Toelichting Leerkrachtassistent versie 4.0



Vergelijkbare documenten
veilig leren lezen Toelichting Leerkrachtassistent versie 2.0

veilig leren lezen Toelichting Leerkrachtassistent versie 4.0 Auteurs: Angela Schelfhout en Wilma Stegeman

Toelichting Leerkrachtassistent versie 2.0

Is leren lezen moeilijk?

Toelichting Leerkrachtassistent

Toelichting Leerkrachtassistent

De Leerkrachtassistent Estafette geeft de leerkracht ondersteuning bij de basislessen van Estafette

Gebruik materialen Veilig leren lezen bij Veilig stap voor stap. Auteurs: Susan van der Linden en Rosemarie Irausquin. Ankers

lezen Hulp aan risicolezers

VCLB De Wissel - Antwerpen

lezen veilig leren Ouderavond Hoe moeilijk is leren lezen? Materialen Verloop van de activiteit Voorbereiding Kopieerblad 1

Gebruik materialen Veilig leren lezen bij Veilig stap voor stap. Auteurs: Susan van der Linden en Rosemarie Irausquin. Ankers

lezen Ouderavond veilig leren maan roos vis Is leren lezen moeilijk? Voorbereiding Materialen Verloop van de activiteit

Hulp aan risicolezers

Interventieperiode november februari groep 1 tot en met 5. Mariët Förrer

lezen Veilig leren lezen Artikelen - Letterkennis, aanpak eu/ui/ou-probleem veilig leren Woorden met tweetekenklanken Juist verklanken

STATION ZUID. Handleiding digibordsoftware

Aanvankelijk technisch lezen. Effectief aanvankelijk lezen in groep 3

Handleiding Zeist - oktober 2013

De Taalfanfare groep 3

Handleiding Oefensoftware Station Zuid. Versie 1.1

De letters die zijn aangeboden hangen op het bord of aan de letterlijn.

Stappenplan De eerste keer aan de slag met Veilig leren lezen

Tafel Totaal. Een praktische gebruikershandleiding bij. Tafel Totaal SP10. Tafel Totaal SP10

Informatie Groep leerkrachten: Annette van de Vossenberg

lezen Veilig leren lezen Artikelen - Ringboekje: een veelzijdig leermiddel veilig leren Stickers en stramienbladen Vier verschillende ringboekjes

Hulp aan risicolezers kern start

veilig leren Veilig leren lezen Artikelen - Letterkennis, aanpak ie/ei-probleem lezen Auteur: Susan van der Linden Kijkletter ei

De kinderen gebruiken het woorddoeboek op twee manieren: om woorden te lezen (ze plakken het juiste plaatje naast het woord);

Wat is Digi-Spelling?

Omgaan met verschillen

Protocol leesproblemen en dyslexie

Veilig leren lezen 11

Veilig leren lezen Artikelen - Sinterklaasproject regio Midden

Informatieavond groep 3

Handleiding Topondernemers praatplaten

Gebruiksvriendelijkheid: Gebruiksaanwijzing:

QUESTI OPSTARTGIDS ALGEMENE INSTELLINGEN EN LVS

Informatiefolder groep 3

LESBESCHRIJVING HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO. Hoofdfase

Handleiding

Handleiding leerlingvolgsysteem

Snelstartgids voor de Oefen- en Toetssoftware

AANVANKELIJK TECHNISCH LEZEN Effectief aanvankelijk lezen in groep 3 Didactische aandachtspunten

Informatie Groep 3 schooljaar De groepsleerkrachten Groep 3a: Carla van Straaten en René Elfring Groep 3b: Karin de Smet en Ria van Seters

Toelichting registratiebladen bij Veilig leren lezen

Klassikale opstelling:

Aanvankelijk en voortgezet technisch lezen. Werkconferentie 24 september 2014 Ebelien Nieman.

Sinterklaasproject kern 3

Pennenstreken - nieuws

ZML SO Technisch Lezen

Tafelplan Werkwijze voor het aanleren en automatiseren van de keertafels (en de deeltafels). in groep 4, 5 en 6.

Opzet en uitvoering. Inhoudsopgave. 1 Wat is Kiezen voor je leven? 3. 2 Hoe maak je een Digi-tale? 4. 3 Stap voor Stap Technische kant...

