SEPTEMBER 2014 54 e JAARGANG - NR.9 Hans de Boer (VNO-NCW) Werken aan meer economische groei en meer banen SER magazine Sterk pensioenstelsel SER betrekt veel partijen bij opstelling advies Zorginnovatie Patiënten gaan straks veel meer voor zichzelf zorgen Mariëtte Hamer, nieuwe SER-voorzitter: Samen een stap verder komen
SER vraagt brede inbreng voor advies Naar een goed pensioenstelsel De toekomst van ons pensioenstelsel gaat iedereen aan, maar er zijn nogal wat uiteenlopende belangen. Jong en oud, zzp ers en werknemers in loondienst iedereen praat de komende maanden mee over de vraag hoe een goed pensioenstelsel eruitziet. Op basis daarvan moet er aan het eind van het jaar een SER-advies liggen. TEKST Berber Bijma FOTO Dirk Hol 16 SEPTEMBER 2014 - NR.9
pensioenstelsel Volgens Casper van Ewijk, algemeen directeur van pensioendenktank Netspar en spreker op de eerste bijeenkomst, hebben de problemen van het pensioenstelsel te maken met de vergrijzing en een tanend vertrouwen van burgers in het pensioenstelsel en de pensioenfondsen. Door de vergrijzing zijn de pensioenverplichtingen hoog ten opzichte van de premies. Als de opbrengsten van de beleggingen tegenvallen, kan dat niet meer worden gerepareerd met premies van werknemers en werkgevers; die zouden dan onbetaalbaar worden. Het alternatief is volgens Van Ewijk om de pensioenen te korten voor (toekomstige) pensioengerechtigden. Dat is in de afgelopen jaren bij een aantal fondsen inderdaad gebeurd, waardoor het vertrouwen in het pensioenstelsel en de pensioenfondsen duidelijk is gedaald, sneller dan bijvoorbeeld het vertrouwen in de overheid. Consumenten worden bovendien steeds kritischer en mondiger. Zij willen meer Eerste pensioenfonds voor zzp ers Het Nederlandse pensioenstelsel is na het Deense het beste ter wereld. De kracht van ons stelsel zit in de grote deelname, de degelijke dekking en de efficiënte uitvoering. Toch moet het stelsel op de schop. Niet alleen omdat het te duur is, maar ook omdat het weinig mogelijkheden biedt voor individueel maatwerk, bijvoorbeeld voor zzp ers. Iedereen is het erover eens dat het anders moet, maar wát er precies anders moet, daarover verschillen de meningen. Jongeren, ouderen, werkgevers, werknemers, zzp ers, politieke partijen ieder heeft een eigen wensenlijstje. Om al die wensen bespreekbaar te maken, heeft staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het initiatief heeft genomen voor een brede maatschappelijke dialoog, die de komende maanden gevoerd moet worden. Een waardevol onderdeel van die dialoog is een advies van de SER, dat de staatssecretaris eind dit jaar wil ontvangen. Bij dat adviestraject betrekt de SER een grote groep organisaties. Eind juni ontmoetten ze elkaar bij de SER. Aanwezig waren zo n 140 vertegenwoordigers van onder meer werkgevers, werknemers, jongeren- en ouderenorganisaties, zzp ers, overheid, pensioenfondsen, verzekeraars, banken en wetenschap. Zij leverden in diverse dialoogtafels hun inbreng, die een plaats krijgt in het SER-advies. Zelfstandigen zonder personeel (zzp ers) vormen een van de grootste witte vlekken in het Nederlandse pensioenlandschap. Meer dan de helft van de zzp ers bouwt momenteel geen pensioen op. Kort voor de zomer werd het eerste pensioenfonds voor zzp ers gepresenteerd. Het is opgericht door vier zzp-organisaties Zelfstandigen Bouw, ZZP Nederland, PZO en FNV zelfstandigen in samenwerking met pensioenuitvoerder APG. De regeling moet in januari 2015 van start gaan. Eindelijk een systeem waarmee zzp ers collectief hun pensioen kunnen regelen, zegt PZO-voorzitter Esther Raats- Coster. Door de collectiviteit blijven de administratiekosten laag en is deze manier van pensioenopbouw voor zzp ers veel lonender dan een individuele regeling. De inleg is flexibel: een zzp er kan in goede jaren meer inleggen dan in magere jaren. Bijzonder aan het zzp-fonds is dat de vermogenstoets niet van toepassing is een zzp er die failliet gaat, hoeft zijn pensioen niet aan te spreken en dat de omkeerregeling geldt. Dat houdt in dat de zzp er pas belasting over het gespaarde bedrag hoeft te betalen als het wordt uitgekeerd. Een belangrijk aandachtspunt is wel dat het zzp-fonds niet levenslang uitkeert, maar gedurende een bepaalde periode: tien, vijftien of twintig jaar. Raats-Coster: Daar moeten zzp ers rekening mee houden in hun financiële planning. SERmagazine 17
te zeggen hebben over de opbouw en vormgeving van hun pensioen. Aanpassing is dus noodzakelijk, maar Van Ewijk waarschuwt tegelijk voor al te drastische veranderingen. Nederland moet zijn internationale toppositie op het gebied van pensioenen niet zomaar prijsgeven. Keuzevrijheid Een van de grote kwesties die in het pensioendebat op tafel liggen, is keuzevrijheid. Daar hangen verschillende vragen mee samen. De eerste is: moet iedere Nederlander verplicht worden om naast de AOW, op welke manier dan ook, een aanvullend pensioen bijeen te sparen? De meeste werkgevers- en werknemersorganisaties vinden in principe van wel. Verplichtstelling voorkomt een plotselinge inkomensval als mensen met pensioen gaan. Sommige vertegenwoordigers van zzp ers voelen echter niets voor een verplichting, omdat zelfstandigen er bewust voor hebben gekozen om voor eigen rekening en risico te ondernemen, zoals Esther Raats-Coster het uitdrukt. Zij is voorzitter van het Platform Zelfstandige Ondernemers (PZO). Volgens haar moet sparen voor pensioen een vrijwillige keuze zijn. PZO presenteerde onlangs met andere zzp-organisaties en pensioenuitvoerder APG het eerste collectieve zzppensioenfonds, waar zzp ers op basis van vrijwilligheid aan kunnen deelnemen (zie kader). Een tweede, prangende vraag is: hoeveel keuzevrijheid moeten mensen krijgen in de vormgeving en uitkering van hun pensioen? Moet er bijvoorbeeld vrijheid zijn in de keuze voor een bepaald fonds? Nu ligt die keuze doorgaans vast, op basis van bedrijf of sector. De vraag is ook of deelnemers binnen een fonds meer keuzevrijheid moeten krijgen, bijvoorbeeld in de mate van risico die ze met hun pensioeninleg willen nemen. De een belegt die inleg wellicht graag risicovol, in de hoop op extra rendement; de ander kiest liever voor een voorzichtige beleggingsportefeuille, met het oog op een gegarandeerde uitkering. De derde vraag op het gebied van keuzevrijheid is: moeten pensioengerechtigden een geleidelijke uitkering krijgen, of moet er ook de mogelijkheid zijn om een grotere som in één keer te ontvangen, zodat mensen bijvoorbeeld hun huis levensloopbestendig kunnen maken? Risicodeling Een andere grote kwestie die de komende maanden moet worden besproken, is het vraagstuk van risicode- Zo n 140 mensen leverden in juni hun inbreng voor het SER-advies over het pensioenstelsel 18 SEPTEMBER 2014 - NR.9
column ling en solidariteit. Wat daarbij níet ter discussie staat, is de solidariteit tussen vrouwen en mannen. Vrouwen leven langer, maar betalen geen hogere pensioenpremie. Dat is blijkbaar geen discussiepunt. De solidariteit tussen generaties staat daarentegen wel onder druk. Jongeren zijn er boos over dat zij nu een hoge premie moeten betalen om de lage premie van oudere werknemers te compenseren, terwijl het de vraag is wat die jongeren zelf nog krijgen als zij stoppen met werken. Ouderen brengen daar tegenin dat zij toen zij jong waren ook hebben betaald voor de ouderen. Zorgkosten Een derde onderwerp is de vraag: moet het pensioen in relatie worden gebracht met (te verwachten) zorgkosten en het eventuele bezit van een eigen woning? Ook hierover zijn de meningen verdeeld, zowel onder jongeren als onder werkenden en gepensioneerden. De een wil niet verplicht worden om in de toekomst de pensioenuitkering te gebruiken voor zorgkosten, de ander vindt juist dat alle kosten samenhangen en samen één financieel toekomstplaatje vormen. Al deze vragen en de verschillende meningen worden meegenomen in het SER-adviestraject. De SER-commissie die onder leiding van professor Kees Goudswaard (oud-kroonlid) aan het pensioenadvies werkt, zal de komende maanden vaker de inbreng van diverse belanghebbenden vragen. Op zoek naar één gemeenschappelijk visie die aan het eind van het jaar in een SER-advies moet zijn verwoord. Volg ons op Twitter Laatst op station Arnhem: ik stapte uit de trein en moest verder met de bus. Ergens zag ik het bekende pictogram: de bus. Trap op, naar rechts, trap af. Achter het station waren fietsen, een prullenbak en vooral veel wind. Maar geen bushalte. Ook andere reizigers keken lichtelijk verward om zich heen. De een checkte zenuwachtig zijn mobieltje, de ander stopte een fietser om naar de weg te vragen. Onze redder was een vriendelijke meneer: Ach, dat gebeurt zo velen, zei hij troostend. Het is de andere kant op. Even later bereikten we het busstation. En juist daar zag ik een spiksplinternieuw bord: Volg ons op Twitter. @stationarnhem. Welkom in communicatieland Nederland. Bij het gebruik van Twitter, Facebook en mobiel internet hoort Nederland bij de wereldtop. Desondanks wil het met de openbare communicatie te vaak niet echt lukken. Nu geef ik toe dat mij zoiets vaker overkomt. Dat mag daaraan liggen dat ik in een land ben opgegroeid dat zijn burgers in elke omstandigheid met een Hinweisschild de weg wijst. Maar in Arnhem was ik geen uitzondering. Ook veel Nederlanders hebben op pijnlijke manier kennis gemaakt met de paradox van het communicatietijdperk. Nog nooit was er zo veel informatie via de digitale snelweg beschikbaar, toch bereikt deze vaak niet het juiste adres. Dat geldt ook voor de overheid. Er is een groeiend leger aan voorlichters en deskundigen, maar dit bevordert de communicatie lang niet altijd. Dat ervaren ook veel buitenlandse correspondenten. Laatst belde ik een ministerie met een aantal vragen. Heeft u onze website gecheckt? Ja, zei ik, maar ik wil iets anders weten. De voorlichter zuchtte. Dan stuurt u maar een e-mail. Maar we praten toch nu?, probeerde ik nog. Hij bleef onverbiddelijk: Dat is makkelijker. Overbodig te zeggen: een antwoord komt haast nooit. Annette Birschel is Duitse journaliste in Nederland (www.annettebirschel.com) FOTO Dirk Hol SERmagazine 19