jaarverslag vzw Gh@pro en Connect@ gezondheidshuis antwerpse prostitutie verversrui 3 2000 Antwerpen



Vergelijkbare documenten
Een eerste woord van dank richt het team graag tot de stad Antwerpen en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.

jaarverslag vzw Ghapro en Connecta gezondheidshuis antwerpse prostitutie verversrui Antwerpen

vzw: Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie JAARVERSLAG 2007

vzw Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie JAARVERSLAG 2006

vzw Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie JAARVERSLAG 2005

Publieke versie JAARVERSLAG 2003

Ghapro. Newsflash. In dit nummer. Juni 2015 Jaargang 1, nr.1. Nieuwsbrief voor Gerantes. Sekswerkers in Vlaanderen. Medische resultaten

Violett 2018: belangrijkste cijfers

Ghapro. In dit nummer. Newsflash. December 2015 Jaargang 1, nr.2. Nieuwsbrief voor gerantes. Belangrijke gebeurtenissen in de prostitutiewereld

Beheersovereenkomst : gezondheidsbevordering en ziektepreventie naar de doelgroep sekswerkers

Juni 2015 SAMENVATTING SCREENINGSSCHEMA UIT LEIDRAAD VOOR MEDISCHE CONSULTATIES BIJ SEKSWERKERS. Pasop vzw

Beheersovereenkomst : gezondheidsbevordering en ziektepreventie naar de doelgroep sekswerkers

Resultaten Klantenonderzoek

Beheersovereenkomst : gezondheidsbevordering en ziektepreventie naar de doelgroep sekswerkers

Jaarrapport Ghapro Medisch Luik. Stad Antwerpen

vzw Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie JAARVERSLAG 2004

SEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2015 CASUS: SYFILIS CLUSTER WIE ZIJN WIJ?

Jaarcijfers Regionaal Centrum voor Seksuele Gezondheid zuidelijk Zuid-Holland. GGD Hollands Midden GGD Rotterdam-Rijnmond GGD Zuid-Holland-Zuid

SOA IN ANTWERPEN (EN OMSTREKEN)

SEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2016

Aanvullende seksualiteitshulpverlening: de cijfers over 2013

Testen op Locatie Resultaten

PASOP jaarverslag 2008

Zorgcentrum na seksueel geweld. Pilootproject

nr. 126 van JORIS POSCHET datum: 17 november 2014 aan JO VANDEURZEN Preventiebeleid hiv en soa s - Stand van zaken

2. Inleiding en motivatie p2. 3. Doelstelling p4. 4. Methodologie p5. Deel 1 : Literatuurgegevens. Deel 2 : Onderzoeksresultaten

Werkinstructie benaderen intermediairs Sense

Jaarverslag Regionaal soa centrum Den Haag

Jaarrapport Ghapro Medisch Luik. Stad Antwerpen

SEXPERT II. Studie bij Vlamingen van Turkse origine

Helpcenter kerncijfers Resources: 2. Aantal patiënten opgevolgd in 2016

Borstkankeropsporing in de beleids- en beheerscyclus van gemeenten en OCMW s (BBC)

Testen op soa: hoe, wat, waar?

Centrum Seksueel Geweld Amsterdam-Amstelland. Jaarcijfers 2017

Helpcenter Jaarverslag Resources: Overzicht activiteiten

Met deze brochure willen wij je informeren over de werking van vzw. staat voor Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie.

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2017

Procedure seksueel grensoverschrijdend gedrag

Toelichting aanvullende regeling Seksuele Gezondheidszorg

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2015

Ghapro vzw, Verversrui 3, 2000 Antwerpen 03/ Contactpersoon: Tekeningen: Vero Beauprez

6 SOA en HIV in de regio Gelre-IJssel

Contactgegevens: Wendy Valijs, of

BELANGRIJKSTE BEVINDINGEN

HIV SAM AFRIKANEN TEGEN HIV. Instituut voor Tropische Geneeskunde

STUDIEDAG TIENERPOOIERS EN HUN SLACHTOFFERS, WIE ZIJN ZE EN HOE GAAN WE ER MEE OM ANTWERPEN, 7 JUNI 2016

Soa- poli Kennemerland

Gelieve deze vragen te beantwoorden vooraleer de vragenlijst in te vullen. Indien u nee antwoordt op vraag 1, hoeft u geen vragenlijst invullen

Cultuur sensitief counselen over hiv ( testen) bij Subsaharaanse Afrikaanse migranten (SAM)

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2016

Artikel Hepatitis B-vaccinatie voor injecterend druggebruikers: van vaccinatieprogramma naar individuele zorg

Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Evaluatie en aanbevelingen voor het. hepatitis B-vaccinatieprogramma voor

Tweede Kamer der Staten-Generaal

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

Klinische biologie : Sensibiliseringscampagne voor de voorschrijvers. RIZIV Dienst voor geneeskundige verzorging

OPVOEDINGSONDERSTEUNING BIJ

Voorstelling project Bemiddeling op School. Antwerpse Dienst Alternatieve Maatregelen (ADAM) PIVA Antwerpen

WONOzo! in cijfers

ANONIEME DONATIE VAN SPERMA EN EICELLEN

Ervaringen vanuit D4D. Waarvoor staan we? Aanspreekpunt voor wie? Via de website Vzw met een verhaal Eerste gegevens uit de praktijk Hoe verder

Outreach testen activiteiten binnen hiv en soa bestrijding in Amsterdam

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

UNIVERSITEIT GENT VAKGROEP ORTHOPEDAGOGIEK. Bijzondere orthopedagogiek van personen met een mentale, psychische, fysieke of sensoriële handicap II

INFORMATIEBROCHURE BINNENLANDSE

Presentie op straat in het Brusselse mannenprostitutie milieu. Samenwerking Alias Diogènes Ex æquo

Belangrijkste bevindingen uit 2017

Hiv-poli. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

NAAR EEN INTEGRALE AANPAK IN SINT-PIETERS-LEEUW Inspiratiedagen AG I&I VVSG Gent 5/9/2016 Leuven 26/9/2016

Hiv in België, hiv-tests, HelpCenter Eerste bilan nieuwe hiv-patiënt

Daar werden drie groepen gevormd en afzonderlijk volgden zij het driedelige programma:

Visietekst PRAGT Perinataal Regionaal Ambulant GezinsTraject

De gezondheidstoestand

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Recent seksueel geweld. Zorgcoördinatie in cijfers

Deelrapportage met resultaten uit de gezondheidsenquête volwassenen/ouderen 2010

MAINLINE en P&G292 * NATIONAAL CONGRES SOA-HIV-SEKS * AMSTERDAM * 1 DECEMBER 2014

Contactgegevens: Josée Van de Wouwer,

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

> Retouradres Postbus EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2014

CAW Antwerpen

Testen op HIV, ja of nee? Informatie voor zwangere vrouwen

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN (050)

Nationaal Actieplan. Soa, hiv en seksuele gezondheid. Doelstellingen

Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn. Hans Nortier

Parelcoaching. Leuven. Perinatale zorg versterken door lokale samenwerking

Gebruik van huisartsenzorg bij financieel kwetsbare welzijnszorggebruikers

Testen op HIV, ja of nee?

Initiatiefvoorstel voor de raadsvergadering van Zorg en sport

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Mensen in Nood - Geel

De Sociale plattegrond

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2014

PATIËNTENINformATIE SoA-PoLI Werkwijze SoA-consult

HELLAS-GLANA beleidsnotitie klachten

SoaSense. Thermometer 2010 GGD en Oost-Nederland

Transcriptie:

jaarverslag 2009 vzw Gh@pro en Connect@ gezondheidshuis antwerpse prostitutie verversrui 3 2000 Antwerpen t 03 293 95 91 f 03 294 33 70 ghapro@telenet.be www.ghapro.be

Een eerste woord van dank richt het Gh@pro team graag tot de stad Antwerpen en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid voor de financiële ondersteuning. Verder onze dank aan de leden van de raad van bestuur en de algemene vergadering. Hartelijk dank ook aan alle organisaties en particulieren die in 2009 meewerkten aan het welslagen van de werking van Gh@pro. Tot slot gaat onze oprechte dank uit naar de sekswerkers van de stad en de provincie Antwerpen voor het vertrouwen dat zij in onze organisatie stellen. In 2009 overleed de heer Tuur Van Wallendael. Tuur van Wallendael was sinds 2008 erelid van onze organisatie en tijdens zijn ambtstermijn als schepen van sociale zaken direct betrokken bij de oprichting van Gh@pro. Wij zullen Tuur dan ook blijven herinneren als iemand die oprechte interesse vertoonde in onze werking en doelgroep. 1

SAMENVATTING Sekswerkers zijn blootgesteld aan gezondheidsrisico s, waaronder Seksueel Overdraagbare Infecties (SOI), en andere risico s, zoals geweld, ongewenste zwangerschap, alcohol- en druggebruik. Vaak zijn er barrières om beroep te doen op de reguliere gezondheidszorg en andere hulpverlening. Er is dus nood aan specifieke (medische én psychosociale) hulpverlening voor deze kwetsbare doelgroep. Gh@pro vzw, Gezondheidshuis Antwerpse prostitutie, biedt preventieve medische en sociaal georiënteerde hulp voor problemen gerelateerd aan het beroep. Het accent ligt vooral op het geven van een preventieboodschap, gezondheidsvoorlichting en -opvoeding. Daarnaast behoort vroegtijdige opsporing en behandeling van SOI tot de prioriteiten. Meer dan de helft van de vrouwelijke sekswerkers laat ook het preventief gynaecologisch onderzoek bij Gh@pro uitvoeren. Door de sekswerkers te benaderen vanuit het beroepsrisico en hen op anonieme wijze de kans te bieden zich te laten onderzoeken, heeft de werking van Gh@pro een niet te onderschatten impact op de seksuele gezondheid van de algemene bevolking van de provincie. Door de sekswerkers te beschermen en, indien nodig, te behandelen, worden immers ook de klanten gevrijwaard van SOI en indirect hun partners thuis. In dezelfde context blijven we aandringen op het concipiëren en implementeren van een campagne gericht naar klanten van sekswerkers. Gh@pro werkt met een mobiele equipe, een multidisciplinair team, bestaande uit een arts, een sociaal verpleegkundige en een outreacher. Er wordt consultatie gehouden in alle sectoren van de prostitutie: raamprostitutie in het Schipperskwartier, privéhuizen en bars in de stad en de provincie Antwerpen en jongensprostitutie in de buurt van het stadspark. Verder is er de mogelijkheid tot consultatie in de consultatieruimte van het gezondheidshuis in het Schipperskwartier, waar ook mensen zonder vaste werkplaats terecht kunnen. Sinds de start van het pilootproject in 1999 tot einde 2009 werden in totaal 3923 personen bereikt. In 2009 werden 488 nieuwe sekswerkers gezien. 3522 individuele medische consultaties werden uitgevoerd bij een totaal van 1138 sekswerkers, nieuw en follow-up samen. 650 personen die vóór 2009 reeds gekend waren, werden in dat jaar verder opgevolgd. De sekswerkers die Gh@pro in 2009 consulteerden, zijn van meer dan 50 verschillende landen afkomstig. Over de jaren heen nam de vraag naar psychosociale hulpverlening steeds toe. Daarom bestaat er naast het medisch luik, het sociaal luik Connect@. Connect@ begeleidt cliënten met allerlei vragen van psychosociale aard en verwijst door naar andere hulpverleningsorganisaties. Bij doorverwijzing blijft Connect@, indien gewenst, een intermediaire rol spelen in het verdere hulpverleningsproces. Ook sekswerkers die hun professioneel leven een andere wending willen geven en hulp zoeken bij het vinden van een job op de reguliere arbeidsmarkt, kunnen bij Connect@ terecht voor trajectbegeleiding op maat. In 2009 maakten 280 sekswerkers gebruik van de psychosociale hulpverlening van Connect@. 180 van deze 280 personen zijn nieuwe cliënten van Connect@, d.w.z. in 2009 nog niet gekend of begeleid rond een psychosociale problematiek. De laatste jaren werden er nieuwe initiatieven geïmplementeerd binnen de algemene werking van Gh@pro. De zelfverdedigingscursus, Nederlandse les en het kerstevenement bieden een aanvulling op het gekende medisch en sociaal aanbod. Uit onze ervaring is duidelijk gebleken dat er momenteel in de provincie Antwerpen geen ander gelijkaardig hulpverleningsaanbod bestaat. Bovendien is het potentieel van de te bezoeken werkplaatsen nog steeds groter dan wat het team met de huidige mensen en middelen kan realiseren. 2

Ondertussen blijft Gh@pro, zoals alle jaren, open staan voor wetenschappelijk onderzoek naar problematieken van deze specifieke doelgroep, echter altijd binnen de grenzen van de gewone consultaties zonder de sekswerkers te overbelasten. Ook blijven we in de mate van het mogelijke opleiding bieden aan bv. studenten verpleegkunde en geneeskunde binnen de respectieve curricula. Uit de indicatoren en de invulling ervan door Gh@pro en Connect@ kunnen we besluiten dat Gh@pro en Connect@ aan hun opdrachten voldoen. 3

INHOUDSTAFEL 1. Situering... p. 7 2. Financiering... p. 7 3. Doelstelling... p. 7 4. Werkwijze... p. 8 5. Reden van bestaan... p. 9 6. 7. Hulpverleningsaanbod... p. 9 7. Jaarcijfers voor 2009 Medisch Luik... p. 11 7.1. Resultaatsgebied outreach... p. 11 Opdracht I: Opdracht II: Opdracht III: Het preventieaanbod aanbieden op nieuwe werkplaatsen en minimaal één keer per jaar contacteren. Tijdens de werkplaatsbezoeken contacten leggen met nieuwkomers en contacten met gekende personen onderhouden... p. 11 Het preventieaanbod aanbieden op gekende werkplaatsen en minimaal één keer per jaar contacteren. Tijdens de werkplaatsbezoeken contacten leggen met nieuwkomers en contacten met gekende personen onderhouden... p. 11 Permanentie verzekeren in het inloopcentrum. Tijdens de bezoeken contacten met gekende personen onderhouden en hen stimuleren om nieuwkomers aan te brengen... p. 11 Indicator III.1: Beschrijving van hoe nieuwe werkplaatsen worden gecontacteerd... p. 11 Indicator III.2: Beschrijving van aantal, aard, en ligging van de bezochte en geïdentificeerde werkplaatsen... p. 12 Indicator III.3: Aantal personen dat een arts of hulpverlener kent buiten Gh@pro, bij wie men terecht kan voor gezondheidsproblemen en psychosociale problemen in het beroep... p. 14 Indicator III.4: Aantal gerealiseerde contacten met de doelgroep... p. 14 Indicator II.5: Beschrijving van de doelgroep naar geslacht, leeftijd, herkomst, werkvorm, verloop en andere relevante data... p. 14 4

7.2. Resultaatsgebied Informatie geven... p. 16 Opdracht IV: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond gebruik van condoom en correct glijmiddel en juiste strategie bij condoomfalen... p. 16 Indicator IV.1: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt... p. 16 Indicator IV.2: Aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking rond gebruik van condoom en correct glijmiddel en de juiste strategie toepast bij condoomfalen... p. 16 Opdracht V: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond gebruik van anticonceptief middel... p. 16 Indicator V.1: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt... p. 16 Indicator V.2: Aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking rond gebruik van anticonceptief middel... p. 16 Opdracht VI: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond eigen hulpverlening en bestaande hulpverlening in de regio van de werkplaats... p. 17 Indicator VI.1: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt... p. 17 Indicator VI.2: Het aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking over het eigen hulpverleningsaanbod... p. 17 Indicator VI.3: Aantal doorverwijzingen in vergelijking met het totaal aantal contacten per jaar... p. 17 Indicator VI.4: Beschrijving van de aard van de doorverwijzing (kwalitatief en kwantitatief)... p. 18 7.3. Resultaatsgebied vaardigheidsontwikkeling... p. 19 Opdracht VII: Aanzetten tot juiste gebruik van condoom, correct glijmiddel en anticonceptief middel en de juiste strategie bij condoomfalen... p. 19 Indicator VII: Aantal personen dat condoom, correct glijmiddel en anticonceptief middel gebruikt en juiste strategie toepast bij condoomfalen... p. 19 7.4. Resultaatsgebied ondersteunen van implementatie door middel van netwerking samenwerking en advocacy... p. 21 I Indicator: Overzicht van de genomen initiatieven hiertoe met samenstelling van het netwerk, frequentie en aard van het contact... p. 21 7.5. Resultaatsgebied screening en vaccinaties... p. 22 Opdracht VIII: Het voorzien van een aangepast gezondheidsaanbod inzake beroepsgebonden risico s van de doelgroep, waarbij de nadruk ligt op het preventief handelen, inzonderheid de screening SOI en cervixkanker... p. 22 Indicator VIII.1: Beschrijving van de gehanteerde screeningsmethoden en adviezen... p. 22 5

Indicator VIII.2: Aantal personen dat jaarlijks een preventief onderzoek doet... p. 22 IndicatorV III.3: Aantal uitgevoerde screeningsonderzoeken op aantal verschillende personen... p. 22 Opdracht IX: Het voorzien van een aangepast gezondheidsaanbod inzake beroepsgebonden risico s van de doelgroep, waarbij de nadruk ligt op het preventief handelen, inzonderheid de vaccinatie tegen hepatitis B... p. 24 Indicator IX.1: Beschrijving van de gehanteerde vaccinatiemethodes... p. 24 Indicator IX.2: Aantal gevaccineerde personen in vergelijking met het aantal kandidaten na screening... p. 24 7.6. Resultaatsgebied evaluatie van interventies... p. 25 Indicator: Jaarlijks rapport met vermelding van gegevens relevant voor zelfevaluatie, voor beleid en voor expertiseontwikkeling... p. 25 8. Specifiek medisch aanbod... p. 28 9. Jaarcijfers voor 2009 Sociaal Luik: Connect@... p. 29 9.1. Aantal sekswerkers dat door Connect@ werd gezien in 2009... p. 29 9.2. Aantal contacten en verdeling naar locatie van de contacten en werkplaats van de sekswerkers... p. 29 9.3. Verdeling van het aantal geziene personen volgens geslacht en werkvorm, nationaliteit, leeftijd en werkplaats... p. 30 9.4. Manier waarop Connect@ de sekswerkers informeert over haar eigen hulpverlening... p. 31 9.5. Het soort van hulpvragen dat aan bod komt en de frequentie waarmee ze in de gesprekken voorkomen... p. 31 9.6. Doorverwijzingen naar andere organisaties... p. 33 9.7. Heroriëntering naar de reguliere arbeidsmarkt... p. 36 10. Nieuwe initiatieven in 2009... p. 38 11. Planning 2010... p. 41 12. Bijlagen... p. 42 6

1. SITUERING In 1999 werd een pilootproject opgestart vanuit de dienst Epidemiologie en Sociale Geneeskunde (het huidige Vaccin & Infectieziekten Instituut) van de Universiteit Antwerpen op initiatief van Prof. Dr. Pierre Van Damme en Mevr. Anne Vercauteren, in samenwerking met de vzw Payoke. Aanvankelijk was het hoofddoel een vaccinatiecampagne tegen hepatitis B (geelzucht) te implementeren. Hepatitis B is één van de levensbedreigende infecties die voornamelijk via seksueel contact worden doorgegeven. Voor personen met wisselende seksuele partners vormt zij dus een groot risico. Het project werd stilaan aangewend om een vertrouwensrelatie met sekswerkers op te bouwen en aanvullende informatie te geven over gezondheid en gezondheidsrisico s. Kortom, de hepatitis B vaccinatie paste in een breder Gezondheidsvoorlichting en Opvoedingsproject (GVO). Daarom werd in mei 2002 de vzw Gh@pro opgericht ten behoeve van de sekswerkers in de provincie Antwerpen met als doelstelling een geïntegreerde preventieve hulpverlening aan sekswerkers aan te bieden, zowel op het gebied van gezondheid, als op psychisch, sociaal en juridisch vlak. 2. FINANCIERING De vzw Gh@pro ontving van de stad Antwerpen 310.050 subsidies voor 2009. Deze subsidie werd verstrekt binnen de beleidsovereenkomst Stedenfonds 2008-2013. Het pand waarin Gh@pro haar activiteiten uitvoert, werd in 2005 door de stad Antwerpen ter beschikking gesteld. Voor de periode 2006-2010 werd het project opnieuw goedgekeurd en ondersteund door de Vlaamse Gemeenschap (Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid) via een convenant. Voor 2009 ontving Gh@pro van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid 90.175. 3. DOELSTELLING De vereniging heeft tot doel : Het aanbieden van een aanspreekpunt voor alle beroepsgebonden problemen en vragen voor vrouwelijke en mannelijke sekswerkers. Het afstemmen en bijsturen van de hulpverlening naargelang de behoeften en noden van de sekswerkers. Het bevorderen van de preventieve gezondheidszorg en de sociale hulpverlening. Het uitbouwen van een geïntegreerde zorg voor sekswerkers op preventief medisch, sociaal, juridisch en psychosociaal vlak. De doelgroep bereiken op de verschillende werkplekken in de stad Antwerpen en provincie Antwerpen. De implementatie en evaluatie van een hepatitis B vaccinatieprogramma voor sekswerkers in de provincie Antwerpen. 7

4. WERKWIJZE De sekswerkers worden benaderd via hun beroep. SOI worden gezien als professionele risico s en infecties. Via een mobiele equipe worden de sekswerkers bereikt op of in de buurt van hun werkplaats. Bovendien is er bijna dagelijks gelegenheid tot raadpleging in onze eigen consultatieruimte. De mobiele equipe is een multidisciplinair team, bestaande uit een arts en een sociaal verpleegkundige. Voor sommige subpopulaties wordt het team aangevuld met een outreacher die het voorbereidende werk doet en contacten legt met de doelgroep. De kern van deze werkwijze is het hulpverleningsaanbod actief naar de doelgroep brengen, waarbij de sekswerker benaderd wordt vanuit zijn/haar beroepsrisico. Door de hulpverlening te organiseren op de werkplaats vallen er barrières weg. Er kan in een vertrouwelijke sfeer gesproken worden over de specifieke problemen verbonden aan het beroep. Outreach activiteit is van cruciaal belang voor het welslagen van het project op langere termijn. De outreachers gaan sekswerkers opzoeken op hun werkplaats. Ze geven hen informatie en voorlichting en organiseren contacten met de arts, al dan niet in het gezondheidshuis. Zonder dit arbeidsintensieve werk kan niet dezelfde resultaten bereikt worden. De 'mobiele equipe' past in een flexibel model dat kan inspelen op de typische lokale noden van bepaalde steden en/of buurten. Belangrijk is dat anonimiteit en vertrouwelijkheid worden gewaarborgd. Alle contacten worden zodanig geregistreerd dat een goede opvolging mogelijk is, zonder dat aan de anonimiteit van de sekswerker geraakt wordt. De gegevens van het vaccinatie- en screeningsprogramma worden nauwgezet bijgehouden en opgevolgd. De aangeboden diensten worden gratis georganiseerd. De reden hiervoor is tweeërlei. Sommige sekswerkers kunnen zich geen testen veroorloven via de reguliere preventieve dienstverlening. Bovendien waarborgt dit systeem de onafhankelijkheid van de werking. Indien nodig, zal het team actief doorverwijzen en desgewenst zelf de contacten leggen met de bestaande reguliere hulpverlening. Door het vertrouwen dat via het gezondheidsproject van Gh@pro met de sekswerkers wordt opgebouwd, kunnen ook niet-medische problemen gemakkelijker besproken worden. Om de psychosociale ondersteuning een eigenheid te geven, naast het gezondheidsluik, werd binnen de organisatie Gh@pro geopteerd voor een aparte naamgeving, namelijk Connect@. Het Connect@ team volgt de cliënten met psychosociale vragen verder op, verwijst en begeleidt hen naar andere hulpverleningsorganisaties, waarbij de zelfredzaamheid steeds wordt gestimuleerd. Gh@pro profileert zich uitsluitend als een hulpverleningsorganisatie naar sekswerkers toe, en neemt duidelijk afstand van elke vorm van misdaadbestrijding, controlerende of regelgevende acties. In de praktijk wordt getracht de prestaties te meten aan de hand van een lijst van doelstellingen en indicatoren (zie verder) waarvan onze organisatie gebruik maakt voor rapportering aan het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid en de stad Antwerpen. 8

5. REDEN VAN BESTAAN Zowel de preventieve als de curatieve reguliere gezondheidszorg zijn vaak moeilijk bereikbaar voor sekswerkers en kunnen dikwijls niet specifiek ingaan op hun noden. Voor sommigen zijn de werkomstandigheden zodanig, dat ze niet in de bestaande gezondheidszorg passen (lange werkdagen, soms zeven dagen per week, de onmogelijkheid om de werkplaats te verlaten, onbekendheid met het lokale hulpverleningsaanbod, taalproblemen, e.d.). Bovendien is er vaak een negatieve houding bij de reguliere hulpverleners waardoor sekswerkers hun beroep niet meedelen. Daardoor kunnen ze beroepsspecifieke problemen niet bespreken. Slechts een klein percentage van de vaste huisartsen is op de hoogte van het beroep. Buiten de gediagnosticeerde SOI, zijn ook vele andere gezondheidsproblemen aanwezig, zoals een groot aantal abortussen door moeilijke toegang tot anticonceptie, verwondingen door fysiek geweld, alcohol- en druggebruik, enz. Het is van groot belang deze personen specifieke hulpverlening aan te bieden waarbij rekening gehouden wordt met al deze problemen. De barrières die de sekswerkers ervaren met betrekking tot de reguliere gezondheidszorg, gelden vaak ook voor de andere hulpverlening. Vele sekswerkers hebben namelijk ook allerlei problemen van psychosociale aard: financiële zorgen, schulden, geen ziekteverzekering, administratieve moeilijkheden, huisvestingsproblemen, juridische, relationele, psychologische problemen, e.d. Vaak vinden ze ook met betrekking tot deze problemen niet altijd de weg naar de reguliere hulpverleningsinstanties, zoals mutualiteit, OCMW, VDAB, enz. Er is dus nood aan specifieke medische én psychosociale hulpverlening voor deze kwetsbare doelgroep. 6. HULPVERLENINGSAANBOD Alle sekswerkers worden ingelicht over SOI, over het belang van vaccinatie tegen hepatitis B, over overdracht van infectieziekten en risico s, over veilig vrijen en het gebruik van condooms en glijmiddel in hun professionele seksuele relaties. Geïnteresseerden kunnen zich via bloedtesten laten screenen op hepatitis B, hiv en syfilis en via cervicale/vaginale swab of via urinestaal op gonorroe en chlamydia. Ook een gratis gynaecologisch onderzoek is mogelijk (cervixuitstrijkje en opsporing van niet-seksueel overdraagbare infecties). Er wordt in de mate van het mogelijke (taalproblemen, tijd, ) een vragenlijst afgenomen met vragen over demografie, medische voorgeschiedenis, professionele infectierisico s en aard van de seksuele contacten. Tijdens deze gesprekken ligt het accent vooral op het geven van een preventieboodschap en gezondheidsvoorlichting en -opvoeding. Er wordt over verschillende mogelijkheden van anticonceptie gesproken. Anderzijds wordt er ook curatieve hulp verleent bij het voorkomen van SOI en zo nodig verwezen bij positieve cervixuitstrijkjes of voor andere infecties. Tijdens een tweede medische visite worden de resultaten overlopen. In geval van afwezigheid van bescherming tegen hepatitis B krijgt men de kans zich te laten vaccineren (1 e vaccintoediening). Indien andere SOI worden vastgesteld, wordt een behandeling gestart als er geen verdere gespecialiseerde hulp noodzakelijk blijkt. Er is ook ruimte om in te gaan op andere beroepsgebonden vragen en bij problemen intern door te verwijzen naar Connect@ of naar de tweedelijnsgezondheidszorg en aandacht te besteden aan algemene GVO-aspecten (hygiëne, condoomgebruik, SOI, veilig werken, ). Na de eerste vaccinatietoediening volgen nog visites voor de tweede en de laatste vaccinatie, 1 maand en 4 tot 6 maanden na de eerste vaccinatie. Een maand na de toediening van het laatste vaccin wordt opnieuw een bloedafname uitgevoerd om de 9

immunologische respons na te gaan. Tevens wordt er, indien geïndiceerd, opnieuw gescreend op de verschillende infecties. Wanneer het hele schema is afgelopen, wordt er geadviseerd om een nieuwe controle uit te voeren: bloedafname, urine/swab of gynaecologisch onderzoek. Er wordt aangeraden om zich te laten testen om de zes maanden, of vroeger bij een risicocontact (bv. klapcondoom, ). De vaccinatie bestaat uit het toedienen van 3 dosissen tegen hepatitis B. In 2009 werd opnieuw gekozen voor Engerix B. Een deel van de vaccinaties werd de voorbije jaren uitgevoerd in het kader van een studie rond verkorting van het hepatitis B vaccinatieschema. De analyse van de gegevens bevestigt dat een even goede bescherming en even hoge couverture van vaccinatie wordt bekomen indien een verkort schema (0,1,4) wordt toegepast dan wel het langere schema (0,1,6). Een eventuele psychologische, praktische vraag komt gemakkelijk aan bod tijdens één van de opeenvolgende geplande consultaties. De vertrouwensband is dan meestal sterk genoeg om over meer gevoelige problemen te kunnen praten. Het Connect@ team houdt zich intensief bezig met de sociale problematiek en verwijst en begeleidt cliënten naar andere hulpverleningsorganisaties. Bij doorverwijzing blijft Connect@, indien gewenst, een intermediaire rol spelen in het hulpverleningsproces. Extra aandacht gaat uit naar sekswerkers die zelf aangeven met hun professionele activiteiten te willen stoppen. Specifiek publiciteitsmateriaal rond stoppen met prostitutie werd niet aangemaakt. Gh@pro wenst namelijk absoluut stigmatisering te vermijden van sekswerkers die niet willen of kunnen veranderen van job. 10

7. JAARCIJFERS VOOR 2009 - MEDISCH LUIK 7.1. Resultaatsgebied OUTREACH Opdracht I: Het preventieaanbod aanbieden op nieuwe werkplaatsen en minimaal één keer per jaar contacteren. Tijdens de werkplaatsbezoeken contacten leggen met nieuwkomers en follow up met gekende cliënten onderhouden. Opdracht II: Het preventieaanbod aanbieden op gekende werkplaatsen en minimaal één keer per jaar contacteren. Tijdens de werkplaatsbezoeken contacten leggen met nieuwkomers en follow-up met gekende cliënten onderhouden. Opdracht III: Permanentie verzekeren in het inloopcentrum. Gedurende de consultaties contacten met gekende cliënten onderhouden en hen stimuleren om nieuwkomers aan te brengen. Indicator III.1: Beschrijving van hoe nieuwe werkplaatsen worden gecontacteerd De werkplaatsen kunnen opgedeeld worden in 4 grote werkvormen: raamprostitutie (R), bars (B), privéhuizen (P) en straat- en caféprostitutie (S). Escort (E) is nog een aparte sector die eerder moeilijk bereikbaar is. Ook bereikten we cliënten werkzaam in pornofilms en peepshows. Gezien deze groep nog zeer beperkt is, categoriseren we deze groep voorlopig onder andere sectoren. Voor iedere sector bestaat een andere manier om nieuwe werkplaatsen te bereiken of te contacteren. Algemeen kunnen we stellen dat met de groeiende bekendheid van Gh@pro, de mond aan mond reclame toeneemt tussen de sekswerkers onderling. Voor sommige sectoren (Schipperskwartier en jongensprostitutie) wordt gebruik gemaakt van outreachers die informatie geven over Gh@pro en geïnteresseerden naar een afgesproken consultatie of naar de consultatie van Gh@pro zelf brengen of sturen. Bars en privéhuizen worden gevonden via het internet en lokale kranten. Medewerkers van Gh@pro bekijken deze informatiebronnen regelmatig en nieuwe werkplaatsen worden telefonisch of via mail gecontacteerd. Bij interesse voor het aanbod wordt er een afspraak gemaakt om een eerste bezoek te brengen en onze diensten verder voor te stellen aan de nieuwe bar of het privéhuis. 11

Indicator III.2: Beschrijving van aantal, aard en ligging van de bezochte en geïdentificeerde werkplaatsen De grootste groep van ons cliënteel werkt in één van de 4 grote werkvormen. Figuur 1: alle sekswerkers per sector, die in 2009 door Gh@pro werden bezocht of in het gezondheidscentrum kwamen, nieuw en follow-up (N=1129). 9 cliënten behoorden niet tot de doelgroep, zij werden niet weergegeven in deze tabel. * Andere sectoren: peepshow, film, a/ Raamprostitutie De outreacher van Gh@pro zoekt de sekswerkers in de ramen op en informeert hen over het gezondheidsproject. De mobiele equipe bezoekt de ramen viermaal per maand (twee keer op een woensdagavond en twee keer op een vrijdagnamiddag). In 2009 werden er zo in totaal 24 woensdagavonden en 22 vrijdagmiddagen gerealiseerd. Verder is er drie maal per week gelegenheid tot raadpleging in het gezondheidshuis. In totaal werden 484 sekswerkers uit de raamprostitutie van het Schipperskwartier gezien in 2009. Hiervan waren 207 nieuwe sekswerkers en 277 waren reeds vroeger gekend bij Gh@pro. Er werden 111 nieuwe sekswerkers aangesproken over het aanbod van Gh@pro door de outreacher. b/ Bars Eenmaal per maand wordt s avonds een bezoek gebracht aan bars in de provincie. In 2009 werden 12 dergelijke avonden georganiseerd, met bezoek van meerdere bars per avond. In 2009 werden in de bars 36 mensen voor het eerst bereikt en 53 personen in follow-up. Deze sekswerkers werden gezien in 23 verschillende bars, waaronder 4 nieuwe. In totaal werden dus 89 personen in deze sector gezien door Gh@pro in 2009. Deze bars zijn gelegen in de stad Antwerpen en de provincie, namelijk de gemeenten Burcht, Herentals, Schilde, Turnhout, Antwerpen, Grobbendonk, Nijlen, Geel, Westmalle, Waarloos en Beerse. 12

c/ Privéhuizen Eén dag per week wordt gereserveerd voor bezoek aan privéhuizen en massagesalons door de mobiele equipe, gegroepeerd volgens geografische bereikbaarheid in de volledige provincie. In 2009 werden 59 privéhuizen bezocht, gespreid over 44 dagen. Vijf hiervan waren nieuwe huizen. Daarnaast werden 10 massagesalons bezocht. In 2009 stopten 8 privéhuizen en 2 massagesalons. 1 privéhuis verhuisde naar Limburg en een ander wenste geen gebruik meer te maken van onze dienstverlening. Ze zijn gelegen in Antwerpen (stad), Aartselaar, Linkeroever, Berchem, Boom, Borgerhout, Borsbeek, Brasschaat, Deurne, Geel, Grobbendonk, Hoboken, Hoogstraten, Kontich, Loenhout, Maria Ter Heyde, Mechelen, Merksem, Minderhout, Mol, Mortsel, Nijlen, Rumst, Schoten, Sint-Job, Wilrijk, Wommelgem, Wuustwezel, Zoersel. In deze sector werden 149 sekswerkers voor het eerst in 2009 onderzocht en 226 in follow-up in 69 verschillende privéhuizen en massagesalons, In totaal werden in deze sector dus 375 personen gevolgd door Gh@pro. 29 personen werden gezien die in escortservice werken, 11 hiervan waren nieuw in 2009. Deze personen zijn soms verbonden aan een privéhuis. Zij komen meestal op de raadpleging in het gezondheidshuis zelf. d/ Straat en café In totaal kwamen 75 sekswerkers, waaronder ook mannen die tippelen in het stadspark of werken in een café, voor het eerst in contact met Gh@pro in de loop van 2009. Sommigen van hen komen zelf op consultatie bij Gh@pro of worden aangebracht door outreachers. In opvolging werden 73 mensen van deze sector in 2009 terug gezien. In totaal werden dus 148 mensen uit deze sector in 2009 opgevolgd. De meeste mannen komen naar de consultatie van vzw Boysproject, waarmee Gh@pro een samenwerkingscontract heeft. In het begin van 2009 werd er tweewekelijks een raadpleging gehouden in hun aanloophuis in de Quellinstraat 56. Vanaf juli 2009 werd de frequentie van de consultaties verminderd naar 1 keer per maand. De straathoekwerking gebeurt door de outreachers van het Boysproject. Gedurende het jaar 2009 werden 17 consultaties georganiseerd. Er werden 63 individuele consultaties uitgevoerd. Er werden langs deze weg 9 nieuwe mannelijke sekswerkers bereikt en 13 in follow-up. In 2009 werd er één keer per maand s avonds een bezoek gebracht aan café t Keteltje, aan de rand van de gedoogzone, waar voornamelijk Afrikaanse vrouwen klanten oppikken. Tijdens deze outreach worden deze sekswerkers geïnformeerd over onze werking en ze krijgen meteen ook de gelegenheid om nog diezelfde avond testen te laten afnemen in het gezondheidshuis zelf. Tijdens deze avonden werden er 34 nieuwe sekswerkers bereikt. In follow-up zien we deze sekswerkers zowel op de gewone consultatie overdag, als s avonds op outreach. Omdat de doelgroep op en rond het De Coninckplein moeilijk bereikbaar is, werd in 2009 een overleg gepleegd met de outreachers van het nieuwe project basisgezondheidszorg van Free Clinic. 13

Indicator III.3: Aantal personen dat een arts of hulpverlener kent buiten Gh@pro, bij wie men terecht kan voor gezondheidsproblemen en psychosociale problemen in het beroep Van de 1129 sekswerkers die in 2009 op consultatie kwamen, hebben 301 sekswerkers een huisarts in België en 103 hebben een huisarts in het buitenland. Uit de bevraging van 111 sekswerkers bleek dat 61 een huisarts heeft in binnen- of buitenland. Bij 14 sekswerkers (23%) is deze op de hoogte van het beroep van de sekswerker. Indicator III.4: Aantal gerealiseerde contacten met de doelgroep (nieuwe en gekende werkplaatsen samen) In 2009 had Gh@pro in totaal 3522 medische contacten met 1138 verschillende personen. Er startten 488 nieuwe sekswerkers in het project, en 650 sekswerkers die voordien al gekend waren, werden verder opgevolgd. Een onderscheid maken tussen welke mensen op de raadpleging werden gezien en wie op verplaatsing, is quasi onmogelijk omdat dezelfde mensen zowel op verplaatsing als op het gezondheidshuis worden gezien. Zeker voor de raamprostitutie is dit onmogelijk gezien de centrale ligging van het gezondheidshuis en dus de lage drempel om ook daar op consultatie te komen. Voor de privéhuizen en bars gaat het voornamelijk over outreach consultaties. Indicator III.5: Beschrijving van de doelgroep naar geslacht, leeftijd, herkomst, werkvorm, verloop en andere relevante data, met nieuwe en gekende sekswerkers): Geslacht / Werkvorm: Tabel: Verdeling naar geslacht en werkvorm (alle personen nieuw en follow-up in 2009 (N= 1138)) Werkvorm Man* Vrouw* Nieuw Foll.- up Nieuw Foll.- up bar 0 0 36 53 89 escort 4 1 7 17 29 privéhuis en massagesalon Totaal 2 6 147 220 375 raam 10 25 197 252 484 straat & café 10 19 65 54 148 andere sector ** 1 0 2 1 4 andere *** 2 2 5 0 9 TOTAAL 29 53 459 597 1138 * In de groep mannen zitten ook de travestieten, In de groep vrouwen zitten ook de transseksuelen. ** Andere sector: pornofilm, peepshow *** Andere: cliënten die zich bij ons aanmelden, maar niet onmiddellijk werkzaam zijn in de erotische sector, zoals bv. student, partner,... Zij werden verder verwezen naar de reguliere medische sector. Leeftijd: Voor alle sekswerkers samen is de gemiddelde leeftijd 31,1 jaar (mediaan: 29 jaar, modus: 27 jaar). In de follow-up groep is de gemiddelde leeftijd 32,8 jaar (mediaan: 31 jaar, modus: 27 jaar). In de groep van de nieuwe personen is de gemiddelde leeftijd 28,9 jaar (mediaan: 27 jaar, modus: 23 jaar). De oudste sekswerker die zich in 2009 voor het eerst aanmeldde is 65 jaar. De oudste sekswerker uit de follow-up groep is 70 jaar. De jongste, voor het eerst gezien in 2009, is 17 jaar oud. De jongste uit de follow-up groep is ook 17 jaar. Deze minderjarigen werden gezien op de consultatie bij het Boysproject. Minderjarigen worden in overleg met het Boysproject en de jeugdbrigade van de politie verder opgevolgd. 14

Nationaliteit: In totaal werden 1138 verschillende personen op consultatie gezien bij Gh@pro in 2009. Zij zijn uit 61 verschillende landen afkomstig. Figuur 2: Personen gezien in 2009, verdeling naar nationaliteit als deze gekend is. * Rusland werd ingedeeld bij Europa buiten EU 2009 15

7.2. Resultaatsgebied INFORMATIE GEVEN Opdracht IV: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond gebruik van condoom en correct glijmiddel en juiste strategie bij condoomfalen Indicator IV.1: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt Aan alle sekswerkers die bereikt worden door Gh@pro, wordt mondelinge informatie gegeven over veilig vrijen, correct condoom- en glijmiddelgebruik en anticonceptie. Ook wordt er informatie gegeven rond condoomfalen. Er is ook de mogelijkheid om het condoomgebruik te oefenen. Aan nieuwe sekswerkers wordt een algemene brochure meegegeven over veilige seks, nuttige informatie over SOI en enkele nuttige telefoonnummers. Voor alle sekswerkers bestaan er ook specifieke brochures rond veilig vrijen, SOI en anticonceptie in diverse talen. Gh@pro ontwikkelde ook posters met informatie over SOI in verschillende talen. De posters worden gratis uitgedeeld in elke werkplaats. Er wordt ook gebruik gemaakt van beeldmateriaal (foto s en filmpjes) om gezondheidsinformatie te geven. Indicator IV.2: Aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking rond gebruik van condoom en correct glijmiddel en juiste strategie bij condoomfalen In 2009 werd aan 452 sekswerkers op de medische consultatie en aan 376 sekswerkers op outreach safe sex counseling gegeven. Er werd 184 keer op de consultatie en 159 keer op outreach informatie gegeven over klapcondoom. Over correct glijmiddelgebruik werd 141 keer op de consultatie en 101 keer op outreach uitleg gegeven. Opdracht V: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond gebruik anticonceptief middel Indicator V.I: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt Bij elke consultatie is er gelegenheid om mondelinge informatie te geven over anticonceptie. Bij het gynaecologisch onderzoek wordt gepeild naar het gebruik van anticonceptie. Bij iedere eerste consultatie wordt vermeld dat anticonceptie wordt aangeraden en voorgeschreven indien gewenst. Indien er geen anticonceptie gewenst is, wordt uitleg gegeven over het gebruik van noodanticonceptie. Bij ieder vermoeden van ongewenste zwangerschap wordt een voorstel voor follow-up en voor verdere anticonceptie voorgesteld en opgevolgd. Indicator V.2: Aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking rond gebruik anticonceptief middel In 2009 werd op de medische consultatie op Gh@pro 413 keer anticonceptie-advies gegeven en 449 maal op outreach. In 2009 werd er vanuit de medische consultatie 41 keer doorverwezen voor een zwangerschapsonderbreking (via Gh@pro en Connect@). Anticonceptie-advies blijft een belangrijk aandachtspunt. 16

Opdracht VI: Informatie aanreiken aan de doelgroep rond eigen hulpverlening en bestaande hulpverlening in de regio van de werkplaats Indicator VI.1: Beschrijving van hoe de informatie wordt aangereikt Mondelinge informatie wordt gegeven door alle hulpverleners bij persoonlijke contacten in of buiten het gezondheidshuis. De voorstellingsbrochure die aan iedere nieuwe sekswerker wordt gegeven, bevat veel info rond eigen en andere bestaande hulpverlening. Gh@pro ontwikkelt GVO-materiaal om counseling over beroepsgebonden risico s te ondersteunen. Een deel van het GVO-materiaal werd overgenomen van andere organisaties zoals Sensoa, Tampep, Soa Aids Nederland. Nieuw materiaal in 2009 : Gh@pro diende een project in bij de dienst sociale zaken van de stad Antwerpen betreffende lokale acties gezondheidspromotie en ziektepreventie. Met deze extra subsidie werd via een creatieve aanpak informatie rond de eigen hulpverlening kenbaar gemaakt. Aan de hand van een stripverhaal, waarin een mannelijke en vrouwelijke sekswerker (Mario en Lily) kiezen voor de juiste seksuele attitude, wordt een grote groep van sekswerkers bereikt. De taalbarrière wordt op deze manier overbrugd. Een verwijzing naar het aanbod van Gh@pro zorgt voor de toeleiding naar het gezondheidsaanbod. Het scenario van het stripverhaal werd ontwikkeld in samenspraak met een focusgroep van vrouwelijke en mannelijke sekswerkers en de organisatie boysproject (zie bijlage 2). Condooms met het logo van Gh@pro en de vermelding van de openingsuren van de medische consultatie worden aan de nieuwkomers uitgedeeld (zie bijlage 3). Indicator VI.2: Het aantal bereikte personen inzake informatieverstrekking over het eigen hulpverleningsaanbod en bestaande hulpverlening in de regio van de werkplaats Alle nieuwe personen krijgen een voorstellingsbrochure van Gh@pro en deze liggen ook in de wachtzaal zodat ze kunnen worden meegenomen. 116 kennismakingsbrochures werden door de outreacher uitgedeeld aan de sekswerkers in de raamprostitutie, 488 aan de nieuwe sekswerkers die door de mobiele equipe gezien werden. In 2009 gaf de outreacher van Gh@pro informatie aan 111 nieuwe sekswerkers in het Schipperskwartier over de werking van Gh@pro. Ze deelde 225 condooms uit bij kennismaking. Condooms kunnen ook meegenomen worden bij consultatie (per visite 5 condooms). De vrouwen in de caféprostitutie worden via gadgets (een pakje kauwgom met de gegevens van Gh@pro + condooms) ingelicht over de werking van Gh@pro en safe sex. 63 posters van Gh@pro met informatie over safe sex werden door de outreacher verdeeld in het schipperskwartier. De posters worden door de mobiele equipe verdeeld aan de privéhuizen en bars die zij op hun ronde bezoeken. Indicator VI.3: Aantal doorverwijzingen in vergelijking met het totaal aantal contacten per jaar Totaal aantal Totaan aantal contacten doorverwijzingen 3522 305 17

Indicator VI.4: Beschrijving van de aard van de doorverwijzing (kwalitatief en kwantitatief) Het informeren over het bestaande hulpverleningsaanbod in de eerste, tweede of derde lijn, valt samen met de doorverwijzingen en begeleidingen, aangezien de informatie wordt gegeven naar aanleiding van concrete vragen. Wanneer sekswerkers met algemene medische klachten, niet gerelateerd aan het beroep, Gh@pro consulteren, wordt wel steeds gepeild naar een eigen huisarts en wordt er actief geholpen bij het zoeken naar een huisarts in de buurt (rekening houdend met het al of niet in bezit hebben van een Sis-kaart). Rubrieken Medische organisaties Aantal doorverwijzingen (Gh@pro en Connect@) Aantal begeleidingen (Connect@) abortus abortuscentrum Nederland 2 0 abortuscentrum Willy Peers 30 6 algemene gynaecoloog 107 6 gezondheidszorg huisarts 66 0 specialist / dermatologie 7 1 specialist / radiologie 6 3 specialist / hepatologie 6 0 specialist / borstkliniek 6 6 specialist / senologie 6 specialisten allerlei 17 4 apotheek 4 VRGT 1 0 Artsen zonder Grenzen / Dokters van de Wereld* 12 0 geestelijke gezondheidszorg psychiatrie / psycholoog 7 0 middelengebruik Free Clinic 1 0 SOI Helpcenter 13 0 Instituut voor Tropische Geneeskunde 17 1 zwangerschap Prenataal Steunpunt Kind & Gezin 5 0 gynaecoloog 2 1 TOTAAL MEDISCHE DOORVERWIJZINGEN 305 32 * In 2009 werd het project van Artsen zonder Grenzen in Antwerpen stopgezet. Er werd opvolging voorzien door Dokters van de Wereld. 18

7.3. Resultaatsgebied VAARDIGHEIDSONTWIKKELING Opdracht VII: Aanzetten tot juiste gebruik van condoom, correct glijmiddel en anticonceptief middel en de juiste strategie bij condoomfalen Indicator VII: Aantal personen dat condoom en correct glijmiddel en anticonceptief middel gebruikt en juiste strategie toepast bij condoomfalen (opsplitsing tussen gekende en nieuwe personen) Aantal personen dat condoom en correct glijmiddel gebruikt en juiste strategie toepast bij condoomfalen In 2009 werden 111 vragenlijsten afgenomen bij sekswerkers. Het aantal enquêtes ligt lager dan de vorige jaren, gezien er aparte bevragingen waren in het kader van diverse studies (zie wetenschappelijk deel). Men dient wel op te merken dat de bevraging rond bepaalde onderwerpen vaak sterk vertekende antwoorden geven, aangezien ze meestal weten welk antwoord wordt verwacht. CONDOOMGEBRUIK Bij vaginaal contact gebruiken bijna alle sekswerkers (98,8%) altijd een condoom, maar 1 sekswerker zegt nooit een condoom te gebruiken. Slechts een beperkte groep heeft anaal contact, ook hier gebruikt de grootste groep (12 sekswerkers) altijd een condoom. 1 sekswerker gebruikt meestal een condoom bij anaal contact en 1 sekswerker gebruikt nooit een condoom bij anaal contact. Bij oraal contact zien we dat 60,8% van de sekswerkers een condoom gebruikt. De niet gebruikers of de occasionele condoomgebruikers weten meestal wel dat dit risico s inhoudt, maar andere redenen voor niet gebruik geven vaak de doorslag (financieel, druk vanuit het werkveld, ). GEBRUIK GLIJMIDDEL Iets meer dan de helft van de sekswerkers (54,3%) gebruikt altijd een glijmiddel bij seksueel contact (ongeacht techniek). Opmerkelijk is dat ¼ van de bevraagde sekswerkers helemaal geen glijmiddel gebruikt. KLAPCONDOOM Ongeveer de helft van de ondervraagden (48,2%) had in de laatste 6 maanden minstens één klapcondoom. Slechts 1/5 (21,3%) van de bevraagden kende de juiste strategie bij klapcondoom. Bij condoomfalen is het belangrijk stil te staan bij het risico op ongewenste zwangerschap en infectierisico. Gh@pro raadt iedereen aan om na onveilig contact een SOI-screening te doen en naast het condoom nog een andere vorm van anticonceptie te gebruiken. 19

Aantal vrouwen dat een anticonceptief middel gebruikt Strategie Nieuw Follow- up Totaal geen enkele vorm van anticonceptie 8 21 29 4,2% alleen condoomgebruik 39 57 96 13,8% alleen noodpil 20 21 41 5,9% combinatie condoomgebruik en noodpil 10 17 27 3,9% pil 78 224 302 43,5% patch 6 14 20 2,9% prikpil 6 35 41 5,9% implantaat 1 7 8 1,2% nuvaring 4 8 12 1,7% spiraal (koper- of hormoonspiraal) sterilisatie, hysterectomie, infertiliteit,menopauze 17 35 52 7,5% 23 43 66 9,5% TOTAAL 212 482 694 100 % Anticonceptie is een belangrijk aspect in het gezondheidsproject. Ongeveer de helft van de ondervraagde vrouwen heeft minstens éénmaal in haar leven een abortus ondergaan. De belangrijkste vorm van anticonceptie is nog steeds de pil (43,5%). Ondanks dat alle vrouwen op de hoogte zijn van het bestaan van anticonceptie, zijn er sekswerkers die geen anticonceptie gebruiken of enkel condoom of noodpil (of eventueel de combinatie van beide). Het blijft dus belangrijk om voldoende voorlichting te geven over het juist gebruik van anticonceptie. 20

7.4. Resultaatsgebied ONDERSTEUNEN VAN IMPLEMENTATIE DOOR MIDDEL VAN NETWERKING, SAMENWERKING EN ADVOCACY Indicator: Overzicht van de genomen initiatieven hiertoe met samenstelling van het netwerk, frequentie en aard van het contact Gevolgde en georganiseerde vergaderingen ivm netwerking Tweewekelijks wordt een teamvergadering gehouden met het medische team van Gh@pro, en maandelijks wordt samen gezeten met het Connect@ team om de sociale problematiek van de cliënten te bespreken. Op regionaal en nationaal niveau Sinds het ontstaan van Gh@pro is er samenwerking met vzw PASOP in Gent. Er zijn regelmatig vergaderingen met hen en contacten op conferenties. Bovendien is het idee gegroeid om samen één lijn van informatiebrochures uit te werken die uniform is in Vlaanderen voor alle sekswerkers. De brochures werden eind 2007 in gebruik genomen. Overleg met de stad Antwerpen en de dienst prostitutie, vertegenwoordigd door de prostitutieconsulent Hans Willems, gebeurt op regelmatige basis. Jaarlijkse evaluatievergaderingen met het Boysproject waarin voornamelijk wordt vergaderd rond het medisch aanbod dat Gh@pro gratis aanbiedt binnen de werking van het hulpverleningsproject jongensprostitutie. Actorenoverleg met andere organisaties die contacten hebben met sekswerkers in Antwerpen, Free Clinic (MSOC Antwerpen), stad Antwerpen, politie, Caw de Terp, Vergadering - onderwerp Netwerking Frequentie jaarlijks overleg Boysproject 1 kennismaking + overleg samenwerking Aditi vzw 1 hulpverlening prostitutie Antwerpen Actorenoverleg 4 overleg samenwerking Free clinic 1 overleg samenwerking Asmodee opvanghuis slachtoffers mensenhandel 2 seksuele gezondheid vrouwen OCMW Antwerpen 1 interprovinciaal overleg Pasop 2 overleg samenwerking OCMW vrouwengroep 1 werkgroep seksuele agressie SODA + andere actoren 1 SOA-overleg Sensoa en andere partners 2 wettelijk kader mensenhandel overleg Payoke 1 samenwerking Tolkendienst provincie Antwerpen 1 Op internationaal niveau Ook internationaal probeert Gh@pro haar netwerking uit te breiden. In 2009 werden contacten gelegd met SoaAids Nederland. Er is een goede samenwerking met SoaAids rond materiaalontwikkeling en met de organisatie P&G 292 in Amsterdam. In 2009 werden er contacten gelegd met Pro Vest in Denemarken, P&G 292 Nederland en Contra Duitsland om een verdere samenwerking te bekijken. De vraag tot kennismaking met de Duitse organisaties voor prostituees Phoenix, Hydra en Ragazza bleven tot nu toe zonder reactie. 21

7.5. Resultaatsgebied SCREENING EN VACCINATIES Opdracht VIII: Het voorzien van een aangepast gezondheidsaanbod inzake beroepsgebonden risico s van de doelgroep, waarbij de nadruk ligt op het preventief handelen, inzonderheid de screening SOI en cervixkanker Indicator VIII.1: Beschrijving van de gehanteerde screeningsmethoden en adviezen Alle sekswerkers kunnen van volgend aanbod gebruik maken: via een bloedname kan gescreend worden op hepatitis B, hiv en syfilis en via een cervicale/vaginale swab of via een urinestaal op gonorroe en chlamydia. Deze onderzoeken worden 2 keer per jaar aangeboden. De vrouwelijke sekswerkers komen 1 keer per jaar in aanmerking voor een cervixuitstrijkje (wanneer dit nog niet in de reguliere gezondheidszorg gebeurde). Bij afwijkende resultaten is het mogelijk dat dit een tweede keer herhaald wordt. Bij afwijkende resultaten wordt er zo nodig curatieve hulp verleent of verwezen naar de reguliere sector voor verdere opvolging. In geval van afwezigheid van bescherming tegen hepatitis B krijgt men de kans zich te laten vaccineren (schema 0-1-4). Er is ook ruimte om in te gaan op andere beroepsgebonden vragen en bij problemen intern door te verwijzen naar Connect@ of naar de reguliere gezondheidszorg (huisarts of specialist). Er wordt ook veel aandacht gegeven aan algemene GVO-aspecten (hygiëne, condoomgebruik, SOI, veilig werken, ). Bij een onveilig contact (klapcondoom) of bij klachten is het mogelijk dat er vroeger gescreend wordt. Indicator VIII.2: Aantal personen dat jaarlijks een preventief onderzoek doet (bevraging bij nieuwe en gekende personen) Indicator VIII.3: Aantal uitgevoerde screeningsonderzoeken op aantal verschillende personen. Screeningsonderzoek Aantal geteste sekswerkers PAP 473 hiv 866 gonorroe 848 chlamydia 849 syfilis 868 hepatitis B 478 cervicale culturen 72 In 2009 ondergingen 933 sekswerkers minimum 1 screeningsonderzoek (PAP, hiv, gonorroe, chlamydia, syfilis, hepatitis B). De grootste groep sekswerkers laat zich 1 keer per jaar voor SOI testen. Een kleinere groep laat zich 2 keer per jaar testen, zoals aanbevolen wordt. Uitzonderlijk wordt er 3 of 4 maal per jaar getest (dit kan bv. zijn naar aanleiding van een klapcondoom). 22

PAP onderzoek Van alle sekswerkers lieten in 2009, 473 sekswerkers een uistrijkje voor baarmoederhalskanker afnemen. Bij 18 van deze sekswerkers werd dit na 6 maanden herhaald vanwege afwijkende resultaten. Er moet wel worden opgemerkt, dat een deel van de sekswerkers met afwijkende resultaten onmiddellijk werd verwezen naar een gynaecoloog voor verdere opvolging, dit op vraag van de sekswerker zelf of omdat de resultaten te sterk afwijkend waren (bv. HSIL). Bij een deel van de sekswerkers was de termijn van 6 maanden nog niet voorbij op het eind van 2009. Infecties In totaal (bij nieuwe personen + follow-up) werden 849 sekswerkers 1 of meer keren getest op chlamydia trachomatis (urine of cervicaal onderzoek). 53 van deze sekswerkers testen positief in 2009. De prevalentie voor 2009 bij de geteste sekswerkers bedraagt 6,2% (2008: 6,3%). In totaal (bij nieuwe personen + follow-up) werden 848 sekswerkers 1 of meer keer getest op gonorroe. Er werden 14 positieve gonorroe testen vastgesteld in 2009. De prevalentie voor 2009 bij de geteste sekswerkers bedraagt 1,7% (2008:1,2%). In totaal (bij nieuwe personen + follow-up) werden er 868 sekswerkers 1 of meer keer getest op syfilis. In 2009 waren 14 syfilistesten positief. De prevalentie voor 2009 bij de geteste sekswerkers bedraagt 1,6% (2008:0,8%). In totaal (bij nieuwe personen + follow-up) werden er 866 sekswerkers getest op hiv. In 2009 hadden 5 sekswerkers een positieve hiv test, 4 van hen waren mannelijke sekswerkers. Voor 4 sekswerkers was het een eerste contact bij Gh@pro, het blijft dus een toevallige vondst. De prevalentie voor 2009 voor hiv bedraagt 0,6% (2008: 0,4%). Globaal kunnen we zeggen dat het aantal SOI ongeveer gelijk is gebleven tegenover 2008. Enkel voor syfilis en hiv zien we een toename. Dit geeft aan dat zowel het testen op SOI als counseling heel belangrijk blijven. 23

Opdracht IX: Het voorzien van een aangepast gezondheidsaanbod inzake beroepsgebonden risico s van de doelgroep, waarbij de nadruk ligt op het preventief handelen, inzonderheid de vaccinatie tegen hepatitis B Indicator IX.1: Beschrijving van de gehanteerde vaccinatiemethoden Sekswerkers kunnen zich laten screenen via een bloedstaal op o.a. hepatitis B. In geval van afwezigheid van bescherming tegen hepatitis B kan men zich laten vaccineren. De keuze ligt vanzelfsprekend bij de persoon zelf. De vaccinatie bestaat uit het toedienen van 3 dosissen vaccin tegen hepatitis B op 0, 1 en 4 tot 6 maanden. Een maand na de toediening van het laatste vaccin wordt opnieuw een bloedafname uitgevoerd om de immunologische respons na te gaan. Voor het hepatitis B vaccin werd in 2009 opnieuw gekozen voor Engerix B. Een deel van de vaccinaties werd de voorbije jaren uitgevoerd in het kader van een studie rond verkorting van het hepatitis B vaccinatieschema in een hoog risico populatie. De analyse van de gegevens bevestigt dat een even goede bescherming en even hoge couverture van vaccinatie wordt bekomen indien een verkort schema wordt toegepast dan wel het langere schema. Indicator IX.2: Aantal gevaccineerde personen In 2009 werd bij 263 verschillende personen minimun 1 hepatitis B vaccin toegediend. In totaal zijn er 450 hepatitis B vaccins toegediend. Totaal aantal personen gevaccineerd hepatitis B vaccins 263 1 vaccin in 2009 125 2 vaccins in 2009 90 3 vaccins in 2009 47 meer dan 3 vaccins in 2009 1 Bij deze tabel dient vermeld te worden dat het 4 tot 6 maanden duurt alvorens de derde vaccinatie kan toegediend worden. Theoretisch kunnen dus op het einde van 2009, alleen maar vaccinatieschema s vervolledigd zijn, indien ze gestart zijn vóór juli 2009. Additioneel werden in 2009 bij de mensen in follow-up nog eerste en/of tweede en/of derde en/of vierde vaccinaties (in uitzonderlijke gevallen een vijfde, zesde en eventueel zevende en achtste vaccin) toegediend van schema s die gestart waren in 2008 of vroeger, bij Gh@pro of elders. Zo werden 73 schema s afgewerkt met één of twee vaccins. 161 schema s werden opgestart met 1 of 2 vaccinaties bij mensen die in follow-up kwamen en waarbij de voorgaande jaren geen vaccinatieschema werd opgestart en 47 onder hen maakten het schema af in 2009. 24