Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van de raadsleden P.J. Verveen (D66) en drs. M. Živanović (Leefbaar Rotterdam) over jongerenwerk.

Transcriptie

1 Rotterdam, 29 mei Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van de raadsleden P.J. Verveen (D66) en drs. M. Živanović (Leefbaar Rotterdam) over jongerenwerk. Aan de Gemeenteraad. Op 31 januari 2012 stelden de raadsleden P.J. Verveen (D66) en drs. M. Živanović (Leefbaar Rotterdam) ons schriftelijke vragen over jongerenwerk. Inleidend wordt gesteld: "In de brief van 10 januari jongstleden introduceert Wethouder De Jonge het Stedelijk Team Jongerenwerk. Dit team zal de extra capaciteit aan jongerenwerkers, die tot eind 2011 verdeeld werden over 8 deelgemeenten en gefinancierd werd uit het JVAP ( Jeugd Veiligheids Actieprogramma, waarbij deelgemeenten de extra capaciteit bij verscheidene organisaties inkochten), overnemen. De wethouder kiest voor deze nieuwe manier van werken om stedelijke sturing beter mogelijk te maken op de collegetargets Jeugdoverlast en Voortijdig Schoolverlaters. D66 Rotterdam en Leefbaar Rotterdam willen graag meer weten over de capaciteiten en de kwaliteit van het jongerenwerk, daarom willen we u de volgende vragen stellen: [ ]" Om de vragen volledig te kunnen antwoorden is een verheldering van de verschillende opleidingen en trainingen noodzakelijk. Het Verbetertraject jongerenwerk : In 2008 heeft de gemeente Rotterdam een kwaliteitstraject jongerenwerk ingezet. Het doel was meer en beter jongerenwerk. Er is extra capaciteit jongerenwerk ingekocht via de deelgemeenten en er zijn trainingen, ontwikkel- en selectieassessments en een jongerenwerk applicatie (JWA) ontwikkeld. Dit is een registratie- en informatiesysteem dat jongerenwerkers ondersteunt bij hun werkprocessen. Het kwaliteitstraject is eind 2011 afgerond. Het Mobiel Team jongerenwerk : Het Mobiel Team is een leerwerktraject voor nieuwe jongerenwerkers. Het traject duurt één jaar. De jongeren volgen een HBO- opleiding en werken daarnaast als jongerenwerker in opleiding. Ze worden flexibel ingezet als ambulant jongerenwerker bij tijdelijke vraagstukken in de deelgemeenten. Tot nu toe hebben 39 jongeren dit traject afgerond, waarvan 28 werken met jongeren (als jongerenwerker, maatschappelijk werker, bij een residentiële instelling of op een school). In het schooljaar wordt het Mobiel Team voor het laatst uitgevoerd. De leerlijn Ideaal jongerenwerk : In 2009 hebben vier onderwijsinstellingen in Rotterdam (Albeda, Zadkine, Hogeschool Rotterdam en Inholland) gezamenlijk een specialisatie jongerenwerk ontwikkeld: de Leerlijn Ideaal Jongerenwerk. Studenten van verschillende opleidingen, met name van de opleidingen Sociaal Cultureel Werk (MBO) en Cultureel Maatschappelijke Vorming (HBO), kunnen tijdens hun studie kiezen voor een specialisatie jongerenwerk. De specialisatie wordt zowel op HBO als op MBO-niveau aangeboden. De reguliere opleidingen: Daarnaast zijn er verschillende reguliere opleidingen op HBO- en MBO-niveau waaruit jongeren uitstromen in het beroep jongerenwerk. Er is geen specifieke opleiding die opleidt voor het beroep jongerenwerk. De meeste jongerenwerkers hebben een Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 1

