Plannersboekje Periode 2 4 Mavo

Transcriptie

1 Plannersboekje Periode 2 4 Mavo 1

2 Inhoudsopgave Nederlands..3 Engels..6 Wiskunde. 11 Nask Economie.17 Scheikunde.21 Geschiedenis. 24 Frans.. 26 Lichamelijke opvoeding. 28 2

3 NEDERLANDS Hfst. 2: Consumeren Schooljaar: Periode: 2 Klas: 4 MAVO Docent: RSC Week Activiteiten Afronding 47 1 Lezen Lay-out : opdr.1, 2, 3, 5* Taak Lezen: De allerbeste reclame portfolio 48 2 Toets Lezen TOETS Spreken/ Kijken/ Luisteren Vragen na een presentatie : opdr. 1, 2 en 3 Taak SKL: Hoe erg ben jij te beïnvloeden? portfolio 49 3 Schrijven Artikel en Pers. schrijven : opdr Toets Schrijven: Taak Schrijven: Dat hebben we getest TOETS 50 4 Spelling en grammatica: De spelling- en grammaticacontrole : opdr.1 t/m Taal en wrd.schat Kleine lettertjes : opdr. 1 t/m Toets Grammatica, Spelling, Taal & Woordenschat TOETS 02 7 Test hfst.2: 1 t/m 12 Inleveren: fictiedossier fictiedossier 03 8 TOETS (zie PTA) TOETS Hfst. 2 Fictie Fictie beoordelen : opdr. 1 t/m 4 3

4 04 9 Hfst.2 Examen doen Samenvatten opdr. 1 t/m 3 Let op: Landelijke examens van eerdere jaren zullen ook regelmatig worden geoefend! Heb je tijd over, dan ga je verder met de huiswerkopdrachten, je portfolio, je boekverslag en/of andere opdrachten!! Nederlands 4 MAVO Periode Leerdoelen hfst. 2 Consumeren 1. Elke tekstsoort heeft zijn eigen lay-out. 2. De lay-out (opmaak) bestaat uit: titel, tussenkopjes, alinea s, lettertype, lettergrootte, afbeeldingen, enz. 3. Bedenk goed wat je na een presentatie wilt vragen. 4. Wacht even voordat je een vraag beantwoordt Een artikel is een tekst voor een krant of tijdschrift. 6. Doel artikel: informeren, amuseren, overtuigen of overhalen. 7. Lees kleine lettertjes kritisch om vervelende zaken te voorkomen. 8. Een homoniem is een woord met verschillende betekenissen Lees de tekst die je moet samenvatten precies door. 10. Maak van ieder element in de opdracht een vraag en streep in de tekst de antwoorden op deze vragen met potlood aan. 11. Maak van deze antwoorden een goedlopende tekst in volledige zinnen

5 5

6 Year 4 Mavo English Periode 2 Chapter 3 Talents Chapter 4 The world around you Leerdoelen JE KENT/WEET: 1. Je kent woorden en uitdrukkingen waarmee je iets over jezelf kunt vertellen 2. Je kent woorden die te maken hebben met werk en banen 3. Je kent woorden en uitdrukkingen waarmee je een sollicitatiebrief kunt schrijven 4. Je weet woorden en uitdrukkingen waarmee je een curriculum vitae kunt schrijven 5. Je weet wat meer over het Guinness Book of World Records 6. Je weet hoe en wanneer je vragende voornaamwoorden gebruikt 7. Je weet hoe je in het Engels vragen maakt 8. Je kent woorden en uitdrukkingen waarmee je om toeristische informatie kunt vragen 9. Je kent uitdrukkingen waarmee je vragen kunt stellen en beantwoorden in een bar of restaurant 10. Je kent uitdrukkingen waarmee je vragen kunt stellen en beantwoorden over landen en culturen 11. Je kent uitdrukkingen waarmee je zegt wat iemand moet doen of laten 12. Je weet wat meer over culturele verschillen in de wereld 13. Je weet hoe en wanneer je korte antwoorden met yes en no gebruikt 14. Je weet hoe en wanneer je de gebiedende wijs gebruikt JE KUNT: 15. Je kunt iets over jezelf vertellen 16. Je kunt vragen over een baan stellen en beantwoorden 17. Je kunt een sollicitatiebrief schrijven 18. Je kunt een curriculum vitae schrijven 19. Je kunt om toeristische informatie vragen en die geven 20. Je kunt vragen stellen en beantwoorden in een bar of restaurant 21. Je kunt vragen stellen en beantwoorden over landen en culturen 22. Je kunt zeggen wat iemand moet doen of laten 6

