BNP PARIBAS FORTIS FILM FINANCE NV NAAMLOZE VENNOOTSCHAP

Transcriptie

1 EERSTE BIJLAGE VAN 9 JANUARI 2018 BIJ HET PROSPECTUS VAN 16 MEI 2017 BNP PARIBAS FORTIS FILM FINANCE NV NAAMLOZE VENNOOTSCHAP OPENBARE AANBIEDING TOT INSCHRIJVING OP EEN FINANCIEEL PRODUCT DAT EEN INVESTERING IMPLICEERT IN EEN OF MEER PROJECTEN (AUDIOVISUELE WERKEN OF PODIUMKUNSTEN) IN HET KADER VAN DE BELGISCHE TAXSHELTERWETGEVING Deze eerste bijlage (de 'Bijlage') van 9 januari 2018 is een bijlage bij het prospectus van 16 mei 2017 (het 'Prospectus') dat door BNP Paribas Fortis Film Finance, een naamloze vennootschap naar Belgisch recht met maatschappelijke zetel te 1000 Brussel, Warandeberg 3 (België), ingeschreven in het rechtspersonenregister te Brussel onder het ondernemingsnummer (de 'Emittent'), werd opgesteld met betrekking tot de openbare aanbieding tot inschrijving op een financieel product dat een investering impliceert in een of meer projecten (audiovisuele werken of podiumkunsten) in het kader van de taxshelterwetgeving. De Bijlage is een bijlage bij het prospectus in de zin van artikel 53 van de Belgische wet van 16 juni 2006 op de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, zoals van tijd tot tijd gewijzigd (de 'Prospectuswetgeving'). Tenzij anderzijds kan worden afgeleid uit de context, hebben in deze Bijlage gedefinieerde begrippen de betekenis die eraan wordt gegeven in het Prospectus of in elk ander document waarnaar het Prospectus verwijst. De Franse versie van deze Bijlage werd goedgekeurd door de FSMA in haar hoedanigheid van in België bevoegde autoriteit krachtens artikel 53 van de Prospectuswet. De volledige Bijlage werd vertaald naar het Nederlands. In geval van verschillen tussen de Nederlandse en de Franse versie van deze Bijlage, heeft de Franse versie voorrang. De Emittent is verantwoordelijk voor de coherentie tussen de Nederlandse en Franse versie van deze Bijlage. De Emittent is tevens verantwoordelijk voor de informatie in deze Bijlage. De Emittent bevestigt dat de informatie in deze Bijlage bij zijn weten overeenstemt met de werkelijkheid en dat er geen gegevens zijn weggelaten die de draagwijdte ervan zouden kunnen veranderen. Tenzij anders vermeld in deze Bijlage is er sinds de publicatie geen belangrijke nieuwe factor, materiële fout of onjuistheid vastgesteld in de informatie die in het Prospectus vermeld is. Voor zover er verschillen zijn tussen (a) een verklaring in deze Bijlage en (b) een verklaring in, of door verwijzing opgenomen in, het Prospectus heeft de verklaring in (a) voorrang. De Bijlage en het Prospectus zijn kosteloos te verkrijgen in de maatschappelijke zetel van BNP Paribas Fortis Film Finance nv, Warandeberg 3, 1000 Brussel en op de website De Bijlage en het Prospectus kunnen ook worden aangevraagd per via het adres filmfund@bnpparibasfortis.com. De Bijlage en het Prospectus zijn daarnaast ook beschikbaar op de website van de FSMA ( De Bijlage wijzigt het Prospectus om het in orde te brengen met de taxshelterwetgeving (artikel 194ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992), zoals onlangs gewijzigd. Naar aanleiding van de hervorming van de vennootschapswetgeving door de wet van 25 december 2017 houdende de hervorming van de vennootschapswetgeving (de 'wet houdende de hervorming van de vennootschapswetgeving') zijn de in deze Bijlage vermelde wijzigingen van toepassing op vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari Als gevolg van die hervorming is de gewone aanslagvoet van de vennootschapsbelasting verminderd van 33,99% (33% en 3% crisisbelasting) naar 29,58% (29% en 2% crisisbelasting). Vennootschappen waarvan het huidige boekjaar aanvangt vóór 1 januari 2018 blijven tot het einde van dat EUI v6

