De Wet Normering Topinkomens binnen het arbeidsrecht: een beperkte toepassing?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Wet Normering Topinkomens binnen het arbeidsrecht: een beperkte toepassing?"

Transcriptie

1 De Wet Normering Topinkomens binnen het arbeidsrecht: een beperkte toepassing? Een onderzoek naar de (reflexwerking van de) WNT en haar relatie tot arbeidsrechtelijke leerstukken Priscilla Bartens Masterscriptie Mastertrack: Arbeidsrecht Onder begeleiding van: prof. dr. Ronald M. Beltzer 25 juli

2 Abstract Het doel van het onderhavige onderzoek was te onderzoeken of en zo ja, in hoeverre de toepassing van de WNT beperkt wordt door de arbeidsrechtelijke beginselen waarmee de WNT in verband staat. Bij het verrichten van het onderzoek heb ik gebruik gemaakt van wetgevings-, literatuur- en jurisprudentieonderzoek. Uit het onderzoek bleek dat indien de verlaging van de bezoldiging van de topfunctionarissen dient plaats te vinden conform de wijzigingsleer, dit een probleem zou zijn voor een consequente toepassing van de WNT-bezoldigingsmaxima. De wijzigingsleer is gezien de bewoordingen van artikel 1.6 lid 2 WNT echter niet relevant, daar de te hoge bezoldigingen van rechtswege gelijk zijn aan de maximumbezoldiging. De WNT maakt verder een eenmalige uitzondering op het beginsel van het primaat van de caopartijen, wat een inbreuk zou kunnen opleveren op het recht op collectief onderhandelen in de zin van artikel 11 EVRM. Dit zou ertoe kunnen leiden dat de rechter in een zaak de WNT buiten toepassing laat ex artikel 94 Grondwet. Of de WNT een beperking van het recht op collectief onderhandelen oplevert, is echter niet duidelijk; dit hangt af van in hoeverre het recht op collectief onderhandelen reeds aan de orde is bij het op voorhand beknotten van de onderhandelingsvrijheid. Bovendien bestaat er een grote kans dat de beperking toelaatbaar is gezien artikel 11 lid 2 EVRM. Verder verhoudt de WNT zich slecht tot (de ratio van) de Wet op de Loonvorming (Wet LV), gelet op artikel 10 Wet LV. Dit beperkt echter niet de toepassing van de WNT, aangezien de WNT een jongere wet is dan de Wet LV en om die reden voor gaat bij een conflict tussen de twee wetten. Het is niet duidelijk in hoeverre aan de maximum WNT-ontslagvergoeding reflexwerking toekomt in de rechtspraak. Een vaste voorkeur van de arbeidsrechter ten aanzien van het onverkort toepassen van het WNT-maximum lijkt er namelijk niet te zijn. Dit vormt een beperking voor de werking van de WNT, doch de wetgever heeft hier zelf voor gekozen. Een andere beperking voor de toepassing van de WNT vormt het feit dat bij de invoering van de Wwz niet voldoende rekening is gehouden met de WNT. Niet alleen kan de transitievergoeding hoger uitvallen dan het WNT-maximum voor de ontslagvergoeding, de werkgever heeft de mogelijkheid de WNT te omzeilen door verscheidene ontslagvergoedingen te laten cumuleren. De wetgever lijkt dit laatste probleem te willen ondervangen met het (concept-)wetsvoorstel Evaluatiewet WNT. De conclusie is daarom dat de WNT voornamelijk beperkt wordt door een mogelijke schending van artikel 11 EVRM en door de inconsistentie tussen de WNT en de Wwz. Indien de WNT inderdaad een inbreuk op artikel 11 EVRM zou opleveren, lijkt dit moeilijk op te lossen zonder aan de doelstelling van de WNT tekort te doen. De inconsistentie tussen de WNT en de Wwz is makkelijk op te lossen door een wetswijziging. 2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding De Wet Normering Topinkomens Het doel van de WNT Probleemstelling en onderzoeksvragen Onderzoeksmethoden De reikwijdte van de WNT Inleiding Wettelijke afbakening: publieke- en semipublieke instellingen De jurisprudentie: welke instellingen vallen onder de reikwijdte? Wettelijke afbakening: topfunctionaris De jurisprudentie: wanneer is iemand topfunctionaris? Conclusie De inhoud van de WNT Inleiding De bezoldigingsregimes Regime 1: bezoldigingsmaximum van en openbaarmakingsverplichting Regime 2: sectorale bezoldigingsnorm en openbaarmakingsverplichting Regime 3: openbaarmakingsverplichting Afwijkende bezoldigingsnormen Lagere sectornormen Topfunctionarissen zonder dienstbetrekking Topfunctionarissen werkzaam bij gelieerde rechtspersonen Leden en voorzitters van toezichthoudende organen Verbod op variabele beloningen Ontslagvergoedingen Wettelijk kader Jurisprudentie: uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband Overgangsrecht Conclusie Pacta sunt servanda, het primaat van de cao-partijen en de Wet op de Loonvorming in verhouding tot de WNT Inleiding Pacta sunt servanda Het probleem van toepassing van de wijzigingsleer Een wijziging van rechtswege? Het primaat van de cao-partijen Schending van het recht op collectief onderhandelen? De Wet op de Loonvorming De voorwaarden voor het ingrijpen in de loonvorming Valt de WNT onder het toepassingsbereik van de Wet LV? De Wet LV: geen beperking voor de toepassing van de WNT Conclusie Ontslagvergoedingen onder de WNT Inleiding De pre-wwz-situatie Het wettelijk kader: de kantonrechtersformule In de rechtspraak toegekende ontslagvergoedingen Volledige reflexwerking WNT Reflexwerking WNT beperkt door billijkheid.39 3

4 De WNT als factor Conclusie Ontslagvergoedingen na de Wwz De transitievergoeding De billijke vergoeding Cumulatie problematiek? Conclusie Samenvatting en conclusie Literatuurlijst.52 4

5 1. Inleiding 1.1. De Wet Normering Topinkomens In december 2011 krijgt de heer Jacobs de mogelijkheid om directeur te worden van een grote woningcorporatie. Graag neemt hij deze mogelijkheid aan; hoewel de baan veel tijd in beslag zal nemen, staat er een zeer goede bezoldiging tegenover. In 2013 krijgt hij echter te horen dat hij nog slechts vier jaar van dit riante loon (bedragende per jaar) kan genieten. Na deze periode zal zijn bezoldiging gedurende een tijdvak van drie jaar worden teruggebracht tot een bedrag dat nog niet eens de helft van zijn voorgaande loon bedraagt. Dit verbaast Jacobs; dat was immers niet de afspraak. Hij overweegt over te stappen naar een andere onderneming, waar het salaris naar zijn mening beter aansluit bij zijn kwaliteiten als directeur. Als het echter aan de woningcorporatie had gelegen, had Jacobs zijn oude bezoldiging behouden. Dergelijke situaties zullen zich vaak hebben voorgedaan in In dat jaar trad immers de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (kortweg: de Wet Normering Topinkomens, WNT) in werking. In de WNT worden inkomens en ontslagvergoedingen van zogeheten topfunctionarissen bij (semi)publieke instellingen genormeerd en openbaar gemaakt. De hierbij horende bezoldigingsnormen worden elk jaar in een ministeriële regeling vastgesteld. 1 De WNT bepaalt dat bepaalde instellingen met een publieke taak geen bezoldiging met hun topfunctionarissen mogen overeenkomen die hoger is dan de bezoldiging van de Minister. 2 Per 1 januari 2016 bedraagt deze bezoldiging ,- inclusief vakantiegeld en eindejaarsuitkering. 3 Zoals te zien was in het bovenstaande voorbeeld, is dit in sommige gevallen een stuk minder dan het oorspronkelijk overeengekomen loon. Daarnaast bepaalt de WNT dat partijen geen beëindigingsvergoeding overeenkomen die hoger is dan een jaarsalaris, met een maximum van ,-. Indien partijen toch een hogere bezoldiging of een hogere ontslagvergoeding overeenkomen, is het meerdere onverschuldigd betaald Het doel van de WNT Kort gezegd is het doel van de WNT het tegengaan van bovenmatige beloningen en ontslagvergoedingen bij instellingen in de (semi)publieke sector. Het kabinet is van mening dat organisaties met een publieke taak die bekostigd worden met publiek geld, hun bestuurders niet te veel 1 Hoffmans, TAR 2015/12-a, par Dit is geregeld in de Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT, ook wel de WNT-2 genoemd. Voor de inwerkingtreding van deze wet, bedroeg de maximale bezoldiging 130% van de bezoldiging van de Minister. 3 De Rijksoverheid Artikelen 2.10, 3.7 en 1.6 WNT. 5

