Gebruikershandleiding Enterprise Interface

Transcriptie

1 Gebruikershandleiding Enterprise Interface Support Tel: +44 (0) Ref: 3068 ISO 9001:2008 / TickIT gecertificeerd Copyright Scientia Ltd Dit document is het exclusieve eigendom van Scientia Ltd. en de inhoud mag niet gekopieerd, gegeven of openbaar gemaakt worden aan ieder willekeurige derde partij zonder voorafgaande toestemming van Scientia Ltd.

2 Documentoverzicht Geschreven door Datum Release Status Achtergrond Duncan Corbett Januari Goedgekeurd Bijgewerkt voor de release van versie 3.0 Vertaald van Engels naar Nederlands door: Februari Into Dutch Ronald Degenaers Februari Laatste verfijning

3 Wereldwijde Support Locaties Kijk voor gegevens over uw lokale support op SYLLABUS PLUS is een geregistreerd handelsmerk van Scientia Ltd. SCIENTIA is een geregistreerd handelsmerk van Scientia Ltd. SCIENTIA LTD. is een ISO 9001:2008 en TickIT gecertificeerd bedrijf. Ref.: 3068 i

4 Inhoudsopgave 1 Inleiding Overzicht van de software Enterprise Course Planner (ECP) Enterprise Timetabler (ET) Enterprise Desktop Reference Data Manager (EDRDM) Synchronisatie met de database Elementen van hoofdmenu en statusbalk Dropdowns Werkbalken De weergave van data personaliseren De sorteervolgorde binnen kolommen veranderen Kolommen toevoegen en verwijderen Data bekijken per groep Data-objecten filteren met de Filter Editor Additionele elementen van het snelmenu Editors gebruiken Zoeken tijdens invoer Eigenschappen wijzigen Objecten toevoegen en verwijderen Toepassen of niet doorvoeren Tips Weekpatronen Beschikbaarheidspatronen en weekpatronen Terugschrijven en verversen Terugschrijven Verversen Herinnering voor verversen Conflicten Ref.: 3068 ii

5 Tabel van afbeeldingen Afbeelding 1 Menubalk met dropdowns in ECP... 4 Afbeelding 2 Ingekorte menubalk met dropdowns in ET... 4 Afbeelding 3 Menubalk met dropdowns in EDRDM... 4 Afbeelding 5 Werkbalken in ECP... 4 Afbeelding 4 Submenu s voor het toevoegen of verwijderen van knoppen... 4 Afbeelding 6 Werkbalken in ET... 5 Afbeelding 7 Werkbalk in EDRDM... 5 Afbeelding 8 De tabbladen van het venster Aanpassen... 5 Afbeelding 9 EDRDM met een werkbalk voor middelen... 5 Afbeelding 10 Een nieuwe werkbalk maken... 6 Afbeelding 11 Snelmenu voor personalisatie... 7 Afbeelding 13 Het venster Activiteiten in ET, dat gegroepeerd is op enkele kolommen... 8 Afbeelding 12 Een kolom toevoegen door middel van drag-and-drop... 8 Afbeelding 14 Het venster Activiteiten in ET dat de functie Groeperen volgens vak toont... 9 Afbeelding 15 Door drag-and-drop kolomkoppen verplaatsen naar Groeperen volgens vak... 9 Afbeelding 16 Studentensets in ECP gegroepeerd op Afdeling en Studieprogramma Afbeelding 17 Zalen in EDRDM gegroepeerd op Afdeling en Capaciteit Afbeelding 18 Filterbouwer Afbeelding 19 Nieuwe filtercondities toevoegen Afbeelding 20 Er zijn twee condities van toepassing Afbeelding 21 Menu met meerdere condities Afbeelding 22 Zaalscherm met toegepaste filtercondities Afbeelding 23 Een filterconditie verwijderen Afbeelding 24 Overzicht van de momenteel toegepaste filtercondities Afbeelding 25 Editor met rij voor filtering Afbeelding 26 Een lijst voor een enkele selectie Afbeelding 27 Lijst voor meervoudige selectie Afbeelding 28 Actieknoppen Afbeelding 29 Tip op de werkbalk van ET Afbeelding 30 Tip in het weekpatroon van ET Afbeelding 31 Tip die de inhoud van een veld weergeeft Afbeelding 32 Beschikbaarheidspatroon Afbeelding 33 Selectie van weken ongedaan maken door te klikken of door klikken en slepen Afbeelding 34 Selectie van een enkele week met de rechtermuisknop Afbeelding 35 Selectie van een beschikbaarheidspatroon Afbeelding 36 Tijdstip van laatste verversing SDB Afbeelding 37 Herinnering voor verversen SDB Ref.: 3068 iii