Effectief aanvankelijk leesonderwijs

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers

Een webkwestie bouwen in Word 2000

de Digitale Taalkist Wat is de Digitale Taalkist? Over de Digitale Taalkist

Fonemisch Bewustzijn

Hoofdstuk 16 - Vreemde talen ondersteunen

Alles over. Veilig stap voor stap. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Artikel - Ringboekje: een veelzijdig leermiddel

Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 1/2/3)

veilig leren Veilig leren lezen Artikelen - Letterkennis, aanpak b/d-probleem lezen Auteur: Susan van der Linden Stap 1

Beknopte handleiding Sprint

Groep 7 en 8. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 8

Steekkaart: nummer 1Ne

My name is Tom. digibord applicatie. handleiding

199 Kruidvat

Handleiding ZIEN!-leerlingvragenlijst

Groep 4. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 4

Handleiding Digibordsoftware Malmberg

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

Dit jaar zit uw kind in groep 3. Een spannend jaar, waarin de nadruk ligt op het leren lezen, ook wel aanvankelijk lezen genoemd.

veilig leren lezen kim-versie Wat is er nieuw? Auteur: Wilma Stegeman

Met plezier beter lezen :

In groep 3 is het leren lezen en het plezier in het lezen erg belangrijk. We gebruiken hiervoor de methode Veilig leren lezen.

Uitwerking Leerlijn ICT Ogtb Titus Brandsma

kt! 2 Leren lezen en spellen, een aanpak periode in groep 3 en de hogere

Lijn 3 in een combinatiegroep

Quickstart Digitaal schoolbord

Digiborden bij kleuters. Marloes de Vetten Onderwijsconsulent

Handleiding oefensoftware Lijn 3. Handleiding Oefensoftware Lijn 3

Snelstartgids voor de digibordsoftware

gids bij de online differentiatiemodules van

Handleiding registratiesysteem Kleuterplein. versie 1.0

Excel 2010, H1 HOOFDSTUK 1

De Taalfanfare groep 3

Omgaan met verschillen

Informatie Groep 3 ja. nee Schatkist. minimale REKENEN Pluspunt LEZEN structuurmethode.

Voorwoord. Letters uitspreken zoals de leerkracht dat doet.

Extra ster-tijd. Een intensieve aanpak maakt het verschil. Wat is extra ster-tijd? Voor wie is de extra ster-tijd bedoeld? Inhoud extra ster-tijd

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 4) Handicom, 2011, Nederland

Handleiding voor de leerling

Handleiding digitale leeromgeving Kidsweek in de Klas

Handleiding oefeningen en dossiers maken

Handleiding SNEL STARTEN MET SOFTWARE PLUSPUNT DIGITAAL voor de ict-coördinator en groepsleerkracht

BrailleStudio. Beschrijving oefeningen

Taaljournaal, tweede versie

Handleiding ZIEN!-leerlingvragenlijst

Transcriptie:

Toelichting Leerkrachtassistent versie 4.0 Auteurs: Angela Schelfhout en Wilma Stegeman Uit het rapport van de Nederlandse onderwijsinspectie blijkt dat er een duidelijk verband bestaat tussen de leesprestaties van leerlingen en de kwaliteit van instructie door de leerkracht. Met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kan de leerkracht de kwaliteit van het aanvankelijk leesonderwijs op een nóg hoger niveau brengen. Door gebruik te maken van bewegend beeld, geluid en interactiviteit wordt de les voor zowel leerlingen als leerkracht nog aantrekkelijker. Bovendien kan de leerkracht hierdoor op een efficiëntere wijze instructie geven en wordt het leerrendement van de leerling verhoogd. Wanneer wordt de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen ingezet? De Leerkrachtassistent Veilig leren lezen sluit naadloos aan bij de 2e maanversie van Veilig leren lezen en wordt door de leerkracht ingezet op een aantal momenten tijdens de les. Het belangrijkste moment is de instructiefase. Maar ook tijdens de fase van verlengde instructie en begeleide verwerking kan de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen een belangrijke rol spelen bij de instructie aan leerlingen die een steraanpak volgen. De Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kent dezelfde didactische uitgangspunten als de methode Veilig leren lezen. Om met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen te kunnen werken, hoeft de leerkracht dus geen wijzigingen aan te brengen in de organisatie van de lessen. Niet terug naar klassikaal onderwijs Het is niet de bedoeling dat de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen gaat leiden tot meer klassikaal onderwijs! Na een efficiënte instructie op het digitale schoolbord gaan de leerlingen individueel, in tweetallen of in groepjes aan de slag met de diverse activiteiten voor verwerking en vervolgwerk. De materialen van Veilig leren lezen blijven gehandhaafd naast de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen. Dit geldt zowel voor alle leerlingmaterialen als voor de leerkrachtgebonden materialen. Een rijk en gevarieerd aanbod van fysieke materialen in de klas blijft gewenst. De vormgeving van de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen is afgestemd op het reeds bekende materiaal zodat voor leerkracht en leerling meteen duidelijk is waar het om gaat. Technische uitgangspunten De Leerkrachtassistent Veilig leren lezen is op elk digitaal schoolbord te gebruiken. De applicatie wordt aangeboden via internet. Leerkrachten hebben via internet dus rechtstreeks toegang tot de software, zowel op school als thuis. Omdat het programma ook de leerkracht ondersteunt bij zijn lesvoorbereiding moet het voor de gebruiker ook van thuis uit toegankelijk zijn. Het aanbod van de oefeningen volgt het lesverloop zoals dat in de handleidingen van de methode is opgenomen. 1

