de veiligheid van bloedtransfusies te verhogen. Alleen plasma afkomstig van mannen die zelf nog nooit een bloedtransfusie hebben ontvangen, wordt nog gebruikt voor het maken van plasmaproducten. Bij deze voorzorgsmaatregel wordt verondersteld dat leukocytreactieve antistoffen in het donorbloed de veroorzaker zijn van TRALI. Deze antistoffen worden voornamelijk gevormd tijdens de zwangerschap of door een bloedtransfusie. Door het uitsluiten van alle vrouwelijke donoren en van mannen met een bloedtransfusie in de voorgeschiedenis is het aantal bloedproducten dat leukocytreactieve antistoffen bevat verminderd en het aantal TRALI-gevallen gemiddeld met een derde tot twee derde afgenomen Recent is men ook gestart met het uitsluiten van vrouwelijke donoren voor trombocytenproducten. Aannemelijk is dat hiermee eenzelfde resultaat wordt bereikt. Plasmapooling In plaats van het uitsluiten van donoren met anti-hlaof -HNA-antistoffen is het mogelijk om plasma in pools van 300 donoren of meer te mengen, waardoor de concentratie van eventuele antistoffen onder de detectiegrens komt. 44,45 Naast dilutie worden antistoffen inactief doordat ze binden met antigenen in de plasmapool. In landen waar solvent-detergent -behandeld plasma (zie uitlegkader) is geïntroduceerd, is er geen melding meer geweest van TRALI na een plasmatransfusie. Men kan zich wel afvragen of het blootstellen van patiënten aan NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524 5
6 300 verschillende donoren per transfusie wenselijk is. Deze zorg werd actueel in toen het Jacob-Creutzfeldtsyndroom in opmars kwam. Het gevaar dat prionen door middel van bloedtransfusie de ziekte zouden overdragen, werd groter door pooling van meerdere donoren. Nu een prionenfilter wordt toegepast bij de bereiding van bloedproducten zou dit gevaar geweken moeten zijn. 46 Conclusie Transfusiegerelateerde acute longschade (TRALI) is een ernstige complicatie van een bloedtransfusie. Recente preventieve maatregelen, waaronder het uitsluiten van hoogrisicodonoren voor donatie van plasma en bloedplaatjes, hebben geleid tot een afname in de incidentie van TRALI. Tot op heden bestaat er geen behandeling voor dit levensbedreigende syndroom. Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld. Aanvaard op 12 december 2012 Citeer als: Ned Tijdschr Geneeskd. 2013;157:A5524 > Kijk ook op Literatuur 1 Popovsky MA. Transfusion and lung injury. Transfus Clin Biol. 2001;8: Williamson LM, Lowe S, Love EM, et al. Serious hazards of transfusion (SHOT) initiative: analysis of the first two annual reports. BMJ. 1999;319: Goldman M, Webert KE, Arnold DM, Freedman J, Hannon J, Blajchman MA. Proceedings of a consensus conference: towards an understanding of TRALI. Transfus Med Rev. 2005;19: Toy P, Popovsky MA, Abraham E, et al. Transfusion-related acute lung injury: definition and review. Crit Care Med. 2005;33: Bernard GR, Artigas A, Brigham KL, et al. The American-European Consensus Conference on ARDS. Definitions, mechanisms, relevant outcomes, and clinical trial coordination. Am J Respir Crit Care Med. 1994;149(3 Pt 1): Vlaar AP, Schultz MJ, Juffermans NP. Transfusion-related acute lung injury: a change of perspective. Neth J Med. 2009;67: Gajic O, Rana R, Winters JL, et al. Transfusion-related acute lung injury in the critically ill: prospective nested case-control study. Am J Respir Crit Care Med. 2007;176: Vlaar AP, Binnekade JM, Prins D, et al. Risk factors and outcome of transfusion-related acute lung injury in the critically ill: A nested casecontrol study. Crit Care Med. 2010;38: Vlaar AP, Hofstra JJ, Determann RM, et al. The incidence, risk factors, and outcome of transfusion-related acute lung injury in a cohort of cardiac surgery patients: a prospective nested case-control study. Blood. 2011;117: Benson AB, Austin GL, Berg M, et al. Transfusion-related acute lung injury in ICU patients admitted with gastrointestinal bleeding. Intensive Care Med. 2010;36: Kleinman S, Caulfield T, Chan P, et al. Toward an understanding of transfusion-related acute lung injury: statement of a consensus panel. Transfusion. 2004;44: Silliman CC. The two-event model of transfusion-related acute lung injury. Crit Care Med. 2006;34(Suppl):S Vlaar AP, Wolthuis EK, Hofstra JJ, et al. Mechanical ventilation aggravates transfusion-related acute lung injury induced by MHC-I class antibodies. Intensive Care Med. 2010;36: Vlaar AP, Hofstra JJ, Levi M, et al. Supernatant of aged erythrocytes causes lung inflammation and coagulopathy in a two-hit in vivo syngeneic transfusion model. Anesthesiology. 2010;113: Vlaar AP, Hofstra JJ, Kulik W, et al. Supernatant of stored platelets causes lung inflammation and coagulopathy in a novel in vivo transfusion model. Blood. 2010;116: Vlaar AP, Hofstra JJ, Determann RM, et al. Transfusion-related acute lung injury in cardiac surgery patients is characterized by pulmonary inflammation and coagulopathy: A prospective nested case-control study. Crit Care Med. 2012;40: Popovsky MA, Abel MD, Moore SB. Transfusion-related acute lung injury associated with passive transfer of antileukocyte antibodies. Am Rev Respir Dis. 1983;128: Kopko PM, Paglieroni TG, Popovsky MA, Muto KN, MacKenzie MR, Holland PV. TRALI: correlation of antigen-antibody and monocyte activation in donor-recipient pairs. Transfusion. 