GOVERNANCE KIBO. 1 De inleiding. 1.1 De aanleiding. 1.2 De doelstelling. 1.3 De werkwijze

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GOVERNANCE KIBO. 1 De inleiding. 1.1 De aanleiding. 1.2 De doelstelling. 1.3 De werkwijze"

Transcriptie

1 GOVERNANCE KIBO 1 De inleiding 1.1 De aanleiding Op dit moment ligt er een behoorlijk aantal (circa 25) projectvoorstellen c.q. business cases optet gebied van bodem en ondergrond (gerelateerd aan bodemkwaliteitszorg, water, klimaat, ondergrondse infra, etc.) waarvoor een bijdrage vanuit het kennis- en innovatieprogramma bodem en ondergrond (KIBO) wordt gevraagd (financieel maar ook in termen van goedkeuring en in termen van experimenteerruimte). Met de ondertekening van het convenant bodem en ondergrond, met de gesprekken die gevoerd zijn met de decentrale overheden alsmede met de gesprekken die gevoerd zijn meti iog I(drinkwater) en j(waterkwaliteit) over participatie in het KIBO is er ruimte gekomen om business cases qok daadwerkelijk te kunnen honoreren. Op basis daarvan is het opportuun om de positie van lenm (en de decentrale overheden) in het proces van beoordeling en matching van business cases (mede in relatie tot de kennisagenda) te bepalen. 1.2 De doelstelling De doelstelling van deze notitie is het beschrijven van de governance van het KIBO. Op basis van dit stuk dienen de rollen, taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de diverse partijen die participeren in het KIBO helder en duidelijk weergegeven te worden. Tevens dienen de procedures en processen dusdanig beschreven te woerden dat de activiteiten en bijbehorende beslissingen transparant, eenduidig en duidelijk zijn (op basis waarvan verantwoording afgelegd kan worden). 1.3 De werkwijze Om de governance in te vullen hebben we ten eerste onderzocht hoe andere vergelijkbare programma s de governance en aansturing organiseren (waaronder de programma s Leven met water, SKB, Ecoshape, WGC, Klimaat voor Ruimte en NKWK). Daarnaast hebben we circa 80 gesprekken gevoerd met de relevante stakeholders (politici, bestuurders, ambtenaren, wetenschappers van universiteiten en kennisinstellingen, probleemhebbend bedrijfsleven, producerend bedrijfsleven, uitvoerend bedrijfsleven en adviserend bedrijfsleven). Op basis van deze analyse alsmede op basis van de gesprekken is de governance opgetuigd waarbij de voortgang getoetst is bij cle begeleidingscommissies KIBO en kennisinfrastructuur bodem en ondergrond. 1.4 De leeswijzer In onderstaand stuk beschrijven wé na de inleiding eerst de positie van het KIBO in termen van de relevante stakeholders en kaders opbasis waarvan we de relatie met de andere relevante trajectei beschrijven. Vervolgens beschrijven we interne Organisatie van het KIBO en de werkzaamheden die daarbinnen plaatsvinden. Op basis daarvan gaan we nader in op de wijze van toetsing van de business cases c.q. projecten. Tot slot gaan we in op de wijze van rapportage en verantwoording alsmede nadere financiële onderbouwing van de governance. overzicht van de gevoerde gesprekken is weergegeven in het document gevoerde gesprekken governance KIBO zoals dat in februari 2015 door de begeleidingscommissie l<ibo is vastgesteld. --

2 2 De positie van het KIBO 2.1 De relevante stakeholders De stakeholders kunnen onderverdeeld worden in gebruikers en eigenaren van de ondergrond, het adviserende en uitvoerende bedrijfsleven, de kennisinstituten en de (decentrae) overheden met hun eigen belangen en verantwoordelijkheden: De gebruikers en de eigenaren van de bodem willen een vertaling van kennis en kunde naar oplossingen voor hun issues. Uiteindelijk willen deze partijen zo kosteneffectief mogelijk van hun probleem verlost worden en kansen benut zien (en daarbij hun imago verbeteren): Het adviserende en uitvoerende/producerende bedrijfsleven wil nieuwe producten en diensten ontwikkelen om daarmee business te genereren die probleemhebbers (in binnen- en buitenland) in staat stellen kostenefficiënte en kostenbesparende oplossingen in te zetten: De kennisinstituten zijn gebaat bij minder fragmentatie (betere verbinding fysisch, chemisch en biologisch en bèta-gamma onderzoek) en willen een beter functionerende kennisketen: De (decentrale) overheden willen de soms conflicterende ruimtelijke claims in de bodem (al dan niet in relatie tot de bovengrond) afstemmen en dit omzetten in strategieën die leiden tot integraal en duurzaam beheer van de bodem in relatie tot de bodemsaneringsopgave maar ook in relatie tot energie, natuur, strategische drinkwatervoorraden, opslag, ondergrondse infra, etc. 2.2 De kaders De kaders zoals die vastgesteld zijn inzake de aansturing van het KIBO zijn de volgende: Het KIBO is vraaggestuurd (vragen van vandaag en morgen) waarbij de maatschappelijke en economische issues leidend zijn: Het KIBO kent een inhoudelijk-thematische indeling te weten: bodemkwaliteitszorg, ondergrondse infrastructuur, circulaire economie, water, klimaat en energie, data- en informatieontsluiting en de ruimtelijke ordening van de ondergrond: Het KBO kent een topsectoren aanpak in termen van tripple helix, het werken met een multiplier principe, het positioneren van de hele kennisketen, etc.: Het KIBO heeft een duidelijke positie in het kennisspoor bodem van lenm zonder afbreuk te doen aan het principe van een topsectoren aansturing. Het KIBO werkt met business cases c.q. projecten, ingediend door samenwerkende stakeholders waarbinnen de triple helix vertegenwoordigd is: De aansturing van het KIBO is lean en mean (slechts 5 procent van de overall programmagelden is voor de programma organisatie) en daardoor slagvaardig en wendbaar: De stakeholders herkennen zich in de programma aansturing en kunnen ook invloed uitoefenen op de aansturing van het KIBO: Het programma is meer dan de som der delen van de uitgevoerde projecten c.q. business cases. Er worden verbanden tussen projecten en hemalijnen gelegd en er worden rode draden onderzocht en getrokken: Het KIBO sluit daar waar mogelijk aan op bestaande netwerken om daarmee zo efficiënt en effectief mogelijk aansluiting te vinden bij die netwerken

3 ..,, De afstemming met de andere relevante trajecten In onderstaande paragraaf wordt de afstemming beschreven met die trajecten die op strategisch, tactisch en operationeel niveau relevant c.q. van belang zijn voor het KIBO. Kennisinfrastructuur bodem en ondergrond Het kennisspoor van de directie Water en Bodem kent 3 onderdelen die nadrukkelijk samenhangen met elkaar. Deze onderdelen zijn (1) de kennisagenda waarin kennisvragen van de overheden geformuleerd zijn, (2) kennisontwikkeling waar het KIBO invulling aan geeft en (3) kennisdoorwerking waarbij ingegaan wordt op de behoud en toepassen van kennis bij de diverse overheden. Daarnaast kent het kennisspoor een aantal inhoudelijke thema s (die ook gehanteerd worden binnen het KIBO) en de daaraan gerelateerde netwerken. Schematisch ziet de samenhang er als volgt uit: Figuur 1 kennisspoor bodem Coördinatie L. Kennisagenda Kennis innovatie Kennisdoorwerking 1 KIImaat water en energie Circulaire economie ondergrondse infra Bodemkwaliteitszorg Informatievoorziening Inrichting en beheer Alhoewel er nadrukkelijk samenhang is, is de positie van ieder onderdeel in relatie tot de positie van de relevante stakeholders (zie ook paragraaf 2.1) zoals we die herkennen in de tripple helix (bedrijfsleven, kennisinstituten, overheden) toch uniek zoals in onderstaand schema is weergegeven. Figuur 2: positie tripple helix in relatie tot onderdelen kennisspoor Kenflisinstitutri cve rhe den BedrijfsIeien

4 Uit de figuur blijkt dat ten aanzien van de kennisagenda de overheden (ondersteund door de kennisinstellingen) de lead hebben. Bij de kennisontwikkeling heeft de gehele de tripple helix een relevante rol. De kennisdoorwerking is ook weer primair geënt op de overheden (hierbij op onderdelen ondersteund door kennisinstituten en bedrijfsleven). Dit maakt ook dat de aansturing van ieder onderdeel van het kennisspoor een eigen dynamiek en logica kent. Kennisprogramma Water en klimaat Het kennisprogramma water en klimaat (NKWK) en het KlBOkennen een aantal overeenkomsten en verschillen zowel op de inhoud als op de kaders en governance. Het KIBO is inhoudelijk gericht op circulaire economie, bodernkwaliteitszorg, ondergrondse infrastructuur, water, klimaat en energie, informatieontsluiting en de ruimtelijke ordening van de ondergrond. Het NKWK is gericht op waterveiligheid, klimaatadaptatie, waterkwaliteit en waterkwantiteit. Raakvlakken van beide programma s zitten vooral ten aanzien van het grond- en drinkwater (kwaliteit en kwantiteit) en ten aanzien van het bodemsysteem als buffer ten aanzien van wateroverlast (veiligheid en adaptatie). Een aantal onderwerpen (zoals circulaire economie, energie. ondergrondse infrastructuur en bodemkwaliteitszorg) zitten niet bij het NKWK terwijl deze onderwerpen wel van evident belang zijn voor de stakeholders van het KIBO (private partijen, decentrale overheden en kennisinstituten). Naast de onderscheidende inhoudelijke focus is er ook nog een verschil in focus ten aanzien van kaders en governance. Het NKWK is top down neergezet waarbij sterk is ingestoken vanuit de centrale overheid en de wetenschap. Het KIBO is een vraaggestuurd programma waarbij in gezamenlijkheid vanuit de private partijen, de publieke partijen en de kennisinstituten een programma (met business cases) is opgesteld waarbij maatschappelijke issues en economisch rendement centraal staan. Daarnaast is de primaire financiering voor het KIBO geregeld in het convenant en dat zijn middelen van rijk maar ook van provincies, gemeenten en waterschappen. Het is dus zinvol om naast het NKWK ook in te zetten op een afzonderlijk kennis- en innovatieprogramma bodem en ondergrond zowel omdat vanuit de inhoud verschillende issues vastgepakt worden alsmede omdat vanuit de kaders en de governance op onderdelen een andere aanvliegroute gekozen wordt. Het is uiteraard wel aan de orde dat daar waar we door samenwerking synergie vinden, daar (ook op het gebied van financiering) op zullen inzetten. Kennisprogramma ondergrond EZ Vanuit de issues die spelen bij de aardgaswinning heeft het kabinet begin 2013 besloten om een groot aantal onderzoeken te starten om op korte termijn inzicht te krijgen in de relatie tussen de gasproductie en -productiesnelheid en het aantal bevingen en de sterkte daarvan. Deze onderzoeken zijn primair gericht op de vragen die er nu liggen en zijn nodig voor de besluitvorming van het kabinet. Voor de langere termijn is het nodig om de kennis over het gedrag van de ondergrond in reactie op menselijke ingrepen in de ondergrond te vergroten, mede op basis van de toenemende data eninformatie uit intensivering van de monitoring. Dit geldt niet alleen voor de problematiek in Groningen, maar ook voor andére mijnbouwactiviteiten. Om de regie op de kennisontwikkeling rond de ondergrond vorm te geven zal het kabinet een voorstel ontwikkelen voor de wijze waarop dit toegepaste en fundamentele onderzoek vormgegeven kan worden. Er is inhoudelijk raakviak tussen KIBO en het EZ traject Onderscheid is dat EZ vooral focust op 500 meter Daarnaast is ook jiaar verwachting de aanstui ing op onderdelen anders maar afstemming is ook hi dcd-

5 3 De interne organisatie van het KIBO 3.1 algemeen Binnen KIBO hanteren we posities die qua werkzaamheden, rollen, taken en verantwoordelijkheden nauw op elkaar aansluiten. De posities zijn de volgende: Een begeleidingscommissie c.q. stuurgroep (die op hoofdlijnen stuurt) Een wetenschappelijke adviescommissie (die de wetenschappelijke toetsing uitvoert) Een programmateam (dat de dagelijkse gang van zaken organiseert) Faciliterende organisaties (die op project en themaniveau projecten begeleiden) wordt nader ingegaan op de werkzaamheden, rollen, Hieronder taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van deze gremia. 3.2 De begeleidingscommissie De begeleidingscommissie c.q. stuurgroep bestaat uit een afvaardiging van de participerende stakeholders te weten lenm (vz), IPO, VNG, UvW, VNO-NCW, NL Ingenieurs en de wetenschap. De stuurgroep stuurt (afgestemd met de coördinator van het kennisspoor) op hoofdlijn waarbij de taken de volgende zijn: Bewaking van adequate beantwoording van de relevante kennisvragen op hoofdlijn: Bewaking van het zijn van een programma (meer dan de som der delen): Bewaking van de voortgang (financieel, organisatorisch, procedureel, inhoudelijk): Advisering van het programmateam (gevraagd en ongevraagd). De stuurgroep komt 3 maal per jaar bij elkaar waarbij de trekker van het programmateam (in overleg met de voorzitter) de secretarisrol zal vervullen. 3.3 De wetenschappelijke adviescommissie De wetenschappelijke adviescommissie bestaat uit circa onafhankelijke wetenschappers die hun sporen verdiend hebben op maatschappelijk en wetenschappelijk gebied. Het idee is om de wetenschappelijke toetsing van een projectvoorstel c.q. business case inhoudelijk uit te laten voeren door 2-3 leden van de commissie waarbij het resultaat van de toetsing meegenomen wordt bij de definitieve (financiële) beoordeling van het projectvoorstel. De voorzitter van de commissie heeft tevens zitting in de stuurgroep (de stoel wetenschap). 3.4 Het programmateam De werkzaamheden van het programmateam zijn de volgende: Het proactief en reactief makelen en schakelen tussen vraag en aanbod en tussen publiek, privaat en kennisinstellingen om business cases te assembleren: Het bewaken van een goede invulling van de kennisketen: Het zorgen voor toetsing van de business cases: -e Het organiseren van de begeleiding van projecten: Het zorgen voor de doorwerking van de opgedane kennis: -

6 Het zorgen voor de marketing en communicatie (op strategisch, tactisch en operationeel gebied): Het zorgen voor een resultaat dat meer is dan de som der delen van de projecten. Het programmateam heeft circa 2,2 fte en kent de volgende rollen: De trekker van het programmateam (0,2 fte) De wetenschappelijke afstemming en coördinatie (0,3 fte) De beleidsmatige en omgevingsafstemming en coördinatie (0,3 fte) De inhoudelijke thematrekkers (6 themalijnen a 0,2 fte) De marketing en communicatie (0,2 fte) Idee is om bovenstaande rollen in te vullen door circa 4-5 personen omdat daarmee een divers en voldoende groot programmateam ontstaat waarbij de personen niet alleen werkzaam zullen zijn binnen het programmateam maar ook nog rollen hebben daarbuiten waarmee de inbedding ion maatschappelijke en economische ontwikkelingen geborgd is. 3.5 Faciliterende organisaties Ten aanzien van de begeleiding van business cases c.q. projecten is het de bedoeling om voor zover mogelijk aan te sluiten bij bestaande gremia. Daarnaast is het voorstel om de uitwerking van een (deel)activiteiten daar onder te brengen waar dat qua vraaginvulling, inhoud, impact en doelgroep het meest voor de hand liggend is. Hiermee kan optimaal aangesloten worden bij bestaande netwerken waardoor aansluiting, samenwerking en inbedding van (de resultaten van) het programma optimaal geborgd worden. Hierdoor wordt ook voorkomen dat bestaande kennis niet gebruikt wordt. Het algemene programmamanagement wordt ondergebracht bij de bouwcampus. De reden is dat de bouwcampus programma s als het kennisprogramma faciliteert (in termen van Organisatie en huisvesting). Bijkomend voordeel is dat veel partijen die betrokken zijn bij het KBO participeren in c.q. betrokken zijn bij de bouwcampus: De projectbegeleiding van individuele business cases c.q. projecten kan bij de volgende instanties ondergebracht worden De projectbegeleiding van projecten inzake ondergrondse infra: COB: De projectbegeleiding van projecten inzake RO ondergrond: Platform3l: De projectbegeleiding van projecten inzake water, klimaat en energie: STOWA: De projectbegeleiding van projecten inzake circulaire economie: RIVM: De projectbegeleiding van projecten inzake bodemkwaliteitszorg: Bodem+: De projectbegeleiding van projecten inzake data- en informatieontsluiting: Bodem+. Voorwaarde hierbij is dat per project door de deelnemende participanten bekeken wordt wat het best werkbaar is. Andere mogelijkheden (bijvoorbeeld projectaansturing door STW of KWR) behoren zeker tot de mogelijkheden.

7 - er Figuur 3: stappen toetsing business case nadere uitwerking van de te onderkennen toets stappen laat dan het volgende beeld zien. en op termijn mogelijk vanuit grondwater, circulaire economie, mijnbouwactiviteiten, etc. Een 4 De toetsing van projectenc.q. business cases De KIBO kaders staan beschreven in het stuk toetsingskaders KIBO specifieke onderzoeksvragen vanuit de overheden beantwoordt worden. Dan is de aanvliegroute dat vanuit de kennisvraag een business case opgetuigd zal gaan worden (een reactieve business case). Kolom 2 gaat ervan uit dat er geen business case c.q. projectvoorstel ingediend wordt waarmee KIBO). getackeld worden met een multiplier 4 (75 procent financiering derden en 25 procent financiering op dergelijke overheidskennisvragen, wordt in eerste instantie getoetst of het project voldoet aan de 4.2). De verwachting is dat in dit spoor circa procent van de kennisvragen van overheden vanuit de issues die spelen bij deze stakeholders (proactieve business case). De kennisvragen van de wetenschappelijk voldoende goed onderbouwd is en of het niet al in een ander domein is overheden kunnen hier vervolgens tegenaan gezet worden. Indien een business case antwoord geeft onderzocht. Op basis daarvan vindt er een financiële toetsing plaat (verder uitgewerkt in paragraaf Kolom 1 gaat ervan uit dat er een business case c.q. projectvoorstel ingediend wordt door derden Loect financiële toetsing rdj wetenschappelijke toetsing L Business case Kerinisvraag Kennisvraag antwoord dient te geven op een kennisvraag die speelt vanuit het convenant, STRONG of drinkwater Bij de toetsing is het uitgangspunt dat een projectvoorstel c.q. business case (op onderdelen) KIBO toetsing KIBO toetsing L_ 1 (Bindend) (a1dend) KIBO kaders 2. Vervolgens vindt er een wetenschappelijke toetsing plaats om te bezien of het Pröject Project finericidie toetsing toetsing wetenschappelijke - Businèss case 4.1 De toetsing a gemeen

8 cn I1 - (n -t. - n. rt. -h (D 0 z (D I b (D Çb fl1 -t.-- ei IL1 uh D w (D 0 (D id -h

9 1 Introductie 1.1 Algemeen In het Convenant Bodem en Ondergrond hebben de betrokken overheden aangegeven dat zij een gezamenlijk belang hebben bij de ontwikkeling, verspreiding en borging van kennis (artikel 13); dit betreft het opstellen van een Kennisagenda, een nieuwe insteek voor Kennis- en Innovatie-ontwikkeling en een vernieuwde manier van Kennisdoorwerking. Ook is het belang van een efficiënte organisatiestructuur aangegeven (artikel 13.2). In september 2014 is het projectplan voor de organisatiestructuur kennis voor overheden in de Stuurgroep OB&G vastgesteld. In deze notitie wordt hier invulling aan gegeven. 1,2 Werkwijze en randvoorwaarden Het voorstel voor de kennisinfrastructuur is in een aantal sessies met de stakeholders (provincies, gemeenten, RUD s, bedrijfsleven, UP, RWS en IenM) uitgewerkt. De randvoorwaarden die hierbij aangegeven zijn de volgende: Zo veel mogelijk gebruik maken van of aansluiten bij bestaande netwerken en organisaties (geen nieuwe organisatie oprichten), De aansturing c.q. uitvoering van de onderdelen van de kennisinfrastructuur vindt plaats door de betreffende en relevante stakeholder, De aansturing is lean en mean en daardoor efficiënt, slagvaardig en wendbaar, Het verbinden tussen vraag en aanbod en daarmee tussen partijen (topsectorenaanpak) is nadrukkelijk gewenst, De overall aansturing is faciliterend en ondersteunend. Dit document is in conceptvorm besproken in WEB en BOOG. Partijen hebben aangegeven zich op hoofdlijn te kunnen vinden in de voorstellen waarbij de suggesties en opmerkingen voor zover aan de orde zijn verwerkt in het voorliggende stuk. 1,3 Leeswijzer In dit stuk gaan we na de introductie (paragraaf 1) in op de diverse onderdelen c.q. pijlers van de kennisinfrastructuur (paragraaf 2) op basis waarvan de verantwoordelijkheden en taakinvulling per pijler en in algemene zin verder ingevuld wordt (paragraaf 3).

10 - het - opgaven - bodernconvenant, 2 De pijlers van de Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond op hoofdlijnen 2.1 De kennisinfrastructuur De Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond kent 3 pijlers die nauw met elkaar samenhangen: 1. Kennisagenda 2. Kennis en Innovatieontwikkeling 3. Kennisdoorwerking Figuur 1: Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond Coördinatie Kennisagenda Kennis innovatie Kennisdoorwerking frlreecoiiomie Bc demkwal teitszorg ZZZZ 2.2 Kennisagenda De Kennisagenda kent een breed karakter. Het betreft onderwerpen die gerelateerd zijn aan het STRONG en aan aanpalende onderwerpen zoals circulaire economie en water. Bij opstellen van de Kennisagenda wordt rekening gehouden met de relevante maatschappelijke waarbij gekeken wordt naar de nationale en internationale agenda s Dit biedt kansen tot

11 - participatie afstemming met nationale programma s en internationaal met H2020 en specifiek met het EU traject Inspiration. ij het opstellen van de Kennisagenda zijn nadrukkelijk kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven betrokken. De Kennisagenda bouwt voort op de Kennisagenda en de IKABO uit 2011/ Kennis en Innovatieontwikkeling i-n het- convenant is aangeven dat Kennis en Innovatieontwikkeling bij voorkeur door Business Cases tot stand dient te komen. Deze aanpak sluit aan bij de topsectorenaanpak waarin het bedrijfsleven, kennisinstituten en overheden gezamenlijk participeren. Noodzakelijke kennis en innovatie, die niet via business cases tot stand kan worden gebracht, bv vanwege een te geringe van andere partijen, wordt via opdrachtgeving gerealiseerd. aanzien van de Kennis en Innovatieontwikkeling kunnen we twee lijnen onderscheiden: 1. Een smallere insteek: dit betreft de Kennis en Innovatieontwikkeling gerelateerd aan de convenantafspraken (bodemsanering inclusief de verbredingthema s). De convenantpartijen zijn hierbij in de lead en vanuit de convenantgelden wordt, na akkoord van de Stuurgroep, financieel geparticipeerd. 2. Een bredere insteek: dit betreft Kennis en Innovatieontwikkeling voor de Bodem en Ondergrond in een breder perspectief. Hierbij kan gedacht worden aan sommige verbredingthema s maar ook aan aanpalende zaken zoals circulaire economie, natuur, grondstoffen, etc.. De financiering van een dergelijk onderwerp komt niet vanuit het convenant maar uit andere middelen (STRONG, EZ, individuele decentrale overheden, etc.) Het is aan de convenantpartijen om te bepalen waarin wel of niet mede in geparticipeerd wordt. Een aantal decentrale overheden heeft al aangegeven te willen participeren in onderwerpen die voor hun specifiek relevant zijn. De werkwijze via Business Cases lijkt succesvol. Er is al een groot aantal voorstellen voor Business Cases met interessante combinaties van organisaties ingediend. Binnen deze voorstellen worden meerdere thema s aangepakt. Een aantal Business Cases lijkt te passen binnen de scope van de convenantafspraken, een aantal andere voorstellen passen in het kader van de verbredingthema s of STRONG. In bijlage 1 is een voorzet gemaakt voor mogelijke financiering in relatie tot de thema s. In bijlage 2 zijn de verschillende insteken van financiering weergegeven. Afstemming met andere kennisprogramma s Binnen DGRW lopen er twee kennisprogramma s te weten: (1) het kennisprogramma Water en Klimaat (NKWK) en (2) het programma Smart Urban Regions for the Future (SURF). In het NKWK bundelen het bedrijfsleven, overheden en kennisinstellingen hun kennis- en innovatievermogen om Nederland waterrobuust en klimaatbestendig te maken. SURF staat voor een kennisinitiatief waarin wetenschappelijke onderzoèkers en experts uit de praktijk gezamenlijk kennis ontwikkelen rondom verstedelijking, ruimte, water, mobiliteit en transport. Op onderdelen zijn er (inhoudelijk) raakvlakken tussen deze programma s en de kennis en innovatieontwikkeling op het gebied van bodem en ondergrond. Samenwerking met de andere programma s is daar waar aan de orde gewenst zodat er efficiënt omgegaan wordt met publieke en private middelen aangeven 2.4 Kennisdoorwerking/kennisuitwisseling en kennisborging: Bij Kennisdoorwerking is het primaire doel dat het kennisniveau bij de overheden op peil blijft en geactualiseerd en uitgebouwd wordt. Hier hebben de convenantpartijen dat bestaande en nieuw verkregen kennis en competenties in de praktijk worden Binnen het UP wordt nader invulling gegeven aan deze pijler

12 3 Een voorzet voor verantwoorclefljkheid en taakinvulling per pij er 3.1 Algemeen De onderdelen van de Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond zijn met elkaar verbonden. Een goede afstemming tussen de drie pijlers is daarom belangrijk. Onderstaand gaan we per pijler in op de verantwoordelijkheid en de taakinvulling op basis waarvan we tot slot invulling geven aan de coördinatiefunctie (waarbij de focus ligt op het faciliteren en ondersteunen van de samenwerking en afstemming tussen de pijlers). 3.2 Kennisagenda Het Rijk heeft het voortouw om te komen tot een brede Kennisagenda voor Bodem en Ondergrond. De vormgeving van de agenda gebeurt, conform de convenantafspraken, samen met de convenantpartners en andere organisaties, zodat ook de kennisontwikkeling en innovatie t.b.v. de uitvoering geborgd is. Binnen de Kennisagenda worden nog geen keuzes gemaakt in wat wel of niet wordt ontwikkeld. Dit vindt plaats door de gezamenlijke convenantpartijen (zie 3.3.) Op dit moment is RWS Bodem+ bezig om de Kennisagenda te actualiseren. Het streven is dat deze zomer een update gereed is. De Kennisagenda blijft actueel gedurende de looptijd van het Convenant. 3.3 Kennis en lnnovatieontwikkeling Bodem en Ondergrond Kennis en innovatieontwikkeling vinden zoveel mogelijk plaats via een topsectoren aanpak, waarbij partijen uit de zgn. gouden driehciek bij betrokken zijn. Assembleurs/matchmakers fungeren als katalysator om uitdagende combinaties tot stand te brengen. Dit vraagt een Vrije rol. Voor de taakinvulling is het belangrijk dat er geen verstrikking komt van diverse belangen (publiek/privaat). Het plaatsen van de matchmakers op enige afstand van de overheid is gewenst. Deze rol wordt ingevuld door de KIBO Matchmakers. Bij de taakinvulling kunnen zij gebruik maken van bestaande netwerken zoals STOWA, Bodem+, Platform3l en COB. Op dit moment vindt door het Ministerie onderzoek plaats waar de KIBO matchmakers gealloceerd kunnen worden zonder hiervoor een nieuwe organisatie op te richten. Sturing vanuit de convenantpartijen Bodem en Ondergrond programma van eisen Door de convenantpartijen is aangegeven dat de Stuurgroep projecten c.q. Business Cases per geval wil beoordelen, op basis van de eigen kennisvragen. Het ligt voor de hand dat een voorportaal of een toetsingscommissie namens cle Stuurgroep voorwerk verricht. Dit voorportaal wordt ondergebracht binnen het nieuw te vormen UP. Ht voorportaal stelt op basis van de Kennisagenda en deprioriteiten van de convenantpartijen een zgn. programma van eisen op mci. budget indicatie. Dit programma is Iedend voor de KIBO matchmakers om te komen tot gewenste Business Cases. Het programma van eisen is de grondslag om door de Matchmakérs aangedragen Business Cases te toetsen en eventueel te accorderen. Hier zijn twee insteken mogelijk: (1) het voorportaal bûndelt projecten of biedt een programma aan dat de Stuurgroep goedkeurt (lichtere versie) of (2) het voorportaal krijgt mandaat om projecten namens de Stuurgroep te beoordelen en te accorderen (zwaardere versie). Voorgesteld wordt de invulling, verantwoording en de financiering van het voorpoitaal binnen de inrichting van het nieuwe UP mee te nemen (bijlage 4). Qua personele invulling kan gedacht worden aan 1 of 2 mensen per convenantpartij en indien gewenst çnet het bedrijfsleven en de wetenschap.

13 In bijlage 5 wordt ingegaan op de taken en de financiering van KIBO. In bijlage 6 wordt ingegaan op.de werkwijze van de KIBO matchmakers. Indien de gewenste kennisontwikkeling niet via een business case ingevuld kan worden kan het Voorportaal overwegen de Stuurgroep voor te stellen te komen tot opdrachtverlening. NB: de KIBO matchmakers gaan niet over het accorderen van Business Cases t.b.v. kennisontwikkeling die onder de convenantafspraken vallen. Daar gaat de Stuurgroep over. Figuur 2: Kennis en innovatie ontwikkeling in de driehoek Kennis en lnnovatie ontwikkeling t.b.v. convenantafspraken in de gouden driehoek toegepast Wetenschap fundamenteel Overheid Bedrijven Kennisdoorwerking De coördinatie en de verdere inrichting van de Kennisdoorwerking komt te liggen bij het UP en zij doen dit in samenwerking met bestaande partijen waaronder Bodem+. In het nieuwe convenant zijn hierover afspraken gemaakt. Binnen het UP wordt al gewerkt aan het vernieuwd ontmoeten en samenwerken zoals bijvoorbeeld de bodempool. 3.4 Overall coördinatie De stakeholders hebben aangegeven dat de overall coördinatie faciliterend en ondersteunend dient te zijn i.p.v. sturend. De overall coördinatie richt zich op de afstemming tussen de drie pijlers zodat de verantwoordelijken elkaar goed kunnen vinden binnen een bredere context. Hier ligt dus een belangrijke taak voor cle trekkers van de drie pijlers.

14 Bijlage n Bijlage 1: thema s gekoppeld aan interesse gebieden Rijk-decentrale overheden Thêma Rijk Decentrale overhederi Convenant STRONG Bodem DGMI MinEZ provincie gemeente Waterschap en Water Klimaat, X X X X X X energie en water Circulaire X X X X economie Bodemkwaliteit X X X X X zorg Ondergrondse X X X infra Informatie X X X X X X voorziening Inrichting en X X X X beheer Bijlage 2: Globale uitgangspunten voor kennis- en innovatieontwikkeling via projecten: h van de kennisvragen wordt ingevuld via business cases waar de overheid maximaal 25% mee betaald multiplier h van de kennisvragen wordt ingevuld via business cases waar cle overheid maximaal 50 % mèe betaald multiplier % van de kennisvragen kunnen niet via business cases ingevuld worden; indien toch gewenst zal 100 % door overheidspartijen betaald moeten worden via opdachtgeving; 4. Een vierde categorie betreft het ontwikkelen van kennis en innovatie in de praktijk via een community of practice of een atelier. Bijlage 3: Voorstel indicatieve verdeling ten aanzien van de convenant gelden voor kennis en innovatieontwikkeling bodem en ondergrond: A. 50 % van de gelden is beschikbaar voor kennisvragen die ingevuld worden via business cases waaraan de overheid maximaal 25% mee betaalt. B. 25 % van de gelden is beschikbaar voor kennis en innovatie voor kennisvragen die vanuit het bodemconvenant ingevuld kunnen worden via business cases. Hieraan betaalt de overheid maximaal 50% mee.

15 C. 25 % van de gelden is beschikbaar voor kennisvragen die niet via business cases ingevuld kunnen worden, en voor Kennisvragen die ingevuld worden door communities of practice of ateliers. Hier zal 100% door overheidspartijen betaald moeten worden. Bijlage 4: Invulling Voorportaal Binnen het voorportaal van de stuurgroep zijn de convenantpartijen vertegenwoordigd. Hierbij kunnen ook het bedrijfsleven, de wetenschap, het ministerie en de trekkers van de drie pijlers betrokken worden. In de komende tijd zal het voorportaal nader ingevuld worden. De rollen en taken van het voorportaal zijn: Op basis van de kennisagenda en signalen uit de achterban komen tot een prioritering van kennisvragen verwerkt in een programma van eisen. Programma aanbieden en accorderen door de Stuurgroep. Na accordering het programma van eisen aan de KIBO matchmakers sturen. Quick scan uitvoeren (beoordelen of een business case voldoet aan het programma van eisen. Bundelen van voorstellen voor de stuurgroep mcl. voorstel aanbieden aan STUBO of beslissen (mandaat van de STUBO). Akkoord en mogelijk aanvullende voorwaarden meegeven aan KIBO die vervolgens over kunnen gaan tot opstarten en de begeleiding van het project. Bijlage 5: KIBO Matchmakers KIBO matchmakers worden gefinancierd via maximaal 5% van de totale omvang van een project (iedere deelnemer wordt geacht bij te dragen aan het KIBO). Het KIBO voert daarvoor de volgende werkzaamheden uit: Het matchen van vraag en aanbod (het makelen), waaronder het specifiek maken van matches t.b.v. de invulling van de kennis en innovatie vragen vanuit programma van eisen opgesteld door het voorportaal: Het uitvoeren van het projectmanagement: Het zorgen voor rapportage en verantwoording: Het trekken van rode draden tussen projecten en thema s: Het verzorgen van de marketing (en communicatie), dit in afstemming van met de andere pijlers. Ten aanzien van het projectmanagement kan het zijn dat dit al op een andere wijze belegd is. Dat betekent dat de afdracht van 5% voor dat specifieke project lager is omdat die taak dan weg valt.

16 Bijlage 6: KIBO matchmakers - stappen toetsing project c.q. business case Op basis van het programma volgt aan de slag: van eisen vanuit het voorportaal gaan de KIBO matchmakers als LJ [ Kennisvmg L : Kenniswraag Kennis,rââg Business case - financiële toetsing financiële toetsing s L wetenschappelijke tbets Ing (Adv crn.d} Rroject r wetenschappelijke 1 toetsing L L p, L roct.j Kolom 1. gaat ervan uit dat er een business case ingediend wordt door derden vanuit de kwesties die spelen bij deze stakeholders (proactieve business case). De kennisvragen van de overheden vertaald in een programma van eisen worden hier vervolgens tegenaan gezet. Indien de business case hierin past kan vervolgens het voorportaal besluiten om te participeren. Vervolgens vindt er, indien noodzakelijk, een wetenschappelijke toetsing plaats om te bezien of het project c.q. business case wetenschappelijk voldoende goed onderbouwd is en of het niet al in een ander domein is onderzocht. Deze toets is adviserend. De KIBO Matchmakers laten deze toets uitvoeren. Kolom 2 gaat ervan uit dat er geen business case ingediend wordt wanneer specifieke onderzoeksvragen vanuit de overheden beantwoord worden. Dan is de aanvliegroute dat er vanuit de kennisvraag een business case wordt opgesteld (een reactieve business case). De toetsing is vervolgens vergelijkbaar met kolom 1. De rol van het benaderen van partijen wordt actief opgepakt door KIBO matchmakers in nauw overleg met het voorportaal. Ook hier baseert het voorportaal mede op basis van een toetsing met het programma van eisen of zij adviseert om mee te financieren. Kolom 3 gaat uit van een situatie waarbij het niet mogelijk is een business case te formuleren rondom een kennisvraag, of de behoefte aan kennis of innovatie betreft een vraag die door een community of practice ingevuld kan worden. Deze kennisvragen zullen (indien gewenst) één op één uitgezet worden. Het voorbereidende werk, waaronder het signalering van de 6ehoefte kan door KIBO uitgevoerd worden, dit in nauwe samenwerking met het voorportaal. Het verzorgen van de opdrachtgeving kan na een akkoord Stuurgroep door RWS uitgevoerd worden. Ten aanzien van de begeleiding zullen projecten bij een match zo vroeg mogelijk gekoppeld aan een begeleidende organisatie zodat optimaal gebruik gemaakt wordt van bestaande kennis binnen een thema. KIBO begeleidt het traject van de business case langs het voorportaal en draagt zorg voor de uitvoering en (financiële) rapportage. Hierbij is nadrukkelijk aandacht voor kennisdoorwerking en borging. Dit zorgt er voor dat de KIBO match makers gericht blijven op het leveren van toegevoegde waarde binnen het proces i.p.v. beheertaken bij het begeleiden van een projeçl

17 Contactpersoon 2500 EX Den Haag Postbus Den Haag Plesmanweg 1-6 Ministerie van Infrastructuur en Milieu - - ZEEEE.ï - 1 L1; VerLoLL - De voorzitter opent de vergadering om uur en heet alle aanweziqen 1. Opening en mededelingen Afwezig Fio j Ja e (notuliste) ioe Deel nemers [ f6 J (voorzitter), Vergaderplaats RWS Westraven Utrecht Vergaderdatum en tijd 9 juli uur Betreft Stuurgroep OBG verslag Pagina 1 van 4 17juli 2015 Datum [J@minieiim.ni Managementassîstente Directiesecretariaat Dir. Water en Bodem Bestuurskern

18 Bestuurskern Dir. Water en Bodem Directiesecreteriaat Datum 17juli 2015 Pagina 2 van 4

19 Bestuurskern Dir. Water en Bodem Directiesecretarjaat Datum 17juli Bey Veyzods Pagina 3 van 4

20 formele vaststellen worden rondgestuurd. nog worden aangepast. Uiterlijk begin september zal het definitieve stuk voor gaat dit nader controleren, zodat het juridisch ook klopt. Hierop zullen de bijlagen 17JUlI 2015 uitwerking graag tegemoet.) 4çj geeft aan dat het opnemen van percentages in bijlage 2 en 3 risicovol is, omdat deze zo een status krijgen die we niet willen. Ze Datum De voorzitter sluit de vergadering om uur. De volgende vergadering is op donderdag 8 oktober uur in Utrecht. jt vtlos. 8. Kennisinfrastructuur Bestuurskern De stuurgroep steunt de richting_zoals door de notitie is geschetst en ziet nadere Directiesecretariaat Dir. Water en Bodem Pagina 4 van 4

21 Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond Status: Definitief

22 1 Introductie 1.1 Algemeen In het Convenant Bodem en Ondergrond hebben de betrokken overheden aangegeven dat zij een gezamenlijk belang hebben bij de ontwikkeling, verspreiding en borging van kennis (artikel 13); dit betreft het opstellen van een Kennisagenda, een nieuwe insteek voor Kennis- en Innovatie-ontwikkeling en een vernieuwde manier van Kennisdoorwerking. Ook is het belang van een efficiënte organisatiestructuur aangegeven (artikel 13.2). In september 2014 is het projectplan voor de organisatiestructuur kennis voor overheden in de Stuurgroep OB&G vastgesteld. In deze notitie wordt hier invulling aan gegeven. 1,2 Werkwijze en randvoorwaarden Het voorstel voor de kennisinfrastructuur is in een aantal sessies met de stakeholders (provincies, gementen, RUD s, bedrijfsleven, UP, RWS en IenM) uitgewerkt. De randvoorwaarden die hierbij aangegeven zijn de volgende: Zo veel mogelijk gebruik maken van of aansluiten bij bestaande netwerken en organisaties (geen nieuwe organisatie oprichten), De aansturing c.q. uitvoering van de onderdelen van de kennisinfrastructuur vindt plaats door de betreffende en relevante stakehoider, De aansturing is lean en mean en daardoor efficiënt, slagvaardig en wendbaar, Het verbinden tussen vraag en aanbod en daarmee tussen partijen (topsectorenaanpak) is nadrukkelijk gewenst, De overall aansturing is faciliterend en ondersteunend. Dit document is in conceptvorm besproken in WEB en BOOG. Partijen hebben aangegeven zich op hoofdlijn te kunnen vinden in de voorstellen waarbij de suggesties en opmerkingen voor zover aan de orde zijn verwerkt in het voorliggende stuk. 1.3 Leeswijzer In dit stuk gaan we na de introductie (paragraaf 1) in op de diverse onderdelen c.q. pijlers van de kennisinfrastructuur (paragraaf 2) op basis waarvan de verantwoordelijkheden en taakinvulling per pijler en in algemene zin verder ingevuld wordt (paragraaf 3). 2 De pijlers van de Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond op hoofdlijnen 2.1 De kennisinfrastructuui De Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond kent 3 pijlers die nauw met elkaar samenhangen: i: Kennisagenda 2. Kennis en Innovatieontwikkeling 3. Kennisdoorwerking Figuur 1: Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond

23 - Coördinatie -. Kennisagenda Kennis innovatie Kennisdoorwerking Klimaat, water en energie 2.2 Kennisagenda De Kennisagenda kent een breed karakter. Het betreft onderwerpen die gerelateerd zijn aan het bodemconvenant, STRONG en aan aaniialende onderwerpen zoals circulaire economie en water. Bij het opstellen van de Kennisagenda wordt rekening gehouden met de relevante maatschappelijke opgaven waarbij gekeken wordt naar de nationale en internationale agenda s. Dit biedt kansen tot afstemming met nationale programma s en internationaal met H2020 en specifiek met het EU traject Inspiration. Bij het opstellen van de Kennisagenda zijn nadrukkelijk kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven betrokken. De Kennisagenda bouwt voort op de Kennisagenda en de IKABO uit 2011/ Kennis en lnnovatieontwikkeling In het convenant is aangeven dat Kennis en Innovatieontwikkeling bij voorkeur door Business Cases tot stand dient te komen. Deze aanpak sluit aan bij de topsectorenaanpak waarin het bedrijfsleven, kennisinstituten en overheden gezamenlijk participeren. Noodzakelijke kennis en innovatie, die niet via business cases tot stand kan worden gebracht, bv vanwege een te geringe participatie van andere partijen, wordt via opdrachtgeving gerealiseerd. Ten aanzien van de Kennis en Innovatieontwikkeling kunnen we twee lijnen onderscheiden: 1. Een smallere insteek: dit betreft de Kennis en Innovatleontwikkeling erelateerd aan de convenantafspraken (bodemsanering inclusief de verbredingthema s). De convenantpartijen zijn hierbij in de lead en vanuit de convenantgelden wordt, na akkoord van de Stuurgroep, financieel geparticipeerd. 2. Een bredere insteek: dit betreft Kennis en Innovatieontwikkeling voor de Bodem en Ondergrond in een breder perspectief. Hierbij kan gedacht worden aan sommige verbredingthema s maar ook aan aanpalende zaken zoals circulaire economie, natuur, grondstoffen, etc.. De financiering van een dergelijk onderwerp komt niet vanuit het convenant maar uit andere middelen (STRONG, EZ, individuele decentrale overheden, etc.) Het is aan de convenantpartijen om te bepalen waarin wel of niet mede in geparticipeerd wordt. Een aantal decentrale overheden heeft al aangegeven te willen participeren in onderwerpen die voor hun specifiek relevant zijn.

24 De werkwijze via Business Cases lijkt succesvol. Er is al een groot aantal voorstellen voor Business Cases met interessante combinaties van organisaties ingediend. Binnen deze voorstellen worden meerdere thema s aangepakt. Een aantal Business Cases lijkt te passen binnen de scope van de convenantafspraken, een aantal andere voorstellen passen in het kader van de verbredingthema s of STRONG. Afstemming met andere kennisprogramma s Binnen DGRW lopen er twee kennisprogramma s te weten: (1) het kennisprogramma Water en Klimaat (NKWK) en (2) het programma Smart Urban Regions for the Future (SURF). In het NKWK bundelen het bedrijfsleven, overheden en kennisinstellingen hun kennis- en innovatievermogen om Nederland waterrobuust en klimaatbestendig te maken. SURF staat voor een kennisinitiatief waarin wetenschappelijke onderzoekers en experts uit de praktijk gezamenlijk kennis ontwikkelen rondom verstedelijking, ruimte, water, mobiliteit en transport. Op onderdelen zijn er (inhoudelijk) raakvlakken tussen deze programma s en de kennis en innovatieontwikkeling op het gebied van bodem en ondergrond. Samenwerking met de andere programma s is daar waar aan de orde gewenst zodat er efficiënt omgegaan wordt met publieke en private middelen. 2.4 Kennisdoorwerking/kennisuitwisseling en ken nisborging: Bij Kennisdoorwerking is het primaire doel dat het kennisniveau bij de overheden op peil blijft en daar waar nodig geactualiseerd en uitgebouwd wordt. Hier hebben de convenantpartijen aangegeven dat bestaande en nieuw verkregen kennis en competenties in de praktijk worden behouden en gedeeld. Binnen het UP wordt nader invulling gegeven aan deze pijler. 3 Een voorzet voor verantwoordelijkheid en taakinvulling per pijler 3.1 Algemeen De onderdelen van de Kennisinfrastructuur Bodem en Ondergrond zijn met elkaar verbonden. Een goede afstemming tussen de drie pijlers is daarom belangrijk. Oncierstaand gaan we per pijler in op de verantwoordelijkheid en de taakinvulling op basis waarvan we tot slot invulling geven aan de coördinatiefunctie (waarbij cle focus ligt op het faciliteren en ondersteunen van de samenwerking en afstemming tussen de pijlers). 3.2 Kennisagenda Het Rijk heeft het voortouw om te komen tot een brede Kennisagencia voor Bodem en Ondergrond. De vormgeving van de agenda gebeurt, conform de convenantafspraken, samen met de convenantpartners en andere organisaties, zodat ook de kennisontwikkeling en innovatie t.b.v. de uitvoering geborgd is. Binnen de Kennisagenda worden nog geen keuzes gemaakt in wat wel of niet wordt ontwikkeld. Dit vindt plaats door de gezamenlijke convenantpartijen (zie 3.3.) Op dit moment is RWS Bodem+ bezig om de Kennisagenda te actualiseren. Het streven is dat deze zomer een update gereed is. De Kennisagenda blijft actueel gedurende de looptijd van het Convenant. 3.3 Kennis en lnnovatieontwikkeling Bodem en Ondergrond Kennis en innovatleontwikkeling vinden zoveel mogelijk plaats via een topsectoren aanpak, waarbij partijen uit de zgn. gouden driehoek bij betrokken zijn. Assembleurs/matchmakers fungeren als katalysator om uitdagende combinaties tot stand te brengen. Dit vraagt een Vrije rol, voor de taakinvulling is het belangrijk dat er geen verstrikking komt van diverse belangen (publiek/privaat). Het plaatsen van de matchmakers op enige afstand van de overheid is gewenst. Deze rol wordt ingevuld door de KIBO Matchmakers. Bij de taakinvulling kunnen zij gebruik maken van bestaande netwerken zoals STOWA, Bodem+, Platform3l en COB. Op dit moment vindt door het Ministerie onderzoek plaats waar de KIBO matchmakers gealloceerd kunnen worden zonder hiervoor een nieuwe Organisatie op te richten.

25 voorportaal of een toetsingscommissie namens de Stuurgroep voorwerk verricht. Dit voorportaal wordt ondergebracht binnen het nieuw te vormen UP. accorderen. grondslag om door de Matchmakers aangedragen Business Cases -te toetsen en eventueel te matchmakers om te komen tot gewenste Business Cases. Het programma van eisen is de - Ht Door de convenantpartijen is aangegevën dat de Stuurgroep projecten c.q. Business Cases per geval wil beoordelen, op basis van de eigen kenriisvragen. Het ligt voor de hand dat een zgn. programma -van eisen op mcl. - budget indicatie. Dit programma is leidend voor de KIBO voorportaal stelt op basis van de Kennisagenda en de prioriteiten van de convenantpartijen een Sturing vanuit de convenantpartijen Bodem en Ondergrond programma van eisen - over. kennisontwikkeling die onder de convenantafspraken vallen. Daar gaat de Stuurgroep Hier zijn twee insteken mogelijk: (1) het voorportaal bundelt projecten of biedt een programma aan dat de Stuurgroep goedkeurt Indien de gewenste kennisontwikkeling niet via een business case ingevuld kan worden kan het Voorportaal overwegen de Stuurgroep voor te stellen te komen tot opdrachtverlening; NB: de KIBO matchmakers gaan niet over het accorderen van Business Cases t.b.v. Figuur 2: kennis en innovatie ontwikkeling in de driehoek O.% C4 Overheid convenantafspra ken (2) het -voorportaal krijgt mandaat om projecten namens de Stuurgroep te beoordelen en. te accorderen (zwaardere versie). Voorgesteld wordt de invulling, verantwoording en de financiering van het voorportaal binnen de inrichting van het nieuwe UP. mee te nemen Qua personele invulling kan gedacht worden aan 1 of 2 mensen per convenantpartij en indien gewenst met het bedrijfsleven en de wetenschap. Kennis en innovatie ontwikkeling t.b.v. in de gouden driehoek toegepast fundamenteel Bedrijven (lichtere versie) of -

26 t doen dit in samenwerking met bestaande partijen waaronder Bodem+. In het nieuwe convenant belangrijke taak voor de trekkers van de drie pijlers. de verantwoordelijken elkaar goed kunnen vinden binnen een bredere context. Hier ligt dus een De stakeholders hebben aangegeven dat de overall coördinatie faciliterend en ondersteunend dient 3.4 Overall coördinatie samenwerken zoals bijvoorbeeld de bodempool. te zijn i.p.v. sturend. De overall coördinatie richt zich op de afstemming tussen de drie pijlers zodat De coördinatie en de verdere inrichting van de Kennisdoorwerking komt te liggen bij het UP en zij 3.3 Kennisdoorwerking zijn hierover afspraken gemaakt. Binnen het UP wordt al gewerkt aan het vernieuwd ontmoeten en

27 Contactpersoon 2500 EX Den Haag Postbus Den Haag Plesmanweg 1-6 Directiesecretariaat Dir. Water en Bodem SG a De voorzitter opent de vergadering en heet alle aanwezigen welkom. 1. Opening, vaststelling agenda, mededelingen Afwezig L 2Qe. j(notuliste) io Deelnemers 10e J(voorzitter), 1 Vergaderdatum en tijd Vergaderplaats 8 oktober uur RWS Westraven Utrecht Betreft Stuurgroep OBG verslag Ministerie van Infrastructuur en Milieu Pagina 1 van 3 16 oktober 2015 Datum L - 1minienm,nI Jioe1 Managementassistente Bestuurskern

28 - p JH -, (_,1 S 3-

29 Bestuu rs kern Dir. Water en Bpdem Directiesecretarjaat 4 / Datum L4jt-efr 8. Kennis en kennisinfrastructuur Stuk wordt goedgekeurd. De inhoudelijke discussie is de voorgaande stuurgroep reeds gevoerd maar er rezen toen bezwaren bij het opnemen van enkele bijlagen. In de versie voor deze stuurgroep is dat aangepast. De stuurgroep wil er voor waken dat het KIBO geen monopoliepositie krijgt. Zeker met de sterkere rol van de gemeenten onder de Omgevingswet is het heel wenselijk dat ook kennisvragen daar vandaan komen. f 7 merkt op dat het nu nog lastig is om daar kennisvragen los te krijgen en vraagt hierover in een aparte sessie nog eens na te denken. Dit zal worden meegenomen in de opdrachtverlening voor de vormgeving van het voorportaal (actie 9. Rondvraag en afsluiting De volgende vergadering is op donderdag 10 december om uur in Utrecht. Pagina 3 van 3

30 Onderwerp: Re: notitie Kennis Stuurgroep Modem Aan: ce 1DGRW < CC: - DUIW jo& lo Jminienm.nl> Verzonrhn dnnderda2 juli fl1 S 1d21 Van:r 1o- }BSK Oorspronkelijk bericht ff1 het volgende geschreven: > Op 9jul om 13:08 heeft [ 10 e DGRW <EEJ@minienm.ni> Verstuurd vanaf mijn ipad Groet[.20 1 L 11.! procent een max. percentage, waar ook de begeleiding voor het project in is opgenomen. Het betreft niet al de Het betreft een indicatie van besteding en helder is dat de stuurgroep beslist. Kibo beslist niet! Ook is de 5 match. 41J.J pt-l ii;.! Stukken zijn jn het MT geweest, vervolgens nog besproken op een kennisdag georganiseerd d2pdem+ in het liii. HoiIJQL_f, Datum: maandag 9 oktober :04: 18 Onderwerp FW: notitie Kennis Stuurgroe Bodem io

31 > met groet, r1oj >L 10 Ministerie Infrastructuur > en Milieu tel[ 1o.e

32 Onderwerp: RE: notitie Kennis Stuurgroep Bodem Aan:[ 1i2 - BSK],ijp J@minienm.ni> Verzonden: donderdag 9 juli :11 Van:! J-DGRW Datum: maandag 9 oktober :04:50 Onderwerp: FW: notitie Kennis Stuurgroep Bodem Aan: 10e iii in i eni, Directie Water en Bodem! DG Ruimte en Water Ministerie van Infrastructuur en Milieu Lw L fj J. Kwamen al vragen over nadere uitwerking, bv aanvraag Stuurgroep ging verder moeiteloos akkoord met de notitie,r Jj. / J Officiële Groeten, vaststelling doen we als de bijlagen nog wat zijn gefinetuned in S(. september. procedure. [ ioe t).! Van:

33 Onderwerp: Re: Kennisstuk inbrengen in 56 - hoe om te gaan met de bijlagen Aan:L 20 e Jminienm.nI> Verzonden: vrijdag 11 september :32 Van oe FDGRW Datum: maandag 9 oktober :07:44 JIIucI vvd Aan:I joe. n.a..nz_--- r,,,-._r,i?.tt.r.. rvv. r.ci,iu wis. uiuipiyii ul SG - hoe om te gaan met de bijlagen - DGRW Van:f 10e / Onderwerp: Re: Kennisstuk inbrengen in SG - hoe om te gaan met de bijlagen CC: L DGRW Aan:j,7o e -BSK Verzonden: woensdag 9èptemoer :39 Van: 1 f0 e. j- DGRW Groetj Io -r Hoij 1O 1 volgende geschreven: Op 11 sep om 14:26 heeft.j BSK Jminienrnni> het tel. Ministerie Infrastructuur en Milieu met groet, 10 e 7 IL1 -

34 met groet, [Zjoei Ministerie Intrastructuur en Milieu Op 9 sep om 08:55 heeftj 1O ]BSK <1ioe 1 (nhnieiimrii> het volgende geschreven: DagjQL, Vraaq: 11.1 was toen verzoek{tj. Aanpassing Antwoord: In de bijlage van het kennisstuk is een indicatie aangegeven voor een verdeelsleutel van de middelen, dit om de betrokken Dartilen houvast te qeven. De indicatv die in de bijlage is een aantal keren (ik denk) 11..! 1 Jin de bijeenkomsten over kennis gepresenteerd en over gesproken: sommige partijen bechouwden het voorstel volstrekt logische verdeling om mee van start te gaan. Uiteindelijk is het zo, is ook weergegeven, en ook gecommuniceerd beslist het voorportaal/stuurgroep over de uiteindelijke verdeling / toekenning van de middelen. 1!j Groetj io1 < def Coordinatie kennisinfrastructuur bodem en ondergrond.docx>

35 Van: Aan: Onderwerp: Datum: 1Oe 1 FW: Kennis maandag 9 oktober :09:02 Oor nronkeliik hricht Ambient) [mailto: jaarnbient.nlj Van: L io ] Verzon1en: dinsdag_22_september :41 Aan:) JE l-bsk<f Onderwerp: Re: Kennis HaLj Ligt het aan het principe en werkwijze kibo of meer aan het feit dat er niet op voorhand harde getallen vastgelegd gaan worden? Grusse > Op 21 sep om 22:00 heeft 1, JBSK <j4.qejminienm.nl> het volgende geschreven: >dag > Ik heb nog overleg gehad metuj na enige discussie... Toch de bij lagen verwijderd. Het levert intern nog te veel discussie op over reserveringen en verdeling. > > Onderwerp ligt gevoelig. > > De discussie zal zich voortzetten bij de inrichting van het voorportaal. >Groet) O > Verstuurd vanaf mijn ipad > > > > Dit bericht kan informatie bevatten die niet voor u is bestemd. Indien u niet de geadresseerde bent of dit bericht abusievelijk aan u is toegezonden, wordt u verzocht dat aan de afzender te melden en het bericht te verwijderen. De Staat aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die verband houdt met risico s verbonden aan het elektronisch verzenden van berichten. > This message may contain information that is not intended for you. 1f you are not the addrcssee or if this message was sent to you by mistake, you are requested to inform the sender and delete the message. The State accepts no liability for damage of any kind resulting from the risks inherent in the eleetronic transmission of messages.

36 - - - plaats LPBW Onderwerp FW Updatekï1nI55trUcWur graag nog eens kritisch lezen en toevoegingen zijn altijd prettig Datum: maandakober2oil12:46:5a: Nog een mail over de 5% ---Oorspronkelijk bericht Van: (Ambient) {mâilio:l 10.J i amhint.nl1 Verzonden:_maandag 11 mei :25 Aan:LJ 1 lo BSK <fice inienm.nl> a ] DGRW <jp Jminienm.nl> Onderwerp: RE: Up date kennis structuur - graag nog eens kritisch lezen en toevoegingen zijn altijd prettig! Hajj, In navolging van de reactie vanlj (waar ik me goed in kan vinden) nog een paar suggesties c.q. opmerkingen: Benoem even kort wat het werken via business cases inhoudt in de hoofdtekst (dat weet vast niet iedereen) namelijk dat de relevantstakeholders zelf aan de lat staan om projecten te initiëren en uit te voeren op basis van de triple helix. Dat sluit aan bij de topsectorenaanpak (triple helix pakt projecten op vanuit een maatschappelijke of economische drijver) waarbij het primaire uitgangspunt is dat vanuit de overheden (Convenant, STRONG, DGMI, EZ, etc.) op basis van een multiplier 4 bijgedragen wordt (dus 75-80% door de andere belanghebbende stakeholders). Vervolgens kan dan aangegeven worden dat niet alle issues zoals die spelen binnen het convenant op basis van deze multiplier 4 opgepakt kunnen worden en dat een deel met een lagere multiplier of door één op één opdrachtverlening tot stand zal komen (in de bijlage staat dit verder uitgewerkt). Ijhad nog een aantal (terechte) vragen inzake de toetsing. Het kan denk ik geen kwaad om dat kort te benoemen. Het KIBO toetst of aan de formele voorwaarden voldaan wordt (maatschappelijk of economisch issue, participatie triple helix, koppeling bèta-gamma daar waar aan de orde, doorwerking (economisch en maatschappelijk), bijdragen derden, ete.). De tweede toetsing is een wetenschappelijke namelijk of de kenniscomponent goed geborgd is en of de voorgestelde zaken al niet eerder c.q. ineen ander domein onderzocht zijn. De derde toetsing (en die is bindend in tegenstelling tot de eerste twee die adviserend zijn) is de toetsing door de partij die de bijdrage dient te leveren (uiteraard bovenop de financiering van de partijen die zich al financieel gecommitteerd hebben aan het project). Als het hier om convenantsgelden gaat, dan staat STUBO aan de lat (of een gemandateerde instantie), als het om en STRONG bijdrage gaat, staat de club van Ï1aan de lat, als het over circulaire economie gat, gaan we naarl., etc. Het kan mogelijk geen kwaad om nog kort in te gaan op de 5% programmafinanciering (die door alle relèvante stakeholders wordt bijgedragen dus niet alleen door TeaM, convenantspartijen etc.). De 5% die we willen gebruiken voor de programma aansturing KIBO wordt primair gefinancierd vanuit die projecten die er nu al liggen (en gehonoreerd worden uiteraard). Hiermee kunnen dan vervolgens andere business cases geassembieerd worden (makelen en schakelen), kan er op meer strategische niveau communicatie en marketing vinden, kunnen daar waar gewenst rode draden tussen projecten c.q. business cases getrokken worden (bijvoorbeeld over themas zoals juridica, financiering, governance, etc.) en kan daar waar aan de orde ook de voortgang en de verantwoording vorm gegeven worden (binnen projecten maar vooral ook op programma niveau). Wellicht dat je nog kais ziet dit op de een of andere manier te verwerken (en mocht je daar nog ondersteuning bij wille, laat het weten. - groet IioeEZ

37 - B..j;Lei dit Van:r ioe 1- DGRW Verzdn: maandag 11 mei :25 Aan: oe BSK; DGRW - CC: Ioe j(ambient) Onderwerp: RE: Up date kennis structuur - graag nog eens kritisch lezen en toevoegingen zijn altijd prettig! Ha Ik heb twee inhoudelijke opmerkingen. De eerste opmerking heeft betrekking op de onderstaande passage: Ten aanzien van de kennis en innovatie ontwikkeling kunnen we twee lijnen onderscheiden: 1. Een smalle insteek - dit betreft de kennisontwikkeling en innovatie gerelateerd aan de convenantafspraken. De convenantpartijen zijn hierbij aan de lead en vanuit de convenantgelden wordt financieel geparticipeerd. 2. Een bredere insteek betreft kennis en innovatie ontwikkeling voor de bodem en ondergrond in een breder perspectief. Dit kunnen onderwerpen zijn die gerelateerd zijn aan STRONG of aan andere thema s. 1-her moet de financiering ook uit bron komen. Een aantal overheden hebben al aangegeven in onderwerpen die voor hun specifiek relevant zijn te willen participeren. Ik zou hier graag opgeschreven zien dat de financiering naast de convenantgelden ook uit andere bron moet komen. Waarschijnlijk heb je dit ook zo bedoelt. Maar doordat er wat woorden weggevallen zijn wordt de bredere insteek gepositioneerd tegenover de smalle insteek, terwijl ze wat mij betreft in elkaars verlengde liggen. De tweede opmerking heeft betrekking op de passage over de inrichting van het programmabureau KIBO: vy zojt Groet,

38 Li1 Van:F 9- BSK Verzonden zondag 10 mei :57 Aan:roj I-DGRw; IÔ_JDGRW Onderwerp: tfp date kennis structuur - graag nog eens kritisch lezen en toevoegingen zijn altijd prettig! dag Goede morgen! Bij dezej 11.1 Als plaatje wordt de driehoek nog toegevoegd4 Thx en een goede en zonnige zondag. Dit bericht kan informatie bevatten die niet voor u is bestemd. Indien u niet de geadresseerde bent of dit bericht abusievelijk aan u is toegezonden, wordt u verzocht dat aan de afzender te melden en het bericht te verwijderen. De Staat aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die verband houdt met risico s verbonden aan het elektronisch verzenden van berichten. This message may contain information that is not intended for you. 1f you are not the addressee or if this message was sent to you by mistake, you are requested to inform the sender and delete the message. The State accepts no liability for damage of any kind resulting from the risks inherent in the electronic transmission of messages.

Naar een kennisprogramma Bodem & Ondergrond

Naar een kennisprogramma Bodem & Ondergrond Naar een kennisprogramma Bodem & Ondergrond Douwe Jonkers Directoraat-Generaal Ruimte & Water COB-congres 30 oktober 2014 Inhoud Aanleiding Thema s Werkwijze Start Kennisprogramma Bodem & Ondergrond Vandaag:

Nadere informatie

Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar 2018

Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar 2018 Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar 2018 Leo Hamerlinck Projectleider Kennis Uitvoeringsteam Convenant Bodem en Ondergrond 29 mei 2017 Aanleiding

Nadere informatie

Nota inzake Economic Development Board

Nota inzake Economic Development Board Nota inzake Economic Development Board Inleiding De economische ontwikkeling van Noord-Limburg krijgt een grote impuls met de campusontwikkeling, maar daarmee zijn niet alle economische uitdagingen deze

Nadere informatie

Kennis delen: niet lullen, maar poetsen! Sessieleiders: Corinne Koot (JongSTRONG, Witteveen+Bos) Juul Osinga (Jong Leefomgeving, TTE Consultants)

Kennis delen: niet lullen, maar poetsen! Sessieleiders: Corinne Koot (JongSTRONG, Witteveen+Bos) Juul Osinga (Jong Leefomgeving, TTE Consultants) Kennis delen: niet lullen, maar poetsen! Sessieleiders: Corinne Koot (JongSTRONG, Witteveen+Bos) Juul Osinga (Jong Leefomgeving, TTE Consultants) Kennisinfrastructuur? KIBO? 3 pijlers? Kennis, iets om

Nadere informatie

Klimaatbestendige stad

Klimaatbestendige stad Klimaatbestendige stad Joke van Wensem Samenwerken aan water en klimaat Programmaplan en kennisagenda Algemeen en programmering: Deltaprogramma RA/IenM, STOWA, RWS, CAS, Deltares Projectentournee: Deltaprogramma

Nadere informatie

Watersysteem van de Toekomst: vervolg debat-diner

Watersysteem van de Toekomst: vervolg debat-diner Memo Aan deelnemers diner-debat Eye Kopie aan Contactpersoon Rik van Terwisga Datum 8 januari 2015 Onderwerp Vervolg Debat-diner "Watersysteem van de Toekomst" Watersysteem van de Toekomst: vervolg

Nadere informatie

Nationaal Kennis- en Innovatieprogramma Water en Klimaat (NKWK) Kwartiermakersteam NKWK:

Nationaal Kennis- en Innovatieprogramma Water en Klimaat (NKWK) Kwartiermakersteam NKWK: Nationaal Kennis- en Innovatieprogramma Water en Klimaat (NKWK) Kwartiermakersteam NKWK: Roeland Allewijn (RWS/WVL) Jos van Alphen (staf Deltacommissaris) Pieter van Berkum/Cornelis Israël/Nienke Siekerman

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond

Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond Samen met decentrale overheden en maatschappelijke organisaties werkt het Rijk aan ambitieus beleid voor bodem en ondergrond - Werken met één UP Bodem en Ondergrond

Nadere informatie

Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar Informatiebijeenkomst 5 september 2017

Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar Informatiebijeenkomst 5 september 2017 Uitvraag Kennis- en Innovatiebudget Convenant Bodem en Ondergrond 2017 met een doorkijk naar 2018 Informatiebijeenkomst 5 september 2017 Programma 9.30 Opening - Corné Nijburg 9.35 Inleiding en terugblik

Nadere informatie

Leven in een verstedelijkte Delta; Het belang van kennis van de ondergrond Jacqueline Cramer, hoogleraar duurzaam innoveren UU

Leven in een verstedelijkte Delta; Het belang van kennis van de ondergrond Jacqueline Cramer, hoogleraar duurzaam innoveren UU Leven in een verstedelijkte Delta; Het belang van kennis van de ondergrond Jacqueline Cramer, hoogleraar duurzaam innoveren UU Quality of live Opzet Lezing Waarom is er kennis over de ondergrond nodig?

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 mei 2017 U Lbr. 17/028 (070) Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 mei 2017 U Lbr. 17/028 (070) Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 17 mei 2017 Ons kenmerk BB/U201700352 Lbr. 17/028 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) 3 Onderwerp Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering Samenvatting

Nadere informatie

Toelichting hoofdstructuur Pré Wonen

Toelichting hoofdstructuur Pré Wonen Toelichting hoofdstructuur Pré Wonen Alles lijkt lichter en makkelijker te gaan: iedereen kent zijn of haar rol, beleid- en besluitvorming verloopt één keer goed en er is veel minder behoefte aan afstemming.

Nadere informatie

Ook ónder maaiveld is het vol in de stad

Ook ónder maaiveld is het vol in de stad Ook ónder maaiveld is het vol in de stad Edith Boonsma en Gijsbert Schuur, COB Harald Versteeg, de Bouwcampus Vrijdag 29 maart 2019 Agenda 12.00 Welkom en opening door Harald Versteeg De aanleiding, de

Nadere informatie

Nationaal programma Regionale Energie Strategieën (NP RES) Samen aan de slag voor het klimaat

Nationaal programma Regionale Energie Strategieën (NP RES) Samen aan de slag voor het klimaat Nationaal programma Regionale Energie Strategieën (NP RES) Samen aan de slag voor het klimaat Opwek- & isolatiemaatregelen Regionale samenwerkingen op o.a. energie Windenergie op land Ervaringen op doen

Nadere informatie

Kennis ontwikkelen en kennis delen voor het omgevingsbeleid

Kennis ontwikkelen en kennis delen voor het omgevingsbeleid Kennis ontwikkelen en kennis delen voor het omgevingsbeleid Ruimteconferentie Workshop 11 21-05-2013 Jeannette Beck, Lia van den Broek, Olav-Jan van 1 Inhoud presentatie Context Kennis en decentralisatie

Nadere informatie

Convenant bodem en ondergrond

Convenant bodem en ondergrond Convenant bodem en ondergrond 2016-2020 Na 35 jaar komt een historische mijlpaal in zicht: rond 2020 zijn er geen locaties meer waar bodemverontreiniging voor onaanvaardbare risico s zorgt. Ons land begint

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 15 februari 2018 U Lbr. 18/004. Stand van zaken Interbestuurlijk Programma.

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 15 februari 2018 U Lbr. 18/004. Stand van zaken Interbestuurlijk Programma. Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 15 februari 2018 Ons kenmerk COS/U201800112 Lbr. 18/004 Telefoon 070 373 83 93 Bijlage(n) 1 Onderwerp Stand van zaken Interbestuurlijk Programma Samenvatting

Nadere informatie

Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen

Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen 2 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen Bestuurlijke overeenkomst voor Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen 3 Samenwerkingsovereenkomst

Nadere informatie

Bloemen uit Brabant. Spreker: Gerd de Kruif Datum: 30 oktober 2014

Bloemen uit Brabant. Spreker: Gerd de Kruif Datum: 30 oktober 2014 Bloemen uit Brabant Spreker: Gerd de Kruif Datum: 30 oktober 2014 Met enige bescheidenheid Waar ik het over wil hebben Belang gebiedsgericht grondwaterbeheer (revisited) Context en complexiteit Waar vinden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 33 529 Gaswinning Nr. 609 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Convenant bodem en ondergrond

Convenant bodem en ondergrond Convenant bodem en ondergrond 2016-2020 POKB Utrecht 02-04-2015 Thom Maas Bodem+ Inhoud Ondertekening 17-3-2015 Doelstellingen Randvoorwaarden Tekst over visitaties Kennis Omgevingswet 2018 (beleidsdocument)

Nadere informatie

Groengebied Amstelland AB 10-11-2011 Agendapunt 9 eerder door het bestuur behandelde notities over rol en positie GGA BIJLAGE 1 DISCUSSIENOTITIE

Groengebied Amstelland AB 10-11-2011 Agendapunt 9 eerder door het bestuur behandelde notities over rol en positie GGA BIJLAGE 1 DISCUSSIENOTITIE Groengebied Amstelland AB 10-11-2011 Agendapunt 9 eerder door het bestuur behandelde notities over rol en positie GGA BIJLAGE 1 DISCUSSIENOTITIE Bestuurlijke begeleidingsgroep Visie Amstelland Aantal bijlagen:

Nadere informatie

Regio Rivierenland Team Onderzoek & Ontwikkeling J.S. de Jongplein WG Tiel Telefoon Businessplan: A15-corridor

Regio Rivierenland Team Onderzoek & Ontwikkeling J.S. de Jongplein WG Tiel Telefoon Businessplan: A15-corridor Regio Rivierenland Team Onderzoek & Ontwikkeling J.S. de Jongplein 2 4001 WG Tiel Telefoon 0344-638555 INHOUD 1. Doelstelling van het Team Onderzoek en Ontwikkeling... 2 2. A15: wat is de huidige situatie?...

Nadere informatie

l. De samenwerking in de Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant te richten op economisch-ruimtelijke structuurversterking.

l. De samenwerking in de Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant te richten op economisch-ruimtelijke structuurversterking. G e R REGIO WEST-BRABANT 11111111111111111111111111111111111111111111111111111111111 Voorstel 817-005900 Doorontwikkeling Regio West-Brabant Aan Algemeen bestuur Datum 23 maart 2017 Doel Besluiten Initiatiefnemer

Nadere informatie

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren Notitie versie 1.0 September 2016 Door Frea Haker (Gezond in ) Eveline Koks (Jongeren Op Gezond Gewicht) Anneke Meijer (Coördinatie Gezond Gewicht Fryslân

Nadere informatie

Programma STRONG. landsdelige bijeenkomsten. Toets probleemstelling

Programma STRONG. landsdelige bijeenkomsten. Toets probleemstelling Programma STRONG landsdelige bijeenkomsten Toets probleemstelling Inhoud: Wat is STRONG, Structuurvisie Ondergrond, Probleemstelling? Oogst provinciale workshops 2013 Opbouw Probleemstelling Thema s probleemstelling

Nadere informatie

1 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen. Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen

1 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen. Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen 1 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen 2 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen Bestuurlijke overeenkomst voor Samenwerking

Nadere informatie

v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: , PPM Dossiernummer : K1261

v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: , PPM Dossiernummer : K1261 v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: 2019-049286, PPM Dossiernummer : K1261 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van het Startdocument Regionale

Nadere informatie

Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid. Werk in uitvoering

Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid. Werk in uitvoering Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid Werk in uitvoering Vastgesteld door de Bestuurder op 17-06-2014 Goedgekeurd door de Raad van Commissarissen op 26-03-2015 INHOUD INVESTERINGSSTATUUT INLEIDING...

Nadere informatie

Notitie uitwerking governance HWH 2.0

Notitie uitwerking governance HWH 2.0 Notitie uitwerking governance HWH 2.0 Opsteller Marianne van der Veen-Brouwer Aantal pagina s 6 Behandelend gremium Dagelijks bestuur Datum voorgelegd 11-06-2014 Agendapunt, Onderwerp 2.5a, Governance

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Oproep voor bijdrage

Oproep voor bijdrage Oproep voor bijdrage Donderdag 16 mei 2019 Concertgebouw de Vereeniging te Nijmegen 31e Symposium Bodem Breed Hèt netwerk event van de bodem en ondergrond www.bodembreed.nl Bodem Breed 2019 Concertgebouw

Nadere informatie

De zelfcontrole BRO. Algemene toelichting bij de vragenlijst. Versie Datum 14 april 2018 Status. Definitief concept

De zelfcontrole BRO. Algemene toelichting bij de vragenlijst. Versie Datum 14 april 2018 Status. Definitief concept De zelfcontrole BRO Algemene toelichting bij de vragenlijst Versie 0.99 Datum 14 april 2018 Status Definitief concept De zelfcontrole BRO Colofon Kerndepartement BZK Dir. Ruimtelijke Ordening Turfmarkt

Nadere informatie

Convenant EBU en U10 regio

Convenant EBU en U10 regio Convenant EBU en U10 regio Doel De uitdaging van de regio Utrecht is om de groei te accommoderen en tegelijkertijd de hoge kwaliteit van leven en concurrentiekracht te blijven versterken. Door bundeling

Nadere informatie

Verbinden van wetenschap en samenleving. NWO-strategie

Verbinden van wetenschap en samenleving. NWO-strategie Verbinden van wetenschap en samenleving NWO-strategie 2019-2022 Verbinden van wetenschap en samenleving Dit strategisch plan beschrijft de koers van NWO voor de jaren 2019 tot en met 2022. NWO legt hierin

Nadere informatie

Meten en weten aan grondwater in de toekomst

Meten en weten aan grondwater in de toekomst Meten en weten aan grondwater in de toekomst IHW netwerk dag Amersfoort 2016.10.13 Auke Oostra DGRW - Bodem Mijn achtergrond: geologie en bodemsanering 2 Ministerie van Infrastructuur en Milieu Grondwater

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen Informatieprotocol Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen 22 januari 2019 1. Inleiding De directe aanleiding voor dit informatieprotocol is het amendement van de gemeenteraad van Heumen bij de besluitvorming

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van BZK www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk Betreft Autoriteit woningcorporaties Inleiding

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Uitwerking drie scenario's voor Monitor Maatschappelijk Resultaat

Uitwerking drie scenario's voor Monitor Maatschappelijk Resultaat Uitwerking drie scenario's voor Monitor Maatschappelijk Resultaat Datum 24 september 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Scenario 1: Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de vulling van de monitor, met aanvullingen

Nadere informatie

Openbaar. Rijk van Nijmegen Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel.

Openbaar. Rijk van Nijmegen Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel. Openbaar Onderwerp Rijk van Nijmegen 2025 Programma Economie & Werk BW-nummer Portefeuillehouder H.M.F. Bruls / T. Tankir Samenvatting De Rabobank Rijk van Nijmegen heeft in 2015 het initiatief genomen

Nadere informatie

Oplegnotitie Werkbedrijf

Oplegnotitie Werkbedrijf Oplegnotitie Werkbedrijf 1. Onderwerp Marktbewerkingsplan Werkbedrijf Holland Rijnland 2016 2. Regionaal belang De samenwerkende partijen in het Werkbedrijf Holland Rijnland streven naar een inclusieve

Nadere informatie

Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz

Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz OPLEGGER Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz Eenheid Sturing E-mail p.scholtz@gooisemeren.nl Kenmerk 17.0013276 Datum 17 november

Nadere informatie

Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV

Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV memo Opdrachtgever: DPNH, DPV, STOWA Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV Voorstel voor uitwerking in de regionale deltaprogramma s Auteurs: B. Kolen (HKV) R. Ruijtenberg

Nadere informatie

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP)

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP) Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP) I/ Inleiding Het aantal kinderen en jongeren met ernstige psychische problemen is goed bekend. Zowel in Nederland als in andere landen

Nadere informatie

Kennis Platform Water. Samenvatting advies 2012

Kennis Platform Water. Samenvatting advies 2012 Kennis Platform Water Samenvatting advies 2012 Samenvatting advies 2012 Voor u ligt het eerste advies van het kennisplatform water Nieuwe Stijl over strategisch wateronderzoek. Dit (informele) platform

Nadere informatie

Aan de Gemeenteraad. 12 januari Betreft: Routeplanner Right to Challenge. Geachte leden van de Gemeenteraad,

Aan de Gemeenteraad. 12 januari Betreft: Routeplanner Right to Challenge. Geachte leden van de Gemeenteraad, www.righttochallenge.nl Aan de Gemeenteraad 12 januari 2019 Betreft: Routeplanner Right to Challenge Geachte leden van de Gemeenteraad, Right to Challenge (R2C) is het recht van bewonersinitiatieven om

Nadere informatie

Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) 14 februari Status verslag Concept

Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) 14 februari Status verslag Concept Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) Vergaderdatum 14 februari 2018 Kenmerk Status verslag Concept Verslaglegging door Telefoonnummer De heer L. Guilonard (extern) 070 4417507 Verslag

Nadere informatie

HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE

HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE 1. Duurzaamheid en circulariteit 2. Aanpak Rijk 3. Ons voorstel 4. In de praktijk van alledag 5. Duurzaam GWW en circulair inkopen 6. Discussie

Nadere informatie

Nationaal Programma. Positionering van volksvertegenwoordigers in de Regionale Energie Strategie. Opgesteld door Directie Democratie en Bestuur, BZK

Nationaal Programma. Positionering van volksvertegenwoordigers in de Regionale Energie Strategie. Opgesteld door Directie Democratie en Bestuur, BZK Nationaal Programma Positionering van volksvertegenwoordigers in de Regionale Energie Strategie Opgesteld door Directie Democratie en Bestuur, BZK Positionering van volksvertegenwoordigers in de Regionale

Nadere informatie

FAQ: Maak Ruimte voor Gezondheid fase2

FAQ: Maak Ruimte voor Gezondheid fase2 FAQ: Maak Ruimte voor Gezondheid fase2 Belangrijk: De oproep is te allen tijden leidend!!! LET OP: Zowel de aanvraag zelf als alle bijlagen moeten in het Engels ingediend worden! Inhoud Cofinanciering

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 6. Doetinchem, 13 december 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 DECEMBER Doorontwikkeling regionale samenwerking Achterhoek

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 6. Doetinchem, 13 december 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 DECEMBER Doorontwikkeling regionale samenwerking Achterhoek Aan de raad AGENDAPUNT NR. 6 ALDUS VASTGESTELD 21 DECEMBER 2017 Doorontwikkeling regionale samenwerking Achterhoek Te besluiten om: 1. In te stemmen met voorgestelde doorontwikkeling van de regionale samenwerking

Nadere informatie

Voortgangsbericht projectopdrachten en voortgang Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio's

Voortgangsbericht projectopdrachten en voortgang Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio's Aan Veiligheidsberaad Van DB Veiligheidsberaad Datum 17 september Voortgangsbericht projectopdrachten en voortgang Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio's Context en aanleiding Tijdens het Veiligheidsberaad

Nadere informatie

2 1 OKT. 20U. 2014-43.160/43/A.7, EZP 542347 Otten J.A. (050)316 4292 n.v.t.

2 1 OKT. 20U. 2014-43.160/43/A.7, EZP 542347 Otten J.A. (050)316 4292 n.v.t. provincie groningen Martinikerkhof 12 Aan Provinciale Staten Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer E-mail Antwoord op Bijlage nderwerp 2 1 KT. 20U 2014-43.160/43/A.7, EZP 542347 tten

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Plan van Aanpak n.a.v. Akkoord van Westerlee. Gemeente Stadskanaal 14 september 2015

Informatiebijeenkomst Plan van Aanpak n.a.v. Akkoord van Westerlee. Gemeente Stadskanaal 14 september 2015 Informatiebijeenkomst Plan van Aanpak n.a.v. Akkoord van Westerlee Gemeente Stadskanaal 14 september 2015 Inleiding Het akkoord van Westerlee: Aanleiding Kernpunten Bestuurlijke afspraken Financiering

Nadere informatie

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer OC enw De heer T. Kok p/a Cool Capital BV Singel 53 1012 VD AMSTERDAM Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079) 323 Telefax (079) 323

Nadere informatie

De zelfcontrole BGT. Algemene toelichting bij de vragenlijst (v ) Versie 0.3. Datum 20 juli 2017 Status

De zelfcontrole BGT. Algemene toelichting bij de vragenlijst (v ) Versie 0.3. Datum 20 juli 2017 Status Algemene toelichting bij de vragenlijst (v0.5 20072017) Versie 0.3 Datum 20 juli 2017 Status Colofon Kerndepartement IenM Dir. Ruimtelijke Ontwikkeling Rijnstraat 8, Den Haag Contactpersoon A.A. van de

Nadere informatie

Verbinden van Duurzame Steden

Verbinden van Duurzame Steden Verbinden van Duurzame Steden Managen van verwachtingen Jan Klinkenberg, Netwerkmanager VerDuS Startbijeenkomst URD2-projecten 11 oktober 2012 Programma vanmiddag 13.00-13.15 uur Introductie VerDuS 13.15-15.15

Nadere informatie

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost Aan de Raadscommissie Agendapunt: 5 Onderwerp: Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost Kenmerk: Status: VROM - Ruimtelijke Ordening / FK Informerend Kollum, 11 januari 2011 Samenvatting

Nadere informatie

SMART SOCIETY IN NEDERLAND

SMART SOCIETY IN NEDERLAND SMART SOCIETY IN NEDERLAND Roxane Daniels Vereniging Nederlandse Gemeenten 23 april 2019 VVSG Brussel Paraplu-begrip Integrale aanpak van maatschappelijke opgaven Cross-sectoraal Publiek-privaat Bottom-up

Nadere informatie

Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland

Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland Gemeenteraden Ambitiebepaling, kaderstelling en controle op hoofdlijnen van beleid Besluiten over meerjarenprogramma s speerpunten Besluiten over

Nadere informatie

Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland. Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis

Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland. Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie Innovatie-instrumenten voor bedrijven

Nadere informatie

Generieke I Toets & Advies

Generieke I Toets & Advies Informatiseringsbeleid Rijk Architectuur en Standaarden Bijlagen 2 Generieke I Toets & Advies 1. Inleiding De ICCIO heeft op 17 april 2012 ingestemd met de volgende beslispunten A t/m D te nemen: A. Als

Nadere informatie

Omgevingswet en de raad

Omgevingswet en de raad Omgevingswet en de raad Inhoud Waarom de Omgevingswet? Wat is de omgevingswet? Wat verandert er door de omgevingswet Wat vraagt dit van u als raad. Samen met de samenleving Budget reserveren Vrije (beleids)ruimte

Nadere informatie

Werkwijze Verbetering & Vernieuwing (V&V)

Werkwijze Verbetering & Vernieuwing (V&V) Werkwijze Verbetering & Vernieuwing (V&V) Inhoudsopgave Nut en Noodzaak Eerste resultaten Afgestemde werkwijze Wijze van terugkoppeling aan directie 2 Vernieuwing & Verbetering: noodzaak en onderscheid

Nadere informatie

Presentatie Provincie Zeelan. Presentatie Regierol Bodemsanering. Walter Jonkers Medewerker Regie Bodembeleid

Presentatie Provincie Zeelan. Presentatie Regierol Bodemsanering. Walter Jonkers Medewerker Regie Bodembeleid Presentatie Regierol Bodemsanering Walter Jonkers Medewerker Regie Bodembeleid Opbouw inleiding Beleidsmatige opzet Spelersveld Invulling Normblad SIKB 8001 Knelpunten Vragen en discussie Beleidsmatige

Nadere informatie

Grondwater in de omgevingsvisie

Grondwater in de omgevingsvisie Grondwater in de omgevingsvisie De Omgevingswet treedt in 2019 in werking en verplicht het Rijk, provincie en gemeente tot het opstellen van een omgevingsvisie. Over de termijn waarbinnen de omgevingsvisie

Nadere informatie

Verkenning Bodemdaling

Verkenning Bodemdaling Verkenning Bodemdaling Versterking bestaande aanpak Foto: G. Boerekamp Aanpak De verkenning is uitgevoerd door Tommy Bolleboom (RWS/Bodem+) i.s.m. Niels Kinneging (RWS), Gilles Erkens (Deltares) en Michiel

Nadere informatie

INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012

INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012 INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012 1. Wat houdt de Impuls Lokaal Bodembeheer in? De Impuls Lokaal Bodembeheer (ILB) is een impulsregeling vanuit het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M).

Nadere informatie

Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau

Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau Zaanstreek-Waterland / MRA Noord Ambitie & Potentieel Visie &

Nadere informatie

Oproep: Actieprogramma klimaatadaptieve bouwprojecten in stedelijk gebied

Oproep: Actieprogramma klimaatadaptieve bouwprojecten in stedelijk gebied Oproep: Actieprogramma klimaatadaptieve bouwprojecten in stedelijk gebied Meld nu uw bouwproject aan voor het Actieprogramma klimaatadaptieve bouwprojecten in stedelijk gebied. Daarin bundelen overheden,

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland ` Voordracht Haarlem, Onderwerp: Kaderstelling Europabeleid door Provinciale Staten Inleiding Op 11 juni 2007 jl. is door de commissie FEPO de werkgroep Europa ingesteld.

Nadere informatie

Informatiehuis Water. houwen en bouwen. 18 mei 2017 Ruud Kersten en Paul Latour

Informatiehuis Water. houwen en bouwen. 18 mei 2017 Ruud Kersten en Paul Latour Informatiehuis Water houwen en bouwen 18 mei 2017 Ruud Kersten en Paul Latour Agenda Wat is het huidige Informatiehuis Water? Belanghebbenden en governance Huidige resultaten/meerwaarde/functionaliteit

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 -

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 - PS2008MME13-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 6 mei 2008 Nummer PS : PS2008MME13 Afdeling : ECV Commissie : MME Registratienummer : 2008int221948 Portefeuillehouder : Ekkers Titel

Nadere informatie

Samenwerkingsverband Regio Eindhoven. Vergadering Dagelijks Bestuur d.d. 22 september 2014

Samenwerkingsverband Regio Eindhoven. Vergadering Dagelijks Bestuur d.d. 22 september 2014 Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Vergadering Dagelijks Bestuur d.d. 22 september 2014 Agendapunt : 3.1.a Portefeuille : Mobiliteit, coördinatie MIRT / gebiedsontwikkeling Midden en Oost, Gulbergen

Nadere informatie

Van Tafels naar een Community Doorontwikkelen in publiek-private productie

Van Tafels naar een Community Doorontwikkelen in publiek-private productie Welkom Van Tafels naar een Community Doorontwikkelen in publiek-private productie Caspar de Jonge Marja van Strien 19 mei 2017 Ambitie Versnellen en versoepelen implementatie smart mobility oplossingen

Nadere informatie

A-5 Toekomst Regionale Samenwerking Portefeuillehouder Bestuurlijke Toekomst Mathijs Triou

A-5 Toekomst Regionale Samenwerking Portefeuillehouder Bestuurlijke Toekomst Mathijs Triou agendapunt : A-5 vergaderdatum : 14 januari 2016 onderwerp : aangemeld door : behandelend ambtenaar : paraaf afdelingshoofd : A-5 Toekomst Regionale Samenwerking Portefeuillehouder Bestuurlijke Toekomst

Nadere informatie

VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN

VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN Foto: Platform Slappe Bodem, Vincent Basler VERBINDEN, VERSTERKEN EN ONTWIKKELEN In oktober 2016 is het Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling (voorheen kennisprogramma Klimaat, Water en Bodemdaling (KWB))

Nadere informatie

Plan 2018 Regio Rijnmond

Plan 2018 Regio Rijnmond Plan 2018 Regio Rijnmond Het doel van het project is versnelling aan te brengen op de integratie en participatie van vergunninghouders via werk en/ of scholing. Het landelijk dekkend netwerk van regio

Nadere informatie

Utrecht Business School

Utrecht Business School White Paper Integraal & proactief sturen van gedrag In dit whitepaper geef ik aan hoe het besturen van gedrag integraal en proactief ingericht kan worden. Door deze vijf stappen toe te passen wordt er

Nadere informatie

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad 5 juli 2018 Raadswerkgroep Burgerparticipatie In november 2017 heeft een aantal raadsleden zich opgegeven om de Raadswerkgroep Burgerparticipatie te vormen

Nadere informatie

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen Inleiding In juni van dit jaar is met de gemeenteraad gesproken over de Nijmeegse Omgevingsvisie aan de hand van de Menukaart Omgevingsvisie (zie bijlage). Afgesproken

Nadere informatie

Scholder an Scholder Verenigen voor de toekomst Werken met de methodiek scholder an scholder 2.0

Scholder an Scholder Verenigen voor de toekomst Werken met de methodiek scholder an scholder 2.0 Scholder an Scholder 2.0 - Verenigen voor de toekomst Werken met de methodiek scholder an scholder 2.0 Opdracht Bestuurlijk Overleg Sport; 7 december 2016 Evaluatie van scholder an scholder (1.0) leert

Nadere informatie

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument SPP als pijler van hr-beleid Om als organisatie in een dynamische omgeving met veel ontwikkelingen en veranderingen

Nadere informatie

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal PROJECTOPDRACHT Naam deelproject : VORMGEVING BRZO-RUD NOORD-NEDERLAND (LAT-RB) Opdrachtgever : Dick Bresser, namens de noordelijke regisseurs RUD Projectleider : Jan Smittenberg Organisatie : Provincie

Nadere informatie

t e rs 1 ag Investment Committee (IC) ministerie van Financiën

t e rs 1 ag Investment Committee (IC) ministerie van Financiën t Ministerie van Financiën Directie financieel- Economische Zaken Inlichtingen 1 IC 2016-014 1 Datum 16 december 2015 t e rs 1 ag Investment Committee (IC) ministerie van Financiën Auteur Vergaderdatum

Nadere informatie

Zeeland in stroomversnelling. Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht

Zeeland in stroomversnelling. Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht Zeeland in stroomversnelling Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht Wat is er gebeurd sinds 2 juni? Het advies van de Commissie Balkenende

Nadere informatie

Regio Noordoost-Brabant. Doorgroei Governance

Regio Noordoost-Brabant. Doorgroei Governance Regio Noordoost-Brabant Doorgroei Governance Aanleiding 1. Verhouding Bestuurlijke Regiegroep Strategisch Beraad: Wie besluit over wat? 2. Behoefte aan meer daadkracht/slagvaardigheid, ook t.b.v. (co-)financiering

Nadere informatie

PROFIELSCHETS VOORZITTER RAAD VAN TOEZICHT

PROFIELSCHETS VOORZITTER RAAD VAN TOEZICHT PROFIELSCHETS VOORZITTER RAAD VAN TOEZICHT 1. Beschrijving van de aard en de omvang van de stichting Bij de bepaling van de omvang en samenstelling van de Raad van Toezicht wordt rekening gehouden met

Nadere informatie

Koppel notitie subsidie en accommodatiebeleid

Koppel notitie subsidie en accommodatiebeleid Koppel notitie subsidie en accommodatiebeleid Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Doelen ontwikkelen subsidie- en accommodatiebeleid... 3 1.3 Transitie van oud beleid naar nieuw beleid... 3

Nadere informatie

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Bijlage 5 bij Raadsvoorstel Regionale Agenda dd 16 mei 2011 Bestuursovereenkomst Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Vastgesteld door de Stuurgroep Regiovisie Bergen, Gennep, Mook en Middelaar op

Nadere informatie

Eerder en Dichtbij. Projectplan

Eerder en Dichtbij. Projectplan Eerder en Dichtbij Projectplan Bussum, augustus september 2012 1. Inleiding De pilot Eerder en Dichtbij is een verlening van de eerste pilot Meer preventie minder zorg. Het doel van de pilot was oorspronkelijk

Nadere informatie

Samenwerking in de waterketen Het landelijk kernteam samenwaw. Ruud van Esch

Samenwerking in de waterketen Het landelijk kernteam samenwaw. Ruud van Esch Samenwerking in de waterketen Het landelijk kernteam samenwaw Ruud van Esch Lid kernteam samenwerking waterketen namens UvW Beleidsadviseur waterketen en circulaire economie Inhoud presentatie Bestuursakkoord

Nadere informatie

PROJECTORGANISATIE EN OVERLEGSTRUCTUUR

PROJECTORGANISATIE EN OVERLEGSTRUCTUUR BIJLAGE 3: PROJECTORGANISATIE EN OVERLEGSTRUCTUUR 1. Organisatiemodel Partijen en de publiekrechtelijke rechtspersoon Stadsregio Parkstad Limburg (gevestigd te 6412 CN Heerlen aan de Kloosterweg 1, Carbon

Nadere informatie

Deltaprogramma Bijlage G. Stand van zaken adviezen deltacommissaris DP2011 en DP2012

Deltaprogramma Bijlage G. Stand van zaken adviezen deltacommissaris DP2011 en DP2012 Deltaprogramma 2013 Bijlage G Stand van zaken adviezen deltacommissaris DP2011 en DP2012 2 Deltaprogramma 2013 Bijlage G Bijlage G Stand van zaken adviezen deltacommissaris DP2011 en DP2012 Deltaprogramma

Nadere informatie

Functieprofiel Voorzitter Transport en Logistiek Nederland

Functieprofiel Voorzitter Transport en Logistiek Nederland Functieprofiel Voorzitter Transport en Logistiek Nederland Transport en Logistiek Nederland Voorzitter Transport en Logistiek Nederland (TLN) is dé ondernemersorganisatie voor de sector transport en logistiek.

Nadere informatie

Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen

Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen NOTITIE Uitwerking Toekomstvisie Beschermd Wonen Auteur(s) : Anne Derksen i.s.m. werkgroep Datum : 18 mei 2016 Versie : Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen Uitgangspunt:

Nadere informatie