Bestuursrapportage 2016-1 concept berap 2016-1 (versie 0.3).docx 1
Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Bestuurlijke samenvatting...3 Leeswijzer...4 Hoofdstuk 1 De paragrafen...5 Paragraaf 10 Bedrijfsvoering... 5 Hoofdstuk 2 Belastingopbrengsten... 10 Waterschapsbelastingen... 10 Gemeentebelastingen... 12 Hoofdstuk 3 Financiële rapportage... 14 Bijlage 1... 15 Programma 1 Heffing en inning van belastingen en uitvoering wet WOZ... 15 Bijlage 2... 16 Paragraaf 6 Waterschapsbelastingen... 16 2
Bestuurlijke samenvatting De bestuursrapportage is een rapportage aan het GBLT-bestuur die gaat over de realisatie van de plannen uit de begroting en de prestatie op het gebied van de heffing en inning van de gemeente- en waterschapsbelasting voor en namens de opdrachtgevers. De bestuursrapportage, die vastgesteld wordt door het algemeen bestuur, is ook bedoeld om de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling te informeren over de bedrijfsvoering. Over de prestaties voor de individuele deelnemers wordt periodiek aan hen gerapporteerd. De bestuursrapportage is zowel beleidsinhoudelijk als financieel van karakter en verslaat het eerste kwartaal van 2016. Het eerste kwartaal van 2016 is goed verlopen. De belastingproductie 2016 is goed gestart en ook de dienstverlening aan burgers voldeed aan de afspraken. Ook de invordering oude jaren is doorgezet volgens planning. Een goed begin is het halve werk. Het is nog te vroeg in het jaar om zinnige prognoses op te stellen over de belastingopbrengsten. De eerste belastingrapportages met specifieke uitspraken over financiële uitkomsten zijn gepland in juni. Vanaf januari 2016 wordt het belastingproces ook uitgevoerd voor de gemeenten Bunschoten en Dalfsen. De eerste GBLT aanslagbrieven riepen bij de burgers nog wel wat vragen op en de beide inloopavonden werden goed bezocht en gewaardeerd. Het Transitieplan WOZ loopt tegen het einde, in de zin dat de doelstellingen binnen handbereik zijn. Om te zorgen dat gedurende het gehele jaar de activiteiten op schema kunnen worden uitgevoerd zal naar verwachting extra inhuur nodig zijn. De uitgaven ten behoeve van dit gemeentelijke proces liggen nog steeds boven het reguliere budget. In de loop van het jaar zullen we definitieve uitspraken moeten doen over de structurele middelen. Het programma gegevensbeheer verliep stroef in het eerste kwartaal. De oplevering van software was niet op tijd en kwalitatief onvoldoende. Daardoor is doorlooptijd en testcapaciteit verloren gegaan. Inmiddels is wel duidelijk dat niet alle gemeenten in Nederland de deadline voor aansluiting van de LV- WOZ gaan halen op 1 oktober. De GBLT organisatie moet intussen improviseren om toch vooruitgang te maken met de programmadoelstellingen. De aandacht komt daarbij meer te liggen op het opwerken van de datakwaliteit. Er wordt een nieuwe programmaleider aangetrokken om de trekkracht te vergroten. De verwachting is dat het programma doorloopt tot in 2017 en daardoor naadloos overgaat in de volgende tranche, waarbij aansluiting op de BRP in 2018 op de rol staat. In het jaarplan 2016 voor de bedrijfsvoering is een prominente plaats uitgeruimd voor de verbetering van de primaire processen. Gekozen is voor de lean-methode. Een pilot in de klantprocessen heeft uitgewezen dat dit kansrijke perspectieven biedt. Daarvoor is wel nodig dat de gehele organisatie van GBLT met dit sop wordt overgoten. De sleutelspelers worden getraind en begeleid door de voormalig manager van het bedrijfsbureau, Richard van Hussel. Een start is gemaakt met het werven van een opvolger. Die kans wordt benut om de functie van controller specifiek te richten op het belastingproces en de organisatie te platter te maken. Uit een onderzoek van Deloitte naar de interne beheersing is gebleken dat de werkvoorraden in het primaire proces en de inhoud van de belastingrapportages beter bewaakt moeten worden. 3
Leeswijzer GBLT kent één programma. Het heffen en innen van belastingen en het uitvoeren van de wet WOZ. Voor de inhoud van dit programma verwijzen wij u naar de bijlagen. Naast het programma heffing en invordering van belastingen en uitvoering van de wet WOZ en de exploitatiebegroting bestaat de begroting uit een aantal paragrafen. Niet alle paragrafen zijn relevant voor de bestuursrapportage. In deze bestuursrapportage wordt in hoofdstuk 1 daarom alleen ingegaan op de paragraaf 10 bedrijfsvoering. Voor de inhoud van paragraaf 6 verwijzen wij u eveneens naar de bijlagen. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de belastingopbrengsten 2015 en in hoofdstuk 3 is financiële rapportage van GBLT weergegeven. 4
Hoofdstuk 1 De paragrafen Paragraaf 10 Bedrijfsvoering ICT en Programma gegevensbeheer Het aangekondigde onderzoek naar de kosten en bezetting binnen het cluster I&A is in het eerste kwartaal gestart. De onderzoeksvraag is uitgebreid en bestaat nu uit vijf delen: 1. Past de huidige ICT-sourcingstrategie nog steeds bij de missie & visie en de capaciteit van de ICTorganisatie van GBLT? 2. Hoe ziet de optimale rolverdeling tussen applicatie- en procesbeheerders er uit voor GBLT en hoe moeten de functies zich in de komende jaren ontwikkelen voor wat betreft kennis en vaardigheden? 3. Welke leveranciersstrategie moet GBLT hanteren voor welk applicatietype en welke maatregelen moeten worden genomen voor het contract- en leveranciersmanagement? 4. Welke software sourcingstrategie past bij de organisatie en missie & visie van GBLT? 5. Wat moet GBLT, gezien de gewenste software sourcingstrategie, aan organisatorische maatregelen nemen (verder professionaliseren of zelf ontwikkelen) om functionaliteiten / applicaties te leveren die gevraagd worden vanuit de business? De resultaten van het onderzoek worden in het tweede kwartaal verwacht. Het Programma Gegevensbeheer heeft in 2015 vooral in het teken gestaan van het voorbereiden van aansluitingen op de basisregistraties door middel van het Neuron integratieplatform (NIP) van Vicrea, de voorbereiding op de koppeling naar de Landelijke voorziening WOZ (LV-WOZ) en de verandering naar berichtenverkeer vanuit het kadaster. De projecten in dit programma hebben in hoge mate een afhankelijkheid van software leverancier Centric. De oplevering van software was niet op tijd en van onvoldoende kwaliteit. Dit heeft in verschillende projecten geleid tot vertraging en frustraties. De stuurgroep van dit programma is daarover in contact getreden met het management van Centric en dit heeft geleid tot het wijzigen van de afvaardiging die Centric heeft in deze stuurgroep. Er is besloten dat Centric zijn Business unit manager van de afdeling belastingen afvaardigt. Daarnaast wordt met de andere belastingkantoren die de Centricapplicatie gebruiken op directieniveau een gezamenlijke strategie uitgezet. Communicatie naar en afstemming met Centric hierover vindt plaats door een afvaardiging uit deze groep directeuren. Om het Programma Gegevensbeheer maximaal te kunnen uitvoeren, is in het eerste kwartaal een onderhandse aanbesteding gestart voor de inhuur van een externe programmamanager en een projectmanager voor het op te starten deelproject datakwaliteit. Deze externe(n) zullen uiterlijk half mei starten. Dit deelproject sluit in belangrijke mate aan bij de aanbevelingen van het rapport van Deloitte. Dit betekent tegelijkertijd een koerswijziging binnen het traject. Waar eerder de aandacht vooral uitging naar de techniek, waarvoor wij afhankelijk zijn van derden, richten wij nu de focus meer op zaken die door ons direct zijn te beïnvloeden. Daarmee kunnen wij het totaalprogramma blijven beheersen. De verwachting is dat het programma doorloopt tot in 2017 en daardoor naadloos overgaat in de volgende tranche, waarbij aansluiting bij de BRP in 2018 op de rol staat. Voortgang van de deelprojecten: Project: LV-WOZ GBLT heeft afspraken gemaakt met de deelnemende gemeenten over de BAG-WOZ koppeling en de uitwisseling van deze gegevens. Het opwerken van de datakwaliteit van WOZ gegevens van de gemeente Dronten is afgerond. Belastingsamenwerking Rivierenland heeft na een mislukte poging in januari de eerste twee gemeenten aangesloten op de LV WOZ met ondersteuning van Centric. Doorlooptijd van de aansluiting is ongeveer één maand. Alle belastingkantoren, maar ook individuele gemeenten hebben met soortgelijke problemen te kampen, waarmee het aansluiten op de LVWOZ een landelijk probleem is. Centric zal een transparante en haalbare planning neerleggen voor het aansluiten van alle gemeenten die aangesloten zijn bij de belastingsamenwerkingen. Duidelijk is dat aansluiting op de LV WOZ voor 1 oktober 2016 niet voor alle belastingsamenwerkingen haalbaar is Een overleg met de Waarderingskamer wordt opgestart door de gezamenlijke belastingkantoren om de LV WOZ-aansluiting per 1 oktober te bespreken. Voor de bedrijfsvoering van GBLT heeft dit geen consequenties. 5
Project: Vicrea NIP Het vullen van het gegevensmagazijn loopt. Daarnaast is samen met Vicrea gewerkt aan de belastingplichtigen- en NAW-service ten behoeve van gegevenslevering aan opdrachtgevers. Ook zijn er stappen gemaakt in het optimaliseren van Stroomlijn, de GEO oplossing voor GBLT, waarmee d.m.v. kaartgegevens volledigheid van heffingen (WOZ) in beeld kan worden gebracht. Project: BRK Er is een koppeling met de Basisregistratie Kadaster (BRK) voor het binnenhalen van de kadaster berichten. Helaas verloopt de implementatie van de benodigde software om deze berichten te kunnen verwerken niet zoals verwacht. Deels ligt de oorzaak bij Centric, deels bij de techniek binnen GBLT. Samen met Centric wordt gewerkt aan een goed functionerende software. De laatste weken is hier hard aan gewerkt. Dit heeft geresulteerd in positieve test resultaten. De verwachting is dat GBLT medio april de BRK aansluiting in productie kan nemen. Project: RSGB/Stuf 3.10 Onze leverancier heeft gewerkt aan oplossingen voor de issues waardoor de conversie in november 2015 niet door kon gaan. O.a. de performance problemen die er toen waren voor het primaire proces zouden opgelost moeten zijn. In verband met de productieplanning heeft die conversie niet in het eerste kwartaal plaatsgevonden. Ook op dit vlak hebben positieve ontwikkelingen plaatsgevonden. Begin maart heeft er een nieuwe testconversie plaats gevonden. De hertesten worden uitgevoerd en de verwachting is dat GBLT eind april de RSGB/Stuf 3.10 migratie in de productieomgeving heeft uitgevoerd. De performanceproblemen zijn daarbij onder controle. WOZ bezwaren en NCNP In het eerste kwartaal van 2016 is 96,7% van de WOZ beschikkingen verstuurd. (Norm Waarderingskamer is 95%). Het Transitieplan is onderhanden werk en loopt op schema. Belangrijk is dat de achterstanden inzichtelijk zijn en worden weggewerkt en dat de (WOZ) formatie op orde komt om alle taken uit te kunnen voeren. De beschikbare formatie afgezet tegen de benodigde formatie is volgens de eerste berekeningen niet op orde waardoor inhuur plaatsvindt voor structureel werk. Er zijn 1888 bezwaren binnengekomen. Het aantal bezwaren zal nog toenemen als gevolg van nog te versturen producties. Bij het schrijven van deze bestuursrapportage zijn 3 bezwaren ingediend tegen de op basis van het Woningwaarderingsstelsel vastgestelde WOZ waarde. Het is mogelijk dat dit aantal nog toeneemt als gevolg van nog te versturen producties maar ook wanneer huurders voor het eerst geconfronteerd worden (juni/juli) met de huurverhoging gebaseerd op het woningwaarderingsstelsel. Er komt een onderbouwd voorstel aan het bestuur voor de benodigde structurele middelen. In de tweede bestuursrapportage zal een overzicht worden gegeven van het WOZ budget. In het jaarverslag 2015 hebben wij gemeld dat nog een bedrag van 249.000 beschikbaar is voor uitbetaling van de NCNP kosten. Van dit bedrag is in de rapportageperiode 48.000 uitbetaald. Voor de belastingjaren 2014 en 2015 zijn, per einde rapportageperiode, de volgende aantallen nog onderhanden: 45 bezwaren, 128 beroepen en 8 hoger beroepen. De verwachting is dat het saldo van 201.000 voldoende is om de kosten die hiervoor gemaakt gaan worden te betalen. Klantcontact De laatste jaren zijn acties uitgevoerd om een minimale telefonische bereikbaarheid van 90% (wenselijk 95%) te realiseren, onder andere door het spreiden van de aanslagoplegging, het opleiden en trainen van medewerkers en door het inrichten van een cyclus van continue verbeteren. Ook zijn extra financiële middelen ingezet voor het inhuren van een flexibele schil om het binnenkomend telefoonverkeer adequaat af te kunnen handelen. Met het oog op structurele kwaliteitsverbetering van de KCC processen en het streven naar afbouw van de flexibele schil (kosten besparing), heeft GBLT in 2016 een start gemaakt met het implementeren van het Lean dienstverleningsconcept. In dit concept staat de klant centraal. 6
Het verbeteren van de processen (Lean traject) moeten hand in hand gaan met zowel dataverbetering (verlagen contactratio), als de toepassing van digitale media (kanaalsturing) en verdere professionalisering van KCC medewerkers (voortdurend opleiden en trainen). Om de efficiëntie van KCC verder te ontwikkelen is in januari 2016 een nieuw Online Contact Centersysteem (OCC) in gebruik genomen. Dit systeem biedt meer geautomatiseerde ondersteuning, waardoor de Front Office medewerkers zich bezig kunnen houden met de meer complexere klantvraagstukken (in één keer goed). De rapportage van OCC biedt meer mogelijkheden om de klantcontacten beter te monitoren, te rapporteren en te analyseren. Daardoor kunnen wij de klantcontacten beter kanaliseren en sturen. De volgende tabel geeft de door GBLT verzonden documenten in het eerste kwartaal weer en de naar aanleiding daarvan ontvangen en beantwoorde telefoontjes en de telefonische bereikbaarheid voor de jaren 2014 tot en met 2016. 2016 2015 2014 verzonden aanslagbiljetten 835.326 999.109 804.724 verzonden overige documenten 131.935 19.689 84.793 totaal verzonden documenten 967.261 1.018.798 889.517 beantw oord 88.785 71.975 82.026 % bereikbaarheid 94% 94% 85% % beantw oord t.o.v. verzonden 9,2% 7,1% 9,2% Het aantal klantcontacten ten opzichte van de totaal verstuurde documenten, in vergelijking 2015, is gestegen. Dit heeft onder andere te maken met 2 nieuwe gemeenten, Bunschoten en Dalfsen, die per 1 januari zijn aangesloten bij GBLT. Verder is het meerdere malen voorgekomen dat de poststukken niet goed verzonden zijn. Met de leverancier (multichannel communicatie/drukker) zijn inmiddels afspraken gemaakt om dit te voorkomen. Dit jaar zijn de aanslagen voor de eerste keer via de Berichtenbox van Mijn Overheid verzonden. Er is een landelijke storing geweest bij Logius, waardoor deze aanslagen niet goed in de Berichtenbox terecht gekomen zijn. Dit heeft tot extra calls geleid. Ondanks de extra klantcontacten ligt het percentage bereikbaarheid van de eerste kwartaal op 94%. De volgende grafiek geeft de bereikbaarheidspercentages over de rapportage periode in vergelijking met de twee voorgaande jaren weer. 7
De bereikbaarheid in februari is lager uitgevallen ten opzichte van 2015. Dit is het gevolg van de aanslagoplegging voor de twee nieuwe gemeenten. De geplande bijlage met uitleg voor die gemeenten, werd, ondanks de intensieve voorbereidingen, niet met de aanslag meegestuurd. Daarnaast zijn de aanslagen van de gemeente Zwolle 2 dagen daarna bezorgd, waardoor het aanbod telefoon van de 3 voornoemde gemeenten op één dag zijn binnengekomen. Klachten In het eerste kwartaal van 2016 zijn in totaal 40 klachten formeel afgehandeld, het eerste kwartaal van 2015 waren dat er 46. Het aantal gegrond verklaarde klachten is 22, ten opzichte van 17 in 2015. ongegrond gegrond t ot aal per bejegening kwijt schelding communicat ie overig deelnemer wat erschap Drents Overijsselse Delta 6 3 0 1 1 11 Rijn en IJssel 2 0 0 2 2 6 Vechtstromen 1 1 0 2 1 5 Vallei en Veluw e 6 0 1 2 1 10 Zuiderzeeland 0 0 0 0 0 0 gemeent e Bunschoten 0 0 0 0 0 0 Dalfsen 0 0 0 0 0 0 Dronten 0 0 0 0 0 0 Leusden 0 0 0 0 1 1 Nijkerk 2 0 0 1 0 3 Zw olle 1 0 0 0 3 4 t ot aal 18 4 1 8 9 40 Naar aanleiding van de evaluatie over de klachten bejegening en communicatie, is besloten om de training Klantgericht en weerbaar aan de telefoon door alle medewerkers van de Front Office en de Flexibele schil te laten volgen. Burgers bellen GBLT bijvoorbeeld om aanvullende informatie over een aanslag, of te informeren naar de mogelijkheden voor kwijtschelding of gespreide betaling. Het gedrag van de klanten is daarbij erg divers. Velen gedragen zich respectvol en gelijkwaardig, anderen zijn geërgerd, kwaad of proberen met grensoverschrijdend gedrag iets voor elkaar te krijgen. De diversiteit in het gedrag van klanten en vragen die zij stellen vraagt om alertheid en professionaliteit van de medewerkers. Om de klant goed van dienst te kunnen zijn is het van belang dat de medewerker niet alleen de klantvraag goed analyseert, maar vooral ook het gedrag van de klant. Door effectief aan te sluiten bij het gedrag van de klant kan de medewerker professioneel invloed uitoefenen, waardoor er voor beide partijen een prettig gesprek ontstaat. In de training zullen de medewerkers leren het gedrag van de klant beter te herkennen en daarop te anticiperen. Deze training start in het 2e kwartaal van 2016. Invorderopbrengsten In de jaarrekening 2015 is een bedrag van ruim 2,9 mln. aan nog te realiseren invorderopbrengsten opgenomen voor de heffingsjaren 2015 en ouder. In onderstaande tabel wordt aangegeven op welke wijze dit bedrag is opgebouwd. bedragen in x1.000 t /m belast ingjaar belast ingjaar Tot aal 2014 2015 in rekening gebrachte, maar nog te innen invorderopbrengst 1.060 1.436 2.496 nog in rekening te brengen en te innen invorderopbrengst 76 347 423 Tot aal nog t e innen invorderopbrengst 1.136 1.783 2.919 Dit bedrag moet worden gerealiseerd door het versturen van aanmaningen, dwangbevelen en door het betekenen van hernieuwde bevelen voor de verschillende belastingjaren tot en met 2015, met de daaruit voortkomende vervolgacties op het gebied van de dwanginvordering. 8
In onderstaande tabel wordt de realisatie tot en met maart 2016 weergegeven uitgezet tegen het aantal begrote documenten. aant al aant al gerealiseerd gerealiseerd begroot begroot 2015 en ouder 2016 2015 en ouder 2016 per 31-03-2016 per 31-03-2016 Aanmaning 155.300 142.000 237.925 0 Dw angbevel 80.700 71.000 106.837 0 Hernieuw d Bevel 94.800 32.000 84.435 0 Het totaal aantal nog te realiseren aanmaningen en dwangbevelen voor de belastingjaren 2015 en ouder is ruimschoots geëffectueerd. Invorderingsdocumenten voor belastingjaar 2016 kunnen nog niet worden verstuurd omdat de vervaldata van de aanslagen nog niet zijn verstreken. De werkzaamheden bij de externe partij gaan onverminderd voort. In de volgende tabel wordt in aantallen inzichtelijk gemaakt hoe de voortgang verloopt. Werkelijk overgedragen 2015 en ouder Tot aal overgedragen bedrag Nog t e innen per 31-03-2016 percent age nog t e innen overgedragen in 2015 237.000 13.750.000 7.364.000 54% overgedragen in 2016 21.100 4.514.000 3.496.000 77% Totaal 258.100 18.264.000 10.860.000 59% Maandelijks vindt monitoring plaats. In de tweede bestuursrapportage zal een prognose worden gegeven van de te innen bedragen voor het einde van 2016. Eind 2016 zal het debiteurensaldo substantieel zijn verlaagd en zijn er geen achterstanden de dwanginvordering. In onderstaande tabel worden ontvangen en nog te ontvangen invorderopbrengsten weergegeven. bedragen in 2011 2012 2013 2014 2015 2016 t ot aal debiteurenstand op 31-12-2015 224.970 1.004.273 1.343.185 1.974.096 2.051.975 6.598.499 percentage verwachting nog te ontvangen 0% 10% 20% 35% 70% verwacht ing nog t e ont vangen oude jaren 0 100.427 268.637 690.934 1.436.382 2.496.380 begrote ontvangsten in 2016 7.900 19.000 48.500 347.664 3.210.000 3.633.064 verwacht e invorderopbrengst en 0 108.327 287.637 739.434 1.784.046 3.210.000 6.129.444 mutaties in 2016 20.164 36.647 45.659 32.834-700.287-564.983 debiteurenstand op 31-03-2016 195.705 890.926 1.151.442 1.683.204 2.179.475 6.100.752 Saldo ont vangst en 2016 9.101 76.700 146.084 258.058 572.787 1.062.730 Ziekteverzuim Het ziekteverzuimpercentage over de rapportageperiode was 5,3% (in 2015 was dit 5,9% over dezelfde periode) en de meldfrequentie is 2. Het ziekteverzuim is het eerste kwartaal altijd hoger dan in de rest van het jaar. Het voortschrijdend jaargemiddelde bedraagt 4,45% met een meldfrequentie van 1,4. Dit is een licht daling ten opzichte van eerdere periodes. 9
Hoofdstuk 2 Belastingopbrengsten Waterschapsbelastingen In de hierna volgende tabel zijn de tot en met 31 maart 2016 gegenereerde opbrengsten voor het belastingjaar 2016 voor de waterschapsdeelnemers weergegeven. In de eerste drie maanden van het jaar is de prioriteit uitgegaan naar het opleggen van de primaire kohieren voor het belastingjaar 2016 conform productieplanning. In de tabel wordt ook een prognose van de realisatie aan het einde van het belastingjaar afgegeven. In de periode april tot en met juni 2016 moeten nog meerdere primaire gecombineerde aanslag kohieren voor de zuiveringsheffing woonruimten en watersysteemheffing eigenaren worden opgelegd. Hierdoor is het verschil tussen de realisatie en de begrote kerncijfers 2016 groot en geeft een vertekend beeld. Momenteel is er geen reden om af te wijken van de initieel begrote kerncijfers einde belastingjaar 2016. De realisatiecijfers betreffen het netto opgelegde bedrag (= oplegging minus verminderingen naar aanleiding van bezwaarschriften). De verschillen tussen de kerncijfers en de uiteindelijke realisatie zullen in de voortgangsrapportages aan de deelnemers worden verklaard. De eerste voortgangsrapportage verschijnt in de maand juli. Bij de controle van de jaarcijfers 2015 heeft de accountant een aantal onzekerheden en fouten geconstateerd. Het tweede kwartaal zal worden benut om dit in de eerste voortgangsrapportage te verwerken. bedragen in x 1.000 Kerncijfers Realisat ie Verschil Prognose begro t ing t ot en met realisat ie einde 2016 31-mrt -16 versus belast ingjaar begrot ing 2016 zuiveringsheffing w oonruimten 178.301 82.422-95.879 178.301 bedrijfsruimten 66.273 64.271-2.002 66.273 t ot aal zuiveringsheffing 244.574 146.693-97.881 244.574 wat ersyst eemheffing verontreinigingsheffing w oonruimten 515 175-340 515 verontreinigingsheffing bedrijfsruimten 932 251-681 932 ingezetenen 89.905 45.677-44.228 89.905 gebouw d 136.024 20.566-115.458 136.024 ongebouw d 40.825 5.388-35.437 40.825 ongebouw d natuurterreinen 1.553 81-1.472 1.553 t ot aal wat ersyst eemheffing 269.754 72.138-197.616 269.754 t ot ale belast ingopbrengst 514.328 218.831-295.497 514.328 Zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing woonruimten en watersysteemheffing ingezetenen De aanslagen zuiveringsheffing woonruimten waarvan de bewoner niet de eigenaar van de onroerende zaak is, zijn in de maanden januari t/m maart opgelegd. De aanslagen zuiveringsheffing woonruimten, waarvan de belastingplichtige tevens de eigenaar van de onroerende zaak is, worden gecombineerd opgelegd met de watersysteemheffing (gebouwd/ongebouwd) en. Wat hiervoor is beschreven geldt eveneens voor de watersysteemheffing ingezetenen. Als gevolg hiervan is er nog geen compleet beeld van het eindresultaat en kan daardoor nog geen prognose voor het eindresultaat aan het einde van het belastingjaar worden gegeven. Er is nu geen reden om af te wijken van begrote kerncijfers. Zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing bedrijfsruimten Het merendeel van de voorlopige aanslagen voor bedrijfsruimten en de forfaitaire aanslagen is in de maand januari opgelegd. 10
Alleen de aanslagen ten behoeve van de forfaitaire bedrijfsruimten hebben een definitief karakter. De voorlopige aanslagen voor de machtigings- en aangiftebedrijven worden voor het overgrote deel in 2017 en 2018 definitief vastgesteld. Gelet op de huidige stand van zaken voor de zuiveringsheffing bedrijven (er is 97 % van het totale begrotingsbedrag gerealiseerd) wordt verwacht dat het totale begrote bedrag kan worden gerealiseerd. De nog te realiseren aanslagen hebben voornamelijk betrekking op nog aan op te nemen nieuwe bedrijven die dus nog een aanslag 2016 moeten ontvangen. Deze worden in de maandelijkse aanslag kohieren geleidelijk gerealiseerd. Per individuele deelnemer kan dit echter verschillen. In de voortgangsrapportages ten behoeve van de individuele deelnemers zal hier specifieker op worden ingegaan. Het verschil in de verontreinigingsheffing bedrijfsruimten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door bronneringen die lozen op oppervlaktewater. Bronneringen krijgen een aanslag wanneer een melding van een lozing wordt doorgeven via het waterschap. Watersysteemheffing gebouwd, ongebouwd en natuurterreinen De aanslagoplegging voor de watersysteemheffing gebouwd, ongebouwd en natuurterreinen loopt nog door tot en met de maand juni. De grondslag voor de watersysteemheffing gebouwd is de WOZ waarde. De bestanden met WOZ waarden zijn door de 93 gemeenten geleverd en worden op dit moment in het belastingsysteem ingelezen. Omdat nog niet alle gemeentelijke bestanden zijn ingelezen en doordat de aanslagoplegging nog doorloopt t/m juni kan nog geen prognose voor het eindresultaat aan het einde van het belastingjaar worden gegeven. Er is momenteel geen reden om af te wijken van de kerncijfers voor de begroting. Er is wel een risico te melden. Dit heeft betrekking op vier inliggende gemeenten (Noordoostpolder, Almelo, Hengelo en Amersfoort die zijn aangesloten op de LV WOZ. De LV WOZ levert foutieve bestanden aan waarin alle WOZ waarden geblokkeerd staan. Hierdoor kunnen de bestanden niet worden verwerkt in het belastingpakket. Dit heeft consequenties voor de productieplanning en de liquiditeitsprognose voor de waterschappen. Door deze gemeenten naar het laatste kohier van juni te verplaatsen en andere gemeenten naar voren te halen wordt dit voorlopig opgevangen. Mocht het dan nog niet zijn opgelost door de LV WOZ dan wordt voor de belastingschuldigen in deze gemeenten alleen de aanslagen zuiveringsheffing woonruimten met de watersysteemheffing ingezetenen verzonden. Na juni worden dan de aanslagen watersysteemheffing eigenaren opgelegd. Mocht dit scenario zich voordoen dan worden de waterschappen tijdig geïnformeerd via de contactpersonen. 11
Gemeentebelastingen In de hierna volgende tabel zijn de tot en met 31 maart 2016 gegenereerde opbrengsten voor het belastingjaar 2016 voor de gemeentedeelnemers weergegeven. In de tabel wordt ook een prognose van de realisatie aan het einde van het belastingjaar afgegeven. De realisatiecijfers betreffen het netto opgelegde bedrag (= oplegging minus verminderingen naar aanleiding van bezwaarschriften). De verschillen tussen de kerncijfers en de uiteindelijke realisatie zullen in de voortgangsrapportages aan de deelnemers worden verklaard. De eerste voortgangsrapportage verschijnt in de maand juli. Per belastingsoort wordt op hoofdlijnen per gemeente wel alvast een doorkijk gegeven. bedragen x 1.000 Begrot ing Realisat ie Verschil Prognose 2016 2015 realisat ie einde t ot en met versus belast ingjaar 31-mrt -16 begrot ing 2016 o nroerendzaakbelast ing eigenaar w oningen 34.214 33.208 1.006 34.214 eigenaar niet w oningen 20.427 16.661 3.766 20.427 gebruiker niet w oningen 13.587 10.910 2.677 13.587 totaal onroerendzaakbelasting 68.228 60.779 7.449 68.228 o verige belast ingen rioolheffing 16.020 14.977 1.043 16.020 afvalstoffenheffing/reinigingsheffing 23.705 23.213 492 23.705 diftar 809 0 809 809 hondenbelasting 949 917 32 949 toeristenbelasting 1.472 0 1.472 1.472 overige heffingen 1.992 325 1.667 1.992 totaal overige belastingen 44.947 39.432 5.515 44.947 totale belastingopbrengst 113.175 100.211 12.964 113.175 Onroerendzaakbelastingen Het opgelegde bedrag aan onroerendzaakbelastingen komt per rapportagedatum 7,4 mln. lager uit dan de 6 gemeentelijke begrotingen. Nog niet alle aanslagen zijn, in verband met (proces)blokkades, opgelegd. In de loop van het jaar worden daardoor, in verschillende producties, nog aanslagen opgelegd. Daarom wordt, voor de prognose per einde belastingjaar, nu nog aangesloten op de begrotingscijfers. In de eerste voortgangsrapportage (januari juni) kan een meer richtinggevende prognose worden opgesteld. In een aanvullende aanslagrun eind april is voor een bedrag van 4,2 mln. aan aanslagen opgelegd waardoor het totaal aan opbrengsten per ultimo april uitkomt op 64,9 mln. Dit betekent dat 95% van het begrootte bedrag is opgelegd. Overige belastingen Rioolheffing De rioolheffing komt nu nog 1.043.000 lager uit dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt doordat voor de gemeenten Dronten en Nijkerk de geblokkeerde objecten en de uitval nog moeten worden opgewerkt. Voor de gemeenten Bunschoten en Dalfsen moet de uitval ten gevolgde van de conversie nog worden verwerkt. Bij de gemeenten Leusden en Zwolle zijn nagenoeg geen verschillen. Er worden in de loop van het jaar nog aanvullende kohieren opgelegd. Vooralsnog wordt aangesloten bij de begrotingscijfers. Afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten De afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten komen 601.000 lager uit dan begroot. 12
De reinigingsrechten voor de gemeente Zwolle moeten nog worden opgelegd vanwege een verlaat besluit van de gemeenteraad Zwolle en voor de gemeente Leusden moeten nog een aantal bedrijven in de heffing worden betrokken. Voor de gemeenten Bunschoten en Dalfsen moet de uitval ten gevolge van de conversie in de loop van 2016 nog worden opgewerkt en voor de gemeente Dronten moeten nog de geblokkeerde objecten worden opgewerkt. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing voor de gemeenten Leusden en Nijkerk is de realisatie hoger dan begroot. Diftar De wijze van aanslaan Diftar voor de gemeente Nijkerk is gewijzigd vanaf 2016. Deze wijziging houdt in, dat in plaats van ieder kwartaal een aanslag op het daadwerkelijk aantal ledigingen wordt overgegaan naar één jaaraanslag op het aantal ledigingen. De jaaraanslag voor het heffingsjaar 2016 wordt in januari 2017 opgelegd. Voor de gemeente Dalfsen wordt dezelfde wijze van aanslagoplegging gehanteerd. De kohieren met betrekking tot wijzigen in het huishouden (onder andere uithuizingen en beëindigingen belastingplicht) worden deels eind april en deels eind juni opgelegd. De primaire kohieren worden in januari 2017 opgelegd. Dit houdt in, dat de merendeel van de begrote opbrengsten voor het heffingsjaar 2016 in januari 2017 worden gerealiseerd. Hondenbelasting De totale hondenbelasting komt nu nog 32.000 lager uit dan begroot. Deels wordt dit veroorzaakt door nog op te werken conversie uitval bij de gemeente Bunschoten en geblokkeerde objecten bij de gemeente Dronten. In oktober 2016 zal bij de gemeenten een hondencontrole plaatsvinden. Verwacht wordt dat de opbrengsten worden gerealiseerd. Precariobelasting De precariobelasting voor de gemeenten Bunschoten, Dalfsen en Zwolle wordt eind april opgelegd. Forensenbelasting De forensenbelasting voor de gemeenten Bunschoten, Dronten, Leusden en Nijkerk wordt eind augustus opgelegd. Toeristenbelasting De toeristenbelasting voor de gemeenten Dronten, Leusden, Nijkerk en Dalfsen wordt eind juli opgelegd. Marktgelden De marktgelden voor de gemeenten Bunschoten en Dronten worden eind april opgelegd. BIZ/Reclamebelasting BIZ heffing Spakenburg Centrum wordt eind mei opgelegd. De Reclamebelasting voor de gemeente Dronten is gedeeltelijk opgelegd vanwege nog te waarderen panden in het centrum van Dronten. Havenbelasting De havenbelasting voor de gemeente Bunschoten wordt in mei opgelegd. Parkeerbelasting De parkeerbelasting voor de gemeente Dronten loopt over de periode april tot en met september. In het laatste kwartaal van 2016 zal alles zijn opgelegd. Begraafplaatsrechten Voor de gemeente Zwolle moet nog voor circa 17.000 aan begraafplaatsrechten worden opgelegd. Het eerstvolgende kohier is ingepland eind april. Baatbelasting De baatbelasting voor de gemeente Zwolle wordt eind oktober opgelegd. 13
Hoofdstuk 3 Financiële rapportage Op deze pagina treft u de financiële gegevens op hoofdlijnen aan. GBLT werkt met een begroting, na wijziging door toetreding van de gemeenten Bunschoten en Dalfsen, van ruim 20 mln., welk bedrag volledig wordt gebruikt voor het proces van heffen en innen van belastinggelden voor de deelnemers. De deelnemers dragen voor een bedrag van ruim 17,3 mln. bij aan GBLT. Daarnaast is ongeveer 3,2 mln. begroot voor in rekening gebrachte (wettelijke) kosten van (dwang)invorderingsmaatregelen in verband met het niet tijdig betalen van belastingaanslagen. Onderstaande tabel geeft de lasten en baten per 31 maart 2016 ten opzichte van de begroting na wijziging op hoofdlijnen weer. Verder wordt in de laatste kolom de prognose voor het eind van het boekjaar getoond. bedragen in x 1.000 begrot ing realisat ie prognose 2016 2016 einde t ot en met boekjaar 31-mrt -16 LASTEN 1 Rente en afschrijvingen 1.276 316 1.276 2 Personeelslasten 11.899 2.582 11.899 3 Goederen en diensten van derden 7.197 1.808 7.197 4 Bijdragen aan derden 0 0 0 5 Toevoegingen voorzieningen/onvoorzien 200 0 200 TOTAAL LASTEN 20.572 4.706 20.572 BATEN 1 Financiële baten 0 0 0 2 Personeelsbaten 0 0 0 3 Goederen en diensten aan derden 17.362 4.340 17.362 4 Bijdragen van derden 0 0 0 5 Waterschaps- en gemeentebelastingen 3.210 0 3.210 6 Interne verrekeningen 0 0 0 TOTAAL BATEN 20.572 4.340 20.572 Er zijn nog geen aanwijzingen dat een significante afwijking van de begroting zal optreden. 14
Bijlage 1 Programma 1 Heffing en inning van belastingen en uitvoering wet WOZ GBLT kent één programma, de heffing en inning van belastingen en de uitvoering van de Wet WOZ voor lokale overheden. Het programma kent op hoofdlijnen de volgende activiteiten. Waarderen Heffing, inclusief het gegevensbeheer Inning Waarderen Deze activiteit heeft betrekking op het uitvoeren van de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) ten behoeve van deelnemende gemeenten en, indirect, voor de in het GBLT deelnemende waterschappen. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: verzamelen, registreren, bewerken en optimaliseren van basisgegevens ten behoeve van de uitvoering van de wet waardering onroerende zaken bepalen van de WOZ-waarden Heffing, inclusief het gegevensbeheer Deze activiteit heeft betrekking op het verzamelen, registreren, bewerken en optimaliseren van basisgegevens ten behoeve van de belastingheffing en inning voor alle deelnemers in het GBLT. De volgende werkzaamheden worden daarvoor uitgevoerd: verwerken van gegevens uit de Basisregistratie Kadaster (BRK) verwerken van gegevens uit de Gemeentelijke basisadministratie van persoonsgegevens (BRP) verwerken van mutatieleveringen uit andere bronnen verwerken van leveringen van waarden in het kader van de WOZ van nog niet aangesloten gemeenten Inning Deze activiteit heeft betrekking op alle werkzaamheden in het kader van de inning en de (dwang)invordering van belastinggelden. Tot dit procesonderdeel behoort de incasso, het voeren van een volledige en accurate administratie en het uitvoeren van dwanginvorderingswerkzaamheden. De volgende werkzaamheden vallen hieronder: bewaken van de debiteurenadministratie behandeling van verzoeken om kwijtschelding van belastingen verzenden van aanmaningen en dwangbevelen indien aanslagen onbetaald blijven het treffen van andere invorderingsmaatregelen het beoordelen van oninbaarheid van aanslagen 15
Bijlage 2 Paragraaf 6 Waterschapsbelastingen De deelnemers beschrijven in hun begrotingen de soorten waterschaps- en gemeentebelastingen en het kwijtscheldingsbeleid. Daarbij wordt ingegaan op de kostendekkendheid van de tarieven voor de nog op te leggen belastingen. De belastingopbrengsten worden in aparte voortgangsrapportages en jaarrapportages aan de deelnemers verantwoord. Een overzicht van de totaal voor gemeenten en waterschappen opgelegde belastingen wordt weergegeven in hoofdstuk 2. In de exploitatierekening wordt de door GBLT gerealiseerde opbrengst aan in rekening gebrachte invorderkosten verantwoord. Deze opbrengst ontstaat doordat aan belastingschuldigen, wanneer belastingaanslagen niet tijdig zijn voldaan, kosten in rekening worden gebracht voor het verzenden van onder meer aanmaningen, dwangbevelen en overige invorderingsmaatregelen. De in rekening te brengen kosten zijn wettelijk vastgelegd in de Kostenwet invordering rijksbelastingen 1990, die ook geldt voor de invordering van gemeentelijke- en waterschapsbelastingen. Het invorderbeleid is er op gericht de opgelegde aanslagen zo snel mogelijk te innen en daar waar nodig de betalingsmoraal van belastingplichtigen te verbeteren. De belastingopbrengsten worden in aparte jaarverslagen aan de deelnemers verantwoord. 16