les 5 stijlen en verwijzingen



Vergelijkbare documenten
Tekstverwerking. Wat gaan we leren? Opdracht: Geavanceerde opmaak. Jen Kegels, Eveline De Wilde, Inge Platteaux, Tamara Van Marcke

les 6 draaitabellen en draaigrafieken Herhaling Oefening 6.1

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

Beknopte handleiding. Uw bestanden beheren Klik op Bestand om uw Word-bestanden te openen, op te slaan, af te drukken en te beheren.

Handleiding Word de graad

Hoe doe je dat in Word

10. Pagina-instellingen

Deze les heeft veel oefeningen. Om tijd te besparen kunt u eventueel de herhaling

Tekst kun je snel opmaken door stijlen te gebruiken. Als je de cursor in een alinea zet zie je de gebruikte stijl hier:

2.12 Een document opslaan als Oefeningen Achtergrondinformatie Tips... 54

DOCUMENT SAMENSTELLEN

Publisher Handleiding

Grafieken in Word. Soort Leven 4,8 4,9 5,1 5,5 5,6 5,8 6,0 6,2 Annuïteiten 4,9 5,1 5,3 5,7 5,8 6,0 6,2 6,5

Het sjabloon. Klik op download sjabloon Paper. Je krijgt onderstaand scherm:

Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen.

194 Aldi Windows Laatst gewijzigd 15 oktober 2012 Uw keuze voor het maken van een fotoboek is Aldi. Deze cursus bestaat uit 5 delen.

Afdrukken in Calc Module 7

Als je het uiterlijk van deze elementen snel wilt wijzigen, kun je een ander thema instellen.

4. Documentweergave kiezen 5. Afbeeldingen 6. Tabellen 113 Computergids Word 2019, 2016 en Office 365

Mini Word-cursus. Paginanummers. Opmaakprofielen. Inhoudsopgave

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op.

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT THEOLOGIE EN RELIGIEWETENSCHAPPEN. Handleiding

2.12 Een document opslaan als Oefeningen Achtergrondinformatie Tips... 54

15. Tabellen. 1. wat rijen, kolommen en cellen zijn; 2. rijen en kolommen invoegen; 3. een tabel invoegen en weer verwijderen;

196 CEWE *)zie einde les

Word 2010: lange documenten

199 Kruidvat

WebQuest / WebKwestie. met Word

Stappenplan voor een werkstuk in Word

Titel: Workshop creatief met MS Word Auteur: Miriam Harreman / Jaar: 2009 Versie: Creative Commons Naamsvermelding & Gelijk

Word 2013 Snelstartgids

Je ziet het ontwerpscherm voor je. Ontwerpen is actief en dat zie je aan de linkeronderkant van je scherm net boven de taakbalk.

23. Standaardbrieven (MailMerge)

Portfolio s in Google Sites

Word gebruiken bij je scriptie of werkstuk

Opstarten Word 2013 bij Windows 7 Opstarten Word 2016 bij Windows 10

Algemene basis instructies

Een korte handleiding door Frederic Rayen

MS Word opzet verslag

Office Aantekeningen workshop Office 2010 tijdens de afdelingsvergadering vwo op dinsdag 8 november 2011.

Opmaak in Word. Cursus Word. Tekenopmaak

SNEL WERKEN MET EXCEL

Tekstverwerken in Word

Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows

De tekstverwerker. Afb. 1 de tekstverwerker

Excel afdrukken Afdrukken in Excel. Afdrukbereik, afbeeldingen, kantlijnen e.d.

Handleiding MOBICROSS actie banners

meer grafische mogelijkheden en de store

Snel een begin maken met Front-Page voor een eigen website. blad 1

BASIS TEKSTBEWERKING deel 2

Handleiding Wordpress CMS

Lijnen/randen en passe-partouts maken met Photoshop.

Schoolwebsite.nu. Snel aan de slag met uw website. Versie 4.0

Inleiding. - Teksten aanpassen - Afbeeldingen toevoegen en verwijderen - Pagina s toevoegen en verwijderen - Pagina s publiceren

Inhoudsopgave Visual Steps - Dit is de inhoudsopgave van de Visual Steps-titel Cursusboek MOS Word 2016 en 2013 Basis

Inhoud training Microsoft Word

Wat brengt een opleiding WORD voor de KMO op?

Snel aan de slag met BasisOnline en InstapInternet

INHOUDSOPGAVE Ms Word 2013

Stappenplannen voor een werkstuk in Word

Hoofdstuk 8 - Snelfiches Word

1. Kennismaken met Calc

14. Opsomming & Nummering (lijsten)

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop

195 Fotoalbum maken met Blokker

PowerPoint 2010: rondleiding (deel 1)

Stappenplan voor een werkstuk in Word

PowerPoint Basis. PowerPoint openen. 1. Klik op Starten 2. Klik op Alle programma s 3. Klik op de map Microsoft Office

Inhoudsopgave. Inleiding 11

Zorg er voor, dat u met een nieuw leeg document werkt in de Afdrukweergave.

