Ontwerponderzoek Paper 2 Ontwerp

Vergelijkbare documenten
Ontwerponderzoek Paper 3 Onderzoeksinstrumenten

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering

Ontwerponderzoek Paper 1 Ontwerpplan

Tijd: 8:30. Klas: 3HVc 9:10. Beginsituatie Leerlingen hebben week hiervoor toets seksualiteit gehad (zie paper 1)

Docent: Eva Lems Datum: Tijd: 8.30 Klas: H3C Aantal lln: 26

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

BIJLAGE 1.1 Lesplan les 1

BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING. Doel van de lessenserie

Paper 2: Ontwerp. Samenvatting paper 1: Ontwerphypothese:

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

LESSENSERIE 4: CKV-NL Recensie schrijven Lesplannen

Datum: Aantal leerlingen: 14 Tijd: 08:55 09:40 Klas: B1B

ONTWERP JE EIGEN FORMATIEVE WERKVORM

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

GELOVEN IN DE WERELD LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS TOT ZIENS IN 0NS MUSEUM! GELOVEN IN DE WERELD PAG > 1

Les Rekenen en BVO De pakjes van Sinterklaas

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming

Docentenhandleiding, Leren Modelleren. Amsterdam, 27 maart Inleiding

Hieronder staat het MDA schema van de gegeven les op het ILO bij de medestudenten en de leerlingopdrachten.

Lesplan Nederlands Project Pocket

Scan: docentactiviteiten in de FE-cyclus

Wie ben jij? HANDLEIDING

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

Spanningsveld: theorie en praktijk

21ste-eeuwse vaardigheden:

CONCEPT TOOL ONTWERPEN IN BEELD VOOR EIGEN GEBRUIK

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Handleiding Perspectief 3 e editie: Introductie

TRAINING LEVENSBESCHOUWELIJK DENKEN EN COMMUNICEREN

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

Van Doelstelling, naar leeractiviteit naar werkvorm

Educatief arrangeren rond LOB

HOERA, een meisje Ondertitel: Analyseren

Instructie en opzet werkvorm onderwerp opdracht: organen en cellen.

Datum: Les in reeks (nr1): Beginsituatie: wat is de aanpak van de kandidaten bij het beantwoorden van examenvragen

0. LESVOORBEREIDING. Bij kennis verwerven en integreren

Training. Coachend begeleiden

Schrijfvaardigheid in vwo+ Een ontwerp voor uitdagende en tot samenwerking motiverende lessen voor excellente leerlingen

Les 1 Inkomstenbelasting

Introduceren thema Wereldgodsdiensten. het dagelijks leven. Startopdracht. Wereldgodsdiensten. Thema: Wereldgodsdiensten.

Voordoen (modelen, hardop denken)

6. Meningsvorming. doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort.

Introduceren thema 80 jarige oorlog. Thema: 80 jarige oorlog. centraal: 2. Maak een nieuw eigentijds volkslied.

Jessica Huizer. aardrijkskunde

Rubrics vaardigheden

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2

eigen woonplaats Oorlog: geschiedenis in de geschiedenis monumenten hebben te maken met oorlogen? Welke oorlogen

Rubrics vaardigheden

Ontwerponderzoek Berekenen netto cashdividend per aandeel. Papers 1 t/m 5

TOPS & FLOPS. Feedback geven en ontvangen. Inhoud

HANDLEIDING TALENTENQUIZ

Voordoen (modelen, hardop denken)

Handleiding les 1: Een verhaal schrijven over jouw dag in 2034 voor een toekomsttentoonstelling

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

de klas met een belangrijke vraag.

Opdracht Inleiding Doel Benodigdheden Voorkennis Stappenplan Een les voorbereiden en achterhalen waar je leerlingen staan Voorbeeld Doel Resultaat

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

Differentiëren, onderwijs passend maken. Schoolpsychologencongres 2017 Otto de Loor

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

1 Hoe leren leerlingen?

Ontwerprapport Naam auteur(s) Ronald Kuijper Vakgebied

Een overtuigende tekst schrijven

TOOLKIT voor co-creatie. Download Acrobat Reader voor tablet / computer / etc om deze interactieve pdf te gebruiken.

Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Lesplan atheneum 5. Woensdag 16 mei 2007, 3 e uur, blok 6: literatuur, les 1

LESBESCHRIJVING HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO. Hoofdfase

WERKVORMEN MAGAZIJN. Wat is netwerken? Landelijk Stimuleringsproject LOB in het mbo

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie

Lesvoorbereidingsmodel

Reflectiegesprekken met kinderen

Algemene inleiding. Maak het onbespreekbare bespreekbaar met Jouw Stad in de Klas

Dag van Respect & PABO. DOE MEE met de Dag van Respect 8 November 2012

Een voorlopige balans (Periode 1)

LESPLANNEN GS-HOLOCAUST

5. Klassen-of groepsgesprek

N a t u u r e n t a a l

Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding Groep 6 t/m 8

WIE IS HET? Wie is het? KIJKEN SAMENWERKEN NADENKEN WETEN. Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

Seksueel grensoverschrijdend gedrag

1. Denken-delen-uitwisselen

Wijsneuzen in de klas

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

Naam leerlingen. Groep BBL1 Mens & Maatschappij. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment

Theater/Bioscoop De Nieuwe Kolk

Voorbeeld actiepunten Aandachtspunt = bevorderen van interactie tussen kinderen tijdens de evaluatie van de les

Lesplanformulier. Les wordt gegeven in een open ruimte met ronde tafels en een computergedeelte. Een les duurt 50 minuten

Training. Vergaderen

Transcriptie:

Ontwerponderzoek Paper 2 Ontwerp Student Graziella de Guytenaere (studentnummer: 0409170) Docenten Abdul A. Rezaei Vakdidacticus Jannet P. van Drie Onderwijskundige Femke Boesenkool - Onderwijskundige Datum: 26 april 2012, Amsterdam 1

Inleiding Door middel van de lessenserie Humanisme zal ik proberen de leerlingen uit klas G2b van het Trinitas College in Heerhugowaard meer kennis bij te brengen van het humanisme en ze een oordeel te laten vormen over deze levensbeschouwing. Dit zal ik doen door gebruik te maken van werkvormen die aansluiten bij samenwerkend leren. In de eerste les bespreek ik wat humanisme betekent en de belangrijke kenmerken/begrippen die erbij horen, zodat de leerlingen de tweede les over de geschiedenis van het humanisme beter begrijpen. De tweede les bespreek ik ook het christelijk humanisme als stroming van het humanisme. De derde les bespreek ik het hedendaagse humanisme en probeer ik de leerlingen een oordeel te laten ontwikkelen aan de hand van stellingen met betrekking tot waarden van het humanisme. De laatste les zal ik meten aan de hand van een S.O./vragenlijst en een Learner Report (zie bijlage bladzijde 17-26) of de leerlingen kennis opgedaan hebben en een oordeel hebben over het humanisme. In dit paper beschrijf ik uitgebreid de vier lessen die ik zal geven, beginnend met MDA-modellen, gevolgd door een onderbouwing van mijn didactische keuzes, leerlingenmateriaal en ten slotte een docentenhandleiding. In paper 3 ga ik uitgebreider in op het Learner Report als meetinstrument. Nu volgt eerst een samenvatting van paper 1. 1. Samenvatting paper 1 De lessen levensbeschouwing op het Trinitas College zijn meestal gericht op de grote wereldgodsdiensten jodendom, christendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme. Één van de aanwezige grote groepen in Nederland is het humanisme. Desondanks zie ik hier weinig van terug in de methode Perspectief die gebruikt wordt op het Trinitas College. Ook uit de nulmeting is gebleken dat leerlingen weinig kennis hebben van het humanisme. Als ik het probleem dat de leerlingen weinig kennis hebben van het humanisme aanpak met de interventie van een lessenserie over verschillende aspecten van het humanisme (geschiedenis, bronnen, uitgangspunten), dan verwacht ik van de leerlingen meer kennis over deze levensbeschouwing en een waardering of oordeel hiervan, die ze kunnen onderbouwen door middel van de kennis en ervaringen die ze hebben opgedaan tijdens de lessenserie. De kennis en waardering zal ik meten aan de hand van een vragenlijst en een Learner Report. 2. Lesplannen (MDA): Les 1: (Christelijk) Humanisme: een definitie Uit een nulmeting aan de hand van een vragenlijst over het humanisme (zie paper 1), is gebleken dat de leerlingen weinig kennis hebben van het humanisme. In deze les wordt het humanisme geïntroduceerd. Door middel van een woordspin, die tot stand komt door het denken, delen en uitwisselen van de leerlingen, zal nog duidelijker worden wat de leerlingen verstaan onder 2

humanisme. Na een korte definitie van het begrip humanisme gegeven te hebben, gaan de leerlingen zelf verkennen wat het begrip inhoudt door begrippen die gezien worden als kenmerken van het humanisme te definiëren. Zo breiden zij het begrip humanisme uit aan de hand van de begrippen ethiek, rede/ratio, individu, vrijheid en afwijzing van god als noodzakelijke voorstelling. Dit zullen ze doen door middel van de expertmethode, waarbij de leerlingen elkaar zullen onderwijzen. De les wordt afgesloten met een onderwijsleergesprek waarbij het voor de leerlingen duidelijk wordt dat binnen godsdiensten ook humanistische stromingen bestaan en waarbij ik voorbeelden geef van christelijke humanisten. Deze les legt de basis voor de komende lessen, waar de geschiedenis van het humanisme en het hedendaags humanisme besproken zal worden. Docent: G.A. de Guytenaere Lesonderwerp Beginsituatie Leskern Leerdoelen Docentdoelen Boek (+ blz.) Media, spullen, hulp Datum: 25-04- 2011 (Christelijk)Humanisme: een definitie Tijd: 11.25 Klas: G2b Aantal lln: 24 Uit een nulmeting (zie paper 1) is gebleken dat de leerlingen weinig kennis hebben van het humanisme. Veel leerlingen denken wel dat bij het humanisme de mens centraal staat en zorg voor de ander belangrijk is. Het definiëren van humanisme aan de hand van belangrijke begrippen: ethiek, rede/ratio, individu, vrijheid, afwijzing van god als noodzakelijke voorstelling. De leerlingen kunnen een definitie geven van het humanisme. De leerlingen kunnen de begrippen ethiek, rede, individu, vrijheid, godsdienst, als karakteristieken van het humanisme uitleggen. De leerlingen kennen uitgangspunten van het Christelijk humanisme: terug naar de bron, afwijzing onderdrukkende elementen van godsdienst. Organisatorisch, pedagogisch en interpersoonlijke competentie benutten. Vink, T. Humanisme, serie levensbeschouwingen. Budel: 2001, p. 9-17. Kopieën van het lesboek. Tijd Lesfase Leerdoel Wat ik doe en zeg Wat zij doen (werkvorm) Leeractiviteit Noem de specifieke! 5 Ad1 15 Ad2 1.Orient eren op doel 1. voorken nis activere n Kenmerken humanisme Deze les gaan we het hebben over humanisme. Aandachtsrichter: Michael Jackson video, Heal the World starten Uitleg woordspin d.m.v. Denken, Delen, Uitwisselen: Iedere leerling noteert eerst voor zichzelf associaties bij het Zij kijken de video Denken,Delen, Uitwisselen: Ieder noteert voor zichzelf associaties bij het woord Humanisme. Daarna worden ze in tweetallen uitgewisseld en ten Link leggen tussen wat ze zien en humanisme Kenmerken benoemen van het humanisme. 3

5 Ad3 2.Informer en over begrippen / instrueren over vaardighe den 4.verwerki ng instrueren De leerlingen kunnen een definitie geven van het humanisme woord Humanisme. Daarna worden ze in tweetallen uitgewisseld. Ik zal dan aan de verschillende tweetallen hun associaties vragen en deze op het bord schrijven. Inleiding (blz. 9) vertellen Definitie humanisme+ uitleg expert methode opdracht: voordoen aan de hand van ethiek slotte bespreken ze het klassikaal: woordspin. Klassengesprek. Ze kunnen een beknopte definitie van humanisme noemen. Ze kunnen in eigen woorden uitleggen wat Ethiek betekent. 5 Ad4 10 5 3.check De en leerlingen feedback kunnen de 5.begeleid genoemde en begrippen verwerkin uitleggen. g 3.check De en leerlingen feedback kunnen de 5.begeleid genoemde en begrippen verwerkin uitleggen. g 6. evalueren en reflectere n De leerlingen kunnen de genoemde begrippen uitleggen. Ik loop rond en begeleid waar nodig. Ik loop rond en begeleid waar nodig. Ik vraag willekeurige groepjes om een definitie van de begrippen en ik schrijf ze op het bord. Expertmethode: Leerlingen uit verschillende groepjes met hetzelfde begrip zitten bij elkaar en geven een definitie aan het begrip. Expertmethode: Ze keren terug naar hun eigen groepje om de andere leerlingen te onderwijzen. Na de informatieronde ondervraagt ieder groepslid de verschillende docenten tot iedereen alle begrippen weet. 1 Klassengesprek: de leerlingen geven hun definities. De leerlingen definiëren een begrip door deze af te leiden uit de tekst die ze verkent hebben. Ze kunnen aan elkaar uitleggen wat hun begrip betekent en verkennen de definities van de andere begrippen door te ondervragen. De leerlingen kunnen de begrippen uitleggen in hun eigen woorden. 4

5 Ad5 3.Check en feedback De leerlingen kennen uitgangspunt en van het Christelijk humanisme. Vragen stellen over afwijzing god als noodzakelijk en ethiek in humanisme en godsdiensten. Wat zou Christelijk humanisme inhouden: uitleg Christelijk humanisme. Onderwijsleergesprek : De leerlingen bedenken dat humanistische waarden binnen een godsdienst kunnen bestaan door de vragen te beantwoorden. De leerlingen kunnen beredeneren dat humanistische waarden binnen een godsdienst bestaan. Ze kunnen beredeneren dat humanistische waarden binnen godsdiensten de ethiek opgelegd door onderdrukkende macht afwijzen. Ad 1 Ik start de lessenserie met de video Heal the World van Michael Jackson. Deze aandachtstrekker staat in relatie met een aantal leerdoelen van de les (het heeft betrekking op de begrippen ethiek, rede/ratio, individu en vrijheid) en het is gericht op alle leerlingen die zo meer betekenis kunnen geven aan de kern van de les. Doordat ik start met een video, zijn ze snel stil. Ad 2 Aan de hand van de werkvorm Denken Delen Uitwisselen komen de leerlingen door hun voorkennis met elkaar uit te wisselen tot een woordspin, waardoor ze kenmerken kunnen noemen van humanisme. Eerst leg ik de woordspin opdracht uit: 2 minuten, daarna krijgen de leerlinge 2 minuten om voor zichzelf kenmerken te bedenken en vervolgens krijgen ze nog 2 minuten om hun associaties te delen en ten slotte bespreken we de antwoorden klassikaal en komt er een woordspin tot stand. Ad 3 leerlingen breiden door middel van de expertmethode zelf de definitie uit aan de hand van de volgende begrippen: ethiek, rede/ratio, individu, vrijheid, afwijzing van god als noodzakelijke voorstelling (dus niet noodzakelijke afwijzing: zo bestaat het Christelijk humanisme). Ik verdeel de klas in 6 groepjes van 4. het eerste begrip ethiek doe ik door middel van een klassengesprek voor, daarna verdeel ik de vier begrippen over de groepjes. Aan de hand van de tekst die ze hebben gekregen schrijven ze een definitie op van het begrip. Leerlingen uit verschillende groepjes met hetzelfde begrip gaan bij elkaar zitten en om een definitie van het begrip te maken. Daarna keren ze terug naar hun eigen groepje om de andere leerlingen te onderwijzen. Na de informatieronde ondervraagt ieder groepslid de verschillende docenten tot iedereen alle begrippen weet. 2 Hierna vraag ik willekeurige groepjes een definitie. De tafelopstelling is neus tegen neus wat de directe interactie bevordert. 5

Ad 4 Doordat de leerlingen met hetzelfde begrip in eerste instantie bij elkaar zitten, geven ze elkaar feedback en kunnen ze hun antwoorden bijstellen. Wanneer ze terugkeren naar hun eigen groep, passen ze de informatie toe in een nieuwe situatie, waarbij ze als experts aan hun groepsgenoten kunnen uitleggen wat het begrip betekent. Ad5 In een onderwijsleergesprek stel ik de volgende verdiepingsvragen als overgangsbrug naar het Christelijk humanisme: 1. wat is het verschil tussen afwijzing van het geloof in een persoonlijke god als noodzakelijke vooronderstelling en noodzakelijke afwijzing van geloof in een persoonlijke god? 2. Wat denk je dat het verschil is tussen de plaats van ethiek in een humanistische en godsdienstige levensbeschouwing? Nadat deze vragen beantwoord zijn, vraag ik wat mogelijke uitgangspunten kunnen zijn van het christelijk humanisme. Humanisme betekent niet een noodzakelijke afwijzing van een god en ethiek speelt ook een belangrijke rol in godsdiensten, waar het vaker door een gezag wordt opgelegd. Dit hebben ze al besproken, dus het is een check. Het christelijk humanisme wijst de onderdrukkende elementen van godsdiensten af. Doordat ze hier eerst zelf even over nadenken zal de informatie over het christelijk humanisme beter beklijven. De volgende les bespreken we meer van het christelijk humanisme door Erasmus en Thomas More te behandelen. Les 2: Geschiedenis van het humanisme De vorige les hebben de leerlingen een definitie gegeven aan het humanisme. Ze hebben een idee van wat het humanisme inhoudt en weten dat humanisme ook bestaat binnen godsdiensten. Dit zijn belangrijke voorwaarden om de iets te begrijpen van de geschiedenis van het humanisme. Na een korte check van de kennis van de begrippen uit de eerste les, gaan we deze les kijken op welke manier de Klassieke Oudheid, de Renaissance en de Verlichting gezien kunnen worden als humanistische periodes. De leerlingen krijgen de opdracht om een concept map te maken waarbij ieder groepje één tijdsperiode toegewezen krijgt. Ze brengen op de concept map in kaart welke begrippen en personen van belang waren voor het humanisme en maken de verbanden tussen elkaar duidelijk. Aan het eind van de les worden de concept maps gepresenteerd en worden deze door middel van een klassengesprek aangevuld. Nu we belangrijke punten uit de geschiedenis van het humanisme hebben aangestipt, kunnen we het onderwerp van de volgende les, het hedendaagse humanisme, beter begrijpen. 6

Docent: G.A. de Guytenaere Datum:09-05-2012 Tijd:11.25 Klas: G2b Aantal lln:24 5 5 Lesonderwerp Beginsituatie Leskern Leerdoelen Docentdoelen Boek (+ blz.) Media, spullen, hulp Geschiedenis van het humanisme De leerlingen hebben de vorige les belangrijke begrippen van het humanisme van het humanisme geleerd: ethiek, rede, individu, vrijheid, godsdienst en weten dat humanisme ook bestaat binnen het Christendom. De ontstaansgeschiedenis wordt zichtbaar door het schematiseren van belangrijke ideeën uit de klassieke oudheid, de renaissance en de verlichting. De leerlingen kunnen belangrijke begrippen met betrekking tot het humanisme uit de volgende tijdperken met elkaar verbinden: de klassieke oudheid, de renaissance en de verlichting. De leerlingen hebben zicht op de ontstaansgeschiedenis van het humanisme. Organisatorisch, pedagogisch en interpersoonlijke competentie benutten. Vink, T. Humanisme, serie levensbeschouwingen. Budel: 2001, p. 19-35. 6 grote witte vellen, post-its, stiften, plakband. Kopieën van het lesboek. Tijd Lesfase Leerdoel Wat ik doe en zeg 5 Ad1 binnenkom st 1.Oriëntere n op doel, voorkennis diagnostice ren/activer en 3.check en feedback 2.Informeren over begrippen / instrueren over vaardighede n 4.verwerking instrueren De leerlingen kunnen een definitie geven van het (christelijk)hum anisme aan de hand van de begrippen rede/ratio, individu, vrijheid, godsdienst. De leerlingen weten dat er een geschiedkundi ge verdeling van het humanisme kan worden aangehouden. Ga zitten, spullen op tafel, tas van tafel. De vorige les hebben we een definitie gegeven aan het humanisme. Vragen naar de begrippen/christelijk humanisme. Inleiding geschiedenis van humanisme (blz.19) + uitleg opdracht Wat zij doen (werkvorm) Zitten, spullen op tafel, tassen van tafel. herhalen luisteren Leeractiviteit Noem de specifieke! De leerlingen beschrijven de begrippen in hun eigen woorden. De leerlingen kunnen tijdsperiodes noemen die van belang waren voor het humanisme. 10 5.begeleid en verwerking De leerlingen kunnen belangrijke Ik loop rond en begeleid waar nodig. Concept map: Ze schrijven ieder voor zich De leerlingen beoordelen welke begrippen/personen/ge 7

10 Ad2 15 Ad3 3.check en feedback 5.begeleiden verwerking 6.Afronden (evalueren en reflecteren) begrippen met betrekking tot het humanisme uit één van tijdperken benoemen. De leerlingen kunnen belangrijke begrippen met betrekking tot het humanisme uit één van de tijdperken benoemen en met elkaar verbinden. De leerlingen hebben zicht op de ontstaansgesch iedenis van het humanisme. Ik loop rond en begeleid waar nodig. Ik wijs willekeurig één van de leerlingen aan om de poster te presenteren de belangrijke begrippen van hun tijdperk op een post it. Concept map: Met elkaar besluiten ze welke begrippen ze op het vel papier plaatsen. Ze gebruiken pijlen om aan te geven welke begrippen met elkaar in verband staan. Aan de hand van deze concept map moet een logisch verhaal komen over hun periode. Concept map/presentati e: De leerlingen presenteren hun poster en stellen in een klassengesprek vragen bij de andere posters. beurtenissen belangrijk waren voor hun tijdsperiode. De leerlingen beoordelen en kunnen aantonen welke begrippen/mensen/geb eurtenissen in hun tijdperk belangrijk waren voor het humanisme en hoe ze met elkaar in verband staan. De leerlingen presenteren hun gecreëerde concept-map waarbij ze uitleggen en beargumenteren welke begrippen/mensen/gebe urtenissen in hun tijdperk belangrijk waren voor het humanisme en hoe ze met elkaar in verband staan. Ad 1 Ik leid de geschiedenis van het humanisme in door te vertellen dat het een geschiedenis is die met terugwerkende kracht wordt beschreven. Dat wil zeggen dat je terugkijkend naar het verleden, in een bepaalde periode elementen ontmoet die wij nu als humanistisch omschrijven. Ik leg uit dat drie tijdperken gezien kunnen worden als humanistische tijdperken: de Klassieke Oudheid, de Renaissance en de verlichting. De Verlichting en Renaissance waren van speciale betekenis op het moderne humanisme zoals we die de vorige les hebben gedefinieerd, en die grijpen terug op de Klassieke Oudheid (Vink, 2011, p. 19,21). De klas wordt verdeeld in 6 groepjes van 4 personen. Ieder groepje krijgt één van de tijperken toegewezen. Eerst schrijven ze ieder voor zich de belangrijke begrippen op een post it. De leerlingen 8

beoordelen welke begrippen/personen/gebeurtenissen belangrijk waren voor hun tijdsperiode door de tekst goed door te lezen. Ad 2 De leerlingen vergelijken hun post-its met die van hun groepsgenoten. Met elkaar besluiten ze welke begrippen ze op het vel papier plaatsen. Ze doen dit op een bepaalde volgorde die zij van belang vinden en gebruiken pijlen om aan te geven welke begrippen met elkaar in verband staan. Aan de hand van deze concept map moet een logisch verhaal komen over hun periode. Na overlegd te hebben met groepsgenoten beoordelen ze opnieuw welke begrippen/mensen/gebeurtenissen in hun tijdperk belangrijk waren voor het humanisme en hoe ze met elkaar in verband staan. De tafelopstelling is neus tegen neus wat de directe interactie bevordert. Ad 3 Ik zal willekeurig één van de leerlingen aanwijzen om de poster te presenteren. Zo hebben we uiteindelijk 6 concept-maps en hebben de leerlingen samen de geschiedenis van het humanisme in kaart gebracht. Omdat van ieder tijdperk twee concept-maps zijn, kun de leerlingen elkaar aanvullen bij de klassikale presentaties. De leerlingen die een ander tijdperk hadden, kunnen hier vragen stellen aan de experts. Les 3: Humanisme in de maatschappelijke praktijk De vorige lessen hebben de leerlingen een definitie gegeven aan het begrip humanisme en humanistische tijdsperiodes in kaart gebracht. Van speciale betekenis op het moderne humanisme zijn de Verlichting en de Renaissance en die grijpen terug op de Klassieke Oudheid. Deze les bespreken we de uitingsvormen van het moderne humanisme. In een onderwijsleergesprek leren de leerlingen over het Humanistisch Verbond en de bronnen die zij als leidraad gebruiken: de beginselverklaring van het HV en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Ze gaan zelf aan de slag met de UVRM door te kijken naar drie mensjesrechten filmpjes. Tijdens het kijken schrijven ze op van welke mensenrechten spraken zijn en waarom. Na een check in duo s bespreken we klassikaal de verschillen die eruit kwamen. Het laatste gedeelte van de les zullen de leerlingen door middel van een discussie hun mening geven over bepaalde waarden van het humanisme. Op deze manier vormen ze een positieve of negatieve waardering van humanistische waarden. Docent:G.A. de Guytenaere Datum: 16-05-2012 Tijd:11.25 Klas:G2b Aantal lln:24 Lesonderwerp Beginsituatie Humanistisch Verbond: bronnen en doelen De leerlingen zijn bekend met belangrijke kenmerken van het humanisme en hebben zicht op de ontstaansgeschiedenis van het humanisme. 9

Leskern Leerdoelen Docentdoelen Boek (+ blz.) Media, spullen, hulp Tijd Lesfase Leerdoel Wat ik doe en zeg 5 binnenkomst 10 Ad1 2.Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden De leerlingen kunnen vertellen wat het Humanistisch Verbond is. Ze kunnen vertellen wat de Universele Rechten van de Mens inhoud. De leerlingen weten wat het humanistisch verbond is. De leerlingen weten wat de UVRM is en kunnen deze herkennen in filmpjes. De leerlingen vormen meningen over stellingen die betrekking hebben op het humanisme. De leerlingen kunnen vertellen wat het Humanistisch Verbond is. Ze kunnen vertellen wat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens inhoud. Ze herkennen mensenrechtenschendingen en kunnen onderbouwen waarom dat zo is. Ze geven hun mening over standpunten en respecteren elkaars mening. Organisatorisch, pedagogisch en interpersoonlijke competentie benutten. UVRM, PowerPoint/beamer, mensjesrechten: Brigit, Witte Sneeuw, Ivan. Hoedjes. Ik laat de PowerPoint zien, terwijl ik vertel over het HV, de beginselverklaring, hun definitie van humanisme en hun doelen hun leidraad: UVRM. Ik deel deze verklaring uit en wijs leerlingen aan voor te lezen. Wat zij doen (werkvorm) Onderwijsleergesprek. Voorlezen van UVRM. Leeractiviteit Noem de specifie ke! Ze herkennen in de definitie van humanisme van het HV aspecten van de definitie uit les 1. De leerlingen kunnen benoemen wat het Humanistisch Verbond is. Ze kunnen benoemen wat de Universele Rechten van de Mens inhoudt. 20 Ad2 2.Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden. 3.Check & feedback. 4.Verwerking instrueren. 5.Verwerking begeleiden. Ze herkennen mensenrechtensche ndingen en kunnen onderbouwen waarom dat zo is. Ik laat drie mensjesrechten fragmenten zien: Birgit, Witte Sneeuw en Ivan. Schrijf tijdens het filmpje op welke mensenrechten hier geschonden worden of van welke rechten sprake zijn en waaraan je dat kunt zien. Na het filmpje Film met kijkopdracht. Check in duo s. Ze herkennen en benoemen van welke mensenrechten sprake is in de filmpjes. 10

15 Ad3 4.verwerking instrueren. 5.verwerking begeleiden. Ze geven hun mening over standpunten en respecteren elkaars mening. krijgen jullie twee minuten om het met de buurman te overleggen. Start film Ik deel hoedjes uit. Er komen vier stellingen. Wanneer je het met de stelling eens bent doe je het hoedje op. Ik leid de discussie en verhelder begrippen. Discussie/ standpunt onderbouwen. De leerlingen kiezen bewust of ze voor of tegen de stelling zijn. Ze verdedigen hun standpunt en luisteren kritisch en respectvol naar de normen en waarden van een ander. De leerlingen besluiten of ze voor of tegen een stelling zijn. Ze kunnen hun mening beredeneren. Ze kunnen de beredenering van klasgenoten beoordelen. Ad 1 Het volgende zal ik verwerken in een PowerPoint presentatie: Beginselverklaring van het Humanistisch Verbond uit 1973, kenmerken van het humanisme, doelen van het HV en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens als moreel en politiek leidraad voor het HV. Door dit klassikaal te bespreken herkennen ze aspecten van de definitie van het humanisme en kunnen ze benoemen wat het Humanistisch Verbond is en wat de Universele Rechten van de Mens inhoudt. Ad 2 Ik start de filmpjes en geef tussen de filmpjes één minuut ruimte om de beantwoording af te ronden. De leerlingen schrijven voor zichzelf op welke mensenrechten ze herkennen. Daarna doen de leerlingen een check in duo s, wat de veiligheid bevordert. Hierna bespreken we klassikaal de verschillen die eruit kwamen. Zo kunnen ze benoemen en herkennen van welke mensenrechten sprake is in de filmpjes. Human. (2008). Mensjesrechten: Ivan, Birgit, Witte Sneeuw. Geraadpleegd op 10 april 2012, via http://www.hollanddoc.nl/kijk-luister/programma/mensjesrechten.html. Ad 3 Door middel van een discussie zullen de leerlingen zullen de leerlingen hun mening geven over bepaalde waarden van het humanisme. Op deze manier vormen ze een waardering, oordeel hierover. Ik deel hoedjes uit en geef de volgende stellingen, die in mijn PowerPoint Presentatie staan: 1. De verbondenheid van de mens, de mensen zijn in de wereld op elkaar aangewezen. 2. De mens is gelijk. (nee, wel: gelijkwaardig) 3. De mens is vrij en geeft zijn bestaan vorm door te kiezen uit mogelijkheden. 4. De mens is redelijk (moreel gezien) 11

Hierbij worden de volgende begrippen en definities herhaald: Vrij: je kiest altijd. Verantwoord: waarde en gelijkwaardigheid van de mens bij de keuzes Moreel: belangrijke rol van de ethiek in de levensbeschouwing Redelijk: rationaliteit van de mens in de betekenis van redelijkheid Zelfstandig: ongodsdienstigheid, de mens staat op eigen benen. Wanneer leerlingen het eens zijn met de stellingen doen ze het hoedje op. Ik maak duidelijk dat ze naar elkaar luisteren en elkaars mening respecteren. Zo kunnen de leerlingen hun standpunten onderbouwen en die van hun klasgenoten respectvol beoordelen. Les 4: Toets/ Learner Report Als het goed is hebben de leerlingen de afgelopen drie lessen kennis op gedaan over verschillende aspecten van het humanisme: kenmerken, de geschiedenis en hedendaags humanisme. Ook is er in de laatste les ruimte geweest voor de leerlingen om na te denken over waarden van het humanisme en hun mening daarover. Ze hebben hun oordeel van deze waarden kenbaar gemaakt in een discussie. Deze les zal ik meten welke kennis ze daadwerkelijk hebben opgedaan en wat ze over zichzelf en over de wereld met betrekking tot het humanisme hebben geleerd. De leerlingen beantwoorden eerst een aantal kennisvragen in de vorm van een S.O., daarna schrijven ze ieder anoniem een Learner Report. Docent: G.A. de Guytenaere Lesonderwerp Beginsituatie Leskern Leerdoelen Docentdoelen Boek (+ blz.) Media, spullen, hulp Datum: 23-05- 2012 Toets, Learner Report. Tijd: 11.25 Klas: G2b Aantal lln:24 De leerlingen hebben drie lessen gehad over het humanisme. Ze zijn actief bezig geweest met een definitie, kenmerken, de geschiedenis en de UVRM. De leerlingen kunnen benoemen wat ze geleerd hebben van het humanisme. Ze kunnen benoemen wat ze tijdens de lessenreeks geleerd hebben over zichzelf. Ze kunnen benoemen wat ze geleerd hebben over de wereld. Duidelijke instructie geven van de vragen. Toets/ Learner Report. 12

Tijd Lesfase Leerdoel 5 binnenkomst 5 Ad1 40 2.instrueren over vaardigheden 6.afronden en evalueren. De leerlingen kunnen benoemen wat ze geleerd hebben van het humanisme. Ze kunnen benoemen wat ze tijdens de lessenreeks geleerd hebben over zichzelf. Ze kunnen benoemen wat ze geleerd hebben over de wereld. Wat ik doe en zeg Stilte, alleen je etui op tafel Instructie van de toets en vooral het Learner Report. Ik houd toezicht. Wat zij doen (werkvorm ) Zitten. luisteren Ze beantwoorden individueel de vragen. Leeractiviteit Noem de specifieke! Ze benoemen wat ze qua kennis weten van het humanisme door de kennisvragen te beantwoorden. Ze evalueren wat ze over zichzelf en over de wereld geleerd hebben aan de hand van het Learner Report. Ad 1: Ik leg het Learner Report uit. Aan de hand van de kennistoets benoemen de leerlingen wat ze geleerd hebben over het humanisme. Aan de hand van het Learner Report benoemen ze wat ze tijdens de lessenserie over zichzelf en over de wereld geleerd hebben. De leerlingen hebben tot het eind van de les om de toets te maken. Als ze klaar zijn mogen ze in stilte iets voor zichzelf doen (zie docentenhandleiding). 3. Onderbouwing Les 1: (Christelijk) Humanisme: een definitie 13

Ik start de lessenserie met de video Heal the World van Michael Jackson 3. Deze aandachtstrekker staat in relatie met een aantal leerdoelen van de les (het heeft betrekking op de begrippen ethiek, rede/ratio, individu en vrijheid) en het is gericht op alle leerlingen die zo meer betekenis kunnen geven aan de kern van de les (Ebbens, 2009, p. 39). Daarna start ik met een woordspin waarmee de leerlingen betekenis zullen opbouwen (Marzano & Miedema, 2011, p. 74). Ze bouwen de betekenis op door voorkennis op te halen en vanuit die bestaande kennis nieuwe kennis te interpreteren Marzano & Miedema, 2011, p. 73).Ik zal ze individueel aanspreken door gebruik te maken van de werkvorm Denken, Delen, Uitwisselen. Iedere leerling noteert eerst voor zichzelf associaties bij het woord humanisme. Daarna worden ze in tweetallen uitgewisseld en ten slotte klassikaal uitgedeeld. Ik zal dan aan de verschillende groepjes hun associaties vragen en deze op het bord schrijven (Marzano & Miedema, 2011, p. 74). Op deze manier krijg ik meteen zicht op eventuele misconcepties (Marzano & Miedema, 2011, p. 75). Nadat ik een definitie heb gegeven van humanisme zullen de leerlingen door middel van de expertmethode zelf de definitie uitbreiden aan de hand van de volgende begrippen: ethiek, rede/ratio, individu, vrijheid, afwijzing van god als noodzakelijke voorstelling (dus niet noodzakelijke afwijzing: zo bestaat het christelijk humanisme). De klas wordt verdeeld in 6 groepjes van 4. De vier begrippen worden verdeeld over de groepjes, het eerste begrip ethiek doe ik voor. Aan de hand van de tekst die ze hebben gekregen schrijven ze een definitie op van het begrip. Leerlingen uit verschillende groepjes met hetzelfde begrip gaan bij elkaar zitten en om een definitie van het begrip te maken. Daarna keren ze terug naar hun eigen groepje om de andere leerlingen te onderwijzen. Na de informatieronde ondervraagt ieder groepslid de verschillende docenten tot iedereen alle begrippen weet (Ebbens, 2009, p. 109). Hierna vraag ik willekeurige groepjes een definitie. Door gebruik te maken van de expert methode integreer ik mijn ontwerpregels met betrekking tot samenwerkend leren. Ik stel de verdiepingsvragen als overgangsbrug naar het christelijk humanisme. Humanisme betekent niet een noodzakelijke afwijzing van een god en ethiek speelt ook een belangrijke rol in godsdiensten, waar het vaker door een gezag wordt opgelegd. Doordat ze hier eerst zelf even over nadenken zal de informatie over het christelijk humanisme beter beklijven. Les 2: Geschiedenis van het humanisme 3 Michael Jackson (1958-2005), ook wel de King of Pop genoemd, was een Amerikaanse zanger, danser en componist. 14

Ik start met check en feedback door begrippen van les 1 te bespreken, deze begrippen zullen terugkomen. Deze les gaan de leerlingen aan de slag met het maken van een concept map. Ik verdeel de klas in 6 groepjes van 4 personen. Ieder groepje krijgt één tijperk toegewezen. Ze krijgen hierover een stuk tekst dat wellicht iets boven hun niveau is, maar het is de bedoeling dat ze belangrijke begrippen uit de tekst halen en deze met elkaar in verband kunnen brengen in de vorm van een concept map. Zo zijn er aan het eind van de les 6 concept-maps waarin de leerlingen samen de geschiedenis van het humanisme in kaart hebben gebracht. Eerst schrijven ze ieder voor zich de belangrijke begrippen op een post-it, daarna vergelijken ze hun post-its met die van hun groepsgenoten. Met elkaar besluiten ze welke begrippen ze op het vel papier plaatsen. Ze doen dit op een bepaalde volgorde die zij van belang vinden en gebruiken pijlen om aan te geven welke begrippen met elkaar in verband staan. Aan de hand van deze concept map moet een logisch verhaal komen over hun periode. Ik zal willekeurig één van de leerlingen aanwijzen om de poster te presenteren. Omdat er van ieder tijdperk twee concept-maps zijn, kunnen de leerlingen elkaar aanvullen. Hierin zijn net als bij de woordspin en de expertmethode mijn ontwerpregels van samenwerkend leren geïntegreerd: wederzijdse afhankelijkheid omdat de groepjes uiteindelijk informatie van elkaar krijgen, individuele aanspreekbaarheid, omdat iedere leerling willekeurig naar voren geroepen kan worden om de concept map uit te leggen. Directe interactie, sociale vaardigheden en bijstelling van groepsprocessen, omdat ze samen tot een concept map komen waarbij intensief overlegd zal worden (Ebbens, 2009, p. 94,95). Door positieve wederzijdse afhankelijkheid ervaren de leerlingen dat ze elkaar nodig hebben om de opdracht te vervullen en er moet inzet zijn van alle betrokkenen (Ebbens, 2009, p. 95). De leerlingen ondersteunen elkaar door directe interactie en ze communiceren op directe wijze met elkaar (Ebbens, 2009, p. 97). Op deze manier moeten ze dus samen problemen verkennen en zo verwerven de leerlingen met elkaar een genuanceerd beeld van het humanisme. Zoals beschreven staat in Ebbens, kunnen we pas verwachten dat leerlingen actief zijn wanneer ze deelnemer zijn in de klas en actief betrokken bij het klassengebeuren, wanneer ze iets te vertellen hebben (Ebbens, 2009, p. 145,146). Er moet rekening gehouden worden met de basisbehoeften van de leerling: autonomie, relatie en competentie. De leerling moet eigen besluiten kunnen nemen, het gevoel hebben erbij te horen als onderdeel van de groep en zich bekwaam voelen (Ebbens, 2009, p. 148). Dit zien we terug in zowel de woordspin, de expertmethode en de concept map. Wanneer leerlingen denken over en handelen met kennis, zijn ze actief bezig, wat ervoor zorgt dat de leerinhouden in het kennissysteem van de leerling wordt opgenomen. Als de leerlingen zelf onderzoeken, ontwerpen, presenteren en reflecteren houden ze zin in leren, zorgen ze voor feedback en zijn ze kritisch op hun eigen aanpak (Marzano & Miedema, 2011, p. 15,16). 15

Bij de eerste twee lessen zal ik de tafels in groepjes zetten. De opstelling van de tafels neus tegen neus is een interactieve opstelling voor directe interactie (Ebbens, 2009, p. 97). Les 3: Humanisme in de maatschappelijke praktijk Klassikaal het Humanistisch Verbond grondbeginsel en doelstellingen uitleggen aan de hand van een PowerPoint presentatie, zodat ze het gevisualiseerd zien. Daarna klassikaal de UVRM bespreken. Hierna laat ik 3 mensjesrechten fragmenten zien. Van de te voren krijgen ze bij ieder filmpje de kijkvragen: Welke rechten worden hier geschonden of van welke mensenrechten zijn sprake? Waaraan zie je dat? Ik laat iedere keer een minuut ertussen zodat ze de beantwoording van de vraag kunnen afronden. Na afloop krijgen ze twee minuten om de antwoorden met de buurman te bespreken door middel van de samenwerkingsvorm check in duo s, wat bijdraagt aan de veilige leeromgeving doordat de leerlingen zo eerder zichtbaar durven te zijn en zich individueel aanspreekbaar voelen (Ebbens, 2009, p. 29). Op deze manier gaan de leerlingen zelf met de bron aan de slag en doordat bepaalde rechten gevisualiseerd worden, zullen ze beter blijven hangen. Een bijdrage aan het genuanceerde beeld kan worden geleverd wanneer ik dimensie 3: denken over normen en waarden uit Leren in 5 dimensies van Marzano en Miedema integreer in mijn ontwerp. Dit doe ik door de leerlingen verschillende stellingen te geven waarbij ze hun hoedje op doen als ze het met stelling eens zijn en af laten als ze het er niet mee eens zijn. Hierbij analyseren de leerlingen hun eigen en andermans standpunten. Een belangrijk effect hiervan is dat de leerlingen leren tijd te nemen om elkaars meningen, normen en waarden te analyseren (Marzano & Miedema, 2011, p. 150). De leerlingen werken samen door naar elkaar te luisteren en zo eventueel hun beeld bij te stellen. Zo leren ze ook kritisch denken waarbij ze open staan voor verschillende ideeën en andermans meningen (Marzano & Miedema, 2011, p. 205). Door middel van deze stellingen bespreken we net als in de eerste les belangrijke karakteristieken van het humanisme: vrij, verantwoord, moreel, redelijk en zelfstandig. Door de herhaling hiervan en de toepassing in een andere context zal deze kennis beter beklijven. 16

Les 4: Toets en Learner Report Deze les bestaat uit het afnemen van de toets naar kennisvragen en het Learner Report waarmee ik de leeropbrengst en de waardering/oordelen meten. De leeropbrengst zal ik meten aan de hand van een vragenlijst, waarvoor ik mijn reeds gebruikte vragenlijst voor de nulmeting als basis voor heb gebruikt. De uitkomsten van de tweede vragenlijst zal ik afzetten tegen de nulmeting. De waardering zal ik meten door de leerlingen een Learner Report te laten schrijven. Dit is een zelfrapportageinstrument om leereffecten te achterhalen die niet of moeilijk objectief te toetsen zijn. De antwoorden die de leerlingen geven op het Learner Report, geven inzicht in wat zij geleerd hebben over de wereld en over zichzelf en wat zij daarbij geleerd hebben over regels en uitzonderingen op regels. Ik zal kiezen voor een open Learner Report. In paper 3 ga ik hier uitgebreid op in. 17

1. Bijlage 1: leerlingenmateriaal: Vragenlijst (S.O.) en Learner report (Voor teksten uit het lesboek Humanisme zie extra bijlage) S.O. Humanisme G2b Succes! 1. In hoeverre spreken de volgende religies/levensbeschouwingen je aan? (Omcrikel: waarbij 1 is helemaal niet en 5 heel erg) Christendom 1 2 3 4 5 Jodendom 1 2 3 4 5 Islam 1 2 3 4 5 Humanisme 1 2 3 4 5 Boeddhisme 1 2 3 4 5 Hindoeïsme 1 2 3 4 5 2. Wat zijn belangrijk kenmerken van het humanisme? Noem er 3. 3. Welke tijdsperioden waren van speciale betekenis als voorbereiding op het moderne humanisme, waarin de waarden van het humanisme tot zijn recht zijn gekomen? Noem er 3. 4. Welke Bronnen worden door aanhangers van het Humanistisch Verbond als richtlijn gebruikt? Noem er minstens één. 5. Noem twee Humanistische denkers. 6. Noem 3 mensenrechten uit de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. 18

Learner Report Humanisme G2b Dit mag anoniem worden ingevuld Met dit Learner Report willen we erachter komen wat jij van de lessen Humanisme geleerd hebt, wat jij vindt dat je er aan gehad hebt. Met leren bedoelen we niet alleen meer kennis gekregen hebben, maar ook wat je door de lessen over jezelf geleerd hebt. Om je te helpen met het naar boven halen van leerzinnen, bevat het leerverslag twee hulpmiddelen: denkrubrieken en aanloopzinnen. Denkrubrieken Het leerverslag bevat vier rubrieken van leerzinnen die je op ideeën kunnen brengen. Op elke pagina van je leerverslag begint een nieuwe rubriek: Rubriek A: Alles wat je ontdekt hebt over hoe de dingen zijn, hoe iets werkt, hoe iets in elkaar zit, feiten, regels, regelmatigheden. Rubriek B: Alles wat je ontdekt hebt aan uitzonderingen: dat sommige dingen anders zijn dan je eerst dacht, dat iets niet zo is of niet zo werkt, dat iets anders gedaan moet worden dan je dacht. Dingen waardoor je verrast bent. Rubriek C: Alles wat je ontdekt hebt over jezelf. Inzichten over hoe je bent, hoe je reageert, waarvan je houdt, hoe je het liefst werkt. Rubriek D: Alles wat je ontdekt hebt aan uitzonderingen over jezelf: dat je niet altijd zo bent als je dacht, dat je dacht dat je altijd zus of zo deed, maar dat dat niet in alle omstandigheden zo blijkt te zijn. Dat je van andere dingen houdt, op een andere manier reageert, of op een andere manier werkt, dan je dacht. Verrassingen over jezelf. In schema: Regels Uitzonderingen De wereld buiten jezelf A B Jezelf C D Aanloopzinnen Om ideeën als het ware uit je geheugen te trekken, kun je gebruik maken van aanloopzinnen, zoals: -Ik heb geleerd dat (ik)..., want/omdat/bijvoorbeeld... -Ik heb geleerd dat het niet waar is dat (ik)... want/omdat/bijvoorbeeld... 'Leren' is misschien niet altijd het juiste woord. Je kunt zinnen ook beginnen met: -Ik heb ontdekt, gemerkt, weet nu dat/hoe... -Ik ben erachter gekomen, heb ervaren, begrijp nu dat/hoe... 19

RUBRIEK A VAN DE LESSEN OVER HET HUMANISME HEB IK GELEERD DAT/HOE Je kunt dingen geleerd hebben waardoor je algemene regels, regelmatigheden, feiten, technieken, methodes kent. Weten hoe iets moet, hoe iets is, hoe iets in elkaar zit. Aanloopzinnen: -Ik heb geleerd/gemerkt/ontdekt dat... want/omdat/toen/bijvoorbeeld... -Ik heb geleerd/gemerkt/ontdekt hoe... want/omdat/toen/bijvoorbeeld... Schrijf hieronder en op het volgende blad zoveel mogelijk leerzinnen op die op jou van toepassing zijn. 20

VERVOLG RUBRIEK A 21

RUBRIEK B VAN DE LESSEN OVER HET HUMANISME HEB IK GELEERD DAT HET NIET WAAR IS DAT... Je kunt geleerd of ontdekt hebben dat er uitzonderingen zijn: dingen die anders bleken dan je vroeger altijd dacht. Verrassingen over dingen. Aanloopzinnen: Ik heb geleerd/gemerkt/ontdekt/weet nu dat het niet waar is dat... dat het niet zo is dat... dat er ook... dat niet alle... terwijl ik vroeger dacht dat... Schrijf hieronder en op het volgende blad zoveel mogelijk leerzinnen op die op jou van toepassing zijn. 22

VERVOLG RUBRIEK B 23

RUBRIEK C VAN DE LESSEN OVER HET HUMANISME HEB IK GELEERD DAT IK Je kunt dingen geleerd of ontdekt hebben over jezelf. Over hoe je bent, hoe je reageert, hoe je het liefst of het beste werkt, waar je van houdt, waar je een hekel aan hebt. Aanloopzinnen: Ik heb geleerd/ontdekt/gemerkt/weet nu dat ik... dat ik...vind dat ik goed/slecht ben in... dat ik...leuk/mooi/interessant vind dat ik...vervelend/lelijk/... vind dat ik... het beste...(zus of zo) kan aanpakken want/omdat/toen/bijvoorbeeld... Schrijf hieronder en op het volgende blad zoveel mogelijk leerzinnen op die op jou van toepassing zijn. 24

VERVOLG RUBRIEK C 25

RUBRIEK D VAN DE LESSEN OVER HET HUMANISME HEB IK GELEERD DAT HET NIET WAAR IS DAT IK Je kunt uitzonderingen geleerd hebben over jezelf. Ontdekt hebben dat je niet altijd zo bent als je dacht, dat je van andere dingen houdt, op een andere manier reageert, te werk gaat dan je altijd dacht. Verrassingen over jezelf. Aanloopzinnen: Ik heb geleerd/ontdekt/gemerkt/weet nu dat het niet waar is dat ik altijd... dat ik nooit... dat ik goed/slecht ben in... dat ik altijd...leuk/vervelend vind dat ik ook... dat ik (iets)...altijd op...(manier) hoef aan te pakken, maar dat ik ook... terwijl ik vroeger dacht dat ik... Schrijf hieronder en op het volgende blad zoveel mogelijk leerzinnen op die op jou van toepassing zijn. 26

VERVOLG RUBRIEK D BEDANKT! 27

2. Bijlage 2: Docenthandleiding Les 1: (Christelijk) Humanisme: een definitie Beginsituatie: Uit een nulmeting is gebleken dat de leerlingen weinig kennis hebben van het humanisme. Veel leerlingen denken wel dat bij het humanisme de mens centraal staat en zorg voor de ander belangrijk is. Leskern: Het definiëren van humanisme aan de hand van belangrijke begrippen: ethiek, rede/ratio, individu, vrijheid, afwijzing van god als noodzakelijke voorstelling. Leerdoelen: De leerlingen kunnen een definitie geven van het humanisme. De leerlingen kunnen de begrippen ethiek, rede, individu, vrijheid, godsdienst, als karakteristieken van het humanisme uitleggen. De leerlingen kennen uitgangspunten van het Christelijk humanisme: terug naar de bron, afwijzing onderdrukkende elementen van godsdienst. Materiaal: kopieën van het lesboek: Vink, T. Humanisme, serie levensbeschouwingen. Budel: 2001, p. 9-17. De tafelopstelling is in groepjes van vier, neus tegen neus wat de directe interactie bevordert. De les wordt gestart met de video Heal the World van Michael Jackson als aandachtstrekker, waarin de begrippen ethiek, rede/ratio, individu en vrijheid naar voren komen. Daarna start ik met een woordspin waarmee de leerlingen betekenis zullen opbouwen. Ik zal ze individueel aanspreken door gebruik te maken van de werkvorm Denken, Delen, Uitwisselen. Iedere leerling noteert eerst voor zichzelf associaties bij het woord humanisme(2 min.). Daarna worden ze in tweetallen uitgewisseld(2 min.) en ten slotte klassikaal uitgedeeld. Ik zal dan aan de verschillende tweetallen hun associaties vragen en deze op het bord schrijven. Op deze manier krijg ik meteen zicht op eventuele misconcepties. (totaal: 15 min.) Ik geef een inleiding op humanisme en een definitie van het humanisme (Humanisme blz. 9-11) Ik geef een uitleg van de opdracht (5 min.): de leerlingen gaan zelf de definitie uitbreiden aan de hand van de volgende begrippen: Ethiek (moreel) Rede/ratio (redelijk) Individu (verantwoord) Vrijheid (vrij) 28

Afwijzing God als noodzakelijke voorstelling : dus niet noodzakelijke afwijzing: Christelijk humanisme: (zelfstandig). De klas wordt verdeeld in 6 groepjes van 4. De vier begrippen worden verdeeld over de groepjes, het eerste begrip Ethiek doe ik voor. Aan de hand van de tekst die ze hebben gekregen schrijven ze een definitie op van het begrip. Leerlingen uit verschillende groepjes met hetzelfde begrip gaan bij elkaar zitten en maken een definitie van het begrip (5 min.). Daarna keren ze terug naar hun eigen groepje om de andere leerlingen te onderwijzen. Na de informatieronde ondervraagt ieder groepslid de verschillende experts tot iedereen alle begrippen weet. (10 min.) Hierna vraag ik willekeurige groepjes een definitie. (5 min.) In zowel de expertmethode als het woordpin zijn de leerlingen samenwerkend aan het leren, zo is er sprake van wederzijdse afhankelijkheid omdat de groepjes uiteindelijk informatie van elkaar krijgen, individuele aanspreekbaarheid, omdat iedere leerling willekeurig naar voren geroepen kan worden om de concept map uit te leggen. Directe interactie, sociale vaardigheden en bijstelling van groepsprocessen, omdat ze samen tot iets komen waarbij intensief overlegd zal worden. Verdiepingsopdracht Klassikaal bespreken(5 min.): 1. wat is het verschil tussen afwijzing van het geloof in een persoonlijke god als noodzakelijke vooronderstelling en noodzakelijke afwijzing van geloof in een persoonlijke god. 2. Wat denk je dat het verschil is tussen de plaats van ethiek in een humanistische en godsdienstige levensbeschouwing. 3. Na deze vragen beantwoord te hebben, wat zouden uitgangspunten kunnen zijn van het christelijk humanisme? Ik stel de verdiepingsvragen als overgangsbrug naar het christelijk humanisme. Humanisme betekent niet een noodzakelijke afwijzing van een god en ethiek speelt ook een belangrijke rol in godsdiensten, waar het vaker door een gezag wordt opgelegd. Doordat ze hier eerst zelf even over nadenken zal de informatie over het christelijk humanisme beter beklijven. Ik vertel het volgende over het christelijk humanisme: In de 15 e en 16 e eeuw ontstond in Europa het verlangen om de studie van de bijbel en de kerkvaders te laten herleven. Door terug te keren naar de bron, de Bijbel, wilden mensen als Erasmus de christelijke religie hernieuwen en de ethische en spirituele kant ervan versterken. De bestudering van de bijbel kon volgens hen niet zonder een gelijktijdige studie van de heidense teksten uit de Klassieke 29

Oudheid. Thomas More wilde een hervorming van de katholieke kerk:terug naar de bron en het evangelie begrijpen met behulp van Griekse en Romeinse filosofen en schrijvers. Kritisch naar de tekst van de bijbel kijken en kritiek op kerkelijke praktijken zoals aflatenhandel en de onderdrukkende kerkelijke macht zijn kenmerkend voor het christelijk humanisme. Deze stroming van christelijk humanisme is van invloed geweest op de reformatie van Maarten Luther die vlak daarna terug wilde naar het schrift (Bell, T. (2009). De bijbel nieuw lezen. Bijbels humanisme. Geraadpleegd 6 april 2012, via http://www.humanistischecanon.nl/christelijk_humanisme) Meer hierover zien we de volgende les terug bij de geschiedenis van het humanisme. Antwoordmodel begrippen In ieder geval moeten de definities van de begrippen over het volgende beschikken: Ethiek (moreel): stelsel van normen en waarden, hoe het hoort te zijn, door de mens zelf verworven en niet opgelegd van bovenaf. Rede/ratio (redelijk): we moeten onze eigen rede gebruiken bij het onderzoeken van leven en de wereld. Kritisch gebruik en niet blind gezag volgen. Individu (verantwoord): ieder individu vertegenwoordigt het mens-zijn en heeft recht op respect. Ieder mens heeft het recht om zijn persoonlijkheid te ontwikkelen en de plicht dit een ander niet te ontnemen. Vrijheid (vrij) : de mens is vrij waardoor mogelijkheden die ieder mens bezit kunnen ontwikkelen. Afwijzing God als noodzakelijke voorstelling : (zelfstandig): dus niet noodzakelijke afwijzing: christelijk humanisme. Het humanisme is tegen onderdrukkende elementen in godsdiensten. Les 2: Geschiedenis van het humanisme Beginsituatie: De leerlingen hebben de vorige les belangrijke begrippen van het humanisme van het humanisme geleerd: ethiek, rede, individu, vrijheid, godsdienst en weten dat humanisme ook bestaat binnen het Christendom. Leskern: De ontstaansgeschiedenis wordt zichtbaar door het schematiseren van belangrijke ideeën uit de klassieke oudheid, de renaissance en de verlichting. Leerdoelen: De leerlingen kunnen belangrijke begrippen met betrekking tot het humanisme uit de volgende tijdperken met elkaar verbinden: de klassieke oudheid, de renaissance en de verlichting. De leerlingen hebben zicht op de ontstaansgeschiedenis van het humanisme. 30

Materiaal: 6 grote witte vellen, post-its, stiften, plakband. Kopieën van het lesboek: Vink, T. Humanisme, serie levensbeschouwingen. Budel: 2001, p. 19-35. De tafelopstelling is in groepjes van vier, neus tegen neus wat de directe interactie bevordert. Ik begin met een check en feedback van les 1 waarbij ik de behandelde begrippen bespreek. (5 min.) Ik leid de geschiedenis van het humanisme in door te vertellen dat het een geschiedenis is die met terugwerkende kracht wordt beschreven. Dat wil zeggen dat je terugkijkend naar het verleden, in een bepaalde periode elementen ontmoet die wij nu als humanistisch omschrijven. Ik leg uit dat drie tijdperken gezien kunnen worden als humanistische tijdperken: de Klassieke Oudheid, de Renaissance en de verlichting. De verlichting en Renaissance waren van speciale betekenis op het moderne humanisme zoals we die de vorige les hebben gedefinieerd, en de grijpen terug op de klassieke oudheid (Vink, 2001, p. 19-21). Hierna leg ik de opdracht uit. (5 min.) De opdracht is als volgt: De klas wordt verdeeld in 6 groepjes van 4 personen. Ieder groepje krijgt één van de tijperken toegewezen. Ze krijgen hierover een stuk tekst dat wellicht iets boven hun niveau is, maar het is de bedoeling dat ze belangrijke begrippen uit de tekst halen en deze met elkaar in verband kunnen brengen in de vorm van een concept map. Zo hebben we uiteindelijk 6 conceptmaps en hebben de leerlingen samen de geschiedenis van het humanisme in kaart gebracht. Eerst schrijven ze ieder voor zich de belangrijke begrippen op een post it (10 min.), daarna vergelijken ze hun post-its met die van hun groepsgenoten. Met elkaar besluiten ze welke begrippen ze op het vel papier plaatsen. Ze doen dit op een bepaalde volgorde die zij van belang vinden en gebruiken pijlen om aan te geven welke begrippen met elkaar in verband staan. Aan de hand van deze concept map moet een logisch verhaal komen over hun periode (10 min.). Ik zal willekeurig één van de leerlingen aanwijzen om de poster te presenteren. Omdat van ieder tijdperk twee concept-maps zijn, kun de leerlingen elkaar aanvullen. De leerlingen die een ander tijdperk hadden, kunnen hier vragen stellen aan de experts (15 min.). Wederom is hier sprake van wederzijdse afhankelijkheid omdat de groepjes uiteindelijk informatie van elkaar krijgen, individuele aanspreekbaarheid, omdat iedere leerling willekeurig naar voren geroepen kan worden om de concept map uit te leggen. Directe interactie, sociale vaardigheden en bijstelling van groepsprocessen, omdat ze samen tot een concept map komen waarbij intensief overlegd zal worden. 31