7 LES DATUM VAKINHOUD IN DE LES 1 wk.46 Start Chapter 3 Introduction Opdracht A Listening Toetsbespreking Ex. 1 t/m 4 Leren voca A 2 Opdracht B Reading Exercise 5,6,7 3 Opdracht C: Speaking Stone 10 Exercise 8 t/m 13 Leren voca AC 4 wk.47 Opdracht C: Speaking Exercise 14 Stone 11 ex. 15, 16, 17 5 Countries & Culture Opdracht D: Listening Ex. 18, 19 Ex. 20, 21 Leren voca AC + C&C 6 Opdracht D: Listening Grammar Opdracht F: Reading Ex. 22A, 22B Page 63/64 TB, ex 1 en 2 p.91 WB Ex. 24 t/m 27 Leren voca DF 7 wk.48 Opdracht G: Listening en writing Ex. 28 Stone 12 en 13 ex. 29, 30, 31, 32, 33, 34, 35 Leren Stone voca G 8 Opdracht E: Watching Ex handout 18/11 Afmaken: Ch. 3 Nakijken hoofdstuk 3 Leren voca A t/m G 9 Boektoets Boektoets 20/11 10 wk.49 Start Chapter 4 Introduction Opdracht A: Listening Opdracht B: Reading Exercise 1, 2, 3, 4 Exercise 5 t/m 8B Leren voca A + B 7

8 11 Opdracht C: Speaking en Listening Stone 14 / 15 Ex. 9 t/m Countries en Culture Opdracht D: Listening Ex. 19 t/m 19B Ex. 20 t/m 22 Leren voca C t/m D 13 wk.50 Opdracht F: Reading UK and USA Opdracht E: Watching Ex. 24 t/m 26 Ex. 23 Leren voca F en herhalen A t/m E 14 Grammar Reading G: Aid for India? Ex. 1 en 2 Stone 16 Ex. 27A t/m 29 + ex A/B Opdracht G: Writing en listening 15 Opdracht G: Writing en listening Stone 17 Exercise 33 t/m 35 Extra ex. I clips stone on computer Leren voca A t/m G + Stone 14 t/m wk.51 SO ch voca A t/m G Finish chapter 4 SO ch voca A t/m G Nakijken chapter 4 17 Kijk/Luistervaardigheid Kijk/Luistervaardigheid (oefenen) 18 Kerstviering wk.52 wk.53 Kerstvakantie Kerstvakantie 22 wk.1 Spreekvaardigheid Handout teacher 23 Schrijfvaardigheid Handout teacher 24 Kijk/Luistervaardigheid (oefenen) wk.2 Test yourself chapter 3 en 4 p. 92 en 93 WB en WB A p. 27 t/m 29- Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Laptop mee Handout teacher 28 wk.3 Herhalen ch. 3 en 4 Laptop mee 29 Start SE Leren: Voca en grammar ch. 3 en 4 en irr. verbs nr. 1 t/m 62 (zie p.158/158tb) 30 SE-WEEK 20/1/16 31 wk.4 SE-WEEK 8

9 32 SE-WEEK 33 SE-WEEK + Project EINDE PERIODE 2 1 wk.5 SE CITO KIJK EN LUISTEREN TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING M-CIJFER Boektoets Wk 48 1 SO woorden Chapter 3 en 4 Wk 51 1 SE 6 Chapter Wk 3/4 2 CE Kijk- en luistertoets (Per.3) Wk.5 4 9

10 10

11 Wiskunde 4 mavo oktober 2015 P2 Aandachtspunten: 1. Het werk van de vorige les hoort aan het begin van de les af te zijn. 2. Gebruik de samenvatting en test jezelf om je voor te bereiden op de toetsen en SE s. 3. Hou de planning van rekenen ook in de gaten. 4. Lever je oefenopdrachten in om nagekeken te worden of kijk het zelf even na. LES DATUM VAKINHOUD BIJ DEZE OPDRACHTEN HEB IK ETRA UITLEG NODIG: 1 H3 Extra opdrachten blz 74, 75 2 H3 Verwerken en toepassen blz 76, 77 3 H4 Opstap Huis te koop opdracht doornemen en en Test jezelf 6 H4: Extra oefening en Verwerken en toepassen 7 H5 Opstap en en en Test jezelf 11 H5: Extra oefening en Verwerken en toepassen 12 Toets Hoofdstuk 3 tm 5 13 REKENEN 14 WEKSTUK INLEVEREN 15 EAMENOPDRACHTEN 11

12 Hoofdstuk 1 t/m 6 herhalen! Hoofdstuk 1 t/m 6 herhalen! Hoofdstuk 1 t/m 6 herhalen! REKENTOETS Werkstuk huis te koop inleveren TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING CIJFER Toets Hoofdstuk 3 tm 5 Rekentoets Werkstuk huis te koop Se2 Hoofdstuk 1 tm 6 12

13 13

14 Nask 1 Periode 2 Hoofdstuk 8: Kracht en beweging 2 Hoofdstuk 10 Het weer Leerdoelen Hoofdstuk 8 Kracht en beweging 2 KENNISDOELEN 23. Ik kan km/h omrekenen naar m/s en andersom 24. Ik kan de gemiddelde snelheid berekenen van een bewegend voorwerp 25. Ik weet hoe een grafiek van een beweging met constante snelheid eruit ziet 26. Ik kan een s,t-diagram aflezen en tekenen 27. Ik kan een v,t-diagram aflezen en tekenen 28. Ik kan de samenhang interpreteren van een s,t- en een v,t-diagram 29. Ik kan uit een v,t-diagram de afgelegde afstand berekenen 30. Ik weet wat een (eenparig) versnelde beweging is 31. Ik weet wat een (eenparig) vertraagde beweging is 32. Ik weet wat nettokracht is 33. Ik kan bij een rijdend voertuig de verschillende krachten benoemen, tekenen en de nettokracht berekenen 34. Ik weet wat met druk wordt bedoeld en kan de druk van een voorwerp berekenen bij ten minste: Veiligheidsgordel Veiligheidshelm Rijplaten Rupsbanden Tractorbanden Mes Punaise 35. Ik ken de begrippen reactietijd, stopafstand, reactieafstand en remweg en kan hiermee rekenen 36. Ik kan uit een diagram de begrippen van leerdoel 13 aflezen. 37. Ik kan de werking van constructies uitleggen die nadelige effecten van een botsing verminderen, ten minste: Veiligheidsgordel veiligheidshelm kreukelzone hoofdsteun kooiconstructie airbag 38. Ik kan omstandigheden herkennen die invloed hebben op de veiligheid tijdens het rijden, ten minste: BINAS Reactietijd - rijsnelheid staat van de banden en van het wegdek weersomstandigheden A. Ik kan in BINAS de formules opzoeken van snelheid en druk ALGEMENE VAARDIGHEDEN B. Ik kan eenheden uit H8 omrekenen van en naar SI-eenheden C. Ik kan een onderzoek opzetten, uitvoeren en verslagleggen 14

15 Leerdoelen Hoofdstuk 10 Het weer KENNISDOELEN 1. Ik kan een temperatuur omrekenen naar K en omgekeerd 2. Ik kan een de temperatuur met een thermometer met een geschikt meetbereik meten. 3. Ik ken 4 verschillende thermometers en uitleggen hoe deze werken 4. Ik kan uitleggen hoe je een thermometer ijkt. 5. Ik weet wat luchtdruk is en ken de bijbehorende eenheden 6. Ik kan uitleggen wat de kenmerken van lage- en hogedrukgebieden zijn 7. Ik weet met welk meetinstrument luchtdruk wordt gemeten 8. Ik kan de kringloop van water uitleggen 9. Ik kan de faseovergangen van water uitleggen 10. Ik weet wat dauwpunt is 11. Ik ken verschillende vormen van neerslag en kan vertellen hoe ze ontstaan 12. Ik weet wat onweer is en kan uitleggen hoe het ontstaat 13. Ik weet wat je moet doen bij onweer 14. Ik weet hoe het weebericht wordt gemaakt, wat en hoe je het presenteert BINAS A. Ik kan in BINAS de formules opzoeken ALGEMENE VAARDIGHEDEN B. Ik kan eenheden uit H10 omrekenen van en naar SI-eenheden C. Ik kan rekenen met oppervlaktematen TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING CIJFER Opdrachten H8 en H10 werkboek af en nagekeken * V NV Practicumverslag H8 * V NV Extra oefenmateriaal en aantekeningen H8 en 10 * V NV Uitwerking van de leerdoelen P2 * V NV Handelingsdeel 6* 0 V NV SE6 H8 en H10 2 Presentatie H10 (kan doorlopen tot in periode 3) 1 * Handelingsdeel Nask 1 inleveren in je Dropboxmap Op uiterlijke aftekendatum voor SE de opdrachten voldoende afgesloten en afgetekend bij docent! 15

