Brabant in internationaal perspectief Meerjarenstrategie voor versterking van de internationale positie van Brabant

Vergelijkbare documenten
innovatiebevordering RIS3 MKB OPZuid Europees Innovatieprogramma voor Zuid-Nederland overheden living labs koolstofarme economie cross-overs design

Topsectoren. Hoe & Waarom

Samenstelling bestuur

Logistieke uitdagingen en kansen binnen Horizon 2020

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant'

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland

Holland High Tech High Tech Solutions for Global Challenges Topsector High Tech Systemen en Materialen

The Netherlands of

Linco Nieuwenhuyzen Adviseur Strategie Brainport Development


Samenwerkingsagenda Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Provincie Gelderland

Kansen voor topsector HTSM:

Van internationalisering naar interregionalisering Focus aanbrengen en impulsen geven

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018

Topsectoren en de Samenwerkingsagenda EZ-provincies-MKB

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Toespraak van commissaris van de koningin en SNNvoorzitter Max van den Berg, feestelijke start CCC2- programma, Groningen, 25 maart 2011

Europastrategie van Velsen EU-strategie die als leidraad geldt voor alle activiteiten en investeringen van Velsen op dit vlak

PBL-Notitie. Eindrapportage

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017

Krachten bundelen, kennis delen en allianties vormen

Excellente partnerschappen binnen Europa: de KIC s

Naar meer scherpte in de Rijk-Regio agenda voor innovatiestimulering. Berry Roelofs Principal Consultant

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding

Tussenstand OP EFRO Noord-Nederland SNN PS bijeenkomst 25 juni Yvonne van Mastrigt

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Het creëren van een innovatieklimaat

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Zakendoen met België. Jurgen Moors, MA Adviseur Internationale Zaken/Euregio Centre of Excellence België

Inhoud presentatie Cohesiebeleid Situatie Uitdaging EU2020

EU subsidies voor KRW opgaven

llll lllliiii III! INI

F4-GEMEENTEN. Manifest voor de vorming van een nieuw provinciaal coalitieakkoord. Versterk Economie en Werkgelegenheid

Topsectoren aanpak en de Nederlandse Defensie & Veiligheid gerelateerde industrie. Samen naar de top!

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Economisch Manifest. Noord-Limburg

Persbericht. Brabant investeert in zonne-energie

The Netherlands of

Ruimte voor de maatschappij van morgen BRAINPORT SMART VILLAGE

Subsidies in de regio

Nextport International community Zwolle Region

Analyse integrale aanpak arbeidsmarktbeleid Zuidoost-Nederland Samenvatting

Propositiedocument. Business Cluster Semiconductors. - aanbevelingen -

Noord-Nederland en OP EFRO

Aan de Statenleden van de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe. Groningen 30 juni 2015 Behandeld door bestuurszaken SNN Telefoonnummer

Presentatie Actieplan FoodValley

Bijlage 1: Gekozen regio s en hun sterke kanten. Meest innovatieve regio s

The Netherlands of

Europa voor gemeenten en provincies

De internationale concurrentiekracht van Nederlandse (top)sectoren en de rol van bereikbaarheid. Frank van Oort Utrecht, 21 november 2011

Trends en ontwikkelingen

Samen sterker in het buitenland met de overheid als partner

Europese programma s in Nederland

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

The Netherlands of

Structuur van Europese (Informele) Netwerken voor regio s en steden

Subsidie voor innovatieve projecten. Informatie over het Innovatief Actieprogramma Groningen. provincie groningen

Nederland in Europese systemen en netwerken Internationale Concurrentiepositie van de Noordvleugel van de Randstad

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. West-Vlaanderen. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

PS2012BEM03-1. Besluit pag. 5. Toelichting pag. 1 t/m 3

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie

Succesvol samenwerken in de Regio Eindhoven. Plaats voor een heading

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Speech van commissaris van de koningin Max van den Berg, Symposium LifeLines, Groningen (UMCG), 1 oktober 2012

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Noord-Brabant. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Mogelijkheden MKB in EFRO en INTERREG

KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R

G100 TERUGBLIK G maart 2011

Samen sterker in het buitenland met de overheid als partner

Europese subsidies voor de Sociale Economie

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Overijssel. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Gelderland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Afsluiting TIM 2. Woord van welkom. Doel van de avond. Programma. Afsluiting. presenteren van klankborden over

Impact met slimme mobiliteit op de (snel)weg 20% CO 2

Economische kracht van de maritieme sector in de Zuidvleugel (van tweede Maasvlakte tot Gorinchem) verder versterken door inzet op vier lijnen:

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS?

Horizon 2020 Kansen voor Hogescholen

Beleidscommissie Strategische raadsagenda. Visie op positionering Harderwijk 9 februari 2017

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Zuid-Holland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Symposium Groene chemie in de delta

ZUIDOOST-NEDERLAND: DÉ EUROPESE OPEN INNOVATIEREGIO

Samen realiseren we de koers van Zuid-Limburg

Wereldwijd arbeidsmarktonderzoek bekendheid Eindhoven & Brainport Eindhoven Region

Topsector en de Buitenland Promotie Logistiek

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Utrecht. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland

WESTHOEK BUSINESS DISTRICT. een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Zeeland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Oost-Vlaanderen. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Van strategische ligging naar strategische positie. Henk Rosman directeur REWIN West Brabant

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan

Interreg Vlaanderen-Nederland. Projectmogelijkheden onder Interreg V

Kenmerkend voor ruimtevaart is de succesvolle samenwerking van bedrijfsleven, universiteiten & kennisinstituten en overheid: de gouden driehoek.

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Friesland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Brainport Eindhoven ENERGIE. Studievoormiddag Energie in de Noorderkempen 29 april 2010

dit* doorpakken in topsectoren

SMART SOCIETY IN NEDERLAND

Pact Brabant Brabants Arbeidsmarktakkoord oktober 2011

Brainport Monitor 2010 Samenvatting. Van crisis naar kracht

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Antwerpen. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

Transcriptie:

Brabant in internationaal perspectief Meerjarenstrategie voor versterking van de internationale positie van Brabant

Brabant in internationaal perspectief Meerjarenstrategie voor versterking van de internationale positie van Brabant Provincie Noord-Brabant s-hertogenbosch, 9 Augustus 2012

Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding en verankering 6 1.2 Samenwerken om sterker te worden 6 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio 9 met internationaal concurrentievermogen 2.1 Brabant: excellente regio 10 2.2 Wat is een topregio? 10 2.3 Behoud en versterken van de concurrentiepositie via smart specialisation strategy 11 3 Internationalisering - een heel eind op weg 15 3.1 Internationalisering nader gedefinieerd 16 3.2 De vier maatschappelijke opgaven 17 3.3 Samenwerkingsregio s van de provincie uitgelicht 19 3.4 Netwerk- en belangenorganisaties van de provincie uitgelicht 20 4 Internationalisering - op naar de top 23 4.1 Wie doet wat? 24 4.2 Algemene behoeftes 24 4.3 De vier maatschappelijke opgaven als focus: roadmap voor internationalisering 25 5 Organisatorische implicaties 31 Bijlage 35

Hoofdstuk 1 Inleiding

Hoofdstuk 1 Inleiding 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en verankering Voor u ligt de meerjarenstrategie Brabant in internationaal perspectief. In de Agenda van Brabant heeft de provincie de ambitie uitgesproken om tot de Europese top van de (industriële) kennis en innovatieregio s te blijven behoren. De Agenda van Brabant 1 spreekt van het belang van gezamenlijk optreden van regiopartners. Alleen dan kan de regio op het Europese toneel enig gewicht in de schaal leggen en voldoende massa en kracht ontwikkelen voor de externe promotie en profilering. Ook het huidige bestuursakkoord Tien voor Brabant 2011-2015 2 met onder andere het economische kaderstellende programma, onderschrijft het belang van internationalisering voor Brabant: Wij zijn ons ervan bewust dat het onderhouden van goede nationale en internationale relaties van groot belang is voor Brabant. Het provinciale bestuur heeft hierbij de ambitie om dit gezamenlijk te doen met de Brabantse Triple Helixpartners, dat wil zeggen met (Brabantse) overheden, ondernemingen, onderwijs en maatschappelijke instellingen. Het provinciale bestuur wil, in aansluiting op het Economisch Programma Brabant 2020 3, met de voorliggende meerjarenstrategie verder richting geven aan het Brabantse antwoord op de internationale dynamiek door samen te investeren en verbindingen te leggen tussen lopende initiatieven en toekomstige kansen. Deze aanpak vraagt om een andere manier van werken met een marktgerichte focus en inhoudelijk scherpe keuzes. In de meerjarenstrategie ziet de provincie voor zichzelf de rol van aanjager en afstemmer. Zoals uit het door het bedrijfsleven van Brabant en Zeeland ge presenteerde Drielagenplan, voor efficiënte econo mische ondersteuning (MKB, BZW, KvK 2012) blijkt, is er behoefte aan een herstructurering van de economische ondersteuningsactiviteiten. Het is nood zakelijk dat één organisatie de helikopterview houdt over alle plannen en activiteiten, zodat de belangen op elkaar kunnen worden afgestemd en er oog is voor regio-overstijgende aspecten. Zowel voor de provinciale organisatie als voor Brabantse partners betekent dit, dat ze zich bewust moeten zijn van de internationale dimensie. Onder andere belangen behartiging en beleidsbeïnvloeding zijn ten behoeve van het inter nationaal profileren van Brabant belangrijk. Aan de hand van het jaarlijkse werkplan kijken we regelmatig bestuurlijk en ambtelijk met de Triple Helixpartners naar de acties en resultaten. Na afloop van de bestuursperiode gaan we op basis van onafhankelijk onderzoek evalueren hoe Brabant ervoor staat met betrekking tot kennis, innovatie en het internationaal concurrentievermogen. Daarnaast onderzoeken we waar we staan ten opzichte van onze grootste Europese concurrenten. In dit document wordt allereerst de Europese en nationale context geschetst. Vervolgens wordt nader ingegaan op de ambitie om topregio te blijven en wordt geschetst wat daarvoor nodig is. Wat we al doen als Brabant en als provinciale organisatie staat beschreven in hoofdstuk 3 en wat nog ontbreekt om de ambitie waar te maken is opgenomen in hoofdstuk 4. De organisatorische implicaties voor alle acties staan in hoofdstuk 5. 1.2 Samenwerken om sterker te worden De open Europese grenzen, internationalisering en liberalisering van het economische verkeer maken dat Europese regio s zich moeten onderscheiden en specialiseren. Hun concurrerend vermogen zich profileren als vestigingsplaats ten opzichte van andere regio s wordt steeds belangrijker, en kennis en innovatie zijn daarbij van levensbelang. Brabant is zich hiervan bewust en heeft, om welvaart en welzijn in Brabant duurzaam te garanderen, de volgende ambitie geformuleerd: Behoren tot de top van de Europese kennis- en innovatieregio s. Om te kunnen beoordelen of het gewenste resultaat wordt behaald zal jaarlijks door de provincie Noord-Brabant een benchmark worden ge houden om de internationale ranking van Brabant te bepalen. Hierbij zal onder andere gebruik worden gemaakt van data en onderzoeksgegevens van instellingen als de Europese Commissie, SER en het Planbureau voor de Leefomgeving. Om tot de top te blijven behoren is het nodig om in Brabants verband dat wil zeggen samen met alle partners in de provincie gezamenlijk op te treden. Alleen dan kan Brabant op het Europese toneel enig gewicht in 1 Agenda van Brabant: traditie en technologie, 2010, Provincie Noord-Brabant 2 Tien voor Brabant Bestuursakkoord VVD CDA SP, 2011, Provincie Noord-Brabant 3 Economisch Programma Brabant2020, 2012, Provincie Noord-Brabant 6

Hoofdstuk 1 Inleiding de schaal leggen. Concurrerende regio s in Europa hebben een omvang en diversiteit waar tegen de afzonderlijke steden en delen van Brabant eenvoudigweg niet kunnen concurreren. Om de ambitie te kunnen realiseren moeten publieke en private partners in de regio én op nationaal niveau de krachten bundelen. Allemaal samen moeten zij zich sterk maken voor de verdere verbetering van de Brabantse positie als Europese kennis- en innovatieregio. Vanzelfsprekend zal daarbij aansluiting moeten worden gezocht bij reeds lopende initiatieven in Brabant en Europa, zoals het economische programma van de provincie, Brabant2020, en de Europa2020- strategie. De provincie heeft met het aantreden van het huidige college gekozen voor een beleid dat is gestoeld op de Agenda van Brabant, een gezamenlijke agenda voor een ondernemend(er) Brabant, met een versterking van het regionaal organiserend vermogen, nieuwe en intelligente vormen van samenwerking en taakverdeling tussen publiek en privaat. Daarom vormt de Triple Helix-samenwerking de basis voor de realisatie van de Brabantse internationale ambities. Uit recent onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving 4 blijkt dat Brabant sterk is in een aantal sectoren zoals agrofood en hightech. Maar de analyse laat ook zien dat Brabant op gebied van hightech terrein verliest en dat de concurrenten in Europese metropolen hun positie verbeteren. Brabant moet zich daarom nog meer richten op aansluiting bij de inter nationale net werkeconomie, het aantrekken en be houden van kenniswerkers en het creëren van een aantrekkelijk investeringsklimaat. Europa Regio s zijn sleutelspelers in Europa. De provincie en haar partners zijn zich bewust van de unieke positie en ligging die zij innemen in Europa. Grensoverschrijdende samenwerking met onder andere Vlaanderen en Noord rijn-westfalen biedt nieuwe kansen en moet verder worden verdiept. De Europese Unie is wat dat betreft ook vragende partij. Europa probeert immers slimme, duurzame en inclusieve groei te stimuleren. Op vijf belangrijke gebieden - werkgelegenheid, innovatie, klimaatverandering, onderwijs en armoede - zijn ambitieuze doelstellingen geformuleerd die tegen 2020 bereikt moeten zijn. Zo biedt onder andere het cohesiebeleid het investeringskader om bij te dragen aan economische groei. Europa wil daarbij meer focus op een beperkt aantal thema s. Voor rijkere regio s zoals Brabant zijn dat met name: innovatie, duurzame energie, stimuleren en ondersteunen midden- en kleinbedrijven (MKB) én ICT. Daarnaast biedt het Europese programma voor onderzoek en ontwikkeling Horizon2020 voor Brabantse partijen - universiteiten, bedrijven - een mogelijkheid verder te investeren in kennis. Slimme specialisaties en topsectoren De Europese groeistrategie Europa2020 nodigt regio s in Europa uit om een actieve rol te spelen en zich te richten op slimme specialisaties, de zogenoemde smart specialisation strategy S3. Deze aanpak biedt volop kansen voor Brabant onder andere door de economische clusters die in de loop van de jaren zijn ontstaan. Deze clusters hebben een link met Europese thema s en voor Brabant kansrijke maatschappelijke opgaven: slimme mobiliteit, duurzame energie, duurzame agrofood en gezond ouder worden. Daar waar de investeringen inspelen op deze maatschappelijke uitdagingen, ontstaat er zowel een positief effect op de regionale economie als op de samenleving als geheel. Brabant gaat primair uit van de Europese groeistrategie Europa2020, maar zoekt ook nadrukkelijk aan sluiting bij het Topsectorenbeleid van Nederland. Clusters van bedrijven en kenniscentra dragen in belangrijke mate bij aan de versterking van de economie en het investeringsklimaat. Clustercampussen zijn de hot spots in het kennislandschap van Brabant en technologische kennis wordt ingezet voor innovaties bij maatschappelijke opgaven. Maatschappelijk rendement is een belangrijke maatstaf voor de slimme economie. We spelen economisch in op grote maatschappelijke opgaven, die we met onze Europese partners delen. Dit biedt ons Brabantse bedrijfsleven een belangrijke kans om nieuwe markten te bedienen, en met name innovatie tussen en binnen de bestaande Brabantse topsectoren te bevorderen. Door samen te werken en te koesteren waar Brabant economisch, sociaal en cultureel goed in is, kan nieuwe business en bedrijvigheid worden gegenereerd die voor alle Brabanders van ambachtslieden tot kenniswerkers - voor brood op de plank zorgt. 4 De concurrentiepositie van de topsectoren in Noord-Brabant. Welk vestigingsklimaat is nodig om internationaal te excelleren?, 2012, Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag. 7

8

Hoofdstuk 2 Noord-Brabant: Top kennis- en inno vatieregio met internationaal concurrentie vermogen 9

Hoofdstuk 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio met internationaal concurrentievermogen 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio met internationaal concurrentievermogen 2.1 Brabant: excellente regio Brabant, Europe s heart of smart solutions, is de slogan waarmee de provincie zichzelf buiten de landsgrenzen profileert. Europa wil dat regio s excelleren met slimme specialisaties (S3). Goed zijn op zich is niet voldoende, je moet uitblinken, je stempel drukken, meewerken aan de mondiale kenniseconomie. Alleen zo kan het oude continent met zijn enorme culturele verscheidenheid optornen tegen concurrenten uit Noord- en Zuid-Amerika en Azië. Om werkelijk de Europese top te halen, is versterking van de innovatiekracht nodig. Verbeeldingskracht, slimme ambachtelijkheid in innovatief vermogen zijn immers de waardevolste grondstoffen waarover we hier in Europa beschikken. De provincie en de Brabantse partijen hebben het goud in handen om slimme oplossingen te ontwikkelen voor maatschappelijke vraagstukken. Wie doet wat en waarom? Ondernemingen en kenniscentra kunnen Brabant op een hoger niveau tillen. De grote kracht van de provinciale overheid is dat zij mensen bij elkaar brengt, ideeën en plannen verbindt en een gecoördineerde inzet van publieke en private investeringen mogelijk maakt. Alle partijen samen staan voor de uitdaging om Brabant op het internationale platform te laten excelleren. Waar staat Brabant voor? Landschapsarchitect Adriaan Geuze was enkele jaren geleden een van de deelnemers aan de toekomstdebatten over de Brabantse leefomgeving. Geuze vergeleek Brabant met de Duitse deelstaat Beieren. Brabanders koesteren het familieleven, net als de Beieren, die high tech met high touch combineren, tradities respecteren, maar tegelijk investeren in toekomst en vooruitgang. Die spirit is volgens Geuze in Brabant ook aanwezig. Sociaal vertrouwen draagt in belangrijke mate bij aan en is voorwaarde voor het vermogen te innoveren en hoog complexe innovaties en productie te organiseren. Welvaart en welzijn van de Brabander zijn in sterke mate afhankelijk van de rol die Brabant op het wereld toneel speelt; of het nu gaat om het grote aandeel van het Brabantse bedrijfsleven in de Nederlandse export en de uitdaging om zich te positioneren op de markten van de opkomende economieën, het benutten van Europese subsidiestromen voor Brabantse projecten of de samenwerking met buren te bevorderen. Doordat de rijks overheid zich voor een deel terugtrekt uit innovatie subsidiëring is bovendien het belang van het Brusselse beleid en van Europese innovatieprogramma s nog sterker geworden. Top, ook voor expats In het Economisch Programma Brabant2020 wordt als een van de actiepunten het versterken van het internationale klimaat in Brabant genoemd. De provincie dient een ambitieuze internationaliseringsagenda te hebben die zich richt op het aantrekken van vestigingen van internationale bedrijven en internationale kenniswerkers. De verwachte tekorten op de Brabantse arbeidsmarkt maken het noodzakelijk dat binnen de economische clusters een groot deel van de kenniswerkers van buiten Nederland worden gehaald. Daarvoor is onder andere een aantrekkelijk woon- en leefklimaat een noodzakelijke voorwaarde. Goede sport- en culturele voorzieningen, de aanwezigheid van internationale scholen, aantrekkelijke huisvesting en de goede bereikbaarheid van Europese metropolen spelen een rol bij de afweging van bedrijven en expats om te kiezen voor Brabant als werklocatie. Overigens doet ook het hoger onderwijs een inspanning bij de internationalisering van de Brabantse arbeidsmarkt. Binnen het Kennis Pact Brabant werken onderwijs, overheid en bedrijfsleven samen met het oog op de ontwikkeling van Brabantse economische clusters. In het Brabants Arbeidsmarktakkoord 2012-2015 5 is het binden en boeien van expats (zowel kenniswerkers als vaklui) als een van de uitgangspunten opgenomen. 2.2 Wat is een topregio? Brabant heeft de ambitie om tot de top van kennis- en innovatieregio s van Europa te blijven behoren 6. Voor de positiebepaling van regio s op basis van hun kennis- en 5 Brabants Arbeidsmarktakkoord 2012-2015, Pact Brabant, 2011, p. 4, http://www.pactbrabant.nl/downloads/oktober2011/brabants%20arbeidsmarktakkoord%2019%20oktober2011.pactbrabant.pdf 6 PNB (2010a), Agenda van Brabant: traditie en technologie, Provincie Noord-Brabant, p. 33 10

Hoofdstuk 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio met internationaal concurrentievermogen innovatieniveau kunnen verschillende indicatoren worden gebruikt. Om te kunnen beoordelen of het gewenste resultaat wordt behaald zal jaarlijks door de provincie Noord-Brabant een benchmark worden gehouden om de inter nationale ranking van Brabant te bepalen. Hierbij zal onder andere gebruik worden gemaakt van data en onderzoeks gegevens van instellingen als de Europese Commissie, SER en het Planbureau voor de Leefomgeving. Zo scoort de Europese Commissie regio s bijvoorbeeld op basis van indicatoren waaronder het aantal afgestudeerden van het beroeps- en hogere onderwijs, de hoogte van investeringen in publieke en private R&D en het aantal patenten dat wordt aangevraagd. In 2009 scoorde Brabant op drie van deze vier punten bovengemiddeld. Wat kan Brabant leren van concurrerende regio s en naar welke regio s moeten we kijken om te leren, ge baseerd op deze indicatoren? Sterke kennisregio s combineren een relatief hoog aandeel private R&Dinvesteringen met publieke R&D-investeringen. Regio s die op beide indicatoren hoog scoren zijn Zuid-Duitse regio s zoals Oberbayern en Tübingen. Regio s met een topuniversiteit scoren hoog waar het investeringen in publieke R&D betreft. Voorbeelden van dergelijke regio s zijn Berkshire c.s., Île de France, Oberbayern, West Midlands en Southern and Eastern Ireland. Een hoog aantal patenten kunnen naast een aanduiding voor tal rijke R&D-activiteiten ook een indicator zijn voor een gesloten kennissysteem. Dit kan een regio voor buitenlandse investeringen ook minder aantrekkelijk maken. Brabant dient hier rekening mee te houden. Door slimme combinaties en creativiteit moeten we proberen onderscheidend te zijn ten opzichte van soortgelijke industriële kennis- en innovatieregio s als Stockholm, Stuttgart, Oberbayern (München) en Noordrijn-Westfalen. Al deze regio s hebben net als Brabant een hoge patent-performance en een relatief sterke oriën tatie richting maakindustrie. Om de ambitie te kunnen realiseren moeten publieke en private partners in de regio en op nationaal niveau hun krachten bundelen. Tevens geven de hoogte van de export evenals het aantal buitenlandse investeringen volgens het Planbureau van de Leefomgeving een indicatie van de concurrentiekracht van een regio. Volgens onderzoek van Ernst & Young bezet Nederland de vijfde plaats van Europese landen waar de meeste directe buitenlandse investeringen (FDI) worden gedaan 7. In Nederland scoort Brabant een derde plaats. Voor deze positiebepaling spelen ook andere indicatoren een rol, zoals: de kwaliteit van leven; telecommunicatie-infrastructuur; transport en logistieke infrastructuur, stabiele sociale omgeving; duidelijke en stabiele politieke, wetgevende en administratieve omgeving; opleidingsniveau van lokale werknemers. Maar ook punten waarop het Nederlandse vestigingsklimaat zich kan verbeteren, zoals: arbeidskosten; kosten onroerend goed; arbeidsrechtflexibiliteit, ontslag en arbeidsduur; de Nederlandse afzetmarkt; toegang tot Nederlandse investeerders; expertise van Nederland met betrekking tot de industrie van een bedrijf 8. Om een topregio op gebied van kennis en innovatie te zijn, moet de basis op orde zijn 9. Dat wil zeggen, aandacht voor het bevorderen van ondernemerschap, een proactief arbeidsmarktbeleid voor de kenniseconomie, ruimte voor bedrijvigheid, en een goede bereikbaarheid over weg, spoor en door de lucht. Door aandacht te hebben voor de genoemde indicatoren kan Brabant de basis op orde brengen en zich gericht verder ontwikkelen als topregio. 2.3 Behoud en versterken van de concurrentiepositie via smart specialisation strategy De regio Noord-Brabant maakt onderdeel uit van een internationaal speelveld waarin veel economische en maatschappelijke ontwikkelingen zich aftekenen. Zowel op mondiaal niveau als in Europa staan nieuwe concurrenten op. Brabant moet haar energie gericht inzetten om de internationale concurrentiepositie te behouden en te versterken. Een duidelijke focus met hulp van de eerdergenoemde smart specialisation strategy S3 en de 7 Ernst & Young (2012), Barometer Nederlands vestigingsklimaat, http://www.ey.com/nl/nl/newsroom/news-releases/pr_sterke-groei-in-aantal-buitenlandse-investeringen-in-nederland_030712 8 Ernst & Young (2012), Nederland steeds aantrekkelijker: Barometer Nederlands vestigingsklimaat 2012, p. 13 9 PNB (2011b), Economie, Innovatie en Internationalisering: Economische Agenda 2020, Provincie Noord-Brabant 11

Hoofdstuk 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio met internationaal concurrentievermogen vier maatschappelijke opgaven is dan ook een must voor grensoverschrijdende, Europese en internationale activiteiten. Waar gaat Brabant zich dan op richten? Zuid-Nederland (Brabant, Limburg, Zeeland, stedelijke netwerken en andere stakeholders) gaat bij de inrichting van de S3 primair uit van de Europa2020-strategie en speelt tegelijktertijd ook in op het topsectorenbeleid. Rond de drie pijlers agrofood, chemie en hightech systemen en materialen wordt de synergie gezocht met sectoren die in samen werking met andere regio s het best tot hun recht komen, te weten: biobased economy, maintenance, logistiek, life sciences en health. Brabant heeft in Zuid-Nederlands verband een extra dimensie toegevoegd aan de eigen investeringsplannen. Zo werken we op regionaal niveau aan een verbinding tussen het nationale beleid inzake de versterking van topsectoren en het door de Europese commissie geformuleerde programma waarin een aantal maatschappelijke opgaven de motor zijn voor een innovatief en sterk bedrijfsleven. Een dergelijke aanpak is kansrijk juist omdat de regio een goede mogelijkheid biedt die samenwerking te organiseren, en om die samenwerking als kracht in te zetten ook voor de internationalisering die bijdraagt aan een sterke positie van onze economie in de komende decennia. De provincie en haar Brabantse partners richten zich op de volgende vier maatschappelijke op gaven: slimme mobiliteit: gericht op slimme vervoersoplossingen voor personen- en goederenvervoer uit oogpunt van bereikbaarheid, veiligheid en milieu. duurzame energie: anticiperen op de uitdagingen van de klimaatverandering en het daarmee verbonden energievraagstuk via de clusters (1) zon/pv (2) elektrisch rijden en slimme netten en de (3) biobased economy. duurzame agrofood: agrofood omvat de voortbrenging, verwerking en distributie van agrarische food-en non-food-producten inclusief de toelevering van producten en diensten die hiermee zijn gemoeid. gezond ouder worden: gericht op innovatieve oplossingen voor demografische veranderingen. Ouderen en chronisch zieken willen langer zelfstandig thuis wonen en meer kwaliteit van leven, de zorg (cure & care) moet toekomstbestendig worden gemaakt vanwege vergrijzing en tekorten op de arbeidsmarkt (krimp) en kansen voor het innovatieve bedrijfs leven moeten worden benut en gecreëerd. Dit sluit aan bij het Europese kerninitatief Innovatie unie, waarbij de partners uitgenodigd worden in hun onderzoeks- en innovatiebeleid meer nadruk te leggen op de grote maatschappelijke vraagstukken, zoals klimaatverandering, besparing van energie en grondstoffen, volksgezondheid en demografische verandering. Deze richting komt ook terug in de inhoudelijke focus van de nieuwe EU-subsidieprogramma s vanaf 2014. Door gebruik te maken van deze invalshoek kan de regio ook de cross-overs tussen de verschillende Brabantse clusters verzilveren en een bijdrage leveren aan de realisatie van de Europese agenda. Twee cross-overs bieden in het bijzonder kansen: verbindingen vanuit het cluster High Tech Systems en Materialen en vanuit het cluster Agrofood met maatschappelijke opgaven rond mobiliteit, energie, gezondheid en een duurzame agrofoodketen. De inzet van sterke Brabantse competenties op het gebied van ICT, logistiek, design en sociale innovatie kunnen deze cross-overs een extra versnelling geven (PNB, 2012). Naast het aanbrengen van een inhoudelijke focus is het voor een versterkte concurrentiepositie ook noodzakelijk de (toekomstige) Brabantse concurrenten en samenwerkingspartners in beeld te hebben. Zo lijken de sectorale concentraties en specialisaties in Brabant op die van Lombardije (Milaan). Op het gebied van (hoog) technologische industrie heeft Brabant ook rekening te houden met Île de France, Vlaanderen en de Zuid-Duitse regio s. De concurrerende regio s bieden ongetwijfeld aanknopingspunten voor samenwerking. In buurland Duitsland is sprake van een sterk (groeiend) internationaal georiënteerd bedrijfsleven in Beieren (München), Saksen (Dresden) en Baden-Württemberg (Stuttgart), regio s die vooral vanuit het oogpunt van slimme mobiliteit interessant zijn. Kijkend naar Vlaanderen wordt ook nu al kennis rond innovaties in het kader van gezond en actief ouder worden binnen Europese netwerken met elkaar gedeeld. Ook voor de op groene grondstoffen gebaseerde economie (biobased economy), werkt Brabant onder andere samen met Vlaamse provincies en kennisinstellingen. Vergelijkbare kansen en bedreigingen komen vanuit de BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India en China). Hun groei biedt de regio zowel mogelijkheden voor de export als concurrentie in vorm van goedkopere productiefaciliteiten. Op dit moment is 14 procent van de Nederlandse import afkomstig van de BRIC-landen terwijl slechts 4 procent van de Nederlandse export er naar toe gaat (CPB, 2011). Hoewel een groot deel van deze import wordt doorgevoerd naar andere EU-landen, toont deze scheve verhouding dat er nog een wereld te winnen is voor Brabantse bedrijven die hun afzetgebied willen vergroten. Tegelijkertijd moeten de Brabantse partijen 12

Hoofdstuk 2 Noord-Brabant: Top kennis- en innovatieregio met internationaal concurrentievermogen niet uit het oog verliezen dat landen als China met een slimme inzet van technologie en kennis steeds hoogwaardigere producten maken. Een duidelijke specialisatie in de economische koers en de internationale samenwerking is daarom noodzakelijk. 13

Hoofdstuk 3 Internationalisering - een heel eind op weg

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg 3 Internationalisering - een heel eind op weg 3.1 Internationalisering nader gedefinieerd De Brabantse partners kunnen in het internationale werkveld verschillende instrumenten inzetten. Het gaat bij internationalisering om twee richtingen. Enerzijds betreft het ontvangsten van internationale bedrijven en kenniswerkers en anderzijds het helpen van Brabantse bedrijven, en het MKB in het bijzonder, om toegang op internationale markten te krijgen. Vaak worden de instrumenten in onderlinge samenhang ingezet. Internationale samenwerking De provincie wil doelen realiseren en heeft daarbij andere regio s binnen en buiten Europa nodig. Deze contacten zijn nodig om bijvoorbeeld Europese steun voor Brabants beleid te krijgen, het Brabantse bedrijfsleven in contact met anderen te brengen en om kenniswerkers aan te trekken. Alle samenwerkingsverbanden worden verder in dit hoofdstuk toegelicht. resultaten vermenigvuldigen. Dit gebeurt via netwerken die projectmatig zijn ingestoken (bijvoorbeeld in het kader van Europese territoriale samenwerking, Interregprojecten) of via structurele samenwerkingsverbanden. Via deze netwerken kunnen ideeën en kennis uitgewisseld worden, bijvoorbeeld over de aanpak van maatschappelijke uitdagingen. Internationalisering arbeidsmarkt en onderwijs De verwachte tekorten op de Brabantse arbeidsmarkt en vooral op het gebied van techniek en de betawetenschappen maken het noodzakelijk dat binnen de economische clusters een groot deel van de kenniswerkers van buiten Nederland wordt gehaald. Dat geldt niet alleen voor kenniswerkers, maar ook voor vaklui. Om die reden heeft Pact Brabant in het Brabants Arbeidsmarktakkoord 10 als één van de uitgangspunten op ge nomen het binden en boeien van expats (zowel kenniswerkers als vaklui). Investeringsbevordering Brabant wil een economisch sterke en aantrekkelijke regio zijn en trekt daartoe buitenlandse bedrijven aan. De provincie speelt vooral in de randvoorwaardelijke sfeer een rol. Denk hierbij aan het bevorderen van een aantrekkelijk vestigingsklimaat, het voeren van een attractief arbeidsmarktbeleid, de totstandkoming van een internationale school, het faciliteren bij visumprocedures of het expat-centre. Handelsbevordering Brabantse bedrijven, en vooral het MKB, hebben steun nodig om toegang te krijgen tot de internationale markten. In gezamenlijkheid met de Triple Helix-partners worden economische missies georganiseerd om uitwisseling met andere landen en regio s te stimuleren. In samenspraak met andere overheden, bedrijven en kennisinstellingen wordt gekeken waar de kansen op samenwerking groot zijn en het beste zullen renderen. Het vigerende beleid maakt het mogelijk om een scherpere focus en prioriteitsstelling aan te brengen. Netwerken en kennisuitwisseling Brabantse spelers gebruiken hun netwerken om doelstellingen makkelijker te bereiken. Ambities delen is Europese Fondsen Om Brabantse doelen te bereiken zijn er diverse Europese fondsen waar de Brabantse partners gebruik van kunnen maken, zowel in de huidige Europese begrotingsperiode (2007-2013) als in de toekomstige (2014-2020). Het Operationeel Programma Zuid-Nederland, gefinancierd vanuit het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling (EFRO), heeft als voornaamste doelstellingen de bevordering van het concurrerend vermogen, een duurzame economische groei en een versterking van de werkgelegenheid in Zuid-Nederland. Grensoverschrijdend en transnationaal wordt er samengewerkt in het Interreg-programma (ook EFRO); middels het PlattelandsOntwikkelingsProgramma (POP, afkomstig uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling) wordt geïnvesteerd in het platteland. In de projecten vindt veelal samenwerking plaats tussen overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen in de regio of met counterparts elders in Europa. Samenwerking in internationale projecten levert Brabant kennis, samenwerkingspartners, geld en een innovatief imago op. Op het gebied van onderzoek en innovatie zijn er verschillende fondsen die kunnen worden aangeboord, maar in de nieuwe begrotingsperiode is er één Europees financieringsprogramma voor onderzoek en innovatie: Horizon 10 Het Brabants Arbeidsmarktakkoord 2012-2015, 2011, Pact Brabant http://www.brabant.nl/actueel/nieuws/2011/oktober/~/media/a14875a9c38348e5b363507be2874463.pdf 16

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg 2020. Met een voorgesteld budget van 80 miljard euro moet Horizon 2020 het makkelijker maken voor onderzoekers en instellingen om financiering te verkrijgen en om goede ideeën op de markt te brengen. Profilering en branding Branding heeft als doel de zichtbaarheid, herkenbaarheid en naamsbekendheid van Brabant te vergroten. De afgelopen jaren zijn de eerste fundamenten gelegd voor de branding. Met het vaststellen van de gekozen propositie high tech en high touch is de basis voor het huidige netwerk ontstaan. Deze boodschap als DNA van de regio wordt zowel binnen Brabant als daarbuiten breed herkend en steeds meer door bedrijven en orga nisaties ingezet. De webportal www.brabantsmartsolutions.com levert informatie over Brabant voor bijvoorbeeld expats. Daarnaast heeft Eindhoven zich, met steun van de steden Helmond, s-hertogenbosch, Tilburg, Breda en met de provincie Noord-Brabant, kandidaat gesteld voor de titel van Culturele Hoofdstad van Europa 2018. In 2018 worden Eindhoven en Brabant één groot living lab, waar met verbeelding als drijvende kracht gewerkt wordt aan de stad en het Europa van de toekomst. Dat doen we met de nieuwste technologische innovaties, open source en zoveel mogelijk met elkaar. We bedenken innovatieve ideeën door iedereen als deelnemer en co-creator te zien; zo brengen we cultuur weer naar het hart van de samenleving. We willen mensen overtuigen dat ze zelf het vermogen hebben om de toekomst te helpen vormen. Public Affairs Public Affairs van de provincie Noord-Brabant richt zich primair op het behartigen van de belangen van Brabant bij de rijksoverheid in Den Haag en bij de EU in Brussel. De provincie Noord-Brabant heeft daarom medewerkers in zowel Brussel als Den Haag gevestigd die op een aantal prioritaire dossiers werken aan beïnvloeding van nationaal en Europees beleid ten gunste van Brabant. Indien de mogelijkheid zich voordoet wordt hierbij samengewerkt met andere overheden, onderwijsinstellingen en bedrijven. Zo wordt in Brussel samengewerkt met andere provincies in het Huis van de Nederlandse Provincies (HNP) en met vertegenwoordigers van Brainport en BrabantStad. In Den Haag wordt op een aantal dossiers samen opgetrokken met andere provincies in IPO-verband. 3.2 De vier maatschappelijke opgaven Ook op het gebied van de vier maatschappelijke opgaven gebeurt er binnen Brabant al veel op internationaal terrein. Brabantse spelers drijven handel met het buitenland, werken samen in innovatieprojecten en in Europese netwerken, leren van concurrenten en zoeken in het buitenland naar talent en investeringen. Hieronder wordt per maatschappelijke opgave de stand van zaken geschetst. Slimme Mobiliteit Onder slimme mobiliteit verstaan we alle maatschap pelijke en economische vraagstukken rondom slimme vervoersoplossingen voor personen- en goederenvervoer, met aandacht voor bereikbaarheid, veiligheid en milieu. Over deze onderwerpen is in Brabant veel expertise voorhanden. Veel van deze kennis is opgedaan in Europese innovatieprojecten binnen het 7e Kader Programma (SoCool@EU) en Interreg (Grenzenloze Logistiek) en binnen nationale projecten zoals SPITS (Strategic Platform for Intelligent Traffic Systems). Brabantse partijen richten zich op Europa voor wat betreft kennis en innovatie. Er wordt samengewerkt met onder andere Noordrijn-Westfalen, Vlaanderen, Nord- Pas- de-calais, Andalusië, Uppsala en Baden-Württemberg. Brabantse overheden en bedrijven zijn actief binnen een aantal Europese netwerken zoals Polis, EUROCITIES en het European Network of High Speed regions. Deze netwerken worden onder meer gebruikt voor kennis overdracht, het werven van samenwerkingspartners en Europese fondsen en voor lobby. Actuele Brabantse dossiers in Brussel zijn KIC Urban Mobility, en de bereikbaarheid van Brabant in de Europese context (TEN-T). Voor wat betreft de internationale profilering, heeft Brabant met het topinstituut Dinalog voor de logistiek 11 Aan DITCM (Dutch Integrated Testsite Cooperative Mobility) doen allerlei bedrijven, kennisinstellingen en overheden (vooral wegbeheerders) mee, zoals NXP Semiconductors, TomTom, Peek Traffic, Logica, Connekt, Rijkswaterstaat, provincie Noord-Brabant, Samenwerkingsverband Regio Eindhoven, BrainportDevelopment, de gemeenten Eindhoven en Helmond, TU Eindhoven, TU Delft, NHTV, Fontys Hogeschool, HTACampus, High Tech Automotive Systems. 17

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg en het DITCM 11 programma voor de automotive twee platformen met internationale allure. Verdere unique selling points van Brabant zijn de onafhankelijkheid ten opzichte van automobielfabrikanten, de af te sluiten snelweg A270 Eindhoven Helmond, de combinatie van een automotive cluster in Zuidoost- Brabant en het logistiek cluster in West en Midden Brabant en de samenwerking tussen regionale bedrijven als TomTom en NXP. Duurzame Energie Duurzame energie is een grote maatschappelijk opgave, anticiperend op de uitdagingen van de klimaatverandering en het daarmee verbonden energievraagstuk. Brabant zet hierbij in op de onderdelen (1) zon/pv (2) elektrisch rijden en slimme netten en de (3) biobased economy, en kent een sterke mate van clustering van vooraanstaande instituten. Dit zet Noord-Brabant internationaal op de kaart voor toegepast onderzoek. Deze kennisinstituten vestigen zich in Noord-Brabant vanwege de uitstekende uitgangspunten van de bestaande industrie: een focus op high tech (solar) en automotive (en elektrisch rijden/slimme netwerken) in Oost-Brabant en met (chemische) procesindustrie, agrofood en logistiek (biobased economy) in West-Brabant. Zo is in Brabant Solliance 12 gevestigd, net als het Eindhoven Energy Instituut (onderdeel TU/e) en TNO. Binnenkort kan daar het instituut FOM-Differ (gericht op fundamenteel energieonderzoek) aan worden toegevoegd. Aan de TU/e zit één van de zes Europese kenniscentra op het gebied van duurzame energie. Europa geeft invulling aan haar 20/20/20-klimaatdoelstellingen door middel van de KIC-InnoEnergy 13. Deze KIC-InnoEnergy wordt mede gefaciliteerd door de provincie en daarmee heeft Brabant een unieke kennispositie. Op het gebied van duurzame energie wordt gebruik gemaakt van de volgende investeringsprogramma s: Infrastructuur - Trans-European Energy Networks (Ten-E) Onderzoek Zevende Kaderprogramma (FP7) Projectontwikkeling - Intelligent Energy Europe (IEE, incl. Elena) Mede door de nieuwe Green Chemistry Campus en de High Tech Campus Eindhoven wordt ingezet op het binnenhalen van buitenlandse OEM s (Original Equipment Manufacturers). Middels het nationale programma Zon op Nederland is het met betrekking tot zonneenergie duidelijk welke doelgroepen interessant zijn om mee samen te werken en welke partijen we graag naar Brabant willen halen. De TU/e zet vooral in op het aantrekken van buitenlandse partijen voor de New Energy Initiative. Aan de TU/e worden diverse studenten opgeleid op het gebied van duurzame energie (onder andere Sustainable Energy Technology). Een meerderheid van de studenten is af komstig uit het buitenland en blijft in Nederland na hun studie. De TU/e stimuleert ook de deelname van studenten in internationale projecten, zoals de NRG battle voor studenten, georganiseerd door mondiale topenergie bedrijven. Gezond Ouder worden De maatschappelijke uitdagingen rondom gezond ouder worden zijn vooral gericht op innovatieve oplossingen voor demografische veranderingen. Ouderen en chronisch zieken willen langer zelfstandig thuis wonen en meer kwaliteit van leven; de zorg (cure & care) moet toekomstbestendig worden gemaakt vanwege vergrijzing en tekorten op de arbeidsmarkt (krimp) en kansen voor het innovatieve bedrijfsleven moeten worden benut en gecreëerd. De aandacht voor het gezond ouder worden met de Triple Helix-aanpak maakt Brabant een hoog gekwalificeerde, innovatieve samenwerkingspartner in Europa. In de afgelopen jaren zijn sterke (kennis)netwerken ontwikkeld mede naar aanleiding van programma s als Slimme Zorg, Innovatieve Acties Brabant, Innovation4welfare, Fasilis en PEOPLE en de Europese projecten en contacten van individuele Brabantse stakeholders. Qua partnerregio s op het gebied van innovatie ligt er een sterke focus op de UK, België, Finland en Zweden. Daarnaast wordt er ook samengewerkt met landen als Italië, Spanje, Duitsland, Polen en Roemenië. De afgelopen jaren is volop geïnvesteerd in relaties met verschillende DG s van de Europese Commissie en Europese netwerken zoals de Assembly of European Regions (AER, 2012) om meer inzicht te krijgen in voor Brabant kansrijke Europese fondsen. Tevens is initiatief genomen samen met andere innovatieve regio s om het CORALnetwerk (Community of Regions of Assisted Living and Active & Healty Ageing) op te bouwen. Dit netwerk bestaat inmiddels uit meer dan 25 regio s die samenwerken aan agendering voor Active & Healthy Ageing en inzetten op Europese calls. Dit alles heeft geleid tot een betere toegang en toenemende succesvolle deelname aan Europese programma s. Ook heeft de provincie ge schakeld en gemakeld voor Brabantse stakeholders in relatie met andere Europese regio s voor deelname aan 12 samenwerking tussen ECN, TNO, TU/e, Holst en Imec op het gebied van dunne film zonne-energie 13 Om de kennis in Europa meer te bundelen is de Europese Commissie het initiatief gestart tot het oprichten van Europese onderzoekscentra. Dit zijn de knowledge and innovation communities (KIC s). Het onderzoek binnen een KIC vindt plaats samen met het bedrijfsleven en moet leiden tot innovatieve producten, die vervolgens in de Europese huishoudens en bedrijven toegepast worden. 18

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg onder meer het AAL Joint Programme. Verzoeken en kansen zijn hierdoor enorm toegenomen. Bedrijven en onderzoekers in Brabant en in het bijzonder op de High Tech Campus zijn volop bezig met ontwikkelingen die direct of indirect te maken hebben met gezond en actief ouder worden. Daarnaast is in Oss een Life Sciences Park ontstaan. Het park is een hotspot voor iedereen die zich bezig houdt met hoogwaardig onderzoek, ontwikkeling en productie van geneesmiddelen. Duurzame Agrofood Onder de maatschappelijke opgave duurzame agrofood verstaan we alle economische en maatschappelijke aspecten van de voortbrenging, verwerking en distributie van agrarische food-en non-food-producten inclusief de toelevering van producten en diensten die hiermee zijn gemoeid. Het Brabantse agrofoodcluster concurreert in een dynamische wereldwijde markt. Zelfs als op het gebied van grondstofstromen en de afzet van voedingsmiddelen de Noordwest-Europese regio centraal staat, zal het exporteren van kennis en bijvoorbeeld uitgangsmateriaal wereldwijd plaatsvinden. Wereldwijde concurrenten zullen die rijke Noordwest-Europese markt betwisten. Economische groei in Brabant wordt vooral verwacht op food technologie en andere R&D gerelateerde activiteiten. In West- Brabant bevindt zich een cluster van agro-foodbedrijven en chemische bedrijven. Deze bedrijven kunnen samen nieuwe markten aanboren, door hun traditionele producten en processen te vergroenen. Beide sectoren worden geconfronteerd met duurzaamheidsvraagstukken. Dat fossiele grondstofbronnen eindig zijn, is daarbij een feit. De provincie stimuleert de biobased ontwikkeling door te investeren in de Green Chemistry Campus en door bij te dragen aan de ontwikkeling van het Center of expertise van Avans. Ook wordt nadrukkelijk samenwerking gezicht met andere provincies als Zeeland en Zuid-Holland en over de grens met Vlaanderen om een krachtig en onderscheidend cluster te ontwikkelen. 3.3 Samenwerkingsregio s van de provincie uitgelicht Europa Als grensprovincie hecht Brabant aan een goede samenwerking met België. Dit kan zijn met de Vlaamse provincies Antwerpen, Oost- en West-Vlaanderen en de Vlaamse overheid bij de ontwikkeling van het Vlaams- Nederlands Deltagebied of met de provincie Belgisch Limburg bij de organisatie van grensoverschrijdende netwerkevenementen voor het bedrijfsleven. Daarnaast wordt er in samenwerking met de overige grensprovincies en euregio s, de ministeries van BZK en BZ, en de Belgische en Vlaamse overheid gewerkt aan het oplossen van grensoverschrijdende problemen op het gebied van bijvoorbeeld arbeidsmarkt, milieu, OV en veiligheid (GROS). Naast de samenwerking van de provincie met Belgische overheidsinstanties (provincies, Vlaams Gewest, Waals Gewest) wordt er ook door Brabantse partners (bedrijfsleven, kennisinstellingen of in Triple Helix-verband) gezocht naar kennisuitwisseling of samenwerking met Belgische partners. Denk daarbij aan de KIC s, Holst Centre, Interreg-projecten of de TTR-ELATsamenwerking. Op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling bestaat het grensoverschrijdende VLANED-initiatief. Naast België is ook Duitsland een belangrijke samenwerkingspartner voor Brabant. Vanuit de provincie zijn er contacten opgebouwd met de belangrijke en dichtbij gelegen deelstaat Noordrijn-Westfalen. Sinds enkele jaren vindt er overleg plaats met Overijssel, Gelderland, Limburg en Noordrijn-Westfalen over grensoverschrijdende economische en milieutechnische vraagstukken. Grensoverschrijdende samenwerking gebeurt onder andere middels het EU-subsidieprogramma Duitsland- Nederland. Brabant richt haar pijlen ook op de deelstaten Beieren en Baden-Württemberg. Dit zijn hightechregio s in Duitsland, waarbij de sectoren automotive, proces technologie en voedingsmiddelenproductie interessant zijn voor het Brabantse bedrijfsleven. De relatie van Brabant met de Poolse regio Wielkopolska is voornamelijk gericht op kennisuitwisseling (innovatie) en samenwerking op projectbasis ( zoals Interreg of KP7). In het Comité van de regio s treffen de bestuurders van de provincie en de Marshal van Wielkopolska elkaar regelmatig. Buiten Europa Sinds 1994 heeft de provincie Noord-Brabant officieel een zusterrelatie met de provincie Jiangsu. Betrokkenheid van de overheid is nodig om voor het Brabantse bedrijfsleven in China de deuren te openen. Brabant en Jiangsu richten zich met name op de speerpunten: biotechnologie & nieuwe farmaceutische industrie; nieuwe materialen; duurzame energie en energiebesparing & milieubescherming; software & service outsourcing. Voorbeelden van activiteiten die worden georganiseerd zijn (handels) missies en acquisitie, met betrokkenheid van de Triple Helix. Beide provincies zijn in de zusterprovincie vertegenwoordigd met een kantoor. Het BRIC-land Brazilië biedt kansen voor Brabantse bedrijven op het gebied van agrofood, automotive, duurzame energie en life sciences. De aandacht wordt sinds 2011 gericht op mogelijkheden met betrekking tot business development, kennisuitwisseling, investeringsbevordering en acquisitie. Turkije biedt als grote economie (en potentiële EU-lidstaat) goede mogelijkheden voor het Brabantse bedrijfs leven, en 19

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg met name het MKB. Een verkennende missie heeft onder ander health care, duurzame energie en afvalverwerking geïdentificeerd als kansrijk voor samenwerking. Een land dat de aandacht verdient, maar waarbinnen geen specifieke regio is aangewezen is, is Japan. Een groot aantal Japanse bedrijven heeft een vestiging in Brabant. De relatie met deze bedrijven wordt onderhouden om het behoud van de bedrijven en daarmee de werkgelegenheid, te stimuleren. 3.4 Netwerk- en belangenorganisaties van de provincie uitgelicht Beleidsbeïnvloeding van de provincie gebeurt voor een deel in IPO (Interprovinciaal Overleg)-verband. Na de transitiefase van het IPO hebben de provincies gekozen voor een smalle agenda met prioritaire dossiers. Er wordt op deze dossiers samengewerkt waar het gaat om een gezamenlijk belang. Onderdeel van de IPO-agenda is de Europa-strategie 14 (vastgesteld in mei 2012), eveneens met benoemde prioritaire dossiers. Het Huis van de Nederlandse Provincies in Brussel (HNP) speelt bij de uitvoering een belangrijke rol. Het HNP vervult als vooruitgeschoven post een signalerende functie en behartigt de gezamenlijke belangen van de provincies en het IPO in Brussel. De Assembly of European Regions (AER) is met name een netwerkorganisatie van en voor Europese regio s (270 regio s uit 33 landen) die als doel heeft het organiseren en bevorderen van samenwerking tussen Europese regio s en het versterken van de vertegenwoordiging van de regionale bestuurslaag binnen de instellingen van de Europese Unie. Polis is een netwerk van Europese steden en regio s die samenwerken aan de ontwikkeling van innovatieve technologieën en beleid op het gebied van lokaal transport. Eurocities is een netwerk van grote Europese steden en vormt een platform voor haar leden om kennis, ideeën en ervaringen uit te wisselen, gemeenschappelijke problemen te analyseren en innovatieve oplossingen te ontwikkelen. BrabantStad en Eindhoven zijn lid. European Association of State Territorial Representatives (EASTR) heeft als doel kennisuitwisseling tussen de aange sloten State Territorial Representatives die afkomstig zijn uit ongeveer 20 Europese landen. Namens het IPO (en dus de 12 provincies) behartigen provinciebestuurders de belangen in overleggremia als de CEMR (Council of European Municipalities and Regions) en het Congres van de Raad van Europa. Daarnaast is elke provincie met een bestuurder vertegenwoordigd in het Comité van de Regio s. Het Comité van de Regio s (CvdR) is een institutioneel orgaan van de Europese Unie en is de schakel tussen de Europese Unie en de regio s en gemeenten. Het CvdR kanaliseert informatie van de Europese instellingen naar de steden en de regio s in Europa en functioneert daarnaast als spreekbuis waardoor de decentrale overheden hun stem in het institutionele besluitvormingsproces kunnen laten horen. De Commissaris van de Koningin zal de komende jaren een vooraanstaande rol spelen in het Brusselse speelveld. Hij is Europa-adviseur voor het IPO-bestuur, delegatieleider van de Nederlandse delegatie in het Comité van de Regio s en beoogd voorzitter van het HNP. 12 Strategische notitie Europastrategie IPO (2012), Interprovinciaal Overleg http://www.nl-prov.eu/c1256c8300545d59/0/ae0101244cbc55ecc12575a7003e12e2/$file/strategische%20notitie%20europastrategie%20ipo.pdf 20

Hoofdstuk 3 Internationalisering- een heel eind op weg 21

22

Hoofdstuk 4 Internationalisering - op naar de top

Hoofdstuk 4 Internationalisering- op naar de top 4. Internationalisering - op naar de top Naast de vele ontwikkelingen die in Brabant zijn gerealiseerd of nog gaande zijn, is het plaatje om de gedeelde ambitie waar te maken nog niet compleet. 4.1 Wie doet wat? Een internationale omgeving en focus bewerkstelligen kan veel omvattend zijn. Iedere activiteit van Brabant of van de provincie kan hiertoe bijdragen. Echter we moeten onze ambitie, namelijk tot de top van kennis- en innovatieregio s van Europa behoren, niet uit het oog verliezen. Het is belangrijk focus aan te brengen. Dit geldt voor Brabant als geheel, maar ook de provincie dient afwegingen te maken, al is het maar omdat de organisatie een vaststaande capaciteit en hoeveelheid aan middelen heeft. Afwegingskader De provinciale organisatie kan de afweging op het internationale domein maken door zichzelf enkele vragen te stellen, zoals: Draagt de activiteit bij aan de ambitie om top kennisen innovatieregio te worden? Versterkt de activiteit de concurrentiekracht ten aanzien van het aantrekken van FDI? Bevordert de activiteit de internationale handel? Sluit de activiteit aan bij de Smart Specialisation Strategy (S3)? Past de activiteit binnen de vier Brabantse maatschappelijke opgaven? Is er sprake van wederkerigheid: brengen we alleen, of halen we ook iets uit een activiteit of samenwerking? Deze vragen helpen de provinciale organisatie en onze partners bij het wegen van opties, het maken van keuzes. Welke actoren, welke rol? Per activiteit kan de provinciale organisatie, in samenspraak met onze partners, kiezen welke rol wordt opgepakt. We hebben een afwegingskader. Soms zullen we vooral pragmatisch moeten handelen en naar bevind van zaken onze precieze rol bepalen. Dit kan een regisserende, stimulerende of faciliterende rol zijn. Tevens dient telkens de afweging te worden gemaakt welke actoren in de activiteit participeren. Daarom is het bestuurlijk beraad en het expertteam zo belangrijk. De normale manier van werken is een gezamenlijke aanpak van de Triple Helix-partners, helder geankerd in de inhoudelijke focus zoals vastgelegd in de meerjarenstrategie. Maar elke partij moet natuurlijk pragmatisch kansen pakken die zich voordoen. Wezenlijk is een goede bestuurlijke afstemming en een efficiënte samenwerking in de uitvoering, evenals een goede aanhaking bij de agenda s van Brussel en Den Haag (Public Affairs) en de inzet van een helder profiel (branding). Alleen dan kan de provinciale organisatie en Brabant als regio haar capaciteit en middelen ten volle benutten om de Brabantse ambitie na te streven. 4.2 Algemene behoeftes Op basis van de huidige kennis, kunnen de volgende algemene actiepunten voor de komende jaren worden geïdentificeerd: jaarlijkse en gemeenschappelijke uitvoeringsplannen opstellen om de ambities te realiseren die in de meerjarenstrategie zijn neergelegd; herijking van deze meerjarenstrategie door het strategisch beraad; voor de vier maatschappelijke opgaven is behoefte aan een scherpe profilering en internationale positionering ten behoeve van het verzilveren van kansen voor Brabant. Dit kan via het bundelen en etaleren van pilotprojecten en proeftuinen; een heldere branding en profilering van onze provincie en de daarin te onderscheiden subregio s in de Europese en internationale arena. Voor de verschillende instrumenten betekent dit het volgende: Internationale samenwerking Doelstelling is om Brabant als kennis- en innovatieve regio actief te positioneren als kansrijke samenwerkingspartner en koploper in Europa. De inhoud moet hierbij leidend zijn. Investeringsbevordering Zoeken naar ontbrekende spelers in de keten en clusters, om juist die partijen aan te moedigen om zich in Brabant te vestigen. Een goede samenwerking met en tussen de ontwikkelingsmaatschappijen. Handelsbevordering Meer aandacht voor het MKB, conform Europese opgave. Aansluiting zoeken bij nationale handelsmissies. 24