B&T-bestuursnieuws... 2 Call: B&T-symposium op de AERA 2012... 2 B&T Wintersymposium maakt plaats voor B&T-symposium op AERA... 2



Vergelijkbare documenten
UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION

Nieuw bestuur 2. Verwachte presentaties aansluitend bij B&T 4. Afscheidscollege: De kwaliteit van het onderwijsleerproces in het biologieonderwijs 7

STRATEGISCHE AGENDA DE WAARDE(N) VAN WETEN EN OPEN ONDERWIJS

ONDERZOEK ALS EFFECTIEVE INTERVENTIE OM DE PRAKTIJK TE VERSTERKEN MARCO SNOEK

Leraar in onderzoek. Exacte Wetenschappen. Onderzoeksprogramma voor wis- en natuurkundedocenten

Agenda. Het programma ziet er als volgt uit:

VERBINDEN VAN ONDERZOEK EN ONDERWIJS

Ontwikkelingen in afstudeerrichtingen lerarenopleidingen HAN ILS. 13 april 2016

master leraar voortgezet onderwijs

Lerarenopleiding. Toke Egberts 10 nov. 2017

Houding van scholieren in het voortgezet onderwijs ten opzichte van ICT wetenschappen

Wiskunde en informatica: innovatie en consolidatie Over vragen in het wiskunde- en informaticaonderwijs

U-Talent Academie. Uitdagend bètaonderwijs op school en de universiteit

Vragenlijst voor minorstudenten

Vragenlijst voor masterstudenten

Raakvlakken wi-, sk-, na-, biodidactiek

1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007

Programma vakbijeenkomst Nederlands

INSTITUUT VOOR INTERDISCIPLINAIRE STUDIES bacheloropleiding Bèta-gamma

Annelies Knoppers Hoogleraar pedagogiek en didactiek van sport en lichamelijke opvoeding Universiteit Utrecht

Digitale hulpmiddelen bij het toetsen en beoordelen in de universitaire lerarenopleiding

Nederlandse samenvatting

ONDERZOEK ALS MIDDEL VOOR ONDERWIJSONTWIKKELING?

U-talent programma USG

Betreft: lidmaatschap VFO 2004, abonnement op Pedagogische Studiën

Docentprofessionaliteit in het Nederlandse hoger onderwijs

Veloncongres Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Over het programma Promotiebeurs - doel

Inleiding. Keuzes in:

ELSEVIER HULP BIJ STUDIEKEUZE

Ring 1 met de Inspectie van het onderwijs

Projectdefinitie. Plan van aanpak

Omgaan met Bumpy Moments in de context van Technisch Beroepsonderwijs

Voorstel voor een facultaire agenda kwaliteitszorg. Hans Romkema, 18 september 2009

ELSEVIER HULP BIJ STUDIEKEUZE

LERAREN- OPLEIDINGEN Voorlichtingsbijeenkomst 26 mei 2015

TU/e Lerarenopleiding. Chantal Brans - Coördinator lerarenopleiding Ruurd Taconis Opleidingsdirecteur

Hbo tweedegraadslerarenopleiding

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Open Dag Lerarenopleidingen Educatie en Communicatie in de Bètawetenschappen Educatie in de Mens- en Maatschappijwetenschappen

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten

Verslag werkveld bijeenkomst TBK bij FME

in het mbo Werken aan uitstroom - instroom

Nieuwsbrief Bètasteunpunt September 2011

ELSEVIERS HULP BIJ STUDIEKEUZE

LERAREN- OPLEIDINGEN OPEN DAG

Samenwerking over lerarenopleidingen heen:

Best practices in academische vaardigheden bij bèta-bacheloropleidingen

Voorbereidingscursussen

SURF ALLE AAN DEK VERSLAG LIVE-EVENT

U-Talent. Verrijking en verdieping van onderwijs

Lerarenopleiding Geesteswetenschappen. Masterdag 16 mrt. 2018

Werkplan 1 juli juli 2011

21E EEUWSE VAARDIGHEDEN IN HET VO

Voorlichtingsavond ILO

Leer Opdrachten ontwerpen voor Blended Learning

Enkele rekenexperts, docenten en andere betrokkenen. Rekentoetswijzercommissie voortgezet onderwijs. Expertmeeting rekentoetsen vo

