Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 en 9

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 en 9"

Transcriptie

1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 en 9 Samenvatting door een scholier 1988 woorden 8 oktober 200 6, 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie Hoofdstuk 8,9,10 8. Het bankwezen en de vermogensmarkt 1. Het bankwezen Geldscheppende instellingen=banken die meer krediet verlenen dan zij in kas hebben. DNB&ECB houden daar toezicht op. Taken van banken: - Kredietverleningen - Aan- en verkoop vreemde valuta - (ver)kopen van aandelen, obligaties, pandbrieven etc. - Verzorging girale betalingen tussen rekeninghouders - Aantrekken van spaargelden - Verzekering en vakantiereizen Niet-geldscheppende instellingen=hypotheekbanken, hypothecaire geldlening met onroerend goed als onderpand. Ze komt oa aan geld door pandbrieven (waardepapieren met vaste rente die na bep looptijd worden afgelost). 2. Vermogensmarkt: De Geldmarkt Vermogensmarkt=vraag&aanbod van geld & krediet. Verdeeld in geldmarkt (korte termijn) & kapitaalmarkt (lange termijn). Banken zijn vragers en aanbieders op de geldmarkt alleen banken is geldmarkt in enge zin. Rekening-courantkrediet(rood staan). Schatkistpapier=schuldbekentenissen van de staat. Daggeldlening tussen banken kan per dag worden opgezegd. 3. De Kapitaalmarkt Aandeel=bewijs van deelname in bedrijf. Aandeelhouder is mede-eigenaar en krijgt een deel van de winst (dividenduitkering). Deel dat niet wordt uitgekeerd aan aandeelhouders heet reserves. Aandelenkoers stijgt als vraag stijgt tov aanbod. Bij faillissement zien aandeelhouders niets van hun geld terug, ze staan als laatste in de rij. Obligatie=stukje van een lening. Het heeft een nominale rente. De rente die je krijgt heet couponpercentage. Eigenlijk is het dus een soort spaarrekening. Meestal duren ze 5-30 jr. Er is sprake van een koers, je kan t kopen op de beurs. Boven pari betekent duurder dan nominale waarde. Beneden pari is dus goedkoper. Pagina 1 van 6

2 Onderhandse lening=geldlener en belegger hebben rechtstreekse leningovereenkomst. Hoe hoger het risico des te hoger de rente, risicopremie. Overheid betaalt altijd, betrouwbaar, dus lage rente. 4. Effectenbeurs Voorbeelden van beurzen zijn NYSE (newyork), Euronext Amsterdam. Banken en commissionairs in effecten (zijn lid van Vereniging voor Effectenhandel) hebben toegang tot de beurs. Alles gaat nu via de pc, giraal effectenverkeer. Je kan het beste je vermogen spreiden. Beleggingsfondsen=gebruiken geld van veel beleggers om te beleggen. Ze hebben meer geld en tijd, kunnen dus goed spreiden. Ze hebben zijn er ook in gespecialiseerd. Beleggingsfondsen en andere grote beleggers institutionele beleggers. Efficiënte markt=alle nieuwe informatie wordt direct in prijsvorming verwerkt, dat is zo bij kapitaalmarkt. Beurscrash, paniek door koersdaling. AeX-index=Belangrijkste index in A dam. 25 meest verhandelde aandelen horen daarbij. 5. Opties Calloptie=optie die het recht om iets te kopen voor een bepaalde prijs. Putoptie=optie die het recht geeft om iets te verkopen voor een bepaalde prijs. Opties verkopen= opties schrijven. 6. De Economische en monetaire Unie. ECB zorgt voor prijsstabiliteit. DNB houdt toezicht op financiële instellingen en bevordert betalingsverkeer. DNB is ook staatsbank, Rijk heeft rekening bij haar. Om lid te worden van EU moet je aan voorwaarden voldoen, Verdrag van Maastricht. Vervolgens moet een lid zich houden aan stabiliteitspact. Door lid te worden geeft het land wisselkoersbeleid en rentebeleid grotendeels uit handen.. ECB Taken DNB: Monetair beleid, toezicht op financiële instellingen en girale/chartale betalingsverkeer. Monetair beleid is nu taak van ESCB, DNB is daar lid van. ESCB bestaat uit ECB en centrale banken. Raad van bestuur van ECB is belangrijkste beslissingsorgaan. 6 directieleden van ECB en centrale bankpresidenten uit de EU-lidstaten. ECB zorgt voor prijsstabiliteit bij euro. 8. Monetair beleid In Eu door Europees Stelsel van Centrale Banken. Prijsstabiliteit. Stijging van minder dan 2% op jaarbasis. Ze let op groei van geldhoeveelheid. Meer dan normaal kan ze de rente verhogen, zodat het geld minder groeit en dus tot minder inflatie. ECB ontmoedigt inflatieverwachting ook. Verwachting dat er inflatie komt zorgt ook dat de prijzen al stijgen en dus extra inflatie. ECB houdt ook rekening met aantal macroeconomische en financiele marktvariabelen die inf geven over de toekomst van inflatie. Bij elke bank worden alle transacties op een dag opgeteld. Het nettobedrag betalen banken aan elkaar. Dat doen ze via een rekening bij ESCB, is dus bankier van de banken. Saldo van een bank bij ESCB varieert dus per dag. Er is grens aan rood staan daar en geen rente op een positief saldo. Men gaat dus bij te kort eerst lenen bij een andere bank. Des noods gaan ze bij ESCB lenen. Hierover moeten ze refi-rente betalen. Die wordt bepaald door Raad van Bestuur van ECB. Die rente wordt doorgerekend aan de klanten. Raad van Bestuur bepaalt ook de hoeveelheid liquiditeiten die bank mag verstekken. Hierdoor ontstaat structureel tekort. 9. Monetaire instrumentarium Instrumenten van ECB Pagina 2 van 6