2 opleiding Cultureel Maatschappelijke Vorming (HBO) en Sociaal Cultureel Werk (MBO) gevolgd. Maar ook van andere sociale opleidingen kunnen jongeren uitstromen naar het jongerenwerk. Van bovenstaande opleidingen en trainingen heeft de gemeente alleen invloed op twee onderdelen, namelijk: het Verbetertraject jongerenwerk en het Mobiel Team Jongerenwerk. Hieronder volgen de vragen en onze beantwoording: Vraag 1: Kan de wethouder inzichtelijk maken hoeveel jongerenwerkers er in heel Rotterdam actief zijn? In heel Rotterdam zijn in totaal 106,13 fte actief waarvan 91,53 fte in de deelgemeenten en 14,6 fte in het Stedelijk Team Jongerenwerk. In de loop van 2012 zal het aantal fte in het Stedelijk Team Jongerenwerk worden uitgebreid naar 26 fte. Vraag 2: Kan de wethouder aangeven hoeveel afzonderlijke Rotterdamse jongeren daarmee bereikt worden? Het is niet mogelijk deze vraag te beantwoorden. Het doel van het jongerenwerk is niet om zoveel mogelijk jongeren te bereiken. Het jongerenwerk werkt vraag- en probleemgestuurd. De jongerenwerkers worden bijvoorbeeld vaak ingezet op het terugdringen van jeugdoverlast.. Sommige deelgemeenten maken afspraken over het aantal te bereiken jongeren met de uitvoerende organisaties terwijl andere deelgemeenten de probleemstelling centraal stellen. Dit heeft tot gevolg dat de jongerenwerkers verschillend registreren namelijk soms op individueel en soms op groepsniveau, maar ook per activiteit. Hierdoor is niet te meten hoeveel afzonderlijke Rotterdamse jongeren worden bereikt. Vraag 3: Kan de wethouder ook aangeven hoeveel er in heel Rotterdam (inclusief de Rotterdamse deelgemeenten) uitgegeven wordt aan het jongerenwerk? Voor het Stedelijk Team Jongerenwerk wordt in 2012 in totaal 1,9 miljoen beschikbaar gesteld. De deelgemeenten geven in totaal ,- uit aan het jongerenwerk. Inleidend op vraag 4 wordt gesteld: De gemeente hecht er grote waarde aan dat Rotterdamse jongeren hun opleiding afronden en daardoor een goede startkwalificatie hebben. Juist in het jongerenwerk is dit van groot belang, niet alleen vanwege de aard van de problematiek waarmee jongerenwerkers in de praktijk te maken krijgen, maar ook vanwege hun voorbeeldfunctie. Vraag 4: Is het College het met ons eens dat voor alle jongerenwerkers in Rotterdam, die middels directe of indirecte financiering vanuit de gemeente worden ingezet, zou moeten gelden dat zij een passende opleiding op MBO of HBO niveau hebben afgerond? Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 2

3 Ja. Vraag 5: Is het op dit moment zo dat alle jongerenwerkers, die middels directe via de gemeente, of indirecte financiering via de deelgemeente, worden ingezet een passende opleiding op MBO of HBO niveau hebben afgerond? Zo nee, hoeveel jongerenwerkers hebben geen passende opleiding afgerond en hoe is dit verdeeld over de gemeente en verschillende deelgemeenten? In hebben alle Rotterdamse jongerenwerkers een ontwikkelassessment gehad. Uit een analyse van deze assessments (Tornak; professionalisering jongerenwerk gemeente Rotterdam) blijkt dat 60 jongerenwerkers een HBO of WO opleiding hebben afgerond en 53 jongerenwerkers een MBO niveau 3 /4 opleiding hebben afgerond. Negen jongerenwerkers hebben overige opleidingen afgerond zoals VMBO, BBL3 en VWO. Hoe dit is verdeeld over de (deel-) gemeenten is niet bekend. Binnen de stedelijke opdracht wordt als subsidie-eis aan de uitvoerende organisatie gesteld dat alle jongerenwerkers die in het Stedelijk Team Jongerenwerk (STJ) worden aangenomen een afgeronde MBO niveau 4 of een HBO-opleiding (of 4 e -jaars en binnen afzienbare tijd diploma behaald) hebben. Vraag 6: Wat heeft het college gedaan, en wat gaat het college doen, om ervoor te zorgen dat op zo kort mogelijke termijn alle jongerenwerkers een passende opleiding hebben afgerond? En welke afspraken zijn er gemaakt en worden hierover gemaakt met deelgemeenten? De gemeente heeft geen directe invloed op de kwaliteitseisen die de deelgemeenten stellen aan het jongerenwerk. Dit is de bevoegdheid van de deelgemeenten als opdrachtgever van de uitvoerende organisaties. In 2012 wordt in samenwerking met de Brancheorganisatie Sociale Sector Rotterdam (BOSSR) een kwaliteitskeurmerk voor het jongerenwerk ontwikkeld. Binnen dit keurmerk worden ook de opleidingseisen voor de jongerenwerkers opgenomen. Het doel van dit kwaliteitskeurmerk is om ervoor te zorgen dat deelgemeenten afspraken maken met uitvoerende organisaties over de kwaliteit van het jongerenwerk. Met een kwaliteitskeurmerk worden deelgemeenten ondersteund in hun opdrachtgeverschap. Vraag 7: Heeft het college afspraken gemaakt met de deelgemeenten en welzijnsinstellingen over de kwalificaties, achtergrond of opleidingseisen van jongerenwerkers? Zo ja, welke afspraken zijn er gemaakt? Zie ons antwoord op vraag 6. Dan wordt gesteld: Leefbaar Rotterdam en D66 Rotterdam hebben signalen gekregen dat er een hoog verloop is in het jongerenwerk en dat de Rotterdamse opleidingen, die kwalificeren tot het beroep van jongerenwerker, van een dusdanig niveau zijn dat ze onvoldoende garantie geven voor kwalitatief goed werk in de praktijk. Wij zien het hoge verloop onder jongerenwerkers en de kwaliteit van deze Rotterdamse opleidingen als een zorgpunt. Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 3

4 Vraag 8: Acht de wethouder het aannemelijk dat een lage kwaliteit van de Rotterdamse opleidingen, die kwalificeren tot het beroep van jongerenwerker, de oorzaak van dit hoge verloop kunnen zijn? Nee. Binnen het jongerenwerk is er sprake van veel tijdelijke aanstellingen (59% volgens Seinpost analyse 2011) in verband met de tijdelijke opdrachten die worden verstrekt. Na drie keer een tijdelijke aanstelling moet een vaste aanstelling komen, veel welzijnsorganisaties kunnen deze verplichting niet aangaan. Vraag 9: Herkent de wethouder zich in de signalen over de kwaliteit van de Rotterdamse opleidingen? Nee. Vraag 10: Zo ja, is de wethouder het dan eens met de constatering dat, met het in het leven roepen van een Stedelijk Team Jongerenwerk, in feite een kwaliteitsprobleem opgelost tracht te worden door middel van kwantiteit? Zo nee, kunt u dan aangeven waarom niet? Het doel van het Stedelijk Team Jongerenwerk is om een flexibel team van jongerenwerkers in de stad te hebben, die ingezet kunnen worden waar de problematiek op jeugdoverlast het grootst is. Immers, jongeren houden zich niet aan de deelgemeentelijke grenzen, daarom is het van belang dat jongerenwerkers mee kunnen bewegen met de jongeren. Samenwerking met het lokale jongerenwerk is een cruciale factor om de continuïteit te waarborgen. Met het Stedelijk Team Jongerenwerk zetten we hoog in op de kwaliteit van de jongerenwerkers. De zwaarte van de opdracht vraagt hier ook om. Een afgeronde MBO- 4 opleiding of een afgeronde HBO-opleiding en het met positief advies doorlopen van een selectieassessment zijn voorwaarden om aangenomen te worden in het Stedelijk Team Jongerenwerk. Vraag 11: Wat gaat het college doen om de opleidingsinstellingen in Rotterdam, die zich bezig houden met het opleiden tot jongerenwerker, aan te sporen tot hogere kwaliteitseisen te komen? Welke afspraken zijn er gemaakt en/of worden er gemaakt en op welke manier gaat het college, als belanghebbende, de voortgang en nakoming van afspraken bewaken? Er is niet één specifieke opleiding die opleidt voor het beroep jongerenwerk, zie inleiding. Ons college vindt de kwaliteit van de opleidingen heel belangrijk en heeft daarom geïnvesteerd in een specialisatie jongerenwerk: de Leerlijn Ideaal Jongerenwerk. Vraag 12: Heeft het college dergelijke signalen uit de sector ook ontvangen? Zo ja, wat heeft het college met deze signalen gedaan? Nee. Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 4

5 Vraag 13: Klopt het dat de gemeente zelf een verbeter- en opleidingstraject heeft ingezet voor Rotterdamse jongerenwerkers? Hoe zag dat traject eruit, uit welke onderdelen bestond het en wat heeft het concreet opgeleverd? De gemeente Rotterdam heeft een kwaliteitstraject jongerenwerk opgezet en uitgevoerd. Het traject bestond uit het aanbieden van trainingen en het ontwikkelen van instrumenten en kan niet gekwalificeerd worden als een opleiding. Het kwaliteitstraject bestond uit de volgende onderdelen: diverse trainingen en ontwikkelen selectieassessments voor jongerenwerkers, de ontwikkeling van een jongerenwerk applicatie (dit is een registratie- en informatiesysteem dat jongerenwerkers ondersteunt bij hun werk processen) en managementtraining en coaching voor alle eerstelijns managers. Het traject heeft een belangrijke impuls gegeven aan de kwaliteit van het jongerenwerk. Hiermee zijn we er niet. Kwalitatief goed jongerenwerk vraagt om structurele aandacht. Het is van belang dat de resultaten van het traject duurzaam verankerd worden in de welzijnsorganisaties en dat zij blijven investeren in de kwaliteit van het jongerenwerk. Vraag 14: Klopt het dat dit (duale) traject verschilt van het reguliere opleidingstraject voor Rotterdamse jongerenwerkers en hoe verklaart u dit? Zie inleiding. Er is geen regulier opleidingtraject voor het Rotterdamse jongerenwerk. Daarom is ook niet aan te geven of en zo ja welk verschil er is. Vraag 15: Hoeveel jongeren, die via het opleidingstraject van de gemeente aan hun studie CMV startten, hebben hun propedeuse gehaald? Hoeveel zijn nu nog actief als jongerenwerker? Wat heeft dit traject in totaliteit per jongerenwerker gekost? Er is geen opleidingstraject vanuit de gemeente. We gaan er vanuit dat bij deze vraag het Mobiel Team bedoeld wordt. Jaarlijks worden 5 jongeren bij een leerwerktraject (Mobiel Team) geplaatst. Het traject duurt één jaar. De jongeren volgen een HBO-opleiding en werken daarnaast als jongerenwerker in opleiding. Tot nu toe hebben 39 jongeren het leerwerktraject afgerond, waarvan 28 werken met jongeren (als jongerenwerker, maatschappelijk werker, bij een residentiële instelling of op een school). De opleidingskosten voor één jongerenwerker zijn ongeveer per jaar. Vraag 16: Indien het college van mening is dat de opleidingen die kwalificeren tot jongerenwerker in Rotterdam van voldoende kwaliteit zijn, wat was dan de reden om een dergelijk traject op te zetten? Het doel van het Mobiel Team was tweeledig, namelijk: 1. De ontwikkeling van een flexibel team dat ingezet kan worden daar waar op dat moment capaciteitsproblemen zijn; 2. Het stimuleren van een kwaliteitsslag voor het jongerenwerk. Ieder jaar stromen vijf jongerenwerkers uit in het jongerenwerk. Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 5

6 Vraag 17: Wordt dit traject voortgezet? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet? In het kader van de bezuinigingen zal het Mobiel Team na schooljaar niet voortgezet worden. Burgemeester en Wethouders van Rotterdam, De secretaris, De burgemeester, Ph. F. M. Raets A. Aboutaleb Behandelaar:A. Pels raadsstuk pagina 6