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Protocol PDG en educatieve minor

Opleiden in het. zorgonderwijs. Modules leergangen master

Onderwijs Criteria Junior Universitair Docent

Dutch Interview Protocols Vraagstellingen voor interviews

Ontwikkeling van wetenschap en technologie in de pabo

HOG DOCENTENDAG 3 NOVEMBER 2015

Nanotechnologie voor de VWO bovenbouw

Interfacultaire Lerarenopleidingen (POWL) Voorlichtingsavond ILO

Werken met TPACK. Wilfred Rubens

Partnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional.

Onderwijsonderzoek en onderwijspraktijk: samen apart

Twents Meesterschap. Tom Coenen Aafke Elschot Judith Timmer. Twents Meesterschap

Hoe leraren (in opleiding) context based chemieonderwijs beschouwen: een verkenning binnen de M.Ed.-lerarenopleiding scheikunde

Contact. particuliere hogeschool voor beroepsonderwijs. bezoekadres Handelskade 75. postadres Postbus AC Deventer

Het Technasium is een vorm van onderwijs waarbij leerlingen projectmatig en probleemoplossend werken aan echte opdrachten uit het bedrijfsleven.

De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden:

Verslaglegging workshop VSNU Conferentie

2 e Fontys Onderzoekscongres Onderzoek & Onderwijs :

Kenniskring leiderschap in onderwijs. Voorbeeld onderzoek in eigen organisatie

Verslag van het Symposium 'Nut en Nadeel van Geschiedenisonderwijs: aanzetten voor een nieuw curriculum' 8 juni 2018 in Amsterdam

ixperium: schoolvoorbeeld voor samenwerking in vier succesfactoren

De VO - vakvernieuwing komt eraan

De docent als lerende professional

Het belang van leren programmeren

Stichtse Vrije School

PROFESSIONAL LEARNING COMMUNITIES IN ACTIE

Overzicht curriculum VU

1. Doelstelling Vormgeven van structurele bachelorsamenwerking tussen de negen (Technische) Wiskunde opleidingen in Nederland.

Gebruik van concepten en contexten in module Biofuels. Martin Vos Lisette van Rens Woudschoten conferentie 2007

Natuurlijk nieuwsgierig. Onderzoekend leren bij natuur, wetenschap en techniek Lectorale rede, 2 september 2009

Pieter Duisenberg Voorzitter Vereniging van Universiteiten

TU/e Bachelor College Herontwerp bacheloropleidingen. VSNU Conferentie Studiesucces 13 juni 2012 dr. Diana Vinke en drs.

Ik zou meer willen weten over. Ik ben niet zo gelukkig met.. Wat ik graag zou willen verbeteren is. Waar ik steeds tegen aanloop is

Veel gestelde vragen over de U-Talent Academie

12. Kennisbenutting door onderzoek

Regioleren. Op weg naar de duurzame student? Carla Oonk, 8 december 2015

Vragenlijst voor leerlingen

Gaan we professionaliseren of aan onderzoek (mee)doen?

4 juni conferentie vakvernieuwingen

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen

Kennisbenutting in onderzoekende scholen. Anje Ros Lector leren en innoveren, Fontys HKE

HET AFSTUDEERONDERZOEK ALS BOUNDARY OBJECT. Marco Snoek, Judith Bekebrede, Hester Edzes, Fadie Hanna, Theun Créton

Transcriptie:

Nieuwsbrief nr 9, 15 okober 2011 Bèta en Techniek is een themagroep binnen de divisie 'Domein-Specifieke aspecten van Onderwijs' (DSO) in de Vereniging van Onderwijsresearch (VOR). B&T biedt een platform voor uitwisseling voor de community van didactische onderzoekers van het Bèta- en Techniekonderwijs in Nederland en Vlaanderen. Inhoudsopgave B&T-bestuursnieuws... 2 Call: B&T-symposium op de AERA 2012... 2 B&T Wintersymposium maakt plaats voor B&T-symposium op AERA... 2 Verslagen van de ORD2011... 3 Ervaringen op de ORD2011... 3 B&T-forumdiscussie op de ORD2011... 5 Inhoudsopgave van TD-β... 8 Hoe word ik B&T-lid?... 9 Meer informatie:... 9

B&T-bestuursnieuws Call: B&T-symposium op de AERA 2012 Jaarlijks organiseert een van de VOR divisies een symposium op de AERA (de Amerikaanse ORD). Komend jaar vindt de AERA van 13 april tot 17 april 2012 plaats te Vancouver, British Columbia, Canada. Dit maal heeft B&T de gelegenheid het aan de VOR toegewezen symposium te organiseren. (Werk)titel: Aspects of Dutch context based education. Hierbij vragen we om presentatiebijdragen voor het B&T-symposium op de AERA-2012. De bijdragen moeten voldoen aan de volgende criteria: - Onderzoek van hoge kwaliteit en international vernieuwend - Betrekking hebbend op context based education - US appeal: aansluiten op/herkenbaar zijn vanuit bijvoorbeeld STS Education (liefst wordt zo n link expliciet gelegd). Bij het samenstellen van het resulterende symposium zal tevens worden gekeken naar: - Bijdragen gespreid over vakgebieden (incl. wiskunde, techniek en overkoepelende vakken ) - Bijdragen gespreid over Nederlandse onderzoeksgroepen - Bij voorkeur niet beperkt tot 2 e fase havo/vwo - Het totaal moet een Dutch approach representeren. Voorstellen voor bijdragen aan het B&T-symposium op de AERA kunnen voor 15 november 2011 worden gestuurd naar r.taconis@tue.nl B&T Wintersymposium maakt plaats voor B&T-symposium op AERA Sinds onze oprichting hebben we jaarlijks mooie B&T-Wintersymposia georganiseerd en het lag voor de hand om de serie in 2012 voort te zetten. Omdat we echter in de komende periode een drukke agenda hebben met het B&T-symposium op de AERA, vervalt het jaarlijkse B&T-Wintersymposium voor 2012. We verwachten dat we in 2013 de draad weer in eigen land succesvol kunnen oppakken.

Verslagen van de ORD2011 Ervaringen op de ORD2011 door Pauline Vos (HvA) en Marc de Vries (TUD) Tot onze vreugde zagen we op de Onderwijs Research Dagen in Maastricht dat B&T-onderzoekers zeer productief zijn, resulterend in een goed gevuld B&T-programma. Dat maakte de keuze soms moeilijk. Zo waren er meteen in de eerste parallelsessie B&T-gerelateerde onderwerpen op vijf locaties: een papersessie over ontwerpende docenten door onderzoekers van technische universiteiten, een DUDOC-bijeenkomst (van docent-promovendi), een presentatie over rekenvaardigheden in de promovendi-kolom en een curriculumsymposium met sterke inbreng van de scheikundedidactische onderzoekers Fred Jansen (UL) en Hanna Westbroek (UT/VU) en een roundtable-sessie. In die laatste kwam werd door Fedor de Beer (HAN) gerapporteerd over de situationele technische kennis van jonge kinderen van tegenwoordig: van een draaischijf-telefoon dachten ze dat deze werkte op batterijen! In 2007 kregen we in het B&T-gerelateerde onderzoek een fantastische impuls met het DUDOCprogramma (Didactisch Universitair onderzoek door DOCenten), waarin VO-docenten van exacte vakken de gelegenheid hebben om naast hun onderwijsbaan promotieonderzoek te doen. Nu deze DUDOC-onderzoekers binnenkort hun onderzoek afsluiten, beginnen de resultaten te komen. Dat is te merken op de ORD. Tjeerd Plomp van de DUDOC-programmaraad organiseerde een seminar, waarbinnen drie DUDOC-ers presenteerden: Christian Bokhove (UU) vertelde over een interventie waarin algebraïsche vaardigheden met inzicht worden geoefend; Joke Zwarteveen (UT) ontwierp een onderwijsstrategie voor het begrijpen van differentiaalvergelijkingen en Marcel Koeneman (RuG) liet zien dat VO-leerlingen beter inzicht krijgen in natuurwetenschappelijk onderzoek door het bestuderen van authentieke wetenschapsartikelen. Het onderzoek van Koeneman behoort tot een van de rode draden die we momenteel zien in het B&T-onderzoek: onderzoek naar onderzoekend leren en leren onderzoeken in bèta- en technische vakken, niet alleen in het VO, maar ook in het BO. Dit punt kwam bijvoorbeeld ook aan de orde binnen een symposium van Carla van Boxtel (UvA), waarin vakdidactisch onderzoek was samengebracht voor de vakken natuurkunde, aardrijkskunde en geschiedenis. Voor de enculturatie van leerlingen in onderzoek benoemden Zeger-Jan Kock (TU/e) en discussiant Gert Rijlaarsdam (UvA) diverse spanningsvelden tussen een onderzoekscultuur en de schoolcultuur. Zo kijkt men binnen de wetenschap naar vragen die nog niet beantwoord zijn (en wellicht nooit eenduidig beantwoord zullen worden) en zoekt men vanuit perplexiteit naar

inzichten (argumenten, verbanden, theorievorming), terwijl binnen een school de vraagstellingen qua tijd en diepgang ingeperkt worden en gericht zijn op het ontwikkelen van bestaande, geaccepteerde theorieën. Ook in het handelen van docenten is er een spanningsveld tussen het vrij laten van leerlingen om een onafhankelijk ontdekkingstraject te doorlopen, en tegelijkertijd voldoende structuur te bieden om dit traject veilig, binnen de tijd en gericht op de te leren concepten te doorlopen. Onderzoekend leren en leren onderzoeken zijn wezenlijk verschillend; de eerste is een onderwijsstrategie, de tweede is een proces dat gericht is op een vaardigheid die is beschreven in diverse curricula. In beide spelen echter aspecten als nieuwsgierigheid, emoties en communicatieve vaardigheden een grote rol. Aan deze aspecten is nog veel onderzoek te verrichten. Een tweede rode draad binnen het B&T-onderzoek is de professionalisering van bètadocenten. Dit kwam bijvoorbeeld aan de orde in een symposium georganiseerd door Dolly van Eerde (UU) over de professionalisering van docenten met betrekking tot taalontwikkeling binnen het bètaonderwijs. In dit symposium presenteerden onderzoekers van HU en UU over hoe aanstaande docenten beter voorbereid kunnen worden op het stimuleren van taalontwikkeling in hun onderwijs bij de vakken Techniek, Biologie en Rekenen. Dit. Het bleek van belang dat docenten daarbij zich bewust zijn van de verschillende genres waarbinnen leerlingen zich moeten uitdrukken (essays, verslagen), die elk een eigen genredidactiek vereisen. Het onderwerp van de docentprofessionalisering in de bètavernieuwingen zagen we ook in een symposium van DUDOC-onderzoeker Michiel Dam (UL). Zijn eigen onderzoek richt zich op de motivatie van biologiedocenten voor de concept-context-aanpak binnen een interventie waarin de docenten geleidelijk verbeterstapjes in hun onderwijs aanbrengen. In dit symposium presenteerde collega DUDOC-onderzoeker Frank Lacroix (UU) over zijn onderzoek naar professionalisering voor het mechanica-onderwijs binnen de kaders van Nieuwe Natuurkunde. In een symposium georganiseerd door Ria Dolfing (UU) ging het over docentgedrag bij diezelfde concept-context aanpak. Interessant daarin was, dat docenten binnen een vernieuwingsscenario bij stress-gerelateerde situaties teruggrepen op een comfort zone met een traditionele (klassikale, concept-gerichte) aanpak. En dat anderzijds docenten binnen een traditioneel curriculum in veel aspecten toch niet zo ouderwets bleken te zijn. Binnen dit symposium gaf discussiant Hanno van Keulen (Fontys/UU) vanuit het perspectief van de vakdidacticus twee opmerkelijke punten van kritiek op de onderwijskundige onderzoeksaanpak, namelijk dat de vakinhoud (scheikunde in dit geval) onzichtbaar werd in het onderzoek en dat de onderwijskundige onderzoekers zich terugtrokken op de veilige vluchtheuvel van de vragenlijst. Dit punt van de afstandelijkheid van onderzoekers ten opzichte van het door hen onderzochte onderwijs stond ook centraal in de B&Tforum discussie, waarover elders in deze B&T-Nieuwsbrief wordt gerapporteerd.

B&T-forumdiscussie op de ORD2011 door Pauline Vos (HvA) en Ruurd Taconis (TU/e) Op de ORD2011 in Maastricht hield de Themagroep B&T een forumdiscussie onder voorzitterschap van Marc de Vries (TUD). De bijeenkomst beoogde een voortzetting te zijn van het B&T-Wintersymposium 2011, waarin was gediscussieerd over de positie van B&T-onderzoek binnen het veld van stakeholders: docenten, scholen, ministerie, VOR, NWO, enzovoorts. De forumdiscussie werd ingeleid door Bert Zwaneveld (Ou) met een samenvatting van uitkomsten van de eerdere discussie, die bij wijze van knuppel in het hoederhok werd weergegeven in de sterkte-zwakte analyse door Ruurd Taconis (TUe), in de tabel aan het einde van dit verslag. Het forum omvatte de volgende leden: Martin Goedhart (RuG), Pieter van Cauwenberghe (VOdocent), Wim Jochems (TU/e) en Jos Hulsker (kernstaf Ons Middelbaar Onderwijs - OMO). De discussie verliep aan de hand van stellingen. Stelling 1: De kloof tussen de praktijk van het bètaonderwijs en het B&T-onderwijsonderzoek kan alleen gedicht worden als leraren deel uitmaken van het onderzoeksteam. Deze stelling triggerde meteen een flinke discussie. Enerzijds werd gezegd, dat het verrichten van onderzoek een vak is, dat uitgevoerd dient te worden door daarvoor geschoolde specialisten (onderzoekers). Anderzijds werd gezegd, dat docenten wel de onderzoeksagenda zouden moeten (mede-)bepalen. De stelling leidde ook tot de vraag wat onderzoek is: als docenten onderzoek uitvoeren (niet-wetenschappelijk), dan werken ze aan de onderzoeksagenda van de school en is het niet gericht op generieke kennisvergaring, maar deel van hun professionalisering. Ook werd duidelijk, dat de tegenstelling tussen docenten als niet-onderzoekers en wetenschappelijke onderzoekers niet zwart-wit is. Er is verscheidenheid en er kan bevruchtende samenwerking zijn. Forumlid Jos Hulsker (OMO) bracht tevens in, dat veel docenten een ambachtelijke opvatting van hun vak hebben: alsof ze uitgeleerd zijn nadat ze van de universiteit kwamen. Het doen van onderzoek is dan onderdeel van een cultuuromslag binnen scholen. In de discussie over Stelling 1 werd herhaaldelijk de medische analogie gebruikt: als patiënt beslis je of je geopereerd wilt worden (de docent bepaalt de onderzoeksagenda), maar je wilt wel graag dat de operatie door een geschoolde specialist wordt uitgevoerd (de wetenschappelijke onderzoeker). Rutger v/d Sande (Fontys) bracht als bezwaar tegen deze analogie in, dat de patiënt niet de leraar is en dat de leraar juist de chirurg is. Rutger bracht ook in, dat juist B&T-onderzoekers door hun docent-achtergrond meer gericht zijn op verbeteren dan onderwijskundigen, die meer gericht zijn op kennisvergaren en voor wie onderwijsverbetering secundair is.

Stelling 2: alle leraren B&T moeten de mogelijkheid krijgen/ verplicht worden eens in de vijf jaar een dag per week aan B&T-onderwijsonderzoek deel te nemen in het kader van hun professionalisering. Deze stelling leverde ook weer een levendige discussie op. Men was het er over eens, dat er meer docententijd moet komen voor professionalisering, maar men verschilde van mening of dit gericht moest zijn op onderzoek. De meningen varieerden van het moet veel vaker dan eens in de vijf jaar, het moet permanent tot het is bezigheidstherapie. Perry den Brok (TU/e) bracht in, dat er een verschil is tussen onderzoeksmatig denken (reflecterend, twijfelend over waarom je iets doet) en onderzoek-om-het-onderzoek doen (als leerdoel binnen een opleiding). Christian Bokhove (UU), docent-onderzoeker uit het DUDOC-programma, gaf aan, dat hij door zijn promotieonderzoek meer tijd heeft voor reflectie op zijn lesgeven. Stelling 3: B&T-onderwijsonderzoek vindt alleen plaats indien het gekoppeld is aan een vernieuwing van het betreffende B&T-onderwijs. Naar aanleiding van deze stelling werd ingebracht dat de laatste decennia alle onderwijsvernieuwingen zonder onderzoeksmatige aanpak zijn doorgevoerd (met uitzondering van het Probleemgestuurd Leren in Maastricht). Ook werd opgemerkt, dat onderwijskundigen niet tot eensluidende conclusies komen, en ook niet tot snelle conclusies komen, terwijl daar wel van beleidswege of door het veld om gevraagd wordt. Daarmee is er dus ook een kloof tussen politiek en onderzoek. Voor het B&T-onderwijsonderzoek is de koppeling aan vernieuwingen vooral ook ingegeven door financiële redenen: ander onderzoek is nauwelijks financierbaar, terwijl er wel veel geld is voor onderwijsvernieuwingen. Stelling 4: een B&T-onderwijsonderzoeksproject moet minstens 20% van de beschikbare tijd besteden aan het uitdragen van de resultaten voor leraren. Deze stelling werd unaniem als sympathiek betiteld, maar er werden hierbij wel problemen gesignaleerd: docenten mogen steeds minder de scholen uit naar conferenties (vanwege de urennorm), de niet-eenduidige boodschap van onderzoekers ( altijd enerzijds-anderzijds ) levert achterdocht op. Bovendien werd geconstateerd dat de disseminatiekanalen onvoldoende lopen; er zijn maar weinig tijdschriften of gremia waar docenten en onderzoekers elkaar kunnen ontmoeten en kennis kunnen nemen van elkaars werk. Ook werd de vraag gesteld of onderzoeksartikelen als die in de Pedagogische Studiën wel effectief bijdragen aan het academiseren van docenten. In zijn slotwoord benadrukte Ruurd Taconis dat onderzoek en onderwijsvernieuwing zaken zijn die men in gezamenlijkheid doet. Hierbij benadrukte hij ook, dat B&T-onderzoekers ook moeten

werken aan de beeldvorming, niet alleen bij docenten maar ook bij onderwijskundigen. Verder is duidelijk dat er veel dynamiek is in het B&T-onderwijsonderzoek, waaraan de Themagroep B&T in de toekomst ook verder aan wil bijdragen. In vervolgdiscussies willen we bijvoorbeeld meer ingaan op de financiering van B&T-onderwijsonderzoek. Tabel: SWOT- analyse van B&T-onderzoek Intern Extern Voor het bereiken van het doel: Helpend (sterk) Hoge wetenschappelijke kwaliteit van B&T-onderzoek naar internationale maatstaven. (kansen) Ambitie bij bedrijfsleven en overheid t.a.v. B&T-onderwijs Onderwijs en trainingscomponenten bij technische innovatieprojecten Tekorten techniek sector Lerarentekort vraag om innovatie/ kwaliteitsimpulsen uit landen met een zwakker B&T-onderwijs Europese subsidiënten Schadelijk (zwak) Zwakke onderlinge organisatie/samenhang Concurrentie/competitie tussen groepen (zonder dat er een markt is) Slechte zichtbaarheid, geen samenhangende presentatie naar buiten. Soms een slecht imago bij het onderwijsveld. Zwaar accent op havo en vwo. Zwaar accent op wetenschappelijke opbrengsten (financiering) Volgen van de huismethodologie van de eigen instelling, ook waar een andere aanpak effectiever/efficiënter zou kunnen zijn. Relatief weinig oog voor innovatie en evaluatieonderzoek (competenties) (bedreigingen) Randposities B&T-onderzoek in moeder-instituten. Grote afhankelijkheid van voorwaardelijke geldstromen. Geringe programmatische samenhang. Eenzijdig op wetenschappelijke productie gerichte beoordelingscriteria voor stafleden waardoor vacatures moeilijk veldgericht kunnen worden opgevuld. Ontbreken innovatieve vitaliteit in het B&T onderwijsveld. B&T faculteiten vullen zelf hun educatieve interesse naar VO in (b.v. aansluitingsdocenten)

Inhoudsopgave van TD-β Tijdschrift voor Didactiek der Bètawetenschappen, 28(1) september 2011 S. Schaap, P. Vos, T. Ellermeijer en M.J. Goedhart - De vertaalslag van een situatie naar een wiskundige formule; een studie naar vraagstelling en leerlingprestaties op het centraal examen wiskunde B1 L.G.A. de Putter-Smits, R. Taconis, W.M.G. Jochems en J. van Driel - De emphasisvoorkeur van docenten biologie, scheikunde en natuurkunde en de gevolgen voor curriculum vernieuwingen J.C. Perrenet en B. Zwaneveld - Diversiteit in representatie van de wiskundige modelleercyclus bij studenten en docenten Proefschrift besprekingen S. van Borkulo - Bespreking proefschrift Bart Ormel: Het natuurwetenschappelijk modelleren van dynamische systemen; naar een didactiek voor het voortgezet onderwijs M.J. Goedhart - Bespreking proefschrift Gjalt Prins: Teaching and learning of modelling in chemistry education; authentic practices as contexts for learning M. van Zanten - Bespreking proefschrift Geeke Bruin-Muurling: The development of proficiency in the fraction domain; affordances and constraints in the curriculum B. Zwaneveld - Bespreking proefschrift Angeliki Kolovou: Mathematical problem solving in primary school

Hoe word ik B&T-lid? B&T-lid komt overeen met een lidmaatschap van de divsie DSO (domein-specifieke aspecten van onderwijs) binnen de Vereniging van Onderwijsresearch (VOR). De Themagroep B&T is namelijk de enige themagroep binnen DSO. - indien u al VOR-lid bent, gaat u naar de website www.vorsite.nl, naar de tab Lidmaatschap en dan Gegevens veranderen. Daar kunt u aangeven dat u de divisie DSO wilt toevoegen aan uw divisielidmaatschappen. Dit komt overeen met het B&T-lidmaatschap. - indien u geen VOR-lid bent, gaat u naar de website www.vorsite.nl, naar de tab Lidmaatschap en dan Aanmelden. Het lidmaatschap van één divisie is altijd in het VOR-lidmaatschap inbegrepen. Kies dan voor het DSO-lidmaatschap (dit komt overeen met het B&T-lidmaatschap). - indien u lid bent van het Vlaams Forum voor Onderwijsonderzoek (VFO, de Vlaamse zustervereniging van de VOR) is daarin inbegrepen het lidmaatschap van één VOR-divisie. U kunt dan DSO-lid worden via de VFO en dit opgeven via www.vfo.be Wat krijg ik voor dit lidmaatschap? Naast de baten van het VOR-lidmaatschap, - op de hoogte blijven van B&T-ontwikkelingen, o.a. via de Nieuwsbrief - gratis deelname aan B&T-activiteiten buiten de ORD, zoals het B&T-Wintersymposium Meer informatie: Ruurd Taconis, Eindhoven School of Education, r.taconis@tue.nl Pauline Vos, Hogeschool van Amsterdam, fpvos@hotmail.com