2003;43: Toy P, Gajic O, Bacchetti P, et al. Transfusion related acute lung injury: incidence and risk factors. Blood. 2012;119: Densmore TL, Goodnough LT, Ali S, Dynis M, Chaplin H. Prevalence of HLA sensitization in female apheresis donors. Transfusion. 1999;39: Bux J. Transfusion-related acute lung injury (TRALI): a serious adverse event of blood transfusion. Vox Sang. 2005;89: Bux J, Sachs UJ. The pathogenesis of transfusion-related acute lung injury (TRALI). Br J Haematol. 2007;136: Nicolle AL, Chapman CE, Carter V, Wallis JP. Transfusion-related acute lung injury caused by two donors with anti-human leucocyte antigen class II antibodies: a look-back investigation. Transfus Med. 2004;14: Vlaar AP, Straat M, Juffermans NP. The relation between aged blood products and onset of transfusion-related acute lung injury. A review of pre-clinical data. Clin Lab. 2011;57: Silliman CC, Paterson AJ, Dickey WO, et al. The association of biologically active lipids with the development of transfusion-related acute lung injury: a retrospective study. Transfusion. 1997;37: Silliman CC, Voelkel NF, Allard JD, et al. Plasma and lipids from stored packed red blood cells cause acute lung injury in an animal model. J Clin Invest. 1998;101: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524
7 27 Silliman CC, Bjornsen AJ, Wyman TH, et al. Plasma and lipids from stored platelets cause acute lung injury in an animal model. Transfusion. 2003;43: Silliman CC, Clay KL, Thurman GW, Johnson CA, Ambruso DR. Partial characterization of lipids that develop during the routine storage of blood and prime the neutrophil NADPH oxidase. J Lab Clin Med. 1994;124: Maślanka K, Smolenska-Sym G, Michur H, Wrobel A, Lachert E, Brojer E. Lysophosphatidylcholines: bioactive lipids generated during storage of blood components. Arch Immunol Ther Exp (Warsz). 2012;60: Vlaar AP, Kulik W, Nieuwland R, et al. Accumulation of bioactive lipids during storage of blood products is not cell but plasma derived and temperature dependent. Transfusion. 2011;51: Ho J, Sibbald WJ, Chin-Yee IH. Effects of storage on efficacy of red cell transfusion: when is it not safe? Crit Care Med. 2003;31(Suppl):S Kessels LW, Visser OJ. Acute kortademigheid na transfusie van plasmabevattende bloedproducten. Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149: Dry SM, Bechard KM, Milford EL, Churchill WH, Benjamin RJ. The pathology of transfusion-related acute lung injury. Am J Clin Pathol. 1999;112: Ventilation with lower tidal volumes as compared with traditional tidal volumes for acute lung injury and the acute respiratory distress syndrome. The Acute Respiratory Distress Syndrome Network. N Engl J Med. 2000;342: Kor DJ, Erlich J, Gong MN, et al. Association of prehospitalization aspirin therapy and acute lung injury: results of a multicenter international observational study of at-risk patients. Crit Care Med. 2011;39: Looney MR, Nguyen JX, Hu Y, Van Ziffle JA, Lowell CA, Matthay MA. Platelet depletion and aspirin treatment protect mice in a two-event model of transfusion-related acute lung injury. J Clin Invest. 2009;119: Vlaar AP, Wortel K, Binnekade JM, et al. The practice of reporting transfusion-related acute lung injury: a national survey among clinical and preclinical disciplines. Transfusion. 2010;50: Vlaar AP, Porcelijn L, van Rooijen-Schreurs IH, Lardy NM, Kersten MJ, Juffermans NP. The divergent clinical presentations of transfusion-related acute lung injury illustrated by two case reports. Med Sci Monit. 2010;16:CS Hébert PC, Wells G, Blajchman MA, et al. A multicenter, randomized, controlled clinical trial of transfusion requirements in critical care. Transfusion Requirements in Critical Care Investigators, Canadian Critical Care Trials Group. N Engl J Med. 1999;340: Müller MC, de Jonge E, Arbous MS, et al. Transfusion of fresh frozen plasma in non-bleeding ICU patients -TOPIC TRIAL: study protocol for a randomized controlled trial. Trials. 2011;12: Van Stein D, Beckers EA, Sintnicolaas K, et al. Transfusion-related acute lung injury reports in the Netherlands: an observational study. Transfusion. 2010;50: Vlaar AP, Binnekade JM, Schultz MJ, Juffermans NP, Koopman MM. Preventing TRALI: ladies first, what follows? Crit Care Med. 2008;36: Wiersum-Osselton JC, Middelburg RA, Beckers EA, et al. Male-only fresh-frozen plasma for transfusion-related acute lung injury prevention: before-and-after comparative cohort study. Transfusion. 2011;51: Sachs UJ, Kauschat D, Bein G. White blood cell-reactive antibodies are undetectable in solvent/detergent plasma. Transfusion. 2005;45: Sinnott P, Bodger S, Gupta A, Brophy M. Presence of HLA antibodies in single-donor-derived fresh frozen plasma compared with pooled, solvent detergent-treated plasma (Octaplas). Eur J Immunogenet. 2004;31: Neisser-Svae A, Bailey A, Gregori L, et al. Prion removal effect of a specific affinity ligand introduced into the manufacturing process of the pharmaceutical quality solvent/detergent (S/D)-treated plasma OctaplasLG. Vox Sang. 2009;97: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2013;157: A5524 7