6 dienen te betalen; de bezoldiging dient maatschappelijk verantwoord te zijn. Tegelijkertijd dient rekening te worden gehouden met de wens topfunctionarissen met kwaliteit te hebben en hen voor een redelijke tijd voor de organisatie te behouden. 5 Zoals te zien in het onder 1.1. genoemde voorbeeld, kan een lager loon er immers voor zorgen dat minder goede kandidaten geïnteresseerd zullen zijn in functies die vallen onder het begrip 'topfunctionaris' in de zin van de WNT. Het doel van de WNT is volgens de Wetgever drieledig. Het eerste doel is te voorzien in een democratisch gelegitimeerd instrument op basis waarvan normen en verplichtingen kunnen worden opgelegd ten aanzien van de bezoldiging van bestuurders en andere topfunctionarissen in de (semi) publieke sector. In de tweede plaats is het doel af te bakenen welke instellingen en organisaties tot deze sector worden gerekend en te bepalen wat dat betekent voor het bezoldigingsbeleid voor de in deze sectoren werkende topfunctionarissen. Het laatste doel is te verhinderen dat de instellingen in de (semi-) publieke sectoren rechtens in staat zijn bovenmatige bezoldigingen toe te kennen. 6 Aan de conclusie tot wetgeving over te gaan heeft mede ten grondslag gelegen dat het kabinet heeft geconcludeerd dat met betrekking tot de bezoldiging van topfunctionarissen niet op zelfregulering kan worden vertrouwd. Als voorbeeld wordt in de memorie van toelichting genoemd de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen (NVTZ) en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisdirecteuren (NVZD). Deze richtlijnen gaven het maximumsalaris aan dat de bestuurder zou mogen verdienen. Tussen 2003 en 2008 werden beide richtlijnen zeer regelmatig overschreden; zo overschreden in ,5% van de zorgbestuurders de NVTZ-norm. Een wet zou daarom beter zijn dergelijke topinkomens terug te dringen. 7 Dit lijkt inderdaad het geval te zijn als men kijkt naar de getrokken conclusies in het Eindrapport Wetsevaluatie WNT Probleemstelling en onderzoeksvragen De WNT lijkt voor nu dus zijn doel te kunnen verwezenlijken. Men kan zich echter de vraag stellen of de WNT in zijn huidige vorm optimaal is, of dat er beperkingen kleven aan de toepassing van deze wet gezien de bijzondere positie die de WNT inneemt binnen het arbeidsrecht. Zoals te zien was in de casus van de heer Jacobs, maakt de WNT inbreuk op de reeds tussen de topfunctionaris en zijn werkgever gemaakte afspraken omtrent bezoldiging. Dat is niet gebruikelijk binnen het arbeidsrecht. Een arbeidsovereenkomst is immers een contract, waarbij geldt pacta sunt servanda. Verder geldt in het arbeidsrecht dat de loonvorming in beginsel het primaat is van de sociale partners. In de memorie van toelichting geeft de wetgever aan dat de WNT een uitzondering maakt op deze regel. 9 Bovendien kan men zich de vraag stellen hoe de WNT zich verhoudt tot artikel 10 van de Wet op de 5 Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p Ibid., p Ibid., p Ministerie BZK 2015, p Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p. 1. 6

7 Loonvorming, waarin kort gezegd staat dat de minister slechts mag ingrijpen in de loonvorming indien sprake is van een zich plotseling voordoende economische noodzaak. Daarnaast is relevant dat de arbeidsrechter ex artikel 1.6 lid 2 WNT niet gebonden is aan de WNTmaxima bij het toekennen van een ontslagvergoeding. Sommige arbeidsrechters kennen de WNT echter zekere reflexwerking toe. Dit betekent dat, hoewel de rechter niet gebonden is aan de maxima van de WNT, hij hiermee wel rekening houdt bij het bepalen van de ontslagvergoeding. 10 Dit was vooral relevant voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wwz; in het huidige recht is er immers de wettelijk vastgelegde transitievergoeding. Om te bepalen in hoeverre de niet-gebondenheid van de rechter de werking van de WNT frustreert, is dus van belang te bezien in hoeverre de arbeidsrechters reflexwerking toekennen aan de WNT en welke rol artikel 1.6 lid 2 WNT speelt na inwerkingtreding van de Wwz. De WNT lijkt gezien het voorgaande op gespannen voet te staan met verschillende leerstukken binnen het arbeidsrecht; kan dit de werking van de WNT frustreren? Deze (mogelijke) problematiek zal centraal staan in deze scriptie, wat leidt tot de volgende probleemstelling: in hoeverre wordt de toepassing van de Wet Normering Topinkomens (WNT) beperkt door de daarmee samenhangende arbeidsrechtelijke leerstukken? Bij het beantwoorden van deze vraag zal ik mij leiden door de volgende deelvragen: - Wat is het doel van de WNT? - Wat is de reikwijdte van de WNT? - Wat is de inhoud van de WNT? - Met welke arbeidsrechtelijke leerstukken komt de WNT in aanraking en vormen deze leerstukken een beperking voor de toepassing van de WNT? De laatste deelvraag bevat het zwaartepunt van de scriptie en ziet op de in deze paragraaf omschreven problematiek. De eerste drie vragen, betreffende het doel, reikwijdte en inhoud van de WNT, zijn noodzakelijk te beantwoorden om een duidelijk beeld te schetsen van de wet, hetgeen nodig is om de WNT binnen het bredere kader van het arbeidsrecht te kunnen analyseren. De deelvragen worden in bovenstaande volgorde in afzonderlijke hoofdstukken besproken, waarbij de laatste deelvraag wordt gesplitst in twee hoofdstukken en de eerste deelvraag reeds in deze inleiding aan bod is gekomen. Het voorlaatste hoofdstuk zal zien op de verhouding tussen de WNT en het beginsel pacta sunt servanda, het primaat van de cao-partijen en de Wet op de Loonvorming. Het laatste hoofdstuk richt zich op de mogelijke reflexwerking van de WNT en de relevantie van deze reflexwerking na de inwerkingtreding van de Wwz. 10 Hoffmans, TAR 2015/12-a, par

8 1.4. Onderzoeksmethoden Het onderhavige onderzoek valt onder de klassieke rechtswetenschap, in de zin dat het onderzoek zich primair richt op de beschrijving en analyse van het recht omtrent de WNT vanuit het perspectief van de rechter, met als doel het informeren van belanghebbende partijen over de huidige stand van het recht. Hoewel het onderzoek voornamelijk descriptief is, kent het ook normatieve ondertonen; aan de hand van de door mij verzamelde informatie kunnen verschillende conclusies worden getrokken, afhankelijk van wie de informatie analyseert. De eerste drie deelvragen met betrekking tot het doel, de reikwijdte en de inhoud van de WNT beantwoord ik voornamelijk aan de hand van een analyse van de relevante (lagere) wetgeving met omringende stukken, zoals voorbereidend materiaal (kamerstukken). Daarnaast bedien ik mij van jurisprudentieonderzoek om te bezien of de jurisprudentie reeds invulling heeft gegeven aan de bestaande wetten. De vierde deelvraag beantwoord ik voornamelijk aan de hand van literatuuronderzoek. Door zowel handboeken als tijdschriftartikelen te raadplegen met betrekking tot de rechtsbeginselen pacta sunt servanda en het primaat van de cao-partijen, bezie ik hoe deze beginselen zich verhouden met en eventueel een beperking opleveren van de WNT. Uit deze literatuur haal ik vervolgens de relevante jurisprudentie. Om de verhouding tussen de WNT en de Wet op de Loonvorming te onderzoeken maak ik gebruik van zowel literatuuronderzoek als wetgevingsonderzoek. Ten aanzien van de subvraag met betrekking tot de reflexwerking van de WNT pas ik voornamelijk jurisprudentieonderzoek toe, waarbij ik zoek naar jurisprudentie waar de WNT van toepassing was en de arbeidsrechter een ontslagvergoeding heeft toegekend. Verder bedien ik mij van onderzoek naar literatuur omtrent de (pre-)wwz situatie met betrekking tot ontslagvergoedingen, opdat ik de verzamelde literatuur binnen dat kader kan plaatsen. 8

9 2. De reikwijdte van de WNT 2.1. Inleiding Zoals aangegeven in de inleiding is het noodzakelijk de reikwijdte van de Wet Normering Topinkomens uiteen te zetten voordat deze wet binnen het bredere kader van het arbeidsrecht kan worden geanalyseerd. Een dergelijke uiteenzetting beoog ik te geven door middel van het onderhavige hoofdstuk. Zeer kort samengevat richt de WNT zich op de hoogste leidinggevenden binnen de publieke- en semipublieke sector. De idee is dat naarmate een onderdeel van de semipublieke sector zich dichter bij de publieke sector bevindt, het bezoldigingsstelsel strikter is. 11 De verschillende bezoldigingsstelsels komen in hoofdstuk 3 aan de orde. Het onderhavige hoofdstuk ziet slechts op de reikwijdte van de WNT, waarbij twee vragen centraal staan: welke instellingen vallen onder het bereik onder de WNT en welke werknemers worden aangemerkt als topfunctionarissen? In de onderstaande paragraven zullen deze twee vragen worden beantwoord aan de hand van de (lagere) wetgeving en de daaromtrent verschenen jurisprudentie. Om te beginnen zal worden besproken welke instellingen onder de WNT vallen. Daarna komt aan bod wie worden aangemerkt als topfunctionarissen Wettelijke afbakening: publieke- en semipublieke instellingen De WNT is van toepassing op zowel de publieke sector als de semipublieke sector. In de onderhavige paragraaf volgt een uiteenzetting van de wettelijke afbakening van beide sectoren. Publieke sector Uit de opsomming in artikel 1.2 WNT blijkt dat de WNT betrekking heeft op alle lichamen die krachtens publiek recht zijn ingesteld, zoals gemeenten, provincies en waterschappen. De WNT ziet ook op privaatrechtelijk vormgegeven zelfstandige bestuursorganen (art. 1.3 lid 1 sub a), zoals DNB en de AFM, en privaatrechtelijke rechtspersonen waarbij een WNT-organisatie invloed heeft op het beheer of beleid van de rechtspersoon (art. 1.3 lid 1 sub b). In de Beleidsregels WNT 2016 is nader omschreven wanneer van een rechtspersoon als bedoeld in artikel 1.3 lid 1 sub b WNT sprake is. Samenvattend is dit het geval indien een overheidsorganisatie krachtens de statuten of ingevolge een overeenkomst ten aanzien van een vereniging of stichting een of meer leden in het bestuur kan benoemen of ter benoeming kan voordragen, de benoeming van een of meer bestuursleden kan 11 Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p. 9. 9

10 blokkeren, leden van de raad van toezicht kan benoemen of voordragen, of op een andere wijze invloed van betekenis heeft op het beheer of beleid. 12 Ten slotte is de WNT van toepassing op in Nederland gevestigde rechtspersonen waaraan voor een periode van ten minste drie achtereenvolgende kalenderjaren een of meer subsidies zijn verleend, die samen per kalenderjaar ten minste bedragen en die ten minste 50% uitmaken van de inkomsten van de rechtspersoon in dat kalenderjaar. (art. 1.3 lid 1 sub c). Semipublieke sector De term semipublieke sector werd door de commissie-dijkstal te veelomvattend en fluïde geacht om met één eenduidig criterium te kunnen worden gedefinieerd. Om die reden leek het de wetgever noodzakelijk op te sommen datgene wat tot deze sector gerekend moest worden. Het advies van commissie Dijkstal van september 2007 ( Normen en waarderen ) reikte hiertoe enige criteria aan, namelijk: 1. Status van rechtspersoon met een wettelijke taak (RWT) 13 ; 2. De mate waarin een organisatie inkomsten uit publieke middelen ontvangt; 3. Het publieke belang dat een organisatie behartigt 14 ; 4. De mate waarin sprake is van commerciële concurrentie (contra-indicatie). 15 De wetgever heeft van deze criteria gebruik gemaakt bij het maken van de opsomming van de sectoren en instellingen die tot de semipublieke sector moeten worden gerekend. De uitkomst van de afbakening is neergelegd in de bijlagen bij artikelen 1.3 (lid 1 sub d en e), 1.4 en De reikwijdte van de WNT strekt zich uit tot onder meer de volgende deelsectoren: de onderwijs-, cultuur- en wetenschapsectoren, drinkwaterbedrijven, woningcorporaties, de zorgsector en zorgverzekeraars. 17 Ten slotte dient te worden opgemerkt dat semipublieke rechtspersonen en instellingen die niet onder de reikwijdte van de wet zijn gebracht, zo nodig alsnog bij algemene maatregel van bestuur binnenboord kunnen worden gehaald (artikelen 1.3 lid 2, 1.4 lid 2 en 1.5 lid 2). Wanneer naar de bedoeling van de WNT een maximum wel van toepassing zou moeten zijn, kan van de aanwijzingsbevoegdheid gebruik worden gemaakt, een en ander binnen de grenzen van 12 Zie artikel 3 Beleidsregels WNT NB: met een RWT wordt gedoeld op een instelling van wie de taken of een deel daarvan bij wet zijn geregeld en die uit een heffing worden bekostigd, zoals bedoeld in artikel 91 lid 2 sub d van de Comptabiliteitswet 2001, zie de Memorie van Toelichting van de WNT, p Onder publiek belang verstaat de regering een maatschappelijk belang waarvan de overheid zich de behartiging heeft aangetrokken. Dat wil niet zeggen dat de overheid zich bemoeit met alle aspecten van de aangelegenheid. De overheid kan volstaan met waarborgen of stimuleringsmaatregelen. Zie Kamerstukken II 2010/11, , nr. 8, p Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p Ibid., p Zie voor de complete lijst bijlagen 1 tot en met 4 van de WNT. 10

11 bovengenoemde delegatiebepalingen. Deze bepalingen vormen een vertaling van de eerder genoemde criteria voor de indeling van instellingen in de semipublieke sector De jurisprudentie: welke instellingen vallen onder de reikwijdte? Tot heden zijn er slechts twee uitspraken verschenen die betrekking hebben op de vraag of een instelling kan worden aangemerkt als een publieke- of semipublieke instelling zoals bedoeld in de WNT. Ten eerste is er de uitspraak van de Kantonrechter Amersfoort. Kern van het geschil was de vraag of de instelling (Stichting Wandelnet), in het licht van de bepalingen van de WNT, de overeengekomen beëindigingsvergoeding diende te betalen. De voorvraag was dus of Stichting Wandelnet (op grond van artikel 1.3 onder c WNT) onder de werkingssfeer van de WNT viel. Er bestond twijfel over het antwoord op deze vraag, omdat de werkneemster betwistte dat in 2014 voor meer dan ,- aan subsidie was ontvangen. Dit kwam doordat de definitieve jaarcijfers nog niet waren vastgesteld. Desondanks ging de kantonrechter er op basis van conceptdocumenten van de accountant van uit dat wel aan de toepassingscriteria van de WNT was voldaan, zodat de Stichting onder de WNT viel. Dit liet volgens de kantonrechter onverlet dat niet geheel uitgesloten kan worden dat uit de definitieve jaarcijfers alsnog zou blijken dat Wandelnet in 2014 niet aan alle toepassingscriteria van de WNT heeft voldaan, in welk geval de werkneemster alsnog aanspraak zou kunnen maken op het onbetaald gebleven deel van de beëindigingsvergoeding. 19 Ten tweede heeft de kantonrechter Amsterdam in 2014 uitspraak gedaan in een zaak waarbij mede de vraag speelde of het Centraal Bureau Fondsenwerving een instelling was in de zin van de WNT. Anders dan de werkgever betoogde, was dat niet het geval, aangezien het Bureau gelden van aangesloten instellingen en gelden uit beoordelingen had ontvangen, welke gelden de ontvangen subsidies in hoogte overtroffen. 20 Gezien de geringe hoeveelheid aan uitspraken, kan nog geen uitspraak worden gedaan over de lijn die de arbeidsrechter aanhoudt bij het beantwoorden van de vraag wanneer een instelling onder de reikwijdte van de WNT valt. Wellicht dat na verloop van tijd meer uitspraken hieromtrent verschijnen, waardoor het beter mogelijk is af te bakenen welke organisaties kunnen worden aangemerkt als een WNT-instelling. 18 Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p Rechtbank Midden-Nederland (ktr. Amersfoort) 13 mei 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015: Rechtbank Amsterdam (Ktr. Amsterdam) 20 oktober 2014, ECLI:NL:RBAMS:2014:8768, r.o

12 2.4. Wettelijke afbakening: topfunctionaris Kort gezegd zijn topfunctionarissen de hoogste leidinggevenden of hoogste toezichthouders binnen de WNT-organisaties, alsmede de hoogste ondergeschikten, en degenen die belast zijn met de dagelijkse leiding. Voor het Rijk, de provincies, gemeenten, de waterschappen en de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie zijn de betreffende functies opgesomd in de wet. Bij het Rijk zijn dat onder meer de hoogste militaire functies, de Raad van State en de Nationale Ombudsman. Voor de volledige opsomming van de topfunctionarissen in de publieke sector verwijs ik naar artikel 1.1 sub b onder 1 tot en met 4 WNT. Ten aanzien van de semipublieke sector zijn de topfunctionarissen in de wet aangeduid als de leden van de hoogste uitvoerende en toezichthoudende organen, alsmede de hoogste ondergeschikte of de leden van de groep hoogste ondergeschikten van dat orgaan en degene of degenen die belast zijn met de dagelijkse leiding (art. 1.1 sub b onder 5 WNT). In de Beleidsregels WNT 2016 is in artikel 4 nader gedefinieerd wat een topfunctionaris is bij privaatrechtelijke rechtspersonen of instellingen. Het gaat om de groep van hoogste leidinggevenden binnen een rechtspersoon of instelling, die leiding geven aan de gehele rechtspersoon of instelling. Deze criteria gelden los van elkaar. Als voorbeeld wordt genoemd de vestigings- of locatiedirecteur die lid is van het centraal-managementteam waarin beslissingen voor de gehele instelling of rechtspersoon worden genomen (art. 4 Beleidsregels WNT 2016). Verburg interpreteert het voorgaande zo dat men pas topfunctionaris is indien men medeverantwoordelijk is voor het nemen van besluiten voor de gehele organisatie. Zo zou een directeur P&O volgens hem geen topfunctionaris zijn als hij slechts rapporteert aan de voorzitter van de directie en niet zelf lid van de directie of het managementteam is. Daarnaast is Verburg van mening dat indien men wel verantwoordelijk is voor de besluiten ten aanzien van de hele organisatie, maar het overgrote deel van de dagelijkse werkzaamheden bestaat uit werk ten behoeve van een onderdeel van de organisatie, men topfunctionaris is en blijft voor het geheel. 21 Het is van belang hierbij een aantal afsluitende opmerkingen te maken. Om te beginnen draait het bij het bepalen van wie topfunctionaris is niet om de gehanteerde titulatuur; de WNT kan dus niet omzeild worden door het gebruik van bepaalde functieomschrijvingen. 22 Dit wordt onder meer benadrukt in artikel 4 lid 3 van de Beleidsregels WNT Verder is topfunctionaris niet alleen degene met een arbeidsovereenkomst of een ambtelijke aanstelling. Ook degene die op grond van een andere titel tegen betaling zijn opgedragen taken vervult is topfunctionaris (art. 1.1 aanhef en onder d WNT). Men 21 Verburg, ArA , p Ibid., p

13 kan hierbij denken aan degene die werkt na inlening via een adviesbureau of een management-bv. 23 Wederom plaatst de WNT dus werkelijkheid voor schijn; via tussenplaatsing van een derde kan de WNT niet worden omzeild De jurisprudentie: wanneer is iemand topfunctionaris? In de praktijk komt het voor dat het op voorhand niet duidelijk is wie als topfunctionaris kan worden aangemerkt. Dit blijkt uit de volgende uitspraken. Zo stond in een zaak bij de kantonrechter te Maastricht in 2013 de vraag centraal of een Vestigingsdirecteur van Woonpunt aan de gehele organisatie van Woonpunt leiding gaf, en daarom zou kunnen worden aangemerkt als topfunctionaris, of dat hij slechts leiding gaf aan de organisatie van zijn vestiging. De werknemer voerde aan dat hij tijdens het zogeheten directieoverleg waaraan hij deelnam geen beslissingen nam die de gehele organisatie betroffen. De kantonrechter ging hier echter niet in mee. Doorslaggevend was een verklaring van een manager waarin werd aangegeven dat tijdens het directieoverleg wél besluiten genomen werden die de gehele organisatie van Woonpunt betroffen. Het directieoverleg nam in gezamenlijkheid besluiten, waarbij ieder van de deelnemers een gelijke inbreng had en niet werd gestemd. De kantonrechter oordeelde daarom dat de vestigingsdirecteur feitelijk besluiten nam betreffende de gehele organisatie en belast was met de dagelijkse leiding van niet alleen de vestiging waar hij directeur was, maar ook de gehele organisatie van Woonpunt. Kortom: de WNT was op hem van toepassing. 24 In de uitspraak van mei 2015 van de kantonrechter Groningen ging het om een adjunct-directeur in dienstbetrekking bij Ambulancezorg Groningen die tot 2012 belast was geweest met de dagelijkse leiding van de gehele organisatie. Daarna trad echter een nieuwe algemeen directeur aan en verviel de functie van werknemer. De partijen hebben vervolgens enkele jaren gezocht naar een andere passende functie, hetgeen niet gelukt is, waardoor in 2015 de zaak belandde bij de kantonrechter. De kantonrechter overwoog daarom dat de betrokkene geen topfunctionaris was in de zin van de WNT; de WNT trad immers in werking per 1 januari 2013, en op dat moment kon de voormalig adjunctdirecteur niet meer worden gekwalificeerd als topfunctionaris. 25 In een uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland ging het om de vraag of de Directeur Finance van de Divisie Zorg & Gezondheid van Achmea BV als topfunctionaris diende te worden aangemerkt. De directeur maakte weliswaar deel uit van het directieteam van de Divisie Zorg & Gezondheid, maar gaf geen leiding aan het gehele Achmea-concern. De kantonrechter overwoog dat uitsluitend de zorgverzekeringstak van Achmea onder de WNT valt. Beslissend was dus of hij leiding gaf aan de 23 Hoffmans, TAR 2015/12-a, p Rechtbank Limburg (ktr. Maastricht) 6 december 2013, ECLI:NL:RBLIM:2013:9733, r.o Rechtbank Noord-Nederland (ktr. Groningen) 22 mei 2015, ECLI:NL:RBNNE:2015:

14 gehele zorgverzekeringstak van Achmea, hetgeen het geval was omdat betrokkene in het directieteam van deze zorgverzekeringstak zat. Hij diende daarom te worden aangemerkt als topfunctionaris. 26 Kortom, ook met betrekking tot dit onderwerp is er nog niet veel jurisprudentie verschenen, waardoor er nog geen conclusie kan worden getrokken met betrekking tot de koers die de arbeidsrechter in dit soort kwesties vaart. Vooral interessant acht ik de uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, aangezien in de wetsgeschiedenis het begrip gehele rechtspersoon of instelling niet specifiek aan de orde is gesteld 27, maar met deze uitspraak hier toch een nadere invulling aan wordt gegeven Conclusie Uit het voorgaande kan worden geconcludeerd dat bij de vraag of een bepaalde instelling onder de reikwijdte van de WNT valt of de vraag of een werknemer kan worden aangemerkt als topfunctionaris, vooralsnog vooral dient te worden gekeken naar de wetgeving; in de afgelopen drie jaar is er nog niet veel jurisprudentie verschenen omtrent deze vragen, waardoor de wetgeving nog niet nader is ingevuld. Een dergelijke invulling is vooral wenselijk ten aanzien van de topfunctionarissen binnen de semipublieke sector, aangezien bij de publieke sector in de wetgeving vooral gebruik wordt gemaakt van opsommingen (van de WNT-instellingen en de daarbij horende topfunctionarissen). Bij de semipublieke sector betreffen het voornamelijk open normen die nog verder kunnen worden uitgekristalliseerd. 26 Rechtbank Midden-Nederland (ktr. Utrecht) 1 april 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:2432, r.o idem. 14

15 3. De inhoud van de WNT 3.1. Inleiding De regering is van mening dat de publieke sector, alsmede organisaties die direct of indirect bekostigd worden met publieke middelen, die een publieke taak uitoefenen of die op andere wijze het publieke belang dienen, ordentelijke bezoldigingen behoren te betalen. 28 De WNT beoogt dit te bewerkstelligen, waarbij geldt dat naarmate een onderdeel van de semipublieke sector zich dichter bij de publieke sector bevindt, het bezoldigingsbeleid strikter is. 29 Om recht te doen aan de verschillen binnen de sectoren, heeft de wetgever drie verschillende bezoldigingsregimes ontwikkeld, waarbij het eerste regime het zwaarst is. Het kabinet heeft voorgesteld de indeling en regimes eens per vier jaar te laten toetsen. De keuze voor een regime is dus niet onveranderbaar; zo kunnen bepaalde ontwikkelingen ertoe leiden dat het kabinet een sector in een lichter of zwaarder regime indeelt. 30 In de onderstaande paragrafen worden de drie bezoldigingsregimes besproken. Daarnaast wordt ingegaan op de bezoldigingsnormeringen die afwijken van de bezoldigingsmaxima uit de eerste twee regimes, het verbod van variabele beloningen, de gemaximeerde ontslagvergoedingen en de geldende overgangsregeling De bezoldigingsregimes Regime 1: bezoldigingsmaximum van en openbaarmakingsverplichting In het eerste regime worden inkomens en ontslagvergoedingen voor topfunctionarissen in de (semi)publieke sector in de wet gemaximeerd. Daarnaast geldt een verplichting tot openbaarmaking van de bezoldiging en de ontslagvergoeding van niet alleen de (gewezen) topfunctionarissen, maar alle medewerkers met wie een bezoldiging of ontslagvergoeding is afgesproken boven de wettelijke maxima. Meer informatie over de openbaarmakingsplicht volgt in paragraaf Per 1 januari 2015 is de Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT ( WNT-2 ) in werking getreden, waarmee de maximale bezoldiging van topfunctionarissen is verlaagd van 130% naar 100% van de bezoldiging van een Minister. 31 Het begrip bezoldiging bestaat uit drie componenten, namelijk: 1. De beloning 32 ; 28 Zie tevens: memorie van toelichting (ontwerp) bij de Wet uitbreiding personele reikwijdte WNT, via internetconsultatie.nl, 2016, p Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p Ibid., p Uhlenbroek, AR 2014/46, p Hieronder wordt verstaan de som van de periodiek betaalde beloningen en de winstdelingen en bonusbetalingen, met uitzondering van belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding en met uitzondering 15

16 2. De belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen, en 3. De beloningen betaalbaar op termijn, met uitzondering van de omzetbelasting. 33 Het bezoldigingsmaximum bedraagt in , hetgeen (conform de WNT-2) overeenkomt met de bezoldiging van de minister. De betrokken minister en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn op grond van artikel 2.4 WNT gezamenlijk bevoegd om bij uitzondering ontheffing in een individueel geval toe te staan. 35 Voor zover partijen een hogere bezoldiging overeenkomen, is het meerdere onverschuldigd betaald (art. 1.6 WNT). De minister kan een last onder dwangsom opleggen aan de werkgever en de topfunctionaris om de onverschuldigde betalingen ongedaan te maken. Indien de overtreding niet wordt beëindigd, zal de minister een terugvorderingsbesluit nemen (art. 5.4 en 5.5 WNT). Het eerste regime is van toepassing op rechtspersonen uit de publieke sector (art. 1.2 WNT), op privaatrechtelijk vormgegeven zelfstandige bestuursorganen, op privaatrechtelijke rechtspersonen waarbij een WNT-organisatie invloed heeft op het beheer of beleid van de rechtspersoon, op rechtspersonen waaraan voor een periode van drie jaar minimaal aan subsidie is verleend die ten minste 50% bedraagt van de inkomsten van de rechtspersoon per jaar (art. 1.3 WNT) en op diverse semipublieke rechtspersonen zoals opgesomd in de bijlagen 1 en 2 van de WNT Regime 2: sectorale bezoldigingsnorm en openbaarmakingsverplichting Ten aanzien van het deel van de semipublieke sector dat verder van de publieke sector af staat, geldt een minder zwaar regime. In dit tweede regime geldt een zogenoemd sectoraal maximum wat de bezoldiging en de beëindigingsvergoeding betreft, vastgesteld bij ministeriële regeling. Dit bedrag kan afwijken van het wettelijk maximum en is momenteel hoger dan het maximum uit het eerste regime. 36 De brancheorganisaties of individuele instellingen hebben jaarlijks de mogelijkheid de betrokken minister een voorstel te doen met betrekking tot het sectorale maximum (art. 3.6 lid 1 WNT). Ook in het tweede regime geldt een openbaarmakingsverplichting en is het meerdere onverschuldigd betaald voor zover partijen een hogere bezoldiging overeenkomen dan het sectorale maximum. Het sectorale bezoldigingsregime geldt op het moment alleen voor de zorgverzekeraars (art. 1.4 WNT). van door werkgevers wettelijk of krachtens een algemeen verbindend verklaarde cao verschuldigde niet op de beloning ingehouden socialeverzekeringspremies (art. 1.1 sub f). 33 Art. 1.1 sub e WNT. 34 Zie art. 2.3 lid 1 WNT 35 Zie Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p Idem. 16

17 Regime 3: openbaarmakingsverplichting Indien een rechtspersoon of instelling valt onder het derde regime, geldt uitsluitend een openbaarmakingsverplichting. De openbaarmakingsverplichting houdt in dat de rechtspersoon of instelling jaarlijks de bezoldiging, functie en duur en omvang van het dienstverband van iedere werknemer dient te publiceren, indien de bezoldiging of ontslagvergoeding van de betreffende werknemer uitstijgt boven het bezoldigingsmaximum in de publieke sector. Daarnaast dienen de bezoldiging en ontslagvergoeding van iedere topfunctionaris (onder vermelding van zijn naam, functie en duur en omvang van zijn dienstverband) openbaar te worden gemaakt, ongeacht de vraag of de bezoldiging of ontslagvergoeding hoger is dan het daarvoor geldende maximum. Iedere overschrijding van de norm moet in de verslaglegging worden gemotiveerd (art. 4.1 en 4.2 WNT) Afwijkende bezoldigingsnormen Ten aanzien van de hierboven genoemde bezoldigingsnormen geldt een aantal afwijkingen. Hieronder zal de positie worden besproken van topfunctionarissen zonder dienstbetrekking, van topfunctionarissen werkzaam bij gelieerde rechtspersonen en van de leden en voorzitters van toezichthoudende organen. Hieraan voorafgaand zal ik de mogelijkheid lagere sectornormen te hanteren bespreken Lagere sectornormen De WNT voorziet in de mogelijkheid in bepaalde sectoren wat de bezoldiging van topfunctionarissen betreft lagere maxima dan het wettelijk bezoldigingsmaximum vast te stellen. Deze lagere sectornormen worden vooral bepaald aan de hand van de omvang of complexiteit van de organisatie, afgemeten aan verschillende indicatoren. 37 Er gelden op het moment verlaagde maxima voor zorginstellingen, onderwijsinstellingen, cultuurfondsen, de woningcorporaties en instellingen in de sector ontwikkelingssamenwerking Topfunctionarissen zonder dienstbetrekking Onder dienstverband wordt verstaan een aanstelling, arbeidsovereenkomst of andere titel op grond waarvan de topfunctionaris tegen betaling zijn opgedragen taken vervult (art. 1. Sub d WNT). Voor extern ingehuurde topfunctionarissen die geen dienstbetrekking bij de WNT-instelling hebben de zogeheten interimmers gelden afwijkende regels ten aanzien van de topfunctionarissen met dienstverband. De eerste twaalf maanden mag het inkomen niet meer zijn dan de som van per 37 Memorie van toelichting (ontwerp) bij de Wet uitbreiding personele reikwijdte WNT, via internetconsultatie.nl, 2016, p. 3. Zie ook artikel 2.6 WNT. 38 Zie: Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp, Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen toegelaten instellingen volkshuisvesting 2014, Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren en Regeling bezoldiging topfunctionarissen OS-sector. 17

18 maand voor de eerste zes maanden en per maand voor de laatste zes maanden. Ook geldt een uurtarief van maximaal 175. Na twaalf maanden geldt de algemene WNT norm Topfunctionarissen werkzaam bij gelieerde rechtspersonen Onder gelieerde rechtspersoon wordt verstaan een privaatrechtelijke rechtspersoon die door een semipublieke rechtspersoon die onder de WNT valt (mede) is opgericht of waarin een orgaan of functionaris van een semipublieke WNT-rechtspersoon een of meer leden in het bestuur benoemt of op andere wijze invloed heeft op het beheer of beleid in de (gelieerde) rechtspersoon (art. 1.1 onder m WNT). Het betreft anders gezegd organisaties die zelf niet als zodanig onder de WNT vallen, maar wel een relatie hebben met een WNT-instelling uit de semipublieke sector. Ten aanzien van topfunctionarissen die tevens werkzaam zijn bij een gelieerde rechtspersoon geldt dat de som van de bezoldigingen verkregen bij de semipublieke instelling en bij de gelieerde rechtspersoon niet meer mag bedragen dan de voor de semipublieke instelling geldende bezoldigingsnorm (artt. 2.1 lid 5 en 3.2 lid 6 WNT) Leden en voorzitters van toezichthoudende organen In de WNT is ook de bezoldiging van de leden en voorzitters van de hoogste toezichthoudende organen van diverse rechtspersonen of instellingen (genoemd in art. 1.2 onderdelen f-h en art. 1.3 WNT) genormeerd. Het bezoldigingsmaximum voor deze leden en voorzitters van interne toezichthoudende organen bedraagt in % respectievelijk 15% van het voor de betreffende rechtspersoon of instelling geldende bezoldigingsmaximum (art. 2.2 en 3.2 WNT) Verbod op variabele beloningen Voor topfunctionarissen geldt op grond van artikel 2.11 en 3.8 van de WNT een verbod op winstdelingen, bonusbetalingen of andere variabele beloningen, ongeacht de hoogte van de bezoldiging. Enkele vormen van variabele beloningen zijn echter op grond van het Uitvoeringsbesluit WNT 40 van deze bepaling uitgezonderd. Dit zijn een eenmalige mobiliteitstoeslag, een eenmalige bindingspremie en een uit een wettelijk voorschrift, cao of reguliere arbeidsvoorwaarden voortvloeiende uitkering of verstrekking die wordt toegekend in verband met het bereiken van een bepaalde diensttijd. Het is van belang hierbij op te merken dat de regering naar aanleiding van de wetsevaluatie WNT voornemens is dat verbod af te schaffen voor zover door de uitkering van de variabele beloningen het bezoldigingsmaximum niet wordt overschreden Zie artikelen 2.1 lid 4 en 3.1 lid 5 WNT. Zie daarnaast artikel 4 Uitvoeringsbesluit WNT. 40 Artikel 2 Uitvoeringsbesluit WNT. 41 Memorie van toelichting (ontwerp) bij de Wet uitbreiding personele reikwijdte WNT, via internetconsultatie.nl, 2016, p

19 3.5. Ontslagvergoedingen Wettelijk kader Op grond van artikel 2.10, eerste lid, en artikel 3.7, eerste lid, WNT geldt een normering ten aanzien van de overeengekomen uitkeringen die wegens beëindiging van het dienstverband worden toegekend. De uitkeringen dienen niet meer dan een jaarsalaris, met een maximum van , te bedragen. Voor zover partijen een hogere ontslagvergoeding overeenkomen, is het meerdere onverschuldigd betaald (art. 1.6 WNT). De minister kan tevens een last onder dwangsom opleggen aan de werkgever en de topfunctionaris om de onverschuldigde betalingen ongedaan te maken. Indien de overtreding niet wordt beëindigd, zal de minister een terugvorderingsbesluit nemen (art. 5.4 en 5.5 WNT). Samenvattend worden onder uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband verstaan de som van uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband en beloningen betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het dienstverband, waarbij er een uitzondering geldt voor beëindigingsuitkeringen die voortvloeien uit een algemeen verbindend verklaarde cao of een wettelijk voorschrift en voor ontslagvergoedingen toegekend door de rechter (art. 1.1 onder i en art. 1.6 lid 2). Deze uitzondering geldt slechts indien de beëindigingsuitkeringen rechtstreeks, dwingend en eenduidig uit deze cao s en wettelijke voorschriften voortvloeien; 42 partijen moeten geen invloed kunnen uitoefenen op de hoogte van de uitkeringen. 43 Indien het loon wordt doorbetaald tijdens een periode van non-activiteit vooruitlopend op het einde van het dienstverband, valt dit ook onder het begrip beëindigingsuitkering, tenzij het gaat om opname van vakantiedagen, de topfunctionaris arbeidsongeschikt is of indien sprake is van een schorsing. 44 Sinds de inwerkingtreding van de WWZ is de vergoeding conform de kantonrechtersformule vervangen door de transitievergoeding. Omdat de transitievergoeding rechtstreeks voortvloeit uit de wet, valt deze buiten de definitie van uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. De verhouding tussen de transitievergoeding en de WNT zal nader worden besproken in hoofdstuk Jurisprudentie: uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband Uit het voorgaande kan worden afgeleid dat ontslagvergoedingen niet meer dan bruto mogen bedragen. Relevant is echter te bepalen welke bedragen meetellen als ontslagvergoeding. In de mij bekende jurisprudentie zijn drie zaken te vinden waar deze vraag aan de orde werd gesteld. 42 Art. 4 Uitvoeringregeling WNT. 43 Toelichting bij de Uitvoeringsregeling WNT, Stcrt. 2014, 36379, p Toelichting bij de Uitvoeringsregeling WNT, Stcrt. 2014, 36379, p

