Raadsvoorstel Inleiding Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2012 heeft u besloten om vanaf 2014 structureel 300.000,00 te gaan bezuinigen op subsidies. Via dit voorstel wordt u verzocht een besluit te nemen over de wijze waarop deze bezuiniging gaat plaatsvinden. Feitelijke informatie In de voorjaarsnota 2012 zijn voorstellen opgenomen om te bezuinigen op de subsidies. Bovenop de bezuiniging van 1% per jaar in de periode 2011 tot en met 2014 moet er in 2013 nog structureel 80.000,00 extra worden bezuinigd. Vanaf 2014 dient deze bezuiniging op te lopen tot 300.000,00. Voor 2013 is vooral gekeken of er nog onbenutte begrotingsposten zijn of posten die geen invloed hebben op de activiteiten van organisaties als daarmee gestopt zou worden. In de begroting 2013 is van de bezuinigingstaakstelling van 80.000,00 al structureel een bedrag van 71.400,00 ingevuld, zoals in onderstaand overzicht is aangegeven: Structurele bezuinigingen 2013 jubileumsubsidies 2.500,00 kadervorming 4.850,00 onderwijsbegeleiding 45.000,00 Heusden Lokaal 5.450,00 poppentheater 1.000,00 lokaal onderwijsbeleid 8.000,00 aankoop materialen 1.650,00 Schlappie Mondhygiëniste 950,00 WMO adviesraad 2.000,00 Totaal 71.400,00 Voor het resterende bedrag van 8.600,00 werd afgesproken om in 2013 nog naar verdere mogelijkheden te zoeken. Door een andere verdeling te hanteren in de subsidie aan de peuterspeelzalen is een bedrag van 15.000,00 bezuinigd op het gemeentelijke deel. De subsidie die aan de peuterspeelzalen wordt verstrekt bestaat voor een deel uit gemeentelijk geld en voor een deel uit rijksgeld (de uitkering voor onderwijsachterstandenbestrijding in het kader van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE)). Doordat alle peuterspeelzaallocaties zijn opgenomen in het VVE-beleid is geen sprake meer van normsubsidies en valt de eerder vastgestelde verdeling (57% uit gemeentelijk geld en 43% uit VVE-geld) gunstiger uit voor het gemeentelijk aandeel. Daarnaast is nog een structurele bezuiniging ontstaan door het niet langer inzetten van een subsidie voor de duurzame driehoek tot een bedrag van 10.700,00. Hierdoor is uiteindelijk in 2013 structureel bezuinigd: Structurele bezuinigingen 2013 Volgens tabel hierboven 71.400,00 peuterspeelzalen 15.000,00 duurzame driehoek 10.700,00 Totale ingevulde bezuiniging (2013 e.v.) 97.100,00 Voor de taakstelling van 2014 en verdere zal dus nog 202.900,00 ( 300.000,00-97.100,00) ingevuld moeten worden. Vanaf 2014 zullen meer fundamentele keuzes gemaakt moeten worden om tot deze 1
bezuiniging te kunnen komen. Er is eerder toegezegd dat wij over de invulling van de bezuinigingen (vanaf 2014) nog met u in gesprek zouden gaan. Om een zorgvuldige afweging te kunnen maken zijn ook de instellingen zelf en de burgers betrokken bij de discussie over hoe en waar te bezuinigen op subsidies. Op de website van de gemeente is een poll opgestart waarop burgers konden aangeven op welke beleidsterreinen zij vinden dat het beste bezuinigd kan worden: kunst en cultuur, sport, maatschappelijke- en gezondheidszorg, jeugd, ouderen, leefbaarheid dorpen en buurten of recreatie en toerisme. Er is 57 maal gereageerd, waarbij opviel dat 61% hiervan aangaf te willen bezuinigen op kunst en cultuur. Daarnaast is een digitaal forum opgezet waarop burgers inhoudelijk konden reageren op vijf bezuinigingsscenario s. Er zijn verschillende reacties ontvangen en de inbreng zal gebruikt worden bij de verdere uitwerking van het subsidiebeleid. De vijf bezuinigingsscenario s zijn ook voorgelegd aan de instellingen en verenigingen die subsidie ontvangen. Doel van de scenario s was vooral om vorm te geven aan de discussie. De scenario s zijn als volgt: 1. Kaasschaafmethode: Alle subsidies worden met eenzelfde percentage gekort. Dus alle subsidies blijven bestaan, maar de pijn wordt over iedereen gelijk verdeeld. 2. Prioriteiten stellen: De gemeente maakt een keuze tussen activiteiten en beleidsterreinen die zij belangrijk vindt. Dit betekent dat sommige subsidies vervallen. Hierbij vindt de gemeente activiteiten gericht op het vergroten van de zelfstandigheid van mensen, zoals scholing en zorg (activering) belangrijker dan voorzieningen voor opvang, ontmoeting en ontspanning. 3. Meer samenwerking: Instellingen die op dezelfde terreinen actief zijn worden verplicht met elkaar samen te werken, zoals gebruik van elkaars materiaal of het combineren van huisvesting. Ook kunnen activiteiten van instellingen bijvoorbeeld gecombineerd worden. 4. Niet automatisch subsidie verstrekken: Nu is het krijgen van subsidie een recht. Maar in dit scenario is dat niet automatisch meer het geval. Het gaat uit van het feit dat instellingen moeten aantonen waarom er geen andere mogelijkheden zijn de inkomsten te verhogen of uitgaven te verlagen. 5. Solidariteitsscenario: We schaffen elke vorm van subsidie af. Daarentegen verdelen we het totale subsidiegeld over alle inwoners. Iedere inwoner krijgt dan een bedrag dat ingezet kan worden voor deelname aan activiteiten. Voor de gesubsidieerde verenigingen en instellingen zijn eind februari twee bijeenkomsten georganiseerd. De eerste bijeenkomst was voor alle verenigingen die een norm- of waarderingssubsidie ontvangen. De tweede bijeenkomst was voor de instellingen die een budgetgesubsidieerde subsidie ontvangen. De eerste avond werd druk bezocht door ongeveer 150 personen van ruim 70 verschillende verenigingen Dit was een goede opkomst. De avond verliep in een goede sfeer, er was begrip voor de noodzaak van de bezuinigingen. Gevraagd werd om rekening te houden met verenigingen die al meer getroffen zijn door de bezuinigingen, zoals de sportverenigingen. Daarnaast was er een tendens om toch vooral te kijken naar de grote instellingen omdat het overgrote deel van de subsidie ook aan deze instellingen verstrekt wordt. Bij de norm- en waarderingssubsidies gaat het om een totaalbedrag van 600.000,00. Na deze avond is er nog een brief binnengekomen van de gezamenlijke voetbalverenigingen, gericht aan ons en de raadsleden, waarin zij aangeven dat verder bezuinigen op de voetbalsport en de sport in het algemeen geen goed besluit zou zijn. Dit vanwege de bezuinigingen die daar al hebben plaatsgevonden en het belang van de sport vooral voor de jeugd. 2
De tweede bijeenkomst vond plaats met een tiental budgetgesubsidieerde instellingen. Ook hier was weer begrip voor de noodzaak van de bezuinigingen. De vraag daar was om vooral naar de inhoud te kijken en beleid te maken waarbij de ontwikkelingen binnen de Wet Maatschappelijke Ondersteuning het uitgangspunt zijn. Men ziet wel mogelijkheden in meer samenwerking en het op andere wijze organiseren van de taken. Dit vergt wel een langere periode van voorbereiding. Gelet op de tijdsdruk kan men zich voorstellen dat eerst de kaasschaafmethode wordt toegepast en in de periode daarna uitgewerkt wordt waar de prioriteiten liggen en op welke wijze hieraan het beste vorm gegeven kan worden. De raadsleden/raadsfracties zijn ook bevraagd over hoe zij denken over de bezuinigingen op de subsidies. Dit is gebeurd door de raadsfracties uit te nodigen om via e-mail inhoudelijke reacties toe te sturen en door een discussie hierover tijdens een informatievergadering. Afweging De reacties van de burgers, de verenigingen en instellingen en de raadsfracties zijn zeer nuttig, maar er is een langere periode nodig om een zorgvuldige afweging te kunnen maken. Op korte termijn is er duidelijkheid nodig voor alle instellingen en verenigingen zodat zij in 2013 verder kunnen anticiperen op de bezuiniging die in 2014 van hen verwacht wordt. Hoewel er een duidelijke vraag is om het huidige subsidiebeleid onder de loep te nemen en mogelijk nieuwe prioriteiten te gaan stellen of een andere wijze van subsidiëring te gaan ontwikkelen is daar de tijd nu te kort voor. Daarom wordt voorgesteld om de suggestie, die eigenlijk vanuit verschillende betrokkenen wordt gedaan om eerst de kaasschaafmethode te hanteren maar in de periode daarna kritisch te gaan kijken naar het huidige subsidiebeleid, over te nemen. Streven is om voor 2015 nieuw beleid te hebben vastgesteld. Ook voor dat jaar geldt vooralsnog een structurele bezuinigingsopdracht van 300.000,00 maar het is absoluut nog niet uitgesloten dat de verdere bezuinigingen van het rijk nog gaan leiden tot een extra bezuinigingsopdracht binnen onze gemeente. De nu voorgestelde bezuiniging op basis van de kaasschaafmethode geldt vanaf het jaar 2014. De komende periode (vanaf het moment van vaststelling in de raad op 14 mei 2013) zal nieuw beleid worden ontwikkeld waarbij de inbreng van alle betrokkenen gebruikt wordt voor een zorgvuldige afweging. Om te komen tot het benodigde bezuinigingsbedrag is het van belang dat er een goed overzicht is van de subsidies die verstrekt worden en van de eventuele afspraken die daaraan ten grondslag liggen. Deze zijn vastgelegd in de diverse beleidsregels, waarin het in 2009 vastgestelde subsidiebeleid nader is uitgewerkt en in specifieke collegebesluiten. De collegebesluiten betreffen de gevolgen van het afschaffen van de accommodatiesubsidies voor een aantal verenigingen en instellingen (11 november 2008 vastgestelde kadernota subsidiebeleid gemeente Heusden ). Op 5 april 2011 is besloten voor Stichting Elshout Vooruit en voor Jong Nederland de hardheidsclausule toe te passen en hen een subsidie te verlenen tot 80% van de huurkosten. Voor de verdere uitwerking van de kaasschaafmethode is de staat van subsidies uit de begroting van 2013 als leidraad genomen en is aangegeven op welke subsidies niet de kaasschaafmethode kan worden toegepast vanwege regionale samenwerkingsafspraken of door het rijk bepaalde normen. Dit overzicht is als bijlage bij dit voorstel opgenomen. Hierop is eerst de korting van 1% toegepast die nog voortvloeit uit de bezuinigingsafspraken voor de periode 2011-2014. De opgenomen bijlage dient u te zien als een voorlopige inschatting. Een aantal subsidies is afhankelijk van ledenaantallen en die moeten nog worden aangeleverd bij de aanvragen voor het jaar 2014. Daarnaast zijn er afgelopen jaar subsidies niet of te laat aangevraagd. Niet uitgesloten kan worden dat deze subsidies voor het jaar 2014 wel zullen worden aangevraagd. Deze opnieuw aangevraagde subsidies zullen overigens niet leiden tot een substantiële aanpassing van het totaal aangevraagde bedrag. Verder valt bovendien niet uit te sluiten dat ook dit jaar weer aanvragen te laat worden ingediend dan wel niet worden aangevraagd. Ook is nog niet bekend hoe hoog de indexering is die gaat gelden voor de personeelskosten bij de budgetsubsidies. 3
Vanuit verschillende betrokkenen is om aandacht gevraagd voor de sportverenigingen. Op 21 november 2011 heeft u nieuwe huurtarieven vastgesteld voor de sportaccommodaties. Daarnaast is het subsidiebedrag per jeugdlid verlaagd om hiermee een deel van de bekostiging van de combinatiefunctionarissen te kunnen opvangen. De gezamenlijke sportverenigingen ontvangen subsidies tot een totaal bedrag van ongeveer 58.000,00. Gelet op de bezuiniging die daar al heeft plaatsgevonden geven we de overweging mee om bij de sportverenigingen wel de korting van 1% toe te passen, maar niet de extra korting op basis van de kaasschaafmethode. Een ander aandachtspunt betreft het budget voor projectsubsidies. Het huidige budget hiervoor bedraagt 25.000,00. Gelet op de werkelijke kosten 2012 en het beeld dat ontstaat uit de aanvragen voor de eerste twee aanvraagrondes 2013 is het mogelijk om het budget voor projectsubsidies met 10.000,00 te verlagen naar 15.000,00. In 2012 is tot een bedrag van 13.636,00 aan projectsubsidies toegekend. Dit jaar zijn er nog geen projectsubsidies verstrekt. Het totaal bedrag dat gerealiseerd wordt zonder toepassing van de kaasschaafmethode komt hiermee op 107.100,00. Het restantbedrag van de taakstelling die nog gerealiseerd moet worden met de kaasschaafmethode bedraagt 192.900,00. Inzet van Middelen Met de in dit voorstel genoemde bezuinigingsmaatregelen wordt invulling gegeven aan de taakstelling subsidies. Voor een deel zijn bedragen al verwerkt in de begroting 2013 maar het grootste gedeelte van de taakstelling wordt gerealiseerd met het toepassen van de nu voorgestelde kaasschaafmethode die neerkomt op een korting van 3,75%. Met toepassing van dit percentage wordt een besparing gerealiseerd van ruim 194.000,00. Na besluitvorming kan het resterende deel van de taakstelling 2013 verwerkt worden en zal een en ander cijfermatig verwerkt worden bij het opstellen van de begroting 2014. Procedure In de subsidieverordening gemeente Heusden is opgenomen dat de uiterlijke datum voor het indienen van een aanvraag voor een budgetsubsidie 1 juni van het voorliggende jaar is. De instellingen die in aanmerking willen komen voor een budgetsubsidie voor 2014 moeten dus uiterlijk 1 juni 2013 hun aanvraag, inclusief activiteitenplan en begroting hebben ingediend. Wij hebben op 2 april 2013 besloten om eenmalig de uiterste datum voor het indienen van een budgetsubsidie (voor het jaar 2014) vast te stellen op 1 september 2013. Voor de norm- en waarderingssubsidies blijft de uiterste datum van aanvragen 1 juli 2013. Misschien ten overvloede wordt benadrukt dat deze afwijkende data strikt en onverkort zullen worden toegepast. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 4
De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 14 mei 2013; gezien het voorstel van het college van 2 april 2013; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : - om voor het jaar 2014 de bezuinigingstaakstelling tot 300.000,00 uit te voeren door een aantal structurele bezuinigingen (al ingezet in 2013) en de resterende taakstelling tot een bedrag van 202.900,00 door: - het verlagen van het budget voor projectsubsidies met 10.000,00 naar 15.000,00; - de vrijgekomen gelden van de duurzame driehoek te betrekken bij de taakstelling subsidies; - volgens de kaasschaafmethode een bezuiniging van 3,75 % door te voeren op alle subsidies met uitzondering van de subsidies aan de sportverenigingen en de subsidies waarvoor andere afspraken gelden vanuit regionale samenwerking of door het rijk opgelegde normen of subsidies waarbij nu sprake is van toepassing van de hardheidsclausule. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 5