6 1 Inleiding De Enterprise Interface Handleiding is bedoeld voor gebruik met alle applicaties van Enterprise die hieronder genoemd worden en dient als algemene handleiding voor de functionaliteit van hulpmiddelen die in alle applicaties voorkomen. Dit document moet gebruikt worden in combinatie met de handleidingen van elke applicatie. Ref.:

7 2 Overzicht van de software De Enterprise Interface Handleiding kan gebruikt worden in combinatie met de applicaties die hieronder staan: 2.1 Enterprise Course Planner (ECP) Enterprise Course Planner geeft de gebruiker de mogelijkheid om het onderwijsaanbod van een instituut te beschrijven. De gebruiker kan modules maken (individuele eenheden binnen een studie) en deze kunnen gecombineerd worden tot een studieprogramma dat aan studenten aangeboden kan worden. Bovendien kan de gebruiker met de software beschrijven hoe elke module opgeleverd wordt met betrekking tot de activiteiten die elke student moet bijwonen om de module te halen. Op basis van de vraag van studenten genereert ECP automatisch het vereiste aantal activiteiten om het aantal studenten van elke module onder te brengen. ECP houdt de vraag van studenten bij als er meer gegevens beschikbaar komen en signaleert voor de gebruiker of er afwijkingen tussen de geplande oplevering en de vraag zijn. 2.2 Enterprise Timetabler (ET) Enterprise Timetabler is een grafische interface voor Syllabus Plus, waarmee de gebruiker vanuit een enkel, uitgebreid scherm roosters kan bekijken en wijzigen. De gebruiker heeft de beschikking over een reeks interactieve vensters die de mogelijkheid geven voor het aanbrengen van eenvoudige roosterveranderingen, het zoeken naar informatie en die oplossingen voor roosteren aandragen. Gebruikers met de juiste autorisaties kunnen op elk moment switchen naar de image van Syllabus Plus als ze functies willen gebruiken die niet in Enterprise Timetabler beschikbaar zijn. Gebruikers kunnen echter ook beperkt worden tot het gebruik van de interface van Enterprise Timetabler, waardoor voorkomen wordt dat ze veranderingen in de onderliggende data aanbrengen. Alle veranderingen die in Enterprise Timetabler worden aangebracht, worden automatisch bijgewerkt in de onderliggende image van Syllabus Plus. De gebruiker bepaalt of wordt teruggeschreven naar de Scientia Database. 2.3 Enterprise Desktop Reference Data Manager (EDRDM) Enterprise Desktop Reference Data Manager geeft de mogelijkheid om data te wijzigen waarop het roosteren gebaseerd is. Zowel de beschikbaarheid van middelen en alle tijdsbeperkingen die op die middelen van toepassing zijn, als de harde en zachte beperkingen, worden met deze software beheerd. 2.4 Synchronisatie met de database De veranderingen die u maakt, worden lokaal bewaard in de image. Deze veranderingen kunnen op het einde van een sessie naar de database weggeschreven worden of kunnen lokaal bewaard worden en daarna terug gebruikt worden bij de volgende sessie. De Enterprise DataSync applicatie is verantwoordelijk voor het onderhoud van de lokaal bewaarde gegevens die gebruikt worden door ECP, ET and EDRDM. Bij het begin van een sessie zorgt DataSync ervoor dat de lokale gegevens up-to-date zijn met veranderingen die gemaakt werken in de centrale database en dit sinds de gebruiker de laatste keer ingelogd was. Alhoewel dit proces in de achtergrond gebeurt, ziet de gebruiker een boodschap Ref.:

8 verschijnen op zijn scherm. De getallen die getoond worden, tonen de vooruitgang. Het eerste getal (voor het dubbelpunt) is een 1 (toont aan dat de tabellen worden opgebouwd) of een 2 (toont aan dat de data wordt geïndexeerd om een optimale performantie te garanderen). De getallen na het dubbelpunt geven aan hoeveel tabellen er verwerkt zijn en het totaal aantal tabellen dat er moet verwerkt worden. Dit proces kan een tiental minuten duren indien de gebruiker geen lokaal bewaarde kopie van de database heeft. Ref.:

9 3 Elementen van hoofdmenu en statusbalk Er kunnen verschillende commando s geselecteerd worden met gebruik van de Dropdowns en de knoppen op de Werkbalk die verschijnen in de Hoofdwerkbalk. Er kan ook informatie in de Werkbalk onder in het venster staan. 3.1 Dropdowns De menubalken met dropdowns die boven in het venster staan, bevatten verschillende menu s waarmee de gebruiker acties kan uitvoeren in de applicaties van Enterprise. Items in de menu s kunnen geselecteerd worden met de muis, andere aanwijsapparaten of met sneltoetsen op het toetsenbord. Sneltoetsen worden aangegeven door onderstrepen. Belangrijk: deze sneltoetsen zijn niet altijd aanwezig in de Nederlandse interface. Afbeelding 1 Menubalk met dropdowns in ECP Afbeelding 2 Ingekorte menubalk met dropdowns in ET Afbeelding 3 Menubalk met dropdowns in EDRDM Door te klikken op het pijltje aan de rechterkant van elke dropdown ( ) opent een reeks submenu s waarmee de gebruiker knoppen kan toevoegen of verwijderen uit het hoofdmenu, of het hoofdmenu en de werkbalken kan aanpassen. In de volgende paragraaf wordt het aanpassen van werkbalken behandeld. Afbeelding 4 Submenu s voor het toevoegen of verwijderen van knoppen 3.2 Werkbalken In de applicaties van Enterprise zijn Werkbalken beschikbaar, waarmee de gebruiker snel en eenvoudig toegang krijgt tot veelgebruikte functies. Als men met de muis over een geselecteerde knop gaat, wordt voor de functie een Tip getoond. Er kunnen meerdere werkbalken naast elkaar staan en de standaardwerkbalken verschijnen als de applicatie geopend wordt. De gebruiker kan de werkbalken aanpassen als dat gewenst is door knoppen toe te voegen en te verwijderen of door nieuwe werkbalken te maken. Afbeelding 5 Werkbalken in ECP Ref.:

10 Afbeelding 6 Werkbalken in ET Afbeelding 7 Werkbalk in EDRDM Men krijgt op dezelfde manier toegang tot Aanpassen zoals hierboven beschreven staat (Afbeelding 4 Submenu s voor het toevoegen of verwijderen van knoppen ), namelijk door selectie van Aanpassen in het submenu. Hierdoor opent het venster Aanpassen: Afbeelding 8 De tabbladen van het venster Aanpassen In het tabblad Werkbalken kunnen nieuwe werkbalken gemaakt worden en een bestaande werkbalk kan wel of niet weergegeven worden door het zetten van een vinkje. In het tabblad Commando kunnen knoppen door drag-and-drop naar bestaande of nieuwe werkbalken verplaatst worden en in het tabblad Opties zijn additionele functies voor aanpassen beschikbaar. Merk op dat in het tabblad Werkbalken de Statusbalk (status bar) verwijst naar de balk onderin, die hieronder weergegeven staat. Knoppen kunnen ook in de balk onderin geplaatst worden als dat gewenst is: Afbeelding 9 EDRDM met een werkbalk voor middelen In het voorbeeld hierboven is een werkbalk Middelen gemaakt die de knoppen Docenten, Zalen en Uitrusting bevat. In de werkbalk onderin is de knop Over EDRDM toegevoegd. Om dit te doen, moet de gebruiker klikken op de knop het venster Nieuwe werkbalk moet de gebruiker een Naam invoeren. in het tabblad Werkbalken en in Ref.:

11 Afbeelding 10 Een nieuwe werkbalk maken Door te klikken op de knop wordt er een nieuwe werkbalk gemaakt, die in de applicatie van Enterprise verschijnt als een leeg veld. Dan kunnen in het tabblad Commando door middel van drag-and-drop knoppen in de nieuwe werkbalk geplaatst worden. Ref.:

12 4 De weergave van data personaliseren Binnen de applicaties van Enterprise worden gegevens weergegeven in verschillende vensters, maar dat zijn er te veel om ze in dit document allemaal bij naam te noemen. Een aantal voor de hand liggende voorbeelden zijn de vensters met gegevens over het onderwijsprogramma die verschijnen na klikken op de knoppen in ECP, het werkblad Activiteiten en het venster Overzichten in ET, en de vensters Middelen in EDRDM. De gebruiker kan de weergave van gegevens in deze vensters personaliseren door kolommen toe te voegen en te verwijderen, de weergave van gegevens in elke kolom te wijzigen en ook door de volgorde te veranderen waarin de kolommen weergegeven worden. Gegevens kunnen ook gesorteerd, gegroepeerd en gefilterd worden. Hieronder volgt een gedetailleerde beschrijving van hoe men deze acties uitvoert. Door met de rechtermuisknop te klikken op de kolomkop van de vensters met gegevens verschijnt er een snelmenu waarin verschillende acties geselecteerd kunnen worden. Afbeelding 11 Snelmenu voor personalisatie 4.1 De sorteervolgorde binnen kolommen veranderen De volgorde waarin data-objecten worden weergegeven in de verschillende kolommen kan veranderd worden door de betreffende actie te selecteren in het snelmenu (Oplopend sorteren, Aflopend sorteren, Sorteren ongedaan maken) of door eenmaal te klikken op de gewenste kolomkop. Een tweede keer klikken op dezelfde kolomkop zal op dezelfde kolom sorteren, maar dan aflopend. Door de shifttoets ingedrukt te houden en te klikken op een andere kolomkop wordt er in tweede instantie gesorteerd op de gegevens in die kolom. Elke additionele kolom die op die manier wordt toegevoegd, zal een additioneel niveau van sorteren toevoegen. 4.2 Kolommen toevoegen en verwijderen Kolommen kunnen toegevoegd en verwijderd worden met behulp van Kolomkeuze. Als die geselecteerd wordt, opent een venster Aanpassen. In het venster Aanpassen staat alle additionele informatie die kan worden weergegeven voor het huidig geselecteerde data-object. Ref.:

13 Additionele kolommen kunnen naar wens door drag-and-drop in de kopregel van het datavenster geplaatst worden. Kolommen kunnen verwijderd worden door de kolomkop naar het venster Aanpassen te slepen of door ze van de kopregel weg te slepen tot er een kruis verschijnt. In de afbeelding hieronder wordt de kolom Afdeling rechts van de kolom Naam ingevoegd, eenvoudigweg door drag-and-drop vanuit het venster Aanpassen. Afbeelding 12 Een kolom toevoegen door middel van drag-and-drop 4.3 Data bekijken per groep Groeperen op een enkel niveau of op meerdere niveaus kan bereikt worden door met de rechtermuisknop op de gewenste kolomkop te klikken en dan Groeperen volgens deze kolom te selecteren. Hierdoor kan de gebruiker data-objecten op de geselecteerde kolom groeperen en op additionele kolommen als het proces wordt uitgebreid. Het voorbeeld hieronder toont het werkblad Activiteiten van ET, dat gegroepeerd is op Afdeling en Naam. Door te klikken op de symbolen & zullen de groepen naar wens uitklappen en inklappen. Afbeelding 13 Het venster Activiteiten in ET, dat gegroepeerd is op enkele kolommen Ref.:

14 Door met de rechtermuisknop te klikken op een kolomkop en de functie Groeperen volgens te activeren in het snelmenu kan de gebruiker complexe groepsindelingen maken door kolomkoppen door middel van drag-and-drop naar het gedeelte boven de kolomkoppen te verplaatsen. Afbeelding 14 Het venster Activiteiten in ET dat de functie Groeperen volgens vak toont Door drag-and-drop van kolomkoppen kunnen meerdere niveaus van groepsindelingen ingesteld worden. De afbeelding hieronder toont dat de kolom Naam zo versleept wordt dat hij een subgroep van Afdeling wordt. Afbeelding 15 Door drag-and-drop kolomkoppen verplaatsen naar Groeperen volgens vak Groepsnamen uit het gedeelte Groeperen volgens vak kunnen terug naar de kopregel van de kolommen gesleept worden in het werkblad Activiteiten om zo de groepsindeling ongedaan te maken. Het gedeelte Groeperen volgens kan gedeactiveerd worden in het snelmenu. Ref.:

15 Voorbeelden voor groeperen in ECP en EDRDM staan hieronder weergegeven: Afbeelding 16 Studentensets in ECP gegroepeerd op Afdeling en Studieprogramma Afbeelding 17 Zalen in EDRDM gegroepeerd op Afdeling en Capaciteit 4.4 Data-objecten filteren met de Filter Editor Door te klikken op de Filter Editor in het snelmenu opent het venster Filterbouwer dat hieronder staat. In dit venster kunnen complexe filters samengesteld worden. Afbeelding 18 Filterbouwer Ref.:

16 Door te klikken op [Naam] opent een lijst met eigenschappen van het object die gebruikt kunnen worden als filtercriterium, zoals Beschrijving, Sleutelveld, Afdeling, enzovoort. Door te klikken op Begint met opent een lijst met (logische booleaanse) vergelijkingsmethodes, zoals Is gelijk aan, Is groter dan, Bevat, enzovoort. Door te klikken op <Voer een waarde in> kan de gebruiker een waarde invoeren waarmee de eigenschap vergeleken wordt. In sommige gevallen verschijnt hiervoor een dropdown met waarden. Door te klikken op het symbool filter. naast En kan de gebruiker verdere condities toevoegen aan de Afbeelding 19 Nieuwe filtercondities toevoegen Dit resulteert in het toevoegen van een nieuwe filterconditie: Afbeelding 20 Er zijn twee condities van toepassing Door te klikken op En opent een additioneel menu waarmee de gebruiker de manier kan selecteren waarop de verschillende condities worden toegepast. Het kiezen van En betekent bijvoorbeeld dat alleen rijen die aan alle condities voldoen door de filter weergegeven worden. Het kiezen van Of betekent dat rijen die aan een of meer condities voldoen door de filter weergegeven worden. Afbeelding 21 Menu met meerdere condities Door Conditie toevoegen in dit menu te selecteren, zal nog een conditie toegevoegd worden aan de geselecteerde groep (dezelfde actie wordt uitgevoerd door op het symbool te klikken). Door Groep toevoegen te selecteren, wordt er nog een groep condities toegevoegd. De gebruiker moet dan beslissen hoe de twee groepen gecombineerd worden. Ref.:

17 De uitkomst van de ingevoerde waarden voor beide condities ziet u hieronder: Afbeelding 22 Zaalscherm met toegepaste filtercondities Het venster Zaal in EDRDM werd gefilterd op zalen waarvan de Naam begint met een C en de Capaciteit 20 is. Door te klikken op het symbool wordt de betreffende filterconditie verwijderd. Afbeelding 23 Een filterconditie verwijderen Als er al een filter is, dan wordt door klikken op de knop zodat condities toegevoegd of verwijderd kunnen worden. de Filterbouwer opnieuw geopend, Door het vinkje te verwijderen bij de functie linksonder in de editor, zullen de filtercondities tijdelijk verwijderd worden, maar wordt wel onthouden wat ze zijn. Door een vinkje te zetten, worden de condities opnieuw toegepast. Door te klikken op verwijderd worden. linksonder in het venster zullen de toegepaste filtercondities definitief Ref.:

18 De huidig toegepaste filtercondities staan linksonder in het venster overzichtelijk weergegeven. Afbeelding 24 Overzicht van de momenteel toegepaste filtercondities 4.5 Additionele elementen van het snelmenu Naast de functies van het snelmenu die hierboven staan, kan de gebruiker ook de volgende gebruiken: Best passend om de kolombreedte te veranderen, zodat die past bij gegevens in alle geselecteerde kolommen. Best passend (alle kolommen) past de breedte van alle kolommen aan.. Met opties voor uitlijning kunnen data in elke kolom ingesteld worden als Standaard, Links uitlijnen, Centreren of Rechts uitlijnen. Ref.:

19 5 Editors gebruiken 5.1 Zoeken tijdens invoer In bepaalde gevallen wordt een editor weergegeven met een blanco rij boven in de editor, zoals hieronder staat weergegeven. Afbeelding 25 Editor met rij voor filtering Door karakters in deze rij in te voeren, wordt de weergegeven objectlijst gefilterd en worden rijen gezocht waarvan de inhoud overeenkomt met de ingevoerde karakters. Als het waarschijnlijk is dat deze filtering gebruikt wordt, dan wordt er een additionele rij weergegeven. Als deze filtering minder waarschijnlijk is of wanneer de ruimte op het scherm belangrijker is, dan wordt deze rij voor filtering niet weergegeven. Een vergelijkbare functionaliteit komt beschikbaar door op het filtersymbool te klikken dat verschijnt als u met de muis over de kolomkop beweegt. Als op het symbool geklikt wordt, wordt een lijst met unieke opties getoond en u kunt in de lijst zoeken door te typen. 5.2 Eigenschappen wijzigen De eigenschappen van elk object worden op verschillende manieren gewijzigd, afhankelijk van de inhoud van het veld; sommige kunnen direct gewijzigd worden door in het betreffende veld te typen, andere worden gewijzigd door selectie uit een lijst of door aangepaste functies. Ref.:

20 Als een enkele waarde geselecteerd moet worden uit een vooraf ingestelde lijst, dan wordt een lijst weergegeven zoals hieronder staat afgebeeld. Het voorbeeld toont een lijst met afdelingen. Afbeelding 26 Een lijst voor een enkele selectie Selecteer een item uit de lijst door te klikken op de betreffende rij. De lijst met geselecteerde items kan gesloten worden door op het pictogram van het kruisje te klikken. Een andere mogelijkheid is dubbelklikken op de betreffende rij: hierdoor wordt de selectie gemaakt en de lijst met geselecteerde items afgesloten. Als een waarde kan bestaan uit een meervoudige selectie uit een vooraf ingestelde lijst, dan wordt een hulpmiddel voor meervoudige selectie weergegeven, zoals hieronder staat afgebeeld. Het voorbeeld toont een hulpmiddel voor de selectie van optionele modules van een studieprogramma. Afbeelding 27 Lijst voor meervoudige selectie Hetzelfde hulpmiddel verschijnt in alle gevallen dat u een klein aantal items moet selecteren uit een lijst die veel items bevat. De lijst waaruit u een selectie moet maken, staat aan de linkerkant. Items die momenteel geselecteerd zijn, staan in een lijst aan de rechterkant. Met de knoppen tussen de twee lijsten kunnen geselecteerde items van de ene naar de andere lijst verplaatst worden. Een andere mogelijkheid is dubbelklikken op een item in een van de lijsten en daardoor wordt het item van die lijst naar de andere lijst verplaatst. Ref.:

21 5.3 Objecten toevoegen en verwijderen Als u de juiste autorisaties hebt, kunt u nieuwe objecten aan de lijst toevoegen met de knoppen. Als u geen autorisatie hebt om nieuwe objecten van het geselecteerde type te maken, dan zijn de knoppen wel aanwezig, maar worden ze in grijs weergegeven. Er zijn een paar uitzonderingen op deze regel. In het bijzonder de lijst Activiteiten in ET, want die gebruikt niet de knoppen. Er worden andere commando s in het menu gebruikt om activiteiten te maken en te verwijderen. De Activiteitsjabloon-editor in ECP staat het toevoegen van nieuwe sjablonen niet toe, omdat die gegenereerd worden vanuit een geselecteerde module in de Module-editor. 5.4 Toepassen of niet doorvoeren Veranderingen in de data worden bevestigd of geannuleerd met gebruik van de knoppen onder in het objectvenster: Afbeelding 28 Actieknoppen Toepassen bevestigt de verandering, maar houdt het venster open. Niet doorvoeren annuleert de verandering en houdt het venster open. OK bevestigt de verandering en sluit het venster. Annuleren annuleert de verandering en sluit het venster. Het sluiten van de editor (door middel van het kruis rechtsboven) doet hetzelfde als klikken op Annuleren. Ref.:

22 6 Tips Overal in de applicaties van Enterprise zijn Tips beschikbaar die zichtbaar worden door met de muis over knoppen op de werkbalk te bewegen, over delen van het venster en over datavelden waarvan de kolommen te smal zijn om alle gegevens te tonen. Hieronder staan enkele voorbeelden weergegeven: Door met de muis over een knop op de werkbalk te gaan, wordt een tip getoond die de functie van de knop uitlegt. Afbeelding 29 Tip op de werkbalk van ET Door met de muis over Selecteer week in ET te gaan, wordt weergegeven welke weken momenteel bekeken worden en welke weken bij de huidige activiteit horen. Afbeelding 30 Tip in het weekpatroon van ET Ref:

23 Als met de muis over een veld wordt gegaan waarvan de breedte te smal is om alle gegevens weer te geven, dan wordt via een tip de volledige inhoud van dat veld weergegeven. Afbeelding 31 Tip die de inhoud van een veld weergeeft Ref:

24 7 Weekpatronen Weekpatronen komen in alle applicaties van Enterprise voor in verschillende vormen en ze vervullen verschillende functies. Deze functies worden beschreven in de individuele handleidingen van de applicaties. Dit document beschrijft hoe weekpatronen worden weergegeven en gewijzigd. 7.1 Beschikbaarheidspatronen en weekpatronen In de applicaties ECP en EDRDM komen weekpatronen voor in combinatie met beschikbaarheidspatronen voor data van het onderwijsaanbod (Modules, Studentensets, enzovoort) en voor data van middelen (Docenten, Zalen, enzovoort). Hieronder is een voorbeeld weergegeven. Afbeelding 32 Beschikbaarheidspatroon Een geselecteerde week wordt weergegeven in lichtgrijs. De selectie van weken kan ongedaan gemaakt worden door er met de linkermuisknop op te klikken. Als de selectie van een week ongedaan gemaakt is, verdwijnt de grijze kleur. Als de cursor van de muis over meerdere geselecteerde weken wordt gesleept terwijl de muisknop ingedrukt is, dan wordt de selectie van al die weken ongedaan gemaakt. Afbeelding 33 Selectie van weken ongedaan maken door te klikken of door klikken en slepen Om een enkele week te selecteren, klikt u met de rechtermuisknop op de vereiste week. Afbeelding 34 Selectie van een enkele week met de rechtermuisknop Ref:

25 Door met de linkermuisknop te klikken op een week die op dat moment nog niet geselecteerd is, wordt die week geselecteerd (samen met weken die al geselecteerd waren). Door te klikken en te slepen over meerdere niet-geselecteerde weken, worden al die weken geselecteerd. Bovendien kunnen door het verwijderen van het vinkje bij Gebruik aangepaste beschikbaarheid, vooraf ingestelde beschikbaarheidspatronen toegepast worden door een uit de lijst te selecteren. Afbeelding 35 Selectie van een beschikbaarheidspatroon Ref:

26 8 Terugschrijven en verversen De eerste twee knoppen op de werkbalk van alle applicaties van Enterprise reguleren terugschrijven en verversen. Als er in een multi-user omgeving gewerkt wordt, worden alle wijzigingen die een gebruiker aanbrengt in eerste instantie lokaal opgeslagen, maar ze zijn dan nog niet zichtbaar voor andere gebruikers die een verbinding hebben met dezelfde centrale database. Hierdoor kan de gebruiker in een testomgeving werken, als dat gewenst is, zonder dat dit invloed heeft op de gegevens die andere gebruikers zien. 8.1 Terugschrijven Als de gebruiker van veel wijzigingen tegelijk wil afzien, dan kan dit door de applicatie te sluiten zonder terug te schrijven. Als de gebruiker klikt op de knop Terugschrijven, dan worden de wijzigingen die aangebracht zijn, teruggeschreven naar de centrale database. Zodra deze actie is uitgevoerd, kunnen andere gebruikers die een verbinding hebben met dezelfde database de wijzigingen bekijken door te klikken op de knop Verversen. 8.2 Verversen Als een gebruiker klikt op de knop Verversen, dan wordt de lokale versie van de data geüpdatet met alle wijzigingen die door andere gebruikers teruggeschreven zijn sinds de laatste keer dat de gebruiker ververste. Omdat het verversen de besturing van de gebruikersinterface onderbreekt, wordt het proces alleen uitgevoerd op verzoek van de gebruiker. De statusbalk onder in het venster geeft een indicatie van het tijdstip waarop de laatste keer ververst werd, zodat de gebruiker kan zien hoe oud zijn kopie van de data is Herinnering voor verversen Afbeelding 36 Tijdstip van laatste verversing SDB De gebruiker kan door middel van het tabblad Toepassing in het venster Opties (Extra Opties in het menu) in de applicatie Enterprise Timetabler een tijdsduur specificeren waarna hij een herinnering wil krijgen om te verversen. Afbeelding 37 Herinnering voor verversen SDB Ref:

27 Na de gespecificeerde tijdsduur gaat de indicator knipperen die aangeeft wanneer de laatste keer ververst werd en er verschijnt een pictogram met een waarschuwing dat er zo uitziet: 8.3 Conflicten Als meerdere gebruikers met dezelfde data werken, dan bestaat de mogelijkheid dat een gebruiker wijzigingen in de data heeft aangebracht en teruggeschreven die conflicteren met de wijziging die een andere gebruiker nu probeert terug te schrijven. In een dergelijk geval krijgt de tweede gebruiker een melding die waarschuwt dat sommige data die hij wil wijzigen, sinds de laatste keer dat hij ververste, zijn gewijzigd door een andere gebruiker. De gebruiker moet eerst een ververste versie van de data accepteren voordat hij kan terugschrijven. Deze verversing zal sommige wijzigingen die hij maakte overschrijven. Ref: