Advies hernieuwde aanvraag zendtijdtoewijzing Heusdense Televisie en Radio Stichting

Transcriptie

1 Zaaknummer: Onderwerp: Collegevoorstel Feitelijke informatie Hierbij treft u het raadsvoorstel aan over een aan het Commissariaat voor de Media uit brengen advies. Dit is noodzakelijk vanwege een hernieuwde aanvraag van de Heusdense Televisie en Radio Stichting voor zendtijd binnen de gemeente Heusden voor de komende vijf jaar. Voor alle verdere informatie wordt hier verwezen naar het raadsvoorstel. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. 1

2 Zaaknummer: Onderwerp: BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 5 november 2013; gezien de aanvraag van de Heusdense Televisie en Radio Stichting voor zendtijd voor de komende vijf jaar binnen de gemeente Heusden; besloten: de raad voor te stellen om met inachtneming van een aantal conclusies en aanbevelingen, die zijn opgenomen in de bijlage bij het raadsvoorstel, een positief advies uit te brengen aan het Commissariaat voor de Media over de representativiteit van het programmabepalend orgaan van de Heusdense Televisie en Radio Stichting. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven 2

3 Onderwerp Raadsvoorstel Inleiding Op 19 augustus 2008 heeft het Commissariaat voor de Media aan de Heusdense Televisie en Radio Stichting (HTR) voor vijf jaar zendtijd voor lokale omroep toegewezen binnen de gemeente Heusden. Bij deze toewijzing heeft uw advies van 24 juni 2008 een belangrijke rol gespeeld. De hiervoor genoemde periode van vijf jaar is ingegaan op 25 augustus 2008 en eindigde op 25 augustus De HTR heeft het commissariaat op 20 februari 2013 laten weten dat zij in aanmerking wenst te komen voor aanwijzing als lokale publieke media-instelling in een aansluitende periode. Voordat het Commissariaat voor de Media een besluit kan nemen, is opnieuw uw advies noodzakelijk. Het Commissariaat voor de Media heeft ons uitstel verleend ervan uitgaande dat u op 17 december 2013 een besluit neemt. Feitelijke informatie De wetgever heeft gekozen voor een systeem waarbij per gemeente, voor de termijn van vijf jaar, aan slechts één media-instelling zendtijd kan worden toegewezen. Deze lokale instelling wordt geacht lokaal gebonden informatie te verschaffen en te fungeren als communicatiemogelijkheid voor mensen uit de desbetreffende lokale gemeenschap. Vooral omdat er slechts ruimte is voor één lokale media-instelling is het van groot belang dat deze representatief is voor de hele gemeenschap. Deze representativiteit moet tot uitdrukking komen in de samenstelling van het orgaan dat het programmabeleid van de lokale mediainstelling bepaalt. Dit orgaan, het zogeheten programmabeleidbepalende orgaan (pbo), kan het algemeen bestuur van de lokale media-instelling zijn, maar door de meeste lokale media-instellingen is voor het bepalen van het programmabeleid een afzonderlijk orgaan in het leven geroepen. In beide gevallen moet het pbo zodanig zijn samengesteld dat het representatief is voor de belangrijkste in de gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Ingevolge artikel 2.62, eerste lid, van de Mediawet kan het Commissariaat voor de Media pas een aanwijzingsbesluit nemen als de raad van de desbetreffende gemeente het Commissariaat voor de Media geadviseerd heeft over de vraag of de instelling voldoet aan de eisen die de Mediawet in artikel 2.62, tweede lid stelt. De raad moet daarom de volgende vragen beantwoorden: - Is de lokale publieke media-instelling een rechtspersoon naar Nederlands recht met volledige rechtsbevoegdheid? - Stelt de lokale publieke media-instelling zich blijkens haar statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel, het op het lokaal niveau uitvoeren van de publieke mediaopdracht door het verzorgen van mediaanbod, dat gericht is op de bevrediging van maatschappelijke behoeften die in een gemeente leven en het verrichten van alle activiteiten die nodig zijn om daarmee de publieke taak te vervullen? - Heeft de lokale publieke media-instelling een orgaan dat het beleid voor het media- aanbod bepaalt? - Heeft het orgaan van de lokale publieke media-instelling dat het media-aanbodbeleid bepaalt, het pbo, een zodanige samenstelling dat het representatief is voor de belangrijkste in de gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele en godsdienstige en geestelijke stromingen? Het Commissariaat voor de Media heeft zich er al van vergewist dat aan de gestelde eisen onder de drie eerstgenoemde punten is voldaan. Hierover hoeft geen nader advies te worden gegeven. De kern van de gemeentelijke advisering richt zich op de eis die gesteld is onder het laatstgenoemde punt. Het Programma Bepalend Orgaan en de representativiteit De representativiteit van het pbo komt tot uitdrukking in de samenstelling van dit orgaan. Hoewel de wetgever het begrip representativiteit niet nader omschreven heeft, kunnen de in artikel 2.61, tweede lid, aanhef en onder c, van de Mediawet genoemde hoofdstromingen worden onderverdeeld in meer concreet 1

4 Onderwerp aan te duiden sectoren van de samenleving binnen de gemeente. In het pbo kunnen instellingen/organisaties zitting hebben die de volgende stromingen vertegenwoordigen: - maatschappelijke zorg en welzijn; - kunst en cultuur; - kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag; - onderwijs en educatie; - werknemers; - etnische en culturele minderheden; - sport recreatie. Deze opsomming is vanzelfsprekend niet limitatief, het is vooral van belang dat de stromingen die van belang zijn voor een gemeenschap een stem hebben in het orgaan. Het Commissariaat voor de Media legt nadruk op het feit dat het bij het begrip representativiteit gaat om een weging en niet om het resultaat van een optelsom van de al dan niet vertegenwoordigde stromingen binnen het pbo. De raad bepaalt uiteindelijk welke stromingen voor de lokale gemeenschap van zoveel belang zijn. Bestaat een gemeente uit meerdere dorpskernen, zoals in onze gemeente het geval is, dan moet daarmee bij de samenstelling van het pbo rekening worden gehouden. Het Commissariaat voor de Media adviseert in deze te kiezen voor afgevaardigden van overkoepelende organisaties en te streven naar een evenwichtige/evenredige verdeling van pbo-leden naar dorpskern. Het Commissariaat voor de Media raadt aan om het pbo kritisch te onderzoeken. Wij hebben de leden van het pbo steekproefsgewijs telefonisch geïnterviewd aan de hand van een aantal standaardvragen. Het verslag van deze interviews treft u aan als bijlage. In dit verslag hebben wij een aantal conclusies en aanbevelingen opgenomen die we besproken hebben met de voorzitter van de HTR. Afweging Op basis van de ingediende stukken en met in achtneming van de in het verslag opgenomen conclusies en aanbevelingen hebben wij vastgesteld dat het pbo van de HTR zodanig is samengesteld, dat het representatief geacht kan worden voor de belangrijkste in de gemeente Heusden voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Daarom is ons voorstel om een positief advies aan het Commissariaat voor de Media uit te brengen. Inzet van middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan de dit voorstel. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

5 Onderwerp De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 17 december 2013; gezien de aanvraag van de Heusdense Televisie en Radio Stichting voor zendtijd voor de komende vijf jaar binnen de gemeente Heusden; gezien het voorstel van het college van 5 november 2013; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : met inachtneming van een aantal conclusies en aanbevelingen, die zijn opgenomen in de bijlage bij het raadsvoorstel, een positief advies uit te brengen aan het Commissariaat voor de Media over de representativiteit van het programmabepalend orgaan van de Heusdense Televisie en Radio Stichting. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

6 Behoort bij raadsvoorstel, zaaknummer Hoofdvragen Zijn de belangrijkste in de gemeente voorkomende stromingen in het pbo vertegenwoordigd? De navolgende stromingen zijn vertegenwoordigd: - maatschappelijke zorg en welzijn; - cultuur en kunst (ALEPH); - kerkgenootschappen, genootschappen op geestelijke grondslag; - onderwijs en educatie; - werkgevers; - werknemers; - etnische en culturele minderheden; - sport en recreatie; - agrarisch (ZLTO); - ouderen (KBO); - vrouwen; - jongeren. Hiermee voldoet het pbo aan de door het commissariaat gewenste samenstelling. Kunnen de leden van het pbo beschouwd worden als vertegenwoordigers van deze stromingen? Alle leden worden in staat geacht door hun achtergrond en/of functie te beoordelen of het programmabeleid en de programmering in voldoende mate aansluit bij de stroming die zij vertegenwoordigen. Alle leden zijn privé en/of beroepsmatig in meer of mindere mate betrokken bij de stroming die zij vertegenwoordigen. Enkele leden hebben zitting op persoonlijke titel, dat wil zeggen dat deze leden niet een specifieke stroming vertegenwoordigen. Zijn de leden van het pbo evenredig verdeeld over de drie hoofdkernen (Drunen, Heusden, Vlijmen)? De verdeling zoals geconstateerd, is: - zeven leden uit Drunen; - drie leden uit Vlijmen; - drie leden uit Heusden. Op basis hiervan wordt vastgesteld dat het pbo in kwantitatieve zin niet evenredig is verdeeld over de drie hoofdkernen. Opgemerkt wordt echter dat drie Drunense leden vanuit overige activiteiten (ALEPH, ZLTO, KBO) een gemeentebrede scope hebben. Daarbij komt nog dat Drunen de grootste kern is van de gemeente. Algemeen beeld Uit een steekproefsgewijze telefonische enquête met de pbo-leden blijkt dat zij allen enthousiast en gemotiveerd zitting nemen. Het merendeel van de zittende leden is door het bestuur gevraagd om zitting te nemen. De overlegcultuur wordt als informeel, prettig, en constructief ervaren. Het pbo is geen apart orgaan binnen de HTR maar maakt onderdeel uit van het algemeen bestuur (ab). Deze structuur wordt door de pbo-leden als prettig ervaren. Het dagelijks en algemeen bestuur heeft de heer A. Kraamer als voorzitter. Het ab vergadert vier keer per jaar. Het vertegenwoordigen van de stromingen geschiedt tijdens inbreng in de reguliere vergadering of op eigen initiatief buiten de vergadering om. De contacten van de leden met hun stromingen geschiedt veelal via de werk- of privékring. De pbo-leden zelf zijn over het algemeen van oordeel dat alle voorkomende stromingen vertegenwoordigd zijn en ze zijn van mening dat ze hun stroming voldoende vertegenwoordigen. Een

7 enkeling zou graag meer binding met de achterban onderhouden, maar zoekt nog naar een manier om hier uitvoering aan te geven. De huidige leden van het pbo zijn niet allemaal voorgedragen voor benoeming door het college van Heusden. Ten opzichte van de vorige benoemingen hebben namelijk enkele mutaties plaatsgevonden. Bij toewijzing van de zendmachtiging moeten de pbo-leden opnieuw worden benoemd. Conclusie en aanbevelingen Op basis van de beantwoording van de drie hoofdvragen wordt vastgesteld dat: 1. de belangrijkste in de gemeente voorkomende stromingen in beginsel zijn vertegenwoordigd; 2. de leden van het pbo in algemene zin kunnen worden beschouwd als een vertegenwoordiging van hun stroming; 3. er in kwalitatieve zin sprake is van een evenredige vertegenwoordiging van de diverse kernen omdat drie Drunense leden vanuit hun achtergrond geacht worden kernoverstijgend te adviseren. De conclusie is dat het pbo voldoende representatief is samengesteld. Daarnaast zijn er de volgende aanbevelingen: 1. (toekomstige) pbo-vacatures invullen met kandidaten met een kernoverstijgende achtergrond; 2. meer aandacht besteden aan de wijze waarop de leden contacten onderhouden met hun achterban zodat de belangen beter vertegenwoordigd worden; 3. aandacht besteden aan regionale samenwerking zodat meer efficiëntie bereikt kan worden. Dit verslag met conclusie en aanbevelingen is voorafgaand aan de advisering aan de raad besproken en toegelicht aan de aanvrager van de zendmachtiging.