Digimenu Dagprogramma In het Digimenu van de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kiest u de kern en de dag waarin u wilt werken. Vervolgens verschijnt er een planningsformuliermet een overzicht van alle stof die in deze les aan de orde komt. De onderdelen zijn gerangschikt volgens de bekende lesfasen van Veilig leren lezen: introductie; instructie; zelfstandige verwerking en vervolgwerk; verlengde instructie en begeleide inoefening; afronding. Achter de onderdelen waarbij digitaal materiaal beschikbaar is, is een knop start opgenomen. Door te klikken op deze knop wordt de betreffende module gestart. Achter de onderdelen waarbij geen digitaal materiaal is ontwikkeld, vindt u een verwijzing naar de gedrukte handleiding. Op deze manier is meteen duidelijk hoe de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen ingepast kan worden, en is het programma een werkelijke assistent bij de organisatie van uw leeslessen. Na afloop van een module gaat u altijd terug naar het digimenu om te kijken wat het volgende onderdeel is dat in de les aan de orde komt. Op deze manier houdt u de totale leesles voor ogen en voorkomt u dat bepaalde oefeningen uit de handleiding over het hoofd gezien worden. Bij kern 5 heeft u de mogelijkheid om in de werkbalk te kiezen tussen het dagprogramma van de kern Sprookjes of het dagprogramma van de kern Verhalen en vertellingen. In de werkbalk is help opgenomen, waarin bij elke module de mogelijkheden van alle knoppen beschreven worden. Als u op F11 klikt, hebt u de mogelijkheid om tijdens het werken met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen naar een ander programma te gaan zonder dat u hoeft uit te loggen. Dit is ook mogelijk met Alt-Tab. Als de applicatie vastloopt vanwege problemen met de internetverbinding, kunt u klikken op F5. De pagina wordt dan vernieuwd. Ouderavond In kern 1 is een knop ouderavond opgenomen. Met een klik op deze knop start u de applicatie Hoe moeilijk is leren lezen? Met behulp hiervan is het mogelijk om op een ouderavond aan het begin van het schooljaar de ouders te laten ervaren hoe moeilijk het is om te leren lezen. De ouders krijgen leesinstructie met alternatieve letters. Vanaf kern 7 wordt op herhalingsdagen vaak naar een groot aantal pagina s in instructiekalender 2 verwezen. Het is de bedoeling dat u hieruit een keuze maakt en maximaal vier pagina s aanbiedt met oefeningen die de kinderen nog nodig hebben. In de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kunt u via de knop Instelling vóóraf de woordrijtjes of de teksten kiezen die u met uw klas wilt oefenen. Met behulp van de applicatie Zo leren kinderen lezen kunt u daarna laten zien hoe het leren lezen er in de klas aan toe gaat. 2

Op bezoek In kern 12 is een knop Op bezoek opgenomen. Op Bezoek is een programma met een aantal activiteiten die op de wendag gedaan kunnen worden met kleuters die na de zomervakantie naar leerjaar 1 gaan. Enkele van deze activiteiten kunnen gedaan worden met behulp van de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen. De kleuters kunnen op deze manier al wennen aan hoe het leren lezen in zijn werk gaat in leerjaar 1. Aanbieden: zoem, In de toelichting Op bezoek leerkracht leerjaar 1 staat op pagina 19 de activiteit Aanbieden woord zoem en letter z met wandplaat. Deze activiteit kan ook goed met de module Aanbieden woord gedaan worden. Met een klik op de knop Op bezoek start u de applicatie, waarop een digimenu verschijnt. Werkblad 1 en 2, in de toelichting Op bezoek leerkracht leerjaar 1 staat op pagina 20 de activiteit Verwerking van het woordje zoem. De instructie bij deze activiteit kan ook goed gegeven worden met de module Werkboekje. Zoekplaat: z, Als u op start drukt, verschijnt plaat 5 uit het verhaal Oem, oem. Tijdens het voorlezen van dit verhaal laat u de platen uit het verhalenboek zien (zie toelichting Op bezoek leerkracht leerjaar 1 pagina 19). De activiteit bij plaat 5 is: Laat alle woorden met de letter z opnoemen. Schrijf die woorden op het bord. Deze activiteit kan ook goed met de module Zoekplaat gedaan worden. Modules In de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen zijn zowel modules opgenomen voor de basisinstructie als voor de verlengde instructie. Basisinstructie 1. Ankerplaten Aan het begin van elke kern wordt een ankerverhaal voorgelezen. Bij elk verhaal hoort een anker met bijbehorende verhaalplaten. In deze module zijn de ankerplaten van alle kernen opgenomen. Op het scherm is steeds 1 plaat 3

afgebeeld. Met tabs kunt u naar de andere platen van het betreffende anker gaan. Het breken en bouwen van een structureerwoord gaat in de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen heel eenvoudig door op de betreffende letters te klikken. Eerder aangeleerde structureerwoorden kunnen snel met de pijltjes terug en vooruit opgeroepen worden. 2. Aanbieden van woord en letter Bij het leren lezen speelt het alfabetische principe van onze geschreven taal een grote rol: leerlingen ontdekken dat woorden zijn opgebouwd uit letterklanken en dat lettertekens met deze klanken corresponderen. Hierbij speelt het structureerwoord en de daaraan ontleende letter een sleutelrol. Het aanbieden van een nieuw structureerwoord met bijbehorende letter gebeurt aan de hand van de wandplaat met daaronder de structureerstrook. De functie van de structureerstrook is het afbreken en opbouwen van het structureerwoord, waardoor de leerlingen het alfabetische principe van geschreven taal ervaren: de leesrichting is van links naar rechts, er bestaat een vaste koppeling tussen de letterklank en het bijbehorende letterteken (klank-tekenkoppeling) en er is sprake van een spatieel-temporele ordening: de letter die je links ziet is de eerste letter van het woord; het is tevens de letter die je het eerst hoort. De letter die je erna ziet, is de volgende letter die je hoort, enzovoort. In kern 7 en 8 worden de woorden schip, ring, licht en bank aangeboden. Deze woorden zijn in de methode opgenomen in verband met het aanbieden van de clusters: sch, ng, ch en nk. Deze woorden kunnen niet gelezen worden door middel van de elementaire leeshandeling. Het is niet mogelijk om hierbij het geluid aan te zetten. 2. Woorden maken De module Woorden maken gaat uit van de structureerwoorden. Met deze module laat u de kinderen het alfabetische principe van geschreven taal ervaren, net zoals u dat met de structureerstroken doet. Door het wisselen van eerst de laatste, daarna de eerste en ten slotte de middelste letter ontstaan wisselwoorden en wisselrijtjes. Het lezen van wisselrijtjes bevordert het vlot herkennen van woorddelen die veelvuldig voorkomen. Door te klikken op de knop structureren wordt het woord in de structureerstrook gestructureerd: eerst worden de losse letters van links naar rechts benoemd; vervolgens wordt het hele woord geaccentueerd en benoemd. Het is mogelijk om het geluid uit te zetten. De leerlingen kunnen dan zelf lezen terwijl het woord gestructureerd wordt. De leerlingen krijgen onvolledige structureerwoorden aangeboden met daarbij een aantal letters. Zij kunnen de woorden weer volledig maken door een letter uit te kiezen en naar een leeg hokje te slepen. Met een klik op het pijltje gaat u terug naar de beginsituatie. 4

4. Letterlijn In de beginfase van het leren lezen blijkt systematische aandacht voor de automatisering effectief te zijn. De letterlijn is een belangrijk hulpmiddel om de koppeling tussen grafemen en fonemen te automatiseren. Oefenen met de letterlijn is een activiteit die dagelijks terugkeert vanaf kern 1 dag 6, roos-dag 1, tot en met kern 7. Het is belangrijk dat u elke dag minstens één keer de letters herhaalt. U kunt dat doen tijdens de leesles, maar bij voorkeur ook nog een keer op een ander moment van de dag, bijvoorbeeld aan het begin van de middag in een korte oefening. Het oefenen met de letterlijn wordt afgewisseld met de module Letters flitsen (zie module 5). Bij klik op de knop letterfamilies verschijnt het scherm met vier letterfamilies: medeklinkers, lange klinkers, korte klinkers, tweeklanken. Het geluid staat standaard aan. Daardoor wordt het inprenten van de klank-tekenkoppeling ondersteund. Het is mogelijk om het geluid uit te zetten. De klinkers hebben een blauwe kleur. U kunt de klinkers ook zwart maken. Met de dobbelsteen is het mogelijk om de letters snel in een andere volgorde te plaatsen: de leerlingen kunnen op deze manier niet terugvallen op een vaste lettervolgorde en moeten de letters echt lezen. Het oplezen van de letters in een steeds wisselende volgorde bevordert de inprenting. Door te klikken op de pijl rechts van de dobbelsteen worden de letters weer teruggezet in de oorspronkelijke positie. Het is ook mogelijk om alleen die letters te selecteren, die geoefend moeten worden. De letters die vlot worden beheerst, kunt u in het letterdoosje stoppen: klik op de wasknijper en laat het letterkaartje op de letterdoos los om het zo te laten verdwijnen. Door te klikken op een gevulde letterdoos worden alle letters die erin zitten, getoond. Deze letters kunnen desgewenst weer teruggehangen worden. Bij klik op het pijltje rechts van de letterdoos worden alle letters op de lijn teruggeplaatst. Bij klik op het pijltje rechts van de letterdoos worden alle letters op de lijn teruggeplaatst. 5 Bij klik op het pijltje naast de letterdoos schuiven alle letters in het letterdoosje, met uitzondering van de letters die als eerste in een letterfamilie zijn aangeboden. Het letterdoosje gaat open en een van de letters uit het doosje wordt getoond. Deze letter kan in het juiste vak geplaatst worden. Met de dobbelsteen is het mogelijk om de letters in een vak snel in een andere volgorde te plaatsen. Bij klik op het kruisje wordt het vak afgedekt. Het kruisje verandert in de letter die bij het betreffende vak hoort. Bij klik op deze letter wordt het vak weer geopend en zijn de letters in het vak weer zichtbaar. 5. Letters flitsen De letterlijn wordt regelmatig afgewisseld met de module Letters flitsen. In deze module worden maximaal 20 van de aangeboden letters een voor een kort getoond. In kern 1 tot en met 6 wordt de letter die het laatst is geleerd bij het flitsen altijd als eerste getoond en met deze letter wordt de serie flitsletters ook afgesloten. Deze laatst geleerde letter blijft zodoende langer op het scherm staan dan de andere letters. De module Letters flitsen komt voor vanaf kern 1 dag 18 tot en met kern 7. In kern 7 wordt bij de selectie van letters gefocust op letters die vaak problemen opleveren (zoals de tweetekenklanken). U kunt zelf de flitssnelheid instellen door op de tijdsbalk te klikken: hoe meer gekleurde streepjes u ziet, hoe sneller de letters getoond worden. Het is ook mogelijk om de letters handmatig te laten verschijnen met behulp van de pijltjes terug en vooruit. Op deze manier kunt u zelf per letter het tempo bepalen. De bekende letters kunt u sneller flitsen dan de letters die net zijn aangeleerd.

7. Klikklak Het is belangrijk om leerlingen al vroeg nieuwe woorden te laten lezen. Klikklak is hiervoor bij uitstek geschikt. Door het wisselen van de eerste, middelste en laatste letter kunnen met Klikklak snel nieuwe woorden gemaakt worden. Klikklak heeft een feedbackfunctie bij het inhangen van letters in het klikklakboekje en bij het maken van woorden. 6. Zoekplaat Het doel van de zoekplaat is het uitluisteren van klanken in gesproken woorden die op de plaat zijn afgebeeld. Door het uitluisteren van een bepaalde klank en de positiebepaling daarvan (vooraan, achteraan of in het midden) wordt het fonemisch bewustzijn en de toepassing van het alfabetische principe bevorderd. Deze module bevat alle zoekplaten uit instructiekalender 1. Met behulp van de pijltjes terug en vooruit kunt u snel de letters wisselen. Als u op het letterdoosje klikt, worden alle letters getoond die in die positie aangeboden zijn. Dat maakt het vormen van nieuwe woorden nog gemakkelijker. Bij een klik op de knop woordkast rechts onderaan verschijnt een woordkast waarin de gemaakte woorden geplaatst worden door op de pijl aan de rechterkant van klikklak te klikken. Dit maakt het mogelijk om de gemaakte woorden na afloop nog een keer te lezen. Wanneer u meer dan vier woorden wilt opnemen, gebruikt u het tabblad voor pagina 2 en volgende. Als afronding van de oefening kunnen alle woorden gelezen worden door de kinderen. Met de markeerstift is het mogelijk om in de woordrijtjes de visuele overeenkomsten tussen de woorden te accentueren. Met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen is het mogelijk om kaartjes met de zojuist geleerde letter daadwerkelijk bij een afgebeeld woord op de zoekplaat te plaatsen. Het is ook mogelijk om met woordkaartjes onbekende begrippen op de zoekplaat van een etiketteerwoord te voorzien, waardoor dit ook een woordenschatoefening wordt. Door te klikken op de knop grote pagina verschijnt rechts van de zoekplaat een grote pagina waarop u alle gemaakte woorden kunt noteren. Met de markeerstiften is het mogelijk om bijvoorbeeld de doelletter in de woorden te accentueren. 6

8 Woordrijtjes In de beginfase van het leren lezen blijkt systematische aandacht voor de automatisering effectief te zijn. Het gaat hierbij niet alleen om de grafemen en de fonemen, maar ook om deelstructuren die uit meerdere grafemen bestaan, bijvoorbeeld lettergrepen, spellingpatronen en letterclusters. In de module Woordrijtjes wordt gewerkt aan het automatiseren van deelstructuren. Alle woordrijtjes uit instructiekalender 1 zijn opgenomen. Deze module komt alleen voor in kern 1-6. Met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kunnen deze woordrijtjes nog doelmatiger en aantrekkelijker gelezen worden. Met tabs kunt u naar de verschillende pagina s gaan. Op de tab is aangegeven wat de inhoud van de pagina is. Met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen is het mogelijk om kolommen te accentueren, zodat de leerkracht kan aangeven welk rijtje woorden gelezen moet worden. Zo kan gevarieerder worden geoefend. 10. Instructiekalender Deze module bevat de pagina s uit instructiekalender 2 met instructie voor begrijpend lezen en creatief schrijven. Op de pagina s kan geschreven worden en er kunnen onderdelen gemarkeerd worden. 9. Leesmoeilijkheden In deze module zijn alle woordrijtjes en teksten uit instructiekalender 2 opgenomen waarin de leesmoeilijkheden worden geoefend. Met tabs kunt u naar de verschillende pagina s gaan. Op de tab is aangegeven om welke leesmoeilijkheid het gaat. Onder de witte tabs zitten de pagina s met woordrijtjes, onder de gekleurde tabs de pagina s met tekst. Vanaf kern 7 wordt op herhalingsdagen vaak naar een groot aantal pagina s verwezen waaruit een keuze gemaakt kan worden. Het is de bedoeling dat u hieruit een keuze maakt en maximaal vier pagina s aanbiedt met oefeningen die de kinderen nog nodig hebben. In de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen kunt u via de knop Instelling vóóraf de pagina s of de woordrijtjes kiezen die u met uw klas wilt oefenen. 7

11. Woorden flitsen De inhoud van deze module, die gericht is op automatisering, is gebaseerd op de even ( zwarte ) pagina s uit Veilig & vlot van een eerdere kern. Op deze pagina s staan de woordrijen die minder voorspelbaar zijn dan de rijen met blauwe letters. Deze module begint bij kern 3 en loopt door tot en met kern 12. Na kern 6 oefenen de kinderen woorden met een bepaalde leesmoeilijkheid. Daarnaast blijven zij één keer per kern (namelijk op dag 10) oefenen in het snel lezen van allerlei typen eenlettergrepige woorden. Hierbij ligt de nadruk op woorden die minder betekenisvol zijn. Dergelijke woorden zijn voor de kinderen moeilijker te lezen dan zelfstandige naamwoorden of werkwoorden. 12. Visueel woorddictee Tijdens de tweede helft van leerjaar 1 leren de kinderen woorden lezen en schrijven die niet klankzuiver zijn. Het Visueel woorddictee vormt daarbij een belangrijke ondersteuning. Het woordbeeld wordt eerst aangeboden; de kinderen nemen dit beeld in zich op. Na verwijdering van het woordbeeld schrijven ze het woord uit hun hoofd op. Ze controleren zichzelf wanneer het woordbeeld voor de tweede maal wordt getoond. In deze module worden de woorden een voor een kort getoond. U kunt zelf de flitssnelheid instellen door op de tijdsbalk te klikken: hoe meer gekleurde streepjes u ziet, hoe sneller de woorden getoond worden. Het is ook mogelijk om de woorden handmatig te laten verschijnen met behulp van de pijltjes terug en vooruit. Op deze manier kunt u zelf het tempo per woord bepalen. 11. Woorddictee U gebruikt de module Woorddictee nadat u een mondeling dictee heeft gegeven. Met behulp van deze module kunt u feedback geven op het gemaakte werk en kunnen de kinderen nakijken of ze de woorden goed hebben geschreven. Bij start van de module staan er lege vakken op het scherm. Bij klik op het pijltje vooruit worden de woorden een voor een getoond. In de vakken kan desgewenst geschreven en gemarkeerd worden. Bij de start van de module verschijnt er een vak op het scherm dat is afgedekt met een rolgordijntje. Bij klik op de knop rolgordijntje wordt het eerste woord getoond. Bij een tweede klik op de knop rolgordijntje verdwijnt het woord. Door nog een keer op het rolgordijntje te klikken wordt het woord een tweede keer getoond. Met de pijltjesknop gaat u naar het volgende woord. 8

13. Woordveld In Veilig leren lezen is systematisch aandacht voor uitbreiding van de woordenschat. Daarbij wordt regelmatig gebruik gemaakt van een woordveld rond een thema of een bepaald aspect van een kern. Via woordvelden, die altijd in interactie met de kinderen tot stand komen, worden nieuwe woorden en begrippen gekoppeld aan de bestaande woordenschat van de kinderen. Met behulp van de schuifbalk kunt u het werkblad vergroten en weer verkleinen tot het oorspronkelijke formaat. U kunt het werkblad ook steeds een percentage vergroten door te klikken op het plusteken. Bij klik op het minteken wordt het werkblad steeds een percentage kleiner. Op het beginscherm staat in het midden een leeg of gevuld kader met daaromheen vier lege kaders. In deze kaders kan geschreven worden. Het is mogelijk om kaders toe te voegen en weg te halen. Via de knop lijntje is het mogelijk de kaders met elkaar te verbinden door middel van een lijn. Zo wordt aangegeven dat er een relatie bestaat tussen de woorden die verbonden zijn. Indien u het werkblad vergroot, kunt u het door middel van de scrollbar verschuiven. Alle werkbladen van de werkboekjes maan en zon van kern 1-12 en de werkbladen van het ik-boekje zijn opgenomen. Met verschillende kleuren pennen en markeerstiften is het mogelijk om de werkwijze van de werkbladen uit te leggen. 15. Werkboekje Met deze module kunt u instructie bij de werkbladen geven, de pictogrammen uitleggen en 1 of 2 oefeningen samen met de leerlingen doen. 9

16. Filmpjes Structureerworoden Met deze module kunt u instructie bij de werkbladen geven, de pictogrammen uitleggen en 1 of 2 oefeningen samen met Bij elk structureerwoord hoort een filmpje dat gemaakt is door Schooltv. In de afronding van de les waarin het structureerwoord is aangeboden, kunt u dit filmpje bekijken. Druk op start in het digimenu en het filmpje wordt meteen getoond. Na het oefenen worden de aangeboden letters geflitst: de aangeboden letters worden een voor een kort getoond. U kunt zelf de flitssnelheid instellen door op de tijdsbalk te klikken: hoe meer gekleurde streepjes u ziet, hoe sneller de letters getoond worden. Het is ook mogelijk om de letters handmatig te laten verschijnen met behulp van de pijltjes terug en vooruit. Op deze manier kunt u zelf het tempo per letter bepalen. Verlengde instructie en begeleide verwerking In de verlengde instructie en begeleide verwerking kan de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen ingezet worden om de leerlingen met een steraanpak nog efficiënter te ondersteunen. Het is aan te bevelen om de verlengde instructie en begeleide verwerking via het kleine scherm van uw laptop of computer uit te voeren, zodat de andere leerlingen in de groep niet worden afgeleid. Verlengde instructie en begeleide verwerking moet kort maar krachtig zijn; met de Leerkrachtassistent Veilig leren lezen oefent u enkele essentiële deelvaardigheden. 1. Letters oefenen en flitsen Voor kinderen die een steraanpak volgen, is het belangrijk dat het flitsen van letters voorafgegaan wordt door het oefenen van deze letters zonder tijdsdruk. Het oefenen van letters is een dagelijks terugkerende activiteit bij de steraanpak. De module wordt elke dag opgenomen vanaf kern 1 dag 6 tot en met kern 9. De inhoud van Letters flitsen voor de steraanpak is anders dan de inhoud van de module in de basisinstructie. In deze module wordt met een beperkt aantal letters geoefend. Bij klik op het letterdoosje worden alle letters getoond die zijn aangeboden. U kunt desgewenst de aangeboden letters vervangen door andere letters. Zo kunt u het aanbod afstemmen op de specifieke behoeften van een leerling. In kern 7 tot en met 9 wordt steeds geoefend met een selectie van de aangeleerde letters. Daarbij kan gefocust worden op letters die vaak problemen opleveren, zoals de tweetekenklanken. 2. Woorden oefenen De inhoud van deze module is gebaseerd op Veilig & vlot, maar het aantal woorden dat wordt aangeboden is gereduceerd. De hoeveelheid leesstof is aangepast aan het leestempo van zwakke lezers, waardoor de kinderen meer succes ervaren en een betere leesmotivatie houden. Kinderen die in de verlengde instructie hebben geoefend met Woorden oefenen hoeven dus niet meer met Veilig & 10

vlot te oefenen! De module is elk dag (met uitzondering van de laatste afrondingsdag) opgenomen vanaf kern 1 dag 11. De woordrijtjes worden een voor een opgebouwd, waardoor de kinderen minder visuele informatie tegelijk ontvangen. Hierbij kunt u blauwe letters actief maken, waardoor de nadruk gelegd wordt op de letter die wisselt en daarmee ook op het deel van het woord dat hetzelfde blijft. Als het rijtje vol is, kan dit gelezen worden. De tijd kan gemeten worden door op de knop start te drukken. Het rijtje kan meerdere keren gelezen worden, waarbij de tijd opgenomen kan worden. Aan detijdbalkjes is te zien of het lezen al sneller is gegaan. Elke keer als opnieuw tijd wordt opgenomen voor het lezen van een rijtje verandert de volgorde. De kinderen moeten dus ieder woord opnieuw lezen, waardoor ze minder op hun geheugen kunnen leunen. 3. Woorden flitsen Deze module begint bij kern 3, net als Woorden flitsen maan, en loopt door tot en met kern 12. In Woorden flitsen ster is een vorm van preteaching verwerkt. Op dag 1, 4, 6, 9, 11 zijn de woorden gelijk aan de woorden die de dag erna worden geflitst bij Woorden Flitsen maan. De kinderen oefenen een keer bij Woorden flitsen ster en doen mee met Woorden flitsen maan. Zwakke lezers profiteren dus dubbel. Op dag 2, 5, 7, 10, 12 doen alle kinderen mee met Woorden flitsen maan. Op die dagen is er dus geen Woorden flitsen ster. Daarnaast blijven de kinderen met een steraanpak na kern 6 oefenen in het snel lezen van allerlei typen eenlettergrepige woorden. In de hoogste kernen, wanneer de woorden erg lang en gecompliceerd worden, komen de woorden in de vorm van wisselrijtjes; d.w.z. dat woorden van één type direct na elkaar worden geflitst. De woorden worden een voor een kort getoond. U kunt zelf de flitssnelheid instellen door op de tijdsbalk te klikken: hoe meer gekleurde streepjes u ziet, hoe sneller de woorden getoond worden. Het is ook mogelijk om de woorden handmatig te laten verschijnen met behulp van de pijltjes terug en vooruit. Op deze manier kunt u zelf het tempo per woord bepalen. 11