16 LES DATUM VAKNHOUD IN DE LES Snelheid berekenen LD: 1, 2, A Snelheid berekenen LD: 3, 4, Sneller en langzamer LD: 6, 7, Sneller en langzamer LD: 9, 10, Kracht en druk LD: 12, A Onderzoek veilig rijden LD: 13, 14, C Veilige auto s ontwerpen LD: 15, 16 8 Examentraining H8 9 Uitloop Temperatuur LD: 1 t/m Luchtdruk LD: 5, 6, Luchtdruk Neerslag LD: 8, 9, 10, Onweer LD: 12, 13 Week 52/1 kerstvakantie Het weerbericht LD: Examentraining H10 Week 3/4 17 SE6 H8 en H10 SE-week 18 16

17 Werkplanner Economie Mavo 4 Periode 2 - Week Stof: Pincode 4VMBO-GT Hoofdstuk 3 Kies je voor zeker? Pincode 4VMBO-GT Hoofdstuk 4 Hoe wordt er gewerkt? Pincode 4VMBO-GT Hoofdstuk 5 Aan de slag! Altijd nodig: Pincode Tekstboek, schrift en rekenmachine Leerdoelen Hoofdstuk 3 JE KENT/WEET: Je weet welke verzekeringen er behandeld zijn en waarvoor ze dienen. Je weet wat premie en eigen risico inhouden. Je weet wat een dekking is en een schade uitkering. Je kent het verschil tussen een basisverzekering en een aanvullende verzekering. Je weet wat het verband is tussen de verzekerde waarde en werkelijke waarde. Je weet waarvoor de bonus-malusladder is en hoe deze werkt. Je weet wat een indexcijfer is. Je weet waar een maximale huurprijs voor dient. Je kent het verschil tussen nominaal en reëel. JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt de premie van een verzekering berekenen. Je kunt een tabel en een grafiek interpreteren. Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg Je kunt de verzekerde waarde berekenen. Je kunt bepalen welke verzekering bij welke schade hoort. Je kunt de schade vergoeding berekenen. Je kunt het eigen risico berekenen. 17

18 Leerdoelen - Hoofdstuk 4 JE KENT/WEET: 1 Je weet wat een arbeidsovereenkomst is en wat erin is opgenomen. 2 Je kent de arbeidsmotieven. 3 Je kent het verschil tussen, omscholing, bijscholing en nascholing. 4 Je weet wat maatschappelijke kosten en bedrijfskosten zijn. 5 Je kent de verschillende functiesoorten. 5 Je weet de Arbowet doet. 6 Je weet wat een bedrijfskolom is. 7 Je kent de 4 veranderingen in een bedrijfskolom. 8 Je kent het verschillen tussen loonkosten, brutoloon en netto loon JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt de verschillende productiefactoren uit teksten halen. Je kunt een bedrijfskolom interpreteren en zelf maken. Je kunt verband leggen tussen maatschappelijke kosten en bedrijfskosten. Je kunt onderscheid maken tussen uitvoerende en leidinggevende functies. Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg Leerdoelen - Hoofdstuk 5 JE KENT/WEET: Je kent het verschil tussen nettoresultaat en brutowinst. Je kent het begrip marktaandeel. Je weet hoe de arbeidsproductiviteit kan worden verhoogt of verlaagt. Je kent het verschil tussen economische en technische levensduur. Je kent de verschillende soorten werkloosheid. Je weet wat afzet is en wat omzet is. Je weet wat motieven zijn om de prijs van iets te verhogen of te verlagen. Je weet wat koopkracht inhoud en een verband leggen met inflatie. Je kent het verschil tussen vaste krachten en flexwerkers. JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt het nettoresultaat berekenen. Je kunt de omzet berekenen van een bedrijf. Je kunt de arbeidsproductiviteit per werknemer berekenen. Je kunt de werkloosheid berekenen. Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg Weekplannen 18

19 Week Les Vakinhoud In de les 46 1 Introductieles Pincode 4 Hoofdstuk 3: Kies je voor zeker? Inleiding blz tekstboek, introvragen a-c + weet je het nog vraag 1-14 Aantekeningen maken Vragen maken Par 3.1 blz tekstboek, vraag Par 3.2 blz 74-77, vraag Aantekeningen maken Vragen maken 47 1 Par 3.3 blz 78-81, vraag Aantekeningen maken Vragen maken 2 Par 3.4 blz 82-85, vraag Introductieles Pincode 4 Hoofdstuk 4: Hoe wordt er gewerkt? Aantekeningen maken Vragen maken Inleiding blz tekstboek, introvragen a-c + weet je het nog vraag Par 4.1 blz tekstboek, vraag Aantekeningen maken Vragen maken 2 Par 4.2 blz , vraag Aantekeningen maken Vragen maken 49 1 Par 4.3 blz , vraag Aantekeningen maken Vragen maken 2 Par 4.4 blz , vraag Inleveren schrift H3+H Inleveren schrift H3+H4 Toets voorbereiden Aantekeningen maken Vragen maken Aantekeningen maken Vragen maken Test, herhalingsopgaven, examenopgaven 2 Toets H3 + H4 Rekenmachine mee! 51 1 Introductieles Pincode 4 Hoofdstuk 5: Aan de slag! Inleiding blz tekstboek, introvragen, Aantekeningen maken Vragen maken weet je het nog? vraag Par 5.1 blz tekstboek, vraag 1-15 Aantekeningen maken Vragen maken 19

20 52 1 Par 5.2 blz tekstboek, vraag Aantekeningen maken Vragen maken 2 Par 5.3 blz tekstboek, vraag Boeken mee! Kerstvakantie 2 1 Par 5.4 blz tekstboek, vraag Aantekeningen maken Vragen maken 2 Inleveren schrift H5 Test, herhalingsopgaven, examenopgaven Aantekeningen maken Vragen maken SE voorbereiden H3+H4+H5 3 1 SE voorbereiden H3+H4+H5 2 SE week Pincode hoofdstuk 3, 4 en 5 Rekenmachine mee! 4 1 SE week Toets of opdracht Datum Weging Toets H3+4 Week 50 2 Inleveren schrift H3+4 Week Inleveren schrift H5 Week 2 Schoolexamen 6: Week Pincode hoofdstuk 3, 4 en 5 Let op! Schrift moet uiterlijk de laatste les voor de toets ingeleverd worden. 20

21 Scheikunde M4 Periode 2 Hoofdstuk 9 Reactiesnelheid Hoofdstuk 10 zouten II Leerdoelen Hoofdstuk 9 Reactiesnelheid KENNISDOELEN H9 BINAS 1. Je weet welke 5 factoren de reactiesnelheid kunnen beïnvloeden 2. Ja kan aangeven hoe je de reactiesnelheid kunt veranderen als je gebruik wilt maken van temperatuur of concentratie 3. Je kunt uit een grafiek of een tabel de massa verhouding bij een reactie bepalen 4. Je kunt mbv tabel 30 uit je BINAS ook massaverhouding bepalen door te berekenen wat de molecuulmassa s zijn in een reactievergelijking 5. Je kunt aan de hand van een reactievergelijking met hulp van het stappenplan een berekening maken wat de massa s zijn van de betrokken stoffen 6. Je kan afronden volgens de regels en antwoorden geven op het juiste aantal belangrijke getallen 7. Je kunt de concentratie van een oplossing berekenen, je kan tussen verschillende eenheden omreken. 8. Je kan van een neerslagreactie de juiste concentratie en ontstane stof berekenen. 9. Ik kan in BINAS de eigenschappen van een stof opzoeken 10. Ik kan in Binas de veel gebruikte gevarensymbolen opzoeken 11. Ik kan in BINAS atoomassa opzoeken 12. Ik kan in BINAS in het periodiek systeem stoffen opzoeken en eigenschappen bepalen 13. Ik kan in BINAS de juiste formule van een ion opzoeken, waarbij ik de namen geleerd heb 14. Ik kan in BINAS de massa van atomen opzoeken ALGEMENE VAARDIGHEDEN 15. Ik ben in staat om een verslag te maken van experimenten. 16. Ik kan samen met willekeurige mensen aan het werk zowel theoretisch als ook praktisch bij scheikunde. Ik doe mijn best om met verschillende mensen te kunnen samenwerken. 17. In mijn manier van werken heb ik oog voor veiligheid. 18. Ik kan op een veilige manier samen met andere kleine experimenten uitvoeren. Dit gebeurt in een redelijk tempo. 19. Ik volg de planning en noteer wat ik af heb en wanneer dat gebeurd Leerdoelen Hoofdstuk 10 Zouten 2 KENNISDOELEN H10 1. Je kan met hulp van de oplosbaarheidstabel in BINAS opzoeken of een combinatie van ionen (zout) een goed, matig of slecht oplosbaar zout zal gaan vormen 2. Je kan nieuwe slecht oplosbare zouten maken door goed oplosbare zouten bij elkaar te doen 21

