De economische relaties tussen de EU en Israël

Vergelijkbare documenten
Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?

De buitenlandse handel van België

De economische omgeving. Een cruciaal jaar voor Nederland en Europa

Profit. Europa is een van s werelds meest welvarende regio s. en heeft een van de grootste interne markten. Deze

Internationale varkensvleesmarkt

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA

De buitenlandse handel van België

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013

Internationale handel visproducten

Samenvatting Economie Internationale Handel

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Research

Waarom loopt de economie nog steeds niet echt lekker? Michiel Verbeek, 2 december 2015

MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG!

De buitenlandse handel van België

Marktontwikkelingen varkenssector

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Research

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

E F F E C T U E E L. augustus Slachtoffer van eigen succes? Hilaire van den Bergh

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Welke effecten zal de eventuele toetreding van Turkije tot de EU hebben voor de EU zelf en voor Turkije?

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010.

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1

AEG deel 3 Naam:. Klas:.

Examen HAVO. Economie 1

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

6,6. Werkstuk door een scholier 1980 woorden 16 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

nr. 856 van FRANCESCO VANDERJEUGD datum: 30 augustus 2016 aan JOKE SCHAUVLIEGE Witloof - Evolutie - Export

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1

UIT de arbeidsmarkt

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt

ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE

Economische vooruitgang

Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016

Handels- en Welvaartseffecten van Vrijhandelsakkoorden

LEEUWENDEEL VLAAMSE EXPORT NAAR EU-LIDSTATEN

Farmacijfers 2016 België, een groeiende farmahub

Goede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen

Uittocht uit de industrie onstuitbaar? Prof. Dr. J. Konings VIVES - KULeuven

De handelsbetrekkingen van België met Bolivia

Bilaterale handel Vlaanderen - Roemenië

Antwoorden Economie Handel

De buitenlandse handel van België. - 2 de semester

Bilaterale handel Vlaanderen - Colombia

5. De overheidsbril - Hoe is kinderarbeid in Nederland afgeschaft en wanneer wat waren de maatregelen van onze overheid?

UIT arbeidsdeling

Export-update Noord- en Zuid-Amerika - juli 2014

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

De handelsbetrekkingen van België met Moldavië

Samenvatting Aardrijkskunde Paragraaf 1.1 t/m , 1.8

Marktbeeld appels en peren

De Nederlandse landbouwexport De publicatie is tot stand gekomen in samenwerking met: De Nederlandse landbouwexport 2017

Betalingsachterstand bij handelstransacties

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS?

De buitenlandse handel van België

De impact van concurrentie op de productmix van exporteurs

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1

Samenvatting Economie Internationale handel

Eindexamen economie havo I

Eindexamen vwo economie II

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Onderzoek

De buitenlandse handel van België. - 9 maanden

Praktische opdracht Economie Euro

Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Wijnimport Nederland naar regio

UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2002-I VAK: ECONOMIE 1,2

Michiel Verbeek, januari 2013

FACTSHEET FRESH VEGETABLES

Studiedienst PVDA Studie over de transfers van lonen naar winsten onder de regering-michel.

VOORBEREIDEND KNUTSELWERK

De buitenlandse handel van België

De agrarische handel van Nederland in 2013

Research NL. Economic outlook 3e kwartaal 2010 Nederland

2018D19763 LIJST VAN VRAGEN

Lesbrief Voor de docent Voor de leerling Inhoud Inleiding De Nigeriaanse olie-industrie in beeld Opdracht 1 Aardolie in Nigeria Niveau

1 De onderneming in de wereldeconomie

Internationale vorderingen Nederlandse banken onder druk

Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1

Bijkomende informatie:

Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1

Transcriptie:

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2008 2009 De economische relaties tussen de EU en Israël Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de bedrijfseconomie Erez Shimel onder leiding van Prof. Koen Schoors

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2008 2009 De economische relaties tussen de EU en Israël Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de bedrijfseconomie Erez Shimel onder leiding van Prof. Koen Schoors

PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Shimel Erez

WOORD VOORAF Graag wou ik mijn dank betuigen aan de heren Inbar (economisch manager voor de EUdelegatie in Israel), Judes (voorzitter van de Kamer van Koophandel Israël-UK) en Ronin (handelsgezant van de EU naar Israël) om tijd vrij te maken voor boeiende en leerrijke interviews; aan Nili en Dani voor de morele steun op afstand; en aan Herman en Anne-Marie, die niet alleen mijn typfouten hebben opgespoord, maar ook op mijn babydochtertje pasten zodat ik in volle concentratie kon verder werken aan deze thesis. ' הנך יפה רעיתי, הנך יפה, קורות בתינו ארזים, עיניך יונים... רהיטנו ברותים... כשושנה בין החוחים כן רעיתי בין הבנות... כי הנה הסתו עבר, הגשם חלף הלך לו הנצנים נראו בארץ, עת הזמיר הגיע, מי זאת עולה מן המדבר, וקול התור נשמע בארצנו... כתימרות עשן מקטרת מר ולבונה מכל אבקת רוכל ' I

INHOUDSOPGAVE 1. Algemene inleiding IV 2. Hoofdstuk 1 Israël: economisch beleid en handel 2 2.1. Inleiding 2 2.2. Economisch beleid van Israël 2 2.2.1. Belang van vrijhandelsakkoorden 2 2.2.2. Politiek van vrijhandelsakkoorden 3 2.2.3. Globalisatie 7 2.2.3.1. Openstellen van de Israëlische economie: Israëlische inspanningen om zich in de geglobaliseerde wereld te integreren 7 2.2.3.2. Bescherming van de markt in een geglobaliseerde wereld 10 2.2.4. Problemen met de handel 12 2.3. Economie en liberalisatie 14 2.3.1. Profiel van de Israëlische economie 14 2.3.2. Invloed van de liberalisatie op de handel 30 2.3.3. Invloed van de liberalisatie op de markt 33 3. Hoofdstuk 2 EU-beleid ten opzichte van Israël 39 3.1. Inleiding 39 3.2. EU en Israël - natuurlijke partners? 39 3.3. Beleid en overeenkomsten 41 3.3.1. European Mediterranean Partnership (EMP) - 1995 42 3.3.2. Association Agreement (AA) - 1995 48 3.3.3. European Neighbourhood Policy (ENP) - 2004 53 3.3.4. Action Plan (AP) - 2005 57 4. Hoofdstuk 3 Handel tussen de EU en Israël 61 4.1. Inleiding 61 4.2. De handel tussen de EU en Israël 61 4.3. De invloed van de vrijhandelsakkoorden 67 4.4. Framework Programmes for Research and Technological Development (FP) 74 4.5. Bezette Gebieden en Rules of Origin 77 5. Algemeen besluit 82 II

AFKORTINGEN AA AP BBP BDI EFTA EMP ENP FP GCR ISERD Mercusor Opec Association Agreement Action Plan Bruto Binnenlands Product Buitenlandse Directe Investeringen European Free Trade Association Euro-Mediterranean Partnership European Neighbourhood Policy Framework Programme Global Competitiveness Report Israel Europe Research and Development Directorate Mercado Commun del Sur Organization of Petroleum Exporting Countries III

LIJST VAN FIGUREN Figuur 1 Import naar Israel 1950-1970 4 Figuur 2 Uitvoer van Israël 1950-1970 5 Figuur 3 Vrijhandelsakkoorden van Israël 6 Figuur 4 Groei Handelsdeficit 1950-1990 8 Figuur 5 Niet-tarifaire belemmeringen 1980-1988 11 Figuur 6 Investeringen in R&D 16 Figuur 7 Wetenschappers en ingenieurs 17 Figuur 8 Wetenschappelijke onderzoekscentra 17 Figuur 9 Patenten 18 Figuur 10 Industrie 1995 19 Figuur 11 Industrie 2008 19 Figuur 12 Industriële uitvoer 1990 20 Figuur 13 Industriële uitvoer 2006 20 Figuur 14 Buitenlandse Directe Investeringen 21 Figuur 15 Venture Capital 22 Figuur 16 Totale handel uit BBP 23 Figuur 17 Groei BBP 24 Figuur 18 Synchronisatie van economische cycli: jaarlijkse groei BBP 25 Figuur 19 Toeristen per maand 26 Figuur 20 Aantal immigranten 27 Figuur 21 Handelsbalans 28 Figuur 22 Staatsschuld 29 Figuur 23 Israël op wereldvlak 30 Figuur 24 Invoer met en zonder handelsakkoord 31 Figuur 25 invoer in Israel 1980-2007 32 Figuur 26 Balans van betalingen 33 Figuur 27 Invloed van de liberalisatie op de textielsector 34 Figuur 28 Werkloosheid 35 Figuur 29 Bevolkingsaangroei 2000-2006 43 Figuur 30 BBP per Capita (EUR), 2006 46 Figuur 31 Totale EU-invoer 2007 62 Figuur 32 Totale EU-uitvoer 2007 62 Figuur 33 Handelspartners EU 63 Figuur 34 Totale Israëlische invoer 2007 63 Figuur 35 Totale Israëlische uitvoer 2007 64 Figuur 36 Handelspartners Israël 64 Figuur 37 Handel tussen de EU en Israël 65 Figuur 38 Samenstelling van de invoer naar Israël 66 Figuur 39 Invoer uit de EU in 2008 66 Figuur 40 Uitvoer naar de EU volgens sector 67 Figuur 41 Uitvoer van Israël naar de wereld in miljoen lira 68 Figuur 42 Invoer van de wereld in Israël 69 Figuur 43 Invloed van het vrijhandelsakkoord van 1975 70 Figuur 44 Handel in de chemiesector 71 Figuur 45 Handel in landbouwproducten 72 Figuur 46 Uitvoer van kerstomaten 73 Figuur 47 Totaal handelsdeficit 74 Figuur 48 BBP per capita 2000 84 IV

Algemene inleiding Israël komt meestal pas in onze radar als het slecht gaat in het Midden-Oosten. Nochtans heeft de EU al decennia lang sterke relaties met Israël, en toch is er weinig bekend over het economisch beleid van de EU t.o.v. Israël, en nog minder over het juridisch kader, dat de betrekkingen regelt. Deze thesis zal wat licht over dit onderwerp trachten uit te schijnen. Er bestaat een overvloed aan politieke informatie over Israël, maar verrassend bitter weinig onderzoek werd gedaan over de handel en de economische betrekkingen tussen de EU en Israël. De thesis behandelt in het eerste hoofdstuk de vorm van de Israëlische economie en de internationale handelsbetrekkingen van het land. Het tweede hoofdstuk gaat over de EUbenadering van het Midden-Oosten en de vrijhandelsakkoorden die ondertekend werden tussen deze twee. Het derde hoofdstuk beschrijft de concrete handel tussen de EU en Israël en de invloed van de akkoorden op de handel. De volgende werkmethode werd gebruikt voor het schrijven van deze thesis. Het Centrale Bureau van Statistieken in Israël en zijn cd-rom s over de Israëlische handel van de laatste 10 jaar vormden de belangrijkste bron van informatie over de Israëlische economie en handel, op basis waarvan ik zelf grafieken heb gemaakt. De algemene beleidsdocumentatie over de EU en Israël werd voornamelijk verkregen uit wetenschappelijke artikels en officiële websites. Tot slot, door het afnemen van interviews met experts, bekwam ik de meest recente to-the-point- en inside-informatie. 1

1. Hoofdstuk 1 Israël: economisch beleid en handel 1.1. Inleiding In het eerst hoofdstuk zal de evolutie van de Israëlische economie worden geschetst. De veranderingen op het niveau van handel en marktstructuur zullen aan de hand van het beleid van de Israëlische overheid en de invloed van de regionale realiteit verklaard worden. De liberalisatie van de handel en de invloed op de economie komen als laatste aan bod. 1.2. Economisch beleid van Israël 1.2.1. Belang van vrijhandelsakkoorden Internationale handel is even oud als de geschiedenis van de mensheid. Om aan de behoeften van het land te beantwoorden, moest Israël reeds vanaf de oudheid zorgen voor een instroom van grondstoffen. Als één van de oudst bekende voorbeelden kunnen wij de bouw van de eerste tempel in Jeruzalem naar voren brengen, waarvoor koning Salomon cederhout uit Libanon heeft ingevoerd 1. Voor een klein land zoals Israël is het onmogelijk om zijn economie te bevorderen zonder deel uit te maken van een regionaal economisch blok. Israël is arm aan grondstoffen en de unieke geopolitieke condities maken de nood aan buitenlandse contacten nog noodzakelijker (Harpaz, 2004b, p25). De eerste 30 jaar van zijn bestaan was Israël uitsluitend omringd door vijanden, en de latere vrede met Egypte (1979) en Jordanië (1994) wordt eerder als een koude vrede beschouwd, zonder echt betekenisvolle economische betrekkingen. Het belang van vrijhandelsakkoorden heeft zowel een politieke als een economische betekenis. Op politiek niveau kan de handel in kennis van woestijnlandbouw van Israëlische hightech bedrijven gebruikt worden voor niet-economische doeleinden. Het feit dat Israëlische bedrijven en wetenschappers aanwezig zijn in Egypte, en dat er samengewerkt wordt aan het probleem van voedseltekort, zorgt voor een civiele normalisatie tussen de twee landen die vier oorlogen 2 met elkaar hebben uitgevochten met duizenden slachtoffers. De Israëlische kamer van handel in Qatar geeft Israël de kans aan dezelfde tafel te zitten met landen die zijn bestaan niet aanvaarden, maar het daardoor eigenlijk wel legitimeert, zij het niet met zoveel woorden... Turkije was het eerste moslimland dat diplomatieke relaties met Israël had en de handel tussen 1 Uit: Oude Testament, Boek 1 Koningen, Hoofdstuk 5, 15-32 2 Onafhankelijkheidsoorlog in 1948, Suezcrisis in 1956, Zesdaagse Oorlog in 1967, Yom Kippur in 1973 2

beide landen was in 2007 goed voor bijna $3 miljard of 2,6% uit de totale handel, waardoor Turkije op de 7 de plaats terechtkwam qua belangrijkheid als handelspartner 3. Maar Turkije is eerder van strategisch belang: de Israëlische luchtmacht kan in Turkije vliegoefeningen houden over lange afstand, en dat zorgt dan weer voor internationale en politieke consequenties en invloed op de relaties tussen Israël enerzijds, en Syrië en Irak anderzijds. Op economisch gebied is het duidelijk dat een klein land met een zeer beperkt aanbod van eigen grondstoffen, niet geïsoleerd en op zichzelf kan bestaan en tegelijkertijd kan beschikken over een geavanceerde vorm van interne markt. De investeringen in onderzoek, de opbouw van de infrastructuur, de kosten van de grondstoffen en het grootste probleem, namelijk het vinden van een geschikte afzetmarkt, zorgen er voor dat zonder internationale handel in een klein land een schaaleconomie niet kan overleven en dat zulke productieprocessen per definitie verlieslatend zullen zijn. Het heeft Israël niet verhinderd om in de eerste jaren van zijn bestaan verschillende sectoren te beschermen en in leven te houden, terwijl er geen economische logica achter te vinden was. Op die manier werden autoassemblagefabrieken gesticht in de jaren 50 en 60. Het is vanzelfsprekend dat zonder het protectionistisch beleid tegen invoer van auto s en de constante steun van de overheid, die fabrieken geen overlevingskans hadden. De steun van de overheid is nu wel al lang weg, samen met die fabrieken... De internationale handel geeft elk land de kans om zijn specifieke resources van arbeid en grondstoffen aan te wenden voor de vervaardiging van producten waar het een comparatief voordeel mee heeft. Door specialisatie kan een hogere welvaart bereikt worden. De beleidsmakers hebben dat niet over het hoofd gezien en al vanaf het einde van de jaren 50 werden pogingen gedaan om handelsakkoorden af te sluiten. 1.2.2. Politiek van vrijhandelsakkoorden Direct na de onafhankelijkheid in 1948 hanteerde de Israëlische overheid een beleid van protectionisme, waarbij invoer werd toegelaten alleen voor landen waar de Israëlische uitvoer ook een speciaal statuut had gekregen. Om dit beleid te realiseren, werd gezocht naar ontwikkelde landen met markten die een mogelijk afzetgebied voor de Israëlische producten waren, en om met hen wederzijdse akkoorden te ondertekenen over de reductie van 3 <http://trade.ec.europa.eu/doclib/html/111672.htm> 3

douaneheffingen. Omdat toen vele landen het bestaan van Israël nog niet hadden erkend, of zelfs nog boycotten, bleven de landen van de EU over als evidente partners. De EU werd in eerste instantie benaderd omdat Israël bang was voor handelsafwijking. Figuur 1 toont dat tijdens de eerste drie decennia het aandeel van de EU in de totale invoer gegroeid is van 31% in 1950 tot bijna 54% in 1970. Het procentuele gemiddelde van de EU in de totale uitvoer, kan afgeleid worden van figuur 2, en was tussen 1950 en 1970 bijna 55%. Aangezien het relatieve gewicht van de EU op de economie zo groot was, is het vanzelfsprekend dat elke verbetering in de handel door het wegvallen van allerlei restricties, zoals non-tarifaire belemmeringen en douaneheffingen, een enorme toegevoegde waarde voor de economie van Israël betekende. Figuur 1 Import naar Israel 1950-1970 (eigen werk op basis van <http://www.cbs.gov.il/shnaton59/download/st16_05x.xls>) 4

Figuur 2 Uitvoer van Israël 1950-1970 (eigen werk op basis van <http://www.cbs.gov.il/shnaton59/download/st16_05x.xls>) In de jaren 60 was het aandeel van de landbouw in de samenstelling van de Israëlische uitvoer zeer aanzienlijk. Citrusvruchten waren de belangrijkste producten. 20% van de uitvoer waren landbouwproducten, en 40% ervan werden geëxporteerd naar de EU. Israël wilde voorkomen dat de EU, gestimuleerd door nieuwe handelsakkoorden, producten zou kopen bij zijn grootste concurrenten in Noord-Afrika en Zuid-Europa. Israël vreesde immers terecht voor een groeiend handelsdeficit na de toetreding van Spanje, Griekenland en Portugal tot de EU, voornamelijk in de tak van bloemen en fruit. (Hauswaldt, 2003, p595) Daarom werd de EU gevraagd om akkoorden te ondertekenen met Israël. Eerst werd een commercieel akkoord getekend in 1965 over quota s van landbouwproducten en de reductie van douaneheffingen voor bepaalde producten. Nadien kwam het preferentieakkoord in 1970 waarin meer producten aan bod kwamen. Maar het was het coöperatieakkoord van 1975 dat een mijlpaal betekende voor de echte vermindering van douaneheffingen op hoofdzakelijk industriële producten (Mishor, 2006, p59-60). De EU heeft in 1977 de douaneheffingen op invoer van industriële producten afgeschaft terwijl Israël de tijd heeft gekregen om haar economie geleidelijk aan te passen (productieprocessen moderniseren, logistieke functies verbeteren, efficiëntie verhogen met de bedoeling om competitief sterk te staan in een vrijere markt) om vervolgens vanaf 1989 volledig zonder invoerheffingen verder handel te drijven met de EU. 5

Omwille van het hierboven besproken belang van de akkoorden trachtte Israël zoveel mogelijk akkoorden af te sluiten. Na de EU werd in 1985 een vrijhandelsakkoord met de VS getekend. Deze realisatie maakte van Israël het eerste land dat een vrijhandelsakkoord met de VS had. De VS zag geen bedreiging in de Israëlische economie en beschouwde dit akkoord als een case-study, om de invloed ervan te bestuderen en later akkoorden met grotere economische landen af te sluiten. Voor Israël betekende dit een zeer unieke situatie, aangezien het op dat moment het enige land ter wereld was, dat tegelijkertijd een vrijhandelsakkoord met de EU en de VS had. Dat leverde het op gebied van marktpenetratie een niet te onderschatten voordeel op tegenover alle andere landen. Vanaf de jaren 90 begon Israël een hele reeks van akkoorden te ondertekenen met landen overal ter wereld, nl. met: Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenie, Slovakije, Slovenië, EFTA (Zwitserland, Noorwegen, Lichtenstein en Ijsland ), Turkije, Mexico, Canada en Mercusor (Brazilie, Argentinie, Uruguay en Paraguay); verder wordt met India en Japan onderhandeld. (zie fig.3) De globale toename in de hoeveelheid vrijhandelsakkoorden tussen de verschillende landen was een bron van zorg voor Israël, omdat het voordeel dat het ten opzichte van andere landen had op gebied van betere toegang tot de Amerikaanse en Europese markten, erodeerde naarmate de andere landen ook zulke akkoorden begonnen af te sluiten. De verdere uitbreiding van de EU verminderde het aantal bilaterale akkoorden van Israël, omdat de nieuwe lidstaten van de EU automatisch onder het Associatie Akkoord (AA) tussen Israël en de EU van 1995 vielen. De huidige stand van zaken is een reeks van bilaterale vrijhandelsakkoorden met 39 landen en andere economische akkoorden 4. Figuur 3 Vrijhandelsakkoorden van Israël (<http://www.industry.org.il/?categoryid=1166&articleid=1423&searchparam=the+israeli+economy+and+itthe+isr aeli+economy+and+its+trade+relations>) 4 <http://www.moital.gov.il/nr/exeres/ca72df7d-66ab-47d9-bacd-749cbbdc3e69.htm > 6

Onderzoek naar de oorsprong en de bestemming van de Israëlische in- en uitvoer per werelddeel sinds 1948 toont een zeer duidelijk en constant beeld. De EU is tijdens de hele periode de hoofdpartner geweest van de handel met Israël. Door de nabijheid van de EU, door de natuurlijke historische banden, door de realiteit van de Israëlische handelspolitiek, en door het feit dat de meerderheid van de landen in de regio absoluut geen optie waren om als handelspartner aan te spreken, is het niet zo verbazingwekkend dat de EU een belangrijke rol speelt in de Israëlische buitenlandse handel. 1.2.3. Globalisatie 1.2.3.1. Openstellen van de Israëlische economie: Israëlische inspanningen om zich in de geglobaliseerde wereld te integreren De geschiedenis van de Israëlische handelsmarkt en de verschillende benaderingen tot internationale betrekkingen kunnen in drie perioden opgesplitst worden: 1. 1948-1975: protectionisme met gelijke douaneheffingen voor alle handelspartners. 2. 1975-1991: vrijhandel met de EU en de VS maar met dezelfde hoge douaneheffingen voor derde landen 5. 3. 1991 tot heden: eenzijdig verminderen en annuleren van douaneheffingen tegenover derde landen en algemene liberalisatie van de economie. Tot de eerste helft van de jaren 70 heeft Israël een strikt regime van protectionisme gevolgd en de uitvoer aangemoedigd. Het tekort aan buitenlandse valuta werd aangepakt door een uitgebreid administratief systeem van permits die de invoer bemoeilijkten, door kwantitatieve belemmeringen, door het toekennen van slechts een beperkte som van geld voor buitenlandse reizen aan Israëlische burgers, door subsidies voor lokale fabrikanten en verlieslatende bedrijven, door het heffen van taksen op reizen en dergelijke meer. Bovenop de belemmering van de invoer werd de lokale industrie nog eens extra aangemoedigd en gesteund. In 1975 begon de periode van de vrijhandelsakkoorden met een toename van handel als gevolg. De toename van het totale handelsdeficit spoorde de beleidsmakers aan om een oplossing voor dit probleem te zoeken. 5 Met derde landen wordt bedoeld: landen zonder handelsakkoord, dus de wereld exclusief de EU en de VS. 7

Figuur 4 Groei Handelsdeficit 1950-1990 (eigen werk op basis van <http://www.cbs.gov.il/shnaton59/download/st16_05x.xls>) Figuur 4 toont duidelijk aan dat het handelsdeficit vanaf de periode van het eerste vrijhandelsakkoord aanzienlijk toegenomen is. Het is natuurlijk te simplistisch om de economie van een land puur via de bril van vrijhandel te bekijken. Zeker in een land zoals Israël waar de politiek nooit veraf is, zou dit geen waarheidsgetrouw beeld opleveren. De veiligheidssituatie heeft dan ook een enorme invloed op de economie. Israël spendeerde in die periode 25% van zijn BBP aan defensie, wat de vraag naar invoer gevoelig deed stijgen. In die jaren werden bijna zonder onderbreking oorlogen uitgevochten tegen Syrië, Egypte, Jordanië en de Palestijnse gebieden. Militaire operaties in Libanon, Jordanië en Irak, en de oliecrisis van 1973 beïnvloedden ook de vraag naar producten. (Er wordt lokaal minder geproduceerd omdat de werkkrachten gemobiliseerd worden voor het leger, bovendien betekent een oorlog ook dat er meer wapens gekocht moeten worden.) De derde periode die begonnen is in de jaren 90 en die nog altijd aan het evolueren is, wordt gekenmerkt door het blootstellen 6 van de Israëlische economie aan derde landen. In die periode werden de douanetarieven voor derde landen eenzijdig en geleidelijk verlaagd. De redenen voor de blootstelling waren de volgende: 6 De Hebreeuwse term is chasifa, en wordt in het Engels het best vertaald door exposure. Vandaar mijn keuze voor blootstelling, en niet het minder geladen woord openstelling. Het is immers in zekere zin een kwetsbare opstelling, door het eenzijdig verminderen van douanetarieven bv., zonder van de andere kant iets in ruil te verwachten. 8

1. Verlies van buitenlandse valuta door dure invoer: Israëlische politici interpreteerden figuur 1 en figuur 4 als volgt: terwijl er handelscreatie was tussen Israël en zijn partners dankzij het vrijhandelsakkoord, werd er ook handelsafwijking gecreëerd. Als de VS een product x voor 100 aan Israël verkoopt, komt dat product rechtstreeks op de markt voor die prijs dankzij het handelsakkoord. Als een derde land hetzelfde product voor 80 aan Israël verkoopt, en de douaneheffing op dat product 50% is, zal dat product dan 120 kosten. Bijgevolg zal Israël product x verder van de VS kopen, maar zal 20 aan welvaart verliezen. 2. Verstoring van de handel met derde landen: Israël genoot van een handelssurplus met de derde landen, maar dat kwam door kwantitatieve en normerende belemmeringen. De goedkope producten vonden de weg niet om de Israëlische markt te penetreren. Ook zonder handelsakkoord, door eenzijdig de douaneheffing te verlagen, konden goedkopere producten uit derde landen gekocht worden. 3. Tekortkomingen wat betreft de efficiëntie in verschillende sectoren: De interpretatie was dat het protectionistisch beleid zorgde voor investeringen in sectoren die niet efficiënt waren en waar Israël geen comparatief voordeel bij had. Israël staat bijvoorbeeld op een hoge plaats in de hightech-sector, en het is efficiënter om daar verder in te specialiseren dan in arbeidsintensieve sectoren zoals textiel, waar lageloonlanden een groot comparatief voordeel hebben. 4. Creatie van monopolies en kartels van producenten en invoerders: Het is alleen maar normaal dat in een klein land de verschillende sectoren relatief geconcentreerd zijn. Dat wil zeggen dat elke sector weinig spelers heeft. Wat de producenten betreft, die hebben geen reden voor efficiënte handel en productie. Bronnen (kapitaal, arbeid en grondstoffen) worden door elk bedrijf verspild om zijn afzetmarkt te behouden, maar echte concurrentie bestaat niet. Overbemanning en niet efficiënte productieprocessen werden door de markt niet bestraft in het geval van monopolistische sectoren. De markt was té gecentraliseerd en de bedoeling was om meer concurrentie op de markt te hebben en daardoor de prijzen van de producten te verlagen. Door blootgesteld te worden aan wereldprijzen, moesten de Israëlische bedrijven, om te overleven, concurrerend genoeg zijn om nog producten aan de Israëlische markt te kunnen verkopen, en op die manier ook efficiënt genoeg zijn voor uitvoer van hun eigen producten. Op die manier zal efficiënter omgegaan worden met de beperkte bronnen van het land, en zal er eerder geïnvesteerd worden in types van productie die een comparatief voordeel opleveren dan in duurdere en niet efficiënte productie. Het tweede probleem was de relatie tussen de 9

industriëlen en de overheid. De exclusiviteit van de invoerders gaf hen een machtspositie, en dat creëerde corruptie binnen het systeem van registratie van invoer waar omkoperij niet te voorkomen was. 5. Het systeem van kwantitatieve beperkingen van invoer: Dit systeem zorgde voor problemen in de administratie van de overheid. De overheid had administratieve kosten bij het opvolgen van alle dossiers. Ook de rente die de invoerders inden had een slechtere efficiëntie tot gevolg (Avrahami, 1995, p. 71-72). De overheid wilde zo vlug mogelijk een oplossing voor deze verschillende problemen vinden. De golf van immigranten die naar Israël kwamen in het begin van de jaren 90 na de val van de USSR heeft bij de beleidsmakers voor nog meer problemen gezorgd. Zij waren immers bang dat de nieuwe werkkrachten in minder efficiënte sectoren zouden belanden en dat een paar jaar later, als het liberalisatieproces verder zou zijn geïmplementeerd, deze immigranten serieuze sociale en economische problemen zouden veroorzaken. Dit gevoel van haast, gecombineerd met het besef dat vrijhandelsakkoorden tijd vergen, en dat onderhandelingen met tientallen landen te lang zouden duren, deed de overheid beslissen om de economie eenzijdig bloot te stellen. Hun perceptie was dat Israël op dat moment meer verlies leed door de handelsafwijking, en dat elke dag telde. Er werd ook gehoopt dat de kosten van grondstoffen voldoende zouden zakken en dat op die manier de exportsectoren van het land meer concurrentieel zouden worden met landen waarmee Israël een vrijhandelsakkoord had, zoals de EU en de VS (Landa, Even, 2007). 1.2.3.2. Bescherming van de markt in een geglobaliseerde wereld De Israëlische economische geschiedenis wordt theoretisch opgesplitst in 3 periodes: protectionisme, vrijhandelsakkoorden en blootstelling van de economie. In de realiteit is dit echter veel minder duidelijk en scherp afgelijnd. Verschillende overheidsdiensten, politici, industriëlen, vakbonden en belangengroepen van allerhande sectoren hadden elk hun eigen prioriteiten of baten bij protectionisme of liberalisatie. Op papier heeft Israël haar douanetarieven verlaagd maar de facto kwamen er in plaats daarvan niet-tarifaire belemmeringen die hetzelfde effect op de handel hadden. Hieronder volgt een voorbeeld van de verschillende vormen van administratieve belemmeringen die in de jaren 80 de binnenlandse productie beschermden. 10

Niet-tarifaire belemmeringen: 1980-88 # p r o d u c t e n 800 700 600 500 400 300 200 100 0 registratieplicht bijsluiter geschrijven in het Hebreeuws speciale toelating voor invoer laboratorium toelating Hebreeuwse markering op het product 1980 1988 Figuur 5 Niet-tarifaire belemmeringen 1980-1988 (eigen werk op basis van Ben-Basat, 2001, p. 349) Figuur 5 geeft de evolutie weer van de niet-tarifaire belemmeringen die de verlaging van de douaneheffingen vervangen hebben. Overal merken wij een procentueel verschil in de belemmeringen van tenminste 150% tussen 1980 en 1988. De administratieve vereiste van een bijsluiter in het Hebreeuws kende een groei van meer dan 400%!. Terwijl sommigen in Israël verder aan de liberalisatie van de economie wilden werken, hebben anderen gelobbyd (binnen de overheid en de industriële sectoren) voor meer bescherming. Deze tabel toont het verhoogd protectionisme in de loop van de jaren 80. Er zijn er velen die de vrijhandel absoluut niet willen uitbreiden en verdiepen, zeker en vast als wij over de bank- en verzekeringssectoren spreken. De associatie van de producenten in Israël is niet altijd zo enthousiast over verdere liberalisatie van de handel met de EU. Als klein land kunnen ze niet van schaaleffecten genieten en ze maken zich zorgen over de mogelijkheden dat dienstenleveranciers uit de EU hun eigen bedrijven in Israël zullen vestigen en niet verplicht zijn om Israëlische bedrijven over te nemen. Het Ministerie van Financiën en de Centrale Bank van Israël zijn voorstanders van de liberalisatie en het verlagen van de tarifaire en niet-tarifaire belemmeringen op de handel. Het Ministerie van Handel en Industrie daarentegen is een tegenstander, samen met het Instituut van Standaarden (dat natuurlijk zijn machtspositie niet wil verliezen). De sectoren reageerden zeer gevarieerd. Ook binnen eenzelfde sector kan een producent van eindproducten 11

tegengestelde belangen hebben aan de producent van grondstoffen. Grondstoffen zijn per definitie goedkoper via invoer (zonder douaneheffingen), precies door de onbenutte schaaleffecten van een klein land zoals Israël. Binnen de speelgoedsector bijvoorbeeld, zal de producent van de onderdelen baat hebben bij antiliberalisatiemaatregelen, terwijl de producent van speelgoed zijn grondstoffenprijzen ziet dalen dankzij de liberalisatie 7. 1.2.4. Problemen met de handel Economische betrekkingen zijn zelden puur financieel. Meestal zijn er ook andere nieteconomische elementen die de relaties beïnvloeden. De creatie en geschiedenis van de EU is een perfect voorbeeld. Het feit dat een land een vroegere kolonie of een deel van een ander land was, kan zorgen voor het compliceren, of net het omgekeerde, het vergemakkelijken van de betrekkingen. Als een land zwaar financieel heeft geïnvesteerd in een ander land, heeft dat later consequenties die veel ruimer zijn en het economisch domein overstijgen. Het is vanzelfsprekend dat Frankrijk bijvoorbeeld, dat veel belang stelt in haar economische relaties met Egypte (contracten in de communicatiesector bv.), evenveel politiek belang bij een goede relatie heeft. Op die manier kunnen de zwakke en de sterke landen mekaar beïnvloeden. Een voorbeeld zijn de mensenrechtenclausules binnen de associatieakkoorden van de EU. De tijd van de kolonisatie is voorbij, maar landen die afhankelijk zijn van een ander land op economisch gebied kunnen beïnvloed worden om politieke toegevingen te aanvaarden. De EU heeft baat bij stabiliteit rondom haar grenzen en bij veilige en constante invoer van energiebronnen. De legers van vroeger zijn nu vervangen door het gebruik van soft power, waar de EU via economische macht de buurlanden diplomatisch onder druk kan zetten om politieke, sociale, milieugerelateerde en andere doeleinden te bereiken. Voor Israël hadden de akkoorden met de EU gezorgd voor een vorm van erkenning. Israël, een klein land zonder grondstoffen, is afhankelijk van internationale handel, het aandeel van import en export bedraagt maar liefst 75% van zijn BBP. Sinds het ontstaan van Israël kampte de Israëlische economie met de gevolgen van de Arabische boycot. Een primaire boycot verhinderde handel (import en export) met de gehele Arabische wereld, maar het ging verder dan dit: een secundaire boycot vanwege de Arabische bedrijven tegen alle westerse bedrijven die op de een of de andere manier contact hadden met Israël, door bijvoorbeeld onderdelen te gebruiken uit Israël. Een soort van zwarte lijst van bedrijven werd opgesteld door de Arabische Liga. Sommige bedrijven werkten verder met Israël en werden als gevolg daarvan ook zelf 7 Gesprek met de heer Inbar (economisch manager voor de EU-delegatie in Israel), 16 maart 2009, Ramat Gan. 12

geboycot, zoals Coca-Cola en het Amerikaanse autobedrijf Ford. Andere bedrijven hebben Israël geboycot, zoals Pepsi-Cola, MacDonald s en alle Japanse autofabrikanten, behalve Subaru. Tot op de dag van vandaag lijden Amerikaanse bedrijven onder deze Arabische Boycot: zo zou Coca-Cola al 20% van zijn omzet verloren hebben in de Verenigde Arabische Emiraten, en wordt het wasproduct Ariel geboycot omwille van de link met een naamgenoot (Ariel Sharon) De eerste 20 jaar van zijn bestaan genoot Israël nog van de steun van de Europese landen. In 1956 brak de Suez-crisis uit en de economische belangen van Frankrijk en Engeland sloten perfect aan bij de politieke belangen van Israël. Deze drie landen vonden dan ook een excuus in het pas genationaliseerd Suez-kanaal door Kamel Abdul Nazer, de Egyptische president, om Egypte aan te vallen. Elf jaar later brak de Zesdaagse Oorlog uit en de grenzen van het Midden-Oosten werden herschikt. De Yom Kippur-oorlog vernietigde het labiele evenwicht in het Midden-Oosten en de wereldpolitiek. Tijdens de 3 weken van zware gevechten, waarbij duizenden sneuvelden, heeft de VS Israël geholpen met een spoedoperatie van wapentoevoer. Deze actie was de laatste druppel voor de Arabische gemeenschap die al een tijd kampte met een olieprijzenconflict omdat de reële prijzen van de olie te laag waren. Syrië en Egypte vielen Israël toen aan als wraak voor de vernedering en de schok van de Zesdaagse Oorlog, waarbij Israël stukken van Egypte, Jordanië en Syrië geannexeerd had. De interventie van de VS bracht een kettingreactie tot stand. Een olie-embargo was aangevangen en hiermee de oliecrisis. Opec (Organization of Petroleum Exporting Countries) heeft de productie van olie verminderd en de prijzen verhoogd. De gevolgen waren een tekort aan olie in sommige landen, rationering van elektriciteitsgebruik, auto s, verwarming van huizen etc. Als gevolg van de oorlog lagen de politieke relaties tussen de EU en Israël onder druk. De neutrale houding die vroeger de West-Europese landen kenmerkte begon te buigen in een richting die Israël als pro-arabisch zag. Tot voor de Zesdaagse Oorlog kon het verhaal van David en Goliath, van het kleine Israël tegen de grote Arabische wereld, zorgen voor sympathie voor Israël, mede geholpen door het schuldgevoel van Europa na WOII. Maar na 1967 begonnen Engeland en Frankrijk meer kritiek te uiten en werd Israël gevraagd om zich terug te trekken tot de grenzen van voor 67. Zionistisch Israël kon geen kritiek aanvaarden in feite nog steeds niet - over zijn politieke daden vanwege hetzelfde Europa dat volgens Israël de joden heeft verraden. De politieke betrekkingen tussen de EU en Israël bereikten een dieptepunt. Maar toch kon Israël in 1975 een vrijhandelsakkoord met de EU ondertekenen, en werd daarmee het eerste Mediterrane land met zo een akkoord. De commerciële clausules tegen discriminatie beschermden Israëlische belangen in de EU en verbood de EU toe te geven aan de Arabische boycot. Deze clausule was voor de Israëli s een politieke overwinning en stak een stok in de wielen van de boycotters (Navon, 2003). Israël 13