NIET-POLAIRE LIPIDEN EN TRALI NVB-TRIP Symposium Transfusiegeneeskunde 2016 Drs. Anna-Linda Peters arts-onderzoeker Academisch Medisch Centrum
NIET-POLAIRE LIPIDEN EN TRALI NVB-TRIP Symposium Transfusiegeneeskunde 2016 Drs. Anna-Linda Peters arts-onderzoeker Academisch Medisch Centrum Amsterdam DISCLOSURES Onderzoeksbeurs: NWO-VENI Beurs ACHTERGROND
Nadere informatieTransfusion related acute lung injury (TRALI)
Transfusion related acute lung injury (TRALI) MDO bespreking 3 september 2014 Michelle Oude Alink TRALI Op intensive care regelmatig bloedproducten Risico op transfusion related lung injury bij bloedproducten
Nadere informatieTRALI. Transfusion Related Acute Lung Injury. L. Porcelijn 12 11 2009
TRALI Transfusion Related Acute Lung Injury Definitie TRALI Incidentie Kliniek Fysiologie/Pathologie Diagnose Preventie Definitie Acute Lung Injury (ALI) Acuut begin Hypoxemie: PaO2/FIO2 < 300 mm Hg of
Nadere informatieSamenvatting. Inleiding
(TRALI) Auteurs Trefwoorden D. van Stein en P.A.W. te Boekhorst leukocytreactieve antistoffen, transfusiereactie, transfusion-related acute lung injury (TRALI) Samenvatting ( transfusion-related acute
Nadere informatieTransfusion-related acute lung injury in the critically ill: a translational approach Vlaar, A.P.J.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Transfusion-related acute lung injury in the critically ill: a translational approach Vlaar, A.P.J. Link to publication Citation for published version (APA): Vlaar,
Nadere informatieEvaluatie van de HLA- en HNA-antistofscreening in donors betrokken bij (mogelijke) TRALI
Evaluatie van de HLA- en HNA-antistofscreening in donors betrokken bij (mogelijke) TRALI Claudia Weller Transfusiearts in opleiding Unit Transfusiegeneeskunde 19 mei 2017 1 No disclosures 19 mei 2017 2
Nadere informatieOmniplasma. Marian van Kraaij hematoloog-transfusiespecialist Unitdirecteur KCD/ Medische Zaken Sanquin
Omniplasma Marian van Kraaij hematoloog-transfusiespecialist Unitdirecteur KCD/ Medische Zaken Sanquin Solvent detergent plasma eerder in het assortiment van Sanquin (ESDEP) opnieuw vraag naar SD plasma:
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
NEDERLANDSE SAMENVATTING 146 Klinische en immunologische aspecten van pretransplantatie bloedtransfusies Inleiding Bloedtransfusies worden in de meeste gevallen gegeven aan patiënten die een tekort hebben
Nadere informatiePneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden. Teske Schoffelen, arts-assistent IC
Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden Teske Schoffelen, arts-assistent IC 28-02-2019 Casus Vrouw, 67 jaar Presentatie Koorts, niet-productieve hoest, dyspnoe Acuut hypoxisch
Nadere informatieIdentieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden
Identieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden Marian van Kraaij Unitdirecteur Transfusiegeneeskunde Sanquin Bloedbank Compatibel/ incompatibel / identiek transfunderen
Nadere informatieInvasieve beademing bij longfibrose. Liselotte Boerman, ANIOS
Invasieve beademing bij longfibrose Liselotte Boerman, ANIOS Casus Man, 82 jaar, Opname ivm respiratoire insufficiëntie, DD: 1. Acute exacerbatie Idiopathische Pulmonale Fibrose (IPF) 2. overvulling cardiaal
Nadere informatieDialyse dosis en tijdstip starten CRRT: onderzoekspresentatie. Petra de Vries Renal Practitioner i.o. Erasmus MC Rotterdam
Dialyse dosis en tijdstip starten CRRT: onderzoekspresentatie Petra de Vries Renal Practitioner i.o. Erasmus MC Rotterdam 13-5-2009 Inhoud presentatie Inleiding Aanleiding onderzoek Doelstelling en onderzoeksvragen
Nadere informatieProtocol massale bloedtransfusie op de SEH
Spoedeisende hulp Protocol massale bloedtransfusie op de SEH J.Rebel, 9/9/2013 OLVG Oosterpark 9 1091AC Amsterdam T (020) 5999111 F (020)5992996 Jasper_rebel@hotmail.com www.olvg.nl Doel: Beschrijving
Nadere informatieChapter 10. Summary/Samenvatting
Chapter 10 Summary/Samenvatting 166 Chapter 10 SUMMARY Worldwide more than 800.000 patients undergo cardiac surgery annually, in the Netherlands this regards 1 of 1.000 inhibitants. To compensate blood
Nadere informatieBloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten F0892-2130 september 2012 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam 070 357
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch laboratorium Een bloedtransfusie wordt door uw arts voorgeschreven. Dit gebeurt met uw toestemming, tenzij er sprake is van een acute levensbedreigende
Nadere informatieInhoud Wat is een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans is dat u bloed toegediend moet krijgen: bloedtransfusie. Of u krijgt binnenkort een bloedtransfusie vanwege bloedarmoede.
