Gemeente WATOU Parochiekerk Sint-Bavo

Vergelijkbare documenten
Gemeente KEIEM Parochiekerk Sint-Niklaas

Stad POPERINGE Parochiekerk Onze Lieve Vrouw

Gemeente OOSTDUINKERKE Parochiekerk Sint-Niklaas

Gemeente SINT-JAN-TER-BIEZEN Parochiekerk Sint-Jan

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Administratieve entiteit RUISELEDE Gemeente RUISELEDE Kapel in het klooster der Zusters van O.-L.-Vrouw van VII Weeën (Bruggestraat 29)

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

De kerk is beschermd als monument, MB 23.VII.1993.

OOSTKAMP_DORPSGEZICHT KERK WAARDAMME BIJLAGE 8_INVENTARIS ORGEL

Gemeente RUMBEKE Parochiekerk Sint-Godelieve

Administratieve entiteit ANZEGEM Gemeente VICHTE Parochiekerk Sint-Stephanus & Theodoricus (Oudenaardestraat, z.nr.)

Stad IEPER Parochiekerk Sint-Jacob

Gemeente BRIELEN Parochiekerk O.L.Vrouw ten Brielen

Gemeente ZANDVOORDE Parochiekerk Sint-Bartholomeus

Gemeente DIKKEBUS Parochiekerk Sint-Jan Baptist

Gemeente BEVEREN aan de IJzer Parochiekerk Sint-Audomarus

Gemeente ROESBRUGGE Parochiekerk Sint-Martinus

Gemeente AVEKAPELLE Parochiekerk Sint-Michiel

Het orgel is beschermd als monument, KB 14.X Auteur instrument : Corneille Cacheux (F Arras) Bouwjaar : 1736

Gemeente LANGEMARK Wijk MADONNA Parochiekerk O.L.Vrouw Onbevlekte Ontvangenis

Gemeente ADINKERKE Parochiekerk Sint-Audomarus

Gemeente PASSENDALE Parochiekerk Sint-Audomarus

Voorgeschiedenis Over het al dan niet aanwezig zijn van een orgel, en zijn historiek, in de oude kerk (dus vóór 1840) zijn geen gegevens voorhanden.

Gemeente DE PANNE Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw

wijk TEN EDE (Ten Ede Dorp, z.nr.)

Gemeente WOESTEN Parochiekerk Sint-Rectrudis

Het gasthuis is beschermd als monument, MB 26.I.1987

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Wijk DE KLIJTTE Parochiekerk Onze Lieve Vrouw

Gemeente BOOITSHOEKE Parochiekerk Sint-Audomarus

De kerk is beschermd als monument, KB 28.V.2003

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Administratieve entiteit KUURNE Gemeente KUURNE wijk Sint-Catharina Parochiekerk Sint-Catharina van Alexandrië (Sint-Katrienplein, z.nr.

Gemeente ZONNEBEKE Parochiekerk Onze Lieve Vrouw

Gemeente LEISELE Parochiekerk Sint-Martinus

Administratieve entiteit MOORSLEDE Gemeente DADIZELE Parochiekerk Onze Lieve Vrouw Onbevlekt Ontvangen

Stad MESEN (Franse naam : Messines) Parochiekerk Sint-Niklaas

Dispositie (registerschakelaars op één horizontale rij)

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Administratieve entiteit AVELGEM Gemeente WAARMAARDE Parochiekerk O.-L.-Vrouw Geboorte & Sint-Eligius (O.-L.-Vrouwstraat, z.nr.)

De kerk is deels beschermd als monument, KB 20.II.1939 (absissen & oude delen)

Gemeente LANGEMARK Parochiekerk Sint-Paulus

DIEST Begijnhof Sint Catharinakerk

Het klooster is beschermd als monument, MB 26.I.1987

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Docenten: KEES VAN HOUTEN, orgel JOOST VERMEIREN (B), orgel en clavecimbel GERARD HABRAKEN, orgel

Administratieve entiteit ANZEGEM Gemeente ANZEGEM Parochiekerk Sint-Jan Baptist & Sint-Eligius (Dorpsplein, z.nr.)

Parochiekerk Sint-Carolus

Stad POPERINGE Parochiekerk Sint-Jan

Administratieve entiteit ROESELARE Stad ROESELARE Kerk van de Verenigde Protestantse Kerk van België (Jan Mahieustraat 21)

klavier

Administratieve entiteit TIELT Gemeente KANEGEM Parochiekerk Sint-Bavo (Kanegemdorp 1)

Informatie over het grote orgel en het koor positief in de Oude kerk van de Hervormde Gemeente te Barneveld.

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Gemeente WULVERINGEM Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw

Parochiekerk Sint-Leo & O.-L.-Vrouw Bezoeking

Administratieve entiteit ANZEGEM Gemeente ANZEGEM Klooster der Zusters van de H. Vincentius (Kerkstraat 86)

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

De kerk is beschermd als monument, KB 20 febr

Gemeente RENINGELST Parochiekerk Sint-Vedastus

HET HOOGHUYSORGEL te Dudzele

Administratieve entiteit KORTRIJK Stad KORTRIJK Parochiekerk Sint-Elooi (alias Sint-Eligius) (Overleiestraat)

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

ORGEL in de ned. herv. kerk te Grijpskerke

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Het Orgel in de. St. Martinuskerk te Groningen. thans in de. St. Martinkirche te Beckum, Duitsland

Organ Academy Maastricht 2014

Zaterdag 20 oktober: najaarsexcursie naar Brabants Noordwesthoek

FLENTROP ORGELBOUW B.V. ZAANDAM

Parochiekerk Sint-Augustinus

Stad IEPER Parochiekerk Sint-Pieter

Administratieve entiteit DENTERGEM Gemeente WAKKEN Parochiekerk Sint-Petrus & Sint-Catharina (Wapenplaats)

Zaterdag 14 april 2018 Boxtel. Uitnodiging tot het maken van nieuwe composities voor. stem en orgel

De kapel en de oude delen van het hospitaal zijn beschermd als monument, KB 19.IV.1937

Gemeente STAVELE Parochiekerk Sint-Jan's-Onthoofding

Gemeente PERVIJZE Parochiekerk Sint-Niklaas & Sint-Catharina

De beginselen van het registreren

Administratieve entiteit EEKLO Stad EEKLO Kloosterkerk van de voorm. paters Minderbroeders ("Paterskerk"), Markt 27

Stad DIKSMUIDE Parochiekerk Sint-Niklaas

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Gemeente SINT-JORIS Parochiekerk Sint-Joris

Drie studie-/contactdagen voor organisten 2017

Technische fiche GC het Marca

De kerk (enkel toren en voorgevel) is beschermd als monument, KB 26.XI.1942 nota : het orgel staat niet onder de beschermde toren

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Van Dam Orgel te Oosterhesselen. wetenswaardigheden van een boeiend instrument

Haagse Orgel Kring Opgericht 10 November 1951

Gemeente KOEKELARE Parochiekerk Sint-Martinus

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Administratieve entiteit ROESELARE Stad ROESELARE Kloosterkerk der paters Redemptoristen Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand

Administratieve entiteit MOORSLEDE Gemeente MOORSLEDE Klooster & school Onze-Lieve-Vrouw-ten-Bunderen Stationsstraat 49

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

De kerk is beschermd als monument, MB 4.XII.2003

FLENTROP ORGELBOUW B.V. ZAANDAM ORGELS TE KOOP FOR SALE / ZU VERKAUFEN. Hieronder presenteren wij enkele orgels die voor verkoop beschikbaar zijn.

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Restauratie van. Het Proper-Orgel. van Me Hervormde kerk van Zweeloo

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS

Transcriptie:

VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS Provincie West-Vlaanderen Administratieve entiteit POPERINGE Gemeente WATOU Parochiekerk Sint-Bavo Arrondissement Ieper KERK Gotische hallekerk, gebouwd in de 16 de e., ter vervanging van een romaans bedehuis uit vermoedelijk 12 de e. Beschadigingen tijdens de beeldenstorm en tijdens de Franse Overheersing. Verbouwing in de 18 de e. Nieuwe bouwcampagne na de heropening der kerken (1804 e.v.); portaal van 1837, kruisgewelf van 1840, en andere interieurwijzigingen. Nieuwe bouwcampagne rond 1900, niet voltooid vermoedelijk wegens het uitbreken van de eerste wereldoorlog. Witbepleisterd interieur. De kerk is beschermd als monument, K.B. 20 II 1939. ORGEL Voorgeschiedenis In 1725 werd het oud orgel van de kerk van Wervik overgenomen; dit is wellicht het eerste orgel dat in Watou gestaan heeft. In 1769 werd een nieuw orgel aangekocht; leveranciers waren: - F.J. Cretuil, uit Séclin, voor de orgelkast, - J.J. Vanderhaeghen, uit Rijsel, voor het instrument. Dit orgel is wellicht beschadigd of deels vernield bij de franse inval op het eind van de 18 de eeuw; in 1820 werd het overgenomen door R. Germain die een nieuw orgel leverde. Historiek vanaf 1815 - In 1815 werd een nieuw orgel geplaatst door R. Germain, een noordfranse orgelmaker die toen in Ieper woonde; de bouw geschiedde in fasen en werd voltooid in 1820. In het instrument in zijn huidige vorm is nog een hoeveelheid pijpwerk aan te treffen dat van Germain kan zijn. - In 1837 dient Pierre van Peteghem (jr.), uit Gent, een voorstel in tot herstelling van pijpwerk en blaasbalgen, voor 300 gulden; het is niet bekend of dit werk ook uitgevoerd werd. - In 1845 worden herstellingen en wijzigingen uitgevoerd door Charles Louis van Houtte uit Waregem. - In 1857 worden verdere wijzigingen verricht door Fr. Ureel, die dan nog in de nabije gemeente Krombeke woonde. - In 1911-12 krijgt het orgel zijn huidige vorm en uitzicht, bij een grondige renovatie door J. Anneessens uit Menen.

INSTRUMENT Dispositie Grand Orgue Récit Pédale Montre 8 Diapason 8 Sousbasse 16 Bourdon 8 Voix céleste 8 Bourdon 8 Violon 8 Flûte 8 Flute 8 Bourdon 16 Flûte harmonique 8 Bourdon 8 Salicional 8 Quinte 6 Quinte 2 2 /3 Prestant 4 Prestant 4 Flûte 4 Doublette 2 Trompette 8 Fourniture 3 r pedalen: - Grand orgue à la pédale - Récit au pédalier - Réunion des claviers \ (zweltrede) manuaalomvang : C - g 3 pedaalomvang : C - f 1 Klaviatuur - vrijstaande speeltafel vóór het orgel - gesigneerd J. Anneessens-Ruyssers Menin Halluin Belgique France - ronde registertrekkers op een horizontale rij; ingewerkte porceleinen naamplaatjes wit = Grand Orgue, roze = Récit, blauw = Pédale - wanneer de Voix céleste getrokken wordt komt de trekker van de Salicional automatisch mee Pijpwerk * front Groot Orgel - in origine was de middentoren niet-sprekend; de velden waren aangesloten - de torens zijn in de loop van de geschiedenis gewijzigd qua invulling - in de huidige situatie niet aangesloten (loos front) - pijpwerk met tamelijk hoog tingehalte; dunwandig; toonhoogte-inscripties aanwezig; in de corpora zijn hier en daar gaten gestoken - de pijpen van de torens staan op opgespijkerde blokken; deze blokken bevatten een vertikale regelschuif - thans met alu-brons geverfd - de brillen zijn nog grotendeels origineel - 1 frontpijp uit de linkse zijtoren is weggenomen; ze ligt ineengeplooid in de voet van de orgelkast * front Positief - van het originele Rugpositief (4') blijft enkel het front in de doksaalbalustrade over - frontpijpen met hoog tingehalte; thans met aluminiumbrons

geverfd - opgeworpen bovenlabia, tamelijk hoog - in de tussenvelden enkele pijpen zonder kern * binnenpijpwerk Groot Orgel Montre 8 : uit 1912; de 12 grootste zijn in zink (Anneessens' bestek van 1910 voorziet nochtans houten pijpen), terzijde geplaatst; de rest staat op de windlade, spotted metaal Bourdon 8 : uit 1912; de 14 grootste zijn in oregon-pine of cederhout, thans vermolmd; de wanden zijn vergaard zonder pen en groef; vanaf d 0 in metaal, loodhoudend (niet spotted zoals voorzien in bestek), dikwandig, zeer wijde mensuur Violon 8 : uit 1912; groot oktaaf in zink, de rest in spotted Bourdon 16 : de 12 grootste pijpen ontbreken; het verdere pijpwerk is wellicht een Bourdon 8 van Germain; c 0 -c# 1 = 14 pijpen in eik (kwartiers); smal gelabiëerd, afdalende kern, gelijmde voorslag, ronde gedraaide voeten in eik die origineel zijn; de stoppen wijzen erop dat de pijpen vroeger minstens ½ toon lager gestemd waren; vanaf d 1 30 metalen gedekten, er is een toonopschuiving gebeurd: op de d 1 de inscriptie "eb" enz.; gewalst metaal met hoog loodgehalte, tamelijk dunwandig; met behulp van krijtlijm gesoldeerd; halfronde baarden; niet-originele kernsteken; op de kleinste pijp (thans g 3 ) de inscriptie "a" Flûte harmonique 8 : uit 1912; het groot oktaaf is gecombineerd met de andere 8'-registers, de rest in spotted; in de discant overblazend Quinte 6 (= 2 2 /3') : een gedeelte is afkomstig uit een fluit 2', cfr. inscriptie "Grand Orgue / C / Quarte"; constructie zoals Bourdon 16 (Germain?); gedekten, de corpora zijn uitgelengd, aan de opsneden is geknoeid; een verder gedeelte pijpwerk is afkomstig uit een ander register (Bourdon 16? cfr. nummering); nog een gedeelte (23 pijpen, vanaf a 1 ) bestaat uit open labialen (uit een voormalige Cornet?); lage opsneden, thans met expressions; de 5 kleinste pijpen zijn een aanvulling, met langere pijpvoeten Prestant 4 : uit 1912 Flûte 4 : 14 gedekten, met verschuifbare hoed; de C is een vreemde pijp (was een C van in oorsprong, maar de hoed is vernieuwd); de overige 13 dragen geen inscripties, constructie in de stijl van Van Houtte; het metaaloppervlak vertoont blaasjes; op F# de inscriptie "Flute g"; van d 0 tot c# 2 roergedekten met verschuifbare hoed; volgens oude inscripties (mogelijks Germain) is het pijpwerk een halve toon opgeschoven (op d 0 staat "eb", op c# 2 staat "d"); vanaf d 2 conische pijpen; op d 2 staat "eb flute"; de 4 kleinste pijpen zijn cylindrisch (aanvullingen); de stemranden zijn erg geschonden Doublette 2 : pijpwerk stijl Germain, niet meer ten volle homogeen; op de C de inscriptie "d", en de a 0 is afkomstig uit een fourniture; corpora met expressions en/of ingekort Fourniture 3 r : seriepijpwerk van Anneesens (niet oud zoals in Anneesens' eerste bestek voorzien was); zaagtand-kernen e.d.m.

Reciet Diapason 8 : nieuw uit 1912 Voix céleste 8 : id. Flûte 8 : id. Bourdon 8 : het groot oktaaf (14 pijpen) is in eik, met aangelijmde voorslagen en achtkantige voeten, dit pijpwerk lijkt ouder (is dit eventueel toch nog een restant van Vander Haeghen?); verder 42 metalen gedekten in de stijl van Germain, niet ten volle homogeen; vermoedelijk ingekort Salicional 8 : uit 1912, zink en spotted Quinte 2 2 /3 : oud pijpwerk, mogelijks van Germain; inscriptie "n" (Nasard); enge mensuur; 11 gedekten, 23 roergedekten en 19 conische; de 3 kleinste zijn aanvullingen Prestant 4 : het groot oktaaf (in origine aangesloten in het front van het Rugwerk) bestaat thans uit divers pijpwerk; niet homogeen: oud pijpwerk is opgeschoven, bepaalde pijpen zijn dan weer uitgelengd, bevat vermoedelijk ook pijpen uit een oude fourniture; de 20 hoogste tonen zijn niet homogeen van samenstelling Trompette 8 : is misschien (bijgewerkt) pijpwerk van Germain; een aantal vernieuwingen is aan Van Houtte toe te schrijven; in de bas bekers met blikken onderstuk en uitneembaar tinnen bovenstuk, verder geheel tinnen bekers; zelfde tingehalte als bij de frontpijpen; er zijn inwendig lengte-incirkelingen waaruit af te lezen is dat de bekers fel ingekort werden; thans zijn er tevens expressions; de bekers zijn qua ø onderaan tamelijk breed; koppen in de stijl der Van Peteghems, maar iets langer; lepels in ganzebek-vorm, opgeronde tongen; stemkrukken eveneens naar Van Peteghem-model, zonder lus; loden stevels; de 8 kleinste zijn labialen Pedaal - integraal nieuw door J. Anneessens - houten pijpen (oregon) en enkele metalen pijpen Windladen - in oorsprong lag in het Groot Orgel een windlade die gedeeld was in C- en C#-kant, met pijpwerk in V-vorm afdalend naar het midden - Groot Orgel : eiken windlade van J. Anneessens; chromatische opstelling - Reciet : id.; de baspijpen zijn pneumatisch afgevoerd Tractuur - mechanische toetstractuur voor de manualen, pneumatische tractuur voor het pedaal - mechanische registertractuur Windvoorziening - magazijnbalg etc. uit 1912 ORGELKAST - in wezen betreft het een 19 de -eeuws meubel (voornamelijk 1815), waarbij mogelijks ook nog enkele 18de-eeuwse ornamenten verwerkt

zijn (van het orgel van 1769?) - eikenhout van minder goede kwaliteit; voor het overige veel zachte houtsoorten - gedeelten van de oude rugwand-structuur zijn nog aanwezig, maar het meubel is achteraan uitgebreid met een zwelkas (1912) - ergens binnenin het meubel staat geschreven: "Mark Loncke 23 maart 1986 Het orgel is dringend aan herstel toe" - in de doksaal-balustrade was in origine een Rugpositief geplaatst; hiervan rest enkel nog het prospect met frontpijpen - binnen in het Hoofdwerkmeubel zijn, op 2 + 2 vertikale rijen, nog oude registergaten aanwezig, nl. 8 8 7 klavieropening 7 (de 8 + 8 corresponderen met het oorspronkelijk bestek van Germain uit 1815; voor het positief zijn er echter te veel) - op de blaasbalg liggen thans afgebroken fragmenten van het snijwerk - het meubel heeft erg te lijden van een kuilvormige verzakking midden in de doksaalvloer huidige toestand : het instrument is nog bespeelbaar, maar een grondige revisie is nodig data onderzoek : mei en juli 1989 addendum : bijkomende vaststelling in april 1996 het orgel is onbespeelbaar geworden (blaasbalg lek) ARCHIVALIA * * * Bedrijfsarchief van orgelbouwer J. Anneessens ( 1876-1956), Benedictinessenstraat, Menen. (Archiefmappen ons ter inzage gegeven door dhr. P. Andriessen, huidig zaakvoerder.) Tussen de archiefmappen is geen map "Watou" aangetroffen; het bedrijfsarchief van J. Anneessens werd te Menen vernietigd tijdens de oorlog van 1914-18, waardoor nagenoeg geen stukken van vóór 1918 bewaard zijn. BIBLIOGRAFIE 1) L.A. Rubbrecht : Geschiedenis van Watou, Brugge, 1910; blz. 277 : Orgel.- Het thans bestaande is niet hetzelfde als in de eerste tijden. Het dagteekent van 1769. In de vergadering der vier wetten van 4 Juni werd alstoen deze beslissing genomen: "Alsoo den orghel jeghenwoordigh staende in de kercke deser prochie cranck ende caduyck is, ende buyten staete omme bespeelt te worden, soo het behoort, met vele andere redenen, de vergaederinghe inoveerende is goet gevonden ende geresolveert eenen anderen aldaer te doen stellen, waertoe hun hedent hebben gepresenteerd M re Vanderhaeghen, orguelmaecker van synen style, binnen de stadt Ryssel, voor t'gonne syne conste ende styl

regardeert, ende M re Florens-Joseph Cretuil, schrynwercker van syne style, woonende op de prochie van Ceclin, nevens het selve Ryssel, van t'gonne van synne conste ende styl regardeert met welcke twee persoonen, de vergaederinghe hedent in accoord is gecommen tot maecken een nieuwen orguel ter plaetse voorseyt op de conditien by den accoorde te expresseeren, genoegh aen de vergaederinghe bekent op welcke conditien het accoord zal wesen geschreven" (Archief Watou. Register nr 114, f o 68-71 r.). In zitting van 20 Juli daaropvolgende werd dit accoord beslissend gesloten, en gaf men last aan den griffier te schrijven: "Van prochie weghe aen den orguelmaecker ende schrynwercker voor wesen geinformeert, waertoe sal wesen geemployeert eenen sergant van de prochie" (id. Archief). 2) Musica Sacra, jg. XXXII, Mechelen 1912-13; zie blz. 18, in de rubriek 'Inaugurations d'orgues': WATOU.- Le mardi 13 août [1912] M. Louis Van Houtte, organiste de Saint-Martin, à Ypres, a inauguré un nouvel orgue mécanique de vint-un jeux, répartis sur deux claviers et pédale séparée, sortant des ateliers de M. Jules Anneessens, à Menin. 3) In het inwijdingsprogramma van het orgel in Handzame, dec. 1922, liet J. Anneessens een dubbele werklijst afdrukken "Lijst der nieuwe Orgels, veranderingen en herstellingen uitgevoerd door het huis J. Anneessens, I. Sedert den Wapenstilstand II. Sedert 1905 tot 1914". In lijst II (tussen 1905 en 1914) komt voor : Watou, 2 clav., neuf. 4) programmaboekje (tweetalig Fr./Nl.) 'Basilique de St-Hubert - Inauguration le Dimanche 13 Août 1933 des nouvelles Orgues Monumentales' [Saint-Hubert, prov. Luxemburg], bevat diverse werklijsten van Jules Anneessens-Tanghe (Menen), o.m. - Nieuwe Orgels geplaatst vóór oorlog hierin : 17. Watou - Lijst der Ventilators hierin : 143. Watou 5) P. François : Brugse Orgelmakers, tweede aflevering, in Biekorf, jg. XLIX/7-8, Brugge, 1948; zie blz. 159-160. [P. François verwijst voor het orgel van J.J. Vanderhaeghen naar L.A. Rubbrecht, op.cit. supra, maar geeft als bouwjaar verkeerdelijk 1789.] 6) A. Deschrevel : Archivalia over het orgel in Watou, in tijdschrift De Schalmei, jg. V, Gent 1950; blz. 108-110 : Hoewel wij het archief van deze kerk niet "à fond" doorzocht hebben, toch viel het ons mee, tijdens onze Seminarietijd, bij een vluchtig zoeken naar bronnen voor een Karel Grimminck-studie, de hand te kunnen leggen op enkele stukken in verband met het kerkorgel. Deze gegevens die weliswaar maar teruggaan tot de vorige eeuw, vinden we toch het publiceren waard omdat we hier een dispositie - de énig bewaarde? - aantreffen van Meester René Germain (1) (1) Één enkele maal ontmoetten we de naam "Sieur Germain Le Clerc, facteur d'orgues" (Kerkarchief St-Maarten, Ieper, 1805). Zonder de minste twijfel is hier spraak van René Germain. Is Le Clerc soms de naam van zijn vrouw? orgelbouwer te Ieper bij het begin der vorige eeuw. Aldus wordt

het ons mogelijk een juister inzicht te krijgen in de werkwijze en de kunstopvatting van die locale bouwer. Het oudste gegeven over het orgel van Watou treffen we aan in het "Register en notitieboek der kerk van Wervik", blz. 13: "Vercoght an dheeren van het Magt vande prochie Wathou. Memorie dat den houden orgel vercocht is geweest op schepencamer door dheeren van het magistraet in ons presentie aen den borgmre. van Wathou voor 400 gulden met de casse ende... is weg getransporteert den 7 7bre [1725]." (2) (2) Deze nota werd ons bereidwillig overgemaakt door Eerw. Heer Edm. Verhaeghe, uit Wervik, aan wien onzen besten dank. Dit oud orgel deed dienst tot 1769. Alsdan werd in de vergadering van de vier wetten, op 4 Juni, beslist een nieuw orgel te bestellen. Hiertoe werden aangesproken: "Mre Vanderhaeghen, orguelmaecker van synen style, binnen de stadt Ryssel, ende Mre Florens-Joseph Cretuil, schrynwercker... van Ceclin". (3) (3) Zie L.A. Rubbrecht: Geschiedenis van Watou, blz. 277. Het orgel van Vanderhaeghen zal in dienst gebleven zijn tot aan de Franse Omwenteling. Tijdens de Franse bezettingsperiode zal het stilaan vervallen zijn geraakt. Zo komt het dat de Heren Kerkmeesters in 1815 (Napoleon - Waterloo) er aan denken een nieuw orgel te laten bouwen. Meester René Germain, orgelbouwer uit Ieper, dient een project in dat we hier laten volgen: Mémoire d'un orgue neuve, que j'ay l'honneur de présenter à Monsieur le Curé et Messieurs les fabriciens de l'église paroissiale de Watou. Primo une montre en étain poly chantant le 8 pied fr. 550 2) Prestant chantant le 4 pied en étain 150 3) Bourdon chantant le 8 pied les basse en bois de chesne de valencienne le reste en plomb 150 4) Une flutte chantante à lunissons du prest. 120 5) Une doublette chantant à l'octave du prestant 110 6) Un nazard chantant à la quinte du prestant 96 7) Un cornet à cinq tuyaux sur marche étant composé 1) Bourdon 2) Prestant 3) Nazard 4) Quarte 5) Tierce 190 8) Une tierce parlant à la tierce de la doublette 80 9) Fourniture à trois tuyeaux sur marche 180 10) Une cymbale à deux tuyeux sur marche 110 11) Une trompette basse en étain chantant le huit pied 200 12) Dessus de trompette en étain 110 13) Basse de Clairon en étain chantant le quatre pied 110 14) Dessus de clairon en étain 30 15) Basse de cromorne en étain chantant le huit pied 130 16) Un hautbois en étain 70 Totale du montant des jeux du grand orgue fr. 2406 Jeux du positif Primo une montre en étain poly chantant le quatre pied fr. 220 2) Un bourdon chantant le 8 pied les basse en bois de chesne de valencienne 150 3) Une flutte chantant à lunisson du prestant 120 4) Une doublette chantant à l'octave du prest. 110 5) Un nazard chantant à la quinte du prestant 96 6) Un cornet à tuyeaux sur marche 130 7) Une fourniture à trois tuyeaux sur marche 150 8) Un clairon basse en étain chantant le quatre pied 110 9) Un dessus de clairon en étain 50 Totalle du montant des jeux du positif fr. 1136 Primo pour le grand orgue faire deux secret en bois de chesne de valencienne montant jusqu'au fa et ut dieze embas fr. 500 2) Un secret pour le positif 400 3) Une abregé pour le grand orgue avec 54 roulaux et cent huit palette en ferre et cent huit tumulaire, cent huit vergette en bois de chesne avec du filleton à chaque bout 80 4) Abregé du positif compris les bascule 50 5) Ving six rouleaux de bois de chesne ayant chaqu'un 2 pouces quarré avec 52 palette en ferre 50

6) Deux clavier montant jusqu'au fa et ut dieze embas garnie en os blanc et polie et les dieze en bois débaine 140 7) Quatre soufflet en bois de chesne ayant cinq pied de longeure sur deux pied et demi de large avec trois ply et demi 580 8) Portevent en bois de chesne, tremblant doux, seize balancié en ferre ayant dix huit pouce de longueur sur un pouce de large trois lignes depai 50 9) Pour le positif neuf pilotte en ferre, six ligne en carré avec un crochet a chaque et une palette à chaqu'un 18 Pour secret souflet, abregé clavier etc. totale fr. 1868 Le dit memoire porte en semble le tous compris entièrement à la somme de fr. 5400 J'ay l'honneur dobserver à ses Messieurs que je garantij la ditte orgue deux anné consecutifs et facille à touchée et d'une bonne harmonie pouvant être vûe et entendue de tel artiste qu'il se presente. Ses Messieurs auront la faculté de prendre une exsépaire daprès lachévément de louvrage. Tous est à ma charge à lexception du transpore qui est à la charge de la fabrique. GERMAIN, facteur d'orgue à Ipres. De kerk, die waarschijnlijk over de nodige middelen niet beschikte, gaf opdracht het voorgestelde orgel te bouwen tegen het Feest van St-Michiel 1816, doch zonder Positief en één blaasbalg minder. Het nieuw dokzaal werd gemaakt door Carolus Ryckebusch (1815); in de borstwering ervan werd de voorzijde van het positief ingewerkt en bezet met stomme pijpen. Naarmate de kerk over geld kon beschikken werd dit orgel verder uitgebreid. In Juni 1817 komt Germain er een Bourdon 16 aan toevoegen. Tegen 15 oogst 1818 is het Positief bijgebouwd. Op 10 Juni 1820 zien we Sr Germain betaald worden voor het plaatsen van een Bombarde; op zijn beurt koopt hij dan het oud orgel af tegen 275 Fr. Of Meester Germain nog regelmatig terug is gekeerd naar Watou om zijn orgel te onderhouden, hebben we niet nagegaan in de kerkrekeningen. In elk geval is dit het jongste werk dat we van hem kennen. (4) (4) Wij ontmoeten Sr. René Germain te Ieper voor het onderhoudswerk aan de orgels in de St-Pieterkerk van 1803 tot 1810 (zie Schalmei, IV, 13) en in de St-Maartenskathedraal van 1805 tot 1817 (zie Schalmei, III, 69). Hij vernieuwt de pijpen van het orgel te Wulveringem (bij Veurne) "in 't eerste der jaren 1800" (De Ware Vlaming, Jan. 1883, blz. 79). Te Poperinge, in de St-Janskerk, wordt het orgel vanaf 1810 tot ca 1820 regelmatig nagezien door Sr Germain, alias Garmin of Garmeyn (Kerkarchief). In Oostvleteren onderhoudt Germain het orgel van 1803 tot 1817; reeds in 1821 komt er "mijnheer Degryse orgelmaeker tot Wervik het orgel erstellen". Mogen we hieruit besluiten dat René Germain einde 1820 gestorven is? Opsporingen in de overlijdensregisters te Ieper brachten geen antwoord. Het duurt nu tot 1837 eer we nieuwe gegevens vinden. Het is een brief, met tegenadres "P. Van Peteghem, orgelmaeker by de roodelyvekens n o 2 Gent" en waarin prijsopgave voor de nodig uit te voeren werken aan het orgel: "Uytneimen ende cuysschen de 2 orgels guldens 180-0-0 De speilen in het ginirael de helft van hun geluyd niet gevende, om dit te bringen op onze maniere ende force, met het repareeren der 4 blaesbalken 80-0-0 Alle de... (5) tongwerken (cromorne uitgezonderd)... te ervormen op onze maniere met vernieuwing van tongen vernieuwing van verscheyde slappe mond stukken ende razetten, windsakken, etca......... 300-0-0 (5) Hier worden de tongwerken vernoemd; uit de opsomming leren we dat de Hautbois (zie dispositie hierboven) een superius-spel was van 29 noten; ook wordt een Clarinette sup. vermeld die dus later moet zijn toegevoegd, evenals de Bombarde. Waarschijnlijk heeft Van Peteghem dit werk niet uitgevoerd, anders is het niet verklaarbaar dat acht jaar nadien "Mijnheer Ludovicus van Houtte-van den Poel, orgelmaker te Wareghem" zich den 30

December verbindt: (6) (6) Hij ondertekent de overeenkomst: C.L. van Houtte, orgelmaker. 1)... alle de tongspelen te vernieuwen (dat is alle nieuwe kloeke onder eynden er aen te maken) de krommehoorn alleen uitgenomen... 2) van twee nieuwe fournituren te plaetsen, eene in den kleenen orgel van dry pypen par touche en eene in den grooten orgel van vier pypen par touche... 9) van den orgel volgens de getuygenisse van deskundigen zoo wel gaende, harmonieuse, welluydend, luydruchtig en welgesteld te maken als eene van de beste orgels duer oude Van Peteghems verveerdigt. (Was Van Houtte soms een leerling van Van Peteghem?) 12) van deze acte te vernietigen naer de volle betaling en van de dagheuren van den orgelmaker geene melding te maken op hunne registers ten zy in cumulo. (Ontging men ook dan reeds de fiscus?) Het werk werd voltrokken binnen het jaar 1846 en de orgelbouwer stond er voor in het orgel "dry jaren kosteloos goed te houden". Uit het laatste betalingsbewijs blijkt dat bij die herstellingswerken ook het klavier "gekeerd" werd. In 1857 ontstaat een "Compromis tusschen de kerkfabrijk der gemeente Watou en den Heer Ureel Frederijk, orgelmaker te Crombeke". Deze overeenkomst bedraagt: 1. Een derde klauwier (voetklavier?) aen den grooten orgel met het mecanijk bedragende... 2. Den orgel grooten en kleinen te kuisschen en in harmonie stellen. 3. In het positif een monter te placeren... 4. Een klarinet superius in den grooten orgel... 5. Een pedael om den orgel te doen dobbel spelen (normaal koppel?)... 6. Blaesbolg reservoir... 7. Om de cornet te verplaetsen met de bourdon pijpen beneden in de kas... Daarenboven verplicht zich de orgelbouwer het orgel twee jaar, tweemaal 's jaars "goed te houden en te doen accordeeren." We moeten nu wachten tot 1910 vooraleer we verdere gegevens aantreffen. Het oud orgel is vervallen; Jules Anneessens uit Meenen dient op 15 November een bestek in voor een nieuw orgel (mekanisch systeem) dat werd ingewijd op 13 Oogst 1912. We laten hier de nieuwe dispositie volgen: Groot Orgel 56 noten 1. Bourdon 16-44 pijpen oud orgel 2. Bourdon 8-14 p. in hout, 42 in spotted 3. Montre 8-12 p. in hout, 44 in spotted 4. Violon 8-12 p. in zink-aluminium, 44 in spotted 5. Flûte harmonique 8-12 p. in hout, 44 in spotted 6. Quinte 6-56 p. oud orgel 7. Flûte 4-56 p. oud orgel 8. Prestant 4-56 p. in spotted 9. Doublette 2-56 p. oud orgel 10. Fourniture 3 r. Reciet - Zwelwerk - 168 p. oud orgel 56 noten 11. Diapason 8-12 p. in hout, 44 in spotted 12. Grosse flûte 8-12 p. in hout, 44 spotted 13. Bourdon 8-56 p. oud orgel 14. Salicional 8-12 p. in zink-aluminium, 44 in spotted 15. Voix Célèste 8-44 p. in spotted 16. Prestant 4-56 p. in spotted 17. Quinte 3-56 p. oud orgel 18. Trompette 8-56 p. oud orgel Pedaal 30 noten 19. Sousbasse 16 - in hout 20. Flûte ouverte 8 - in hout 21. Bourdon 8 - in hout Het Anneessens-orgel is nog altijd in gebruik en in goede staat;

wel een bewijs voor de degelijkheid van bouw. We mogen deze geschiedkundige schets niet beëindigen zonder een bizonder dankwoord aan Zeereerwaarde Heer Pastoor Devisschere, die ons met de meeste welwillendheid de nodige archiefstukken ter hand stelde. A. DESCHREVEL 7) A. Deschrevel : Het Orgelbouwersgeslacht Vander Haeghen, afl. 2, in tijdschrift De Praestant, jg. II, Tongerlo 1953; zie blz. 32-33 : 1769 - Nieuw orgel in de kerk van Watou. In de vergadering van de vier wetten op 4 Juni 1769 "is goet gevonden ende geresolveert eenen anderen (orgel) aldaer te doen stellen, waertoe hun hedent hebben gepresenteerd Mr Vanderhaeghen, orguelmaecker van synen style binnen de stadt Ryssel... ende Mr Florens Joseph Cretuil, schrynwercker... van Ceclin, nevens hetselve Ryssel... met welcke twee persoonen de vergaederinghe hedent in accoord is gecommen tot het maecken een nieuwen orguel..." (L. Rubbrecht, Geschiedenis van Watou, blz. 277). Over dit orgel, dat vermoedelijk maar één klavier had, konden we geen andere gegevens terugvinden (Zie: Archivalia over het orgel in Watou, in De Schalmei, 1950, blz. 108-110). Werd dit orgel soms ook door de Fransen geplunderd of ontvoerd, aangezien in 1815 (pas na 45 jaar) een nieuwe orgelkast en doksaal moet gebouwd worden? 8) Gh. Potvlieghe : Orgelbouwer Charles Louis Van Houtte / 1809-1865, in tijdschrift De Praestant, jg. XV, Tongerlo 1966; zie blz. 29-31. [De auteur citeert enkel de gegevens m.b.t. tot Ch.L. Van Houtte uit het artikel van A. Deschrevel cit. supra sub 5.] 9) F. Peeters & M.A. Vente : De Orgelkunst in de Nederlanden, uitg. Mercatorfonds, Antwerpen, 1971 (herdruk 1975); blz. 276, vermelding van het werk van Vander Haeghen in de alinea over deze orgelbouwer; blz. 300, vermelding van het werk in de Synoptische Tabel.

ICONOGRAFIE 1) Fotografische opname(n) beschikbaar bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium / Brussel : Zie tevens : Roose-Meier, B. & Verschraegen, H. : Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, provincie West-Vlaanderen, kanton Poperinge; uitg. Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, Brussel, 1977; blz. 54-58, WATOU, kerk Sint-Bavo - Interieur / Alg. gezicht naar het doksaal, cliché B54952 (1944). KIK-IRPA, Brussel

- Klank / Orgel door René Germain, ca. 1810, spelen hersteld door Anneessens van Menen in 1912, orgelkast bekroond met beeld van David Koning psalmdichter, 1837(?), eik, cliché M20582 (1967). KIK-IRPA, Brussel

2) foto Afdeling Monumenten & Landschappen (K. Vandevorst), 2002