Factsheet 4. Dierdonk

Vergelijkbare documenten
Factsheet 1. A september 2014, versie 3.0

Factsheet 3. Knoop/Aansluiting Laarbeek

Factsheet 2. Veghel-Bemmer

Factsheet Structuuralternatief N279

Meteren-Boxtel. Klankbordgroep Vught - 29 augustus Martijn de Ruiter - ARCADIS. Imagine the result

Wat ging vooraf? Dit is gedaan aan de hand van het beoordelingskader uit de NRD (zie hiernaast).

PHS Meteren-Boxtel. Belangrijkste conclusies van het onderzoek

MIRT-Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel - Gouda

Samenvatting Afwegingskader

Ambtelijk advies. 1. Baardwijkse overlaat

Inspreekreactie Commissievergadering MF

Samenvatting onderzoeken variant 7 en 7B

PHS Meteren-Boxtel tracédeel Boog Meteren

De provincie zegt 140 mln beschikbaar te hebben. De gemeenten, waterschap en anderen (?) moeten dus 60 mln of 130 mln bijbetalen.

Sterke en zwakke punten alternatief 1

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.10 TRILLINGEN Provincie Noord-Brabant

Samenvatting onderzoeken variant 7

Samenvatting MER Aanpassing Marathonweg

Toelichting voorkeursalternatief N279

Informatiebijeenkomst 18 april Welkom

Alternatieven Noordoostcorridor. Noordoostcorridor

Noordelijke randweg Zevenbergen

Verkenning N65 Vught - Haaren. Informatieavond. 25 November november 2015

Ontsluiting Houten. Beschouwing effecten ongelijkvloerse kruising Rijsbruggerwegtracé en Achterdijk. Definitief. Provincie Utrecht

Milieueffectrapportage A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting

Onderzoek ontlasten Vlietbruggen. Onderzoeksresultaten. Adviesgroep 10 mei 2016

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.11 SOCIALE EN RUIMTELIJKE ASPECTEN Provincie Noord-Brabant

Omgevingsdienst West Holland DEFINITIEF 6 mei 2013

Onderzoeksmethode moeten worden. Doelstelling. Een goede doorstroming regionaal en lokaal op de N280-West. Onderzoeksmethode moeten worden worden

Vrachtverbod tussen Aalst en Valkenswaard en tussen Waalre en Valkenswaard.

Standpuntbepaling Stuurgroep Brainport Oost. 12 september 2013

3,2 ha (100%) 0. 3,3 ha 3,3 ha

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.12 RECREATIE Provincie Noord-Brabant

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.8 LUCHTKWALITEIT EN GEZONDHEID Provincie Noord-Brabant

Regionaal Bedrijventerrein Heesch-West Concept MER

Raadsinformatieavond Voorkeursalternatief fase 2 N629

OWTB-2017 Europaplein e.o. Bewoners Barkmolenstraat 1 mei 2017

TRACENOTA/MER-UVS BUITENRING PARKSTAD LIMBURG DEEL C1: VARIANTENSTUDIE-NOORD PROVINCIE LIMBURG STRAßEN NRW. 27 mei /CE8/0A4/000213

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Verlengde Spoorlaan Drunen

Informatiemap m.e.r. Sloeweg (N62) Resultaten van de haalbaarheidsstudie

de Kortsluitroute. Dit nieuw aan te leggen spoortracé verbindt de Havenspoorlijn met de Betuweroute (hier ook wel de verlegde

TRACENOTA/MER BUITENRING-UVS BUITENRING PARKSTAD LIMBURG C2 - VARIANTENSTUDIE ZUID PROVINCIE LIMBURG STRAßEN NRW. 27 mei /CE8/0A6/000213

Informatieavond N februari 2011

Milieurapport ophoging Duin Oostvoornse Meer. Presentatie gemeente Westvoorne, 18 mei 2015

MIRT-Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel - Gouda

Maximabrug Alphen aan den Rijn - Rijnwoude

Versterking Markermeerdijken Overzicht milieueffecten van alternatieven in het MER

Afweging op basis van probleemoplossend vermogen(bereikbaarheid en leefbaarheid) Ref C BTK, TBT, NBT BTL T2 T3 V2 B H M /+

Oostelijke Randweg Vlijmen. motivering en afweging tracékeuze

Variantenstudie N303. Klankbordgroepoverleg 17 oktober 2018

Afweging alternatieve tracés bouwweg Hofstad III, mrt 2015

Centrumgebied Groene Peelvallei. Openbare informatiebijeenkomst over het planmer

Verkeerseffecten structuurvarianten

Projectnota/MER N381 Drachten - Drentse grens Oplegnotitie

Gedeputeerde Staten kiezen voor voorkeursalternatief Bundeling Noord

Verslag op hoofdlijnen bijeenkomst nieuwe bouwlocaties d.d. 19 juni 2019

Noordoostcorridor Voorkeursalternatief. Augustus 2013

Notitie. blad 1 van 8

PLATFORM N69 WEST - MIDDEN

Vormvrije m.e.r.-beoordeling ontwikkeling KVL te Oisterwijk

Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem

Variantenonderzoek Ringweg Oost

Planstudie Ring Utrecht A27/A12 Opbrengstnotitie meedenkbijeenkomsten december Bijlage 2 Aansluiting Utrecht Noord april 2012

Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis

NOTITIE REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU NOORDOOSTCORRIDOR SAMENVATTING

Inloopavond 30 juni 2015

DEEL B MER N279 VEGHEL-ASTEN Rapport Beoordelingskader 18 AUGUSTUS 2017

Maatschappelijke kosten-batenanalyse N343 Rondweg Weerselo: Samenvatting en conclusies

Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. Inhoud

Schijndelseweg 170. Nota van Kaders en kansen

0+ MAATREGELEN 2015 GEMEENTE VALKENSWAARD

Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat, provincie Noord-Brabant

Bijlage I Verklarende woordenlijst

Planstudie A27/A1. Informatieavonden in: Hollandsche Rading (26 april 2010) Groenekan (27 april 2010) Maartensdijk (15 juni 2010)

Ringweg Oost, 7 e atelier. Resultaten milieuonderzoek 27 maart 2008

SAMENVATTING MER N279 VEGHEL - ASTEN 23 MEI 2018

N279 Veghel-Asten 11 juni 2018 Bijeenkomst 4 werkateliers: terugkoppeling en vooruitkijken

Windenergieopgave in 2020

Memo: Onderzoek overhangen geluidsscherm langs Aletta Jacobslaan Gemeente Amersfoort Oktober 2014

CONCEPT. Bedrijventerrein t Chijnsgoed en LOG Sterksel. Deel 1: Beschrijving van toetsingsconcept en ontsluitingsvarianten

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit

Betreft : Dijkversterking Werkendam aspect luchtkwaliteit

Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum Verkeerskundige analyse Torenlaan

BUREAUSTUDIE FASE 1, BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD VERKEER

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.13 LANDBOUW Provincie Noord-Brabant

Geachte Stuurgroep, gedeputeerde en leden van provinciale staten van Noord Brabant

Notitie / Memo. Verkeerskundige analyse Hillegoms alternatief

Gemeente Emmen 26 januari 2015

MER-Knelpuntanalyse buisleidingenstrook Laarbeek Echt- Susteren

NOTITIE REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU Klaver 4 Greenport Venlo 12 JANUARI 2016

Informatie over de integrale effectenanalyse Zuid-West 380 kv Oost (13 april 2017)

Bijlage 10 Notitie uitgangspunten verkeerscijfers N235-N247

Betreft: concept verzoek wijziging begrenzing NNB met toepassing nee-tenzij principe en o.b.v. art verordening

Advies voorkeursalternatief N266 Nederweert

De heer F. van der Lee Norbertusplein EE Vlijmen. Geachte heer Van der Lee,

van GOL naar Beter datum 17 oktober 2017 Stichting van Gol naar Beter

Luchtkwaliteit aansluiting. 2 rotondes Hamelandweg

Herinrichting Neherkade Den Haag

Transcriptie:

Tracéalternatieven Toelichting alternatieven In de onderstaande tabel worden de tracés van de verschillende alternatieven kort toegelicht. Nr. 4A 4B Toelichting Verbreding van het bestaande tracé (tussen Dierdonk en andere wijken Helmond). Waar het tracé aansluit op de aansluiting/knoop Laarbeek, buigt het tracé van het bestaande tracé af. Omleiding om Dieronk, waarbij het tracé vanaf de aansluiting/knoop Laarbeek richting het bestaande tracé van de N279 buigt. Vervolgens buigt het tracé af in oostelijke richting, waarbij het tracé parallel aan De Wolfsputten richting de Heikantseweg loopt. Het tracé blijft ten zuiden van de Heikantseweg en buigt af in zuidelijke richting om aan te sluiten op de N607. In combinatie met alternatief 3B (knoop Laarbeek) is bij dit alternatief een extra aansluiting nodig ter ontsluiting van Helmond (met name de wijk Dierdonk) in noordelijke richting. Alternatief 4A maakt gebruik van het bestaande tracé van de N279. In de huidige situatie zijn er verschillende gelijkvloerse aansluitingen op de N279. Deze komen te vervallen in alternatief 4A, waarbij deze wegen via een parallelstructuur naar één van de ongelijkvloerse aansluitingen worden geleid. Alternatief 4B is de uitwerking van de lange omleiding om Dierdonk zoals deze in de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) was opgenomen. In overleg met de de regio (gemeenten, waterschap) is deze omleiding geoptimaliseerd. NOC als geheel In onderstaande tabel zijn de effecten van de gehele NOC op doelbereik/verkeer samengevat. Onder de tabel volgt een toelichting op de effecten. Aspect Bereikbaarheid bedrijventerreinen Brainport Verkeerseffecten in bebouw d gebied Verkeerseffecten in Rijk van Dommel en Aa Robuustheid hoofdw egennet Verkeersaantrekkende w erking en alternatieve functie Rijksw egennet Toetsingscriteria Referentie situatie Noordoost corridor Reistijden naar clusters van bedrijvigheid Brainport 0 +++ Betrouw baarheid van reistijden 0 ++ Verkeersafw ikkeling in regio (ochtend / avondspits) 0 +++ Voertuigkilometers 0 + Intensiteiten bebouw d gebied 0 +++ Intensiteiten Rijk van Dommel en Aa 0 +++ Omleiden bij incidenten/calamiteiten 0 +++ Toekomstbestendig / restcapaciteit 0 +++ Aandeel doorgaand autoverkeer 0 +++ Aandeel doorgaand vrachtverkeer 0 - - - Afname autoverkeer op autosnelw egen 0 - Afname vrachtverkeer op autosnelw egen 0 - - - Verkeersveiligheid Verkeersveiligheid 0 ++ Uit de beoordeling blijkt dat de NOC het wegennet robuuster maakt, zeer toekomstbestendig is en daarmee op veel verkeersaspecten zeer positief scoort. De NOC verbetert de verkeersafwikkeling in de regio en vermindert (in geringe mate) de voertuigkilometers gereden op het onderliggend wegennet. Hierdoor neemt het verkeer door het bebouwd gebied en het rijk van Dommel en Aa af. Daarnaast zorgt de NOC voor een betrouwbare reistijd op verschillende trajecten en een betere bereikbaarheid van clusters bedrijvigheid. De verkeersveiligheid gaat door een verschuiving van verkeer van het onderliggend wegennet naar het hoofdwegennet vooruit en met name het aanleggen van de oostwestverbinding zorgt voor nieuwe mogelijkheden voor omleidingsroutes bij calamiteiten op het rijkswegennet. Als nadeel van de verbeterde wegsituatie neemt het aandeel van doorgaand vrachtverkeer op de route toe. Verkeer dat op de Rijkswegen zou kunnen rijden kiest nu deels voor een route via de NOC. Deelgebied Dierdonk In onderstaande tabel zijn de relevante verkeerseffecten in dit deelgebied samengevat. Onder de tabel wordt kort ingegaan op de verschillen tussen de alternatieven in dit deelgebied. Toetsingscriteria Ref. 4A 4B Verkeersintensiteiten 0 ++ +++ Verkeersafw ikkeling in regio (ochtend / avondspits) 0 - + Bereikbaarheid van bedrijventerreinen 0 0 + Verkeersveiligheid 0 ++ ++ Milieueffecten en kosten In onderstaande tabel zijn de milieueffecten (inclusief mitigatie) en kosten van de alternatieven samengevat. Op de volgende pagina volgt een toelichting op de effecten en kosten. Onderwerp Aspect Toetsingscriteria Referentie 4A 4B icm 3A 4B icm 3B Bodem Bodemkw aliteit Beïnvloeding milieuhygiënische bodemkw aliteit 0 ++ 0 0 Grondw ater Grondw aterstand Beïnvloeding grondw aterstand 0 0 0 0 Grondw aterstroming Beïnvloeding grondw aterstroming 0 0 0 0 Grondw aterkw aliteit Beïnvloeding grondw aterkw aliteit 0 0 0 0 Beschermingsgebieden Beïnvloeding van w aterw in- en grondw aterbeschermingsgebieden en natte natuurparels 0 - - - - Oppervlaktew ater Oppervlaktew aterstelsel Beïnvloeding oppervlaktew aterstelsel 0 0 0 0 Oppervlaktew aterkw aliteit Beïnvloeding oppervlaktew aterkw aliteit 0 - - - Waterberging Beïnvloeding w aterbergingsgebied 0 0 0 0 Natuur Beschermde soorten Ruimtebeslag 0 - - - - Versnippering/barrièrew erking 0 - - - Beschermde gebieden Ruimtebeslag 0 - - - - - - - Verstoring 0 - - - - - - - Versnippering/barrièrew erking 0 - - - Verdroging 0 0 0 0 Stikstofdepositie 0 0 - - Landschap Landschap Karakteristiek 0 - - - - - Landschapselementen, patronen en/of -eenheden 0 0 - - - - Visueel ruimtelijke kenmerken 0 0 - - - - Geomorfologie Geomorfologische w aarden 0 0 - - Cultuurhistorie Cultuurhistorie Cultuurhistorisch w aardevolle structuren en patronen 0 0 - - en archeologie Cultuurhistorische elementen 0 0 0 0 Archeologie Beïnvloeding bekende archeologische w aarden 0 - - - - - Beïnvloeding verw achte archeologische w aarden 0 - - - - - - - - Geluid en Geluid Totaal aantal ernstig geluidgehinderden 0 - - 0 trillingen Aantal ernstig geluidgehinderden 0 - - - Verschuiving in blootstelling 0 - - 0 + Trillingen Trillinghinder 0 - - - - - - Luchtkw aliteit NO2 Verschuivingen in blootstelling per µg/m 3 NO 2 0 - - - Externe veiligheid Fijn stof Verschuivingen in blootstelling per µg/m 3 (extra) Fijn stof 0 0 - - Plaatsgebonden risico (PR) Aanw ezigheid PR10-6 contour 0 0 0 0 Groepsrisico (GR) Verandering groepsrisico t.o.v. oriëntatiew aarde 0 0 + + Gezondheid Gezondheid Beïnvloeding van de gezondheid (GES methodiek) 0 - - - - Sociale aspecten Visueel Visuele hinder 0 - - - - - Gedw ongen vertrek Aantal malen gedw ongen vertrek uit w oningen en/of bedrijven 0 - - - - - Bereikbaarheid omgeving Barrièrew erking 0 - - - Doorsnijding stedelijk gebied Ontw ikkelingsmogelijkheden omgeving Sociale integratie Doorsnijding op stedelijk afw egingsniveau 0-0 0 Beïnvloeding ontw ikkelingsmogelijkheden in de omgeving 0-0 0 Beïnvloeding van sociale relaties 0 0 - - Beïnvloeding sociale contacten door sloop w oningen 0 0 - - Sociale veiligheid Beïnvloeding sociale veiligheid, met name relevant bij fietsen voetgangerstunnels 0 0 0 0 Recreatie Recreatieve ontw ikkelingsmogelijkheden ontw ikkelingsmogelijkheden Toe- of afname van recreatieve 0 0 - - Recreatieve Doorsnijding recreatieve routes, voorzieningen en voorzieningen gebieden 0 0 0 0 Landbouw Landbouw grond Ruimtebeslag oppervlakte landbouw grond 0 - - - - - - - Doorsnijding Doorsnijding en bereikbaarheid van landbouw percelen 0 0 - - - - Landbouw bedrijven Beïnvloeding landbouw bedrijven 0 - - - - - - - Kosten Investeringskosten, excl. BTW (mln. euro), in combinatie met alternatief 3A 64,6 68,9 n.v.t. Investeringskosten, excl. BTW (mln. euro), in combinatie met alternatief 3B 59,9 n.v.t. 75,3 Een omleiding heeft verkeerskundig de voorkeur. Bij een geoptimaliseerde lange omleiding wordt het verkeer verdeeld over de NOC en de Wolfsputter Baan (bestaande N279). Autonome problemen op en rond de aansluiting Rembrandtlaan worden bij een omleiding sterk verminderd. Een extra aansluiting direct ten noorden van Dierdonk leidt tot een verdere afname van verkeer op de aansluiting Rembrandtlaan. Wel heeft een omleiding minder effect op de Kanaaldijk noord en Aarle Rixtelseweg.

Toelichting milieueffecten en kosten Hieronder worden kort de effecten van de alternatieven toegelicht. Bodem Beide alternatieven raken één (potentieel) ernstig verontreinigde locatie. Alternatief 4A raakt daarnaast een potentieel spoedeisende locatie. Als gevolg van de realisatie van de Noordoostcorridor worden deze locaties (indien nodig) gesaneerd, wat een positieve invloed heeft op de bodemkwaliteit. Vanwege het feit dat alternatief 4A een ernstig en een potentieel spoedeisend geval van bodemverontreiniging raakt, zijn de effecten van dit alternatief positief beoordeeld. Alternatief 4B raakt slechts één potentieel ernstig geval van bodemverontreiniging, waardoor de effecten als neutraal zijn beoordeeld. Grond- en oppervlaktewater Beide alternatieven hebben ruimtebeslag op het grondwaterbeschermingsgebied rond de winning bij Helmond, waarbij dit voor alternatief 4A (bestaand tracé) groter is dan voor alternatief 4B (omleiding). Alternatief 4A heeft bij de aansluiting op de N607 ook ruimtebeslag op het waterwingebied. Om dit ruimtebeslag te voorkomen zijn verregaande aanpassingen aan het ontwerp van alternatief 4A nodig, zoals het handhaven van de huidige rotonde met de N607 in plaats van een ongelijkvloerse aansluiting. Indien aantasting niet voorkomen kan worden, zal bij wijze van compensatie mogelijk een aantal putten verplaatst moeten worden. In dat geval dient zo spoedig mogelijk met Brabant Water contact te worden gezocht. Resterend effect blijft dan de doorsnijding van het grondwaterbeschermingsgebied. Alternatief 4B heeft ruimtebeslag op het waterbergingsgebied bij Bakelse Beemden. Effecten hiervan kunnen gemitigeerd worden door de weg op palen vorm te geven of als weg op grondlichaam met ruime overkluizingen. Op dat moment resteert nog een zeer beperkt ruimtebeslag met een zeer beperkt effect op de waterstanden, dat als neutraal kan worden beoordeeld, als het resterende effect in overleg met het betreffende waterschap wordt gecompenseerd. Ook kan onderzocht worden of de compensatieopgave in nabijgelegen reserveringsgebieden kan worden gerealiseerd. Natuur Natura2000 gebieden liggen op dusdanige afstand van de NOC dat effecten door ruimtebeslag, verstoring en verdroging/vernatting kunnen worden uitgesloten. Wel zorgt de NOC voor een toename van stikstofdepositie. De alternatieven zijn hierin echter niet onderscheidend. In navolgende tabel is per alternatief het ruimtebeslag op EHS gebieden en de toename van verstoord EHS gebied weergegeven. Aspect Beoordelingscriterium 4A 4B Natuur Beschermde gebieden: Ruimtebeslag EHS (ha) 16,35 6,54 Toename verstoord oppervlak EHS (ha) 8,06 62,23 Beide alternatieven hebben grote negatieve effecten op natuur. Bij alternatief 4A (bestaande tracé) is het ruimtebeslag op EHS en leefgebied van soorten (met name de das, inclusief een dassenburcht) relatief groot, als gevolg van de bocht in het tracé bij de aansluiting van de NOC op de N607. Bij alternatief 4B (omleiding) is het totale ruimtebeslag, hoewel nog steeds relatief groot, aanzienlijk kleiner dan bij alternatief 4A, maar treden meer effecten op als gevolg van versnippering en verstoring in delen van de EHS aan weerszijden van de nieuwe omleiding Dierdonk. Hoewel bij beide alternatieven de depositie van stikstof aanmerkelijk toeneemt in EHS gebieden, beïnvloedt dit alleen bij alternatief 4B gevoelige beheertypen. De aantasting van een dassenburcht in het Bakelse bosch door alternatief 4A, kan mogelijk gemitigeerd worden door de burcht te verplaatsen. Of dit mogelijk is moet nader onderzocht worden. Ook dienen bij dit alternatief ter hoogte van het Bakelse bosch dassentunnels aangelegd te worden. Bij alternatief 4B zijn robuuste ontsnipperende maatregelen (ecoduct, hop overs voor vleermuizen, dassentunnels, etc.) nodig om de barrièrewerking van de omleiding te verminderen. Met name door de aantasting van de dassenburcht in het Bakelse bosch scoort alternatief 4A per saldo (na mitigatie) negatiever voor natuur dan alternatief 4B. Landschap en cultuurhistorie De effecten van de alternatieven in dit deelgebied zijn zeer verschillend van aard. Bij alternatief 4A (bestaand tracé) treden met name effecten op de bebouwde omgeving van Dierdonk op. Bij alternatief 4B (omleiding) is met name de aantasting van het beekdallandschap van de Bakelsche Aa van belang. In alternatief 4A volgt het tracé de bestaande weg waardoor deels de wegbegeleidende beplanting zal verdwijnen. De Noordoostcorridor is ruimtelijk een obstakel tussen Dierdonk en Helmond. De geplande geluidsschermen versterken dit beeld met name vanaf de kant van Dierdonk. De ongelijkvloerse aansluitingen hebben daarnaast impact op de lokale karakteristiek. Echter de meeste effecten vallen binnen de stedelijke contouren van Dierdonk en hebben daarmee weinig invloed op de karakteristiek van het omliggende landschap. De aansluiting met de N607 valt volledig binnen de jonge ontginningsbossen waarmee het negatieve effect beperkt blijft. Al met al zijn de effecten van alternatief 4A (bestaand tracé) op het landschap beperkt. Alternatief 4B gaat grotendeels uit van een nieuw tracé (ruim) om Dierdonk heen. Ten noord(west)en van Dierdonk maakt het tracé gebruik van bestaande landschapsstructuren (de weg Wolfsputten), waardoor de aantasting van het landschap hier relatief beperkt blijft. Ten oosten van Dierdonk heeft het tracé echter grote invloed op het beekdallandschap van de Bakelse Aa, met (zeer) negatieve effecten op de karakteristiek en de openheid van het landschap. Bij alternatief 4A (bestaand tracé) kunnen de effecten beperkt worden door de weg zoveel mogelijk aan te leggen binnen het huidige ruimtebeslag van de N279. Daarnaast verlangen de geluidsschermen een groene inpassing aan de zijde van Dierdonk. Dit kan o.a. door het bestaande groen te versterken. Bij alternatief 4B (omleiding) kunnen effecten beperkt worden door de weg het beekdal van de Bakelse Aa op palen te laten kruisen. Hierdoor blijft het beeld van het beekdal deels overeind en sluit de weg beter aan op het karakteristieke landschap ter hoogte van de Rijpelberg. Archeologie Beide alternatieven doorsnijden een archeologische waarneming die betrekking heeft op een Joodse begraafplaats uit de 17de/18de eeuw na Christus. Alternatief 4A (bestaand tracé) doorsnijdt daarnaast ook 0,3 ha van een AMK-terrein, monumentnummer 11.707, terwijl alternatief 4B (omleiding) in combinatie met alternatief 3B (knoop Laarbeek) ruimtebeslag heeft op de historische kern Kloosterdreef 4 te Aarle Rixtel (0,3 ha). Voor het beoordelingscriterium beïnvloeding bekende archeologische waarden worden alternatief 4A en alternatief 4B i.c.m. 3B negatief beoordeeld en alternatief 4B (omleiding) licht negatief. In alternatief 4B (omleiding) vindt 6,2 ha meer ruimtebeslag plaats op zones met een (middel)hoge archeologische verwachting dan in alternatief 4A (17,2 ha versus 11,0 ha). De extra aansluiting als gevolg van een combinatie met de knoop Laarbeek (alternatief 3B) leidt bij alternatief 4B nog tot een extra ruimtebeslag van 4,8 ha (22 ha totaal). De ligging en oriëntatie van de beide alternatieven verschilt sterk (omleiding aan de oostkant of bestaand tracé aan de westkant van Dierdonk). Vanwege het kleinere ruimtebeslag is alternatief 4A minder negatief voor archeologie dan alternatief 4B. Geluid In navolgende tabel is per alternatief het aantal ernstig geluidgehinderden opgenomen. Na de tabel worden de effecten op geluid nader toegelicht. Aspect Beoordelingscriterium Ref. 4A 4B 4B icm 3B Geluid Ernstig geluidgehinderden: Totaal aantal ernstig geluidgehinderden 366 429 377 359 Voor beide alternatieven geldt dat ze leiden tot een (lichte) toename van het aantal ernstig geluidgehinderden. In combinatie met alternatief 3B (knoop Laarbeek) zorgt alternatief 4B (omleiding) echter voor een lichte afname van het aantal ernstig geluidgehinderden. Zonder het treffen van maatregelen is de toename van het aantal ernstig geluidgehinderden het grootst bij alternatief 4A (bestaand tracé). Het verschil met alternatief 4B wordt veroorzaakt doordat de nieuwe omleiding in alternatief 4B op enige afstand van de bestaande woonkernen (met name de woonwijk Dierdonk) wordt gelegd. In beide alternatieven vindt er een verschuiving plaats van ernstig gehinderden naar hogere geluidsbelastingsklassen. Voor alternatief 4A (bestaand tracé) vindt bij bijna alle klassen een toename plaats van ernstig gehinderden, bij alternatief 4B (omleiding) is er een toename van het aantal ernstig gehinderden waarneembaar in de hogere klassen en een geringe afname in de lagere klassen. Alternatief 4B scoort daardoor minder negatief dan alternatief 4A op het (totaal) aantal ernstig gehinderden (zonder maatregelen). Toponiemen deelgebied Dierdonk Voor alternatief 4A vindt er per saldo een toename (1 à 2 db) van het aantal blootgestelden plaats. Hoewel de toename van de geluidbelasting daarbij beperkt is (1 of 2 db), worden de effecten van alternatief 4A toch negatief beoordeeld. Dit vanwege de grote toename van het aantal mensen met een hogere geluidbelasting.bij alternatief 4B krijgen meer mensen te maken met een lagere geluidbelasting dan met een hogere, maar juist bij de hoogste geluidbelastings-klassen is er sprake van een groter aantal mensen dat te maken krijgt met een toename van de geluidbelasting dan een afname. Om deze reden wordt dit alternatief neutraal beoordeeld, ondanks dat er dus meer mensen een afname van de geluidbelasting zullen ervaren dan een toename. In combinatie met alternatief 3B (knoop Laarbeek) is er bij alternatief 4B (omleiding) echter sprake van een aanzienlijk kleiner aantal mensen dat te maken krijgt met een toename van de geluidbelasting dan een afname. Om deze reden heeft deze combinatie een licht positief effect op de verschuiving in blootstelling. Op de NOC wordt standaard een stil wegdektype toegepast. Voor alternatief 4B blijken er verder geen doelmatige geluidsmaatregelen getroffen te kunnen worden. Bij alternatief 4A blijkt het ter hoogte van Dierdonk doelmatig om, naast toepassing van een stil wegdektype, geluidschermen toe te passen. De maatregelen zijn in onderstaande tabel en de bovenstaande kaart met toponiemen opgenomen. De nummers in de tabel verwijzen naar de nummers in de kaart met toponiemen. Nr. Alt. Reden van plaatsing Hoogte Lengte 1 4A 2 4A Doelmatige maatregel vanwege reconstructies Doelmatige maatregel vanwege reconstructies Wordt vervolgd op de volgende pagina [m] Middel hoog 2.300 Middel hoog 1.450 Zijde Westzijde Oostzijde

Geluid (vervolg) Met de maatregelen wordt het (totaal) aantal ernstig gehinderden terug gebracht, echter blijft er een lichte verslechtering ten opzichte van de referentiesituatie. Wel worden de effecten van alternatief 4A (bestaand tracé) op het (totaal) aantal ernstig gehinderden hiermee vergelijkbaar met alternatief 4B (omleiding). Beide alternatieven worden licht negatief beoordeeld. De maatregelen in alternatief 4A hebben een te verwaarlozen effect op vermindering van het aantal blootgestelden. Hier blijft alternatief 4A dus negatiever scoren dan alternatief 4B. Trillingen De effectscores zijn gebaseerd op het aantal adressen dat binnen 50 meter van de weg aanwezig is en waarvoor mogelijk sprake kan zijn van trillinghinder voor personen. Bij beide alternatieven kan bij voorbaat de kans op trillinghinder niet geheel worden uitgesloten. Bij beide alternatieven neemt het aantal bestemmingen waar mogelijk trillingshinder op kan treden toe ten opzichte van de referentie. In de referentiesituatie liggen in dit deelgebied weinig woningen binnen 50 meter van de weg. Bij alternatief 4A (bestaand tracé) is de toename van het aantal bestemmingen het gevolg van verbreding van de bestaande N279. Bij alternatief 4B (omleiding) wordt de toename veroorzaakt door bestemmingen die binnen 50 meter van het nieuwe tracé komen te liggen. Daarnaast wordt bij alternatief 4B ook het bestaande tracé van de N279 gehandhaafd. In absolute zin leidt alternatief 4A tot het minste aantal bestemmingen waar mogelijk trillingshinder op kan treden, maar het verschil met alternatief 4B is dusdanig klein dat beide alternatieven gelijk beoordeeld worden (negatief). Lucht Voor luchtkwaliteit geldt dat de grenswaarden vanuit de Wet milieubeheer nergens worden overschreden. Wel kan er sprake zijn van toe- en afnames van de concentraties van verontreinigende stoffen als gevolg van toe- of afnames van verkeer. In alternatief 4A is er voor meer personen een toename van de concentraties NO 2 dan in alternatief 4B. In alternatief 4B zijn er echter een aantal personen die aan een grotere toename van de concentratie NO 2 worden blootgesteld dan in alternatief 4A. De effecten van beide alternatieven voor NO 2 zijn daarom gelijk beoordeeld (licht negatief). Voor PM2,5 zijn er nabij woningen in beide alternatieven geen relevante toe- of afnames in concentraties ten opzichte van de referentiesituatie. Voor alternatief 4A geldt hetzelfde voor PM10. Bij alternatief 4B is er een beperkt aantal personen dat te maken krijgt met een hogere concentratie PM10. Dit alternatief wordt daarom licht negatief beoordeeld voor fijn stof, ten opzichte van een neutrale beoordeling voor 4A. Omdat de concentraties nog ruim onder de daarvoor geldende grenswaarden liggen, hoeven er wettelijk gezien geen maatregelen te worden getroffen om de effecten te mitigeren. Externe veiligheid Aan het plaatsgebonden risico (PR) is een wettelijke grenswaarde van 10-6 verbonden, een jaarlijkse kans van één op de miljoen. Binnen de PR10-6 contour bestaat een kans van 1 op de miljoen om als individuele burger te overlijden als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen op de weg. Op basis van de rekenresultaten is er zowel voor de referentiesituatie als voor de alternatieven 4A en 4B geen PR10-6 contour aangetroffen in de berekeningen. Het groepsrisico (GR) is de kans per jaar per kilometer transportroute dat een groep van 10 of meer personen in de omgeving van de transportroute in één keer slachtoffer wordt van een ongeval. Voor het GR geldt geen norm, maar een verantwoordingsplicht als de zogeheten oriëntatiewaarde (OW) wordt overschreden (GR > 1,0), of als het GR toeneemt door het besluit ten opzichte van de autonome situatie. Uit de berekeningen blijkt dat het GR voor alternatief 4A gelijk blijft aan de referentie en ver onder de oriëntatiewaarde ligt (<0,1*OW). Voor alternatief 4B is er sprake van een afname van het groepsrisico omdat er minder woningen liggen langs het tracé van de omleiding dan langs het bestaande tracé van de N279. Dit effect is licht positief beoordeeld. Gezondheid Gezondheidseffecten als gevolg van de Noordoostcorridor worden vooral bepaald door de veranderingen in geluidhinder, luchtkwaliteit en externe veiligheid. Deze effecten zijn deels in beeld gebracht in de reguliere onderzoeken voor deze aspecten, waarbij voor geluid en lucht ook is gekeken naar de (gezondheids)effecten (ver) onder de grenswaarden en (verschuivingen in) blootstelling (advies Cie m.e.r.). Aanvullend daarop zijn, via de GES-methodiek, effecten op de genoemde aspecten vertaald naar een effectscore voor gezondheid. Op basis van de GES-methodiek zijn allereerst effectscores bepaald voor de afzonderlijke aspecten. Vervolgens zijn deze scores vertaald naar een overkoepelende effectscore voor gezondheid, waarbij steeds de meest negatieve effectscore op geluid, lucht (NO2 en fijn stof) of externe veiligheid als maatgevende score is overgenomen. Dit omdat een negatief gezondheidseffect van bijvoorbeeld geluid niet kan worden verminderd door een positief gezondheidseffect van bijvoorbeeld luchtkwaliteit. In dit deelgebied hebben heeft de opwaardering van het bestaande tracé (4A) een negatief effect op gezondheid, tegenover een licht negatief effect van de omleiding (4B). Bij alternatief 4A wordt de negatieve beoordeling veroorzaakt door een negatief effect op geluid. Dit betekent dat het aantal personen dat te maken krijgt met een hogere geluidbelasting toeneemt. Bij alternatief 4B wordt de licht negatieve beoordeling veroorzaakt door een licht negatieve beoordeling voor luchtkwaliteit (NO 2 ) en externe veiligheid. Dit betekent dat het aantal personen dat te maken krijgt met een mindere luchtkwaliteit (NO 2 ) en externe veiligheid door wegverkeer licht toeneemt. Sociale aspecten en recreatie In navolgende tabel is per alternatief het aantal te amoveren panden opgenomen. Onder de tabel worden de effecten op sociale aspecten en recreatie nader toegelicht. Aspect Beoordelingscriterium 4A 4B 4B icm 3B Sociale aspecten Gedwongen vertrek: Aantal te amoveren panden (woningen, bedrijven, overige panden) 4 16 20 De effecten van alternatief 4A (bestaand tracé) zijn beperkt omdat het gaat om een verbreding van een bestaande weg (N279). Er ontstaat daardoor geen nieuwe (visuele) barrière in het gebied en er hoeven weinig panden te worden geamoveerd. Wel is het zo dat de bestaande barrière tussen de woonwijk Dierdonk en de rest van Helmond versterkt wordt. De effecten die dit heeft op de criteria Barrièrewerking en Doorsnijding op stedelijk afwegingsniveau zijn echter beperkt, ondanks dat het aantal mogelijkheden om de N279 op te komen vanuit Dierdonk wordt verminderd als gevolg van het opheffen van de gelijkvloerse aansluitingen op de Venuslaan en Coendersberglaan. Er worden namelijk parallelvoorzieningen aangelegd richting de aansluitingen van de NOC op de Rembrandtlaan en de N607 Bakelsebrug. Daarnaast worden de fietsverbindingen over de N279 en het kanaal gehandhaafd. Alleen verkeer uit het noorden van Dierdonk dat de NOC in noordelijke richting op wil, zal om moeten rijden via de aansluiting op de Rembrandtlaan. De toename van visuele hinder als gevolg van alternatief 4A (bestaand) is vooral te wijten aan de geluidschermen die langs het tracé bij Dierdonk moeten worden geplaatst, waarbij het wel de vraag is waar deze schermen precies geplaatst zullen worden. De N279 ligt hier namelijk deels verdiept. Als de schermen direct naast de weg geplaatst kunnen worden, zal de toename van de visuele hinder ter plekke van de verdiepte ligging beperkt zijn. Wanneer ze echter bovenaan het talud geplaatst moeten worden, zijn ze veel prominenter zichtbaar, waardoor de toename van de visuele hinder groter is. Alternatief 4B (omleiding) volgt een nieuw tracé rond Dierdonk, echter blijft de bestaande N279 in dit alternatief gehandhaafd. Voor verschillende (agrarische) woningen aan de Wolfsputten en nabij Muizenhol en Bakelsebrug wordt de NOC in alternatief 4B een nieuwe bron van visuele hinder. Wel is het zo dat er geen geluidschermen langs de nieuwe omleiding hoeven te worden geplaatst. De nieuwe omleiding heeft een groter effect op gedwongen vertrek doordat meer panden geraakt worden, met name als gevolg van de aansluiting op de N607 Bakelsebrug en ruimtebeslag op een agrarisch bedrijf aan de Heikantseweg. Met name het amoveren van het cluster bebouwing bij de aansluiting op de N607 Bakelsebrug (waaronder enkele woningen) heeft ook invloed op de sociale contacten omdat de kans dat de bewoners van dit cluster bij elkaar in de buurt kunnen blijven wonen erg klein is. Van noord naar zuid doorsnijdt alternatief 4B (omleiding) de wegen Scheepstal, Grotelseheide en Heikantse Beemd. De doorsnijding van Scheepstal en Heikantse Beemd wordt hersteld door deze wegen over de NOC te leiden. De invloed hiervan op barrièrewerking en de aanwezige sociale relaties is daardoor beperkt. Doordat de omleiding in alternatief 4B ten zuiden van de Heikantseweg blijft, worden de recreatieve plannen rond de Aarlesche Visvijver niet beïnvloedt. Wel zal dit gebied extra verstoord (ten opzichte van de huidige verstoring door de Heikantseweg) worden door geluid vanaf de NOC. De toename van visuele hinder als gevolg van de realisatie van geluidschermen in alternatief 4A kan verminderd worden indien de geluidschermen ter plekke van de verdiepte ligging van de N279 onderaan het talud geplaatst kunnen worden. Hierdoor zijn de schermen niet zichtbaar vanuit Dierdonk. Indien dit niet mogelijk is dan kunnen de effecten beperkt worden door te kiezen voor architectonische schermen in plaats van standaard schermen. Landbouw In navolgende tabel is de kwantitatieve informatie over beïnvloeding van landbouwbedrijven opgenomen. Onder de tabel worden de effecten op landbouw nader toegelicht. Aspect Beoordelingscriterium 4A 4B 4B icm 3B Landbouwbedrijven Beïnvloeding landbouwbedrijven: Agrarische bouwblokken (aantal) 1 11 13 Agrarische gebouwen (aantal) 3 17 23 Het effect van alternatief 4B (omleiding) is aanmerkelijk groter dan van alternatief 4A (bestaand tracé). Dit heeft er mee te maken dat 4A een verbreding betreft van het bestaande tracé van de N279 waarbij landbouwgebied grotendeels ontzien wordt, terwijl 4B deels wel door landbouwgebied loopt en daarbij meerdere agrarische bouwvlakken en de daarbij behorende panden raakt. Het verschil is terug te zien in: Het ruimtebeslag op landbouwgebied: alternatief 4A heeft een ruimtebeslag op landbouwgebied van 4,9 ha, terwijl het ruimtebeslag van alternatief 4B 17,1 ha bedraagt. De doorsnijding van landbouwgebied: in alternatief 4B is er sprake van een nieuwe doorsnijding van landbouwgebied en wordt een verbinding (Mathijseind) verbroken. Dit geldt niet voor alternatief 4A. De beïnvloeding van landbouwbedrijven: In alternatief 4B dienen veel meer agrarische gebouwen te worden geamoveerd. Wanneer alternatief 4B (omleiding) gecombineerd wordt met alternatief 3B (knoop) in het aangrenzende deelgebied, is een extra aansluiting nodig ter ontsluiting van Helmond (met name de wijk Dierdonk) in noordelijke richting. Deze aansluiting zorgt ervoor dat het ruimtebeslag op landbouwgebied toeneemt tot 25,4 ha. Daarnaast worden meer agrarische bouwblokken geraakt en moeten er meer gebouwen worden geamoveerd. Omdat de effecten van alternatief 4B op ruimtebeslag en beïnvloeding van bedrijven reeds zeer negatief beoordeeld is, hebben deze extra effecten echter geen invloed op de effectscores. De effecten op de bereikbaarheid van landbouwpercelen kunnen beperkt worden door het toepassen van ruilverkaveling of kavelruil, het uitplaatsen van bedrijven en het zoveel mogelijk volgen van eigendomsgrenzen. Er is in beide alternatieven een gebouw aan de Kleinbroekdreef die zeer beperkt geraakt wordt en door toepassing van een iets steiler talud ontzien kan worden. Kosten Uit de kostenraming blijkt dat alternatief 4A (bestaand tracé) minder kost dan alternatief 4B (omleiding). Het verschil (ongeveer 8%) is echter kleiner dan je zou verwachten op basis van een alternatief dat gebruik maakt van een bestaand tracé ten opzichte van een geheel nieuwe weg om Dierdonk heen. Dit komt onder andere doordat er bij de opwaardering van het bestaande tracé (alternatief 4A) van uit wordt gegaan dat de bestaande verharding moet worden verwijderd en er nieuwe verharding wordt aangelegd. Hierdoor zijn de bouwkosten (inclusief verwijderen van de bestaande verharding) van alternatief 4A zelfs hoger dan voor de omleiding (alternatief 4B). Wel is het zo dat de vastgoedkosten van het opwaarderen van het bestaande tracé een stuk lager zijn dan van de omleiding. Wanneer alternatief 4B gecombineerd wordt met alternatief 3B (knoop Laarbeek), dan is in deelgebied 4 een extra aansluiting nodig ter ontsluiting van Helmond (met name de wijk Dierdonk) in noordelijke richting. Bij alternatief 4A in combinatie met 3B is deze extra aansluiting niet nodig. Wanneer in deelgebied 3 gekozen wordt voor de knoop (alternatief 3B), wordt het kostenverschil tussen alternatief 4A (bestaand tracé) en 4B (omleiding) dan ook groter (ruim 25%) als gevolg van de extra investeringskosten die met deze aansluiting samenhangen.

Vergelijking alternatieven deelgebied Dierdonk Onderstaand is een vergelijking opgenomen van de alternatieven in deelgebied Dierdonk. Daarbij wordt ingegaan op het doelbereik/verkeerseffecten, de milieueffecten en de kostenramingen van de alternatieven. Doelbereik/verkeer: Verkeerskundige voorkeur voor omleiding Een omleiding (4B) heeft verkeerskundig de voorkeur, met name omdat autonome problemen met de verkeersafwikkeling op en rond de aansluiting Rembrandtlaan sterk worden verminderd. Een extra aansluiting direct ten noorden van Dierdonk (alleen in combinatie met alternatief 3B) leidt tot een verdere afname van verkeer op de aansluiting Rembrandtlaan. Wel heeft een omleiding minder effect op de verkeersintensiteiten op de Kanaaldijk en Aarle-Rixtelseweg dan de opwaardering van het bestaande tracé (4A). Milieueffecten: Alternatief 4A heeft de minst negatieve effecten Alternatief 4A maakt gebruik van het bestaande tracé van de N279 waardoor negatieve effecten op de gebieden rond deze weg toenemen. Hierdoor scoort dit alternatief slechter op met name geluid, gezondheid (vooral door de toename van geluidhinder) en doorsnijding van de stedelijke structuur. Daarnaast heeft de verbreding van de N279 ruimtebeslag op een archeologisch monument bij Scheepstal. Door de vormgeving van de aansluiting op de N607 Weg naar Bakel, heeft alternatief 4A (bestaand tracé) ruimtebeslag op het waterwingebied bij Helmond (er worden geen winputten geraakt). Ook is hier het ruimtebeslag op EHS aanzienlijk, waarbij een dassenburcht geraakt wordt. Hierdoor scoort alternatief 4A (bestaand tracé) slechter op beïnvloeding van grondwaterbeschermingsgebieden en beïnvloeding van beschermde soorten. Alternatief 4B gaat uit van een nieuwe omleiding rond Dierdonk, waarbij het bestaande tracé van de N279 wordt gehandhaafd. Doordat een nieuw tracé wordt aangelegd zijn de effecten op met name landschap (vooral de aantasting van het beekdallandschap van de Bakelsche Aa) en landbouw (zowel ruimtebeslag als barrièrewerking en beïnvloeding bedrijven) aanzienlijk groter. Ook leidt dit alternatief tot grotere effecten op verwachte archeologische waarden. Hoewel het ruimtebeslag op EHS kleiner is dan dat van alternatief 4A (bestaand tracé), neemt het verstoorde oppervlak EHS wel vele malen meer toe dan bij alternatief 4A. Om deze reden scoort alternatief 4B slechter op de beïnvloeding van beschermde gebieden dan alternatief 8A. De omleiding heeft ook grotere effecten op de sociale aspecten, met name vanwege het ontstaan van visuele hinder voor bewoners langs de nieuwe weg en een groter aantal te amoveren panden. De extra aansluiting die nodig is wanneer de omleiding wordt gecombineerd met alternatief 3B (knoop Laarbeek) scoort positiever voor geluid en negatiever voor de aantasting van bekende archeologische waarden (historische kern Kloosterdreef 4, Aarle Rixtel). Aandachtspunt bij de omleiding is de doorsnijding van de waterberging Bakelse Beemden. Effecten op de waterberging dienen te worden gemitigeerd en/of gecompenseerd. Over het geheel bezien hebben beide alternatieven voor- en nadelen, maar blijkt uit de beoordeling dat de effecten van een nieuwe omleiding (alternatief 4B) op meer criteria negatiever worden beoordeeld dan de effecten van de opwaardering van het bestaande tracé (alternatief 4A). Kosten: Alternatief 4A heeft de laagste investeringskosten De investeringskosten van alternatief 4A (bestaand tracé, 65 mln.) zijn lager dan van alternatief 4B (omleiding, 69 mln.). Mede omdat bij opwaardering van het bestaande tracé ervan uit wordt gegaan dat de bestaande verharding verwijderd moet worden en er nieuwe verharding wordt aangelegd, zijn de verschillen in kosten tussen de alternatieven echter relatief beperkt. Wanneer alternatief 4B wordt gecombineerd met alternatief 3B (knoop Laarbeek, 75 mln.) neemt het kostenverschil toe, doordat er een extra aansluiting moet worden aangelegd. Vergelijking alternatieven Uit het voorgaande blijkt dat een omleiding (4B) verkeerskundig beter scoort vanwege het oplossend vermogen voor bestaande knelpunten op de aansluiting Rembrandtlaan. Verder verschillen de milieueffecten van beide alternatieven wezenlijk van elkaar. Alternatief 4A maakt gebruik van het bestaande tracé van de N279 door het stedelijk gebied van Helmond, terwijl alternatief 4B uitgaat van een nieuwe omleiding rond Dierdonk door het landelijk gebied. Alternatief 4A heeft dan ook vooral effecten op het stedelijk gebied (geluid, gezondheid en doorsnijding stedelijk gebied), maar heeft daarnaast ook aanzienlijk ruimtebeslag op EHS gebieden en raakt een dassenburcht. Alternatief 4B heeft vooral negatieve effecten op natuur, landschap en landbouw, maar leidt daarnaast ook tot visuele hinder voor omwonenden van de nieuwe weg. Al met al heeft alternatief 4A (bestaand tracé) de minst negatieve effecten. Daarnaast zijn de investeringskosten voor dit alternatief lager.

Factsheet 4. Dierdonk Uitsnede Maatgevende kenmerkenkaart met tracéalternatieven Natuur Landschap, cultuurhistorie en archeologie ① Aandachtspunten voor de betreffende thema s* *Als bijlage bij de factsheets is een overzicht opgenomen van de aandachtspunten die door de ambtelijke deelprojectgroepen en klankbordgroepen zijn ingebracht en die zijn overgenomen op de MKK s. De nummers die op de MKK s zijn opgenomen zijn hierin terug te vinden.

Factsheet 4. Dierdonk Uitsnede Maatgevende kenmerkenkaart met tracéalternatieven Bodem en water Ruimtelijke ordening