2 boekjaar onderworpen aan de vorige bepalingen van artikel 194ter van het WIB. In die zin ondervinden de Raamovereenkomsten ondertekend vóór de vankrachtwording van de wet houdende de hervorming van de vennootschapsbelasting geen gevolgen van deze Bijlage. Voor vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018 zal de Investering in het kader van het Belgische taxshelterstelsel, dat recht gaf op een belastingvrijstelling van maximaal 310% van het Investeringsbedrag, vanaf dat boekjaar recht geven op een belastingvrijstelling gelijk aan maximaal 356% van het Investeringsbedrag. Het bedrag dat aftrekbaar is van de belastbare grondslag van de Investeerder, dat maximaal 150% van de verwachte fiscale waarde van het fiscale Attest bedroeg, is beperkt tot 172% van de verwachte fiscale waarde van het fiscale Attest. De Investeerder van wie het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018 kan dus vanaf dat boekjaar, met inachtneming van de voorwaarden van artikel 194ter van het WIB, zoals gewijzigd door de wet houdende de hervorming van de vennootschapsbelasting, maximaal 356% van de Investering in mindering brengen op de belastbare winst van de aanslagperiode tijdens dewelke de Raamovereenkomst werd gesloten, wat een belastingvoordeel kan opleveren van 105,37% (356% x 29,58%). Het belastingvoordeel kan hoger of lager zijn en zelfs negatief uitvallen (theoretisch tot -22,00% indien de Investeerder belast wordt tegen het verlaagde tarief van 20,40%) indien de Investeerder tegen een ander tarief dan 29,58% wordt belast (zie sectie 2 hierna). Als gevolg van die wetswijzigingen worden de onderstaande wijzigingen aangebracht voor elke Investeerder waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018, en dat vanaf dat boekjaar. Voor die vennootschappen worden de wijzigingen beschouwd als volledig uit het Prospectus te zijn gehaald en te zijn vervangen door de bijgewerkte versie vermeld in deze Bijlage. De datum van de Bijlage is 9 januari

3 1. ALGEMENE WIJZIGINGEN Voor vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018 worden alle hierna vermelde verwijzingen vanaf dat boekjaar als volgt aangepast in het Prospectus: a) elke verwijzing naar 310 of 310% wanneer er sprake is van (het percentage van) de aftrek van de daadwerkelijk door de Investeerder gestorte bedragen (d.w.z. de Investering) moet worden opgevat als 356 of 356%; b) elke verwijzing naar 150 of 150% wanneer er sprake is van (het percentage van) de verwachte fiscale waarde van het fiscale Attest moet worden opgevat als 172 of 172%; c) elke verwijzing naar 105,37 of 105,37% wanneer er sprake is van (het percentage van) het potentiële belastingvoordeel dat gekoppeld is aan de Investering moet worden opgevat als 105,30 of 105,30%; d) elke verwijzing naar 5,37 of 5,37% wanneer er sprake is van (het percentage van) de totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon van de Investering (d.w.z. het potentiële belastingvoordeel bovenop het aan de producent gestorte bedrag) moet worden opgevat als 5,30 of 5,30%; e) elke verwijzing naar 33,99% wanneer er sprake is van de gewone aanslagvoet voor de vennootschapsbelasting moet worden opgevat als 29,58%; en f) elke verwijzing naar 206,67% wanneer er sprake is van de waarde van het fiscale Attest dat aan de Investeerder moet worden bezorgd (als een percentage van zijn storting) moet worden opgevat als 206,98%. Voor vennootschappen waarvan het huidige boekjaar aanvangt vóór 1 januari 2018 blijven de verwijzingen vermeld in de punten a) tot f) van het Prospectus ongewijzigd voor dat boekjaar. 2. WAARSCHUWING In de tabel 'Waarschuwing' op pagina 1 van het Prospectus wordt het derde punt als volgt gewijzigd: Deze Aaanbieding is gericht tot rechtspersonen die aanspraak kunnen maken op een vrijstelling van de belastbare winsten overeenkomstig artikel 194ter en volgende van het WIB en die in België onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting of de belasting van niet-ingezetenen (vennootschappen) tegen een aanslagvoet van 33,99% of, vanaf het boekjaar dat aanvangt op of na 1 januari 2018, tegen een aanslagvoet van 29,58%. De totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon van de Investering (zoals hieronder gedefinieerd) van een Investeerder kan echter hoger, maar ook beduidend lager zijn dan uiteengezet in dit Prospectus of zelfs negatief uitvallen (theoretisch tot -22,00% als de Investeerder tegen het verlaagde tarief van 20% wordt belast). De winsten schommelen naargelang de datum en de looptijd van de Investering in het financiële Product. -3-

4 3. TABELLEN DIE DE TOTALE OPBRENGST OVER DE VOLLEDIGE INVESTERINGSHORIZON VAN DE INVESTERING WEERGEVEN Voor vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018 worden de tabellen in deel 2, sectie 5 (Totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon van de Investering) op pagina 13 van het Prospectus en in deel 9, sectie 5 (Praktisch verloop van de Investering) op pagina 51 van het Prospectus als volgt gewijzigd vanaf dat boekjaar: Schijf Aanslagvoet (met crisisbelasting) Opbrengst gerealiseerd dankzij de voorlopige vrijstelling (*) Theoretische nettovergoeding (**) Totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon Van 0 tot ,40% -27,38% 5,37% -22,00% Vanaf ,58% 5,30% 4,75% 10,06% (*) Als de volledige belastingbesparing in die belastingschijf valt, wat misschien niet het geval is als de belastingaftrek de Investeerder van belastingschijf doet veranderen. (**) Hier berekend op basis van een periode van achttien maanden en een brutobasisrente van 4,5%, waarbij dus nog de marge op basis van de gemiddelde eenjaars EURIBOR-rente komt. De in deze tabel aangekondigde totale Opbrengst is dus een theoretisch minimum (behalve bij negatieve EURIBOR). Voor vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt vóór 1 januari 2018 blijven de tabellen in deel 2, sectie 5 (Totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon van de Investering) op pagina 13 van het Prospectus en in deel 9, sectie 5 (Praktisch verloop van de investering) op pagina 51 van het Prospectus ongewijzigd voor de rest van dat boekjaar. 4. CIJFERVOORBEELD Voor vennootschappen waarvan het boekjaar aanvangt op of na 1 januari 2018 wordt het cijfervoorbeeld in deel 9, sectie (Cijfervoorbeeld) op pagina 48 van het Prospectus vanaf dat boekjaar als volgt gewijzigd: Zonder taxshelter Met taxshelter Aanslagvoet 29,58% 29,58% Investering EUR Vermindering (356%) EUR Belastbare winst EUR EUR Te betalen belastingen EUR EUR Belastingvoordeel EUR Fiscaal 'Rendement' (Belastingvoordeel min Investering) EUR Vergoeding (netto, na vennootschapsbelasting)* EUR -4-

5 Totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon (euro) (fiscaal Rendement plus vergoeding)** Totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon (%)** EUR - 9,87% (*) De nettovergoeding wordt berekend op basis van een jaarlijkse brutorente van 4,3262%, van toepassing op elke gedane storting tot 30 juni (**) De totale Opbrengst over de volledige Investeringshorizon van de Investering is een nettobedrag. Het bedrag van de hierboven vermelde vergoeding (die overeenstemt met het gemiddelde van de twaalfmaands EURIBOR van de laatste dag van elke maand van het halfjaar dat voorafgaat aan de betaling) is enkel geldig voor de periode van 1 januari 2018 tot 30 juni 2018 en is vervolgens onderhevig aan wijzigingen (zie deel 9, sectie (Vergoeding) van het Prospectus). Voor vennootschappen waarvan het huidige boekjaar aanvangt vóór 1 januari 2018 blijft het cijfervoorbeeld in deel 9, sectie (Cijfervoorbeeld) op pagina 48 van het Prospectus ongewijzigd voor dat boekjaar. -5-