Nadere informatieEen donatie met een staartje
Een donatie met een staartje Jaap van Hellemond Dept. Medische Microbiologie & Infectieziekten Erasmus MC & Havenziekenhuis Rotterdam Met medewerking van en dank aan Havenziekenhuis, Rotterdam Emmaline
Nadere informatieNationale Intensive Care Evaluatie,
Nationale Intensive Care Evaluatie, Dave A. Dongelmans Voorzitter Stichting NICE Bestuurslid NVIC Anesthesioloog-Intensivist AMC Adviseur stichting 113-online suïcide preventie Wat doet NICE Start 1996
Nadere informatieExperimental strategies directed at inflammation and coagulation in ARDS and TRALI Tuinman, P.R.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Experimental strategies directed at inflammation and coagulation in ARDS and TRALI Tuinman, P.R. Link to publication Citation for published version (APA): Tuinman,
Nadere informatieVergelijking vers bevroren plasma en solvent/detergent gepoold plasma op basis van klinische gebruik, effectiviteit, en veiligheid in Nederland Ir.
Vergelijking vers bevroren plasma en solvent/detergent gepoold plasma op basis van klinische gebruik, effectiviteit, en veiligheid in Nederland Ir. Nicholas Saadah PhD student LUMC/Sanquin CCTR/TRIP Indicaties
Nadere informatieBloedtransfusie. Klinisch Chemisch Laboratorium
Bloedtransfusie Klinisch Chemisch Laboratorium Binnenkort ondergaat u een behandeling, waarbij de kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). Ieder jaar ontvangen zo'n 300.000
Nadere informatieMeta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst
Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst Intensivist/cardioloog @iccvanderhorst Conflict of interest Perner A, Laake J, van der Horst ICC. Innovation and safety in critical care: should
Nadere informatieSteven Vanderschueren Algemene Inwendige Geneeskunde UZ Leuven
Steven Vanderschueren Algemene Inwendige Geneeskunde UZ Leuven Electieve allogene rbc-transfusies Voordelen vs nadelen van transfusie Is transfusie voordelig? Is anemie nadelig? Over- versus ondertransfusie
Nadere informatieSoms is het nodig om bij een bloedtransfusie rode bloedcellen, plasma én bloedplaatjes te geven.
Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over een
Nadere informatieBloedtransfusie. Inleiding. Waarom een bloedtransfusie?
Bloedtransfusie Inleiding U ondergaat binnenkort een behandeling in VieCuri Medisch Centrum. Hierbij bestaat de kans dat u bloed toegediend moet krijgen: dit heet bloedtransfusie. In deze brochure vindt
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch laboratorium In deze folder vindt u informatie over een bloedtransfusie. Een bloedtransfusie schrijft uw arts voor als dat voor de behandeling noodzakelijk
Nadere informatiePost Transfusie Purpura
Post Transfusie Purpura Leendert Porcelijn Immunohematologie Diagnostiek Trombocyten/Leukocyten Serologie 19 mei 2017 1 19 mei 2017 2 Serum van mevrouw Zw in Plaatjes ImmunoFluorescentie Test (PIFT) met
Nadere informatiePerifere zenuw blokkade bij een patiënt at risk voor compartiment syndroom? Lucie van Genugten 3 e jaars AIOS Anesthesiologie 7 November 2014
Perifere zenuw blokkade bij een patiënt at risk voor compartiment syndroom? Lucie van Genugten 3 e jaars AIOS Anesthesiologie 7 November 2014 Vraag Maskeert een perifere zenuwblokkade het optreden van
Nadere informatieAlcohol misbruik Consequenties voor IC. Roger van Groenendael
Alcohol misbruik Consequenties voor IC Roger van Groenendael à Meerdere MC/IC patiënten met alcohol abusus in VG à Belang voor IC opname? Omvang Meest gebruikte en misbruikte drug wereldwijd NL getallen:
Nadere informatieVereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde
Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde SHELLEY METSELAAR AIOS SOZG Achtergrond Incidentie - 5-11 per 1000 per jaar 1 Diagnose - Combinatie kliniek, lab, X-thorax Sensitiviteit X-thorax 2 - Pneumonie +/-
Nadere informatieVan sepsis tot orgaanfalen
Van sepsis tot orgaanfalen Hoe een infectie uit de hand kan lopen in neutropene patiënten 21 januari 2015 J.C. Regelink, internist hematoloog 4 th Nursing Symposoim Inhoud Historie Begrippen Sepis en orgaanfalen
Nadere informatieNaam richtlijn Erytrocytentransfusie op de Intensive Care bij niet-bloedende euvolemische patiënten
Naam richtlijn Erytrocytentransfusie op de Intensive Care bij niet-bloedende euvolemische patiënten Type richtlijn Preventie/behandeling Trefwoorden Erytrocytenconcentraat, packed cells, anemie Toepassingsgebied
Nadere informatieDe hematologie patiënt op de IC. Mirelle Koeman, internist-intensivist
De hematologie patiënt op de IC. Mirelle Koeman, internist-intensivist 3 juli 2013 Inhoud. Hoe het was. En nu? Complicaties Klinisch vraagstuk Wat gebeurt er? Rol van vroege NIV Hoe doen wij het? Conclusie
Nadere informatieDe onderdelen van het bloed.