3 - Reserveverplichtingen. Zorgen voor structureel tekort op geldmarkt. Kredietinstellingen moeten 2% voor een maand van bepaalde passivaposten van hun balans aan houden bij 1 van nationale centrale banken. Over deze reserve zit een rentevergoeding gelijk aan refi-rente. - Open markttransacties=voor sturen vd rente, beheersen van liquiditeitsverhouding en afgeven van signalen over koers van monetair beleid. Vb is herfinancieringtransacties=nemen grootste deel vd kredietverlening aan banken. Kredietinstellingen ontvangen liquiditeiten tegen afgifte onderpand. Rente die ze erover betalen is refi-rente. Fine-tuning-instrumenten wordt ingesprongen op onverwachte veranderingen in liquiditeitsverhoudingen. - Permanente faciliteiten=zeer kortlopende liquiditeiten te verschaffen/ontrekken en signaal afgeven. Lening van max 1 dag. Liquiditeitstekort kan instelling nar marginale beleningsfaciliteit. Daarover moeten ze Lombard-rente betalen, hoger dan refi-rente. Overschot kunnen ze gebruik maken van dopositofaciliteit. Rente hierover is depositorente, lager dan refi-rente. 10. Toezicht op bankwezen - bedrijfseconomisch toezicht. Liquiditeit= vermogen om leningen te doen aan rekeninghouders. Men kijkt naar kasgeld van de bank. Solvabiliteit=vermogen om eventuele niet terugbetaalde kredieten uit eigen middelen op te vangen. Als debiteuren rente&aflossing niet meer kunnen betalen. Genoeg eigenvermogen, uit reserves van de winst. Bank run=mensen twijfelen aan liquiditeit/solvabiliteit en vragen hun tegoed op. - structureel toezicht. Ongewenste machtsposities voorkomen. Te hoge tarieven en onaanvaardbare financiële risico s. toezicht ook door NMa. Doel van toezicht op beleggingsinstellingen: - goede werking van financiële markten - beschermen van potentiële beleggers op markten - toezicht op wisselkantoren. Gericht op handhaving van integriteit van kantoren. Toezicht op integriteit van financiële bestel in algemeen. 12. Publicaties DNB en ECB DNB: - Jaarverslag, president geeft visie op ontwikkeling van NL eco. - Kwartaalbericht, cijfermatig analyse van eco situatie van afgelopen kwartaal. ECB: - Jaarverslag, president geeft visie op ontwikkeling - Maandbericht, economische ontwikkeling in eurogebied van afgelopen maand en langere termijn. En overzicht van monetaire beleidsmaatregelen. - Weekstaat, inf over ontwikkelingen op geldmarkt. Balans met rekeningen van relatie ESCB en banken. 9. Overheid & Miljoenennota 9.1 Functies van de overheid 1. Allocatiefunctie= beïnvloeden van productie van goederen en diensten. Door toedoen van de overheid verandert de allocatie van productiefactoren. Allocatie= het inzetten van productiefactoren bij verschillende productieprocessen. Vb belasting, accijnzen, goedkoper door subsidie. Merit-goederen= goederen waarvan het gebruikt wordt gestimuleerd. Demerit-goederen= wil men het gebruik afremmen. 2. Herverdelingsfunctie= beïnvloeden van de inkomensverdeling. Primaire inkomens zijn erg ongelijk daarom is er belasting en premie. Hierdoor wordt het verschil kleiner. Er is nivellering van de inkomens, het wordt meer gelijk gemaakt. Pagina 3 van 6