20 Kantonrechter Amsterdam 13 juni 2016 In een artikel 96 Rv procedure stelden partijen diverse vragen aan de Kantonrechter Amsterdam met betrekking tot de WNT. Drie van deze vragen zagen op welke vergoedingen worden aangemerkt als uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. De vragen kwamen er in de kern op neer of vergoedingen als die van de kosten van rechtsbijstand van de topfunctionaris of van outplacement of financieel- en pensioenadvies, uit hoofde van de WNT toelaatbaar zijn naast de andere vergoeding(en) onder de WNT en/of de Wwz. In dit kader overwoog de rechter dat het enkele feit dat de bedragen rechtstreeks aan derden worden uitbetaald, niet meebrengt dat de uitkeringen niet onder de WNT vallen. De betaling van deze kosten komt immers ten goede aan de werknemer, die ze anders zelf zou moeten voldoen. De kantonrechter beantwoordde de vragen echter aldus dat de bedoelde uitkeringen niet aangemerkt worden als een uitkering wegens de beëindiging van het dienstverband, indien deze, indien ze zouden zijn voldaan gedurende het dienstverband van de topfunctionaris, zouden mogen cumuleren met de maximale bezoldiging onder de WNT. 45 Kantonrechter Amsterdam 20 augustus 2015 Telt een bovenwettelijke uitkeringsregeling mee voor het berekenen van de ontslagvergoeding? In de zaak die speelde bij de Kantonrechter Amsterdam oordeelde de rechter dat een in de algemeen verbindend verklaarde cao overeengekomen aanvulling op de WW niet meetelde voor de berekening van de ontslagvergoeding. In casu stond er in de vaststellingsovereenkomst echter een herlevingsclausule die inhield dat werknemers de aanspraak op de vastgestelde maximumduur en hoogte van de aanspraak op aanvulling op de WW-uitkering behouden als de werknemers tijdelijk ander werk aanvaarden, met aftrek van de periode dat ze dat ander werk hebben. De kantonrechter overwoog dat de werkgever deze regeling, op initiatief van de werknemer en zonder daartoe verplicht te zijn op grond van de cao of het sociaal plan, aan alle werknemers heeft aangeboden. Kortom: de clausule vloeide niet rechtstreeks, dwingend en eenduidig voort uit de cao, waardoor deze wel is onderworpen aan de limitering in de WNT. 46 Centrale Raad van Beroep 29 juni 2015 In de zaak bij de Centrale Raad van Beroep in 2015 werd met de directeur van de Atlant Groep een vaststellingsovereenkomst gesloten waarbij aan hem ontslag werd verleend met toepassing van art. 8:8 CAR/UWO (ontslag op andere gronden). In de CAR/UWO stond dat indien een ambtenaar wordt ontslagen op grond van dat artikel, het college een passende regeling treft. Ten titel van afkoop van uitkeringsrechten werd daarom een vergoeding toegekend van bruto. Nadat de controlerend accountant had aangegeven dat de afspraken in strijd waren met de WNT zijn partijen weer in overleg getreden en werd (in strijd met de CAR/UWO) een ontslag zonder passende regeling verleend. De 45 Rechtbank Amsterdam (ktr. Amsterdam) 13 juni 2016, ECLI:NL:RBAMS:2016:3672, r.o Rechtbank Amsterdam (ktr. Amsterdam) 20 augustus 2015, ECLI:NL:RBAMS:2015:

21 CRvB stelt dat bij een ontslag op andere gronden de ambtenaar ingevolge het CAR/UWO alsmede vaste jurisprudentie een garantie heeft op WW, een aanvullende uitkering alsmede een nawettelijke uitkering althans, indien het ontslag is gelegen in de werksfeer en niet grotendeels is te wijten aan de ambtenaar. De CRvB overwoog dat de uitkeringsaanspraken daarmee voortvloeien uit een wettelijk voorschrift en uitgezonderd zijn van het ontslagvergoedingsmaximum. Een eenmalige afkoop van deze uitkeringsuitspraken, zoals in het onderhavige geval, valt volgens de Raad daarom niet onder de maximale beëindigingsvergoeding. 47 Het kan worden betwijfeld of deze uitspraak juridisch gezien juist is. Zoals Hoffmans opmerkt is de garantie op uitkeringsaanspraken weliswaar dwingend vastgelegd in een wettelijk voorschrift, de afkoop van deze aanspraken is in die voorschriften meestal neergelegd als een discretionaire bevoegdheid van de werkgever; hij kan ervoor kiezen het verzoek van een ambtenaar tot afkoop over te gaan niet te honoreren. Men kan zich daarom afvragen of de uitkering wel rechtstreeks, dwingend en eenduidig voortvloeit uit een wettelijk voorschrift, zoals de WNT stelt als voorwaarde voor uitzondering Overgangsrecht Het kabinet heeft de Universiteit Leiden opdracht gegeven te onderzoeken welke eisen aan het overgangsrecht moeten worden gesteld om te voldoen aan artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: artikel 1 EP). De gemaakte salarisafspraken zijn immers toekomstige vorderingen op de werkgever en zullen daarom naar verwachting door de nationale rechter en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens worden aangemerkt als eigendom in de zin van dit artikel. De WNT vormt een inbreuk op dat eigendomsrecht. De onderzoekers hebben geadviseerd te kiezen voor een regime op grond waarvan de bezoldigingsnormen alleen van toepassing zijn op contracten en aanstellingsbesluiten die tot stand komen na inwerkingtreding van de WNT. 49 De wetgever heeft dit advies niet geheel gevolgd. Het overgangsrecht is voornamelijk geregeld in artikel 7.3 WNT. De hoofdlijn van de regeling is dat bestaande bezoldigingsafspraken (en afspraken omtrent de ontslagvergoeding en variabele beloningen) die uitkomen boven het bij de WNT-1 vastgestelde maximum gedurende een termijn van vier jaar na inwerkingtreding van de WNT-1 worden gerespecteerd. Na deze vier jaar moet de bezoldiging in drie jaar worden teruggebracht tot het voor de topfunctionaris op basis van de WNT-2 geldende bezoldigingsmaximum. Indien de instelling onder het bereik van de WNT valt door wijziging van één van de WNT bijlages, geldt dezelfde regel. Het is hierbij relevant op te merken dat een interne promotie met een verhoging van de bezoldiging is aan te merken als een nieuwe benoeming. Indien die benoeming plaatsvindt na de inwerkingtreding 47 Centrale Raad van Beroep 29 juni 2015, ECLI:NL:CRVB:2015: Hoffmans, TAR 2015/12-a, p Kamerstukken II 2010/11, 32600, 3, p

Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA

Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA Marion van den Brekel Amersfoort, 26 mei 2016 Inhoud Introductie WNT: * doel * instellingen * (gewezen) topfunctionaris * bezoldigingsmaximum * einde

Nadere informatie

Wet normering topinkomens: Rechtspraak

Wet normering topinkomens: Rechtspraak 27 Jan 2019 Wet normering topinkomens: Rechtspraak Menu Loading... Index Subsidie Uitkering wegens beëindiging dienstverband Categorale uitzondering maximumbezoldiging Begrip bezoldiging Begrip topfunctionaris

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij stichting Primair Onderwijs Deurne Asten Someren (PRODAS) te Asten Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 41223 Onderzoeksnummer: 288822 Onderzoeksperiode: Najaar 2016 Datum

Nadere informatie

Wet Normering Topinkomens (WNT)

Wet Normering Topinkomens (WNT) Factsheet Wet Normering Topinkomens (WNT) Deze factsheet geeft beknopt de stand van zaken weer per januari 2018. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website: https://www.topinkomens.nl/ Doel WNT

Nadere informatie

Ontbinding, Transitievergoeding telt niet mee voor de maximale uitkering op

Ontbinding, Transitievergoeding telt niet mee voor de maximale uitkering op Ontbinding, Transitievergoeding telt niet mee voor de maximale uitkering op grond van de WNT Publicatie JAR 2016 afl. 10 Publicatiedatum 19 juli 2016 College Kantonrechter Rechtbank Midden Nederland zp

Nadere informatie

WNT - De topfunctionaris en zijn ontslag Damiën Berkhout (Stibbe)

WNT - De topfunctionaris en zijn ontslag Damiën Berkhout (Stibbe) WNT - De topfunctionaris en zijn ontslag Damiën Berkhout (Stibbe) Inleiding 1. Essentie van de WNT regels 2. Evaluatie van de WNT regels 3. Een voorstel tot aanpak 4. De toekomst en stellingen 1. De wettelijke

Nadere informatie

363. De WNT: de topfunctionaris en zijn ontslagvergoeding

363. De WNT: de topfunctionaris en zijn ontslagvergoeding ONTSLAG 363. De WNT: de topfunctionaris en zijn ontslagvergoeding MR. A.E. WALLAST Dit artikel gaat in op de begrippen topfunctionaris en uitkering wegens beëindiging van het dienstverband omschreven in

Nadere informatie

Wet Normering Topinkomens (WNT)

Wet Normering Topinkomens (WNT) Factsheet Wet Normering Topinkomens (WNT) Deze factsheet geeft beknopt de stand van zaken weer per januari 2018. Voor meer informatie, vragen en casuïstiek verwijzen wij u naar de speciale website van

Nadere informatie

Wet Normering Topinkomens (WNT)

Wet Normering Topinkomens (WNT) FACTSHEET Wet Normering Topinkomens (WNT) Deze factsheet geeft de stand van zaken weer per januari 2017. Doel WNT De Wet ering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) heeft

Nadere informatie

bedragen x 1 [NAAM 1] [NAAM 2] [NAAM ]

bedragen x 1 [NAAM 1] [NAAM 2] [NAAM ] WNT-verantwoording 2015 [NAAM INSTELLING] Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis

Nadere informatie

Wet normering topinkomens

Wet normering topinkomens Wet normering topinkomens Zorgseminar 7 oktober 2013 Mr. Dymphy Schuurman en Mr. Léon Peeters Inleiding: de achtergrond van de WNT WOPT Invoering WNT Doel WNT: - de normering van beloningen van topfunctionarissen

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar aanleiding van de eerste wetsevaluatie (Evaluatiewet WNT) Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 715 Aanpassing van de reikwijdte en enige technische wijzigingen van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT BIJ STICHTING MONTON Plaats: Utrecht Bestuursnummer : 41226 Onderzoeksnummer: 288204 Onderzoeksperiode : februari maart 2016 Datum vaststelling: 16 februari 2017 INHOUD Voorwoord

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

79. Afvloeiingsregelingen van topfunctionarissen onder de WNT

79. Afvloeiingsregelingen van topfunctionarissen onder de WNT ARTIKEL 79. Afvloeiingsregelingen van topfunctionarissen onder de WNT ASTRID BAREMANS EN MARTIJN VAN DE MORTEL De WNT stelt regels aan (onder meer) afvloeiingsregelingen met (gewezen) topfunctionarissen.

Nadere informatie

Prof. Mr. L.G. Verburg Onder Professoren 5 oktober Normering van beloning(sbeleid) over de WNT

Prof. Mr. L.G. Verburg Onder Professoren 5 oktober Normering van beloning(sbeleid) over de WNT Prof. Mr. L.G. Verburg Onder Professoren 5 oktober 2017 Normering van beloning(sbeleid) over de WNT Prof. Mr. L.G. Verburg, 7 april 2016 Onderwerpen: De WNT-wetgever: acta et agenda De topfunctionaris

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 45785 22 december 2015 Besluit van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 18 december 2015, nr.