Bloedtransfusie Universitair Medisch Centrum Groningen Bij de behandeling die u of uw kind binnenkort ondergaat kan de toediening van bloed nodig zijn. In deze folder wordt uitgelegd welke bloedproducten
Nadere informatieSamenvatting - kennis van plasma transfusiereacties
units transfused SD plasma - data from meta analysis (a) and ISTARE analysis (b). Note both axes are log-scaled. Samenvatting - kennis van plasma transfusie reacties (a) D ata from m eta-analysis I 2 =
Nadere informatieKlinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven
Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven Geen (potentiële) belangenverstrengeling Azacitidine, een gekke oorzaak van crazy paving M. Roeven; M. Cruijsen; W. van der Velden, Casus
Nadere informatieBloedtransfusie. Dr. Peter A.W. te Boekhorst
Bloedtransfusie Dr. Peter A.W. te Boekhorst Disclosure belangen Peter A.W. te Boekhorst (potentiële) belangenverstrengelingen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld
Nadere informatiePROTON II. Waarom en hoe transfunderen wij in Nederland? Dr. Rianne Koopman, internist Manager KCD, Sanquin Bloedbank
PROTON II Waarom en hoe transfunderen wij in Nederland? Dr. Rianne Koopman, internist Manager KCD, Sanquin Bloedbank Opzet presentatie Achtergrond PROTON I (PROfiles of TransfusiON recipients) Studie PROTON
Nadere informatieTeugvolume op de IC. PC vs. PRVC. Ingrid van der Meulen Ventilation Practitioner i.o. 15 december 2017
Teugvolume op de IC PC vs. PRVC Ingrid van der Meulen Ventilation Practitioner i.o. 15 december 2017 1 Inhoud Inleiding Aanleiding Probleem-, doel- en vraagstelling Methode en resultaten Discussie, conclusie
Nadere informatieInfobrochure. Bloedtransfusie. mensen zorgen voor mensen
Infobrochure Bloedtransfusie mensen zorgen voor mensen 2 Waaruit bestaat bloed? Bloed bestaat voor ongeveer 55% uit een gele vloeistof: plasma. De andere 45% zijn verschillende soorten bloedcellen: Rode
Nadere informatieDankwoord. Rutger A. Middelburg
Dankwoord Rutger A. Middelburg Dankwoord Graag wil ik hierbij iedereen bedanken die direct of indirect aan dit onderzoek heeft bijgedragen, zoals alle artsen die TRALI-gevallen gemeld hebben, de vele
Nadere informatieBloedtransfusie ALGEMEEN. Toedienen van bloedproducten
ALGEMEEN Bloedtransfusie Toedienen van bloedproducten Bij een bloedtransfusie worden bloed of bloedproducten via een infuus toegediend. Indien het voor uw behandeling noodzakelijk is, schrijft uw behandelend
Nadere informatiePRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten
PRO De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten Prof. dr. Saskia Middeldorp, internist Afdeling Vasculaire Geneeskunde Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Wat zegt de NHG standaard
Nadere informatieBloedtransfusie Informatie voor patiënten
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten volwassenen Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder
Nadere informatieFysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten
Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten 5 april 2017 Sarcoïdose ontsporing afweersyteem ophoping afweercellen: granulomen overal in lichaam: longen, lymfesysteem, huid,
Nadere informatiehoofdstuk 2 Hoofdstuk 3
In Nederland ontvangen jaarlijks vele mensen een bloedtransfusie. De rode bloedcellen (RBCs) worden toegediend om bloedarmoede, veroorzaakt door ernstig bloedverlies of een probleem in de bloedaanmaak,
Nadere informatieTrombocytentransfusies bij kinderen. 11 de Pediatrisch Transfusiesymposium 14 september 2011 Annemieke Willemze
Trombocytentransfusies bij kinderen 11 de Pediatrisch Transfusiesymposium 14 september 2011 Annemieke Willemze Inhoud Trombocytopenie en bloeden Trombocytentransfusietriggers Verschillende trombocytenconcentraten
Nadere informatieStaken van de behandeling op de IC wat zegt literatuur? Jacqueline Wallage AIOS Anesthesiologie 26 juli 2017
Staken van de behandeling op de IC wat zegt literatuur? Jacqueline Wallage AIOS Anesthesiologie 26 juli 2017 Inleiding Tegenwoordig overlijden patienten op de IC nadat wij besluiten met behandelen te staken
Nadere informatieWaarom een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieOverige aanvraagpaden HILA
1. ZWANGERSCHAP- EN TRANSFUSIE-GERELATEERDE PATHOLOGIE... 2 1.1. Alloimmune neonatale neutropenie (staalname bij moeder) (9535/M_035)... 2 1.2. Chronische neutropenie (staalname bij patiënt) (9536/M_0351)...
Nadere informatieBloedtransfusie patiënten van 12-16 jaar
Bloedtransfusie patiënten van 12-16 jaar Bloedtransfusie patiënten 12-16 jaar Jij krijgt een bloedtransfusie. In deze folder leggen we uit wat een bloedtranfusie is en waarom je de transfusie krijgt.
Nadere informatieConsortium Transfusiegeneeskundig Onderzoek: Najaarssymposium 2016
Consortium Transfusiegeneeskundig Onderzoek: Najaarssymposium 2016 Samenwerken in het optimaliseren van de bloedtransfusieketen Deel II: Ontwikkelen van nieuw transfusie gerelateerd onderzoek Dr. Erik
Nadere informatieColistine verneveling bij ventilator-associated pneumonia. Guido Bastiaens, MD PhD AIOS Medische Microbiologie
Colistine verneveling bij ventilator-associated pneumonia Guido Bastiaens, MD PhD AIOS Medische Microbiologie Casus Man, 26 jaar Voorgeschiedenis 2016 diagnose Ewing sarcoom met metastasen in bekken, ribben
Nadere informatieTransfusiegerelateerde acute longbeschadiging:
Transfusiegerelateerde acute longbeschadiging: de adembenemende zijde van bloed Auteurs Trefwoorden R. Komdeur, J. Slomp, B.S. Hylkema en W.M. Smit antileukocytenantilichamen, biologisch actieve lipiden,
Nadere informatieBloedtransfusie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Bloedtransfusie U heeft met uw arts afgesproken dat u een bloedtransfusie krijgt. Of u ondergaat binnenkort een behandeling of ingreep waarbij u misschien extra bloed toegediend moet krijgen. In deze folder
Nadere informatieDe verschillende alternatieven voor quarantaine FFP
De verschillende alternatieven voor quarantaine FFP Auteurs Trefwoorden K. Spijker, J.C. Wiersum-Osselton, M. R. Schipperus allergische transfusiereactie, amotosalen, anafylactische reactie, methyleenblauw,
Nadere informatieRoutinematige controle leucocytenaantal bij thyreostatica. Madelon de Rooij 5 augustus 2014
Routinematige controle leucocytenaantal bij thyreostatica Madelon de Rooij 5 augustus 2014 PICO P: patient behandeld met thioureumderivaat (thiamazol, carbimazol of PTU) vanwege hyperthyreoidie I: routinematige
Nadere informatieSamenvatting voor niet-ingewijden
12 Samenvatting voor niet-ingewijden 182 Chapter 12 Inleiding Het doel van deze samenvatting is om diegenen die niet met dit onderwerp vertrouwd zijn, kennis te laten nemen van de inhoud van dit proefschrift
Nadere informatieTeugvolume bij druk gecontroleerde beademing.wat is veilig? Harmen Middelkamp Ventilation Practitioner i.o. Intensive Care MCL Leeuwarden
Teugvolume bij druk gecontroleerde beademing.wat is veilig? Ventilation Practitioner i.o. Intensive Care MCL Leeuwarden Inhoud Presentatie Voorstellen aanleiding Doel en realisatie Conclusie en aanbevelingen
Nadere informatieBloedtransfusie Inleiding Waarom een bloedtransfusie?
Bloedtransfusie Inleiding Binnenkort zult u een behandeling ondergaan, waarbij er een kans bestaat dat u bloed moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieInfobrochure. Bloedtransfusie
Infobrochure Bloedtransfusie Geachte heer/mevrouw, Tijdens uw opname in het ziekenhuis kan uw arts het noodzakelijk vinden dat u een bloedtransfusie ondergaat. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een
Nadere informatieEry transfusies Hoe minder, hoe beter?