4 3. Stabiliseringfunctie= beheersen van de conjuncturele (gebrek aan vraag van consumenten en ondernemingen) en structurele (aanbodkant) ontwikkeling van de economie. 9.2 De ontvangsten van de collectieve sector (overheid + sector sociale zekerheid) Belastingen niet-belastingmiddelen Indirect: Direct: - belasting over inkomsten uit arbeid - belasting over inkomsten uit vermogen - vennootschapsbelasting Indirect: - Omzetbelasting (BTW) - accijnzen - bijzondere verbruiksbelasting (bij aanschaf nieuwe auto/motorfiets) Voorbeelden van niet-belastingmiddelen zijn aardgas, winstuitkering, opbrengst boetes, retributies. Retributies= heffingen voor diensten die de overheid aan burgers verleent bv ID. Er is wel een direct aanwijsbare tegenprestatie. Premies sociale voorzieningen gaan naar de sector sociale zekerheid, Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen en de Sociale verzekeringsbank. Sociale premiedruk= percentage van alle sociale premies tov bruto binnenlands product. Collectieve lasten= geen directe tegenprestatie, ontvangst collectieve sector. - belastingen - sommige niet-belastingmiddelen - sociale verzekeringspremies Collectieve lastendruk= collectieve lasten als percentage van BBP. 9.3 Het belastingplan 2001 Belastingplan is in 2001 in het Paars Kabinet tot stand gekomen. Door G Zalm. Uitvoering door W Bos. Er zijn nu boxen. Box 1: zitten de inkomsten uit arbeid, inkomsten uit periodieke uitkeringen en verstrekkingen, winst ui onderneming en inkomsten uit eigen woning. = progressief. Box 2: voor mensen met aanmerkelijk belang in onderneming (min 5% aandelen) Box 3: inkomsten uit vermogen Belasting vrije som is nu Heffingskorting, verschilt per situatie. In box 3 zit vermogensrendementheffing= vermogen moet rendement van 4$ kunnen opleveren. Hierover is 30 % belasting. 4% van 30%= 1,2% 9.4 Beginselen van belastingheffing Draagkrachtbeginsel Iemand met hoog inkomen betaald in verhouding ook meer. Stelsel is progressief. Denk aan box 1. BTW op levensmiddelen (6%) en op luxe goederen (19%). Beginsel van bevoorrechte verkrijging en profijtbeginsel Bevoorrechte verkrijging= inkomens en vermogens die weinig inspanning kosten. Bv erfenis. Profijtbeginsel= verband tussen de diensten van overheid en de hoogte van de heffing. Dat is alleen bij retributies. Bv Bieb. Welvaartbeginsel De belastingheffing is uiteindelijk niet nadelig voor welvaart. Miss minder progressief. Belastingvlucht= mensen verhuizen naar land waar belasting lager is. Minste pijn en maximale realisatie Beginsel van minste pijn= belastingheffing valt zoveel mogelijk samen met inkomensverkrijging of besteding. Beginsel van max realisatie= belastingopbrengst voor fiscus gaat Pagina 4 van 6

5 met zo weinig mogelijk kosten gepaard. 9.5 Reacties op de druk van de collectieve lasten - Afwentelen= een ander laten betalen. BTW wordt door berekent en loonbelasting, maar dat hoort niet zo. - Ontduiken= iemand verzwijgt inkomsten. Buitenlandse rekening, zwart werk. Geld wit wassen door het bij bedrijven erin te stoppen. - Ontwijken= legaal. Bv tanken in buitenland. Verhoging belasting zorgt voor meer ontwijking. Laffercurve. Belastingontvangsten kunnen dus omlaag gaan bij grotere belastingdruk. 9.6 De rijksbegroting = wetsvoorstel vd regering aan parlement, over uitgaven van komend kalenderjaar. Hoofdstukken. Hoofdstuk is 1 ministerie. Miljoenennota= samenvatting van Rijksbegroting. + uitleg over hoe het in financiële en economische toestand van het land past. Macro-Economische Verkenning= voorspelling over eco ontwikkeling. Rijksbegroting moet eerst worden goedgekeurd door parlement. Budgetrecht= regering mag geen uitgaven doen als parlement het niet heeft goedgekeurd. Recht van amendement= 2e kamer mag dingen wijzigen. Algemene Rekenkamer controleert na een begrotingsjaar de uitvoering. Begrotingstekort= bedrag dat Rijk moet lenen. Financieringstekort= bedrag waarmee de staatsschuld stijgt in een jaar. Staatsschuldquote= staatsschuld % van BBP. Middelen om tekort te financieren: - Lenen op open kapitaalmarkt door uitgifte van staatsobligaties= staatslening. Verloopt volgens tendersysteem= beleggers moeten zelf opgeven tegen welke max koers ze de obligaties willen kopen. Vervolgens besluit de overheid. - Onderhands lenen op kapitaalmarkt bij institutionele beleggers= pensioenfondsen etc. - Kortlopend lenen op geldmarkt= vlottende schuld. Langlopende= gevestigde schuld. Consolidatie= langlopende lening om kortlopende af te lossen. 9.8 Terugdringen van financieringstekort en staatsschuld Trendmatig begrotingsbeleid= ingevoerd door Zalm. Er wordt uitgegaan van een bescheiden economische groei. Zalmnorm= meevallers worden gebruikt om financieringstekort terug te brengen. 9.9 De gewenste omvang van het tekort. Keynes publiceerde in 1936 zijn idee. Bij grote bedrijvigheid kan de overheid bescheiden zijn. Ze is dan remmend en matigend. De ontvangsten overtreffen de uitgaven. Als de economie stagneert moet de overheid stimulerend werken. De uitgaven omhoog betekent de belasting omlaag. Dit is een anticyclische begrotingspolitiek. Gevaar voor procylisch bestaat. Er zit namelijk tijd tussen de bestluiten en uitvoering. Het kan zijn dat schommeling juist wordt versterkt doordat het te lang duurt. Structurele begrotingsbeleid= beleid dat aansluit bij de aanbodzijde. Nadruk op investeringen door ondernemingen en overheid (zij kan productiecapaciteit verhogen). Hiervoor moet vaak geleend worden op de kapitaalmarkt. Zijlstra vond dat er genoeg geld moet zijn daarvoor De gewenste omvang van het tekort. Gulden financieringsregel= norm voor toegestane tekort. Overdrachtsuitgaven= uikeringen, huursubsidie. Geen rechtstreekse tegenprestatie. Overheidsbestedingen ontvangt de overheid wel tegenprestatie. Pagina 5 van 6

6 Overheidsconsumptie= loon ambtenaren, materiële overheidsconsumptie. Overheidsinvesteringen= infrastructuur De financiën van gemeenten en provincies Lagere overheden= provincies en gemeenten. Inkomsten van gemeenten: - Eigen heffingen= gemeentelijke belastingen zoals onroerend zaakbelasting, hondenbelasting, Diverse retributies zoals riool recht, parkeergeld. - Uitkering uit Gemeentefonds. Vast percentage van belastinginkomen. Hoogte hangt af van inwoners en oppervlakte. En voor bijzondere problemen. - Specifieke uitkeringen al vergoeding voor taken die zij verplicht uitvoeren, bv onderwijs, politie. Gemeentefonds geld mag ze vrij besteden. Pagina 6 van 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Samenvatting door een scholier 1279 woorden 6 december 2005 5,7 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Functies van

Nadere informatie

Begrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten.

Begrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten. Samenvatting door een scholier 919 woorden 20 juni 2007 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 4 Productie door de overheid 4.1 De sector overheid - Overheid: Onder overheid

Nadere informatie

Overheid in ruime zin - centrale overheid + lagere overheden (provincies en gemeenten)

Overheid in ruime zin - centrale overheid + lagere overheden (provincies en gemeenten) Begrippenlijst door V. 1548 woorden 7 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie begrippen hoofdstuk 12 12.1 de collectieve sector Collectieve sector - (overheid in

Nadere informatie

Samenvatting M&O hoofdstuk

Samenvatting M&O hoofdstuk Samenvatting M&O hoofdstuk 10+ 11 Samenvatting door een scholier 1168 woorden 16 maart 2017 7 3 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 10 vermogensmarkt 10.1 vrager van vermogen Vragers van

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur

Economie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur Paragraaf 7.1 Groeit de economie? BBP = Bruto Binnenlands Product, de totale productie in een land in één jaar Nationaal inkomen = het totaal van alle inkomens in een land in één jaar Inkomen = loon, rente,

Nadere informatie

A. Collectieve lastendruk (overheidsinkomsten) = Belastingen en soc. Premies/Nationaal inkomen X 100%

A. Collectieve lastendruk (overheidsinkomsten) = Belastingen en soc. Premies/Nationaal inkomen X 100% Samenvatting door een scholier 475 woorden 11 juni 2001 3,3 107 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 Productie door de overheid Paragraaf 1 Collectieve sector: 1. Overheid (Rijk, provincies,

Nadere informatie

Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8

Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst door een scholier 1298 woorden 26 februari 2004 6,2 13 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen hoofdstuk 7 en 8 Collectieve sector -> bestaat uit

Nadere informatie

Relatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis))

Relatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis)) Samenvatting door een scholier 421 woorden 11 maart 2002 6 51 keer beoordeeld Vak Economie Economie Lesbrief Welvaart Hoofstuk 1 Goederen Diensten Materieel Immaterieel Stoffelijk

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 en 8

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 en 8 Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 en 8 Samenvatting door een scholier 323 woorden 1 april 2006 7,3 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 7 - Geld en geldtheorie 7.1 De geschiedenis

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6 Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6 Samenvatting door een scholier 1083 woorden 18 januari 2006 5,8 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent 4 Financieel beleid: interestberekeningen

Nadere informatie

Ondernemingen: om hun nieuwe gebouwen te kunnen kopen. Zij geven leningen uit aan aandeelhouders, zodat ze geld ontvangen.