Office 2010 is in vele opzichten niet meer te vergelijken

INHOUDSOPGAVE Ms Word 2010

Microsoft Word Documentopmaak

Microsoft Word 365. Kolommen en tabellen AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Microsoft Word 365. Letteropmaak AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

HTML en CSS. Je website bestaat uit HTML. Dat is een taal die browsers (Internet explorer, Chrome, Safari) kunnen lezen.

Bosstraat 50 bus Lummen Tel.: Fax info@bestburo.be 1 van 42

Opdrachtnaam Modificatietoetsen Toets. Afdruk samenvoegen Controleren. Alt+Shift+ Afdruk samenvoegen Gegevensbestand bewerken

Tabellen. Een tabel invoegen

Microsoft WordPad Sinaleri Opleiding

Invoegen... 8 Invulpunt... 9 Nieuwe bouwsteen maken... 9 Bouwsteen opslaan Wijze van werken in Outlook Informatie...

Handleiding. HetSchoolvoorbeeld.nl. HetSchoolvoorbeeld 2.1. Websites voor het onderwijs. Websites Social media Mediawijsheid Grafisch ontwerp

1. Open het programma KompoZer Het grote witte vlak is een nog lege webpagina. Deze gaan we nu van inhoud voorzien.

Afbeeldingen Module 11

Achtergrond en lettertype Opmaak Achtergrond Opmaak Achtergrond Afbeelding in achtergrond

Microsoft Word Kennismaken

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 4) Handicom, 2011, Nederland

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving

Microsoft Word Kolommen en tabellen

2.14 Achtergrondinformatie Tips... 54

Fairword Inhoudsopgave:

Hoe maak ik een fotocollage met Pixlr?

Tekst Opmaken Module 3

Internet Explorer 7 (IE7)

20. Koptekst en voettekst

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken.

6. Tekst verwijderen en verplaatsen

Transcriptie:

stijlen en verwijzingen In deze les gaan we aan de slag met mogelijkheden van Word die handig zijn bij grote documenten, zoals scripties, rapporten enzovoort. U vindt ze terug op het tabblad Verwijzingen. Voor een aantal verwijzingen is het werken met Stijlen van belang. In de basiscursus zijn stijlen voor een deel behandeld. We frissen ze hier op en werken ze verder uit. Stijlen In plaats van zelf de tekenopmaak in te stellen, kunt u gebruik maken van Start > Stijlen. U kunt nieuwe tekst in bepaalde stijlen typen of u met de muis bestaande tekst aanwijzen en vervolgens in een stijl zetten. Oefening 5.1 a. Open het document Ardennen uit uw eigen map. b. Zorg ervoor dat de cursor in een willekeurig woord van een alinea staat en wijs eens verschillende stijlen aan. Merk op dat sommige stijlen voor de hele alinea gelden en sommige alleen voor het woord. Stijlen wijzigen Als de opmaak van een stijl u niet bevalt, kunt u gebruik maken van de knop Stijl wijzigen: DataDidact Computeropleidingen pagina 73

Word 2010 Specialist Klik hier om de stijl van het hele document aan te passen. Klik hier om de kleuren van de geselecteerde stijl aan te passen. Klik hier om het lettertype van de geselecteerde stijl aan te passen. Klik hier om de ruimte tussen de alinea's van de stijl aan te passen. Klik hier de instellingen op te slaan bij de huidige documentsjabloon. Oefening 5.2 a. Bekijk het effect van het wijzigen van de Opmaakset. b. Bekijk ook het effect van het wijzigen van Kleuren en Lettertypen. Als u de stijlen helemaal naar eigen smaak wilt bewerken, gaat dat het eenvoudigst door de tekst die van de stijl te selecteren. Deze kunt u op de gebruikelijke manier naar eigen smaak aanpassen. Vervolgens klikt u met de rechter muisknop op de stijl die u wilt laten wijzigen en u kiest voor Stijlnaam (bijv. Kop 3) bijwerken om met selectie te laten overeenkomen: Oefening 5.3 a. Zet de eerste alinea in de stijl Citaat. b. Wijzig de stijl Citaat als volgt: Lettertype: Cambria, Letterkleur naar keuze, Vet. c. Bekijk het resultaat. pagina 74 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Een nieuwe stijl maken De makkelijkste manier om een nieuwe stijl te maken, is om een tekst in een bepaalde opmaak te zetten, deze te selecteren en vervolgens als stijl op te slaan: Klik hier. en dan hier: Klik hier. Vervolgens geeft u de stijl een logische naam en de stijl wordt op het lint bij de stijlen neergezet. Oefening 5.4 a. Typ een stukje tekst in een specifieke opmaak. b. Maak hiervan een stijl met de naam Test. c. Bekijk of de stijl op het lint verschijnt. Specifieke instellingen voor een nieuwe stijl Als u een nieuwe snelle stijl maakt, ziet u de knop Wijzigen: Als u hierop klikt, verschijnt het volgende venster: DataDidact Computeropleidingen pagina 75

Word 2010 Specialist Hier kunt u de naam wijzigen. Geef hier op of de stijl voor de hele alinea geldt, of voor het woord (tekenstijl). Als de stijl lijkt op een andere bestaande stijl, kunt u deze kiezen. U hoeft dan maar een paar zaken anders in te stellen voor de stijl. Geef op welke stijl van toepassing is nadat u een Enter hebt gegeven. Eventueel kunt u hier de basisopmaak wijzigen. Stel meer geavanceerde opmaak in. Dit is niet nodig als u de stijl al meteen in de juiste opmaak zet. Klik op OK als de stijl klaar is. Onderin het scherm ziet u twee aankruisvakjes en twee keuzerondjes met belangrijke opties: Toevoegen aan lijst Snelle stijlen. Dit vakje staat standaard aan en zorgt ervoor dat de nieuwe stijl terug te vinden is op het lint bij Start > Stijlen. Automatisch bijwerken. Als u de opmaak van tekst wijzigt die in een bepaalde stijl staat, wordt de stijl automatisch daaraan aangepast. Let op: dus alle tekst die in de betreffende stijl is geplaatst, verandert dan! Omdat dit een riskante optie is, staat hij standaard uit. Meestal geldt: houden zo! U kunt verder de keuze maken uit Alleen dit document of Nieuwe documenten op basis van deze sjabloon. In het eerste geval kunt u de nieuwe stijl alleen in het huidige document gebruiken. In het tweede geval kan de stijl in alle documenten worden toegepast die gebaseerd zijn op de sjabloon die u ook voor dit document is gebruikt. Een belangrijke optie! Vaak handig om in te stellen. pagina 76 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Tip: Wijzigt u de stijl Standaard en u kruist u het vakje Aan sjabloon toevoegen aan, dan wijzigt u in feite op een makkelijke manier de standaardinstellingen van Word! U kunt achteraf ook de instellingen voor de stijl wijzigen: u klikt dan met de rechter muisknop op de stijl (in het lint) en kiest voor Wijzigen. Oefening 5.5 a. Klik met de rechter muisknop op de stijl Test (in het lint) en kies voor Wijzigen. b. Bekijk het venster nauwkeurig, maar verander niets. Een stijl verwijderen Het verwijderen van een stijl is eenvoudig: klik met de rechter muisknop op de stijl in het lint en kies voor Verwijderen uit galerie snelle stijlen. Oefening 5.6 a. Verwijder de stijl Test. b. Sluit het bestand Ardennen zonder op te slaan. Tip: Zelfs zonder opmaak kan een stijl heel handig zijn. Als u bijvoorbeeld vaak met verschillende talen werkt, raakt de spellingcontrole soms de kluts kwijt. Maak dan een stijl waarin u alleen de taal instelt! Een automatische inhoudsopgave maken Het maken van een inhoudsopgave is een fluitje van een cent, vooral als u met stijlen werkt. Het is dan handig om de hoofdkop de stijl Kop 1 te geven. Het tweede niveau wordt dan Kop 2 enzovoort. Oefening 5.7 a. Neem de volgende tekst over. Maak gebruik van de stijlen Kop 1, 2 en 3 en Standaard. Als de koppen bij u er anders uitzien, geeft dat niets. Het betekent dan dat de stijlen zijn aangepast. Cursus Word Specialist Les 5: het tabblad verwijzingen Stijlen Ik heb nu gebruik gemaakt van de stijlen van Word. DataDidact Computeropleidingen pagina 77

Word 2010 Specialist b. Let op de onderlinge verschillen tussen de profielen, zoals lettertype en de afstand tussen de alinea's. c. Kies eens een andere opmaakset. Nu is het eenvoudig om een inhoudsopgave te maken: Zorg ervoor dat de cursor op de plek staat waar u de inhoudsopgave wilt maken (meestal aan het begin van het document). Kies voor Verwijzingen > Inhoudsopgave en klik op Inhoudsopgave. Kies voor één van de automatische inhoudsopgaven. Deze wordt vanzelf op de goede plek ingevoegd. Tip: Als u de kopjes in de inhoudsopgave aanwijst, ziet u dat dit koppelingen zijn (ook wel hyperlinks genoemd) naar de kopjes in de tekst. Via Ctrl en muisklik komt u automatisch bij de kop in de tekst terecht. Oefening 5.8 a. Maak een pagina-einde bovenaan de tekst. b. Voeg op pagina 1 een inhoudsopgave naar keuze in. c. Test de koppelingen. Koppen voor een inhoudsopgave snel instellen Soms zult u achteraf tekst in kopjes zetten. We hadden al gezien dat het logisch is om met de stijlen Kop 1, Kop 2 en Kop 3 te werken. U kunt deze heel makkelijk in het document plaatsen via Verwijzingen > Inhoudsopgave > Tekst toevoegen. Vervolgens kiest u voor Niveau 1, Niveau 2 of Niveau 3. Deze niveaus komen overeen met Kop 1, Kop 2 en Kop 3. U kunt ook achteraf eenvoudig een ander niveau toewijzen. Oefening 5.9 a. Zet het kopje Stijlen in Niveau 2. b. Geef na de laatste zin van de tekst op pagina 1 tweemaal een Enter en neem als volgt over: Inhoudsopgaven In deze les behandelen we het maken van een inhoudsopgave. c. Plaats de cursor in de tekst Inhoudsopgaven en markeer hem als Niveau 3. pagina 78 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Een inhoudsopgave bijwerken en verwijderen Als de (indeling van) tekst en kopjes zijn veranderd, is het zaak om de inhoudsopgave bij te werken. U doet dat door in de inhoudsopgave te klikken. Het scherm verandert als volgt: Klik hier! U kunt dan kiezen voor Alleen paginanummers bijwerken of In zijn geheel bijwerken. In het eerste geval worden alleen de paginanummers van de koppen bijgewerkt. Dit gaat heel snel. In het laatste geval wordt ook gekeken of de tekst van de koppen gewijzigd is. Deze handeling duurt iets langer. Als u een inhoudsopgave wilt verwijderen, kiest u voor Verwijzingen > Inhoudsopgave > Inhoudsopgave en klik op Inhoudsopgave verwijderen. Oefening 5.10 a. Maak in de tekst een extra pagina-einde. b. Laat de inhoudsopgave bijwerken. Kijk goed of alles is aangepast. c. Verwijder de inhoudsopgave. Het Navigatievenster Straks gaat u met een groot document aan de slag, waarvan u de kopjes in verschillende niveaus gaat zetten. Een handig hulpmiddel om de kopjes te vinden, gaat via Beeld > Weergeven > Navigatievenster. U ziet 3 tabbladen. Via het eerste tabblad krijgt u automatisch een overzicht te zien van alle koppen (titels) in uw document: DataDidact Computeropleidingen pagina 79

Word 2010 Specialist Hier ziet u alle koppen in een document. Door op een kop te klikken, wordt deze okergeel in het Navigatievenster. In de tekst (rechts) springt de cursor springt hier automatisch naar toe. Heel handig! Klikt u op een kopje in deze structuur, dan verplaatst de cursor meteen naar het betreffende punt in de tekst. Oefening 5.11 a. Open het document Aardbevingen uit de map Word op de netwerklocatie Cursus (X:). a. Sla het document op onder dezelfde naam in uw eigen map. b. Laat de koppen weergeven in het navigatievenster. c. Klik op een willekeurig kopje links en merk op dat de cursor daar automatisch terecht komt. d. Ga met Ctrl+Home helemaal naar het begin van het document. e. Maak hier een pagina-einde en maak op de eerste pagina een automatische inhoudsopgave. Ziet u dat het wel heel gemakkelijk is om snel een inhoudsopgave te maken? Jammer genoeg is er geen verschil is tussen hoofdkop en subkop. De inhoudsopgave neemt wel tekenopmaak zoals vet en cursief over! Het werken met niveaus heeft als voordeel dat u snel alle koppen van Niveau 1, Niveau 2 enz. kunt laten zien. Ook bent u flexibeler bij het maken van een inhoudsopgave. U kunt dan bijvoorbeeld alleen niveau 1 en 2 weergeven. Daarom geven we in de volgende oefening de kopjes een niveau (lees stijl) mee. pagina 80 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Oefening 5.12 a. Markeer de kopjes als volgt. Maak gebruik van het navigatievenster om snel naar de kopjes te kunnen gaan: In het navigatievenster ziet u een dicht driehoekje voor de hoofdkopjes. Klikt u op een driehoekje, dan verdwijnen de onderliggende kopjes in de structuur. Het dichte driehoekje verandert in een open driehoekje. Klikt u hier op, dan verschijnen de onderliggende kopjes weer. Door te klikken op het kruisje bij het navigatievenster haalt u de structuur weer van het scherm: Klik hier om het navigatievenster te sluiten. Klik hier om de onderliggende kopjes (Wat is een aardbeving, De theorie van Wegener en Seismograaf niet meer weer te geven. Het zwarte driehoekje verandert in een open driehoekje. DataDidact Computeropleidingen pagina 81

Word 2010 Specialist Oefening 5.13 a. Bekijk de mogelijkheden van de driehoekjes. b. Zorg er uiteindelijk voor dat u alle kopjes in het navigatievenster ziet. c. Laat de inhoudsopgave bijwerken. Een niet-automatische inhoudsopgave invoegen De automatische inhoudsopgaven die we hiervoor zijn tegengekomen, zijn vaak prima, maar wat te doen als de tekst meer dan 3 niveaus heeft? Of als u alleen maar een inhoudsopgave wilt van Niveau 1 en 2? Of als u een andere opmaak wilt? Deze mogelijkheden worden geboden als u kiest voor Verwijzingen > Inhoudsopgave > Inhoudsopgave en Inhoudsopgave invoegen. Het volgende venster verschijnt: Kies een opmaak naar keuze uit de keuzelijst Opmaak. Standaard is Van sjabloon ingesteld. Dat betekent dat de opmaak wordt aangepast aan de sjabloon waar het document op is gebaseerd. Daarnaast zijn er nog de volgende mogelijkheden: - Met Paginanummers weergeven geeft u aan of u wel of geen paginanummers in de inhoudsopgave wilt hebben (meestal wel). - Met Paginanummers rechts uitlijnen bepaalt u of u de paginanummers tegen de rechterkant van het papier wilt hebben of niet. - Bij Aantal niveaus geeft u aan tot en met welk niveau u wilt opnemen in de inhoudsopgave (bijvoorbeeld alleen Kop 1 en Kop 2). - Bij Opvulteken kiest u het gewenste teken dat tussen het kopje en het nummer verschijnt. pagina 82 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 - Als u het document niet afdrukt en het document in de weblay-out weergeeft, zijn paginanummers nutteloos (er worden immers geen pagina's getoond). Zorg er dan voor dat het vakje Hyperlinks in plaats van paginanummers aangevinkt staat. Dat is standaard al zo. In de overige weergaven worden de paginanummers dan wel weergegeven. Klik op OK. De inhoudsopgave wordt door Word gemaakt en wordt met een grijze achtergrond weergegeven ter onderscheid van gewone tekst. Deze grijze achtergrond wordt echter niet afgedrukt (u kunt dat controleren met het afdrukvoorbeeld). Oefening 5.14 a. Verwijder de automatische inhoudsopgave. b. Zet op de eerste pagina een inhoudsopgave. Kies voor de opmaak Elegant en zorg ervoor dat er paginanummers worden weergegeven. c. Voeg opnieuw een inhoudsopgave (naar keuze) in. U hoeft nu de oude inhoudsopgave niet te wissen! U krijgt de melding: U kiest dan voor Ja. Tip: Als u niet tevreden bent met de kant-en-klaar meegeleverde stijlen van Word, dan kunt u zelf de stijl aanpassen. Kies dan eerst op het tabblad Inhoudsopgave voor de opmaak Van sjabloon, klik dan op Wijzigen. U kunt nu uit een aantal profielen kiezen of opnieuw voor Wijzigen kiezen om deze profielen helemaal naar eigen inzicht te wijzigen. Als er veranderingen in de tekst plaatsvinden, zal de inhoudsopgave ook gewijzigd moeten worden. U klikt daarvoor met de rechter muisknop op de inhoudsopgave en kiest voor Veld bijwerken. Oefening 5.15 a. Verander de tekst van één van de kopjes. b. Zorg ervoor dat de inhoudsopgave goed bijgewerkt wordt. c. Test één van de koppelingen (Ctrl+klik) in de inhoudsopgave; u komt automatisch bij de kop in de tekst terecht. d. Sla het document op. DataDidact Computeropleidingen pagina 83

Word 2010 Specialist Let op: Het is ook mogelijk om een handmatige inhoudsopgave te maken of door zelf koppen te markeren. Omdat deze mogelijkheden wat ons betreft niet zo handig zijn, gaan we niet op deze mogelijkheden in. Voet- en eindnoten Voet- en eindnoten zijn verwijzingen naar een woord of stuk tekst dat nader verklaard moet worden. Het verschil tussen voet- en eindnoten is de plek van de verwijzing: Een voetnoot staat altijd onderaan de pagina, terwijl een eindnoot aan het einde van het document wordt gezet. Als u voet- en eindnoten zichtbaar wilt hebben op het scherm moet u altijd kiezen voor de Afdrukweergave. Een noot wordt automatisch genummerd, het nummer wordt in Superscript weergegeven. Om een voet- of eindnoot te maken gaat u als volgt te werk: Klik aan het einde van het woord waarbij u een voet- of eindnoot wilt plaatsen. Kies voor Verwijzingen > Voetnoten > Voetnoot invoegen of voor Verwijzingen > Voetnoot invoegen > Eindnoot invoegen: Klik hier om voetnoot in te voegen. Klik hier om eindnoot in te voegen. Er wordt automatisch een nummer onderaan de bladzijde of het document gezet. Typ de tekst van voet- of eindnoot. Om weer bij de gewone tekst te komen, kunt u met de schuifbalken werken en op een plek in de tekst klikken. Heeft u de beeldweergave Concept ingesteld, kies dan voor Sluiten. Tip: Een voetnoot voegt u snel in via Ctrl+Alt+F; een eindnoot via Ctrl+Alt+D. Oefening 5.16 a. Plaats de volgende voetnoot bij Alfred Wegener: Berlijn, 1 november 1880 Groenland, ca. 16 november 1930 b. Plaats de volgende voetnoot bij Guiseppe Mercalli: Milaan, 21 mei 1850 - Napels, 20 maart 1914 pagina 84 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 c. Bekijk het resultaat eens via het Afdrukvoorbeeld. d. Plaats tussen de twee voetnoten een nieuwe noot met een willekeurige tekst. Tip: U hoeft niet elke keer naar de onderkant van de pagina te gaan om de inhoud van de voetnoot te bekijken: als u met de muisaanwijzer bij de noot in de tekst gaat staan, ziet u in een vakje de inhoud van de voetnoot. Om snel van de ene naar de andere voet- of eindnoot te gaan, kunt u gebruik maken van de knop Volgende voetnoot uit de groep Voetnoten. Via de pijl kunt u ook naar de vorige voet- of eindnoot gaan. U kunt overigens ook de knoppen onderaan de verticale schuifbalk gebruiken. U moet dan eerst met Bladerobject selecteren bepalen dat u wilt bladeren per voetnoot (of eindnoot). Vervolgens kunt u snel naar de vorige of de volgende voetnoot gaan. Vorige voetnoot Bladerobject selecteren Volgende voetnoot Uiteindelijk kunt u het beste met de knop Bladerobject selecteren weer de standaardinstelling selecteren: Bladeren per pagina. Oefening 5.17 a. Ga via de knop Volgende voetnoot naar de volgende voetnoot. b. Stel bij de verticale schuifbalk Voetnoten in als bladerobject en ga hiermee terug naar de vorige voetnoot. c. Kies met de knop Bladerobject selecteren dat u wilt Bladeren per pagina. Voet- en eindnoten verwijderen of wijzigen Als u een noot wilt wissen, kunt u deze in de tekst selecteren en op Delete drukken. De noottekst is dan gewist. De nummers van de andere voet- of eindnoten worden automatisch aangepast. Wilt u een noot wijzigen dan dubbelklikt u op het betreffende nummer, waarna u bij de voet- of eindtekst terecht komt. U kunt ook op de noot zelf klikken (onderaan de tekst). Hierna kunt u wijzigingen aanbrengen. DataDidact Computeropleidingen pagina 85

Word 2010 Specialist Oefening 5.18 a. Verwijder de voetnoot die over Alfred Wegener gaat. b. Verwijder ook de door u gemaakte voetnoot. c. Verander de laatste voetnoot als volgt: Milaan, 21 mei 1850 - Napels, 20 maart 1914, was seismoloog, vulkanoloog en priester. Stijl van voet- of eindnoot wijzigen Als u het lettertype, de lettergrootte of kleur van een voet- of eindnoot wilt wijzigen, kunt u dat het beste doen door de bijbehorende stijl te wijzigen. Als u nieuwe noten maakt, moet u anders steeds opnieuw dit soort instellingen opgeven. U wijzigt de stijl van een voet- of eindnoot als volgt: Zorg ervoor dat de cursor in de voet- of eindnoot staat onderaan de pagina. Klik op het Startpictogram Stijlen. Startpictogram Stijlen voetnoot Selecteer de stijl Voetnoottekst of Eindnoottekst. Klik op de knop Stijlen beheren. Stijlen beheren Klik op de knop Wijzigen en wijzig de opmaak. Sluit het venster af met OK. Oefening 5.19 a. Wijzig de stijl van de voetnoten. Stel een ander lettertype in en maak deze cursief. b. Bekijk het resultaat in het document. c. Sla het document op. pagina 86 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Het maken van een index Een index is een alfabetische lijst met trefwoorden, die u meestal achterin een boek of rapport aantreft. Allereerst markeert u de woorden voor de index: Selecteer een woord die u in de index wilt opnemen. Kies voor Verwijzingen > Index > Item markeren. U krijgt het venster Indexgegeven markeren op uw scherm: Als hoofdgegeven staat het door u geselecteerde woord. U kunt eventueel een subgegeven opgeven. Let op de aankruisvakjes voor een vet of cursief paginanummer. Een kruisverwijzing maakt u bij synoniemen, bijv. zeebeving, zie tsunami. Kies voor Markeren. Kies voor Sluiten of gebruik de volgende methode als u nog meer woorden wilt markeren: Klik in de tekst (het venster blijft geopend). Selecteer een ander woord. Klik in het kader Hoofdgegeven Kies voor Markeren. Enz. Tip: In plaats van Markeren kunt u ook kiezen voor Alles markeren. Alle woorden in de tekst die exact (ook verschil tussen hoofdletters/kleine letters) overeenkomen met de geselecteerde tekst, worden gemarkeerd. Oefening 5.20 a. Markeer zes woorden op verschillende pagina's voor de index. DataDidact Computeropleidingen pagina 87

Word 2010 Specialist Let op: Als u woorden in een document markeert, laat Word dit in het document zien. Met de knop Alles weergeven op het tabblad Start kunt u de markering eventueel uitschakelen: Alles weergeven Nadat u alle woorden gemarkeerd hebt, laat u Word een index maken. Werkwijze: Zet de cursor op de plek/pagina waar de index moet komen. Kies voor Verwijzingen > Index > Index invoegen. De mogelijkheden m.b.t. de opmaak lijken op die van de eerder besproken inhoudsopgave. Als u de opmaak van de index bepaald hebt, klikt u op OK. Oefening 5.21 a. Maak op de laatste, lege pagina een index met de volgende instellingen: - Indeling: Modern - 3 kolommen - Paginanummers direct na de indexwoorden b. Sla het document op. Om de opmaak van een index te wijzigen, gaat u hetzelfde te werk als bij de inhoudsopgave. En, net als bij een inhoudsopgave, moet u er ook op letten dat u, als de tekst is gewijzigd, met de rechter muisknop en Veld bijwerken de index bijwerkt. Oefening 5.22 a. Wijzig de opmaak van de index: - 2 kolommen - Paginanummers rechts uitlijnen b. Laat de Index bijwerken. c. Als u geen tijd meer hebt voor de extra stof kunt u afsluiten. Het document mag u opslaan. Anders slaat u alleen op. pagina 88 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 extra stof/opdrachten Citaten en bibliografie Als u een scriptie of onderzoeksverslag schrijft, is het meestal nodig om citaten te vermelden. Er zijn verschillende gangbare stijlen voor het invoegen van citaten en parafrasen. Een van de meest voorkomende is de APA stijl, die ook kan worden toegepast in Word. Meer informatie over de stijlen van citeren en parafraseren Het invoegen van een citaat gaat globaal hetzelfde als het invoegen van voet- of eindnoten: Ga achter de tekst staan waar u een citaat voor wilt invoegen. Kies voor Verwijzingen > Citaten en bibliografie > Citaat invoegen. Kies voor Nieuwe bron toevoegen en vul het venster in dat verschijnt. Tip: Weet u de exacte brongegevens nog niet? Voeg dan een Nieuwe tijdelijke aanduiding toevoegen in. Deze kunt u later makkelijk bewerken. Opdracht 5.1 a. Voeg na de eerste alinea de volgende bronvermelding in: Als u op een ander punt in de tekst dezelfde auteur wilt citeren, dan gaat dit heel eenvoudig: Kies voor Verwijzingen > Citaten en bibliografie > Citaat invoegen. Boven de optie Nieuwe bron toevoegen ziet u de eerder gemaakte bronvermelding terug. DataDidact Computeropleidingen pagina 89

Word 2010 Specialist Klik hierop en de bronvermelding wordt ingevoegd. Opdracht 5.2 a. Ga achter een willekeurige alinea staan en voeg dezelfde bronvermelding in als hiervoor. b. Ga achter de tekst staan met de schaal van Richter (documentstructuur gebruiken!) en voeg hiervoor de volgende bronvermelding in (let goed op het aankruisvakje Auteur van organisatie): Een bibliografie of lijst van geciteerde werken invoegen Het is gebruikelijk om aan het einde van de scriptie of onderzoeksverslag een lijst op te nemen met bronnen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen een Bibliografie en Geciteerde werken. In het eerste geval gaat het om een lijst van boeken, rapporten e.d. die gebruikt zijn als informatiebron. Bij Geciteerde werken worden delen van de boeken, rapporten enz. letterlijk overgenomen. De werkwijze voor het maken van een bibliografie of een lijst met geciteerde werken is simpel: Kies voor Verwijzingen > Citaten en bibliografie en klik op de knop Bibliografie. Maak een keuze uit Bibliografie, Geciteerde werken of Bibliografie invoegen. De laatste keuze geeft een wat simpeler lay-out. Net als bij een inhoudsopgave zult u de bibliografie of de geciteerde werken moeten bijwerken als u wijzigingen in het document hebt doorgevoerd. Dat gaat via: pagina 90 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Klik hier om bij te werken. Opdracht 5.3 a. Ga onderaan de tekst staan, maar voor de inhoudsopgave. b. Laat een bibliografie naar keuze invoegen. Bronnen beheren Bronnen worden opgeslagen bij het document. Soms zult u echter voor een ander rapport, scriptie e.d. dezelfde bronnen willen gebruiken. U hoeft ze dan niet opnieuw in te voeren, want u kunt ze in een ander document laten opnemen. Dat gaat zo: Zorg ervoor dat de cursor in het document staat waar u gebruik wilt maken van bronnen die u in een ander document hebt gemaakt. Kies voor Verwijzingen > Citaten en bibliografie > Bronnen beheren. Het volgende venster verschijnt: Links ziet u de hoofdlijst met bronnen die opgeslagen zijn op de huidige PC. Klik de gewenste bron aan (meerdere bronnen terwijl u de Ctrl-toets ingedrukt houdt) en kies voor Kopiëren. De bronnen worden dan in de huidige lijst geplaatst en kunnen vervolgens gebruikt worden in het huidige document. Opdracht 5.4 a. Begin een nieuw document. b. Typ twee willekeurige zinnen die over aardbevingen gaan. DataDidact Computeropleidingen pagina 91

Word 2010 Specialist c. Zorg er via Bronnen beheren voor dat de bronvermeldingen ook in dit document gebruikt kunnen worden. d. Voeg achter één van beide zinnen één van beide bronvermeldingen in. De groep Bronvermelding De mogelijkheden van citaten zijn erg uitgebreid. Soms kan worden volstaan met de groep Bronvermelding. U kunt dan een stuk tekst selecteren en klikken op Citaat markeren: Klik op de knop Markeren en de geselecteerde tekst wordt gemarkeerd. De werkwijze is hetzelfde als bij het markeren van indexgegevens. Wilt u dus nog een citaat markeren, dan kunt u het venstertje laten staan en een nieuw stuk tekst selecteren. Vervolgens klikt u in het vakje Geselecteerde tekst. U ziet de tekst en klikt weer op Markeren. Wilt u een lijst met bronvermeldingen invoegen in de tekst, dan kiest u voor Verwijzingen > Bronvermelding > Bronvermelding invoegen. Opdracht 5.5 a. Selecteer een willekeurig stuk tekst en markeer dit als bronvermelding. b. Voeg een ander willekeurig stuk tekst toe. c. Ga helemaal onderaan het document staan en voeg een lijst met bronvermeldingen in. Lijst met bijschriften invoegen In les 2 hebt u geleerd met afbeeldingen te werken en hoe u bijschriften kunt invoegen. Via Bijschrift invoegen kunt u een bijschrift laten plaatsen bij een afbeelding. Zie eventueel de uitleg in les 2. Via Verwijzingen > Bijschriften > Lijst met bijschriften invoegen kunt u een lijst met afbeeldingen laten weergeven en de bijbehorende paginanummers. Dit gaat op vrijwel dezelfde manier als het invoegen van een index of lijst met bronvermeldingen. We oefenen er daarom niet mee. pagina 92 DataDidact Computeropleidingen

Word 2010 Specialist les 5 Overzichtsweergave Als u met grote documenten met verschillende niveaus werkt, kan de Overzichtsweergave een handig hulpmiddel zijn. U activeert de Overzichtsweergave via de weergaveknop rechtsonder op de Statusbalk: Overzichtsweergave Het scherm ziet er dan zo uit: Klik hier om aan te geven welke niveaus u wilt zien op het scherm. Dit gaat overigens niet altijd goed. Als het vakje Eerste regel weergeven is aangevinkt, wordt van de gewone tekst (ook wel aangeduid met platte tekst) alleen de eerste regel getoond. Met het aankruisvakje Tekstopmaak weergeven kunt u bepalen of de tekstopmaak wel of niet getoond moet worden. Let op: De overzichtsweergave is bedoeld om de structuur van een document zichtbaar te maken. De alinea-opmaak (tabs, regelafstand enz.) is echter niet te zien en kan ook niet gewijzigd worden. Hiervoor moet u altijd een andere weergave activeren! Net als bij de functie documentstructuur kunt u met de knoppen Selectie uitvouwen en Selectie samenvouwen de onderliggende tekst per niveau wel of niet laten tonen, oftewel: uitvouwen of samenvouwen. U selecteert een kop met onderliggende tekst (en subkopjes) snel door op het open plusteken vooraan de regel te klikken. Sleept u dit plusteken naar een an- DataDidact Computeropleidingen pagina 93

Word 2010 Specialist dere plek, dan verplaatst u de alinea op een snelle manier! Dat kan ook met de knoppen Omhoog en Omlaag. Uitvouwen Samenvouwen Omhoog Omlaag Opdracht 5.6 a. Zorg ervoor dat het document Aardbevingen weer op het scherm staat. b. Kies voor de weergave Alle niveaus weergeven. c. Laat tot en met Niveau 1 weergeven. Klopt het wel? d. Laat weer alles weergeven. e. Experimenteer met samenvouwen en uitvouwen. f. Bekijk het effect van het aankruisvakje Eerste regel weergeven. g. Verplaats een willekeurig kopje (met alle daarbij horende tekst) via de knop Alinea omhoog. Met de knoppen Niveau verhogen, Naar kop 1 verhogen, Niveau verlagen en Tot platte tekst verlagen kunt u een geselecteerde kop een niveau hoger tot het hoogste niveau, lager of tot platte (gewone) tekst terugbrengen. Niveau verlagen Tot platte tekst verlagen Niveau verhogen Naar kop 1 verhogen pagina 94 DataDidact Computeropleidingen