D.2.1.1 PEDAGOGISCH BELEID BUITENSCHOOLSE OPVANG

Vergelijkbare documenten
Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne

Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde

De vier pedagogische opvoedingsdoelen die in de Wet kinderopvang genoemd worden, zijn uitgangspunt bij het opstellen van dit pedagogisch beleidsplan.

het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie het

Pedagogisch beleid. Buitenschoolse opvang. De Groene Weide

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang Joppe Marije baak

Februari Pedagogisch beleid BSO de Acrobaat

Pedagogisch beleidsplan. Inleiding. BSO Vrij Spel

Pedagogisch beleidsplan. Beleidsplannen BSO

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan evt. de voic worden ingesproken)

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan evt. de voic worden ingesproken)

Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleid Kinderdagverblijf de Harlekijn

Pedagogisch Beleidsplan BSO Handj in Handj

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN

Wenbeleid Voor de kinderopvang van KieKeBoe

Algemeen Om tegemoet te komen aan de vraag van ouders vervullen wij op twee locaties ook een BSO functie.

PEDAGOGISCH WERKPLAN. Thea en Priscilla Pompert Boterzwin WH Julianadorp

Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Doel Doelstelling Doelgroep

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN

Ouderbeleid van BSO De Bosuil

Pedagogisch beleidsplan BSO Melodie

Visie (Pedagogisch werkplan)

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan het antwoordapparaat worden ingesproken)

Pedagogisch werkplan BSO Uniek

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan evt. de voic worden ingesproken)

Stichting Kinderopvang Alkmaar. Protocol Tussenschoolse opvang

Pedagogisch plan Bengels kinderopvang

Kinderopvang 0-4 en peuteropvang

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan het antwoordapparaat worden ingesproken)

Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Mathil Rouveen

1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving

Kwaliteit & pedagogiek

Tel: (bij afwezigheid van de pedagogisch medewerkers kan het antwoordapparaat worden ingesproken)

Tussenschoolse opvang de Kyckert werkplan

Inhoudsopgave pedagogisch werkplan

Pedagogische werkwijze BSO De Capelle, februari 2019 Renate Piet, locatiemanager

PEDAGOGISCH BELEID ONS HUIS pagina 1 van 6

Kinderopvang Het Kinderpaleis is een particuliere organisatie. In dit boekje willen we u informeren over onze Kinderopvang.

Pedagogisch werkplan van BSO de Strandjutter

Pedagogisch Beleidsplan BSO Handj in Handj

Pedagogisch werkplan BSO de Driesprong Zichthof 10, 1445 HC Purmerend Operationeel manager Cobie Westmaas

Buitenschoolse opvang Kardoen. Oude Kerkstraat 2A 3572 TJ Utrecht

werkplan buitenschoolse opvang

Pedagogisch beleid BSO de Acrobaat

Ruimte om te groeien. Pedagogisch werkplan. Buitenschoolse Opvang. (Groen van Prinsterer) Ingangsdatum: April Pagina 1 van 7

Werkplan. BSO de Ploeg

gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie de kans om zich waarden en normen eigen te maken

Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid

Informatieboekje. kinderopvang de bolderkids schoolstraat bs annen. Inhoudsopgave

Ouderfolder Buitenschoolse opvang

Kennismaking op de Buitenschoolse Opvang (BSO) Kennismaking op de Buitenschoolse Opvang. Kindercentra De Roef

Pedagogische werkwijze BSO De Hoek, versie januari 2018 Vera Snelle, locatiemanager

Pedagogisch plan van aanpak Voor-en BuitenSchoolse Opvang. Samen op reis worden we Wereldwijs Respect

Vestigingsbijlage bij het Algemeen Pedagogisch Beleid Buitenschoolse opvang Aspelin Vleutenseweg HX Utrecht

Pedagogisch Werkplan gastouder

Pedagogisch Beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan BSO COMMUNITYKIDS

Pedagogisch beleid Kinderopvang Haarlem Spelend Groeien

Buitenschoolse opvang BSO Kikkersloot. Louis Couperrusstraat CX Utrecht

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke

Buitenschoolse opvang Biliton. Bilitonkade TH Utrecht

PEDAGOGISCH BELEID PIPELOI pagina 1 van 6

Inhoudsopgave pedagogisch werkplan

Pedagogisch werkplan Kinderopvang De Cirkel BSO PH

Pedagogisch werkplan. BSO Op Weg Oktober 2013

Coole Kikkers Buitenschoolse opvang

Kinderopvang Het Kinderpaleis is een particuliere organisatie. In dit boekje willen we u informeren over onze Kinderopvang.

Stoer & Robuust. Locatie: Stoer & Robuust Adres: Veurselaan 15,2272 AP Voorburg LRK nummer: KVK nummer:

werkplan buitenschoolse opvang met centrale vakantieopvang

Pedagogisch Beleid. Nanny Association

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogische werkwijze op locatie BSO Baloe Weremere, Kameelstraat 24,1531 EK Wormer juni Locatie: BSO Baloe Weremere

Pedagogische werkwijze BSO De Wilgenboom, versie december 2015 Vera Snelle, locatiemanager

Pedagogisch Beleidsplan BSO Handj in Handj

Pedagogisch plan van aanpak Kinderdagverblijf. Samen op reis worden we Wereldwijs Respect

Pedagogisch werkplan Kinderopvang De Cirkel KDV Den Ham Zuidmaten

Pedagogisch werkplan BSO de Achthoek Hoefsmidhof 2, 1445 RA Purmerend Operationeel manager Cobie Westmaas

Pedagogisch werkplan BSO de Klimroos Karekietpark HV Purmerend Operationeel manager: Nick Entius

Werkplan. Buitenschoolse opvang De Driehoek.

werkplan kinderdagverblijf

Pedagogisch beleidsplan. Versie 2.0 Concept

Pedagogisch werkplan peuteropvang Morgenster

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang

Buitenschoolse opvang Kikkersloot. Louis Couperrusstraat CX Utrecht

PEDAGOGISCH BELEID BSO

Inspectierapport Kinderopvang ROMI (BSO) van Asch van Wijcklaan AG Oldebroek Registratienummer

Observeerbare Termen. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid 2

Pedagogisch werkplan. peuteropvang Morgenster. Pedagogisch werkplan de Morgenster 2018

Pedagogisch beleids- en werkplan overblijf Maerten van den Velde Versiedatum:

Tarievenkrant Stichting Kinderopvang Barendrecht. Samen op ontdekkingsreis. Inhoud. Betaalbare kwaliteit

Pedagogisch beleidsplan

Vestigingsbijlage bij het Algemeen Pedagogisch Beleid. Buitenschoolse opvang Ay. Eifel HH Utrecht

Bijlage bij Pedagogisch beleidsplan 0-4 en 4-12 jaar

Tarieven de Kinderkei 2015 Kinderopvang. (Alle genoemde prijzen zijn brutobedragen, hier gaat de kinderopvangtoeslag nog van af)

Kinderdagverblijf en Buitenschoolse opvang Kidscasa Kinderopvang

Betrokken, flexibel én betaalbaar

Ruimte om te groeien. Oranje Nassau Pedagogisch werkplan. Buitenschoolse Opvang. Ingangsdatum: April 2016.

Locatie t Snippertje Nieuwe Niedorp

Transcriptie:

D.2.1.1 PEDAGOGISCH BELEID BUITENSCHOOLSE OPVANG 1. Inleiding Met het pedagogisch beleid Buitenschoolse Opvang (BSO) willen wij richting geven aan het handelen van de pedagogisch medewerksters in het belang van het welbevinden van het kind dat een van de vestigingen voor Buitenschoolse Opvang bezoekt. Het pedagogische beleidsplan is opgesteld om de volgende redenen: het is een leidraad voor de pedagogische medewerksters en biedt houvast bij hun dagelijkse omgang met de kinderen. Het pedagogisch beleid is uitgewerkt in het Pedagogisch Werkplan voor pedagogisch medewerkers. Zonodig kunnen medewerkers worden aangesproken op hun handelen. Het informeert ouders van kinderen die de BSO (gaan) bezoeken over onze werkwijze en de omgang met de kinderen. Andere betrokkenen (bijvoorbeeld gemeente, GGD) kunnen inzicht krijgen in onze pedagogische werkwijze. Wij gaan ervan uit dat ieder kind de drang in zich heeft om zich, in eigen tempo, te ontwikkelen. Elk kind is uniek door zijn eigen aanleg en temperament. Een veilige en stimulerende omgeving is een voorwaarde voor een gezonde en goede ontwikkeling van het kind. De inbreng van zowel het kind als de pedagogisch medewerkers staan hierbij centraal. Ons uitgangspunt bij het opvoeden is dat wij werken vanuit de basis van gelijkwaardigheid, veiligheid en wederzijds respect. Hierin besloten ligt de taak van de pedagogische medewerksters kinderen te stimuleren bij het ontdekken en ontwikkelen van hun mogelijkheden. Het pedagogisch beleidsplan is opgesteld voor alle vestigingen BSO van de Stichting Kinderopvang Harenkarspel (BSO Villa Kakelbont in Warmenhuizen en BSO de Jungle in Tuitjenhorn). In dit Pedagogisch beleidsplan BSO beschrijven we: Hoe we werken aan de vier pedagogische basisdoelen Emotionele veiligheid, Persoonlijke competentie, Sociale competentie en Waarden en normen De groepsopbouw en inzet van pedagogische medewerkers Het wenbeleid Extra plaatsen en ruilen van opvangdagen Hoe we omgaan met ouders Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 1 van 8

2. Vier pedagogische basisdoelen De Stichting Kinderopvang Harenkarspel wil kwalitatieve goede en verantwoorde kinderopvang bieden: kinderopvang die bijdraagt aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige omgeving (Wet kinderopvang, 2005). De vier pedagogische opvoedingsdoelen die in de Wet kinderopvang genoemd worden, zijn uitgangspunt bij het opstellen van dit pedagogisch beleidsplan. Deze vier pedagogische basisdoelen zijn: het aanbieden aan kinderen van een gevoel van emotionele- veiligheid het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie het bieden van de kans om zich waarden en normen eigen te maken A. Emotionele veiligheid Wij zorgen ervoor dat het kind zich emotioneel veilig kan voelen. In het dagelijkse taalgebruik zeggen we dan dat het kind het naar zijn zin heeft, lekker in zijn vel zit. Dit zorgt er niet alleen voor dat het kind zich prettig voelt, het is ook een voorwaarde voor het kind om zich verder te kunnen ontwikkelen. Uitgelicht: Het is een gezellige woensdagmiddag de op BSO. De kinderen hebben gezellig aan tafel gegeten, daarna lekker buiten gespeeld, maar nu zijn de meeste kinderen weer binnen. Sem en Thijs (8 jaar) willen graag even op de computer spelen. Dit mag. De pedagogisch medewerker houdt hierbij in de gaten hoe lang de kinderen al achter de computer zitten, en wie de volgende is die aan de beurt is. Max komt even gezellig bij de pedagogisch medewerkers aan tafel zitten, en vertelt over zijn vakantie. Dit doen we o.a. op de volgende manieren: We vinden het belangrijk dat er op de BSO een ongedwongen, vrije sfeer is. Kinderen mogen daarom zelf invulling geven aan wat ze willen doen, met wie. Er zijn verschillende hoekjes ingericht waar de kinderen zich even kunnen terugtrekken (alleen of met een klein groepje kinderen). Kinderen kunnen er zelf voor kiezen of ze in of juist uit het zicht van de pedagogisch medewerkers gaan spelen. Door dit zelf te kunnen bepalen, ontstaat er een veilig gevoel. Toch is niet alles helemaal vrijblijvend. Er is een zekere mate van structuur (regels, regelmaat en gewoontes), omdat dit de kinderen duidelijkheid biedt. Het kind weet waar het aan toe is en wat hem te wachten staat. Het herkenbare, terugkerende geeft een gevoel van veiligheid en vertrouwen en bij jonge kinderen een tijdsgevoel waardoor de dag overzichtelijk wordt. Om een relatie op te kunnen bouwen tussen een kind en een pedagogisch medewerker is het belangrijk dat er regelmatig onderling contact is. Dit begint bij de kennismaking (wennen) van het kind met de groep en de pedagogisch medewerkers voordat het kind daadwerkelijk op de opvang komt. We gaan serieus om met de emoties van kinderen. Hierdoor leren we het kind beter kennen en het geeft het kind een gevoel van veiligheid. Het kind wordt geaccepteerd in het uiten van zijn blijheid, geluk, angst, boosheid, tevredenheid (enz) en leert met die emoties om te gaan. Wij willen het kind leren zijn emoties te uiten zonder anderen te kwetsen of pijn te doen. Het contact met de ouders / verzorgers van het kind is erg belangrijk. Op die manier leer je het kind kennen zoals het thuis is en kun je met het kind over de thuissituatie praten. Het geeft het kind een veilig gevoel dat je zijn ouders / verzorgers kent. Omdat bij de BSO meestal alleen sprake is van (vaak korte) haalcontacten (met uitzondering van de schoolvakanties), wordt jaarlijks de Soepavond georganiseerd: tijdens de dag bereiden de kinderen samen met de pedagogisch medewerkers een soepmaaltijd voor. Ouders, broertjes en zusjes mogen aan Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 2 van 8

het eind van de dag komen eten, en kunnen dan wat uitgebreider met de pedagogisch medewerkers en de andere ouders praten. Naast een gezellig samenzijn, is er die avond nog ruimte voor de kinderen om te spelen, zodat ouders een beter beeld krijgen van wat het kind allemaal kan doen op de BSO. De pedagogisch medewerkers houden in de gaten of alle kinderen zich veilig kunnen voelen, zonder last te hebben van andere kinderen. Als een kind iets aan het vertellen is in de groep, krijgt het hiervoor ook de ruimte, en zorgen de pedagogisch medewerkers ervoor dat het kind niet gestoord wordt in zijn verhaal. B. Persoonlijke competentie Het is belangrijk dat kinderen de mogelijkheid krijgen persoonlijkheidskenmerken als zelfstandigheid, zelfredzaamheid, zelfvertrouwen, flexibiliteit en creativiteit te ontwikkelen. Dit stelt hen namelijk in staat allerlei typen problemen adequaat aan te pakken, en zich goed aan te passen aan veranderende omstandigheden. In principe gebeurt het ontwikkelen van de persoonlijke competentie vanuit het kind zelf, door spel en door het ontdekken van de wereld om hem heen. We vinden het belangrijk kinderen te stimuleren dingen zelf te doen om ze op die manier te laten ervaren dat ze veel dingen al zelf kunnen. Dit geeft het kind zelfvertrouwen en kan een kans zijn tot verdere ontwikkeling. Uitgelicht: Femke en Jasmijn (7 en 8 jaar) willen graag knutselen. Omdat het vakantie is, wordt er gewerkt aan een thema, dit keer Jungle / oerwoud. De pedagogisch medewerkers hebben wel een aantal bijpassende knutselideeën hierover in hun hoofd, maar vragen eerst aan de kinderen wat ze zouden willen maken. Femke wil graag een aap knutselen, en de pedagogisch medewerker helpt haar een beetje op weg. Jasmijn heeft echter heel andere plannen. Zij wil graag een dagboekje maken, iets wat helemaal niet met het thema te maken heeft. Toch is het prima, de eigen inbreng van de kinderen wordt gestimuleerd. Jasmijn weet prima waar ze de spullen kan vinden die ze nodig heeft, en gaat lekker zelf aan de slag. Dit doen we o.a. op de volgende manieren: We laten de kinderen zoveel mogelijk doen wat ze al zelf kunnen. De pedagogisch medewerker probeert zoveel mogelijk hiervan op de hoogte te zijn van wat een kind al kan, en waar eventueel nog hulp geboden is. Denk hierbij aan dagelijkse handelingen zoals het strikken van schoenveters, het dichtritsen van de jas, maar ook het leren fietsen of bouwen met constructiemateriaal. Door het kind te stimuleren, aan te moedigen, samen naar oplossingen te zoeken en te complimenteren wanneer het goed gaat proberen we het kind te helpen. Dit stimuleert het zelfvertrouwen en de zelfredzaamheid van hete kind. Ook bij onderlinge ruzies grijpen wij niet direct in: we vinden het belangrijk niet direct met een oplossing te komen, maar eerst te kijken of de kinderen er samen uit komen. Uiteraard houden we wel in de gaten wanneer kinderen er zelf niet uitkomen, en bieden we dan hulp. Ook de ruimte is zodanig ingericht dat kinderen zelf kunnen doen wat ze willen, en zelf het spel- of knutselmateriaal kunnen pakken wat ze willen. We laten de kinderen zoveel mogelijk zelf verzinnen op welke manier een spel gespeeld moet worden, of wat en hoe er geknutseld wordt. We laten de kinderen zelf kiezen welke activiteit ze willen doen, en bieden daarbij nieuwe mogelijkheden en materialen aan. Als kinderen niet weten wat ze moeten doen / zich vervelen kunnen we ze kort een paar activiteiten voorstellen. Als ze hier geen zin in hebben, mogen ze zich even gaan vervelen : dit stimuleert de kinderen zelf een oplossing te bedenken voor hun probleem, en daarmee dus de creativiteit. Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 3 van 8

Er is voldoende spelmateriaal aanwezig dat de persoonlijke competentie van kinderen stimuleert. Zo zijn er verschillende spelletjes waarbij kinderen oefenen in tactisch spel, kennis van cijfers, algemene kennis, motoriek en geduld. Door het spelen van spelletjes leren de kinderen (naast sociale vaardigheden) bovendien incasseren / verliezen. C. Sociale competentie Het omgaan met andere leeftijdsgenootjes is een belangrijke manier om sociale competenties te ontwikkelen. Hieronder verstaan we o.a. zich in een ander kunnen verplaatsen, kunnen communiceren, samenwerken, anderen helpen, conflicten voorkomen en oplossen, het ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. Dit geeft kinderen kansen zich te ontwikkelen als personen die goed functioneren in de samenleving. Uitgelicht: Daan, Lisa, Mees en Jochem (4 en 5 jaar) spelen in de huishoek. De een is aan het koken, de ander dekt de tafel en zo zijn ze lekker bezig. Dan komt Jochem op het idee om restaurantje te gaan spelen. Iedereen is enthousiast. Er worden speciale gerechtjes bedacht, Daan en Lisa gaan serveren, alleen: een menukaart opstellen gaat wat moeilijk als je nog niet kunt schrijven. De pedagogisch medewerker helpt ze een eindje op weg door te zeggen dat je de gerechten natuurlijk ook kunt tekenen, en dat zij dan wel de prijs erbij zal schrijven. Een half uurtje later wordt het restaurant officieel geopend, en zijn alle kinderen van harte welkom om een hapje te eten. Dit stimuleren we o.a. op de volgende manieren: In de dagelijkse omgang is het noodzakelijk kinderen te stimuleren samen te spelen, te delen, op elkaar te wachten en samen op te ruimen. We stimuleren de kinderen elkaar te helpen, bijvoorbeeld door hen samen een taak te geven (bijv. de vuilnisbak aan de weg te zetten). De oudere kinderen stimuleren we samen een activiteit te organiseren (bijvoorbeeld het bedenken van een speurtocht, hindernisbaan). We geven kinderen complimenten als ze zich prettig gedragen. Dit is een goede stimulerende beloning. Om alles zo goed mogelijk te laten verlopen zijn er verschillende regels, welke zoveel mogelijk met en door de kinderen gemaakt zijn. Wanneer een kind zich niet aan de regels houdt kunnen de pedagogisch medewerkers hierop inspelen en het betreffende kind aanspreken. Wanneer kinderen onderling ruzie hebben grijpen wij niet direct in. Als de kinderen er niet zelf uitkomen, dan zal de leidster een bemiddelende rol aannemen. Schelden, schreeuwen, vloeken, slaan e.d. worden niet getolereerd. Samen met de kinderen zoeken we naar een compromis waarbij we er naar streven hen uit te leggen wat wel en niet aanvaardbaar is, en hoe we in die situatie rekening kunnen houden met elkaar. Er is voldoende spelmateriaal aanwezig dat de sociale competentie van de kinderen stimuleert. Buitenspeelgoed als een voetbal, springtouw zorgt ervoor dat kinderen met elkaar gaan spelen. Binnen zijn er verschillende spelletjes die de kinderen samen kunnen doen. Deze spellen leren de kinderen op hun beurt te wachten, omgaan met winnen en verliezen. Ook zijn er verschillende hoeken ingericht, zoals een huis-/restaurant- / poppenhoek, een winkeltje. Kinderen spelen hier situaties na uit het echte leven, en leren hierdoor op een passende manier met elkaar omgaan. Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 4 van 8

D. Normen en waarden Kinderen moeten de kans krijgen om zich waarden en normen, de cultuur van de samenleving waarvan zij deel uitmaken, eigen te maken. Het is van belang dat kinderen leren om op een passende manier met andere kinderen en volwassenen om te gaan. De BSO wordt gezien als een aanvulling op de eigen gezinssituatie. Hier kan een kind in aanraking komen met andere aspecten en de diversiteit van onze samenleving. Het gedrag van andere volwassenen (en dus ook van de pedagogisch medewerkers) speelt een belangrijke rol bij de morele ontwikkeling van kinderen. Door hun reacties ervaren kinderen de grenzen van goed of slecht, van anders, van mogen en moeten. Uitgelicht: Florian (8) en Robert (9) zijn lekker samen aan het voetballen. Tom (6) wil ook graag meedoen, maar als hij probeert de bal te pakken krijgt hij een harde zet van Robert: nee, jij mag niet meedoen, ga maar wat anders doen! Jij kan niet voetballen!. En hij geeft Tom nog een extra duw. Als de pedagogisch medewerker dit opmerkt, grijpt ze in. We zijn van mening dat kinderen ruzies zoveel mogelijk zelf moeten oplossen, maar in deze situatie zijn de pedagogisch medewerkers heel duidelijk: pesten en schelden wordt niet getolereerd. Wij bieden de kinderen o.a. op de volgende manieren kans om zich waarden en normen eigen te maken: Een kind leert respect voor anderen en zijn omgeving te hebben als het zelf met respect behandeld wordt. Dit willen wij proberen te bereiken door ons te verplaatsen in het gedrag van het kind en door duidelijk met het kind te praten over zijn gedrag. We geven als pedagogisch medewerkers zoveel mogelijk het goede voorbeeld. Dit betekent dat de pedagogisch medewerkers ook met respect met elkaar omgaan, en met de kinderen. Hierbij hanteren we normaal taalgebruik, en houden we ons aan de regels die gezamenlijk afgesproken zijn. Van de kinderen verwachten we ook dat ze zich houden aan de (huis-)regels, en dat ze aardig tegen elkaar en de pedagogisch medewerkers doen (dus niet schelden, slaan, schoppen e.d.). Ook in het spel gelden bepaalde regels: als je samen ergens aan begint, maak je het samen af, samen opruimen als je samen gespeeld hebt. Naast respect voor anderen vinden wij het belangrijk dat kinderen leren omgaan met materialen en de omgeving (wereld) om ons heen. Van de kinderen wordt verwacht dat ze voorzichtig omgaan met het speelgoed van de BSO of van de andere kinderen, en dat ze met respect omgaan met knutselwerken van andere kinderen. Wij willen kinderen leren met zorg om te gaan met de natuur en het milieu, bijvoorbeeld door geen takken van de bomen te rukken en samen voor een schone, opgeruimde leefomgeving te zorgen. We vinden het belangrijk dat kinderen weten dat ze zuinig om moeten gaan met het milieu. Regelmatig wordt er gepraat over recyclen. 3. Groepsopbouw en inzet pedagogisch medewerkers Alle vestigingen BSO bieden buitenschoolse opvang voor kinderen in de basisschoolleeftijd (groep 1 tot en met groep 8). Er worden kinderen opgevangen van de scholen in Warmenhuizen en Tuitjenhorn, maar ook worden er kinderen van de omliggende dorpen (Stroet, Dirkshorn) opgevangen. Het is prettig voor de kinderen dat zij na schooltijd geen lange reistijd hebben om van school naar de BSO te komen, omdat de kinderen er dan al een hele schooldag op hebben zitten. Het is dan ook fijn dat al onze BSO s in de Brede scholen in Warmenhuizen en Tuitjenhorn zitten. Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 5 van 8

De groepsgrootte verschilt per dag per vestiging. Standaard wordt de Pedagogisch medewerker /kindratio (PKR) toegepast. Dit wil zeggen dat er één pedagogisch medewerker is per tien (aanwezige) kinderen in de basisgroep. Wanneer kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar in dezelfde basisgroep zitten, geldt een maximale groepsgrootte van twintig kinderen. Als de groep groter is dan twintig kinderen, worden de kinderen onderverdeeld in twee groepen: een groep jongste kinderen (4 tot 8 jaar), en een groep oudste kinderen (8 tot 12 jaar). De samenstelling van de groep én de pedagogisch medewerkers op deze basisgroepen staan vast zodat het voor ieder kind/ouder duidelijk is in welke groep hij/zij zit. Dit biedt veiligheid, en zorgt ervoor dat activiteiten beter kunnen worden afgestemd op de leeftijd van de kinderen. De kinderen worden opgevangen in een eigen groepsruimte (stamgroep) met vaste pedagogisch medewerkers. Soms kiezen we ervoor om verschillende stamgroepen samen te voegen. Hierdoor kunnen we de activiteiten beter aanpassen aan de behoeftes van de kinderen (bijv. indeling naar leeftijd), en ontstaan er voor de kinderen meer mogelijkheden om samen te spelen met andere kinderen. Ook kunnen we zo beter gebruik maken van de inzet van de pedagogisch medewerkers. Dit samenvoegen van groepen kan structureel zijn, bijvoorbeeld op een bepaalde vaste dag in de week, of incidenteel, bijvoorbeeld tijdens de schoolvakanties en op studiedagen. We kiezen hier dan voor als er sprake is van een lagere bezetting op de groepen. Als we groepen samenvoegen, gaan we altijd uit van de vastgestelde kwaliteitsregels uit de Wet Kinderopvang (we houden ons bijvoorbeeld aan de PKR en de maximale groepsgrootte), en we zorgen er voor dat er altijd een medewerker aanwezig is van beide vestigingen. Zo is er voor de kinderen altijd een vertrouwd gezicht op de groep. Bij samenvoegen zorgen wij ervoor dat alle gegevens (adresgegevens, telefoonnummer, allergieën e.d.) van de kinderen op de betreffende groep bekend zijn. Ouders worden ruim voor de vakantie geïnformeerd over de dagen waarop eventueel wordt samengevoegd. Omdat alle groepen op een vergelijkbare manier werken (met eenzelfde dagstructuur en werkwijze) waarborgen we zo de continuïteit voor de kinderen. Tijdens de schoolweken zijn de vaste pedagogisch medewerkers tot 18.30 uur aanwezig. Er wordt dan dus ook niet afgeweken van de Pedagogisch medewerker/kindratio. Indien er een invalkracht aanwezig is naast de vaste medewerkers, werkt deze tot 17.45 uur (op maandag, dinsdag of donderdag) of tot 17.00 uur (op woensdag en vrijdag), of langer als nodig is op basis van de Pedagogisch medewerker/kindratio. Wanneer er gewerkt wordt met 1 pedagogisch medewerker (als de groepsgrootte dit toelaat, dus bij 10 of minder kinderen), en bij eventuele calamiteiten (bijvoorbeeld wanneer een van de pedagogisch medewerkers met een kind naar de huisarts moet) geldt Kinderdagverblijf Snoopy als achterwacht : er kan te allen tijden telefonisch contact worden opgenomen met de vraag om assistentie (binnen 5 minuten aanwezig). Alle pedagogisch medewerkers hebben een relevante opleiding (minimaal MBO-niveau) en zijn in het bezit van een Verklaring omtrent Gedrag (VOG). Er kan een stagiaire (boventallig) aanwezig zijn. Er zijn pedagogisch medewerkers op invalbasis die de vaste pedagogisch medewerkers in geval van ziekte, vakantie of zwangerschap kunnen vervangen. De ruimtes van de BSO worden schoongemaakt door een vaste medewerker in dienst van de Stichting. Er wordt niet gewerkt met vrijwilligers binnen de Stichting Kinderopvang Harenkarspel. 4. Wenbeleid Nieuwe kinderen komen altijd eerst even kennismaken op de BSO. Ongeveer 2 weken van tevoren worden het kind en zijn / haar ouder(s) door de pedagogisch medewerkers van de BSO uitgenodigd om te komen kijken (kaart voor het kind, of een telefonische afspraak met de ouders). Belangrijk voor het kind is dat het weet hoe de ruimte van de BSO er uit ziet, en dat het in ieder geval een van de pedagogisch medewerkers heeft ontmoet. Ook voor de pedagogisch medewerkers is het belangrijk om even kennis te maken met het kind. Mocht het zo zijn dat het kind niet voldoende heeft aan een keer vooraf kijken, dan worden er met de ouders verdere afspraken gemaakt over het wennen van het kind. Voordat de opvang daadwerkelijk start, hebben de pedagogisch medewerkers een intakegesprek met de ouders van het kind. Dit gesprek vindt in principe plaats voordat de BSO opengaat s middags. De ouder kan hierna mee het kind uit school halen, en hierna nog even samen met het kind op de BSO blijven. Als het wennen plaatsvindt nadat het contract is ingegaan, geldt de Pedagogisch medewerker/kindratio. Als het kind komt wennen voor de ingangsdatum van het contract, kan dit voor maximaal twee keer boventallig (maximaal een dagdeel per keer). Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 6 van 8

5. Extra plaatsen en servicedagen Kinderen die reeds geplaatst zijn op de BSO kunnen incidenteel extra geplaatst worden, uiteraard in overleg met de pedagogisch medewerkers. Er wordt niet boventallig geplaatst, dit betekent dus dat er niet meer kinderen op een groep geplaatst worden dan toegestaan is voor het aantal pedagogisch medewerkers. Als er geen mogelijkheid is het kind op dezelfde groep extra te plaatsen, kan in overleg met de ouders bekeken worden of plaatsing op een andere groep voor die ene keer mogelijk is. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar de praktische uitvoering (bijv. vervoer naar de andere vestiging) maar ook naar de emotionele veiligheid van het kind (durft het kind het aan op een andere vestiging, kent het daar al iemand?). Als incidentele plaatsing op een andere vestiging mogelijk is, wordt dit schriftelijk met handtekening van de ouders- vastgelegd. De kosten verbonden aan de extra plaatsingen zijn op basis van de vastgestelde uurprijs. Een extra hele dag telt 11 uur, een extra halve dag telt 5,5 uur. Bij de aanvraag van deze extra plaatsing vragen we ouders om een handtekening ter bevestiging. Na afloop van ieder jaar ontvangen ouders van ons een jaaropgave, waarin ook de extra opvangdagen staan vermeld. De tegemoetkoming van de belastingdienst wordt tevens berekend over deze extra afgenomen dagen. Wanneer de school gesloten is op andere dan de officiële vrije dagen, is de BSO geopend mits er minimaal vier kinderen opgevangen worden. Indien ouders hier gebruik van willen maken, worden deze dagen extra berekend en op de maandelijkse factuur bijgeschreven. Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het opgeven van hun kind als zij gebruik willen maken van deze extra opvang, daar dit niet automatisch gebeurt door de school, de pedagogisch medewerkers of de coördinator. Via een formulier Opgave Extra Opvang kunt u uw kind(eren) opgeven voor extra opvang bij de BSO. U kunt dit formulier tot een week voor de gewenste datum inleveren. Uiterlijk 4 dagen van tevoren kunt u bij de pedagogisch medewerkers informeren of uw kind daadwerkelijk kan komen. Besluit u hierna af te zien van de opvang dan worden de kosten aan u doorberekend. Soms willen ouders structureel een dag extra opvang afnemen, terwijl de groepsgrootte dit voorlopig- niet toelaat. In overleg met de ouders kan dan besloten worden het kind voor dat extra dagdeel tijdelijk in een andere groep te plaatsen. Hiervoor is ook schriftelijke toestemming van ouders nodig. Het kind mag dan in maximaal een andere groep geplaatst worden. Zodra er plaats is in de oorspronkelijke basisgroep, wordt het kind overgeplaatst naar deze groep. Dit wordt in de plaatsingsovereenkomst vastgelegd. Als extra service bieden wij, dat het aantal contractdagen dat een ouder heeft afgesloten, gratis, binnen het kalenderjaar, opgenomen kan worden. Dit heet een servicedag. Het aantal contractdagen per week is het aantal service dagen, gebonden aan het product. Voorbeeld: een kind neemt 2 middagen tijdens schoolweken en 2 dagen tijdens vakantieweken af. De ouder kan twee middagen tijdens schoolweken en 2 dagen tijdens vakantieweken gratis afnemen. De inzet van service dagen is gebonden aan de volgende regels: - Een ouder kan het aantal service dagen binnen het betreffende kalenderjaar inzetten. - Een ouder kan geen service dagen inzetten als zijn/haar kind het kind is waardoor er een extra pedagogisch medewerker ingezet moet worden. - Een ouder kan alleen service dagen inzetten als er ruimte op de groep is. - De contracturen van een schoolweken dag kunnen alleen tijdens schoolweken ingezet worden. Die van een vakantiedag alleen tijdens vakantieweken. Die van de voorschoolse opvang alleen tijdens de voorschoolse opvanguren - Een ouder die alleen een contract voor de schoolweken heeft kan de service dagen niet tijdens een vakantieweek inzetten - Een ouder die alleen een vakantiecontract heeft kan de service dagen niet tijdens schoolweken inzetten - Een ouder kan geen service dagen inzetten voor een studiedag, Goede Vrijdag, de dag na Hemelvaartsdag en 5 mei (indien 5 mei niet in een vakantieweek valt). Op bovengenoemde dagen gaat de BSO alleen open bij een minimale inschrijving van 4 betalende kinderen. Om geen onderscheid te maken tussen betaalde en niet betaalde opvang is de inzet van service dagen niet mogelijk Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 7 van 8

- Over servicedagen kunt u geen tegemoetkoming bij de Belastingdienst aanvragen, omdat deze servicedagen niet gefactureerd worden. Doet u dit wel, dan zal de Belastingdienst dit geld het volgende jaar terugvorderen. 6. Ruilen van opvangdagen Ouders kunnen incidenteel onbeperkt van dagdeel ruilen, mits de ruil binnen twee weken plaatsvindt en de bezetting het toelaat. Er wordt niet boventallig geplaatst, dit betekent dus dat er niet meer kinderen op een groep geplaatst worden dan toegestaan is voor het aantal pedagogisch medewerkers. 7. Contact met ouders Wij vinden het erg belangrijk dat de pedagogisch medewerkers en de leidinggevende een goed contact met de ouders hebben. De basis hiervoor ligt al bij het intakegesprek, daarom zorgen we ook dat we hier de tijd voor nemen. Voor de pedagogisch medewerkers is het belangrijk te weten hoe het thuis gegaan is; zij kunnen daar op inspelen. Ook over belangrijke veranderingen in de thuissituatie (bijvoorbeeld een broertje of zusje op komst, verhuizing, overlijden van familielid, of echtscheiding) worden pedagogisch medewerkers graag op de hoogte gebracht, omdat dit vaak voor de kinderen ingrijpende gebeurtenissen zijn. Voor ouders is het belangrijk om te weten hoe de dag van hun kind verlopen is. De pedagogisch medewerkers proberen hier aan het einde van de dag voldoende tijd voor te maken. Informatie kan tijdens de schoolweken uitgewisseld worden wanneer ouders hun kind komen halen. In de schoolvakanties zijn er zowel breng- als haalmomenten. Tijdens het intakegesprek worden ouders erop gewezen dat zij samen met de pedagogisch medewerkers een oudergesprek kunnen houden. Dit gebeurt geheel op vrijwillige basis. Veel ouders hebben hier namelijk geen behoefte aan, aangezien het functioneren van het kind al uitgebreid op school wordt besproken. Indien het functioneren van een kind problemen oplevert voor de opvang van een kind, kunnen de pedagogisch medewerkers een afspraak maken met de ouders voor een kindbespreking. Eenmaal per jaar wordt er een ouderavond (soepavond) gehouden voor alle ouders en kinderen die de buitenschoolse opvang bezoeken. Doel van deze avond is gezellig samenzijn, en aan ouders te laten zien wat de kinderen zoal doen tijdens de dagen dat ze op de BSO zijn. Oudercommissie De taak van de oudercommissie is het behartigen van de belangen van de ouders. Minimaal vijf ouders van kinderen die op het KDV of de BSO geplaatst zijn, maken deel uit van de oudercommissie. De oudercommissie: - denkt mee over het pedagogisch beleid van het KDV en de BSO, - kan, gevraagd of ongevraagd, advies geven aan de leiding of het bestuur, - heeft geen beslissingsbevoegdheid, maar heeft een verzwaard adviesrecht op diverse punten, - vergadert eenmaal per zes weken, - stelt in samenwerking met de directie een nieuwsbrief samen, welke ten minste drie keer per jaar uitkomt, - organiseert mede de ouderavonden. Ouders kunnen te allen tijde vragen of suggesties kwijt aan de oudercommissie. Dit kan via de brievenbus in de hal van kinderdagverblijf Snoopy, of via: ouders@kinderopvangharenkarspel.nl N.B. Het pedagogisch beleidsplan geeft pedagogisch medewerkers handvatten hoe te handelen in gewone, alledaagse situaties. Hiernaast zijn er specifieke werkinstructies opgesteld: zoals Ziekte en ongevallen, Meldcode Kindermishandeling, Signalering ontwikkelingsproblemen, Begeleiding van de seksuele ontwikkeling van kinderen, Calamiteiten, Toediening van medicijnen, Uitstapjes, Voeding e.d.). Dit beleid is eventueel op te vragen bij de pedagogisch medewerkers of leidinggevende van de Buitenschoolse Opvang. Stichting Kinderopvang Harenkarspel / Pedagogisch Beleid BSO / december 2014 / Pagina 8 van 8