Ondernemingen: om hun nieuwe gebouwen te kunnen kopen. Zij geven leningen uit aan aandeelhouders, zodat ze geld ontvangen. Samenvatting door I. 1003 woorden 21 januari 2013 5,6 5 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans HOOFDSTUK 10 : VERMOGENSMARKT Aan de vragers kant van de vermogensmarkt zijn er 3 vragers: Consumenten:

Nadere informatie

6,1. Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni keer beoordeeld. De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2

6,1. Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni keer beoordeeld. De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2 Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni 2010 6,1 13 keer beoordeeld Vak Economie De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2 De rijksoverheid is onderdeel van de collectieve sector. Om de uitgaven

Nadere informatie

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn)) www.jooplengkeek.nl Vermogensmarkt De markt: vraag en aanbod Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn)) Vermogen is een ruimer begrip dan geld. Een banksaldo is ook vermogen.

Nadere informatie

H2 Te veel geld maakt ongelukkig

H2 Te veel geld maakt ongelukkig Samenvatting door M. 940 woorden 15 november 2012 3.3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H2 Te veel geld maakt ongelukkig 2.1 introductie De oorzaak van hyperinflatie is bijna altijd dezelfde:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 7 De Overheid

Samenvatting Economie Module 7 De Overheid Samenvatting Economie Module 7 De Overheid Samenvatting door een scholier 946 woorden 15 november 2007 5 8 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 7: de overheid Samenvatting voor GR ECONOMISCHE ORDE

Nadere informatie

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115 Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen;

Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen; Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari 2002 6 104 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 4.3 t/m 5 4.3 & 4.4 begrippen; arbeidsinkomen voor werknemers is dit het loon en voor zelfstandigen

Nadere informatie

7,8. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Samenvatting economie. 2.

7,8. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Samenvatting economie. 2. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart 2015 7,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Samenvatting economie 2.1 Sparen en rente Redenen om te sparen: 1. Sparen uit voorzorg

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 1972 woorden 21 april 2005 7,1 35 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 onder de collectieve sector wordt de overheid

Nadere informatie

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen:

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen: www.jooplengkeek.nl Vreemd vermogen op lange termijn Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen: 1. Onderhandse lening. 2. Obligatie lening. 3.

Nadere informatie

2) sparen -> oppotten: chartaal of giraal geld op een betaalrekening. Direct kunnen gebruiken (=liquide). Geen rendement

2) sparen -> oppotten: chartaal of giraal geld op een betaalrekening. Direct kunnen gebruiken (=liquide). Geen rendement Samenvatting door C. 1209 woorden 29 mei 2016 7,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Economie Monetaire Zaken H.1 Geld * Geld -> Chartaal (munten en bankbiljetten) + Giraal (geld

Nadere informatie

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering. Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie

Nadere informatie

Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen

Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5 opgaven en omvat 21 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5 opgaven en omvat 21 vragen. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5

Nadere informatie

Rendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als %

Rendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als % Inflatie Stijging algemene prijspeil Consumenten Prijs Indexcijfer Gewogen gemiddelde Voordeel: Mensen met schulden Nadeel: Mensen met loon, spaargeld Reële winst bedrijven daalt Rentekosten bedrijven

Nadere informatie

Een onderhandse lening is een lang lopende lening waarbij geld uitgeleend word door 1 geldgever.

Een onderhandse lening is een lang lopende lening waarbij geld uitgeleend word door 1 geldgever. Samenvatting door een scholier 1246 woorden 20 januari 2005 6,8 5 keer beoordeeld Vak M&O Hst 4 De vermogensmarkt is het geheel van vraag en aanbod. --> geldmarkt en kapitaalmarkt Op de geldmarkt wordt

Nadere informatie

Wanneer de ondernemer niet meer in staat is alle schulden te betalen, wordt door een rechtbank een faillissement uitgesproken.

Wanneer de ondernemer niet meer in staat is alle schulden te betalen, wordt door een rechtbank een faillissement uitgesproken. Samenvatting door H. 1531 woorden 18 oktober 2016 4 3 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 9 De rechtsvorm is de juridische ofwel wettelijke vorm van een organisatie. Er zijn zes verschillende rechtsvormen:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6

Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1640 woorden 19 januari 2004 7,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Directe ruil=

Nadere informatie

7,7. Paragraaf 7.1: De geschiedenis van het geld. Paragraaf 7.2: Geldstelsels vroeger en nu. Samenvatting door een scholier woorden 7 juli 2008