22 3. Je kan bij het maken van nieuwe zouten beredeneren welk residu er na filtratie ontstaat en welk filtraat; je weet wat tribune ionen zijn 4. Je kan een specifiek ion aantonen door gebruik te maken van zijn oplosbaarheid; je kan aangeven dat er ook ionen zijn die op die manier niet aan te tonen zijn 5. Je kan aangeven hoe ongewenste ionen uit een oplossing verwijderd kunnen worden door gebruik te maken van een neerslagreactie. 6. Bij al deze bepalingen geldt dat hierbij de juiste reactievergelijkingen kan opstellen volgens het stappenplan; HEEL BELANGRIJK! 7. Je weet wat hard water is, hoe het ontstaat (reactievegrelijking); hoe hard water wordt uitgedrukt; wat er gebeurt als je hard water kookt (reactievergelijking); hoe je water kunt ontharden (3 manieren) 8. BINAS 20. Ik kan in BINAS de eigenschappen van een stof opzoeken 21. Ik kan in Binas de veel gebruikte gevarensymbolen opzoeken 22. Ik kan in BINAS atoomassa opzoeken 23. Ik kan in BINAS in het periodiek systeem stoffen opzoeken en eigenschappen bepalen 24. Ik kan in BINAS de juiste formule van een ion opzoeken, waarbij ik de namen geleerd heb 25. Ik kan in BINAS de massa van atomen opzoeken 26. Ik kan de oplosbaarheidstabel gebruiken ALGEMENE VAARDIGHEDEN 27. Ik ben in staat om een verslag te maken van experimenten. 28. Ik kan samen met willekeurige mensen aan het werk zowel theoretisch als ook praktisch bij scheikunde. Ik doe mijn best om met verschillende mensen te kunnen samenwerken. 29. In mijn manier van werken heb ik oog voor veiligheid. 30. Ik kan op een veilige manier samen met andere kleine experimenten uitvoeren. Dit gebeurt in een redelijk tempo. LES DATUM VOOR DE LES IN DE LES 1 4/11 SE-week 2 8/11 Week reactiesnelheid SE bespreken 9.1 maken Proef 1,2,3 3 Week 47 4 Week Snelle reacties Uitleg grafische verbanden; gasopvang Nakijken 9.1 Maken 9.2 Proef 1+2 Verslag maken 9.3 Massa s bij een reactie Uitleg verhouding; atoommassa en molecuulmassa; berekenen massa verhouding in een reactievergelijking 9.2 nakijken 9.3 maken 22

23 5 Week 49 6 Week 50 7 Week 51 18/ Rekenen aan reacties 9,5 en rekenen aan neerslagen 10.1 Oplosbaarheidstabel 10.2 nieuwe zouten maken Zouten Practicum Oefenen voor PO 10.3 Ionen aantonen 3 voorbeelden op het bord 9.4 maken HW: Leren molecuulmassa s Oefentoets molecuulmassa's Uitleg gebruik oplosbaarheidstabel; combinatie van ionen Uitleg neerslag nieuwe zouten stappenplan Aantekeningen maken in schrift Nakijken 10.2 Uitleg ionen aantonen; verontreiniging Werken aan /1 8 Week Ionen verwijderen 10.5 Hard water Kerstvakantie Week 52 en 1 Werken aan 10.4 Nakijken 10.4 Toelichting Uitlooples Waarin: nakijken - Leerdoelen uitwerken - Examentraining maken - Rondje kritische vragen Voorbeeld sommen oefenen 10 20/1 Toets Hf 9-10 SE-week TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING CIJFER Opdrachten H9/10 af en nagekeken * V NV Aantekeningen en verslagen HD * V NV Uitwerking van de leerdoelen P6 * V NV Toets Hoofdstuk