Ery transfusies Hoe minder, hoe beter? TRIP Symposium 29 november 2007 Cynthia So, internist Sanquin Bloedbank ZW Inhoud presentatie Waarom bloed besparen? Wat is er aan evidence? Lopende studies Waarom
Nadere informatieCasus. Judith Lie, hemovigilantiefunctionaris Erik Beckers, internist-hematoloog Kennisplatform ZO 04-04-2013
Casus Judith Lie, hemovigilantiefunctionaris Erik Beckers, internist-hematoloog Kennisplatform ZO 04-04-2013 Melding Transfusiereactie 09-11-2012 (vrij): vrouw 34 jaar Tijdens plasmaferese met FFP als
Nadere informatieInzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab) met bloedcompatibiliteitstesten
risico minimalisatie materiaal versie 2.0 19OKT2016 concentraat voor oplossing voor infusie Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Inzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab)
Nadere informatiePreventief cek-beleid bij transfusie aan vrouwen<45 jaar Zien we effect?
Preventief cek-beleid bij transfusie aan vrouwen
Nadere informatieDissectie van de A. carotis door een stomp trauma. Fanny Vuik Keuze Coassistent IC
Dissectie van de A. carotis door een stomp trauma Fanny Vuik Keuze Coassistent IC 17-09-2014 Inhoud. Casus Epidemiologie Indeling Pathofysiologie Kliniek Diagnostiek Therapie Conclusie Casus Man, 32 jaar.
Nadere informatieTrombocytentransfusie-refractaire patiënten
Trombocytentransfusie-refractaire patiënten Beleid vanuit perspectief kliniek en bloedbank Liesbeth Oosten Afdeling Immunohematologie & Bloedtransfusie, LUMC Cynthia So-Osman Unit Transfusie Geneeskunde,
Nadere informatieTweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op?
Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? 1 INHOUD PSIE programma Antistoffen Ontstaan en Risico Achtergrond Rhc-screening Doel Rhc-screening Evaluatiestudie Rhc-screening Opzet Inclusies
Nadere informatieREADER. Cursus Sepsis : herkennen en behandelen in de pre-hospitale setting
READER Cursus Sepsis : herkennen en behandelen in de pre-hospitale setting ACHTERGRONDINFORMATIE: PATHOFYSIOLOGIE Pro- inflammatoire en anti-inflammatoire respons Sepsis is de systemische respons van de
Nadere informatieBloedtransfusie bij kinderen
Kindergeneeskunde Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium Bloedtransfusie bij kinderen i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Bloedtransfusie bij kinderen Binnenkort ondergaat uw kind een
Nadere informatieH Bloedtransfusie
H.40081.0219 Bloedtransfusie 2 Inleiding Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie
Nadere informatieBloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Klinisch Chemisch Laboratorium
Bloedtransfusie Informatie voor patiënten Klinisch Chemisch Laboratorium Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie).
Nadere informatieK-immunisatie en zwangerschap
K-immunisatie en zwangerschap 1. immunisatie voorkomen door K-gematchte transfusie 2. nieuws over laboratoriummonitoring bij anti-k Jessie Luken, Sanquin Diagnostiek Yolentha Slootweg, Sanquin en LUMC
Nadere informatieLung-protective ventilation
Lung-protective ventilation Analyse van beademing met kleine teugvolumes tijdens standaardbehandeling op de intensive care van Gelre Apeldoorn Marleen Flim Ventilation Practitioner in opleiding Gelre Apeldoorn
Nadere informatieInformatie over een bloedtransfusie
Informatie over een bloedtransfusie Bij het tot stand komen van deze folder is gebruik gemaakt van de volgende folders: Bloedtransfusie voor patiënten - Stichting Sanquin Bloedvoorziening. Bloedtransfusie
Nadere informatieMeer of minder zuurstof?
Meer of minder zuurstof? Streefwaarden en toxiciteit Hendrik JF Helmerhorst Arts-onderzoeker Intensive Care AIOS Anesthesiologie Is a breath of fresh air worth it? 2 Achtergrond Geschiedenis Priestley,
Nadere informatieBijzondere bloedgroepen. Bloed geven voor de Sanquin Bank of Frozen Blood (SBFB)
Bijzondere bloedgroepen Bloed geven voor de Sanquin Bank of Frozen Blood (SBFB) Waarom krijgt u deze folder? Er is vastgesteld dat uw bloed een zeldzame bloedgroep heeft. Ook kan het zijn dat u antistoffen
Nadere informatieBloedtransfusie voor volwassen patiënten
Bloedtransfusie voor volwassen patiënten Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze
Nadere informatieWat doet u? Thuisbehandeling longembolie is nu al veilig. Start behandeling in het ziekenhuis. Na 1 dag naar huis. Na 2 dagen naar huis
Wat doet u? Thuisbehandeling longembolie is nu al veilig Start behandeling in het ziekenhuis Na 1 dag naar huis Na 2 dagen naar huis Na 5-7 dagen naar huis als de INR goed is Menno Huisman afdeling Interne
Nadere informatieBlood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen
Blood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen Marian van Kraaij Unitdirecteur Donorzaken en Transfusiegeneeskunde 8 februari 2018 1 8 februari 2018 2 8 februari
Nadere informatieRisicofactoren voor een delirium
3. Risicofactoren voor een delirium 3.1. VRAAGSTELLING In dit hoofdstuk heeft de werkgroep gezocht naar een antwoord op de volgende uitgangsvraag: Wat zijn de omstandigheden die de kans op het optreden
Nadere informatieBehandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC
Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire
Nadere informatieWanneer is een leven redden te duur? vv-ecmo on trial. dr Erwin J.O. Kompanje. Department of Intensive Care
Wanneer is een leven redden te duur? vv-ecmo on trial dr Erwin J.O. Kompanje Department of Intensive Care Vergoeding van behandelingen, pakketprincipes CVZ 1 Noodzaak * 2 Effectiviteit 3 Kosteneffectiviteit
Nadere informatiewww.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro De Ziekte Van Behçet Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? De diagnose is voornamelijk klinisch. Het kan een tot vijf jaar
Nadere informatieEen lange weg te gaan. Rob Hendriks Analist 1 Bloedtransfusie Orbis Medisch Centrum Sittard
Een lange weg te gaan Rob Hendriks Analist 1 Bloedtransfusie Orbis Medisch Centrum Sittard Patiënt - Myelodysplastisch syndroom (MDS), behandeling in de HOVON 89 studie. - Polytransfusee (wekelijks transfusie)
Nadere informatieTromboseprofylaxe bij niet-chirurgische gehospitaliseerde patiënten. Dr. Marieke J.H.A. Kruip Internist-hematoloog Erasmus MC
Tromboseprofylaxe bij niet-chirurgische gehospitaliseerde patiënten Dr. Marieke J.H.A. Kruip Internist-hematoloog Erasmus MC achtergrond veneuze trombose komt frequent voor Medisch jaarverslag FNT 2014
Nadere informatieMDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB
MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB B. J. Snel AIOS anesthesiologie Rowland MJ, Hadjipavlou G. Delayed cerebral ischemia after subarachnoid haemorrage: looking beyond vasospasm. Br J
Nadere informatieOverzicht van transfusiereacties bij patiënten tot 21 jaar in 2018
Overzicht van transfusiereacties bij patiënten tot 21 jaar in 2018 Joop Heijnen 1 J.C. Wiersum-Osselton 1, A.J.W. van Tilborgh-de Jong 1, E.J. Huisman 2, A.G. Bokhorst 1 1 TRIP Nationaal bureau voor hemo-
Nadere informatieLiteratuuronderzoek. Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten?
HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM Literatuuronderzoek Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten? Michelle Entius 500635128 LV13-3IKZ1 Stagebegeleiders: Anetha van Waveren Samantha Carrot Literatuuronderzoek Inhoudsopgave
Nadere informatieCRRT: when to start? when to stop? and how much?
CRRT: when to start? when to stop? and how much? Gerrie Cuperus, Renal Practitioner i.o. Antonius Ziekenhuis Sneek, mei 2009 Inhoud presentatie Korte introductie ziekenhuis Vraag- en doelstelling Het onderzoek
Nadere informatiePatiënteninformatie. Bloedtransfusie terTER_
Patiënteninformatie Bloedtransfusie 1234567890-terTER_ Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij er een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie).
Nadere informatieNiet-cardiogeen longoedeem bij chemotherapie voor acute myeloide leukemie. MDO IC Radboud UMC. N.Postma
Niet-cardiogeen longoedeem bij chemotherapie voor acute myeloide leukemie MDO IC Radboud UMC! N.Postma Casus Man, 1952! Diagnose AML - WBC 20 Start hydrea/rasburicase Casus IC opname bij dreigende respiratoire
Nadere informatieWaarom een bloedtransfusie
Bloedtransfusie Binnenkort ondergaat u een behandeling of ingreep, waarbij een kans bestaat dat u bloed toegediend moet krijgen (een bloedtransfusie). In deze folder vindt u informatie over bloedtransfusie.
Nadere informatieSamenvatting en Discussie
101 102 Pregnancy-related thrombosis and fetal loss in women with thrombophilia Samenvatting Zwangerschap en puerperium zijn onafhankelijke risicofactoren voor veneuze trombose. Veneuze trombose is een
Nadere informatieBloedtransfusie patiënten van 8-12 jaar
Bloedtransfusie patiënten van 8-12 jaar BLOEDTRANSFUSIE PATIENTEN 8-12 JAAR Jij krijgt een bloedtransfusie. In deze folder leggen we uit wat een bloedtransfusie is en waarom je de transfusie krijgt. Wat
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Chapter 14 Het doel van deze samenvatting is om de inhoud van dit proefschrift met als titel Determinanten van longpermeabiliteit tijdens sepsis en acute longbeschadiging weer
Nadere informatieErytrocytentransfusie: van literatuur naar praktijk.
Erytrocytentransfusie: van literatuur naar praktijk. Amerik de Mol Kinderarts-neonatoloog Albert Schweitzer ziekenhuis 1 e Symposium Regionale Neonatologie Inhoud Cochrane review Eén review, één richtlijn?
Nadere informatieBloedtransfusie Waarom een bloedtransfusie? Hoe veilig is een bloedtransfusie? Juiste match... 3
Bloedtransfusie Inhoudsopgave Bloedtransfusie... 1 Waarom een bloedtransfusie?... 1 Hoe veilig is een bloedtransfusie?... 2 Juiste match... 3 Bijwerkingen van de bloedtransfusie... 3 Kan ik een bloedtransfusie
Nadere informatie