7,7. Paragraaf 7.1: De geschiedenis van het geld. Paragraaf 7.2: Geldstelsels vroeger en nu. Samenvatting door een scholier woorden 7 juli 2008 Samenvatting door een scholier 11992 woorden 7 juli 2008 7,7 12 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 7: Geld en theorie Paragraaf 7.1: De geschiedenis van het geld Geld Ruil, reken, oppot, spaar. Je

Nadere informatie

7.8. Boekverslag door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Kern van de economie. Hoofdstuk 8 Overheid en Miljoenennota

7.8. Boekverslag door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Kern van de economie. Hoofdstuk 8 Overheid en Miljoenennota Boekverslag door R. 2773 woorden 24 juni 2003 7.8 19 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 8 Overheid en Miljoenennota 8.1 Functies van de overheid 3 functies van de overheid:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1974 woorden 3 maart keer beoordeeld

Samenvatting door een scholier 1974 woorden 3 maart keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1974 woorden 3 maart 2003 6 14 keer beoordeeld Vak Economie Monetair Beleid 1. Inleiding en herhaling Chartaal en giraal geld vormen samen de maatschappelijke geldhoeveelheid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting door Suzanne 4057 woorden 20 september 2017 4,2 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 16,17,18 Paragraaf 16.1

Nadere informatie

De winkelier ontvangt dus meer btw dan dat hij betaald. Het verschil van 29,40 21,- = 8,40 draagt de winkelier af aan de belastingdienst.

De winkelier ontvangt dus meer btw dan dat hij betaald. Het verschil van 29,40 21,- = 8,40 draagt de winkelier af aan de belastingdienst. Hoofdstuk 3 Paragraaf 1 Belastingen op aankopen Geld voor de overheid Berekening btw Btw = belasting toegevoegde waarde. De consument betaalt aan de winkelier het verkoopbedrag + de btw. Dit noemt men

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7

Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting door een scholier 1525 woorden 14 februari 2007 7,6 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Een inkomen in natura: een inkomen in goederen Arbeidsverdeling:

Nadere informatie

5,9. Samenvatting door een scholier 2002 woorden 14 juni keer beoordeeld

5,9. Samenvatting door een scholier 2002 woorden 14 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2002 woorden 14 juni 2011 5,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans H8 Collectieve lasten (8.1) - Collectieve sector = overheidssector + instellingen voor sociale

Nadere informatie

Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten

Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten Samenvatting door J. 1607 woorden 28 augustus 2012 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H1: De omvang van de

Nadere informatie

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn.

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Samenvatting door een scholier 1771 woorden 20 februari 2008 8 15 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Onderhandse lening ; Een lening op lange termijn

Nadere informatie

5,6. Praktische-opdracht door een scholier 2583 woorden 20 december keer beoordeeld

5,6. Praktische-opdracht door een scholier 2583 woorden 20 december keer beoordeeld Praktische-opdracht door een scholier 2583 woorden 20 december 2002 5,6 76 keer beoordeeld Vak Economie Iedereen heeft met geld te maken, jong en oud. Jongeren misschien wat minder dan oudere mensen, maar

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 9 Betalen in binnen- en buitenland

Samenvatting Hoofdstuk 9 Betalen in binnen- en buitenland Paragraaf 1 Geld Samenvatting Hoofdstuk 9 Betalen in binnen- en buitenland Er is sprake van directe ruil wanneer er goederen tegen goederen worden geruild. We spreken van indirecte ruil wanneer er eerst

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen

Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Ruilen over de tijd Intertemporele substitutie Bedrijven lenen geld om te investeren

Nadere informatie

De overheid. Uitgaven: uitkeringen en subsidies. De overheid. Ontvangsten: belasting en premies. De grote herverdeler van inkomens

De overheid. Uitgaven: uitkeringen en subsidies. De overheid. Ontvangsten: belasting en premies. De grote herverdeler van inkomens Overheid H2 De overheid De grote herverdeler van inkomens Ontvangsten: belasting en premies De overheid Uitgaven: uitkeringen en subsidies De grote herverdeler van inkomens 2 De Nederlandse overheid Belangrijke

Nadere informatie

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken. Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar

Nadere informatie

6,1. Samenvatting door M. 884 woorden 28 december keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 5

6,1. Samenvatting door M. 884 woorden 28 december keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 5 Samenvatting door M. 884 woorden 28 december 2015 6,1 5 keer beoordeeld Vak Economie Economie Hoofdstuk 5 1 Stroomgrootheden: meten tijden een bepaalde periode sparen, lenen, inkomen etc Voorraadgrootheden:

Nadere informatie

17.1 Veranderingen van de geldhoeveelheid

17.1 Veranderingen van de geldhoeveelheid Samenvatting door een scholier 2137 woorden 18 juni 2008 7 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie: Geldschepping H17 17.1 Veranderingen van de geldhoeveelheid De maatschappelijke geldhoeveelheid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 4, 6 en 9 (Transactie)

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 4, 6 en 9 (Transactie) Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 4, 6 en 9 (T) Samenvatting door een scholier 1042 woorden 6 oktober 2004 6,4 10 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk: 1, 4, 6 en 9. Hoofdstuk 1 Economie: algemeen,

Nadere informatie

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld Boekverslag door M. 1345 woorden 21 februari 2012 6 34 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 8 en hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Verzien in behoeften door goederen en diensten

Nadere informatie

1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last? Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last? Samenvatting door een scholier 1592 woorden 30 oktober 2004 8 49 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 7 Belasting

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Waar produceren

Hoofdstuk 1: Waar produceren Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie

Nadere informatie

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door Wil 902 woorden 6 juli 2014 6,6 29 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Overheid: Alle gemeentes, provincies en het rijk in Nederland. Collectieve

Nadere informatie

Particuliere sector: Bedrijven en gezinnen. Deze sector streeft naar winst, bijvoorbeeld supermarkten, bakkers en kledingwinkels.

Particuliere sector: Bedrijven en gezinnen. Deze sector streeft naar winst, bijvoorbeeld supermarkten, bakkers en kledingwinkels. Samenvatting door A. 952 woorden 14 juni 2013 6,3 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie 1 De collectieve sector: Particuliere sector: Bedrijven en gezinnen. Deze sector streeft naar

Nadere informatie

Boekverslag door C. 946 woorden 11 december keer beoordeeld

Boekverslag door C. 946 woorden 11 december keer beoordeeld Boekverslag door C. 946 woorden 11 december 2003 5 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Bij het verkrijgen van vermogen kun je verschil maken tussen: 1) Eigen vermogen 2) Vreemd vermogen op lange

Nadere informatie

Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden

Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7

Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door een scholier 1637 woorden 13 juni 2004 6,5 14 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 7 7.1 * Collectieve lasten bestaan uit: - belastingen die

Nadere informatie

Ruilen over de tijd (havo)

Ruilen over de tijd (havo) 1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

3,2. Samenvatting door G woorden 7 april keer beoordeeld

3,2. Samenvatting door G woorden 7 april keer beoordeeld Samenvatting door G. 3083 woorden 7 april 2012 3,2 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie boekje overheid h2, uitgaven en inkomsten van de collectieve sector. Een deel van het nationaal

Nadere informatie

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER 2016 09.00 10.30 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 12 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 deel 1

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 deel 1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 deel 1 Samenvatting door een scholier 1612 woorden 18 september 2003 6,3 6 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting M&O module 1 Hoofdstuk 6 Lang vreemd vermogen -> Vermogen

Nadere informatie

Economie Samenvatting M4

Economie Samenvatting M4 Economie Samenvatting M4 Hoofdstuk 1 De prijs van tijd Ruilen over tijd is een belangrij onderdeel van economisch handelen. Dat geldt voor huishoudens, bedrijven en de overheid. Gezinnen sparen voor hun

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: monetaire zaken

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: monetaire zaken Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: monetaire zaken Samenvatting door R. 1640 woorden 24 juni 2014 7,3 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. Geld Begrippen Directe ruil Indirecte

Nadere informatie

5.5. Boekverslag door D woorden 8 april keer beoordeeld. Samenvatting Economie Mod.7

5.5. Boekverslag door D woorden 8 april keer beoordeeld. Samenvatting Economie Mod.7 Boekverslag door D. 1344 woorden 8 april 2003 5.5 28 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie Mod.7 Hoofdstuk 1 1 De inrichting van de productie De allocatie is de toedeling van de productiemiddelen,

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1

Nadere informatie

UIT VWO geld en banken

UIT VWO geld en banken Hoe ontstaat geld in de economie? Geld heb je nodig om spullen mee te kunnen kopen, zonder geld valt er niets te kopen, en als er te weinig geld is zitten mensen te wachten op geld voordat ze het uit kunnen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Welvaart

Samenvatting Economie Lesbrief Welvaart Samenvatting Economie Lesbrief Welvaart Samenvatting door een scholier 1202 woorden 30 januari 2004 4,7 24 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Overheid Hoofdstuk 1 De rol van de overheid Vrije markteconomen/

Nadere informatie

Ruilen over de tijd. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman

Ruilen over de tijd. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman Ruilen over de tijd Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Bedenk dat bij ruilen er altijd twee dingen gedaan worden. Je geeft wat en je krijgt wat terug. Als je twee keer ruilt - ruilen over de tijd

Nadere informatie

Economie Elementaire economie 3 VWO

Economie Elementaire economie 3 VWO Economie Elementaire economie 3 VWO Les 13 Introductie overheid Ontwerp power point: Henk Douna docent: Jeannette de Beus De komende weken: de overheid Consumenten De markt Producenten Bijvoorbeeld Goederenmarkt

