Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 89. Haarlem, 1 november Onderwerp: herijkingstaak Beeldende Kunst/Kunstuitlenen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 89. Haarlem, 1 november 1996. Onderwerp: herijkingstaak Beeldende Kunst/Kunstuitlenen"

Transcriptie

1 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 89 Haarlem, 1 november 1996 Onderwerp: herijkingstaak Beeldende Kunst/Kunstuitlenen Bijlage: ontwerp-besluit Hoofdstuk 1 Inleiding In de door provinciale staten vastgestelde Strategienota is "beeldende kunst/kunstuitlenen" aangemerkt als een herijkingstaak (typering G). In de zgn. Kadernotitie voor een uit te brengen Cultuurnota 1997 t/m 2000 is toegezegd dat in 1996 in dat verband een afzonderlijke (herijkings)rapportage zal worden opgesteld. Daarbij zal antwoord moeten worden gegeven op de vraag of de provincie deze taak m.b.t. de kunstuitlenen moet blijven vervullen of dat de uitvoering daarvan aan anderen moet worden overgedragen c.q. overgelaten. Met deze rapportage wordt aan de opdracht tot herijking uitvoering gegeven in die zin dat deze is toegespitst op het beleidsonderdeel kunstuitlenen, waarbij (zoveel mogelijk) het stramien van de zgn. checklist van Berenschot wordt gevolgd. Vanwege de onderlinge samenhang tussen de onderdelen van het beeldende kunstbeleid hebben wij de in het Beleidsplan Beeldende Kunst in 1996 voorgenomen evaluatie van het beleid laten samenvallen met deze specifieke herijkingsrapportage t.a.v. de kunstuitlenen. Voor een plaatsbepaling van het huidige provinciale beleid op het gebied van de beeldende kunsten is de volgende (algemene) historische en bestuurlijke achtergrond van belang. Na afschaffing op rijksniveau van de zgn. BKR-regeling en gelijktijdige overheveling van een bedrag van 60,- miljoen van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar (toentertijd) het Ministerie van CRM is sinds 1984 op het gebied van de beeldende kunsten overwegend sprake van decentrale uitvoering van beleid met centrale financiering. Diverse interim-rijksbijdrage-regelingen zijn opgevolgd door thans de zgn. Geldstroom Lagere Overheden o.g.v. waarvan de 12 provincies jaarlijks een rijksdoeluitkering ontvangen van in totaal 20,- miljoen. Deze rijksbijdrage wordt door het Ministerie van OC en W over de provincies verdeeld op basis van inwonertal. De vier grootste steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) ontvangen in dit kader in totaal een rijksbijdrage van 15,- miljoen. Sinds 1993 wordt deze rijksbijdrage op basis van ingediende beleidsplannen, vastgelegd in de Wet op het Specifiek Cultuurbeleid, toegekend voor 4 jaar. Voor de periode 1993 t/m 1996 is het op 14 december 1992 door provinciale staten vastgestelde Beleidsplan Beeldende Kunst Noord-Holland aangemerkt als een aanvraag voor een specifieke uitkering (artikel 7 Wet Specifiek Cultuurbeleid) en is aan onze provincie voor die periode een bijdrage toegekend van (afgerond) 2,6 miljoen per jaar.

2 2 Het door het IPO en de VNG op 14 februari 1991 gesloten "Convenant voor het beeldende kunstbeleid in provincies en gemeenten " maakt onderdeel uit van genoemd beleidsplan. Volgens dit convenant wordt door de provincie een bedrag van 1,-- per inwoner aan een 6-tal Noordhollandse gemeenten met meer dan inwoners toegekend. Hiermee wordt beoogd deze (convenant)gemeenten in de gelegenheid te stellen zelf een beeldend kunstenbeleid te voeren respectievelijk het gevoerde beleid te versterken. Het convenant omvat verder de mogelijkheid van additionele toekenning van 0,57 per inwoner, in nader overleg tussen provincie en betreffende gemeenten te bepalen. In goed overleg is voor de periode 1993 t/m 1996 met de 6 gemeenten overeengekomen 1,-- per inwoner toe te kennen (totaal ,--) en in ruil voor het behouden van de additionele middelen als provincie de beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheid te houden voor de collectievorming van de (10) kunstuitlenen. Overwogen is dat het niet mogelijk is om deze, voornamelijk met rijksgelden uitgevoerde, taak op het gebied van de beeldende kunst te beëindigen gezien: - het door de (landelijke) Raad voor de Kunst aan de Staatssecretaris van OCW uitgebrachte advies om de aparte Geldstroom Lagere Overheden (GLO) voor de beeldende kunst en vormgeving voor de periode 1997 t/m 2000 te handhaven vanwege de belangrijke impuls die daarvan uitgaat op het provinciaal en gemeentelijk kunstbeleid; -de in IPO-verband met de VNG bereikte overeenstemming over een óók voor 1997 t/m 2000 te sluiten convenant t.b.v. toekenning van middelen t.b.v. bepaalde (grotere) gemeenten. Een akkoord gebaseerd op een gezamenlijke evaluatie waarbij o.a. is vastgesteld dat er sprake is van een zeer breed bestuurlijk draagvlak voor voortzetting van deze inzet van rijksmiddelen. -het standpunt van de Staatssecretaris van OC en W (april 1996) deze Geldstroom Lagere Overheden te continueren en deze op te nemen in met de provincies te sluiten (algemene) bestuurlijke convenanten in het kader van de (Rijks)Cultuurnota , waarbij nader overleg zal plaatsvinden tussen OC en W en IPO over enkele punten om deze geldstroom en de werking van het convenant daarin, nog meer effect te laten sorteren. Het in totaal in deze rapportage in beschouwing te nemen beleid betreft de volgende onderdelen en bedragen (begroting 1996). -Rijksbijdrage (0831.) ,-- (afgerond) -Autonome provinciale middelen ,-- Voor de besteding van de rijksbijdrage geldt in principe de volgende verdeling. -Tien kunstuitlenen ,-- -Zes convenantgemeenten ,-- -Aankopen ,-- -Opdrachten ,-- -Manifestaties ,-- -Publiciteit ,-- -Drie grafische ateliers ,-- -Overhead (advisering St. Kunst en ,-- Cultuur) Aan autonome provinciale middelen is geraamd voor:

3 -Projectsubsidies ,-- - Manifestaties ,-- -Tentoontstellingsdienst St. Kunst ,-- en Cultuur -Federatie Kunstuitlenen (FKU) 5.000,-- 3 Zoals gezegd zal op de kunstuitlenen als te herijken taak hierna specifiek worden teruggekomen. Als afgeleide van de huidige taak wordt de bijdrage aan de landelijke Federatie Kunstuitlenen van 5.000,-- (FKU) ten behoeve van coördinerende activiteiten buiten beschouwing gelaten. De bijdrage aan de tentoonstellingsdienst van de Stichting Kunst en Cultuur Noord-Holland ( ,--) maakt onderdeel uit van de besluitvorming over (de taken van) deze stichting in het kader van de Cultuurnota en is om die reden in deze rapportage niet meegenomen. Personele inzet In de begroting 1996 is 1 fte geraamd voor de uitvoering van het beleid voor de beeldende én scheppende kunsten. Aan de rijksbijdrage wordt ,-- (0,4 fte) onttrokken ter gedeeltelijke financiering van de uitvoering van deze taak. Hoofdstuk 2 Afbakening van de taak (algemeen) Algemeen De provinciale taak op het gebied van de beeldende kunsten en daarbinnen de subsidiëring van de kunstuitlenen staat niet op zichzelf, maar maakt onderdeel uit van het provinciale kunst- en cultuurbeleid. Een alle (deel)sectoren omvattende Cultuurnota voor de periode 1997 t/m 2000 zal in december 1996 aan provinciale staten worden voorgelegd. Doelstelling van de taak Het provinciale cultuurbeleid heeft als algemene doelstellingen het ontwikkelen en instandhouden van culturele waarden, het toegankelijk maken van culturele objecten en manifestaties en het bevorderen van culturele participatie. Vertaald naar het beeldende kunstbeleid is - in het Beleidsplan Beeldende Kunst Noord-Holland als doelstelling geformuleerd: "Het bevorderen van de spreiding en afname van een kwalitatief zo goed mogelijke professionele beeldende kunstproductie". Beleidsinstrumenten De elementen van het beeldende kunstenbeleid, te weten spreiding en afname van beeldende kunst, indirecte steun van de productie en participatie zijn terug te vinden in de keuze van de beleidsinstrumenten: het subsidiëren van kunstuitlenen, aankopen en opdrachten, manifestaties en projecten. De subsidies hebben de vorm van 4-jarige budgetsubsidies (kunstuitlenen, grafische ateliers, tentoonstellingsorganisaties, convenantgemeenten) ofwel het karakter van stimuleringsbijdragen bij incidentele subsidiëring.