24 Geschiedenis Week 46-3 Periode 2 Altijd nodig: Geschiedenis Werkplaats Tekstboek, schrift Leerdoelen hoofdstuk 3: Politiek in Nederland en Europa JE KENT/WEET: 1. De gevolgen van de fragmentatie van de Nederlandse samenleving voor de politiek. 2. Verzuiling als verklaring voor politieke verschijnselen te hanteren. 3. De ontwikkeling van de politieke verhoudingen na de 2 e wo. 4. Ontzuiling als verklaring voor politieke verschijnselen te hanteren. 5. hoe kabinetten tot stand komen. 6. De doelen van de Europese integratie. 7. De redenen waarom Nederland deelnam aan de Europese integratie. JE KUNT: De instructie over te gebruiken materiaal maken De begrippen oorzaak en gevolg toepassen Beeld als bron hanteren De opdrachten uit het boek maken Zelfstandig en in groepen werken aan vragen en opdrachten De de deeltoets maken Het tijdvak plaatsen in de chronologie. Leerdoelen 4: Van oorlog tot oorlog ( ) Je kent/weet: 1. De oorzaken van het ontstaan van de eerste wereldoorlog. 2. De totalitaire systemen uit het interbellum. 3. De gevolgen van de eerste wereldoorlog. 4. De oorzaken van het ontstaan van de eerste wereldoorlog. 5. De rol van het Nationaal Socialisme in de 20 e eeuw. Je kunt: Bronnen in de juiste tijd plaatsen De instructie over te gebruiken materiaal maken De begrippen oorzaak en gevolg toepassen Historische verschijnselen hanteren om het heden te verklaren. De opdrachten uit het boek maken Zelfstandig en in groepen werken aan vragen en opdrachten De eindtoets maken Je kunt tijdsindelingen gebruiken (kalenders, jaartellingen etc.) Het tijdvak plaatsen in de chronologie. x x 24

25 Week Vakinhoud In de les Introductieles Schrift inleveren 2. Par 3.1, vraag Vragen maken 47 1 Par 3.2 vraag 1-8. Vragen maken 2 Par 3.3, vraag 1-8. Vragen maken 48 1 Oefenen met vaardigheden vraag Vragen maken 2 Zicht op de tijd (jaartallen) leren leren en Schrift inleveren 49 1 Hoofdrolspelers en begrippen leren leren 2 Toets Geschiedenis Werkplaats hoofdstuk 3 Toets maken Paragraaf 1,2, Introductieles. 2. Par 4.1, vraag 1-13 Vragen maken Par 4.2, vraag 1-13 Vragen maken 2. Par 4.3, vraag 1-9 Vragen maken 1 1. Par 4.4, vraag 1-12 Vragen maken 2. oefenen met vaardigheden vraag Toets Geschiedenis Werkplaats hoofdstuk 4 Paragraaf 1,2,3,4. Toets maken en Schrift inleveren 2. Jaartallen, personen en begrippen van H4 leren 3 Toetsweek Eindtoets GWPH H TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING Toets Gwp hoofdstuk 3 Paragraaf 1,2,3 Week 49 (2 december) Toets Gwp hoofdstuk 4 Paragraaf 1,2,3 Week 1 (12 januari) Inleveren schrift Gwp h3 Week 48 Inleveren schrift Gwp h4 Week 2 Eindtoets Gwp H 3 en H4. Week

26 Frans Mavo 4 Periode 2 Chapitre 8: Paris, ville vivante Leerdoelen (herhalen chap 7 + chapitre 8) JE KENT/WEET: 39. De présent van regelmatige werkwoorden op er, -ir en -re 40. De vervoeging van het onregelmatige werkwoord prendre (nemen) 41. De vormen van de impératif (gebiedende wijs) 42. Woorden waarmee je de weg kunt wijzen 43. Namen van gebouwen 44. De vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord 45. De vervoeging van het werkwoord mettre (zetten, leggen) 46. De vergelijkingen en de overtreffende trap 47. Namen van kledingstukken/ kleuren 48. Woorden waarmee je voorwerpen kunt om schrijven 49. Woorden waarmee je iemands uiterlijk kunt beschrijven 50. JE KUNT: 51. Je kunt naar telefoongesprek luisteren 52. Je kunt een voic bericht begrijpen 53. Je kunt een folder / waarschuwingsborden / internetsite lezen 54. Je kunt om informatie vragen 55. Je kunt vragen om meer uitleg als je iets niet begrijpt 56. Je kunt de weg vragen en wijzen 57. Een korte memo schrijven 58. Een schrijven waarin je informatie vraagt en een hotelkamer reserveert 59. Informatie vragen in een winkel 60. Vertellen over kledingstijl 61. Een persoon beschrijven 62. Een voorwerp omschrijven

27 Les Datum Voor de les In de les 1 Inleiding: 1 en 2 bron A: 3 ( ), 4 bron B: 5, 6 ( ), 7 2 Leren voca 8.1 bron C: 8, 9, 10 Nakijken 1 t/m 10 3 Leren voca 8.2 Herhalen voca 8.1 bron D: 11, 12, 13 4 Leren Grammaire D Herhalen woordgeslacht. bron E: 14 ( ), 15 bron F: 16, 17 ( ) Nakijken 11 t/m 17 Meer oefenen I-clips 5 Leren Phrases-clés E bron G: 18 ( ) bron H: 19, 20 bron I: 21 ( ) Meer oefenen I-clips 6 Leren vervoeging mettre Leren voca 8.3 en 8.4 Herhalen voca 8.1 en 8.2 bron J: 22, 23, 24, 25 7 Week 49 Leren Grammaire J Herhalen woordvolgorde bron K: 26 ( ), 27, 28 Nakijken: 18 t/m 28 SO werkwoorden x2 Meer oefenen 8 Week 50 Leren Phrases-clés K Tâche: stap 1 t/m 4 Meer oefenen 9 Herhalen grammatica, vocabulaire, Phrases-clés Spreektoets + schrijfopdracht inleveren D-toets ( ) Arrêt 10 Week 3/4 D-toets SE chapitre 7 en 8 TOETS OF OPDRACHT DATUM WEGING M-CIJFER H-CIJFER SO werkwoorden Week 49 2 Schrijftoets Week 50 2 luistervaardigheid Week 50 2 SE Chapitre 7 en 8 Week 3/4 3 o v g o v g 27

28 Lichamelijke Opvoeding PTA en leerdoelen Mavo 4 PTA MAVO 4 Vak: LO Cohort: 2015 Opgesteld door: Sectie LO Datum: augustus 2015 periode Stofomschrijving wijze van toetsing Herkansing resultaat opmerkingen 1 Turnonderdeel 1 Spelonderdeel 1 Praktijk nee Cijfer Bewegen en regelen Spelonderdeel 2 Praktijk nee Cijfer Turnonderdeel 2 Praktijk Nee Cijfer Atletiekonderdeel 1-10 SportOriëntatieKeuz e Verslag Ja o/v/g Alle onderdelen worden beoordeeld als PO met weging 1.0 Behalve sportoriëntatie, dit wordt afgesloten met een verslag Alle onderdelen worden buiten de toets week afgesloten. 28

29 Leerdoelen Mavo 4, periode 1 t/m 3 Aan het einde van periode 3 voldoe je aan de volgende eisen: Je kent/weet: de regels die we hanteren bij een les L.O. de regels van (school) voetbal, in zoverre als ze behandeld zijn in de les. de regels van (school) volleybal, in zoverre als ze behandeld zijn in de les Je kunt*: samenwerken zelfstandig een bewegingsactiviteit op ganghouden. Je kunt op de grote trampoline in ongeveer 1 minuut een serie neerzetten waarbij je verschillende sprongen en trucjes laat zien. Deze worden in verschillende lessen je aangeleerd. Dubbelspringen: Tijdens deze activiteit, waarbij je begint met bokspringen, kan je laten zien dat je 2 sprongen op een mini tramp achter elkaar kan maken. Tussen de mini trampolines worden er 2 bokken neergezet waardoor het om een dubbele sprong gaat. samen (of alleen) een activiteit aanbieden (denk aan tik en/of spel spelen) en deze op gang houden voor je klasgenoten. aan het einde van het jaar kan je het vak L.O. afsluiten met een gemiddelde van minimaal een voldoende (5.5). x x 29