Nadere informatie

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6 Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6 Samenvatting door een scholier 1700 woorden 12 december 2006 5,8 8 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans M&O samenvatting: H3 Balans : Een

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo II

Eindexamen economie vwo II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 12

Samenvatting Economie Hoofdstuk 12 Samenvatting Economie Hoofdstuk 12 Samenvatting door een scholier 2589 woorden 20 juni 2017 7,4 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie 12.1 De collectieve sector De overheid: Enge

Nadere informatie

Bruto binnenlands product

Bruto binnenlands product Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen

Nadere informatie

Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7

Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7 Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7 Begrippenlijst door een scholier 1414 woorden 28 december 2006 6,7 9 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans M&O Hoofdstuk 5 Aandelenkapitaal

Nadere informatie

Kiezen Theorieles 1 1 Schriftelijke toets

Kiezen Theorieles 1 1 Schriftelijke toets A. LEER EN TOETSPLAN Onderwerp: Kiezen Kerndoel(en): 40 De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties 46 De leerling leert in de eigen omgeving effecten te herkennen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen

Nadere informatie

ECONOMIE. Begrippenlijst H6 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

ECONOMIE. Begrippenlijst H6 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H6 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 6 Overheid overbodig? Paragraaf 6.1

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART UUR 13:00 UUR. Belangrijke informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART UUR 13:00 UUR. Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART 2015 11.30 UUR 13:00 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene ecomonie Maandag 2 maart 2015 B / 9 2015 Stichting

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4, Overheid

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4, Overheid Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4, Over Samenvatting door een scholier 1857 woorden 21 februari 2006 6,3 18 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO OVERHEID Hoofdstuk 1 vrije markteconomie = klassieke

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie I

Eindexamen vwo economie I Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing

Nadere informatie

Economie kwintaal 5. vs Budgetmechanisme

Economie kwintaal 5. vs Budgetmechanisme Economie kwintaal 5 12.1 De collectieve sector De overheid Enge zin: centrale overheid in het rijk of Den Haag Ruime zin: enge + lagere overheden( gemeente provincie) collectieve sector(samenbelang) =

Nadere informatie

Waarom houden gezinnen chartaal (kas)geld aan (i.p.v. giraal op de bank)? 1) Transactiemotief Gezinnen hebben contant geld nodig voor L1 = actieve kas

Waarom houden gezinnen chartaal (kas)geld aan (i.p.v. giraal op de bank)? 1) Transactiemotief Gezinnen hebben contant geld nodig voor L1 = actieve kas Domein G Geldwezen Ruil en arbeidsverdeling: 1) Directe ruil: goederen goederen Geringe arbeidsverdeling 2) Indirecte ruil: goederen geld goederen Meer arbeidsverdeling nodig Eigenschappen van geld: 1)

Nadere informatie

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie Conjunctuur

Praktische opdracht Economie Conjunctuur Praktische opdracht Economie Conjunctuur Praktische-opdracht door een scholier 1660 woorden 8 oktober 2006 6,9 43 keer beoordeeld Vak Economie PRAKTISCHE OPDRACHT Conjunctuur. De conjuncturele situatie

Nadere informatie

Samenvatting Economie Collectieve sector

Samenvatting Economie Collectieve sector Samenvatting Economie Collectieve sector Samenvatting door een scholier 187 woorden 10 maart 2009 8,3 6 keer beoordeeld Vak Economie Belastinginkomsten. Je hebt twee soorten belastingen namelijk de directe

Nadere informatie

Verboden woord Lesvoorbereiding kaartjes kaartjes achterkant Spelregels Afronding

Verboden woord Lesvoorbereiding kaartjes kaartjes achterkant Spelregels Afronding Verboden woord Lesvoorbereiding Maak de kaartjes (print eerst het (word)document kaartjes op dik papier en vervolgens het (powerpoint)document kaartjes achterkant op de achterzijde. U kunt ook gebruik

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2002-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2002-II 4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 0,15 Een voorbeeld van een juiste verklaring

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 Samenvatting door een scholier 2086 woorden 13 januari 2006 3,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 9: Betalen in binnen- en buitenland 9.1 Geld Algemeen aanvaard

Nadere informatie

Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4

Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting door A. 969 woorden 18 november 2012 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Kinderen krijgen is voor ouders liefde en vreugde en de ouders

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-II Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER 2016 09.00 10.30 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Dinsdag 4 oktober 2016 B / 11 2016 NGO-ENS B / 11 Opgave 1

Nadere informatie

UIT geld en banken

UIT geld en banken Hoe ontstaat geld in de economie? Geld heb je nodig om spullen mee te kunnen kopen, zonder geld valt er niets te kopen, en als er te weinig geld is zitten mensen te wachten op geld voordat ze het uit kunnen

Nadere informatie