4 De incidentele subsidiëring van manifestaties, aankopen en opdrachten publiciteit en projecten vindt plaats op basis van een door provinciale staten vastgestelde deelverordening. 4 De Stichting Kunst en Cultuur Noord-Holland (commissie Beeldende Kunsten) is belast met de advisering over de artistieke kwaliteit van de (incidentele) subsidie-aanvragen. Voor de uitvoering van die taak ontvangt de stichting een bijdrage van ,--. Doelgroepen Het beleid richt zich op de gehele Noord-Hollandse bevolking, met uitzondering van Amsterdam. Die uitzondering wordt bepaald door het feit dat de gemeente Amsterdam rechtstreeks uit de zgn. Geldstroom Lagere Overheden een doeluitkering ontvangt. Hoofdstuk 3 Kunstuitlenen (herijking) 3.1. Definities en begrippen Een kunstuitleen is een instelling die hedendaagse beeldende kunst en publiek bij elkaar brengt. Zij doet dat primair door het uitlenen van kunstwerken. Particulieren, instellingen en bedrijven kunnen daartoe een abonnement nemen. De kunstuitleen beschikt over een steeds wisselende gebruikerscollectie die zij verwerft door werken van professionele beeldende kunstenaars in te huren en aan te kopen en draagt daarmee bij aan de inkomensvorming van beeldende kunstenaars. 3.2.Afbakening van de taak Doelstelling: In het Beleidsplan Beeldende Kunst is een 10-tal kunstuitlenen met een regionaal werkingsgebied in de provincie aangewezen als (beleids)instrument om aan de doelstelling: "het bevorderen van spreiding en afname van beeldende kunst" invulling te geven. Het betreft kunstuitlenen in de volgende gemeenten: Subsidie Beverwijk ,-- Alkmaar ,-- Den Helder ,-- Amstelveen ,-- Bergen ,-- Purmerend ,-- Hilversum ,-- Hoorn ,-- Zaanstad ,-- Haarlem ,-- f ,-- Met deze 10 kunstuitlenen, waarvan er 5 gevestigd zijn in zgn. convenantgemeenten, is de spreiding van deze instellingen over de provincie gewaarborgd geacht en zijn geen andere kunstuitlenen tot het beleid toegelaten. Beleidsinstrumenten

5 5 De herijking heeft betrekking op het beleidsinstrument: subsidieverlening. Gedurende de periode 1993 t/m 1996 is aan genoemde 10 kunstuitlenen een provinciale bijdrage verstrekt - in de vorm van een 4-jarige budgetsubsidie - onder bepaalde voorwaarden (o.a. ten aanzien van aan de beeldende kunstenaars te betalen huurvergoedingen). Het subsidie bestaat uit een basisbedrag voor elke kunstuitleen van ,-- aangevuld met een bedrag, dat berekend is d.m.v. een eerder gehanteerde verdeelsleutel (gekoppeld aan de verwerving van kunst). Het via deze verdeelsleutel te verdelen bedrag bedraagt ,--. Het subsidie per kunstuitleen is voor 4 jaar gefixeerd op hetzelfde bedrag. Historische context en achtergronden De kunstuitlenen kennen een ontwikkelingsgeschiedenis, waarbij deze instellingen vanaf het begin op wisselende wijze met het rijk, de provincies en de gemeenten te maken hadden. In kort bestek daarover het volgende. Met erkenning van de rol van kunstuitlenen als spreidingsinstrument stelde het rijk m.i.v op structurele basis subsidie beschikbaar voor de collectievorming. Voorwaarde was o.a. dat de lagere overheden de exploitatie betaalden. Toedeling van en verantwoording over de rijksgelden vond plaats via de FKU. In 1980 vond een decentralisatie plaats. Via de Tijdelijke Rijksbijdrageregeling Kunstuitleen (TRKU) werden de verwervingssubsidies van het rijk in het vervolg niet meer via de FKU verstrekt, maar liep deze geldstroom via de gemeenten. In 1984 werd deze TRKU-regeling vervangen door de Tijdelijke Bijdrageregeling Provinciale Bevordering Beeldende Kunst (BPBK) en dienden de kunstuitlenen zich tot de provincies te wenden. De gemeenten bleven verantwoordelijk voor de exploitatiekosten. Vanaf 1984 maken de kunstuitlenen, en enkele al daarvoor, deel uit van de instrumentenmix binnen het provinciaal beleid op het terrein van de beeldende kunst en ontvangen deze instellingen provinciaal subsidie, overwegend gebaseerd op de bij de TRKU-regeling gehanteerde systematiek. M.i.v is dat in het kader van meergenoemd beleidsplan en als onderdeel van de afspraak met de zgn. convenant-gemeenten. Maatschappelijk krachtenveld/doelgroepen Het maatschappelijk krachtenveld is groot en veelvormig. De kunstuitlenen opereren binnen een veld van andere podia voor de hedendaagse beeldende kunst zoals musea, tentoonstellingscentra, galeries, en commerciële kunstuitlenen en nemen binnen de culturele infrastructuur als aanbieders een eigen plaats in. De belangrijkste afnemers/doelgroep wordt gevormd door particulieren, bedrijven en instellingen. Belangrijke actoren zijn het rijk, de provincie en de gemeenten alsmede de FKU. Daarnaast spelen o.a. de Federatie van Kunstenaars- en Ontwerpersverenigingen, de Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars op landelijk en provinciaal niveau een rol alsmede op regionaal en lokaal niveau diverse platforms van beeldende kunstenaarsverenigingen/-initiatieven. 3.3.Uitvoering van de taak Anders dan besluitvorming over de keuze van het beleidsinstrument kunstuitlenen en bij die keuze het aantal dat tot het beleid wordt

6 6 toegelaten alsmede het volume van de in te zetten financiële middelen zijn bij de ruim 10 jaar bestaande subsidiegrondslag (de collectievorming) voor de provincie geen sturingsmogelijkheden aanwezig. Als gevolg van de gekozen subsidiemethodiek (en grondslag) heeft de taakuitvoering voornamelijk bestaan uit het toekennen van de budgetsubsidies en toetsing, aan de hand van de in te zenden (financiële) jaarverslagen, of aan de algemene voorwaarden is voldaan. Met de jaarlijkse inzet van een, in verhouding tot de totale rijksgelden, zeer aanzienlijk budget wordt door de kunstuitlenen een bijdrage geleverd aan het realiseren van de doelstelling van spreiding en afname van beeldende kunst (cultuurparticipatie) in de provincie. Door de 10 kunstuitlenen gezamenlijk worden in totaal abonnementhouders bereikt. Over de (mate van) tevredenheid door de doelgroepen kunnen geen uitspraken worden gedaan. Wel kan worden geconstateerd dat binnen het (beroeps)veld van de beeldende kunsten kritische kanttekeningen worden geplaatst bij de betekenis van kunstuitlenen; het publieksbereik en de kwaliteit van de kunstuitleen. 3.4.Overdracht Wettelijk kader Zoals vermeld in de Inleiding ontvangt de provincie o.g.v. artikel 7 van de Wet op het Specifiek Cultuurbeleid een rijksbijdrage. Deze bijdrage wordt, o.g.v. een in te dienen beleidsplan voor een periode van 4 jaar verstrekt onder de voorwaarde dat deze middelen worden aangewend ter bevordering van de spreiding en afname van beeldende kunst en vormgeving. Strikt genomen is de provincie vrij in de keuze van haar instrumenten om aan genoemde voorwaarde te voldoen. Als autonome keuze is door de provincie de verantwoordelijkheid genomen - tot een overigens gemaximeerd totaalbedrag - voor de collectievorming van 10 kunstuitlenen. De (vestigings)gemeenten zijn daarbij verantwoordelijk gehouden voor de instandhouding/exploitatie (huisvesting, personeel e.d.) Vormgeving van de overdracht Dat kunstuitlenen een waardevol beleidsinstrument vormen betekent overigens niet dat de provincie deze taak moet blijven uitvoeren. In de Strategienota is als (voorlopig) standpunt ingenomen dat deze taak in aanmerking komt voor overdracht naar aanvankelijk het gewestelijk niveau, thans te lezen als gemeenten of samenwerkende gemeenten. Die discussie is voor dit instrument niet nieuw in die zin dat ook, voorafgaande aan de vaststelling van het Beleidsplan Beeldende Kunst NH , deze vraag onder ogen is gezien. Gelet op de beperkte financiële speelruimte van de rijksbijdrage van 2,6 miljoen en de complexe positie van de zgn. convenantgemeenten (zie paragraaf 4.1) is tot een praktische oplossing gekomen waarbij de provincie de verantwoordelijkheid heeft gehouden voor de kunstuitlenen. Wij komen tot de conclusie dat deze taak in aanmerking komt voor overdracht naar het gemeentelijk niveau d.w.z. naar de gemeenten waarin de kunstuitlenen zijn gevestigd. Daarbij is overwogen dat bij de huidige beleidsuitvoering tussen provincie en de kunstuitlenen een (te) grote afstand is ontstaan en deze taak

