Verslag van het huurdersoverleg van Woningbouwstichting De Gemeenschap (WBSG)

Transcriptie

1 Verslag van het huurdersoverleg van Woningbouwstichting De Gemeenschap (WBSG) Datum : 27 maart 2012 Tijd : uur tot uur Plaats : Wijkcentrum De Ark van Oost Aanwezig : Circa 60 personen 1. Opening en mededelingen Namens alle medewerkers van WBSG heet Willem Berkhout, directeur WBSG, de aanwezigen van harte welkom. Hij stelt de medewerkers van WBSG voor die tijdens dit overleg de agendapunten via een presentatie toelichten. Dit zijn: - Dico van Verseveld: hoofd afdeling Technisch Beheer - Koos de Pijper: hoofd afdeling Financieel Economische Zaken - Henk van de Wiel: hoofd Planontwikkeling - Reinier Kelderman: hoofd afdeling Wonen Dit jaar is het agendapunt Huurbeleid extra interessant in verband met de ontwikkelingen op landelijk niveau. 2. Onderhoudsbeleid en onderhoudswerkzaamheden 2012 Door Dico van Verseveld, hoofd van de afdeling Technisch Beheer, wordt een toelichting gegeven op de onderhoudswerkzaamheden die voor 2012 voor de diverse complexen staan gepland. Tevens gaat hij in op de cijfers die ten grondslag liggen aan het technische jaarplan. Voor het onderhoudsbeleid is in totaal ruim 4 miljoen euro begroot. Dit is opgedeeld in reparatieverzoeken ( ,=), servicefonds ( ,=), mutatieonderhoud ( ,=) en planmatig onderhoud ( ,=). Het servicefonds betreft het gratis serviceonderhoud dat WBSG haar huurders levert. De meest omvangrijke onderhoudswerkzaamheden in 2012 zijn: Van t Santbuurt (Complex ): -Vervangen individuele cv ketels > 18 jaar, 36 stuks; de bewoners worden hierover tijdig per brief geïnformeerd. De ketels worden vervangen door HR ++-ketels (dit geldt voor alle complexen). -Buitenschilderwerk fase III; dit betreft een 4-jarig project; fase III is vorige week gestart. *Van t Santstraat 88 t/m 182 *Diepenbrockstraat 3 t/m 33 *Willem Heydtstraat 1t/m 21 en 2 t/m 22 *Wagenaarstraat 1 t/m 41 en 2 t/m 24 *Sweelinckstraat 31 t/m 59 en 48 t/m 76 Hengstdal (Complex ): -Vervangen individuele cv ketels > 18 jaar, 13 stuks; de bewoners ontvangen binnenkort een brief over de start van de werkzaamheden. -Vervangen gietijzeren standleidingen, enkele portiekflats -Buitenschilderwerk gevels *Hengstdalseweg 142 t/m 154 en 185 t/m 233 *Olijfwilgstraat 13 t/m 19, 32 t/m 44 en 58 t/m 68 1

2 Canabae (Complex 050): -Buitenschilderwerk gevels De bewoners worden hierover tijdig geïnformeerd. De lift zal tijdens de werkzaamheden zo kort mogelijk buiten bedrijf worden gesteld. Voor mensen die slecht ter been zijn, wordt een oplossing gezocht. Groesbeeksedwarsweg e.o. (Complex 100): -Vervangen bitumen dakbedekking; de werkzaamheden starten op 2 april aanstaande. De bewoners zijn hierover inmiddels geïnformeerd. De Archipel (Complex 200): -Vervangen individuele cv ketels > 18 jaar, 51 stuks De bewoners zijn hierover geïnformeerd tijdens de jaarvergadering van de bewonerscommissie van De Archipel. De Weijer (Complex 250): Dit complex heeft 2 liften. De liften worden een voor een aangepakt, zodat de overlast tot een minimum beperkt blijft. Neerbosch-Oost (Complex 310, 168 maisonnettes): -Buitenschilderwerk gevels, inclusief houtrotsanering (werk is in uitvoering) -Vervangen gevelpanelen door geïsoleerde panelen *Cantatestraat 26 t/m 72 *Paukenstraat 25 t/m 71 -Vervangen bitumen dakbedekking, inclusief dak veiligheid *Cantatestraat 26 t/m 72 *Paukenstraat 25 t/m 71 Toonladder (Complex 320) De bewoners worden hierover tijdig geïnformeerd. De lift zal tijdens de werkzaamheden zo kort mogelijk buiten bedrijf worden gesteld. Voor mensen die slecht ter been zijn, wordt in overleg een oplossing gezocht. Tolhuis (Complex 500) -Aanpassen gevel buitenberging; kopgevel Tolhuis Spijkerhofplein (Complex 550) Dit complex heeft 2 liften. De liften worden een voor een aangepakt, zodat de overlast tot een minimum beperkt blijft. Visveld in Lent (Complex 800) -Buitenschilderwerk gevels (overloop 2011) Vorig jaar zijn mankementen aan het houtwerk geconstateerd. Dit wordt hersteld en opnieuw geschilderd. *Pink Floydstraat 17 t/m 31 *Queenstraat 39 t/m 69 Er zijn geen vragen over het onderhoudsbeleid en de werkzaamheden die voor 2012 staan gepland. 3. Huurbeleid en huuraanpassing per 1 juli 2012 Landelijk huurbeleid en huurbeleid WBSG Door Koos de Pijper, hoofd afdeling Financieel Economische Zaken, wordt het huurbeleid van het ministerie van Binnenlandse Zaken en van WBSG geschetst. Er geldt een van overheidswege voorgeschreven inflatievolgend huurbeleid. Dit betekent dat de huurverhoging in 2012 wordt gekoppeld aan het inflatiepercentage van De inflatie in 2011 is vastgesteld op 2,3%. 2

3 De huren mogen per 1 juli 2012 dus stijgen met 2,3%. Het huurbeleid van WBSG is afgeleid van het landelijk beleid. Een en ander betekent dat per 1 juli aanstaande voor alle woningen, met uitzondering van de 33 nieuwbouwwoningen in Laauwik, een huurverhoging wordt toegepast van 2,3%. De huurverhoging van 2,3% geldt ook voor garages en bedrijfsruimten. Huurharmonisatie vindt enkel plaats bij mutatie van een woning. Inkomensafhankelijke huurverhoging Het huurbeleid is dit jaar een zeer actueel thema. Vooral het wetsvoorstel van de inkomensafhankelijke huurverhoging heeft de afgelopen weken veel belangstelling gehad in de media. Dit wetsvoorstel houdt in dat huurders met een gezinsinkomen van meer dan euro een extra huurverhoging kunnen krijgen van maximaal 5%. Deze 5% komt bovenop de inflatie; dus huurders met een gezinsinkomen van meer dan euro kunnen in 2012 maximaal 7,3% huurverhoging krijgen. Met het wetsvoorstel wil de minister het zogenaamde scheefwonen aanpakken. Scheefwonen houdt in dat mensen een te hoog inkomen hebben in vergelijking met de huur van hun sociale huurwoning. Het wetsvoorstel moet nog worden behandeld in de Tweede en Eerste Kamer. Alles is er echter op gericht om de maatregel per 1 juli 2012 in te voeren. De woningcorporaties krijgen de inkomensgegevens van de Belastingdienst. De Belastingdienst maakt hierbij gebruik van de definitieve inkomensgegevens over De corporaties ontvangen van de Belastingdienst een verklaring waarop per adres wordt vermeld of het gezinsinkomen hoger is dan euro en het aantal personen dat bijdraagt aan dit inkomen. Om de privacy te waarborgen worden de namen van de bewoners en het inkomen niet vermeld op de verklaring van de Belastingdienst. Volgens de minister voldoet een dergelijke verklaring aan de privacyvoorwaarden. Deze verklaring van de Belastingdienst moet gevoegd worden bij de aankondiging van de huurverhoging. Willem Berkhout merkt op dat WBSG lang heeft nagedacht over al dan niet invoering van de inkomensafhankelijke huurverhoging. Het was geen gemakkelijke beslissing. WBSG is principieel tegen het uitvoeren van inkomensbeleid. Dit is geen taak voor woningcorporaties. Bovendien levert uitvoering van de maatregel veel werk op voor de corporatie. Van de andere kant worden woningcorporaties helaas steeds meer geconfronteerd met forse grepen in de kas. Dit gebeurt in de vorm van heffingen en belastingen die de overheid oplegt. WBSG is per jaar in totaal bijna een miljoen euro kwijt aan heffingen en belastingen. Vanaf 2013 komt daar bovenop nog de heffing voor de huurtoeslag waaraan de woningcorporaties in totaal 620 miljoen euro kwijt zijn. Deze heffing kost WBSG jaarlijks ruim euro. Deze noodzakelijke uitgaven hebben helaas tot gevolg dat WBSG het zich niet kan veroorloven af te zien van invoering van de 5%-maatregel. Het is een noodzakelijk hulpmiddel om de forse heffingen en belastingen deels te financieren. Ook WBSG zal de maatregel per 1 juli aanstaande invoeren, uiteraard onder voorbehoud van het in werking treden van de Wet Huurverhoging op grond van inkomen. Als het wetsvoorstel niet wordt ingevoerd, dan volgt een correctie achteraf. Uit de gegevens van de Belastingdienst blijkt dat de 5%- maatregel van toepassing is op 18% van de huurders van WBSG. Het betreft 312 woningen. Bij de uitvoering van de 5%-maatregel voert WBSG wel haar eigen beleid, waardoor de extra huurverhoging lager kan uitvallen dan 5%. De maximale grens voor de extra huurverhoging wordt namelijk gelegd op een huurprijs van 664,=, waarmee de woningen bereikbaar blijven voor huurtoeslag. Daarnaast wordt de inkomensafhankelijke huurverhoging afgetopt bij bijvoorbeeld 75% of 85% van de maximaal redelijke huurprijs. Bij de bepaling van het exacte percentage wordt aansluiting gezocht bij het beleid van WBSG bij mutatie. Wanneer een woning opnieuw wordt verhuurd, wordt de huurprijs passend gemaakt aan het voor het complex geldende huurprijsbeleid. Dit betekent dat, afhankelijk van de aard en ligging van het complex, de huurprijs kan variëren van 70% tot 95% van de maximaal redelijke huurprijs. Geen extra huurverhoging Door WBSG is later (na het huurdersoverleg) besloten de extra huurverhoging van maximaal 5% dit jaar niet toe te passen. Er is nog veel te veel onduidelijkheid rondom het wetsvoorstel en de praktische uitvoering daarvan. Het wetsvoorstel is goedgekeurd door de Tweede Kamer, maar ook de Eerste Kamer moet zich nog over het wetsvoorstel buigen. De behandeling in de Tweede Kamer leidde tot wijzigingsvoorstellen. Bovendien bepaalde de rechter onlangs dat de Belastingdienst de inkomensgegevens van huurders pas aan woningcorporaties mag geven als de wet in werking is getreden. 3

4 WBSG is voornemens om, wanneer de wettelijke grondslag er is, de maatregel in 2013 in te voeren. Kijk voor meer informatie op Woningbezit WBSG De gemiddelde netto huurprijs van een woning bij WBSG bedraagt 446,= (landelijk is de gemiddelde huurprijs 422,=). Ten opzichte van de maximaal redelijke huurprijs is dit 72%. Ook landelijk bedraagt dit percentage 72%. De gemiddelde netto huurprijs van een woning bij WBSG is iets gestegen ten opzichte van voorgaande jaren. Dit komt door het nieuwe woningbezit (in Nijmegen-Noord) met wat hogere huren. Huuraanpassing Vóór 1 mei aanstaande krijgen alle huurders het volgende in de brievenbus: een mededeling van de huurprijsaanpassing met aan de achterzijde een overzicht van de puntenwaardering (dit jaar inclusief het energielabel), de huurkrant en een overzicht van de servicekosten. De huurders waarvoor de inkomensafhankelijke huurverhoging geldt, ontvangen tevens de verklaring Inkomensindicatie van de Belastingdienst. Begroting 2012 In de begroting 2012 is aan de inkomstenkant rekening gehouden met een huurverhoging van 2%. Dit jaar bedraagt de feitelijke huurverhoging 2,3%. Aan de uitgavenkant wordt rekening gehouden met een stijging van de onderhoudslasten van 3% en een stijging van de overige lasten van 2%. De begroting 2012 laat een negatief resultaat zien van 0,5 miljoen euro (exclusief aanslag vennootschapsbelasting). Vragen/opmerkingen uit de zaal naar aanleiding van de presentatie van het huurbeleid: Betreft de inkomensgrens van euro een vast bedrag; zal dit volgend jaar gelijk zijn? De inkomensgrens zal gelijk blijven en enkel stijgen met de inflatie. Het gaat hierbij om het gezinsinkomen. Als de inkomensgegevens van de Belastingdienst onjuist zijn. Wat kun je dan als huurder doen? U kunt dan in beroep gaan bij de Huurcommissie. Als een huurder geen belastingaangifte doet, heeft de Belastingdienst geen inkomensgegevens en kan de extra huurverhoging niet opgelegd worden aan de betreffende huurder. De inkomensgegevens moeten door de werkgever worden doorgegeven aan de Belastingdienst. Er zijn twee categorieën waarvoor geldt dat de inkomensgegevens niet bekend zijn. Dit zijn mensen die in een bezwaarprocedure zitten of waarvan het inkomen nog niet definitief is vastgesteld. Het wetsvoorstel voorziet hier niet in en er kan dan ook van een lacune worden gesproken. Bij mutatie kan het voor de woningcorporatie aantrekkelijk zijn om de woning te verhuren aan een huurder met een inkomen boven euro. Op grond van Europese regelgeving zijn woningcorporaties verplicht om ten minste negentig procent van hun vrijgekomen sociale huurwoningen toe te wijzen aan huishoudens met een inkomen van maximaal ,- per jaar. Dus voor een klein deel (10% van de sociale huurwoningen) biedt de Europese regelgeving ruimte om sociale huurwoningen toe te wijzen aan woningzoekenden met een hoger inkomen. WBSG telde vorig jaar 132 mutaties. Bij 6 mutaties is de woning toegewezen aan een huurder met een inkomen boven euro. De Europese regels hebben nogal wat gevolgen voor de middeninkomens. Zij komen nauwelijks nog in aanmerking voor een betaalbare huurwoning en zijn vaak niet in staat om een woning te kopen. Ook voor de doorstroming op de huurmarkt heeft de regelgeving negatieve gevolgen. Hoe gaan andere woningcorporaties in Nijmegen om met de inkomensafhankelijke huurverhoging? Alle Nijmeegse woningcorporaties voeren de 5%-maatregel in 2012 onder voorbehoud in. Samen met vier andere woningcorporaties in Gelderland maakt WBSG deel uit van het samenwerkingsverband G5. Ook deze woningcorporaties voeren de maatregel in. Aedes, de branchevereniging van woningcorporaties in Nederland, is ook niet positief over de regeling van de inkomensafhankelijke huurverhoging. Niettemin adviseert zij corporaties de maatregel in te voeren, omdat met deze extra huurinkomsten een klein deel van de stijgende kosten en heffingen kan worden gefinancierd. 4

5 4. Nieuwbouwprojecten Door Henk van de Wiel, hoofd Planontwikkeling bij WBSG, wordt een presentatie gegeven over de nieuwbouwplannen in Laauwik (fase 2, eengezinswoningen) en het Park Lentseveld (appartementen). In januari 2011 startte de bouw van 33 grote eengezinswoningen in de Lentse wijk Laauwik. De woningen liggen deels aan de Prins Mauritssingel. De woningen zijn in december 2011 opgeleverd en in januari van dit jaar allemaal verhuurd. Fase 2 Laauwik Op dit moment wordt nagedacht over fase 2 van de nieuwbouw in Laauwik. Er zijn plannen om samen met collega-woningcorporatie Woongenoot en vastgoedontwikkelaar KlokOntwikkeling vier blokken eengezinswoningen te bouwen. Het eerste blok betreft 15 koopwoningen (KlokOntwikkeling). Het tweede blok bestaat uit 15 huurwoningen van Woongenoot. WBSG bouwt in totaal 21 huurwoningen (blok 3 met 10 woningen en blok 4 met 11 woningen). De woningen worden gebouwd in een retro-stijl met een knipoog naar de jaren 30. Het worden grote woningen met een breedte van ruim 5 meter en een diepte van ruim 10 meter. De plattegronden van de woningen zijn identiek. De eerste verdieping telt 3 slaapkamers en een badkamer. Op de tweede verdieping bevindt zich een mooie ruime zolder. De woningen zullen een huurprijs krijgen die onder de huurtoeslaggrens blijft. De woningen kenmerken zich door een goede isolatie en zijn zeer energiezuinig (A+ label). Park Lentseveld In het Park Lentseveld heeft WBSG het plan om 22 appartementen te realiseren aan de Cantabriëstraat, tegen de bestaande bebouwing van Lent aan. De bouwstijl van het appartementencomplex zal veel lijken op Restaurant Het Witte Huis in Lent. De appartementen tellen twee slaapkamers. De doelgroep is 40-plussers. De appartementen worden levensloopbestendig gebouwd; mensen kunnen er lang blijven wonen, ook als ze ouder worden. De appartementen zijn zogenaamde nultredenwoningen en rolstoeltoegankelijk. Ook voor deze appartementen geldt dat de huurprijs onder de huurtoeslaggrens zal blijven. Vragen/opmerkingen uit de zaal naar aanleiding van de presentatie van de nieuwbouwprojecten: Wordt er bij nieuwbouw ook al gedacht aan het gebruik van zonnepanelen? Zonne-energie is nog volop in ontwikkeling. Om hierin nu al te investeren, is zonde van het geld. Over een paar jaar zijn de huidige zonnepanelen al weer antiek geworden. Het is beter om nog enige tijd de ontwikkelingen af te wachten. 5. Ontwikkelingen in de sector en de gevolgen voor WBSG Door Reinier Kelderman, hoofd afdeling Wonen, wordt een presentatie gegeven over de ontwikkelingen in de volkshuisvesting. Om de huidige ontwikkelingen te kunnen begrijpen, is het goed om eerst terug te gaan naar de geschiedenis van de volkshuisvesting. Geschiedenis Woningcorporaties zijn toegelaten verenigingen en/of stichtingen, die uitsluitend werkzaam zijn op het gebied van volkshuisvesting. Zij richten zich op personen die niet zelf gemakkelijk in huisvesting kunnen voorzien. Dit is de primaire doelgroep van woningcorporaties. In de 19 e eeuw waren de woonomstandigheden van de bevolking in de steden slecht. De eerste woningcorporaties ontstonden aan het einde van de 19 e eeuw en werden opgericht door particulieren, zoals directeuren van grote fabrieken. Zij bouwden arbeiderswoningen voor hun werknemers. De woonomstandigheden verbeterden echter niet. De grondprijzen waren erg hoog en de huren niet op te brengen. De overheid besefte dat zij zich meer moest gaan bemoeien met de zorg voor goede huisvesting. In 1901 kwam de Woningwet die de basis vormt voor de huidige volkshuisvestingssector. Deze wet stelde eisen aan de woningen en de woningcorporaties. De (particuliere) corporaties kregen hiermee een officiële status en de mogelijkheid om met overheidsgeld woningen te bouwen. Tussen 1900 en 1940 werden een miljoen woningen gebouwd, waarvan 20% door corporaties. Na de jaren 50 werd door de corporaties een enorme inspanning verricht en steeg het woningbezit explosief. Tegenwoordig bezitten de woningcorporaties ruim 2,4 miljoen woningen. 5

6 Dit is ruim 30% van het totaal aantal woningen en 85% van het totaal aan huurwoningen. In de jaren tachtig gaat de geldkraan van de overheid steeds verder dicht en wil zij de corporaties verzelfstandigen. In 1989 verschijnt de nota Heerma die in 1995 leidt tot verzelfstandiging van de woningcorporaties. Hiermee werden de financiële banden met de overheid definitief doorgesneden en werden de corporaties sociale ondernemers die hun eigen broek moesten ophouden. Er werd tevens opnieuw gekeken naar de taakstelling van de corporaties. Er kwam een brede taakstelling voor woningcorporaties die in 1993 werd vastgelegd in het Besluit Beheer Sociale Huursector. In dit besluit staan de regels waaraan corporaties zich moeten houden en worden de werkzaamheden beschreven. In de afgelopen twintig jaar is in de corporatiebranche een duidelijke fusietrend waarneembaar. In 1995 waren er nog corporaties. In 2012 telt de branche 400 corporaties en werknemers. Dat fusies niet alleen voordelen hebben, blijkt uit onderzoek. Zo laten de beheerskosten van grotere corporaties een forse stijging zien in vergelijking tot kleinere woningcorporaties. Het balanstotaal van de corporatiebranche bedraagt 85 miljard euro. De corporaties gezamenlijk investeren 9,4 miljard euro, waarvan 300 miljoen euro aan leefbaarheid. Aan het dagelijks onderhoud van de woningen wordt in totaal 3,1 miljard euro uitgegeven. Woningcorporaties in woelig water De huidige corporatiebranche bevindt zich in woelig water. In de media verschijnen regelmatig berichten over corporaties die in opspraak zijn geraakt en/of ernstige financiële problemen kennen. Er is besloten om nog dit jaar een parlementaire enquête te houden naar het functioneren van woningcorporaties. De corporaties hebben te maken met forse heffingen, zoals de vennootschapsbelasting op alle activiteiten (ook sociale activiteiten), de Vogelaarheffing, de bijdrageheffing voor saneringssteun Centraal Fonds Volkshuisvesting (ten behoeve van financiering van probleemcorporaties) en de bijdrage aan de huurtoeslag. De heffing huurtoeslag wordt naar verwachting in 2013 ingevoerd. Deze heffingen zetten de financiële situatie van corporaties ernstig onder druk. De overheid legt de corporatiebranche ook regels op die van grote invloed zijn op het volkshuisvestingsbeleid. Denk daarbij aan de inkomensafhankelijke huurverhoging van maximaal 5% voor huurders met een gezinsinkomen van meer dan euro en de Europese regelgeving die corporaties verplicht om ten minste 90% van de vrijgekomen sociale huurwoningen toe te wijzen aan huishoudens met een inkomen lager dan ,= per jaar. Tevens ligt er een wetsvoorstel dat zittende huurders van corporatiewoningen het recht geeft om hun woning tegen de marktprijs te kopen. Woningcorporaties zijn daarbij verplicht om minstens driekwart van de woningvoorraad te koop aan te bieden. Het kooprecht is volgens de politiek bedoeld om het eigen woningbezit te bevorderen en de huurder meer keuzevrijheid te geven. Het lijkt er echter op dat het vooral een middel is om de schatkist te spekken. De geschatte waarde van de 2,4 miljoen corporatiewoningen bedraagt zo n 300 miljard euro. Met de verkoop van de woningen wenst de politiek zo n 200 miljard euro te verzilveren. WBSG verkoopt uit principe geen woningen. WBSG vindt dat huurwoningen een schaars goed zijn en zijn bedoeld voor de lagere inkomensgroepen. Het beleid van WBSG is er dan ook op gericht om het aantal sociale huurwoningen op peil te houden. Met de regeling die corporaties verplicht tot verkopen, wordt het eigendomsrecht van woningcorporaties aangetast en kunnen zij niet meer vrij over hun bezit beschikken. De regeling bemoeilijkt de corporaties in hun beleid. Omdat WBSG een relatief beperkt woningbezit kent en geen grote concentraties in wijken, betekent verkoop van woningen een enorme versnippering. Dit heeft negatieve gevolgen op het gebied van bijvoorbeeld onderhoud en herstructurering (renovatie, sloop en nieuwbouw). Bovendien heeft het negatieve gevolgen voor de samenstelling van wijken. Mensen die niet in staat zijn om een woning te kopen, zullen in de minder gewilde wijken terecht komen. 6. Voortgang herstructurering Spoorbuurt Eind november 2011 vond een eerste informatieavond plaats waarvoor alle bewoners van de Spoorbuurt waren uitgenodigd. Ruim 160 bewoners bezochten de informatieavond. Er was sprake van een grote betrokkenheid bij de buurt. 6

7 Tijdens deze eerste informatiebijeenkomst werd een werkgroep geformeerd voor de uitwerking van de toekomstplannen. Voor deze werkgroep meldden zich 41 bewoners aan. De eerste werkgroepvergadering vond plaats op dinsdag 28 februari Tijdens deze vergadering werd besloten een tweetal werkgroepen te formeren. Deze werkgroepen gaan de huidige kwaliteit van de woningen in beeld brengen. Daarbij kijken zij wat er eventueel moet veranderen en wat dit kost. Een werkgroep richt zich daarbij op de beneden- en bovenwoningen en de andere werkgroep neemt de eengezinswoningen onder de loep. Het plan om een enquête onder alle bewoners uit te zetten, is vooralsnog uitgesteld. Eerst gaan nu de beide werkgroepen aan de slag. WBSG zal iedereen goed informeren over het verloop van het project. Op de website treft u alle actuele informatie aan. 7. Rondvraag en sluiting Vragen vanuit de zaal: Als ik overlijd, gaat het huurcontract dan automatisch over op mijn vrouw? De echtgenoot is automatisch medehuurder en dat betekent dat de huurovereenkomst zonder veranderingen door loopt. WBSG geeft huurders die 50 jaar huren bij WBSG een bloemetje. Kan het aantal jaren niet verlaagd worden tot 40 jaar? WBSG neemt deze suggestie graag in overweging. Zijn er ook al plannen voor herstructurering van Hengstdal? Een gezamenlijke aanpak van de Spoorbuurt en Hengstdal is zowel fysiek als financieel niet haalbaar. Voor Hengstdal geldt een instandhoudingsbeleid. Dit betekent dat de woningen de komende 10 à 20 jaar zo goed mogelijk worden onderhouden. Worden ook de garagedeuren nog geschilderd bij de maisonnettes aan de Balladestraat? De kozijnen en panelen zijn in 2011 geschilderd. Het schilderen van de garagedeuren is technisch gezien nog niet noodzakelijk. De kleur van de garagedeuren is bovendien niet afwijkend van de nieuwe kleur van de voordeuren. Wanneer vindt het schilderwerk aan de voorzijde van de woningen aan de Fanfarestraat plaats? Dit staat voor 2013 op de planning. Sluiting Willem Berkhout dankt tot slot alle aanwezigen voor de komst en de positieve bijdrage aan het overleg. 7