Gemeente Bladel. Economisch hart van de Kempen imilil!llľlllilill!iullllli: Aan de raad. Nummer : R Onderwerp : Huisvesting vergunninghouders

Transcriptie

1 Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen imilil!llľlllilill!iullllli: Nummer : R Onderwerp : Huisvesting vergunninghouders Aan de raad Samenvatting De gemeente Bladel heeft een taakstelling voor de huisvesting van vergunninghouders. Voor 1 januari 2018 moet de gemeente zorgen voor huisvesting van ca 85 vergunninghouders. De raad stelt aanvullend 3 miljoen euro beschikbaar voor de aankoop van (nieuwe) woningen om te kunnen voorzien in de opgelegde taakstelling vanuit het rijk. De in de gemeente actieve woningcoöperaties zijn niet in staat vanuit hun woningbezit voldoende sociale huurwoningen beschikbaar te stellen. Zij beschikken momenteel ook over onvoldoende investeringscapaciteit om voldoende te bouwen voor alle doelgroepen. De effecten van dit raadsvoorstel beperken zich tot woningen voor de huisvesting van vergunninghouders in de Bladelse gemeenschap (lange termijn perspectief) en gaat niet in op mogelijkheden voor tijdelijke huisvesting vergunninghouders (korte termijn). Voorgesteld besluit 1. Een aanvullend krediet beschikbaar te stellen van C , voor de aankoop van gebouwen/woningen ten behoeve van de huisvesting van vergunninghouders; 2. Afwijken van het afschrijvingsbeleid bij de aankoop van gebouwen/woningen, waarbij afgeschreven wordt tot maximaal de marktwaarde van de woningen; 3. Het beheer en het onderhoud van de te kopen woningen te laten verzorgen door een woningcoöperatie of een gespecialiseerde marktpartij op basis van een lichte markttoets. 1. Inleiding Op 17 december 2015 besloot uw raad onder andere het volgende: " De gemeente Bladel zorgt, met het oog op een versnelde doorstroom uit de AZC's, voor voldoende reguliere huisvesting voor vergunninghouders; Om dit te bereiken treedt het college in overleg met Woningstichting De Zaligheden (WSZ) om maximale inzet te plegen om huisvesting voor vergunninghouders en andere urgente woningzoekenden te realiseren; Het college onderzoekt daarnaast de mogelijkheden om op korte termijn actief het bestand sociale huurwoningen uit te breiden door aankoop, en eventuele aanpassing, van bestaande woningen." Op 29 juli 2016 besloot uw raad om een krediet van C , beschikbaar te stellen voor de aankoop van 10 sociale huurwoningen. Aan dit besluit wordt inmiddels uitvoering gegeven. Op 31 augustus hebben Gedeputeerde Staten van Noord Brabant de gemeente formeel onder actief bestuurlijk toezicht geplaatst. Op 1 juli respectievelijk 1 augustus heeft de gemeente niet voldaan aan de taakstelling voor de 1e helft van De achterstand bedroeg per 1 augustus personen. Tevens wordt er in de brief aangegeven dat de pro actieve houding van het college het niet nodig maakt dat een plan van aanpak opgesteld moet worden. In 2016 is het tot nu toe moeilijk gebleken om te zorgen voor voldoende woningen voor vergunninghouders. Er zijn verschillende initiatieven om daarin voor 2017 verandering te brengen. 2. Relevante (wettelijke) beleidskader Woonvisie gemeente Bladel 2016 Beleid voor inkoop en aanbesteding Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten Financiële verordening gemeente Bladel 2015 Raadsbesluit Huisvesten vluchtelingen van 17 december 2015 Beleidskader Interactief Bestuurlijk Toezicht Team: ONT Behandelend ambtenaar: Peter Stappaerts Telefoonnummer:

2 3. Relatie toekomstvisie, klimaatvisie en dorpsontwikkeling De huisvesting van vergunninghouders en urgente woningzoekenden heeft zowel een relatie met de toekomstvisie, de klimaatvisie en de dorpsontwikkelingsplannen. De ambities in de toekomstvisie gelden onverkort voor nieuwe vergunninghouders: zij zijn immers onze eigen inwoners. Ook voor hen moet de gemeente een geliefde woonplaats worden, waar zij zich thuis voelen en veilig en volwaardig kunnen deelnemen aan onze samenleving. 4. Doelstelling/effecten De gemeente Bladel wil door de aankoop van woningen bijdragen aan de huisvesting van vergunninghouders ter uitvoering van de taakstelling op basis van de Huisvestingwet. Hiermee wordt bijgedragen aan het realiseren van de taakstelling voor 2016 en Argumentatie college advies 1.0 Problematiek opvang vluchtelingen Tot voor kort kon de woningtoewijzing in samenwerking met de woningcoöperaties, met name WSZ en de Stichting Vluchtelingenhulp Bladel plaatsvinden binnen de beschikbare sociale (huur)woningvoorraad. In 2015 is het aantal vluchtelingen zodanig toegenomen dat deze werkwijze problemen oplevert vanwege het gebrek aan vrijkomende woningen. In de Woonvisie is het volgende beslispunt opgenomen: "De aan de gemeente opgelegde taakstelling vergunninghouders wordt verdeeld over de in de gemeente werkzame woningcorporaties. Daarnaast wordt aan particuliere investeerders/verhuurders bij transformatie- en/of nieuwbouwplannen een claim opgelegd dat 10 o Zo van de huurwoningen wordt gereserveerd voor vergunninghouders." De taakstelling voor 2016 is 51 personen: 24 1e helft en 27 2e helft. De taakstelling voor 2017 bedraagt voor de 1e helft 16 personen. De provincie heeft aangegeven dat de huidige achterstand (23 personen) voor 31 december 2017 moet zijn opgelost. Er is dus behoefte aan woonruimte voor ca. 66 personen voor 1 juli Op 31 december 2017 is naar verwachting woonruimte nodig voor ca. 80 personen. Het halen van de taakstelling is gebaseerd op een minimum aantal personen, ongeacht of dit alleenstaanden of gezinssleden zijn. 1.1 Aankoop van meer woningen is noodzakelijk om voldoende woningen te realiseren Het vinden van passende huisvesting voor vergunninghouders verloopt moeizaam. De woningcooperaties hebben weinig (financiële) mogelijkheden en daarbij komt dat de doorstroming in de sociale huurwoningen dit jaar erg laag is zodat het moeilijk is geschikte woningen toe te wijzen. De WSZ geeft aan dat er niet meer dan W/o van de vrijkomende woningen beschikbaar kunnen worden gesteld aan vergunninghouders. In de praktijk zijn er dat 7 tot 8 woningen. Dit jaar zelfs nog iets minder vanwege de lage doorstroming. Meer woningen voor vergunninghouders betekent overigens minder woningen voor andere urgente en gewone woningzoekenden. De druk is groter door het relatief lage aandeel sociale huurwoningen. Dit probleem doet zich niet alleen in Bladel voor, maar in de hele Kempen. De huurdersraad van de WSZ geeft aan dat meer woningen voor vergunninghouders niet wenselijk zijn. Op korte termijn worden de prestatieafspraken met de woningstichting vastgelegd. Commerciële eigenaren/verhuurders werken op vrijwillige basis niet mee aan verhuur of verkoop ten behoeve van vergunninghouders. Een verplichting ontbreekt. Bij nieuwe ontwikkelingen wordt medewerking wel afgedwongen door dit op te nemen in de anterieure overeenkomst, wanneer van toepassing (o.a. Schipvast werkt op deze basis wel mee). Alle professionele ontwikkelaars in Bladel zijn benaderd met het verzoek om woningen ter beschikking te stellen. Dit heeft geen resultaat opgeleverd. Aanvullend verzoeken we in december 2016 ook aan particulieren om woon-ruimte ter beschikking te stellen voor verhuur aan vergunninghouders. Ook het uitvoeren van het raadsbesluit van 7 juli 2016 verloopt moeizaam, omdat de verschillende projecten geen doorgang hebben gevonden. Met de betreffende partijen zijn wel vervangende projecten in voorbereiding. Al met al blijft de druk erg hoog om voldoende permanente woonruimte te vinden. WSZ heeft tot op heden in 2016 twee woningen verhuurd aan vergunninghouders. Op dit moment kan de gemeente mede daardoor niet voldoen aan de taakstelling voor de 1e helft van Dit zet zich door in de 2e helft van 2016 en waarschijnlijk ook in de volgende jaren. Oplossing kan zijn om meer woningen toe te wijzen aan vergunninghouders. Gezien de huidige hoge druk op de sociale woningmarkt achten wij dit niet de juiste weg om te voldoen aan de taakstelling. Uit een exploitatieberekening van het krediet van 1,8 miljoen blijkt dat het investeren in woningen voor de gemeente budgettair neutraal kan verlopen. Het kopen van woningen door de gemeente betekent een verlichbehoort bij R

3 ting van de druk op de sociale huurmarkt. Wij stellen daarom aanvullend aan het eerdere krediet voor om meer gebouwen/woningen te kopen. We zullen de aankoop en het beheer van de te kopen/bouwen woningen meer structuur geven binnen de organisatie, onder meer door het opstellen van criteria voor aankoop (bijvoorbeeld uitgangspunten die de markt niet verstoren), verbouw en beheer van de te kopen woningen. Mede afhankelijk van de ontwikkelingen kan de aankoop desgewenst gefaseerd worden. Wij houden de optie open om ook te investeren in nieuwbouw mits de juiste soort en juiste locatie haalbaar is. Voor vergunninghouders geldt dat zij huur moeten betalen voor deze woning. We gaan daarbij uit van de criteria van passend toewijzen zoals de wooncoöperaties dit toepassen. Dit houdt in dat we kunnen uitgaan van een huuropbrengst van C 586,- per woning per maand. In de Huisvestingswet is opgenomen dat de gemeente naar eigen inzicht de woonruimteverdeling mag regelen. De gemeente kan dus zelf bepalen aan wie zij een woning toewijst. In dat kader is de gemeente dus vrij om woningen die zij koopt beschikbaar te stellen aan vergunninghouders. 1.2 Noodzaak andere soort woningen Uit het jaarverslag van WSZ over 2015 blijkt dat de woningstichting huurwoningen bezit. De wachtlijst bedraagt personen, waarvan ca alleenstaanden. Van alle ingeschrevenen personen (40 0 /)) ouder dan 55 jaar. Vanwege een inkomen boven de C bruto komen personen niet aanmerking voor een sociale huurwoning. De gemiddelde wachttijd bedraagt 55 maanden, bijna 6 jaar. Duidelijk blijkt dat er in de maatschappij behoefte is aan een ander soort woningen namelijk woningen voor één- en tweepersoonshuishoudens en geen gezinswoningen. In deze omstandigheden is het ook moeilijk andere urgente woningzoekenden aan een geschikte woning te helpen. Ook het merendeel van de vergunninghouders is alleenstaand. Gezinsherenigingen verlopen inmiddels duidelijk trager dan in het verleden of komen helemaal niet tot stand. In de Woonvisie 2016 is in ambitie 1 de volgende doelstelling geformuleerd: "De gemeente kiest voor kwaliteit in plaats van kwantiteit, in eerste instantie bij de bestaande woningvoorraad maar ook de mismatch in het Woningbouwprogramma (teveel grote en dure eengezinswoningen) wordt aangepakt. De bestaande woningvoorraad is vele malen groter dan de via nieuwbouw te realiseren aantallen woningen. De gemeente wil de omvorming/transformatie van bestaande gebouwen en woningvoorraad stimuleren en faciliteren om te komen tot courante woonvormen, waaraan behoefte is, namelijk huurwoningen en woonruimte voor 1- en 2 persoonshuishoudens. Nieuwbouw is aanvullend. Directe bouwtitels worden omgezet in wijzigingsbevoegdheden. Inbreiden gaat voor uitbreiden. Duurzaamheid wordt gestimuleerd" 1.3 Spreiding van woningen is belangrijk voor draagvlak en integratie In het verleden zijn alle vergunninghouders gehuisvest in sociale huurwoningen. Er is daarbij rekening gehouden met zoveel mogelijk spreiding over straten/wijken, mede afhankelijk van de herkomst van de personen. Met de grotere aantallen is spreiding nog meer van belang, ook uit een oogpunt van integratie en participatie. Anderzijds levert deze werkwijze problemen op om op veel verschillende plaatsen woningen beschikbaar te krijgen. In overleg met WSZ kunnen de te bouwen woningen ook uitgewisseld kunnen worden tegen beschikbaar komende huurwoningen, zodat de spreiding zo optimaal mogelijk blijft. In dat kader heeft ons college besloten om niet meer automatisch mee te werken aan vergunningverlening voor verhuur op basis van de Leegstandswet. Om de gewenste spreiding van woningen over de gemeente te realiseren zal het bij de besteding van dit krediet vooral gaan om aankoop van bestaande gebouwen/woningen die desgewenst verbouwd worden tot meerdere wooneenheden. Bijkomend voordeel hiervan is dat binnen de bestaande voorraad de gewenste verandering naar kleinere c.q. toekomstbestendige woningen wordt gestimuleerd. Dit is ook een belangrijk aspect in de woonvisie. De gemeente kan op deze wijze ook een voorbeeldfunctie vervullen. Aandachtspunt is het toevoegen van het aantal woningen aan het beschikbare woningcontingent. Met de nu bekende initiatieven wordt het maximum van het aantal te bouwen woning bereikt. 2.1 Woningen zijn waardevast, daarom afwijken van het geldend afschrijvingsbeleid. Volgens het afschrijvingsbeleid worden woningen afgeschreven in 40 jaar, waarbij geen rekening gehouden wordt met restwaarden. Omdat enerzijds het exploiteren van woningen geen kerntaak is van de gemeente en anderzijds het realiseren van huisvesting voor vergunninghouders een bijzondere maatschappelijke aangelegenheid betreft, stellen wij uw raad voor om in dit specifieke geval af te wijken van het geldend afschrijvingsbeleid. De afwijking houdt dan in dat in beginsel slechts behoort bij R

4 wordt afgeschreven tot het niveau van de marktwaarde van de woningen. Bij eventuele verkoop van de woningen hoeft er dan geen verlies genomen te worden. Jaarlijks zal getoetst worden of de boekwaarde in de pas loopt met de marktwaarde. Woningen behouden hun waarden, mits ze goed onderhouden worden. Voor het waarborgen van een goed onderhoudsniveau worden in de begroting middelen afgezonderd. Het hebben van vastgoed is geen kerntaak voor de gemeente. De gemeente zal er daarom ook naar streven de aangekochte woningen zodra mogelijk te verkopen, waar mogelijk aan een toegelaten instelling zoals WSZ. 3.1 Beheer woningen over te dragen aan WSZ of een gespecialiseerde marktpartij Als gevolg van de huidige problematiek zijn/worden de wettelijke mogelijkheden van woningcoöperaties vergroot. Ze mogen nu ingezet worden voor het beheer van woningen van derden. Dat is praktisch omdat zij daarvoor ingericht zijn. We zijn in overleg met de WSZ over de aard en omvang van deze taak. Er dient eerst wel een lichte markttoets plaats te vinden voordat dit mogelijk is, omdat er mogelijk marktpartijen bereid zijn het beheer te verrichten. 6. Alternatieven 1.1 Alleen te richten op eengezinswoningen Kleine woningen of appartementen in het (particuliere) huursegment zijn niet of nauwelijks beschikbaar. Dat betekent dat als we gaan kiezen voor kleine woningen c.q. huurappartementen we dit eerst planologisch mogelijk moeten maken waarna ze vervolgens nog gebouwd moeten gaan worden. Qua tijdsplanning betekent dit dat we dan minimaal 3 jaar verder zijn. Bij particuliere initiatieven proberen we als gemeente te sturen op de huisvesting van vergunninghouders in kleine woningen of appartementen. Zo is er nu een initiatief om twee schoolwoningen in de Biezen om te zetten naar 7 appartementen waarvan er 3 beschikbaar komen voor 3 tot maximaal 6 vergunninghouders WSZ op te leggen meer huurwoningen aan vergunninghouders toe te wijzen Woningcoöperaties te verplichten om meer woningen beschikbaar te stellen om te voldoen aan de taakstelling voor vergunninghouders. De huurdersvereniging van WSZ is daar echter tegen. De huurdersvereniging is partij hierbij, omdat zij mede moeten instemmen met de prestatieafspraken. Duidelijk is dat de WSZ hierbij in een spagaat lijkt terecht te komen: Het kan nooit voldoen aan alle wensen Wachten tot er meer woningen beschikbaar komen bij woningcoöperaties of uit de markt Een alternatief is om te wachten totdat er woningen beschikbaar komen vanuit de reguliere voorraad van WSZ of als gevolg van particuliere initiatieven. Voorbeelden hiervan zijn: - WSZ heeft een verzoek ingediend bij de Gemeente voor de huisvesting van urgente woningzoekenden in het plan Biezen Noord. Hier wil WSZ duplexwoningen gaan realiseren in combinatie met grondgebonden woningen. Een duplexwoning is een woning met één voordeur en achter deze voordeur twee deuren voor twee aparte woningen. Zowel de onder als de bovenwoning hebben een eigen ketel, keuken en natte ruimte en kunnen dus beide als zelfstandig woning functioneren. Op het moment dat er geen behoefte meer is aan de bovenwoning kan deze woning weer gemakkelijk omgezet worden naar een ruime gezinswoning. Het is verwachting dat de woningen in 2017 gebouwd gaan worden. - Eén van de particuliere initiatieven is het omzetten van de twee schoolwoningen naar 7 appartementen eveneens in het plan Biezen. Per appartement kunnen maximaal twee personen gehuisvest worden. Van deze 7 appartementen komen er 3 beschikbaar voor de huisvesting van vergunninghouders. - Schipvast heeft verschillende initiatieven voor de bouw van appartementen. Op basis van de Woonvisie worden eisen gesteld aan de kwaliteit van de woningen. Schipvast werkt hieraan mee. Nog niet duidelijk is wanneer daadwerkelijk gebouwd wordt. - Het terrein van Sporthal 't Spant Er kan ingevuld worden met woningen. Nagegaan wordt in hoeverre dit bijdraagt aan de volkshuisvestingsdoelen en op welke termijn. - De locatie Kempenland wordt niet meer gerealiseerd op basis van het geldende bestemmingsplan. Er geldt een voorbereidingsbesluit. In overleg met de eigenaren wordt gewerkt aan plannen voor een gewijzigde invulling. Gezien de huidige behoefte en de opgaaf voor 2017 is het advies om toch gebouwen/woningen aan te kopen. Het is de verwachting dat dit vastgoed zijn waarde behouden. Afhankelijk van het soort woningen is het de bedoeling om ze te verkopen aan derden of zo mogelijk aan een woningbouwcoöperatie. behoort bij R

5 1.2.3 Toepassing tijdelijke woonconcepten Te denken is aan verplaatsbare units, te plaatsen voor een periode van 10 tot 15 jaar. De Rijksgebouwenmeester geeft aan de de problematiek van vergunninghouders gebruikt kan worden voor innovatie. Niet alleen voor die doelgroep maar breder voor alleenstaanden en ouderen. Voor locaties is te denken aan aan (nog) open plaatsen in en aan de rand van de bebouwde kommen. Hij heeft een prijsvraag uitgeschreven met vernieuwende concepten die momenteel op de Dutch Design Week worden gepresenteerd. Bij tijdelijke concepten zijn de bijkomende kosten (fundering/transport en aansluitingen) een relatief grote kostenpost. Vanwege de locatie is ook de integratie van de bewoners minder makkelijk. 1.3 Een centrale opvanglocatie is makkelijker Er kan ook voor gekozen worden om vergunninghouders centraal te huisvesten. Hiervoor moet dan een locatie beschikbaar komen. Gezien het feit dat het zeer belangrijk is dat vergunninghouders integreren in de samenleving is dit geen wenselijk alternatief voor een permanente oplossing. Als dit tijdelijk het geval is kan dat wel. Het probleem wordt hiermee echter in de tijd verschoven. 3.1 De gemeente beheert de nieuwe woningen zelf of huurt een marktpartij in. WSZ is erop ingericht om huurwoningen te onderhouden en te beheren. Zij kunnen dit efficiënter, effectiever en goedkoper doen dat de gemeente. Het overleg met de WSZ hierover loopt. Het is niet gewenst dat de gemeente het beheer en onderhoud zelf gaat regelen. Een alternatief kan zijn dat het beheer en onderhoud wordt ondergebracht bij bedrijven die hiertoe wel in staat zijn. We zullen hiervoor nog een lichte markttoets doen, zoals is voorgeschreven. 7. Financiën Voor de aankoop van de benodigde gebouwen/woningen wordt een (aanvullende) investering geraamd van in totaal C ,-. Volgens het geldende afschrijvingsbeleid worden dit soort activa (woningen) afgeschreven in 40 jaar. We kopen hier echter bestaande woningen. De verwachting is dat deze woningen de komende 10 jaren qua marktwaarde niet onder de boekwaarde zullen zakken als het regulier en groot onderhoud op orde wordt gehouden. Jaarlijks zal getoetst worden of de boekwaarde in de pas loopt met de marktwaarde. Op het moment dat de marktwaarde onder de boekwaarde gaat komen wordt er wel een afschrijving toegepast en zullen deze afschrijvingskosten meegenomen worden in de op termijn te ramen kapitaallasten. Het hebben van vastgoed is geen kerntaak voor de gemeente. De gemeente zal er daarom ook naar streven de aangekochte gebouwen/woningen zodra mogelijk te verkopen aan een toegelaten instelling zoals WSZ. Uitgaande van een te hanteren rentepercentage van 2,31 0 Zo bedragen de jaarlijkse rentelasten van deze investering C ,-. De bijkomende kosten voor het beheer en onderhoud worden geraamd op C 1.000,- per woning per jaar. Voor de jaarlijkse dotatie aan de voorziening voor groot onderhoud wordt vooralsnog rekening gehouden met een bedrag van C 1.000,- per woning. De uiteindelijke exploitatielasten zijn echter afhankelijk van het aantal aan te kopen woningen en de staat van onderhoud daarvan. Wat de huuropbrengsten betreft wordt vooralsnog uitgegaan van een huur van C 586,- per woning per maand. Verwacht wordt dat met de huuropbrengsten de exploitatielasten worden gedekt. In de aanloopperiode zullen mogelijk dekkingstekorten ontstaan die in de reguliere P&C-cyclus zullen worden verantwoord. Aangezien de aankoop van de benodigde gebouwen/woningen eerst in de loop van het jaar 2017 zal worden gerealiseerd, kunnen de structurele lasten en baten met betrekking tot de aan te kopen woningen op dit moment nog niet afdoende worden geraamd. Daarom wordt voorgesteld ter dekking van de structurele rentelasten van het krediet ad C ,- vooralsnog een stelpost tot eenzelfde bedrag te ramen en de ramingen van de exploitatielasten en -baten eerst bij de Perspectiefnota 2017 te actualiseren ten laste/gunste van deze stelpost. De raming van voornoemde rentelasten en daarmee samenhangende stelpost zal worden verwerkt in de 1e wijziging van de begroting 2017 (raad 15 december 2016). 8. Risico's Risico's waar we mee te maken kunnen krijgen: - Waardedaling woningen als gevolg van het inzakken van de woningmarkt. De kans op dit risico lijkt zeer klein omdat we de afgelopen 6 jaar een zeer grote correctie hebben gehad op de woningmarkt waardoor er nu sprake is van reële prijzen. Sterker nog; de prijs van woningen lijkt weer stijgende te zijn. behoort bij R

6 - De woningen gaan verhuurd worden aan vergunninghouders. Zij moeten integreren in de Nederlandse samenleving. Zo lang ze geen werk hebben ontvangen ze een uitkering. De kans bestaat dat ze niet kunnen voldoen aan hun huurverplichtingen. - Als woningbezitter is de gemeente aansprakelijk voor het onderhoud van de woningen. De kans bestaat dat de onderhoudskosten groter zijn dan begroot. De extra kosten komen dan bij de gemeente te liggen. Dit risico wordt laag ingeschat omdat de gemeente via onderhoudscontracten gaat inzetten op periodiek onderhoud zodat de woningen in goede staat blijven en daarnaast jaarlijks een bedrag doteren aan de voorziening voor groot onderhoud om eens in de 10 jaar groot onderhoud te kunnen bekostigen. 9. Communicatie en participatie We willen dat vluchtelingen en vergunninghouders zich welkom voelen. Daarom is het wenselijk om draagvlak bij de plaatselijke bevolking te bevorderen en de bevolking te betrekken bij het integratieproces. Naast weerstand is het goed om te constateren dat veel mensen begaan zijn met vluchtelingen en graag willen helpen. De daadwerkelijke (aankondiging van) komst van groepen vluchtelingen en/of vergunninghouders roept bij veel mensen aanvankelijk ook weerstand op. Inwoners en omwonenden van een potentiële (tijdelijke) locatie hebben behoefte aan tijdige en juiste informatievoorziening. Communicatie speelt een belangrijke rol om deze weerstand te verminderen. Ook het draagvlak voor de huisvesting van vergunninghouders conform de gemeentelijke taakstelling wordt lastiger omdat andere woningzoekenden langer moeten wachten op een woning. Voorkomen moet worden dat kleine irritaties kunnen uitgroeien tot een negatieve teneur tegenover alle vluchtelingen/vergunninghouders/buitenlanders. Daarom is het belangrijk om te kijken hoe het proces van integratie kan worden bevorderd, bij voorkeur door hier de plaatselijke bevolking bij te betrekken. Daar waar we vergunninghouders gaan huisvesten gaan we een kleinschalige informatiebijeenkomst lokaal beleggen in overleg met de dorpsraad of leefbaarheidsgroep die daar actief is. 10. Planning Het gaat hier om woningen die in de loop van 2017 en eventueel in 2018 beschikbaar komen. Na het gereed komen van de woningen zullen deze in overleg met Stichting vluchtelingenhulp Bladel beschikbaar worden gesteld aan vergunninghouders. Bladel, 1 november zi Z I Burgemeeste^en wethoucļers van Bladel,, /de secretaris, ",. ļ de w^^urģemeesţep,. Bijlage(n) a. Ontwerp-besluit (R a) b. Brief ministerie Binnenlandse Zaken d.d.18 april 2016 over taakstelling c. Brief ministerie over taakstelling 2017 behoort bij R