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij stichting R.K. Voorbereidend Hoger en Middelbaar Onderwijs voor Noordelijk Rotterdam Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 78482 Onderzoeksnummer: 283553 Onderzoeksperiode:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 34 017 Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector met het oog op een betere uitvoering van de

Nadere informatie

Datum: 11 februari Algemene bepalingen. Artikel 1.1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Datum: 11 februari Algemene bepalingen. Artikel 1.1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: Tekst van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, zoals deze zou komen te luiden nadat het wetsvoorstel Aanpassingswet WNT tot wet is verheven en in werking is

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21697 1 mei 2017 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 19 april 2017, nr. 2017-177221,

Nadere informatie

Groningen : 18 september 2013 Betreft : Notitie inzake WNT. Geachte lezer,

Groningen : 18 september 2013 Betreft : Notitie inzake WNT. Geachte lezer, Groningen : 18 september 2013 Betreft : Notitie inzake WNT Geachte lezer, Laan Corpus den Hoorn 300 9728 JT Groningen sietse@hofsteengezeeman.nl ellen@hofsteengezeeman.nl www.hofsteengezeeman.nl U hebt

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij Stichting VU-VUmc (Dhr. L.M. Bouter) Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 75792 Onderzoeksnummer: 276697 Datum onderzoek: najaar 2014 Datum vaststelling: 28 april

Nadere informatie

Wet normering topinkomens Geldend van t/m heden

Wet normering topinkomens Geldend van t/m heden Wet normering topinkomens Geldend van 01-01-2019 t/m heden Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT RTV NH

Rapport van bevindingen WNT RTV NH Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT RTV NH Versie 1.0 Datum 24 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid toezicht

Nadere informatie

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen.

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen. Reactie op de brief van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) inzake het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 7, titel 10, van het Burgerlijk Wetboek in verband met het limiteren van de hoogte van de

Nadere informatie

Conceptvoorstel consultatie

Conceptvoorstel consultatie 1 Conceptvoorstel consultatie Uitbreiding van de reikwijdte van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar andere werknemers dan topfunctionarissen (Wet uitbreiding

Nadere informatie

Gelet op artikel 1.9, aanhef en onderdeel d, van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector;

Gelet op artikel 1.9, aanhef en onderdeel d, van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector; (Tekst geldend op: 01-01-2015) Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 10 december 2014, nr. 2014-0000657970, houdende vaststelling van een controleprotocol voor de naleving

Nadere informatie

Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos.

Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos. -- Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos. Versie: mei 2017 1 Inhoud Onderwerp Pagina 1. Bezoldigingskader 3 2. Actuele bezoldiging 5 3. Vergoeding bij beëindigen dienstverband

Nadere informatie

Beperking beloningen in de (semi)publieke sector: de WNT

Beperking beloningen in de (semi)publieke sector: de WNT Beperking beloningen in de (semi)publieke sector: de WNT Sinds de financiële crisis is de beloning van topfunctionarissen een gevoelig onderwerp. Ieder jaar geeft de openbaarmaking van de jaarrekeningen

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West

Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West Versie 1.0 Datum 24 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nadere informatie

Wet Normering bezoldiging

Wet Normering bezoldiging Wet Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Op 13 november 2012 heeft de Eerste Kamer met algemene stemmen de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen

De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen De WNT (Wet Normering Topinkomens) is volop in beweging sinds haar invoering op 1 januari 2013. Er heeft reparatiewetgeving plaatsgevonden, de WNT 2 is ingevoerd

Nadere informatie

RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO

RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO Plaats : Utrecht Bestuursnummer : 41824 Onderzoeksnummer : 279812 Datum onderzoek : najaar 2014/voorjaar 2015 Voorwoord De Inspectie van het

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje, enz. enz. enz. 34 017 Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector met het oog op een betere uitvoering van de wet (Reparatiewet WNT) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 70032 21 december 2016 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 2 december 2016, nr.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 715 Aanpassing van de reikwijdte en enige technische wijzigingen van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

Woningcorporaties en de WNT in 2016

Woningcorporaties en de WNT in 2016 Woningcorporaties en de WNT in 2016 Woningcorporaties en de WNT in 2016 Datum Maart 2018 Colofon Uitgegeven door Inspectie Leefomgeving en Transport ILT/Autoriteit woningcorporaties Graadt van Roggenweg

Nadere informatie

RJ-Uiting 2013-8: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector

RJ-Uiting 2013-8: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector RJ-Uiting 2013-8: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Algemeen RJ-Uiting 2013-8 is een gevolg van de op 1 januari 2013 in werking getreden Wet normering bezoldiging

Nadere informatie

Categorie-indeling WNT2

Categorie-indeling WNT2 Hieronder vindt u van de twee stichtingen afzonderlijk de categorie-indeling van zowel de betaald directeur-bestuurder als de toezichthoudende leden. De directeur-bestuurder is bezoldigd, de toezichthoudende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 151 Wet van 22 maart 2017 tot wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar aanleiding van

Nadere informatie

gemeente Eindhoven Door deze wetswijziging is het nodig om in de ASV WOPT-norm te wijzigen in WNT-norm of een andere norm.

gemeente Eindhoven Door deze wetswijziging is het nodig om in de ASV WOPT-norm te wijzigen in WNT-norm of een andere norm. gemeente Eindhoven Raadsnummer Inboeknummer Beslisdatum B&W Dossiernummer Raadsvoorstel1e Wijziging Algemene subsidieverordening gemeente Eindhoven - topinkomens Inleiding Vanuit een doelmatige en maatschappelijk

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen Inleiding

Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen Inleiding Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen-2012 1. Inleiding VWS rapporteert jaarlijks aan de Kamer over de gegevens van de inkomens van bestuurders van zorginstellingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 65117 21 november 2018 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 19 november 2018, nr.

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland

Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland Versie 1.0 Datum 27 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid

Nadere informatie

wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18

wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18 wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18 http://wetten.overheid.nl/bwbr0032249/geldigheidsdatum_/afdrukken Wet normering bezoldiging topfunctionarissen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36280 18 december 2014 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 10 december 2014, nr.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 583 Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 30 111 Topinkomens Nr. 107 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN VOOR MEDISCHE ZORG Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen-2010

Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen-2010 Rapportage inkomensgegevens van bestuurders van zorginstellingen uit de jaarverslagen-2010 1. Inleiding VWS rapporteert jaarlijks aan de Kamer over de gegevens van de inkomens van bestuurders van zorginstellingen

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond

Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond Versie 1.0 Datum 2 maart 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid toezicht

Nadere informatie

Betreft: Commentaar RJ-Uiting 2013-8 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector

Betreft: Commentaar RJ-Uiting 2013-8 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Raad voor de Jaarverslaggeving Antonio Vivaldistraat 2-8 1083 HO AMSTERDAM Zeist, 15 mei 2013 Betreft: Commentaar RJ-Uiting 2013-8 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 33369 29 november 2013 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 21 november 2013, nr. 538765

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69096 12 december 2017 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 december 2017, nr.

Nadere informatie

College van Bestuur n.v.t.

College van Bestuur n.v.t. College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2016 Voorzitter/Lid College van Bestuur N.B. Dit is slechts een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst voor een bestuurder in het PO. Er kan dus

Nadere informatie

De compensatieregeling van de transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid

De compensatieregeling van de transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid Laura Gringhuis Juridisch Medewerker De compensatieregeling van de transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid Arbeidsrecht & Medezeggenschap 06 februari 2018 Na de invoering

Nadere informatie

AANBEVELINGEN ten aanzien van de schikking ter zitting in Wwz-zaken (en pro forma ontbinding) en de proceskostenveroordeling in Wwz-zaken

AANBEVELINGEN ten aanzien van de schikking ter zitting in Wwz-zaken (en pro forma ontbinding) en de proceskostenveroordeling in Wwz-zaken AANBEVELINGEN ten aanzien van de schikking ter zitting in Wwz-zaken (en pro forma ontbinding) en de proceskostenveroordeling in Wwz-zaken INLEIDING In de plenaire vergadering van het Landelijk overleg

Nadere informatie

WNT: geen cumulatie transitievergoeding en contractuele beëindigingsvergoeding, Transitievergoeding mag wel boven maximum WNT liggen

WNT: geen cumulatie transitievergoeding en contractuele beëindigingsvergoeding, Transitievergoeding mag wel boven maximum WNT liggen WNT: geen cumulatie transitievergoeding en contractuele beëindigingsvergoeding, Transitievergoeding mag wel boven maximum WNT liggen Publicatie JAR 2016 afl. 10 Publicatiedatum 19 juli 2016 College Kantonrechter

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gehoord de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gehoord de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 42811 27 november 2015 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 26 november 2015, kenmerk 871714-144258-MEVA,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 818 Voorstel van wet van het lid Öztürk tot wijziging van de Wet normering topinkomens in verband met de uitbreiding van de reikwijdte naar

Nadere informatie

ACTIE VEREIST: ER KOMT WEER EEN AFBOUWPERIODE VOOR HET WNT-OVERGANGSRECHT AAN! Willemien Bischot & Corine Vernooij Augustus 2019

ACTIE VEREIST: ER KOMT WEER EEN AFBOUWPERIODE VOOR HET WNT-OVERGANGSRECHT AAN! Willemien Bischot & Corine Vernooij Augustus 2019 ACTIE VEREIST: ER KOMT WEER EEN AFBOUWPERIODE VOOR HET WNT-OVERGANGSRECHT AAN! Willemien Bischot & Corine Vernooij Augustus 2019 1 INLEIDING Per 1 januari 2013 is de WNT(1) in werking getreden. De WNT

Nadere informatie

Woningcorporaties en de WNT in 2017

Woningcorporaties en de WNT in 2017 Woningcorporaties en de WNT in 2017 Woningcorporaties en de WNT in 2017 Datum Januari 2019 Colofon Uitgegeven door Inspectie Leefomgeving en Transport ILT/Autoriteit woningcorporaties Graadt van Roggenweg

Nadere informatie

Landelijke Themadag Fiscaliteit

Landelijke Themadag Fiscaliteit Landelijke Themadag Fiscaliteit WNT en fiscale verwerking van beloningen voor toezichthouders in de zorg Daisy Kramer Jacqueline Ros Daisy.Kramer-de.beijer@bdo.nl Jacqueline.ros@bdo.nl 06-47322080 06-57880036

Nadere informatie

Aanbeveling schikking en proceskosten Wwz

Aanbeveling schikking en proceskosten Wwz Aanbeveling schikking en proceskosten Wwz Aanbevelingen ten aanzien van de schikking ter zitting in Wwz-zaken (en pro forma ontbinding) en de proceskostenveroordeling in Wwz-zaken INLEIDING In de plenaire

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 95 Wet van 9 februari 2006, houdende regels inzake de openbaarmaking van beloningen bij rechtspersonen of organisaties die deel uit maken van

Nadere informatie

Transitievergoeding: vloek of zegen?