7 beter op een dichter bij de uitvoering gelegen niveau kan worden geplaatst. 7 Acceptatie en onderhandelingsbasis Van de convenantgemeenten is bekend dat deze de huidige situatie in ongewijzigde vorm willen voortzetten. In Haarlemmermeer is nog geen uitleen gevestigd, maar deze gemeente wenst dat wel. Aannemelijk is dat de 5 andere gemeenten hetzelfde standpunt als de convenantgemeenten zullen innemen. De acceptatie door de gemeenten zal in hoge mate afhankelijk zijn van de omvang van de te decentraliseren middelen. Van de kunstuitlenen is bekend dat men ongewijzigde voortzetting wenst van de bestaande situatie. De verandering in de taakverdeling zal met het oog op draagvlak in open gesprekken met de betreffende gemeenten en de kunstuitlenen tot stand moeten komen c.q. naar verwachting uitsluitend dan tot stand kunnen komen. Randvoorwaarden en vereisten Zoals gezegd zijn de vestigingsgemeenten de meest aangewezenen om de taak te gaan uitvoeren. De gemeenten worden (vanzelfsprekend) in staat geacht, zowel in bestuurlijk opzicht als door de aanwezigheid van een ambtelijk apparaat, uitvoering aan deze taak te geven. In de huidige situatie zijn, met uitzondering van Beverwijk, Purmerend, Hoorn en Hilversum, zes gemeenten op één of andere wijze al in een subsidierelatie met de kunstuitlenen betrokken. Consequenties voor de provincie De personele gevolgen zullen, gezien de huidige taakuitvoering, gering zijn. De financiële gevolgen kunnen in principe voor de provincie budgettair neutraal zijn. Het betreft immers toekenning van rijksgelden. Gezien het, in relatie tot het totaalbeslag van de rijksgelden, onevenredig grote bedrag dat met de subsidiëring van Kunstuitlenen is gemoeid verdient het aanbeveling om een geringer budget te decentraliseren. Deze optie wordt nadrukkelijk aanbevolen om voor de andere instrumenten van het beeldende kunstbeleid voldoende middelen beschikbaar te houden. Hiermee wordt in dat geval overigens een "hypotheek" gelegd op de onderhandelingen. Traject en implementatie Het Beleidsplan loopt af per 31 december 1996 en daarmee ook de 4-jarige (budget)subsidierelatie met zowel de kunstuitlenen als de convenantgemeenten. Voor de periode 1997 t/m 2000 is een Cultuurnota in voorbereiding, waarvan de beeldende kunst deel uitmaakt. In december 1996 zal een aantal besluiten worden voorgelegd o.g.v. deze Cultuurnota, met inbegrip van een verdelingsplan voor de Beeldende Kunst voor het verkrijgen van een rijksbijdrage-/ doeluitkering voor de periode 1997 t/m Voortzetting van het IPO/VNG-convenant impliceert dat in ieder geval een bedrag van 1,-- per inwoner aan de 6 convenantgemeenten toegekend zal worden. In de periode tussen juni en december 1996 zullen tegen die achtergrond met de convenantgemeenten, en de kunstuitlenen onderhandelingen moeten worden gevoerd en afgerond, opdat de overdracht van de

8 8 verantwoordelijkheid voor de kunstuitlenen bij voorkeur per kan worden geëffectueerd. Hoofdstuk 4 Evaluatie/beoordeling overige beleidsinstrumenten Algemeen Aan de evaluatie/beoordeling van het op grond van het Beleidsplan BK NH gevoerde beleid is een onderzoek van de taakuitvoering over met name de jaren 1993 t/m 1995 vooraf gegaan. De belangrijkste bevindingen worden hierna per beleidsinstrument beknopt weergegeven. 4.1.Convenant-gemeenten Ter uitvoering van het IPO-VNG-convenant en op basis van onderhandelingen is met 6 gemeenten, die op de (toenmalige) peildatum tenminste inwoners telden, afgesproken voor de periode 1993 t/m ,- per inwoner toe te kennen, in ruil voor het behoud door de provincie van de verantwoordelijkheid m.b.t. de collectievorming van de Kunstuitlenen. Zie ook de inleiding. Hiermee zijn de volgende bedragen gemoeid: Haarlem ,-- Zaanstad ,-- Alkmaar ,-- Haarlemmermeer ,-- Hilversum ,-- Amstelveen ,-- In totaal is jaarlijks ,-- (afgerond) aan deze gemeenten toegekend. Aan deze toekenning zijn geen specifieke of nadere voorwaarden verbonden anders dan die door het rijk aan de provincie zijn gesteld. De taakuitvoering heeft dan ook voornamelijk bestaan uit het jaarlijks toekennen van de budgetsubsidies en toetsing, aan de hand van in te zenden jaarverslagen, of aan de (algemene) voorwaarden wordt voldaan. Bij gelegenheid van de gezamenlijke IPO-VNG-evaluatie (zie hoofdstuk 1, Inleiding) is door de 6 Noord-Hollandse convenantgemeenten in het algemeen een positief oordeel uitgesproken over de werking en de uitvoering van het convenant door de provincie. Niet onvermeld mag blijven dat de gemeente Haarlemmermeer, waar (nog) geen kunstuitleen is gevestigd, daarbij heeft aangetekend dat het behoud door de provincie van de zgn. additionele gelden in ruil voor de verantwoordelijheid voor de collectievorming van de kunstuitlenen, niet in het belang is van het Haarlemmermeers kunstbeleid.

9 Wij concluderen dat er enerzijds sprake is van een praktische taakafbakening, namelijk m.b.t. de kunstuitlenen - overigens met een voor de provincie financieel onvoordelig resultaat - maar dat anderzijds ook moet worden vastgesteld dat er in onvoldoende c.q. slechts zeer geringe mate sprake is van afstemming van beleid tussen beide overheden. Aanbevolen wordt derhalve aan beide aspecten in de op te stellen Cultuurnota respectievelijk in het op te stellen Verdelingsplan Beeldende Kunst NH, voor het verkrijgen van de rijksbijdrage 1997 t/m 2000, aandacht te besteden en dit in de te voeren onderhandelingen met betreffende gemeenten te betrekken Aankopen en opdrachten In vervolg op het vanaf 1984 gevoerde beleid zijn in het Beleidsplan aankopen en opdrachten als beleidsinstrumenten opgenomen. Aan gemeenten (exclusief de zgn. convenantgemeenten), instellingen en bedrijven kan subsidie worden verleend. Bij aankopen bedraagt het provinciaal subsidie 50%, bij opdrachten 33 1/3% De subsidieregeling is uitgewerkt in de Deelverordening Beeldende Kunst NH. Een samenvattend overzicht over 1993 t/m 1995 geeft het volgende beeld: Aankopen (budget ,--) Jaar Aantal Totaalbedrag Aantal toekenningen gem./inst / / /4 Opdrachten (budget ,--) Jaar Aantal Totaalbedrag Aantal toekenningen gem./inst / / /8 Geconstateerd kan worden dat op beide instrumenten voor het merendeel door gemeenten een beroep wordt gedaan. Voor beide instrumenten geldt ook dat er over de periode 1993 t/m 1995 sprake is van spreiding over de gemeenten in de provincie aangezien uit alle regio's van gemeenten (en instellingen) aanvragen afkomstig waren en zijn gehonoreerd. De werkelijke provinciale bijdrage in procenten t.o.v. de werkelijke kosten van aankopen en opdrachten lag in de afgelopen jaren bij aankopen tussen 40 en 50 en bij opdrachten tussen 20 en 25. Bij de beleidsuitvoering kan een tweetal knelpunten worden geconstateerd. Dit betreft enerzijds het gestelde maximumbedrag per aankoop/opdracht van respectievelijk 5.000,-- en ,-- en anderzijds de systematiek van de Deelverordening waarbij slechts 2 indieningstermijnen per jaar worden gehanteerd. Geconcludeerd kan worden dat beide instrumenten middelen genereren (vliegwieleffect) en in die zin substantieel bijdragen aan de realisering van een divers en zo gespreid mogelijk kwalitatief aanbod van professionele beeldende kunst.

10 10 Aanbevolen wordt, met inachtneming van de gesignaleerde knelpunten, beide instrumenten te handhaven in het toekomstig beleid respectievelijk te betrekken in het voor de periode 1997 tm 2000 op te stellen Verdelingsplan Beeldende Kunst NH. 4.3.Manifestaties In het Beleidsplan is als beleidsinstrument de mogelijkheid opgenomen subsidie te verlenen t.b.v. manifestaties. Onder een manifestatie wordt verstaan een vorm van presentatie van beeldende kunst, waarbij d.m.v. een samenhangend geheel van activiteiten rond een thema, beeldende kunst onder de aandacht van het publiek wordt gebracht (bijv. beeldenroutes, (een serie van) tentoonstellingen, activiteiten met meerdere kunstdisciplines). Voor manifestaties is één budget gevormd, bestaande uit ,-- aan rijks- en ,-- aan provinciale middelen. Aan laatstgenoemd budget wordt t.b.v. 4 tentoonstellingsorganisaties (zie paragraaf 4.4) in totaal een bedrag onttrokken van ,--. Jaarlijks is voor manifestaties derhalve ,-- beschikbaar. De subsidieregeling is uitgewerkt in de Deelverordening Beeldende Kunst NH. Een samenvattend overzicht over 1993 t/m 1995 laat het volgende zien. JaarAantal toekenningen Totaalbedrag Geconstateerd kan worden dat, over de gehele periode 1993 t/m 1995 gezien, er sprake is van een redelijk goede spreiding over de provincie. In alle regio's hebben één of meerdere manifestaties plaatsgevonden. Het aandeel van de provinciale bijdrage in relatie tot de organisatiekosten van manifestaties bedroeg 30% tot 40% en is in die zin substantieel te noemen. Hoewel in beperkte mate gegevens voorhanden zijn over bezoekersaantallen kan o.g.v. de wel beschikbare informatie worden geconstateerd dat deze aantallen variëren van enkele honderden tot vele duizenden per manifestatie. In de beleidsuitvoering wordt de systematiek van de Deelverordening, waarbij slechts 2 keer per jaar aanvragen kunnen worden ingediend, als knelpunt ervaren. Voor aanvragers blijkt het in vele gevallen niet mogelijk om op de gestelde data volledig gedocumenteerde subsidieverzoeken in te dienen, opdat beoordeling door de Stichting Kunst en Cultuur op kwalitatieve aspecten kan plaatsvinden. Ten slotte kan worden geconstateerd dat in een toenemend aantal gevallen manifestaties plaatsvinden waarbij sprake is van betrokkenheid van meerdere kunstdisciplines (theater, muziek en beeldende kunst). Geconcludeerd kan worden dat met dit beleidsinstrument een substantiële bijdrage wordt geleverd aan de realisering van de doelstelling en de cultuurparticipatie wordt bevorderd. Aanbevolen wordt, met inachtneming van het gesignaleerde knelpunt en gezien de ontwikkeling van multidisciplinaire manifestaties, dit beleidsinstrument in het toekomstig beleid te handhaven respectievelijk te betrekken in het voor de periode 1997 t/m 2000 op te stellen Verdelingsplan Beeldende Kunst NH Tentoonstellingsorganisaties

11 Op grond van het Beleidsplan wordt aan vier regionale expositiecentra subsidie verleend. Op grond van de regionale functie, de kwaliteit van de exposities en de signaalfunctie t.a.v. (nieuwe) ontwikkelingen in de beeldende kunst zijn de volgende expositiecentra aangewezen: Museum Waterland te Purmerend, Kunstcentrum De Twee Wezen te Enkhuizen, Kunstenaarscentrum Bergen te Bergen en Kunstcentrum De Boterhal te Hoorn. Aan elk van deze instellingen is voor de periode 1993 t/m 1996 een budgetsubsidie toegekend van ,-- per jaar ten behoeve van de structurele organisatiekosten. De gemeenten zijn verantwoordelijk gehouden voor de exploitatiekosten. Naast dit basisbedrag bestond de mogelijkheid voor deze instellingen een beroep te doen op de regeling voor manifestaties. 11 De doelstellingen van de provinciale subsidieverlening zijn niet (nader) geëxpliciteerd noch zijn nadere (meetbare) prestatienormen geformuleerd. Als gevolg hiervan heeft de uitvoering van de taak bestaan uit het jaarlijks toekennen van het budgetsubsidie en globale toetsing van de in te zenden (financiële) jaarverslagen. Een overzicht van de verhouding tussen het provinciaal en het gemeentelijk subsidie in relatie tot de totale begroting geeft het volgende beeld. Totale Prov. subsidiegem. subsidie begroting KCB Bergen (10%) Twee Wezen (39%) Enkhuizen Boterhal Hoorn (14%) Museum Waterland (12%) Geconstateerd kan worden dat de provinciale bijdrageverlening, met uitzondering van het subsidie aan De Twee Wezen in Enkhuizen, geen substantieel deel uitmaakt in het totaal van de kosten. In 1993 is door 2, in 1994 en 1995 door 1 instelling een beroep gedaan op de subsidieregeling voor manifestaties. Een overzicht van het aantal exposities en het gemiddeld aantal bezoekers per jaar laat het volgende zien. ExpositiesAantal bezoekers KCB Bergen Twee Wezen Enkhuizen Boterhal Hoorn Museum Waterland Gegevens over de herkomst van de bezoekers zijn niet beschikbaar zodat, daaraan afgemeten, geen uitspraak over de regionale functie kan worden gedaan. In de Kadernotitie voor de op te stellen Cultuurnota is de bijdrage aan de cultuurparticipatie door deze instellingen in twijfel getrokken. Afgemeten aan de bezoekersaantallen kan geconcludeerd worden dat die bijdrage daaraan wel aanwezig is. De vraag dient evenwel gesteld te worden of aan die doelstelling door deze instellingen in grotere mate een bijdrage wordt geleverd dan door

12 12 diverse andere op dit terrein in de provincie aanwezige organisaties, voor welke organisaties uitsluitend een beroep mogelijk is op de subsidieregeling voor manifestaties. Aanbevolen wordt de huidige budgetsubsidiëring van deze 4 instellingen niet opnieuw voor een periode van 4 jaar te continueren en ook deze uitsluitend in aanmerking te laten komen voor subsidiëring ten laste van een budget voor manifestaties. 4.5.Publiciteit In het Beleidsplan is de mogelijkheid opgenomen voor publicitaire activiteiten (affiches, catalogussen e.d.), gericht op de stimulering van verkoop van werk van Noord-Hollandse kunstenaars, een bescheiden bijdrage te verlenen van 50% van de kosten tot maximaal 2.000,--. De procedureregels van de Deelverordening Beeldende Kunst (indieningstermijnen) zijn op dit onderdeel van toepassing verklaard. Een samenvattend overzicht over 1993 t/m 1995 laat het volgende zien. Budget ,-- JaarAantal toekenningen Totaal bedrag , , ,-- Van de in totaal 15 toegekende subsidies zijn er 3 verstrekt aan kunstenaarsverenigingen en 12 aan beeldende kunstenaars. Geconcludeerd wordt dat met dit instrument, gezien ook het beperkte budget, nauwelijks tot geen bijdrage kan worden geleverd aan de spreiding en afname van beeldende kunst in de provincie. Aanbevolen wordt derhalve dit instrument niet meer in het toekomstig beleid op te nemen en de middelen te betrekken bij nieuwe keuzes in het kader van de Cultuurnota Grafische Ateliers Op grond van het Beleidsplan wordt aan een 3-tal grafische ateliers vanwege de regionale functie subsidie verleend (in vervolg op tot 1993 gevoerd beleid). Een grafisch atelier is een werkplaats met in het algemeen zeer kostbare instrumenten/apparatuur zoals bijv. drukpersen waarvan primaire professionele beeldende kunstenaars voor het uitvoeren van grafische technieken gebruik kunnen maken. In het Beleidsplan zijn de grafische ateliers in Alkmaar, Haarlem en Hilversum beschouwd als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van provincie en gemeenten. De gemeenten zijn verantwoordelijk gehouden voor de instandhoudings- en exploitatiekosten. Door de provincie is voor de periode 1993 t/m 1996 aan elk van deze ateliers een budgetsubsidie verleend van ,-- bestemd voor algemeen beheer van het atelier. De doelstellingen van de provinciale subsidieverlening zijn niet (nader) geëxpliciteerd noch zijn nadere (meetbare) prestatienormen geformuleerd. Als gevolg hiervan heeft de uitvoering van de taak bestaan uit het jaarlijks toekennen van het budgetsubsidie en globale toetsing van de in te zenden financiële jaarverslagen. Een overzicht van de regionale functie, afgemeten naar de herkomst van de aangesloten kunstenaars, geeft het volgende beeld. Atelier Aantal prof. Aantal amateur- Lokaal/

13 kunstenaars kunstenaars regionaal Haarlem /30 Alkmaar /10 Hilversum / Voor wat betreft de ateliers in Haarlem en Alkmaar kan geconstateerd worden dat de kunstenaars voor circa 75% afkomstig zijn uit de eigen gemeenten en voor circa 25% uit de regio. De regionale functie is derhalve beperkt te noemen. Voor Hilversum ligt dat genuanceerder. Onder invloed van de deelname aan activiteiten door amateurs is de deelname vanuit de regio (55%) iets hoger dan uit de eigen gemeente (45%). Een overzicht van de verhouding tussen het provinciaal en gemeentelijk subsidie in relatie tot de totale begroting geeft het volgende beeld. Totale begroting Prov. subsidie Gem. subsidie Haarlem (14%) Alkmaar (36%) Hilversum (21%) Geconstateerd kan worden dat er in zekere mate sprake is van substantialiteit van de provinciale bijdrageverlening. Geconcludeerd wordt dat de in de Kadernotitie voor de op te stellen Cultuurnota geformuleerde indruk dat grafische ateliers slechts een verwijderde relatie hebben met de provinciale kerntaken cultuurparticipatie/-educatie terecht is. Deze instellingen, waarbij zich overigens per atelier inhoudelijk verschillende ontwikkelingen voordoen en daardoor onderling niet zondermeer vergelijkbaar zijn, blijven primair gericht op het faciliteren van professionele beeldende kunstenaars. Aanbevolen wordt de huidige budgetsubsidiëring niet opnieuw voor een periode van 4 jaar te continueren en de hiermee gemoeide middelen te betrekken bij nieuwe keuzes in het kader van de Cultuurnota Projectsubsidies In het Beleidsplan is het stimuleren van vernieuwende/experimentele kunst van belang geacht. Als nieuw beleidsinstrument is m.i.v gekozen voor subsidiëring van projecten die aan de volgende criteria moeten voldoen: - er moet sprake zijn van een nieuw te realiseren kunstwerk in een openbare ruimte of aan de openbare weg; -het kunstwerk dient van kwalitatief goed niveau (te beoordelen door de Stichting Kunst en Cultuur) en concreet uitvoerbaar te zijn. Per project geldt een maximum van ,--. De procedureregels van de Deelverordening Beeldende Kunst (indieningstermijnen) zijn van toepassing verklaard. Een samenvattend overzicht over 1993 t/m 1995 laat het volgende zien. Jaar Budget Aantal toekenningen Totaalbedrag Opvallend bij dit onderdeel is het grote verschil tussen het aantal ingediende verzoeken 1993: 17, 1994: 9 en 1995: 24 en het aantal

14 14 uiteindelijk gehonoreerde aanvragen. De afwijzingen zijn gebaseerd op een negatief kwaliteitsoordeel ofwel omdat op voorhand niet aan de globaal geformuleerde criteria werd voldaan. De niet bestede (autonome) gelden zijn aangewend voor een opdracht op het gebied van vormgeving, waartoe het Beleidsplan zich in beginsel ook uitstrekt, in het kader van de uitvoering van het Strategieproject Cultuur, Historie en Toerisme, onderdeel Beschermd Dorpsgezicht Barsingerhorn. De structurele onderbesteding van deze post is aanleiding geweest om in het kader van de zgn. posterioriteitenoperatie 1996 te volstaan met een raming van ,-- in de begroting voor Geconcludeerd wordt dat dit instrument in onvoldoende mate aansluit op de maatschappelijke werkelijkheid. Slechts in een zeer beperkte mate zijn met bijdragen, die in percentages variëren, van 25 tot 45, enkele projecten gerealiseerd. Aanbevolen wordt derhalve dit instrument niet meer in het toekomstig beleid te handhaven en de middelen te betrekken bij nieuwe keuzes in het kader van de Cultuurnota bij voorkeur op het gebied van de vormgeving en (zo mogelijk) in aansluiting op door het IPO en Rijk te ontwikkelen beleid. 5. Samenvatting conclusies/aanbevelingen *De herijkingsrapportage met betrekking tot de kunstuitlenen leidt tot de conclusie dat deze taak in aanmerking komt voor overdracht naar de (vestigings)gemeenten. Aanbevolen wordt deze taak in complementair beheer te geven van de betreffende gemeenten - met een overigens geringer budget - en daartoe met alle betrokkenen te onderhandelen tussen juni en december *De beoordeling van de overige beleidsinstrumenten leidt tot de conclusie dat: -bij de taakafbakening tussen provincie en (convenant)gemeenten met betrekking tot de kunstuitlenen slechts in geringe mate sprake is van inhoudelijke afstemming van het beleid tussen beide overheden. Aanbevolen wordt hieraan in de op te stellen Cultuurnota respectievelijk het op te stellen Verdelingsplan Beeldende Kunst NH aandacht te besteden en dit in de te voeren onderhandelingen te betrekken. -met de subsidiëring van aankopen en opdrachten een substantiële bijdrage wordt geleverd aan de doelstelling. Aanbevolen wordt beide instrumenten in het te formuleren toekomstig beleid te handhaven. -met de subsidiëring van manifestaties een substantiële bijdrage wordt geleverd aan de kerntaak cultuurparticipatie. Aanbevolen wordt dit instrument in het toekomstig beleid te handhaven. -er geen aanleiding is de subsidiëring van tentoonstellingsorganisaties in de vorm van 4-jarige budgetsubsidies voort te zetten. Aanbevolen wordt deze organisaties in het toekomstig beleid een beroep te laten doen op het budget/krediet voor manifestaties. -er geen aanleiding is de subsidiëring van (experimentele) projecten en publiciteit in het toekomstig beleid te handhaven. Aanbevolen wordt de hiermee gemoeide middelen in het toekomstig beleid in te zetten voor een actiever en profilerender beleid.

15 15 -dat door grafische ateliers geen bijdrage wordt geleverd aan de kerntaak cultuurparticipatie en deze subsidiëring derhalve dient te worden beëindigd. 6.Advies statencommissie en voorstel In samenhang met de voorontwerp-cultuurnota is bovenstaande rapportage inzake de herijkingstaak Beeldende Kunst/Kunstuitlenen behandeld in de statencommissie voor Maatschappelijk Welzijn en Cultuur van 27 juni De statencommissie heeft ingestemd met deze rapportage. Door enkele leden van de commissie is daarbij aangetekend dat een (politiek) eindoordeel over de voorstellen voor het toekomstig beleid eerst bij de besluitvorming over de Cultuurnota zal worden gegeven. Volledigheidshalve delen wij nog het volgende mede. In het kader van de bestuurlijke vernieuwing provincie Noord-Holland hebben wij over het rapport van de (gezamenlijke) ambtelijke werkgroep Provincie Noord-Holland en Vereniging van Noord-Hollandse gemeenten op 22 oktober 1996 een standpunt bepaald. Onze standpuntbepaling in dat kader zullen wij, gehoord de statencommissie voor Openbaar Bestuur, aan u ter definitieve besluitvorming voorleggen. Geheel in lijn met de herijkingsrapportage komt ons inziens de taak m.b.t. kunstuitlenen in aanmerking voor decentralisatie. Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde ontwerpbesluit. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, J.A. van Kemenade, voorzitter. C.J.N. Versteden, griffier.

16 16 Ontwerp-besluit Nr. Provinciale Staten van Noord-Holland; gelet op de Strategienota: "De meerwaarde van de provincie"; gezien de voordracht van gedeputeerde staten; besluiten: 1.dat de provinciale taak met betrekking tot de kunstuitlenen in principe in aanmerking komt voor overdracht naar de betreffende (vestigings)gemeenten; 2.gedeputeerde staten te machtigen daartoe, in overleg met alle betrokken partijen, te onderhandelen. Haarlem, Provinciale Staten voornoemd,, voorzitter., griffier.

17 17 Titel:Vd 89: Rapp. herijkingstaak beeldende kunst Datum: Nummer:89 Documenttype:voordracht

Nr.: 2004-24.935a/52/A.22, C Groningen, 23 december 2004

Nr.: 2004-24.935a/52/A.22, C Groningen, 23 december 2004 Aan de leden van Provinciale Staten Nr.: 2004-24.935a/52/A.22, C Groningen, 23 december 2004 Behandeld door : Draper, Mw. K. Telefoonnummer : (050) 3164919 Antwoord op : Bijlage : Onderwerp : Subsidie

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 37 Haarlem, 23 april 2002 Onderwerp: Deelverordening kwaliteitsverbetering en kadertraining vrijwilligerswerk 2002 Bijlage: ontwerpbesluit Inleiding Vrijwilligers

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, provincie Overijssel, provincie Gelderland, gemeente Zwolle, gemeente Enschede, gemeente Hengelo, gemeente Apeldoorn, gemeente Arnhem, gemeente Nijmegen De Staatssecretaris

Nadere informatie

BELEIDSKADER GELDSTROOM BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING 2005-2008

BELEIDSKADER GELDSTROOM BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING 2005-2008 BELEIDSKADER GELDSTROOM BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING 2005-2008 1. INLEIDING De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het Interprovinciaal Overleg en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten,

Nadere informatie

Voordracht 99. Haarlem 19 november Onderwerp: natuur en milieueducatie. Bijlagen: 1

Voordracht 99. Haarlem 19 november Onderwerp: natuur en milieueducatie. Bijlagen: 1 Voordracht 99 Haarlem 19 november 1996 Onderwerp: natuur en milieueducatie Bijlagen: 1 Inleiding Ter uitwerking van uw besluit van 20 september 1993, nr 45 (Strategienota) waarin u heeft aangegeven dat

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 86 Haarlem, 12 oktober 2004 Onderwerp: Cultuurnota provincie Noord-Holland 2005-2008 Cultuur verbindt Bijlagen: Ontwerpbesluit Cultuurnota 1. Inleiding Voor

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 120 Haarlem, 14 november 2006 Onderwerp: Wet maatschappelijke ondersteuning Ondersteuningsprogramma provincie Noord-Holland 2007 2008 Bijlagen: - ontwerpbesluit

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Thema en doelen subsidieprogramma Cultuurnota 2013-2016 Oude wereld, nieuwe mindset De provincie Drenthe staat voor een herkenbare

Nadere informatie

Subsidieregeling deskundigheidsbevordering vrijwilligers

Subsidieregeling deskundigheidsbevordering vrijwilligers Subsidieregeling deskundigheidsbevordering vrijwilligers (geconsolideerde versie, geldend vanaf 1-10-1998 tot 1-1-2006) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële naam regeling

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 28226 3 juni 2016 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 25 mei 2016, nr. 935426, houdende

Nadere informatie

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling A. Subsidies voor incidentele activiteiten en projecten A.1 Doelstelling: Herkenbare en onderscheidende culturele identiteit door behoud en ontwikkeling

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, gemeente Amsterdam De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan en de Wethouder voor Cultuur van de gemeente Amsterdam, drs. J.H. Belliot

Nadere informatie

SIDIEREGELING ORDERING BEELDENDE LIMBURG RUNS ^^^,,- ^ ill P''ov'"cie it^ Limburg

SIDIEREGELING ORDERING BEELDENDE LIMBURG RUNS ^^^,,- ^ ill P''ov'cie it^ Limburg SIDIEREGELING ORDERING BEELDENDE LIMBURG RUNS ^^^,,- ^ ill P''ov'"cie it^ Limburg Boekmanstichting - Bibliotheek Herengracht 415-1017 BP Amsterdam telefoonvvwfvs34-s3/3^y-24'^^z/5«^/

Nadere informatie

Onderwerp: Investeringsbesluit Ecomare te Texel Bijlagen: Ontwerp-besluit, begroting + dekkingsplan project.

Onderwerp: Investeringsbesluit Ecomare te Texel Bijlagen: Ontwerp-besluit, begroting + dekkingsplan project. Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 10 Haarlem, 21 februari 1997. Onderwerp: Investeringsbesluit Ecomare te Texel Bijlagen: Ontwerp-besluit, begroting + dekkingsplan project. 1. Algemeen Bij

Nadere informatie

gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2016;

gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2016; Besluit van 2 april 2019 Zaaknummer 342352 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN ARNHEM; gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening

Nadere informatie

Nr. 972215/10 Middelburg, 13 mei 1997. Aan de Provinciale Staten van Zeeland,

Nr. 972215/10 Middelburg, 13 mei 1997. Aan de Provinciale Staten van Zeeland, Commissie: welzijn Commissie: algemeen bestuur Nr. WEB-418 Vergadering 20 juni 1997 Agenda nr......... Gedeputeerde met de verdediging belast: G.L.C.M. de Kok Nr. 972215/10 Middelburg, 13 mei 1997 Aan

Nadere informatie

Subsidieregeling bevordering beeldende kunst

Subsidieregeling bevordering beeldende kunst Subsidieregeling bevordering beeldende kunst (geconsolideerde versie, geldend vanaf 10-4-2003 tot 1-1-2006) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële naam regeling Subsidieregeling

Nadere informatie

Subsidieregels Cultuurfonds

Subsidieregels Cultuurfonds Subsidieregels Cultuurfonds Op deze subsidieregels is de algemene subsidieverordening Borger-Odoorn van toepassing. Deze subsidieregels horen als bijlage bij de Beleidsregels Cultuur en Welzijn 2004-2008

Nadere informatie

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage 11 november 2003 Nr. 2003-19.448, EZ Nummer 38/2003 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake aandelenoverdracht en baanverlenging van Groningen Airport Eelde N.V.

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1072494 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 1072493 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Purmerend

Nadere informatie

gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 1998;

gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 1998; Besluit Nr. 14 Provinciale Staten van Noord-Holland; overwegende, dat het in het licht van de opstelling van de Regiovisies Ouderenzorg wenselijk is dat de zorgvernieuwing in deze sector wordt gestimuleerd;

Nadere informatie

REGLEMENT PRO SUBSIDIES

REGLEMENT PRO SUBSIDIES REGLEMENT PRO SUBSIDIES DEFINITIES Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: Stichting: Stroom: Bestuur: Directie: Commissie: de Stichting Stroom Den Haag beeldende kunst t/m architectuur de Stichting

Nadere informatie

VOORDRACHT 60. Haarlem, 9 juli Onderwerp: PROVINCIALE VVV NOORD-HOLLAND. Bijlagen: 2. Inhoud

VOORDRACHT 60. Haarlem, 9 juli Onderwerp: PROVINCIALE VVV NOORD-HOLLAND. Bijlagen: 2. Inhoud VOORDRACHT 60 Haarlem, 9 juli 1996 Onderwerp: PROVINCIALE VVV NOORD-HOLLAND Bijlagen: 2 Inhoud 1.Inleiding 1.1 Achtergrond 1.2 Budget 1.3 Relatie strategienota 1.4 Definities en begrippen 2Afbakening taak

Nadere informatie

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerlen. Nr. 40033 17 juli 2014 Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts Artikel 1 Begripsomschrijving In deze beleidsregel wordt verstaan

Nadere informatie

Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers.

Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers. Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers. In deze notitie wordt ingegaan op de volgende aspecten van de landelijke subsidiering van activiteiten in de sfeer van deskundigheidsbevordering:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29620 21 oktober 2013 Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 10 oktober 2013 Het bestuur

Nadere informatie

Provinciale Staten VOORBLAD

Provinciale Staten VOORBLAD Provinciale Staten VOORBLAD Onderwerp SIS-nummer Agendering (advies griffie) Behandelwijze Overlegpunten/ beslispunten Context Agendaverzoek GS: Gelders Provinciaal Ambitie Statement leren voor Duurzame

Nadere informatie

OCW, provincie Drenthe, provincie Fryslân, provincie Groningen, gemeente Groningen, gemeente Leeuwarden

OCW, provincie Drenthe, provincie Fryslân, provincie Groningen, gemeente Groningen, gemeente Leeuwarden Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, provincie Drenthe, provincie Fryslân, provincie Groningen, gemeente Groningen, gemeente Leeuwarden De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr.

Nadere informatie

24 september september 2018

24 september september 2018 Aan de raad van de gemeente Olst-Wijhe. Raadsvergadering d.d. Agendapunt Opiniërend besproken d.d. Portefeuillehouder 24 september 2018 10 10 september 2018 wethouder A.G.J. Bosch Zaaknummer 7184-2018

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2008WMC16-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 15 april 2008 Nummer PS : PS2008WMC16 Afdeling : MOW Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT216622 Portefeuillehouder : De Wilde

Nadere informatie

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk voorstel aan de raad Opgesteld door Culturele Zaken Jongmans, B. (Bas) Kenmerk 16.506863 Vergadering Raadsvoorstellen Vergaderdatum 30 december 2016 Jaargang en nummer Geheim Nee Nota Subsidievoorstellen

Nadere informatie

Oan Provinsjale Steaten

Oan Provinsjale Steaten Oan Provinsjale Steaten Gearkomste : Wurklistnûmer : Beliedsprogramma : Sociaal Beleid en Zorg Ôfdieling : Kultuer & Mienskip Behanneljend amtner : Y. Visser Tastel : 5244 Registraasjenûmer : 1124275 Primêr

Nadere informatie

SML09-30. Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken op basis van actieve informatieplicht

SML09-30. Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken op basis van actieve informatieplicht P TraD HoLLAND SML09-30 5 -minuten versie voor Provinciale Staten Directie DLB Afdeling Samenleving Registration ummer PZH-2009-209435 (DOS-2009-0001943) Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum

Nadere informatie

Voordracht 50. Haarlem, 25 mei 2000 Onderwerp: aankoop aandelen FIRON BV Bijlagen: - ontwerpbesluit - concept-koopovereenkomst

Voordracht 50. Haarlem, 25 mei 2000 Onderwerp: aankoop aandelen FIRON BV Bijlagen: - ontwerpbesluit - concept-koopovereenkomst Voordracht 50 Haarlem, 25 mei 2000 Onderwerp: aankoop aandelen FIRON BV Bijlagen: - ontwerpbesluit - concept-koopovereenkomst Inleiding Bij besluit van 10 september 1990, nummer 45 hebben uw Staten besloten

Nadere informatie

SML NGEKOMEN 0 3 DEC Paraaf Provinciesecretaris

SML NGEKOMEN 0 3 DEC Paraaf Provinciesecretaris SML09-105 NGEKOMEN 0 3 DEC. 20119 5 -minuten versie voor Provinciale Staten P HOLLAND Directie DLB Afdeling (oud) Samenleving Registratienummer PZH-2009-142752985 (DOS-2009-0022939) Datum vergadering Gedeputeerde

Nadere informatie

Checklist/format t.b.v. het verlenen van incidentele subsidies.

Checklist/format t.b.v. het verlenen van incidentele subsidies. Bijlage 1 Checklist/format t.b.v. het verlenen van incidentele subsidies. Het verlenen van incidentele subsidies dient op een adequate, transparante en uniforme wijze te geschieden. Dit is sinds de invoering

Nadere informatie

Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 14 november 2001, nummer 29482;

Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 14 november 2001, nummer 29482; pb 76-2001 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 14 november 2001, nummer 29482; - ter bekendmaking van het besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 10 december 2001, nummer

Nadere informatie

10 september n.v.t.

10 september n.v.t. Aan de raad van de gemeente Olst-Wijhe. Raadsvergadering d.d. Agendapunt Opiniërend besproken d.d. Portefeuillehouder 10 september 2018 9 n.v.t. wethouder A.G.J. Bosch Zaaknummer 7184-2018 Datum B&W-besluit

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/14

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/14 PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/14 Officiële naam regeling: Nadere subsidieregels lokale maatregelen luchtkwaliteit Limburg 2006-2012 Citeertitel: zie officiële naam regeling Naam ingetrokken regeling:

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling: SUBSIDIEREGELING INCIDENTELE SUBSIDIES AMATEURKUNST 2013 Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; overwegende dat het gewenst is de Subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst zoals

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten

Aan de leden van Provinciale Staten Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 27 januari 2009 Briefnummer : 2009-04028/5/A.22, CW Zaaknummer : 155503 Behandeld door : Antonis M. Telefoonnummer : (050) 316 4312 Antwoord op : Bijlage : Onderwerp

Nadere informatie

Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en evenementen Montferland 2016. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en evenementen Montferland 2016. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Montferland. Nr. 34253 21 maart 2016 Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en evenementen Montferland 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014 PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014 NR: 073 Officiële naam regeling: Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Cultuur 2014-2016 Citeertitel: Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Cultuur 2014-2016 Naam ingetrokken

Nadere informatie

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 De raad van de gemeente Borsele; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Borsele d.d. 21 mei 2012;

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst AAN: De Centrales van Overheidspersoneel, toegelaten tot het Sectoroverleg Rijkspersoneel De Voorzitter van het Sectoroverleg Rijkspersoneel Bijlagen 1 AAC/92.064

Nadere informatie

gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 1998;

gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 1998; Besluit Nr. 15 Provinciale Staten van Noord-Holland; overwegende, dat het in het licht van de opstelling van de Regiovisies Geestelijke Gezondheidszorg wenselijk is dat de zorgvernieuwing in deze sector

Nadere informatie

Reglement Per 1 maart 2019

Reglement Per 1 maart 2019 Reglement Per 1 maart 2019 Artikel 1. Definities 1.1 In dit reglement wordt verstaan onder: a) Amateurkunst: het actief beoefenen van kunst als hobby, dus niet beroepshalve en zonder daarmee primair in

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.17.0848 B.17.0848 Landgraaf, 4 mei 2017 ONDERWERP: Zienswijze raad op de ontwerpbegroting 2018 stadsregio Parkstad Limburg PROGRAMMA

Nadere informatie

DEELVERORDENING KUNST- EN CULTUURSUBSIDIES. Artikel 1

DEELVERORDENING KUNST- EN CULTUURSUBSIDIES. Artikel 1 DEELVERORDENING KUNST- EN CULTUURSUBSIDIES ALGEMEEN Artikel 1 1. Ten behoeve van het organiseren en uitvoeren van, en/of deelnemen aan activiteiten op het gebied van kunst en cultuur kan aan een in Leiden

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 -

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 - PS2008MME13-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 6 mei 2008 Nummer PS : PS2008MME13 Afdeling : ECV Commissie : MME Registratienummer : 2008int221948 Portefeuillehouder : Ekkers Titel

Nadere informatie

Beleidsregels Projectsubsidies Cultuur Midden-Drenthe

Beleidsregels Projectsubsidies Cultuur Midden-Drenthe Beleidsregels Projectsubsidies Cultuur MD Zaaknummer: 583313 Beleidsregels Projectsubsidies Cultuur Midden-Drenthe Burgemeester en wethouders van Midden-Drenthe, overwegende: dat de gemeenteraad in de

Nadere informatie

nummer 59 van 2004 Besluit namens gedeputeerde staten van Drenthe van16 juni 2004, kenmerk Ec/A3/2004006263, Productgroep Economie Nummer 59 van 2004

nummer 59 van 2004 Besluit namens gedeputeerde staten van Drenthe van16 juni 2004, kenmerk Ec/A3/2004006263, Productgroep Economie Nummer 59 van 2004 nummer 59 van 2004 Vaststelling Subsidieregeling tender ICT en zorg, onderwijs, cultuur, toerisme, arbeidsmarkt, sport, welzijn, landbouw en verkeer en vervoer 2004-2005 Besluit namens gedeputeerde staten

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 71 Haarlem, 9 oktober 2001 Onderwerp: aanpassing gemeenschappelijke regelingen recreatieschappen Bijlagen: Wijziging gemeenschappelijke regeling, inclusief

Nadere informatie

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

Nadere informatie

Subsidieregeling tender ICT en zorg, onderwijs, cultuur, toerisme, arbeidsmarkt, sport, welzijn, landbouw en verkeer en vervoer 2004-2005

Subsidieregeling tender ICT en zorg, onderwijs, cultuur, toerisme, arbeidsmarkt, sport, welzijn, landbouw en verkeer en vervoer 2004-2005 Subsidieregeling tender ICT en zorg, onderwijs, cultuur, toerisme, arbeidsmarkt, sport, welzijn, landbouw en verkeer en vervoer 2004-2005 (geconsolideerde versie, geldend vanaf 4-8-2004 tot 1-1-2006) Gegevens

Nadere informatie

Datum : 4 oktober 2005 Nummer PS : PS2005ZCW08 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC001886i Portefeuillehouder : A.

Datum : 4 oktober 2005 Nummer PS : PS2005ZCW08 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC001886i Portefeuillehouder : A. STATENVOORSTEL Datum : 4 oktober 2005 Nummer PS : PS2005ZCW08 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC001886i Portefeuillehouder : A. Kamp Titel : Evaluatie provinciaal breedtesportbeleid

Nadere informatie

Subsidieregeling professionalisering Drentse musea 2006-2008

Subsidieregeling professionalisering Drentse musea 2006-2008 Subsidieregeling professionalisering Drentse musea 2006-2008 (geconsolideerde versie, geldend vanaf 19-7-2006 tot 1-1-2009) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële naam

Nadere informatie

Haarlem, 13 maart 2013

Haarlem, 13 maart 2013 Haarlem, 13 maart 2013 2013 21 Onderwerp: Herallocatie EXIN-H middelen binnen het compartiment Sociaal Culturele Infrastructuur van programma Verbetering en Uitbreiding Podia (CC3) naar programma Restauratie

Nadere informatie

Pb Gedeputeerde Staten van Noord-Holland:

Pb Gedeputeerde Staten van Noord-Holland: Pb 29-2002 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 21 mei 2002, nummer 2002-18839, ter bekendmaking van het besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 13 mei 2002, nummer 37, tot

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING BEVORDEREN INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING ZUID-HOLLAND 2017

SUBSIDIEREGELING BEVORDEREN INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING ZUID-HOLLAND 2017 Provinciaal Blad van Zuid-Holland SUBSIDIEREGELING BEVORDEREN INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING ZUID-HOLLAND 2017 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening

Nadere informatie

Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen

Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen In het provinciale coalitieakkoord 2015-2019 is aangegeven dat de provincie de economische en sociale structuur binnen de provincie

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Financiële afwikkeling wetswijziging voortgezet onderwijs

Nota van B&W. Onderwerp Financiële afwikkeling wetswijziging voortgezet onderwijs Nota van B&W Onderwerp Financiële afwikkeling wetswijziging voortgezet onderwijs Portefeuille M. Divendal Auteur Dhr. S.K. Satter Telefoon 5115708 E-mail: ssatter@haarlem.nl MO/OWG Reg.nr. OWG/2006/729

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 81 Haarlem, 13 november 2001 Onderwerp: Reglement ambtelijke bijstand aan statenleden Bijlagen: ontwerpbesluit met toelichting Inleiding Artikel 33 van de

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht Nr. Onderwerp: EXINH-bijdrage oprichting Erfgoedhuis

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht Nr. Onderwerp: EXINH-bijdrage oprichting Erfgoedhuis Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht Nr. Onderwerp: EXINH-bijdrage oprichting Erfgoedhuis Bijlagen: - Ontwerpbesluit - Projectnota Oprichting Erfgoedhuis 1. Inleiding In de provinciale cultuurnota

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8942 14 juni 2010 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 7 juni 2010, nr. R&P/RA/2010/11430,

Nadere informatie

REGLEMENT SPOT SUBSIDIES

REGLEMENT SPOT SUBSIDIES REGLEMENT SPOT SUBSIDIES DEFINITIES Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: Stichting: Stroom: Bestuur: Directie: de Stichting Stroom Den Haag beeldende kunst t/m architectuur de Stichting Stroom

Nadere informatie

Nr. : Dnst. : Griffie. Beleidsuitgangspunten Cultuurnota. Leiden, 13 april 2004.

Nr. : Dnst. : Griffie. Beleidsuitgangspunten Cultuurnota. Leiden, 13 april 2004. Nr. : 04. 0060 Dnst. : Griffie Beleidsuitgangspunten Cultuurnota Leiden, 13 april 2004. Uw Raad heeft in zijn vergadering van 12 november 2003 in een motie het College verzocht om met spoed een cultuurnota

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Landsmeer. Nr. 115833 22 augustus 2016 Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Subsidieregeling impulsgelden cultuur Noord-Brabant

Subsidieregeling impulsgelden cultuur Noord-Brabant CVDR Officiële uitgave van Noord-Brabant. Nr. CVDR329989_2 22 februari 2017 Subsidieregeling impulsgelden cultuur Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Gelet op artikel 2 van de Algemene

Nadere informatie

REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS Artikel 1 Reikwijdte

REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS Artikel 1 Reikwijdte REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS 2016 Artikel 1 Reikwijdte 1. Deze regeling is bedoeld voor individuele beeldende kunstenaars, autonoom werkende fotografen, ontwerpers

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Nummer 52 van 2000 PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Besluit van 30 juni 2000, nummer WEB-236, directie Welzijn, Economie en Bestuur, afdeling Welzijn, tot afkondiging van het besluit van Provinciale Staten

Nadere informatie

ONTVANGEN 2 9 APR. 2009

ONTVANGEN 2 9 APR. 2009 ONTVANGEN 2 9 APR. 2009 ivng-afdeling Utrecht Postbus 1! 3430 AA NIEUWEGEIN P Vereniging van Nederlandse Gemeenten i doorkiesnummer uw kenmerk (070)373 8702 \ betreft ons kenmerk Kandidaatstellingsprocedure

Nadere informatie

nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012

nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012 nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012 Besluit van gedeputeerde staten van Drenthe van 2 februari 2010, kenmerk 2.1/2010001668, afdeling

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 22 Haarlem, 24 februari 2004 Onderwerp: wijziging Deelverordening Molens Noord-Holland 2003 Bijlagen: 2 Hierbij bieden wij u ons conceptbesluit tot wijziging

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011; De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 25 juni 2015 Agendanummer : Datum : 14 april 2015

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 25 juni 2015 Agendanummer : Datum : 14 april 2015 Raadsvoorstel Datum raadsvergadering : 25 juni 2015 Agendanummer : Datum : 14 april 2015 Onderwerp Regionale opvang slachtoffers van huiselijk geweld (Oranjehuis) Aan de leden van de raad, Voorgesteld

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 63.312/3 van 14 mei 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2012 houdende

Nadere informatie

COMMISSARIAAT VOCIR DE MEDIA

COMMISSARIAAT VOCIR DE MEDIA 1111 11111 1111 1111 1111111 COMMISSARIAAT VOCIR DE MEDIA Hoge Naardervveg 78 11111 1217 AH Hilversum 11111 Postbus 1426 11111 1200 BK Hilversum 11111 cvdm@cvdm.n1 11111 www.cvdm.n1 11111 T 035 773 77

Nadere informatie

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt: Bijlage 1 Subsidie Het doel en de criteria voor het verlenen van subsidie worden in dit hoofdstuk besproken. De Algemene Wet Bestuursrecht en de Subsidieverordening evenementen gemeente Venray zijn hierbij

Nadere informatie

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND gemeente Roermond VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND datum indiening: 9 oktober 2013 datum/agendapunt B&Wvergadering: 221013/201 afdeling: Welzijn Onderwerp: Stichting ECl

Nadere informatie

Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018

Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018 Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018 Deelverordening Jeugdsport 2 Deelverordening maatschappelijke participatie 4 Deelverordening subsidieverlening jaarlijks

Nadere informatie

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013; Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013; overwegende dat het wenselijk is een bijdrage te leveren aan een slagvaardig

Nadere informatie

relatie tot Kunstencentrum Jerusalem (KCJ)

relatie tot Kunstencentrum Jerusalem (KCJ) Nieuwe culturele landschap: relatie tot Kunstencentrum Jerusalem (KCJ) Cultura Venray() in Algemeen/ontwikkelingen Op 18 mei 2016 heeft de raad besloten om de subsidie voor het kunstencentrum Jerusalem

Nadere informatie

Regels Ruimte voor Gelderland 2016

Regels Ruimte voor Gelderland 2016 Regels Ruimte voor Gelderland 2016 Paragraaf 6.9 Gelderland Herdenkt - 75 jaar vrijheid Artikel 6.9.1 Begripsomschrijvingen In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. activiteit activiteit, gericht op

Nadere informatie

onderzoeksopzet effecten van subsidies

onderzoeksopzet effecten van subsidies onderzoeksopzet effecten van subsidies september 2010 1 inleiding Het toekennen van subsidies is voor de gemeente een belangrijk middel om zijn doelen te realiseren. Dit kunnen doelen zijn op het terrein

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad: 1083956 Datum:19juni 2013 Behandeld door: C.F.J.Mens Afdeling/Team: RO-Beleid Onderwerp: gewijzigd raadsvoorstel: krediet t.b.v. aankoop pand Kerkstraat

Nadere informatie

Onderwerp: Subsidie inloopfunctie Rivierduinen tweede halfjaar Besluitvormend

Onderwerp: Subsidie inloopfunctie Rivierduinen tweede halfjaar Besluitvormend VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van 30 juni 2015 Besluit nummer: 2015_BW_00527 Onderwerp: Subsidie inloopfunctie Rivierduinen tweede halfjaar 2015 - Besluitvormend Beknopte samenvatting: In december 2014

Nadere informatie

Subsidieverordening beeldend kunstenaars

Subsidieverordening beeldend kunstenaars Subsidieverordening beeldend kunstenaars ALGEMENE BEPALINGEN Begripsomschrijvingen Deze verordening verstaat onder: raad: commissie: burgemeester en wethouders: subsidie: subsidieplafond: kunstenaar: Artikel

Nadere informatie

Commissienotitie Reg. nr : 0810242 Comm. : MZ Datum : 15-05-08

Commissienotitie Reg. nr : 0810242 Comm. : MZ Datum : 15-05-08 Comm. : MZ Onderwerp Voortzetten UITpunt Boxtel en opstarten servicepunt te Liempde Status oordeelvormend Voorstel Advies uitbrengen over de ontwikkelingen omtrent het UITpunt Boxtel en servicepunt Liempde

Nadere informatie

Beleidsregel kunst&cultuur in de gebieden

Beleidsregel kunst&cultuur in de gebieden BELEIDSREGEL KUNST EN CULTUUR IN DE GEBIEDEN Naast de projectsubsidies voor kortlopende projecten, de periodesubsidies voor langer lopende projecten, de jaarsubsidies amateurs en het snelloket is er nu

Nadere informatie

Besluit: De subsidieaanvragen voor zorginfrastructuurmiddelen van Careyn en Catharina Stichting af te wijzen.

Besluit: De subsidieaanvragen voor zorginfrastructuurmiddelen van Careyn en Catharina Stichting af te wijzen. AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS Kenmerk: 169839 Sector: Inwonerszaken Team : Openbare Orde, Welzijn & Onderwijs Onderwerp: Aanvraag subsidie zorginfrastructuurmiddelen Besluit: De subsidieaanvragen voor

Nadere informatie

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt: Bijlage 1 Subsidie Het doel en de criteria voor het verlenen van subsidie worden in dit hoofdstuk besproken. De Algemene Wet Bestuursrecht en de Subsidieverordening evenementen gemeente Venray zijn hierbij

Nadere informatie

PS2008WMC Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5

PS2008WMC Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5 PS2008WMC19-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 30 september 2008 Nummer PS : PS2008WMC19 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT229290 Portefeuillehouder : Raven

Nadere informatie

Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT Portefeuillehouder : A.

Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT Portefeuillehouder : A. S T A T E N V O O R S T E L Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT201390 Portefeuillehouder : A. Raven Titel : Kadernotitie Erfgoedparels

Nadere informatie

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Voor u ligt de beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'. Dit betreft een tijdelijke beleidsregel voor de periode 2014 en 2015, tot de aanvang

Nadere informatie

Beleidsregels budgetsubsidies. Binnenmaas

Beleidsregels budgetsubsidies. Binnenmaas Beleidsregels budgetsubsidies Binnenmaas Binnenmaas oktober 2015 Inhoud HOOFDSTUK 1 WERKINGSSFEER VAN DEZE BELEIDSREGELS... 3 Artikel 1 Toepassing Gewijzigde Subsidieverordening 2014 gemeente Binnenmaas

Nadere informatie

Datum : 13 december 2005 Nummer PS : PS2006ZCW03 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC002130i Portefeuillehouder : Kamp

Datum : 13 december 2005 Nummer PS : PS2006ZCW03 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC002130i Portefeuillehouder : Kamp S T A T E N V O O R S T E L Datum : 13 december 2005 Nummer PS : PS2006ZCW03 Dienst/sector : MEC/DMO Commissie : ZCW Registratienummer : 2005MEC002130i Portefeuillehouder : Kamp Titel : Overdracht functie

Nadere informatie

Subsidieregeling bevorderen intergemeentelijke samenwerking Zuid-Holland 2015

Subsidieregeling bevorderen intergemeentelijke samenwerking Zuid-Holland 2015 Subsidieregeling bevorderen intergemeentelijke samenwerking Zuid-Holland 2015 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013; Overwegende

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9829 28 februari 2017 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 12 februari 2017, nr. MBO/1147339,

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland; Besluiten: Artikel I

Provinciale Staten van Noord-Holland; Besluiten: Artikel I Besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 23 september 2013, tot vaststelling van de Wijziging Verordening stedelijke vernieuwing Noord-Holland 2011 ten aanzien van leningen Provinciale Staten

Nadere informatie