Richtlijn feedback in de medische vervolgopleiding



Vergelijkbare documenten
Achtergronden bij de Richtlijn feedback in de medische vervolgopleiding

Bron: Handleiding bij feedbackkader, Marjoleine Dobbelaer, Onderwijsinspectie 2013

Teaching on the Run. verbeter uw opleidingsvaardigheden voor dokters door dokters korte modules

Thema. Kernelementen. Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips

POENS.NL. Onomatopeespel. Spelvarianten deel 1. Onomatopeespel - spelvarianten deel Jeroen Knevel

Feedback geven en ontvangen

Whitepaper Communicatie op de werkvloer WHITEPAPER. Communicatie. op de werkvloer. 10 tips om communicatie op de werkvloer te verbeteren!

Gedragsverandering: Doen en blijven doen, Over motivatie en weerstand.

Richtlijn multisource feedback voor de aios

Paul Brand Kinderarts Amalia kinderafdeling Isala klinieken Zwolle Hoogleraar klinisch onderwijs UMC Groningen 1

STIJLEN VAN BEÏNVLOEDING. Inleiding

Communicatiemodel. Communicatieniveaus

Pedagogische opleiding theorie. Doelstellingen. Doelstellingen. Hoofdstuk 1 Communicatie en feedback. De kennis over de begrippen:

Voortgangsgesprekken, POP en portfolio. Paul Brand, kinderarts-opleider Isala klinieken Zwolle Hoogleraar klinisch onderwijs UMCG

OEFENBOEK In verbinding feedback geven en ontvangen

Observatielijst Zelfregulatie in het Onderwijs

Haal alles uit je por.olio: meer lusten dan lasten? Hans Hoekstra (decaan) en Esther Jansen (aios) Jeroen Bosch ziekenhuis

Reflectiegesprekken met kinderen

Feedback. Wat is feedback?

Richtlijn voortgangsgesprek in de medische

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Motiverende gespreksvoering

Leerdoelen. Feedback the motor of learning. Waarom is feedback belangrijk? Generiek model van het leren. Hoe goed is onze feedback?

Wat wordt er van de opleiders verwacht? Noblesse oblige? Edith W.M.T. ter Braak, internist Hoogleraar medisch onderwijs

Kwaliteit van opleiding

Multi source feedback voor de aios

Feedback is een mededeling aan iemand die hem informatie geeft over hoe zijn gedrag wordt waargenomen, begrepen en ervaren.

o Gericht op verleden o Focus op oordelen o Eenrichtingsverkeer o Passieve bijdrage van de medewerker o Gericht op formele consequenties

FEEDBACK GEVEN. Feedback = een concrete uitspraak over het gedrag van een ander, met een specifiek doel voor ogen

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken?

Functioneel meten en vakmanschap

Praktische tips voor het voeren van een gesprek

Communicatie. ontvanger. zender. boodschap. kanaal. feedback

Effectief feedback geven. Mart Calff, medisch psycholoog

SPEELWIJZE WERKPLEZIER SPEL - Bladzijde 1 / 11

Omgaan met gedrag op Basisschool De Bareel

Goed leer- en opleidingsklimaat

Persoonlijk rapport van: Marieke Adesso 29 Mei

Procesadvisering Bijeenkomst 4

Verandering van leefstijl begint toch echt bij jezelf!

Opleiding Heelkunde De worsteling met de implementatie van de modernisering

Reflectie #Zo dus! Hieronder vind je een aantal oefeningen om te leren reflecteren waar je zelf mee aan de slag kunt.

Adviesgesprek Van contact naar contract

Zelfregulatie in het basisonderwijs; de rol van de docent

Het functioneringsgesprek

( Wat? ) Deze opdracht kan je helpen om je goede voornemens in praktijk te brengen.

Rapport: Delegeren is te leren.

Reflectie en feedback

Verbindingsactietraining

AGRESSIE EN WEERBAARHEID. Overzicht Elementen Training

360 feedback 3.1 M. Camp Opereren als lid van een team Omgaan met conflicten Omgaan met regels

EFFECTIEVE COMMUNICATIE IN DE KLAS

Luisteren, doorvragen en feedback geven

COACHINGSVAARDIGHEDEN. Maarten Van de Broek

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW

Omgaan met pestgedrag voor leerlingen

Weerstand is een beladen woord. Door gedrag van medewerkers aan te merken als weerstand worden tegengestelde opvattingen in feite veroordeelt.

BECCI: Behaviour Change Counselling Inventory


Individueel opleidingsplan (IOP) M.S. (Marieke) van Schelven

INFORMATIE VOOR DE TABAKOLOOG BEGELEIDER VAN DE STAGE TABAKOLOGIE

Het observatieplan. 1 Inleiding

Training Omgaan met Agressie en Geweld

Februari 2012 Workshop Eviont

Voorwoord. Martin Sykes

Richtlijn multisource feedback voor de aios

De student is in staat om op navolgbare wijze van vijf onderwijskundige (her)ontwerpmodellen de essentie te benoemen;

Feedback voor gevorderden. 14 april 2015 Opleidingssymposium OOR Leiden Monica van de Ridder Yolande van der Meulen

Annette Koops: Een dialoog in de klas

Modernisering vervolgopleiding Informatie & TIPS voor aios

Luisteren is geen trucje

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Reflectieverslag mondeling presenteren

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Accuraat communiceren

Waar gaan we het over hebben?

11 Omgaan met verbale agressie

Train-the-trainer AUDOOR STEVEN

Handleiding 360 feedback. Informatie voor de gebruiker van het 360 feedback instrument bij de Avans gesprekkencyclus

Rubrics vaardigheden

Weg met de olifant in de porseleinen kast

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

Rubrics vaardigheden

360 graden feedback - methode

Les 1. Inleiding effectief leiderschap

Leer hoe je effectiever kunt communiceren

Toetsopdracht. Communicatieve vaardigheden 2 de stage(cova 2S) Naam: Sanne Terpstra. Studentnummer: Klas: 2B2

Het gedragmodel. 1. Inleiding

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT

E-BOOK FEEDBACK GEVEN IS EEN KUNST EXPRESS YOUR INNER POWER

Mijn kind heeft een LVB

Visitatie van de opleiding informatie voor aios

Cursus werkbegeleiding

Training. Dienstoverdrachte. Estafette in het ziekenhuis. Optimaliseren Dienstoverdra. Competenties. Arts-assistenten

Achtergrond Aanvraag

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of je docent.

Wat heeft dit kind nodig?

Van huidige situatie naar gewenste situatie

Luisteren en samenvatten

Transcriptie:

Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, juni 2011 Vol. 30, nr. 3, Suppl. 2, p. 35-49 Richtlijn feedback in de medische vervolgopleiding K. Boor, P.W. Teunissen, P.L.P. Brand Voorwoord Deze Richtlijn is in het kader van het In VIVO-project geschreven door dr. Klarke Boor (aios Obstetrie & Gynaecologie, VU Medisch Centrum Amsterdam, gepromoveerd op het klinische opleidingsklimaat), dr. Pim Teunissen, (aios Obstetrie & Gynaecologie, VU Medisch Centrum Amsterdam; onderzoeker medisch onderwijs Universiteit van Maastricht en gepromoveerd op de wijze waarop aios leren op de werkplek) en prof. dr. Paul Brand (hoog - leraar klinisch onderwijs, Universitair Medisch Centrum Groningen, Postgraduate School of Medicine, en kinderarts-opleider, Amalia kinderafdeling, Isala klinieken Zwolle), met medewerking van prof. dr. Fedde Scheele (hoogleraar onderzoek van medisch onderwijs, VU Medisch Centrum en gynaecoloog-opleider Sint Lucas An - dreas Ziekenhuis, Amsterdam). Status van de Richtlijn Deze Richtlijn is gebaseerd op literatuuronderzoek, best practices en ervaringen en visies van de auteurs en heeft een adviserend karakter. Deze Richtlijn dient te zijner tijd te worden herzien op basis van aanvullend onderzoek en ervaringen van de gebruikers van de Richtlijn. Te verwachten is dat de Richtlijn twee jaren nadat de grootschalige implementatie van de modernisering van de Nederlandse medische vervolgopleidingen is afgerond, herzien zal worden. Doel van de Richtlijn De Richtlijn is een hulpmiddel voor leden van opleidingsteams en artsen in opleiding tot specialist (aios) om het gebruik van feed - back beter te leren hanteren en te begrijpen. De Richtlijn bespreekt algemeen geldende aspecten van effectieve feedback. Voor omschrijvingen van specifieke instrumenten waarmee feedback gegeven kan worden zoals Korte Praktijk Beoordelingen (KPB), Objective Structured Assess - ment of Technical Skills (OSATS) of multi - source feedback, verwijzen wij naar andere Richtlijnen. Ook de praktische organisatie omtrent het geven en ontvangen van feedback valt buiten het bestek van deze Richtlijn. De Richtlijn bestaat uit twee delen. Het eerste deel is de feitelijke Richtlijn en geeft een samenvatting van praktische tips bij het geven van feedback. In het tweede deel van dit document worden deze tips onderbouwd aan de hand van recente literatuur. Voor de leesbaarheid van de Richtlijn gebruiken we de term aios; waar aios staat kan ook anios (assistent niet in opleiding tot specialist) gelezen worden. De term supervisor wordt gebruikt om elk lid van de opleidersgroep mee aan te duiden. Overigens zou uit het lezen van de Richtlijn de indruk kunnen ontstaan dat alleen aios feedback ontvangen en supervisoren slechts feedback geven. De werkelijkheid is uiteraard genuanceerder. Supervisoren zullen ook regelmatig feedback van aios ontvangen. Waar aios staat kan dus ook vaak supervisor worden gelezen. S37

Inleiding Feedback is een van de belangrijkste en tegelijk een van de moeilijkste interventies waarmee het leren te beïnvloeden is. Deze Richtlijn geeft een overzicht van belangrijke inzichten die de literatuur ons biedt. Er wordt al ruim honderd jaar gepubliceerd over feedback; deze Richtlijn beperkt zich tot enkele recente (overzichts)artikelen. Feedback kan er soms voor zorgen dat aios slechter gaan functioneren, zeker als dat onzorgvuldig gebeurt. Het is daarom verstandig ervoor zorg te dragen dat zo - wel aios als stafleden zich verdiepen in feedback. Vier niveaus waarop feedback kan worden gegeven Feedback kan gegeven worden op vier verschillende niveaus. Het komt de effectiviteit van feedback ten goede wanneer feedbackgevers zich bewust zijn van deze niveaus en bewust kiezen voor het niveau waarop ze feedback willen geven. Het taakniveau: Feedback op dit niveau benoemt specifiek concrete handelingen die ertoe leiden dat een taak tot een goed einde gebracht wordt of juist niet. Dit vereist uiteraard dat de aios al enig inzicht heeft in de taak. Als de taak onbekend is, is het zinvoller instructie en uitleg te geven dan feedback te geven. Het procesniveau: Feedback op dit niveau richt zich op onderliggende thema s en processen die herkenbaar zijn in het functioneren van een aios. Feedback op dit niveau zou mogelijk leiden tot dieper leren. Het zelfregulatieniveau: Feedback op dit niveau, dus bij voorbeeld op de wijze waarop de aios wel of juist niet eerdere feedback in zijn/haar handelen heeft toegepast, is effectief, onder meer omdat dit weer het feedbackzoekgedrag beïnvloedt. Het persoonsniveau: Feedback op dit niveau is feedback in de vorm van in algemene termen gestelde positieve of negatieve uitlatingen over de persoon. Vermijd deze feedback op het persoonsniveau! Zulke opmerkingen leiden er - toe dat de aios de aandacht gaat richten op gedachten over zichzelf in plaats van op de taak. Hierdoor kan zijn/haar functioneren hetzelfde blijven of zelfs verslechteren. Overigens zijn prijzende opmerkingen prettig om te horen en onderzoek toont aan dat mensen het graag willen horen, maar het zorgt er niet voor dat mensen effectiever gaan functioneren. Feedback wordt dus effectiever wanneer deze zich niet richt op de persoon. Feedback geven Feedback kan op verschillende manieren gegeven worden: concreet, gepast, met een duidelijk doel en op het goede moment. Specifieke en concrete narratieve feed - back, dat wil zeggen met inhoudelijk commentaar, is effectiever dan het geven van cijfers. 1-2 De informatie voldoende of geslaagd geeft niet aan wat er goed ging en wat beter kan. Wanneer iemand nog nauwelijks kennis of vaardigheden bezit is het verstandiger instructie te geven in plaats van feedback. Alleen wanneer er heldere doelen zijn verwoord, kan effectieve feedback worden gegeven. Leerdoelen kunnen op verschillende niveaus worden geformuleerd. Vaardige aios profiteren van faciliterende feedback, waarbij hints en suggesties worden gegeven waarop de aios zelf een verbeterplan kan conceptualiseren. Minder vaardige aios hebben baat bij directieve feedback waarin helder gesteld wordt wat veranderd moet worden. S38

De ervaring van een aios en de moeilijkheid van de taak zijn van belang voor het bepalen van het beste moment om feedback te geven. Het is het meest effectief direct feedback te geven als een taak moeilijk is in relatie tot de vaardigheden van een aios; wanneer de taak goed beheerst wordt en er al enige routine is, is het effectiever om feedback uit te stellen. Feedback is altijd subjectief: het gaat om de individuele mening van een feedbackgever over het functioneren van een aios. Feedback ontvangen De aios is niet alleen een passieve ontvanger van feedback maar vertoont zelf ook feedbackzoekgedrag. Aios kunnen dit expliciet doen: hoe vond je dat dit ging? of impliciet: in een situatie waarin een supervisor niet erg enthousiast op een voorstel reageert denkt de aios bij zichzelf het zal wel onjuist zijn, volgende keer zal ik een ander beleid voorstellen en hoopt dan op feedback. Of aios kiezen voor de expliciete of de impliciete feedbackzoekstrategie is afhankelijk van diverse factoren. Allereerst wordt dit bepaald door een afweging van de kosten en de baten: na een buitengewoon succesvol verlopen ingreep is het voor velen bijvoorbeeld makkelijk om expliciete feedback te vragen. Tevens wordt het feedbackzoekgedrag beïnvloed door de gerichtheid van aios op ofwel presteren ofwel leren en het gedrag van de feedback gever (zie voor een uitgebreide toelichting het tweede deel: de achtergronden bij de Richtlijn). Mensen horen in het algemeen, en aios dus ook, gemakkelijker feedback die past bij hun zelfbeeld dan feedback die ver ligt van hun zelfbeeld. Is deze feedback niet congruent met de eigen inschatting, dan is het veel lastiger om deze te accepteren en het gedrag te veranderen. 3 Tabel 1. Drie feedbacktechnieken. Methode Techniek Voordelen Nadelen Sandwich- 1. Zeg wat goed ging - expliciet aandacht voor - monoloog door methode 2. Zeg wat verbeterd kan worden wat goed gaat feedbackgever 3. Herhaal wat goed ging Reflectieve 1. Vraag: wat ging er goed? - dwingt tot reflectie - techniek kan methode 2. Zeg zelf (of vraag - geeft inzicht in gekunsteld observatoren) wat goed ging zelfbeeld van de overkomen 3. Vraag: wat kan er beter? lerende 4. Zeg zelf (of vraag observatoren) - gaat uit van perspectief wat er beter kan van de lerende Narratieve 1. Bespreek de ervaring vanaf het - sluit aan bij ervaring - minder structuur methode begin en neem deze door van lerende in gesprek en 2. Vraag steeds naar gedachten en - beweegredenen voor daarom lastiger gevoelens en nodig uit om te gedrag komen aan bod voor feedbackgever reageren 3. Leg nadruk op zowel sterke als verbeterpunten S39

Feedback in de praktijk Om houvast te hebben in het voorbereiden en geven van feedback, zijn er grofweg drie verschillende manieren te onderscheiden waarop feedback kan worden vormgegeven. Dit zijn de sandwich-, de reflectieve en de narratieve methode (Tabel 1). 4 Elk van de benaderingen heeft zijn voor- en nadelen. Het model dat in Nederland het meest wordt gepropageerd is het reflectieve model, ook wel feedback volgens de Pendleton regels genoemd. 5 In een recent artikel van Brand en Boendermaker wordt deze methode helder uiteengezet. 6 De benadering van de feedbackgever moet aan een aantal voorwaarden voldoen: geloofwaardig, authentiek, empathisch en met ruimte voor een wederzijdse dialoog. Geloofwaardigheid Feedback sorteert het meeste effect wanneer de aios de supervisor geloofwaardig acht. Het is bijvoorbeeld weinig geloofwaardig een aios feedback te geven over zijn/haar anamnestische vaardigheden en lichamelijk onderzoek op basis van notities in een status. De supervisor zal iemand moeten observeren om die feedback te kunnen geven. Een ander voorbeeld van weinig geloofwaardige feedback is het krijgen van een terugkoppeling over communicatievaardigheden van een specialist die zelf bekend staat om zijn gebrekkige communicatie. De feedbackgever moet ter zake kundig zijn op het terrein waarop hij feedback geeft. Naast inhoudelijke expertise hangt geloofwaardigheid ook samen met duidelijkheid en voldoende specificiteit. Leermomenten gaan verloren wanneer feedback niet duidelijk geformuleerd wordt of niet gepaard gaat met concrete voorbeelden en suggesties voor verbetering. Dit sluit aan bij de bevinding dat feedback op taakniveau het meest effectief is. 7 In Tabel 2 staan enkele voorbeelden. Authenticiteit Het is belangrijk dat een supervisor authentiek is en oprecht reageert op de situatie en de ander. In het geval dat een aios een lastig gesprek of een moeizame simulatie heeft gehad, kan het geforceerd aanvoelen eerst positieve punten te noemen, zoals dat volgens de Pendleton regels zou moeten. Dit kan namelijk leiden tot minder authenticiteit bij de supervisor, iets wat door alle gesprekspartners vaak feilloos wordt aangevoeld. Het is van belang feedbackregels met enige souplesse toe te passen en in te spelen op de situatie. Hoe kan een supervisor het positieve blijven benadrukken, maar tegelijkertijd integer blijven? Manieren om het positieve te blijven benadrukken én tegelijk authentiek en geloofwaardig te Tabel 2. Voorbeelden van minder en meer effectieve benaderingen. Minder effectief Dat ging uitstekend! Iets wat ik zelf ook vaak doe en wat op zich ook niet erg hoeft te zijn maar waardoor ik nu wel wat afgeleid raakte, hoewel ik het wel een heel goed verhaal vond, was dat je soms erg in jezelf gekeerd en misschien zelfs fysiek afwezig leek. Meer effectief Door te benoemen dat de patiënte verdrietig leek, kwam je direct tot de kern van haar probleem. Je keek me niet een keer aan tijdens je presentatie. Hierdoor dwaalden m n gedachten af. Maak een volgende keer oogcontact met je publiek. S40

blijven, zijn bijvoorbeeld het benoemen van positieve leereffecten en het prijzen van goede suggesties of inzichten van de aios zelf. Empathie Het is belangrijk voor de gever van feedback zich te realiseren dat het ontvangen van feedback buitengewoon stressvol kan zijn. Soms kan het helpen daarbij in herinnering te roepen hoe het gevoeld heeft om zelf feedback te ontvangen. Ook kan het bewust observeren van non-verbaal gedrag bij de ontvanger inzicht geven in de reactie. Toon oprecht begrip voor de emoties van de aios. Om te kunnen leren is het belangrijk dat mensen zich veilig voelen, en dat kan bijvoorbeeld door het tonen van oprechte empathie. Wederzijdse dialoog Bij het geven van feedback is het van belang aan te sluiten bij de wijze waarop de ander de situatie waarover feedback wordt gegeven, heeft ervaren. In de narratieve methode is sprake van een voortdurende dialoog, met als doel de achterliggende gedachten en overtuigingen die geleid hebben tot bepaald gedrag bloot te leggen. In Box 1 staan enkele voorbeelden. Tegelijkertijd moet de supervisor zich ook bewust zijn van reactiepatronen bij aios die het toelaten van feedback in de Box 1. Voorbeelden van voortdurende dialoog. Op dat moment dacht ik dat X gebeurde, wat dacht jij dat er plaats vond? Toen die meneer agressief gedrag begon te vertonen, deed je in eerste instantie niets. Wat ging er door je heen op dat moment? Ik vraag me af of. Klinkt dat als iets wat mogelijk zou zijn? Toen je Y zei, dacht ik dat je eigenlijk Z bedoelde. Wat was je intentie? weg kunnen staan. Denk hierbij bijvoorbeeld aan verdedigingsmechanismen ( ja maar.., in echte situaties doe ik dit normaal ook anders.. ) of het geven van sociaal wenselijke antwoorden ( u heeft helemaal gelijk ). De supervisor kan dit ondervangen door regelmatig te checken of diens boodschap is doorgekomen door de aios bijvoorbeeld zelf te laten formuleren wat nu de hoofdboodschap is en wat hij/zij hiermee zal gaan doen. Dit is voor de feedbackgever een uit - dagende benadering. Belangrijk voor het tot stand brengen van een dialoog is zelf niet te veel aan het woord te zijn. Dit klinkt als een open deur, maar soms blijkt dit lastig. Daarnaast zijn herhalingen tijd - rovend en onnodig en die moeten dus vermeden worden. Conclusie Feedback geven is moeilijk. Het vereist oprechte interesse en moet gericht zijn op het gezamenlijke doel van opleider en aios om de aios zich te laten ontwikkelen. Het is een samenspel tussen feedbackgever en feedbackontvanger. Concrete feedback die aangeeft welke handelingen of strategieën mensen moeten behouden of veranderen is het meest effectief. Het is daarbij zinvol rekening te houden met de complexiteit van de taak in relatie tot de ervaring van de aios. Er zijn verschillende technieken om feedback te geven; in deze Richtlijn worden de sandwich-, de reflectieve en de narratieve methode genoemd. Welke methode ook gekozen wordt, geloofwaardigheid en authenticiteit, onder andere door een manier te kiezen die bij de feedbackgever en -ontvanger past, zijn van essentieel belang. Ook is het belangrijk empathie te tonen en te proberen zoveel mogelijk een dialoog tot stand te brengen. S41

Regelmatige training kan bijdragen aan effectievere toepassing van feedback. Teach the Teacher -cursussen lijken een waardevolle start van dit proces, maar vervolgtrainingen (wellicht op de werkvloer) zijn waarschijnlijk noodzakelijk. S42