Transitievergoeding: vloek of zegen? Transitievergoeding: vloek of zegen? Op 18 februari 2014 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel Werk & Zekerheid aangenomen. Dit wetsvoorstel verandert o.a. het ontslagrecht, de inzet van flex-krachten

Nadere informatie

CONCE. Sociaal Plan. Inhoud

CONCE. Sociaal Plan. Inhoud CONCE Sociaal Plan Zwanenberg PT Lichtenvoorde B.V. Inhoud 1. Inleiding 3 2. Definities 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Bruto salaris 4 3. Algemene voorwaarden en uitgangspunten 4 3.1 Overeenkomst 4 3.2 Werkingssfeer

Nadere informatie

Uw kenmerk Uw brief Zaaknummer Documentnummer U Wet normering topinkomens 15 september 2017

Uw kenmerk Uw brief Zaaknummer Documentnummer U Wet normering topinkomens 15 september 2017 Aan de gemeenteraad van Tubbergen Uw kenmerk Uw brief Zaaknummer Documentnummer 17.14089 U17.014811 Inlichtingen bij Bijlagen Onderwerp Datum Wet normering topinkomens 15 september 2017 Geachte raadsleden,

Nadere informatie

Motie Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Inzake Inhuur

Motie Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Inzake Inhuur cl RM014-0093 Motie Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Inzake Inhuur De Gemeenteraad van Bergen op Zoom in vergadering bijeen op donderdag 19 juni 2014 in beraadslaging over "Jaarstukken 2013"

Nadere informatie

Remuneratierapport 2015 / 2016

Remuneratierapport 2015 / 2016 Remuneratierapport 2015 / 2016 Selectie- en Remuneratiecommissie Raad van Toezicht Hogeschool Utrecht 1. Inleiding Voorliggend rapport behandelt het remuneratiebeleid van het College van Bestuur en de

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23427 1 mei 2017 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 24 april 2017, nr. 2017-0000200403,

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1)

Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1) Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1) Versie 1.0 Datum 27 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nadere informatie

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Mr. Z. Kasim 1 HR 13 juli 2007, nr. C05/331, LJN BA231 Verplichte deelneming pensioenfonds, criteria arbeidsovereenkomst BW artikel 7: 610, artikel

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Non-activiteit onder de WNT: prevaleert de letter of de geest?

Non-activiteit onder de WNT: prevaleert de letter of de geest? M. Faber en E.L. Pasma 1 Artikelen Non-activiteit onder de WNT: prevaleert de letter of de geest? Een werkgever die valt onder de reikwijdte van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij Stichting VU-VUmc (Dhr. R.M. Smit) Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 75792 Onderzoeksnummer: 276697 Datumonderzoek: najaar 2014 - voorjaar 2015 Datum vaststelling:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 28 479 Rechtspositie van politieke ambtsdragers Nr. 51 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

NORMEREN EN WAARDEREN

NORMEREN EN WAARDEREN NORMEREN EN WAARDEREN 1 Samenvatting Inleiding Het maatschappelijke en politieke debat over topsalarissen loopt vaak hoog op. Afgezien van het inhoudelijke oordeel dat men kan hebben, is in ieder geval

Nadere informatie

In het opschrift komt de zinsnede en deskundigheidstoetsing van commissarissen te vervallen.

In het opschrift komt de zinsnede en deskundigheidstoetsing van commissarissen te vervallen. 32 512 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het financieel toezicht in verband met de bevoegdheid tot aanpassing en terugvordering van bonussen van bestuurders en dagelijks beleidsbepalers

Nadere informatie

Datum 0 3 NOV 201? De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Datum 0 3 NOV 201? De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, > Retouradres Postbus 20011 2S00 EA Den Haag De Koning Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksreiaties Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Kenmerk 2017-00OOS45211 Uw kenmerk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 715 Aanpassing van de reikwijdte en enige technische wijzigingen van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag > Retouradres Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DGBK Directie Arbeidszaken Publieke Sector Programma Normering Topinkomens www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk

Nadere informatie

Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid Beste Klant, Per 1 januari en 1 juli 2015 zullen er diverse wijzigingen plaatsvinden op het gebied van arbeidsrecht. Hiervan willen wij u graag op de hoogte brengen. De

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Inleiding MEMORIE VAN TOELICHTING 1. Inleiding Het regeringsbeleid wat betreft bezoldigingen in de publieke en semipublieke sector, dat onder meer tot de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en

Nadere informatie

NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT)

NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT) NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT) (VERSIE 4.2, 22 DEC 2017) 1. Voor wie is deze handreiking bestemd? Deze handreiking van NVTZ is bedoeld voor de bestuurders en de RvT-leden

Nadere informatie

Avondje Legal. 3 Advocaten

Avondje Legal. 3 Advocaten Avondje Legal 3 Advocaten Wat gaan we doen? Werkkostenregeling en de wijziging van arbeidsvoorwaarden Wet werk en zekerheid Wijziging arbeidsvoorwaarden Werkostenregeling: Iedereen kosten arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000 104920, houdende nadere regels over hetgeen bij de toepassing van de Wet normering bezoldiging

Nadere informatie

Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2014

Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2014 Bezoldigingsbeleid voor het bestuur van Intermaris Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2014 In de Governancecode Woningcorporaties (2015: artikel 3.5) is het hierna vermelde principe ten aanzien

Nadere informatie

HET NIEUWE ARBEIDS- EN ONTSLAGRECHT De 7 belangrijkste wijzigingen

HET NIEUWE ARBEIDS- EN ONTSLAGRECHT De 7 belangrijkste wijzigingen HET NIEUWE ARBEIDS- EN ONTSLAGRECHT De 7 belangrijkste wijzigingen Introductie Met de komst van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) vinden per 1 januari en 1 juli 2015 ingrijpende veranderingen in het arbeids-

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: "werknemer";

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: werknemer; ARBEIDSOVEREENKOMST Ondergetekenden: 1. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam] Holding BV, statutair gevestigd te [plaats] en kantoorhoudende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats],

Nadere informatie

REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne

REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne Opgesteld door de Remuneratiecommissie van Bergopwaarts en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen op 31 maart

Nadere informatie

Remuneratierapport 2017

Remuneratierapport 2017 Remuneratierapport 207 Selectie- en Remuneratiecommissie Raad van Toezicht Hogeschool Utrecht. Inleiding Voorliggend rapport behandelt het remuneratiebeleid van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht.

Nadere informatie

Het overgangsrecht van de WNT voor toezichthouders in de zorg- en welzijnssector: hoe werkt het in de praktijk?

Het overgangsrecht van de WNT voor toezichthouders in de zorg- en welzijnssector: hoe werkt het in de praktijk? Het overgangsrecht van de WNT voor toezichthouders in de zorg- en welzijnssector: hoe werkt het in de praktijk? December 2015 Advocaten Notarissen Fiscalisten Inleiding Van Doorne 2 De Wet normering bezoldiging

Nadere informatie

PENSIOEN IN HET ARBEIDSRECHT. Wim Thijssen. Pensioenadvocaten.nl en VU Expertisecentrum Pensioenrecht

PENSIOEN IN HET ARBEIDSRECHT. Wim Thijssen. Pensioenadvocaten.nl en VU Expertisecentrum Pensioenrecht PENSIOEN IN HET ARBEIDSRECHT Wim Thijssen Pensioenadvocaten.nl en VU Expertisecentrum Pensioenrecht Pijplijnproblematiek Arbeidsongeschiktheid Rechtbank Amsterdam 2 september 2016, ECLI:NL:RBAMS:2016:9387

Nadere informatie

Wetsvoorstel werk en zekerheid

Wetsvoorstel werk en zekerheid Wetsvoorstel werk en zekerheid De belangrijkste gevolgen op een rij Geachte relatie, Vrijdag 29 november jl. is het wetsvoorstel met betrekking tot de Wet werk en zekerheid ingediend. De voorstellen van

Nadere informatie

Overwegende dat het bestaande subsidiebeleid dateert uit de periode van 2009/2010;

Overwegende dat het bestaande subsidiebeleid dateert uit de periode van 2009/2010; De raad van de gemeente Nederweert; Overwegende dat het bestaande subsidiebeleid dateert uit de periode van 2009/2010; dat maatschappelijke ontwikkelingen aanleiding zijn geweest om het bestaande beleid

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4659

ECLI:NL:CRVB:2016:4659 ECLI:NL:CRVB:2016:4659 Instantie Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 12-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1577 PW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie