Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten. Algemene Infobundel. Startbaners verkeersveiligheid

Vergelijkbare documenten
STARTBANENPROJECTEN Verkeersveiligheid

Eeklo Verkeersveiligheid VeVe-project

Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Algemene Infobundel

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

Eeklo Scholen voor Jongeren Jongeren voor Scholen (JoJo-project)

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

VeVe. VeVe. Startbanenproject. verkeersveiligheid. Startinformatie voor startbaners. Januari 2014

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor Medewerkers Verkeersveiligheid. Juni 2015

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor Medewerkers Verkeersveiligheid. September 2016

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor Medewerkers Verkeersveiligheid. September 2019

STARTBANENPROJECTEN. Scholen voor Jongeren - Jongeren voor Scholen Verkeersveiligheid. Jaarverslag 2010 en 2011

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor schoolspotters. Juni 2015

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

STARTBANENPROJECTEN. Scholen voor Jongeren Jongeren voor Scholen Verkeersveiligheid

Startbanenproject scholen voor jongeren - jongeren voor scholen verkeersveiligheid

Geef een jongere een kans met een instapstage, omdat instappen werkt, 1

STARTBANENPROJECTEN. Scholen voor Jongeren Jongeren voor Scholen. Verkeersveiligheid. Jaarverslag Agentschap voor Onderwijsdiensten

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor schoolspotters. September 2016

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

STARTBANENPROJECT VERKEERSVEILIGHEID

STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN PREVENTIE Algemene informatie

Januari 2014 STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN. Vlaamse Overheid Beleidsdomein Onderwijs & Vorming

VeVe. VeVe. Startbanenproject Verkeersveiligheid. Startinformatie voor schoolspotters. September 2019


Gemeente Grimbergen werft aan (m/v):

RE-INTEGRATIETRAJECT VOOR ARBEIDSONGESCHIKTE WERKNEMERS EN WERKLOZEN

1/09/ /12/2015

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren?

Januari 2014 STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN. Vlaamse Overheid Beleidsdomein Onderwijs & Vorming

EINDE AANSTELLING EN ONTSLAG

Ministerie van Onderwijs & Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel

STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN

STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN. ONDERHOUD DBSO Algemene informatie

Welkom bij de infosessie Tweedekansonderwijs (TKO)

Welkom Infosessie Tweedekansonderwijs (TKO)

Vrijstelling van beschikbaarheid tijdens opleiding, studie of stage (VOSS)

ARBEIDSOVEREENKOMST - DIENSTENCHEQUES

Reglement met betrekking tot het subsidiëren van projecten ter bevordering van een goede studiekeuze in het secundair onderwijs

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren?

STARTBANEN PROJECTEN. Scholen voor Jongeren Jongeren voor Scholen Verkeersveiligheid 2014 AGODI AGENTSCHAP VOOR ONDERWIJSDIENSTEN

NASCHOLINGSPROJECT NIEUW LEERPLAN MUZIKALE OPVOEDING

Arbeidsovereenkomst voor voltijdse werknemers tewerkgesteld in de ambassades en diplomatieke missies

Welkom! Infosessie Tweedekansonderwijs (TKO)

Huisonderwijs Communicatie aan de CLB s

FAQ. Sleutelwoorden Vragen Antwoord A. ALGEMEEN

Vakverantwoordelijke wiskunde (gedetacheerde leerkracht)

Wonen-Vlaanderen werft aan met een contract van bepaalde duur: 31 JOBSTUDENTEN

STARTBANEN PROJECTEN. Vlaanderen. Scholen voor Jongeren Jongeren voor Scholen Verkeersveiligheid Jaarrapport 2015

Reglement voor het toekennen van een lening aan scholen op grondgebied Antwerpen

Attest doorstromingsprogramma (DSP)

nr. 2 van KATHLEEN HELSEN datum: 25 september 2017 aan HILDE CREVITS Onderwijs - Erkenning nuttige ervaring

STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN. ONDERHOUD DBSO Algemene informatie

expertise binnen handbereik Re-integratie langdurig zieke werknemers in de onderneming Algemeen Doel Opstart van het re-integratietraject

Januari 2014 STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN JONGEREN VOOR SCHOLEN. Vlaamse Overheid Beleidsdomein Onderwijs & Vorming

Attest doorstromingsprogramma (DSP)

Omzendbrief tot wijziging van de omzendbrief van 15 september 1998 betreffende het verblijf van vreemdelingen die in België wensen te komen studeren

Richtlijn in kader van controle Loontoelage TWE (versie 26/09/2018)

Geachte mevrouw, Geachte heer,

JoJo. JoJo. Scholen voor Jongeren - Jongeren voor Scholen. Startinformatie voor preventiemedewerkers. Oktober 2017

IK HEB EEN NIEUWE JOB GEVONDEN VIA HAYS

BIJLAGE. Nieuwe regeling opzeggingstermijnen voor werknemers vanaf 2014

Gemeente Grimbergen werft aan (m/v):

Vacature: Sportpromotor (B1-B3) Met aanleggen aanwervingsreserve

Je bent ziek en je kan niet gaan werken. Wat nu?

Veelgestelde vragen. Koning Albert II-laan 35 bus Brussel T F

STARTBANENPROJECT SCHOLEN VOOR JONGEREN

JoJo. JoJo. Scholen voor Jongeren - Jongeren voor Scholen. Startinformatie voor preventiemedewerkers. September 2019

Het nieuwe systeem van alternerend leren en werken in Vlaanderen vanaf 1 september 2016

Gemeente Grimbergen werft aan (m/v):

WAT MOET U DOEN IN HET KADER VAN OUTPLACEMENT?

INFORMATIEBERICHT. Algemeen directeur Graad A5a-A5b

1. Verhoogde staatstoelage

Halftijds brugpensioen

Reglement op de subsidiëring van de tewerkstelling van sportcoördinatoren

Aanvraag van een tegemoetkoming voor een administratief bediende voor de ondersteuning van een huisartsengroepering - rechtspersoon

De toelaatbaarheidsvoorwaarden voor inschakelingsuitkeringen

JURIDISCHE ACTUA Studentenarbeid 2017 INHOUD. Het sluiten van een studentenovereenkomst. Fiscale aspecten van studentenarbeid

LEERRECHT in het SBSO

[ ] LEEROVEREENKOMSTEN GRONDIG HERVORMD OP 1 SEPTEMBER 2016

DEELTIJDS LEREN DEELTIJDS WERKEN Pilootproject in de kinderopvang arrondissement Antwerpen

Projectmedewerker lokaal cultuurbeleid

Opleidings- en begeleidingscheques

Provincieraadsbesluit

REGLEMENT ARBEIDSONGESCHIKTHEID WEGENS ZIEKTE, PRIVÉONGEVAL EN ARBEIDSONGEVAL

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'

Wonen-Vlaanderen werft aan met een contract van bepaalde duur: 6 JOBSTUDENTEN

Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie

Interuniversitaire. Permanente Vorming Arbeidsgeneeskunde

Infoblad - werknemers Het verlof voor pleegzorgen

A. Context van de goedkeuring van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 bis

REGLEMENT ONDERSTEUNING

3 maanden 6 maanden 9 maanden 12 maanden 15 maanden 18 maanden 21 maanden 24 maanden 27 maanden

Tijdskrediet landingsbanen Aanvraag berekening beroepsverleden van 25 jaar of 35 jaar in te vullen door de werknemer

INFORMATIEBERICHT. Directeur woonzorgcentrum Graad A1/A2/A3. Waaraan moet je voldoen om te mogen deelnemen aan de selectie?

ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR HET RIJDEND PERSONEEL INGEZET IN DE ONDERNEMINGEN DIE ONGEREGELDE DIENSTEN UITBATEN

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden?

Transcriptie:

Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten Startbanenproject Verkeersveiligheid Algemene Infobundel Startbaners verkeersveiligheid

Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten Startbanenproject Verkeersveiligheid Algemene Infobundel Startbaners Verkeersveiligheid Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten Afdeling Scholen Secundair Onderwijs en DKO Coördinatie Startbanenproject verkeersveiligheid Koning Albert II-laan 15 (lokaal 2M08), 1210 BRUSSEL Tel. 02 553 91 76 Fax 02 553 89 75 E-mail: veve@vlaanderen.be www.ond.vlaanderen.be/veve www.facebook.com -startbanenprojecten

Inhoud Algemene Informatie 1 1 Situering........................... 1 2 Doelstellingen.........................2 3 Doelgroep...........................2 4 Historiek............................3 VeVe-project Inhoudelijk 6 1 Takenpakket startbaner.....................6 1.1 Gemachtigd opzichter................... 6 1.2 Begeleiding verkeerslessen................ 6 1.3 Begeleiding fietsbehendigheidsparcours.......... 7 1.4 Assistentie bij fietsgraveringen............... 7 1.5 Assistentie bij fietscontrole................. 7 1.6 Ondersteuning van verkeerseducatieve projecten op vraag van de basisscholen en secundaire scholen..... 8 1.7 Uitwerken verkeerseducatief materiaal........... 9 1.8 Opvolging infrastructuur- en parkeerproblematiek in schoolomgevingen................... 10 1.9 Formele contacten met de scholen............ 10 1.10 Verkeersonderzoek uitvoeren............... 11 1.11 Ondersteuning mobiliteitsdienst, lokale politie of preventiedienst...................... 11 1.12 Beschouwing...................... 12 2 Begeleiding: de coach.................... 12 3 Coördinatie......................... 14 Selectie & Aanwerving 16 1 Selectie........................... 16 1.1 Vacature........................ 16 1.2 Welke kandidaten komen in aanmerking?........ 16

1.3 Selectie........................ 17 1.4 Afwijking scholingsgraad................ 17 2 Aanwerving nieuwe VeVe-er................. 18 2.1 Afsluiten van de arbeidsovereenkomst.......... 18 2.2 Dossier......................... 19 3 Verlenging van de overeenkomst............... 20 3.1 Procedure....................... 20 3.2 Wat na twee tewerkstellingsjaren?............ 20 Einde en schorsing tewerkstelling 22 1 Einde contract........................ 22 2 Ontslag........................... 22. 2.1 Binnen de proefperiode (= 3 maanden).......... 22 2.2 Bij het vinden van een andere job............ 23 2.3 In onderling akkoord.................. 23 2.4 Omwille van dringende redenen............ 24 2.5 Af te leveren documenten................ 24 3 Schorsing van de overeenkomst................25. 3.1 Klein verlet....................... 25 3.2 Ziekte en ongeval................... 25 3.3 Arbeidsongeval en beroepsziekte............ 25 Vorming 26 1. Vorming betaald door de werkgever............. 26 2. Vorming aangeboden en betaald door het beleidsdomein Onderwijs en Vorming...........................26 3 Individuele vorming......................27 3.1 Richtlijnen......................... 27 3.2 Vormingsverlof....................... 27 3.3 Procedure van de vormingsaanvraag en de terugbetaling... 28 3.4 Diploma van het secundair onderwijs............ 30

3.5 Andere opleidingen van korte/lange duur.......... 30 3.6 Begeleiding om de juiste studiekeuze te maken....... 31 FAQ 32 1 Verlof............................ 32 2 Loon.............................33 3 Andere vergoedingen.....................33 3.1 Vakantiegeld...................... 33 3.2 Eindejaarstoelage.................... 34 3.3 Maaltijdcheques en vergoeding woon-werkverplaatsingen. 34 4 Documenten......................... 34. 4.1 Immatriculatieformulier (pers 11)............ 35 4.2 Kennisgeving opdracht................. 35 4.3 Kennisgeving dienstonderbreking............ 35 4.4 Wijziging persoonlijke toestand (pers 6)......... 35

Algemene Informatie Elke dag zijn in België bijna veertig kinderen tussen drie en achttien jaar betrokken bij een verkeersongeval. Op weekdagen gebeuren de meeste ongevallen op weg van of naar school! 1 1 Situering De wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid 2 voorziet in een stelsel van startbanen voor jonge schoolverlaters en werklozen. Dit zogenaamde Rosettaplan heeft als doel de tewerkstelling van jonge schoolverlaters te bevorderen door hen een baan en/of een bijkomende opleiding te verschaffen. In een samenwerkingsakkoord van 25 oktober 2000 tussen de Federale Overheid en de Vlaamse Gemeenschap, werden 315 startbanen aan het Vlaams Ministerie voor Onderwijs en Vorming toegekend die volledig federaal gefinancierd worden. Met het oog op de invulling van deze startbanen werden twee projecten tot stand gebracht. Het eerste project betreft de preventie van antisociaal gedrag op school en ging van start onder de naam Scholen voor jongeren Jongeren voor scholen, kortweg JoJo-project. Het tweede project, het startbanenproject Verkeersveiligheid (VeVe-project) werkt rond de verkeersveiligheid van en naar school. In tegenstelling tot het JoJo-project worden de startbanen bij het VeVeproject niet rechtstreeks aan een school toegewezen. Verkeersveiligheid van leerlingen is immers een belangrijk thema voor zowel basisscholen als secundaire scholen over de netten heen. Vandaar de beslissing om de startbanen toe te wijzen aan steden en gemeenten, provinciebesturen en verkeersorganisaties. 1 De weg naar school, Klasse voor leerkrachten, september 2000, nr. 107, 61-64. 2 Wet ter bevordering van de werkgelegenheid, B.S. 27 januari 2000, 2789-2803. 1

2 Doelstellingen Het VeVe-project heeft twee doelstellingen: Jongeren een leerrijke eerste werkervaring aanbieden, waarbij ze tegelijkertijd de kans krijgen om bijkomende opleidingen en vormingen te volgen. Zo heeft de jongere een extra troef in handen om duurzaam ingeschakeld te worden op de arbeidsmarkt na de tewerkstelling als startbaner. In het bijzonder worden de startbaners aangemoedigd om hun diploma secundair onderwijs te halen door tweedekansonderwijs te volgen of door deel te nemen aan de examens van de Examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap. Een verkeersveilige schoolomgeving creëren en het school woonverkeer veiliger maken. Het VeVe-project tracht een samenwerking tot stand te brengen tussen scholen en gemeenten waarbij de startbaner taken op zich kan nemen die bijdragen tot een verbetering van de verkeersveiligheid in schoolomgevingen. 3 Doelgroep Omwille van hun afkomst en achtergrond worden bepaalde groepen nog steeds beperkt in hun mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Daarom heeft de Vlaamse overheid zich geëngageerd om zowel binnen het JoJo-project als het VeVe-project prioritair aandacht te besteden aan de groepen die het vaakst in de werkloosheid terechtkomen. Het VeVe-project richt zich tot jongeren die de school voortijdig hebben verlaten. Deze groep ongekwalificeerde schoolverlaters staat immers het minst stevig op de arbeidsmarkt. Daarnaast wordt in het project extra aandacht besteed aan jongeren van allochtone afkomst en kansarme jongeren. Om het begrip van allochtone afkomst te benoemen, baseert het VeVeproject zich zoals het JoJo-project op de definitie zoals bepaald in het Decreet inzake het Vlaamse beleid ten aanzien van etnisch culturele 2: Startbanenproject Verkeersveiligheid

minderheden 3. In art. 2 van het decreet wordt verstaan onder allochtonen: Personen die zich legaal in België bevinden, ongeacht of zij de Belgische nationaliteit hebben, en tegelijkertijd aan de volgende voorwaarden voldoen: Minstens één van hun ouders of grootouders is geboren buiten de Europese Unie; Zij bevinden zich in een achterstandspositie vanwege hun etnische afkomst of hun zwakke sociaal-economische situatie. 4 Historiek Met de aanwerving van een eerste projectcoördinator, in maart 2001, is het VeVe-project van start gegaan. Op een interkabinetaire vergadering (maart 01) werd beslist dat 215 van de 315 startbanen die aan het Vlaams Ministerie voor Onderwijs en Vorming werden toegewezen, naar het VeVe-project zouden gaan. Hierbij werd de volgende verdeling voorgesteld: 1 startbaan voor de functie projectcoördinator; 13 startbanen voor coördinerende en ondersteunende instellingen (provinciebesturen, verkeersorganisaties 4 en ouderkoepels 5 ); 201 startbanen voor stads- en gemeentebesturen. Voor de verdeling van de startbanen over de gemeenten werd volgende verdeling vooropgesteld: Gent en Antwerpen krijgen als grootstedelijke gemeente elk 5 startbanen toegewezen (10 startbanen); 11 regionaal stedelijke gemeenten hebben recht op elk 3 startbanen (33 startbanen); 3 Decreet inzake het Vlaamse beleid ten aanzien van etnisch-culturele minderheden, B.S. 19 juni 1998, 20102-20109. 4 Voetgangersbeweging, Fietsersbond, Vlaamse Stichting Verkeerskunde en Bond van bus-, trein- en tramgebruikers. 5 VCOV, ROGO en KOGO 3

158 startbanen worden verdeeld over die gemeenten waar er in de periode 1997-1999 meer dan 20 jongeren (<19 jaar) als bestuurder van fiets of bromfiets of als voetganger, betrokken waren bij een verkeersongeval en daarbij minstens licht gewond werden (volgens de NIS-ongevalsstatistieken). Eind juni 2001 keurden voormalig Vlaams minister van Onderwijs en Vorming, Marleen Vanderpoorten en voormalig Vlaams minister van Mobiliteit, Steve Stevaert, deze verdeling goed. Aangezien het contingent van 215 beschikbare startbanen in maart 2003 nog niet volledig opgebruikt was, beslisten de toenmalige Vlaamse ministers van Onderwijs en van Mobiliteit om de resterende arbeidsplaatsen te verdelen over gemeenten die nog niet in aanmerking kwamen, waardoor het selectiecriterium om te kunnen beschikken over een startbaner veranderde. De overige startbanen zouden worden toegekend aan die gemeenten waar er in de periode 1997-1999 meer dan 5 jongeren (<19 jaar) als bestuurder van fiets of bromfiets of als voetganger, betrokken waren bij een verkeersongeval en daarbij minstens licht gewond werden (volgens de NIS-ongevalsstatistieken). Op basis van het gewijzigde selectiecriterium werden bijkomend 114 werkgevers aangeschreven, waarvan er 32 een aanvraag indienden en er bijgevolg 32 startbanen extra ingevuld konden worden. Oorspronkelijk werden, zoals eerder vermeld, 215 startbanen aan het VeVe-project en 100 startbanen aan het JoJo-project toegekend. In juli 2003 en in maart 2004 werden respectievelijk 47 en 23 startbanen naar het JoJo-project overgeheveld, aangezien het contingent startbanen binnen het JoJo-project volledig ingevuld was en er omwille van het succes van het project een vraag was naar uitbreiding. Dit betekent dat het contingent startbanen Verkeersveiligheid in theorie nog uit 145 arbeidsplaatsen bestaat. In theorie omdat de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg in 2004 uitdrukkelijk gevraagd heeft om omwille van budgettaire redenen - het door hen voorziene budget van 5.733.498 zoals bepaald in het financieringsakkoord11, niet te overschrijden. De projectcoördinatoren 4: Startbanenproject Verkeersveiligheid

bepalen het aantal plaatsen dat kan ingevuld worden aan de hand van de kostprijs van één startbaner op jaarbasis. Naar aanleiding van diverse incidenten op het openbaar vervoer stelde Vlaams minister van mobiliteit Van Brempt samen met De Lijn in 2006 een geactualiseerd veiligheidsplan op. Dit plan omvat een ruime waaier aan maatregelen die inspelen op verschillende veiligheidsaspecten op het gebied van openbaar vervoer. Één daarvan is de tewerkstelling van schoolspotters. De kabinetten van Vlaams minister Vandenbroucke en Vlaams minister Van Brempt reserveerden hiervoor 20 plaatsen van het Startbanenproject Verkeersveiligheid. In samenwerking met De Lijn werd een lijst opgesteld met een 40-tal steden en gemeenten die te kampen hebben met overlast op het openbaar vervoer veroorzaakt door schoolgaande jeugd. Van deze veertig werden 9 aanvragen ontvangen, voor in totaal 18 schoolspotters. Één aanvraag werd afgekeurd waardoor Antwerpen, Gent, Wetteren, Mechelen, Vilvoorde, Ieper, Eeklo en Hasselt het gevraagde contingent toegewezen kregen. In 2012 werd de plaats van Wetteren ingenomen door Genk. 5

VeVe-project Inhoudelijk 1 Takenpakket startbaner Naar analogie van de tweede doelstelling van dit project wordt de taak van de startbaner als volgt omschreven: Een verkeersveilige schoolomgeving creëren en het school-woonverkeer veiliger maken. De werkgever beslist zelf welke taken de startbaner uitvoert, maar het is belangrijk dat de startbaner zo veel mogelijk in de school(omgeving) aan het werk is. Bij het uitwerken van een concreet takenpakket moet de werkgever in de eerste plaats rekening houden met de lokale situatie en het profiel van de kandidaat-jongere. 1.1 Gemachtigd opzichter Een groot deel van de tijd besteden heel wat VeVe ers aan hun werk als gemachtigd opzichter. De startbaner helpt kinderen en scholieren over te steken aan de schoolpoort. De frequentie van hun optreden als gemachtigd opzichter is erg gevarieerd: sommige VeVe ers begeleiden de kinderen éénmaal per dag aan de schoolpoort, andere startbaners doen dit op ieder moment dat kinderen zich buiten de schoolmuren begeven (zowel s morgens, s middags als s avonds). Om deze opdracht te kunnen realiseren moeten de startbaners een opleiding tot gemachtigd opzichter volgen die zowel een praktisch als een theoretisch gedeelte omvat. De werkgever, namelijk de gemeente of stad, voorziet deze opleiding voor de startbaner. 1.2 Begeleiding verkeerslessen Verschillende startbaners ondersteunen de verkeerslessen in de basisscholen in samenwerking met en onder begeleiding van de lokale politie en de leerkrachten. Vaak wordt de startbaner zowel in het theoretische (o.a. lessen dode hoek ) als het praktische gedeelte ingeschakeld (assistentie verlenen tijdens verkeerspark). Om de 6: Startbanenproject Verkeersveiligheid

verkeerslessen visueel aantrekkelijker te maken, biedt de mobiliteitsdienst in bepaalde gevallen ook een Mobiliteitskoffer aan. 1.3 Begeleiding fietsbehendigheidsparcours Veel steden en gemeenten hebben een fietsbehendigheidsparcours ter beschikking. De bedoeling is de fietsvaardigheid en de reactiesnelheid van kinderen in het verkeer te verbeteren. Scholen kunnen een aanvraag tot de VeVe er richten om dit parcours te gebruiken. De VeVe er houdt hiervan een planning bij en zorgt ervoor dat het fietsbehendigheidsparcours op het correcte tijdstip in de school aanwezig is. Samen met een andere mobiliteitsambtenaar of veiligheidsbeambte begeleidt de VeVe er daarna de leerkrachten en kinderen bij het gebruik van dit parcours. De Stichting Vlaamse Schoolsport ging recent ook van start met een dergelijk project Meester op de fiets. De fietsmeester (= startbaner VeVe) trekt in zijn eigen provincie van school naar school met een fietsbehendigheidsparcours. 1.4 Assistentie bij fietsgraveringen In samenwerking met de lokale politie en de preventiedienst organiseert de startbaner VeVe fietsgraveeracties ter preventie van fietsdiefstallen. Dit betekent concreet dat iedere fiets geregistreerd wordt door de gravering van het rijksregisternummer van de eigenaar in het fietsframe. De startbaner actualiseert een bestand met de gegevens van de eigenaars van de fietsen. Deze actie is echter niet beperkt tot de scholen, ook de lokale bevolking krijgt hiervoor vaak een uitnodiging. 1.5 Assistentie bij fietscontrole Samen met de lokale politie en de preventiedienst controleert de startbaner VeVe de fietsen van de kinderen van de basisscholen en leerlingen van de secundaire scholen. Dit gebeurt meestal aan de hand van een fietscontrolekaart. De startbaner zorgt ervoor dat de ouders van de kinderen en leerlingen van wie de fiets niet in orde is hiervan 7

schriftelijk op de hoogte worden gebracht. Deze mensen worden op een later tijdstip verwacht voor een tweede fietscontrole. Soms gaat de fietscontrole ook gepaard met een minimale fietsherstelling. Het is zeker niet de bedoeling dat de startbaner VeVe de taak van een professionele fietshersteller op zich neemt. Om de kleine fietsherstellingen naar behoren te kunnen uitvoeren, volgen de VeVe ers een fietsherstelcursus. 1.6 Ondersteuning van verkeerseducatieve projecten op vraag van de basisscholen en secundaire scholen Vaak vragen scholen ondersteuning aan de plaatselijke mobiliteitsdienst bij de organisatie van bepaalde acties en evenementen met betrekking tot verkeersveiligheid. Het is de taak van de startbaner om bij de organisatie van deze projecten de nodige ondersteuning te bieden. Voorbeelden: Autoluwe schooldag: het is de bedoeling ouders, leerlingen en leerkrachten aan te sporen om niet met de auto naar school te komen en hen tegelijkertijd te laten ervaren dat een rustige schoolomgeving aangenamer is. Veilig en milieuvriendelijk naar school: dit is een schoolspaaractie waarbij de school, de kinderen en hun ouders stimuleert om op een alternatieve manier naar school te komen (dus niet met de auto). Affichecampagne Veilig naar school : campagne die bij het begin van het schooljaar de aandacht wil vestigen op de zwakke weggebruiker in schoolomgevingen en op schoolroutes. Week van de zachte weggebruiker: tijdens deze week worden het fietsen en het te voet gaan aangemoedigd als deeloplossing voor het mobiliteitsprobleem. Bedoeling is de weg vrijmaken voor een ander verkeersgedrag en een ander verkeersbeleid. Met belgerinkel naar school: gelijkaardig concept als Met belgerinkel naar de winkel, een campagne van de Bond Beter 8: Startbanenproject Verkeersveiligheid

Leefmilieu en UNIZO die de fietsende klant in een leefbaarder dorps- en stadscentra promoot. Fietspool: de startbaner VeVe geeft ondersteuning aan de scholen bij de coördinatie van het fietspooling-project (voornamelijk administratieve ondersteuning). Voetpool: de startbaner VeVe geeft ondersteuning aan de scholen bij de coördinatie van het voetpooling-project (voornamelijk administratieve ondersteuning). Ondersteuning bij speciale evenementen en uitstappen: begeleiding van kinderen bij scholenvoettocht en fietstochten, begeleiding van groepen kinderen bij schooluitstappen, ondersteuning bieden tijdens de organisatie van de fietstocht in het kader van autoluwe schooldag, enz. Naast de verkeerseducatieve projecten binnen de scholen, werken bepaalde VeVe ers ook op gemeentelijk niveau mee aan acties met betrekking tot verkeersveiligheid, zoals: Open straatdag Met belgerinkel naar de winkel Project Opgefokte bromfietsen Bewegwijzeringsproject fietsroutenetwerk 1.7 Uitwerken verkeerseducatief materiaal Sommige startbaners werken bepaalde verkeerseducatieve materialen uit, zowel voor het basisonderwijs als het secundair onderwijs. Ze herwerken bijvoorbeeld bestaande gezelschapspelen, zoals memory, tot een verkeersmemory waarbij op de plaatjes verkeersborden staan. Deze spelen worden dan meestal verzameld in een verkeerskoffer die de scholen kunnen uitlenen. De startbaner biedt dan de nodige ondersteuning. Anderen steken dan weer een heuse verkeersquiz in elkaar. Nog anderen werken workshops uit om kinderen op een aangename manier te leren oversteken of hun fiets te leren repareren. Tenslotte werkten ook heel wat startbaners een verkeerseducatieve route uit. Hierbij wordt een bepaalde route in de schoolomgeving uitgestippeld waarbij de leerlingen met verschillende verkeerssituaties 9

geconfronteerd worden. Eens de route is uitgewerkt, heeft de startbaner vooral een ondersteunende taak bij het begeleiden van de groepen. De leerkracht geeft meestal de theoretische uitleg. 1.8 Opvolging infrastructuur- en parkeerproblematiek in schoolomgevingen In bepaalde gemeenten werkt de mobiliteitsdienst intensief aan het in kaart brengen van infrastructurele gebreken en parkeerproblemen in de schoolomgeving. Een eerste belangrijke taak hierin is weggelegd voor de startbaner VeVe, namelijk het zichtbaar maken van het probleem aan de hand van een inventarisatie van schoolomgevingen door een fotodatabank samen te stellen van de verkeerssignalisatie, voetgangersoversteken, éénrichtingsstraten, borden van de verkeersmoeilijkheden en de houding van de weggebruikers. Bepaalde startbaners hebben op drukke momenten voor en na school ook observatieopdrachten waarbij het de bedoeling is dat ze op schoolroutes als gevaarlijk veronderstelde punten observeren en nadien in kaart brengen. Veel startbaners VeVe ers werk(t)en trouwens ook mee aan de inrichting van de zone 30 die verplicht ingevoerd werd aan de schoolpoort. 1.9 Formele contacten met de scholen In heel wat steden en gemeenten is er een werkgroep verkeer waaraan de startbaner kan deelnemen en waar hij of zij ook de kans krijgt om - in samenwerking met de mobiliteitsambtenaar - in te spelen op vragen over een veilige schoolomgeving. Bij die vergaderingen worden de directeurs van alle basisscholen uitgenodigd. De praktische voorbereidingen, zoals o.a. telefonische contacten en briefwisseling, worden voorbehouden voor de startbaner. Ook de verslaggeving van de bijeenkomsten wordt in de meeste gevallen verzorgd door de VeVe er. In het verlengde hiervan vervullen bepaalde startbaners ook een zekere postbusfunctie tussen de school en gemeente. Daarnaast wordt de startbaner ook betrokken bij de organisatie van infomomenten over verkeersveiligheid door de gemeente tijdens openschooldagen. 10: Startbanenproject Verkeersveiligheid

1.10 Verkeersonderzoek uitvoeren De VeVe er wordt in heel wat gevallen ingezet om verkeerstellingen of kleine verkeersonderzoeken uit te voeren. Deze worden enerzijds gebruikt bij de uitwerking van mobiliteitsplannen of schoolvervoerplannen. Anderzijds dienen deze verkeersonderzoeken ook als voorbereidend werk bij bepaalde dossiers die op het schepencollege gebracht worden. Naargelang de capaciteiten van de startbaner, staan sommigen ook in voor de volledige begeleiding en ondersteuning bij de uitwerking van schoolvervoerplannen. 1.11 Ondersteuning mobiliteitsdienst, lokale politie of preventiedienst. Om de startbaner zo goed mogelijk te integreren binnen de werking van de dienst waar hij/zij wordt tewerkgesteld, krijgt de VeVe er meestal ook nog andere taken dan enkel de verkeersveiligheid in de schoolomgevingen. Eerst en vooral wordt de startbaner zoveel mogelijk betrokken bij het hele mobiliteitsgebeuren door ook de bijeenkomsten van de gemeentelijke verkeerscel mee op te volgen. De organisatie van de vergaderingen, de verslaggeving en de briefwisseling die hieruit eventueel volgt zijn taken van de VeVe er. Daarnaast worden de startbaners ook ingezet als aanspreekpunt op de mobiliteitsdienst. In de mate van het mogelijke staat de startbaner ook in voor de verdere verwerking van deze ombudsdossiers: hij/zij onderzoekt, volgt op en werkt voorstellen uit voor vragen en opmerkingen van de bewoners inzake verkeer. De VeVe er heeft verder ook overleg met de betrokken instanties en brengt alles op het college van burgemeester en schepenen. Tenslotte vervullen de meeste startbaners ook nog heel wat administratieve taken rond verkeersveiligheid: uitwerken folders in het kader van verkeersveiligheid voor de preventiedienst; 11

uitwerken van een mobiliteitskrant of website van de mobiliteitsdienst; uitwerken politieverordeningen en besluiten of verkeersreglementen; ondersteuning bij het afleveren van signalisatievergunningen, bewonerskaarten, busabonnementen; opstellen snelheidsinfobord en verwerken van de gegevens; kwaliteitscontrole bij inventarisatie wegmarkeringen en verkeerssignalisatie; optimaliseren van het openbaar vervoer - contacten met o.a. De Lijn; uitwerken van dossiers in het kader van module 10 herinrichten schoolomgeving. 1.12 Beschouwing Zoals eerder aangegeven, wordt de concrete invulling van de functie startbaner verkeersveiligheid uiteindelijk overgelaten aan de werkgever. In de meeste gevallen gebeurt dit gelukkig heel goed. Na een tussentijdse evaluatie door de coördinator, blijkt soms dat het takenpakket van de VeVe er in de praktijk niet aan de doelstellingen 6 van het project beantwoordt of dat er geen voltijdse dagtaak wordt aangeboden. De startbaner wordt bijvoorbeeld ingezet om mee te helpen met de groendienst of als logistieke hulp in de school. De projectcoördinator zal dan in overleg met de werkgever op zoek gaan naar mogelijkheden om het takenpakket verder aan te vullen of aan te passen. Indien de werkgever zich daarna niet aan de gemaakte afspraken houdt en verder misbruik maakt van de startbaner, kan de werkgever het recht op een startbaner verliezen. 6 Een verkeersveilige schoolomgeving creëren en het school woonverkeer veiliger maken. 12: Startbanenproject Verkeersveiligheid

2 Begeleiding: de coach Het is de bedoeling dat de jongeren gedurende de tewerkstellingsperiode zoveel mogelijk bijleren en dat ze voldoende kansen krijgen om een aantal competenties op te bouwen die ze in hun verdere loopbaan kunnen aanwenden. Daarom is het van belang dat de jongeren voldoende begeleiding en ondersteuning krijgen. Iedere werkgever moet hiervoor een coach aanduiden. Een goede coach neemt drie taken op zich, namelijk: Enerzijds is de coach iemand die de jongere kan begeleiden en sturen tijdens de uitvoering van het takenpakket, iemand die ook bereid is de jongere te motiveren en te waarderen. Het is eigenlijk een vertrouwenspersoon bij wie de startbaner steeds terecht kan met vragen. Deze taak vraagt een uitdrukkelijk engagement om een laaggeschoolde jongere te ondersteunen in de werksituatie. Anderzijds zal de coach de startbaner ook vertrouwd maken met enkele basisbeginselen omtrent verkeersveiligheid en zal hij/zij hiertoe de nodige opleiding en vorming op de werkvloer voorzien. Deze taak impliceert dat de coach bij voorkeur ervaring heeft met werken rond verkeersveiligheid, zodat de jongere ook wat het inhoudelijk aspect van het takenpakket betreft kan ondersteund worden. De coach gaat samen met de startbaner op zoektocht naar een geschikte opleiding, stimuleert de startbaner om deze te volgen en volgt het vormingsproces op. De coach denkt mee na over hoe de combinatie tussen werk en opleiding mogelijk gemaakt kan worden. Ook stimuleert de coach de startbaner om deel te nemen aan de door de coördinatie georganiseerde vormingen. De aanstelling van een geschikte coach die zijn ondersteunende rol voor de startbaner ernstig neemt, is van groot belang om het project te laten slagen. De coach wordt in zijn rol ondersteund door de coördinatie. Twee maal per jaar wordt er een introductiecursus georganiseerd voor coaches. Daarin krijgen zij een beter beeld van hun specifieke taak als begeleider. Van elke beginnende coach wordt verwacht dat hij hierop 13

aanwezig is. Indien een coach slechts sterk is in één van de taken, kan er geopteerd worden voor een bijkomende ondersteuning. Een voorbeeld hiervan is: de coach werkt op de mobiliteitsdienst en is heel sterk het vormen van de jongeren inzake verkeersveiligheid. Een jongere echter motiveren, ondersteunen en de juiste arbeidsattitudes bijbrengen, is niet de expertise van de coach. Dan kan eventueel een tweede coach aangesteld worden die dit deel van de begeleiding kan opnemen. Dit kan bijvoorbeeld een jobcoach zijn van de VDAB in de buurt of van een andere organisatie in de buurt. Binnen de steden en gemeenten maakt de coach meestal deel uit van de mobiliteitsdienst, preventiedienst of lokale politie. Opdat de jongere zich zou thuis voelen op de werkplek is het aangewezen dat de startbaner op dezelfde dienst tewerkgesteld wordt als de coach. Van in het begin moeten duidelijke afspraken worden gemaakt over de wederzijdse verwachtingen betreffende taken, bijscholing en resultaat. We raden dan ook sterk aan om samen met de startbaner het takenpakket door te nemen. Bovendien is het aangewezen om een arbeidsreglement van de gemeente te overhandigen zodat er geen verwarring kan bestaan omtrent na te leven afspraken. 3 Coördinatie Op het Beleidsdomein Onderwijs & Vorming is een projectcoördinator aangesteld om het VeVe-project in goede banen te leiden. In eerste instantie staat de coördinator in voor het beheer en de administratie van de personeelsdossiers en treedt hij/ zij op als contactpersoon tussen het Beleidsdomein Onderwijs & Vorming en interne/externe partners (FOD Tewerkstelling, Arbeid en Sociaal Overleg, VDAB, kabinet, coördinatie JoJo-project, enz.). Daarnaast evalueert de coördinator de tewerkstelling in de verschillende steden, gemeenten en organisaties. Tijdens dit evaluatiemoment wordt nagegaan in hoeverre de doelstellingen van het project worden verwezenlijkt en, indien nodig, kan bekeken worden hoe het takenpakket eventueel 14: Startbanenproject Verkeersveiligheid

bijgestuurd kan worden. Op de evaluatie wordt ook de vormingskeuze van de VeVe er besproken. Verder organiseert de coördinator vormingen in samenwerking met diverse partners die gespecialiseerd zijn in verkeerseducatie en sensibilisatie. Tenslotte is de coördinator ook rechtstreeks bereikbaar om vragen van alle betrokkenen te beantwoorden. Beleidsdomein Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten Afdeling Scholen Secundair Onderwijs en DKO T.a.v. de VeVe coördinatie Koning Albert II-laan 15 (2M08) 1210 Brussel Tel.: 02 553 91 76 Fax: 02 553 89 75 E-mail: veve@vlaanderen.be www.ond.vlaanderen.be/veve www.facebook.com -startbanenprojecten 15

Selectie & Aanwerving 1 Selectie 1.1 Vacature Als u beroep wilt doen op een nieuwe VeVe er, vult u een aanvraagformulier voor een nieuwe startbaner in. Pas als u de goedkeuring van de coördinatie verkregen hebt, mag u de vacature bekend maken. 1.2 Welke kandidaten komen in aanmerking? Om in aanmerking te komen voor het VeVe-project dienen de jongeren aan een aantal voorwaarden te voldoen: Jonger zijn dan 26 jaar; laaggeschoold zijn 7 ; nog alle politieke en burgerlijke rechten bezitten 8 ; medisch geschikt zijn; perfect Nederlandstalig zijn. Aangezien de startbaners VeVe gesubsidieerd worden door het Beleidsdomein Onderwijs & Vorming, moeten zij aan de subsidiëringsvoorwaarden van art. 28 van de Schoolpactwet voldoen. Dit betekent dat de gebruikelijke controles op diploma/getuigschrift, 7 Laaggeschoolden zijn personen die NIET in het bezit zijn van een studiegetuigschrift of diploma van het tweede jaar van de derde graad van het ASO, TSO of KSO, of die NIET in het bezit zijn van een studiegetuigschrift of diploma van het derde jaar van de derde graad van het BSO (m.a.w. geen 7 de specialisatiejaar). 8 Dit wordt gecontroleerd aan de hand van het MODEL 2 van goed gedrag en zeden. Indien de startbaner in het verleden een veroordeling tot een gevangenisstraf van meer dan vier maanden kreeg, betekent dit dat hij/zij niet meer over al zijn/haar burgerlijke en politieke rechten beschikt. 16: Startbanenproject Verkeersveiligheid

medische geschiktheid, bezit van alle burgerlijke en politieke rechten (op basis van model 2 van goed zedelijk gedrag) en taalkennis ook voor deze personeelsleden gelden. 1.3 Selectie De selectie van de jongere kan op twee manieren gebeuren: 1. De werkgever heeft reeds een geschikte kandidaat. 2. De werkgever heeft geen eigen kandidaat: de werkgever kan een vacature plaatsen op de WIS-computer van de VDAB. Dit is vaak ook de meest succesvolle manier om een geschikte kandidaat te vinden. De werkgever is natuurlijk vrij om de vacature ook te verspreiden via andere kanalen (bijvoorbeeld: www.jobkanaal.be) dan de WIS-computer. 1.4 Afwijking scholingsgraad Het is niet meer mogelijk om een afwijking te verkrijgen op basis van een verantwoording in functie van het takenpakket. In het verleden is gebleken dat het voor de projectcoördinator moeilijk is om dit naar behoren in te schatten. Het is afhankelijk van de capaciteiten van de startbaners, de ondersteuning en begeleiding van de coach of taken al dan niet kunnen worden uitgevoerd door laaggeschoolden. Als werkgever moet u dus het takenpakket aanpassen aan de vooropgestelde doelgroep van het project. In februari 2007 beslisten de bevoegde kabinetten dat een afwijking van de scholingsgraad niet meer zal toegestaan worden, tenzij de jongere tijdens de tewerkstelling als VeVe er een kwalificatie behaalde 9. 9 Opmerking: zie punt 1.6 afsluiten van een arbeidsovereenkomst. 17

2 Aanwerving nieuwe VeVe-er 2.1 Afsluiten van de arbeidsovereenkomst Alvorens een arbeidsovereenkomst op te stellen en te ondertekenen, moet u volgende documenten van de jongere ontvangen hebben: een recent uittreksel uit het strafregister (Model 2); een medisch attest (een attest van de huisarts volstaat). Zonder deze documenten kan er geen arbeidsovereenkomst afgesloten worden. De arbeidsovereenkomst moet in drie exemplaren worden opgesteld en ten laatste op het moment van de indiensttreding worden ondertekend. Bij voorkeur gebruikt u de modelovereenkomst die u terugvindt op de website van VeVe. De 3 exemplaren zijn bestemd voor: de jongere; de gemeente, stad of organisatie als juridische werkgever; het Beleidsdomein Onderwijs & Vorming (1 origineel exemplaar). Het is van het allergrootste belang dat u de arbeidsovereenkomst pas laat ondertekenen als u daadwerkelijk het uittreksel uit het strafregister (model 2) en het medisch attest in uw bezit hebt! Als na de ondertekening zou blijken dat de jongere één van de documenten niet kan voorleggen, dan kan de startbaner niet door het Beleidsdomein Onderwijs & Vorming gesubsidieerd worden. De gemeente, stad of organisatie zal dan als juridisch werkgever zelf moeten instaan voor het verschuldigde loon aan de jongere! Sinds 2010 is het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) geëvolueerd naar een volledig elektronisch personeelsdossier. Alle resterende papieren documenten in de dossiers van het onderwijspersoneel worden gedigitaliseerd door ze te scannen. Wij moedigen zoveel mogelijk aan om de documenten van de startbaners via elektronische weg aan het 18: Startbanenproject Verkeersveiligheid

ministerie bezorgen. Je scant dan de documenten zelf en mailt ze naar het adres veve@vlaanderen.be. Je plaatst slechts één document per scan. 2.2 Dossier Na de ondertekening van de arbeidsovereenkomst moet u het volledige dossier van de startbaner zo snel mogelijk overmaken aan de coördinatie van het VeVe-project. Het dossier omvat een aantal documenten die de startbaner zelf moet verzamelen, namelijk: uittreksel uit het strafregister (MODEL 2); medisch attest; Verder zijn er nog een aantal documenten die u zelf moet invullen. U kunt deze documenten downloaden op onze website. kennisgeving opdracht; aanvraag immatriculatie (pers 11); arbeidsovereenkomst; melding van gegevens; bevestiging van de scholingsgraad. Als de jongere onderdaan is van een land buiten de E.U., moet bovendien een Aanvraag tot afwijking van de nationaliteitsvereiste ingediend worden. Dit document kunt u opvragen bij de coördinatie. Omwille van de aard van het project wordt dit altijd toegekend. Het dossier moet ten laatste op de 15de van de maand volgend op de indiensttreding in het bezit zijn van de projectcoördinator. Enkel dan kan de uitbetaling van het loon gegarandeerd worden. 19

3 Verlenging van de overeenkomst 3.1 Procedure Indien de gemeente, stad of organisatie én de startbaner een verlenging van de arbeidsovereenkomst wensen, dan moet een Aanvraagformulier verlenging startbaanvacature ingediend worden. Op basis van dit document keurt de coördinator van het startbanenproject verkeersveiligheid de aanvraag al dan niet goed. Elementen die van belang zijn in deze aanvraag zijn: De elementen die een verlenging wenselijk maken De evolutie van de invulling van het takenpakket De evaluatie van de coach (als essentiële schakel in het project) Het persoonlijk vormingsproject van de jongere (en de inspanningen die de werkgever hiertoe wil/kan leveren inzake toekennen van educatief verlof, deelname aan vormingen die van de werkgever uitgaan, enz.) De gemeente, stad of organisatie wordt van de beslissing schriftelijk op de hoogte gesteld. Enkel als u een schriftelijke goedkeuring ontvangen heeft, mag een nieuwe arbeidsovereenkomst afgesloten worden. U doet er goed aan om deze procedure op tijd in gang te zetten zodat wij de startbaner kunnen doorbetalen. 3.2 Wat na twee tewerkstellingsjaren? Zoals eerder aangehaald wil het VeVe-project jongeren een eerste werkervaring aanbieden. Het is dus niet de bedoeling om jongeren jarenlang als VeVe er tewerk te stellen. Dit zou immers ook de kansen beperken voor andere laaggeschoolde jongeren om zichzelf via dit project te versterken op de arbeidsmarkt. Wanneer een jongere in zijn eerste tewerkstellingsjaar met een opleiding startte en in een derde jaar zijn opleiding zou kunnen afmaken, kan hij eventueel een uitzonderlijke verlenging krijgen. 20: Startbanenproject Verkeersveiligheid

Een uitzonderlijke verlenging moet door twee instanties goedgekeurd worden. - De dienst Toezicht op Sociale Wetten. Die oordeelt over het juridische aspect van de verlenging in het kader van de arbeidswetgeving. - De VeVe-coördinatie. Die oordeelt over het inhoudelijk geoorloofd zijn van een verlenging. Als juridisch werkgever is de stad/gemeente/organisatie verantwoordelijk voor het indienen van de aanvraag tot toestemming voor het sluiten van opeenvolgende arbeidscontracten van bepaalde duur bij de regionale directie van de dienst Toezicht op Sociale Wetten. Het formulier hiervoor kunt u opvragen bij de coördinatie. Als er een goedkeuring verkregen is, stuurt u deze samen met de aanvraag voor een verlenging naar de VeVe-coördinatie. Pas na het verkrijgen van deze beide goedkeuringen kan de stad/ gemeente/organisatie overgaan tot het verlengen van het contract van de VeVe er. Het is dus van belang dat deze procedure op tijd in gang gezet wordt, zodat bij een positieve beslissing een continuïteit van contracten kan verzekerd worden. Bij een negatieve beslissing heeft de startbaner, bij een tijdige aanvraag, nog de mogelijkheid om een nieuwe betrekking te zoeken. 21

Einde en schorsing tewerkstelling 1 Einde contract De coördinatie werkt samen met de VDAB om de overstap naar de reguliere arbeidsmarkt vlotter te laten verlopen. Drie maanden voor het einde van het contract krijgen startbaner en coach een mail met de contactgegevens van een trajectbegeleider uit de regio. De startbaner kan een afspraak maken met deze trajectbegeleider om verdere begeleiding op te starten. Meer informatie over de trajectbegeleiding van de VDAB kan je vinden op http://vdab.be/werkinzicht/begeleiding.shtml. Op het einde van de tewerkstelling vullen zowel startbaner als de coach een evaluatieformulier in. Beide formulieren staan op de website van het startbanenproject. Indien de werkgever een nieuwe startbaner wenst, vult hij opnieuw een Aanvraag tot aanstelling van een startbaner in. Alle documenten bevinden zich op de website. 2 Ontslag Binnen het VeVe-project worden de jongeren tewerkgesteld op basis van een contract van bepaalde duur. Een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur eindigt dus in principe op het ogenblik van het verstrijken van de duurtijd ervan. Dit betekent binnen het VeVe project na 1 jaar. Om de startbaanovereenkomst toch voortijdig te beëindigen, zijn er 4 mogelijkheden (wettelijke basis: privé-wetgeving van 3 juli 1978). 2.1 Binnen de proefperiode (= 3 maanden) De startbaanovereenkomst kan niet eenzijdig worden beëindigd door opzegging, behalve tijdens de proefperiode en dit mits naleving van een opzeggingstermijn van zeven kalenderdagen. De partij die de opzegging geeft, mag vrij de aanvangsdatum van de opzeggingstermijn bepalen, op voorwaarde dat dit ten vroegste de dag na de betekening is. Wanneer een dergelijke opzegging tijdens de eerste maand wordt gegeven, heeft de beëindiging ten vroegste op de laatste dag van 22: Startbanenproject Verkeersveiligheid

deze maand uitwerking. De opzeggingstermijn mag niet eindigen vóór het einde van de minimumduur van 1 maand. Hou er rekening mee dat schorsingen van de arbeidsovereenkomst tijdens de eerste maand, deze eerste maand verlengen met een periode gelijk aan de schorsing. Concreet: Als Jan Janssens op 01/01/05 in dienst treedt bij gemeente X, dan kan hij ten vroegste ontslagen worden op 31/01/05 mits naleven van een opzeggingstermijn van zeven dagen. Zelfs als de betekening plaatsvindt op 15/01/05, kan het ontslag pas ingaan op 31/01/05. De opzeggingstermijn kan in dit geval ten vroegste ingaan op 25/01/05. Indien u zich wil beroepen op de beëindiging van de A.O. binnen de proefperiode, is de uiterste datum voor de betekening in het geval van Jan Janssens 24/03/05. De opzeggingstermijn zal dan ten vroegste ingaan op 25/03/05 voor een periode van zeven dagen tot en met 31/03/05, het einde van de proefperiode. De proefperiode is enerzijds bedoeld om na te gaan in welke mate de startbaner geschikt is voor zijn taak. Anderzijds krijgt de startbaner de kans om uit te maken of de functie hem ligt. Tijdens de proefperiode kan de arbeidsovereenkomst dus relatief gemakkelijk worden beëindigd. Het is dan ook van groot belang dat u tijdig ingrijpt als de VeVe er niet geschikt is voor zijn/haar taak of zich niet aan de afspraken houdt! 2.2 Bij het vinden van een andere job De startbaner kan de arbeidsovereenkomst beëindigen, als hij een andere baan heeft gevonden. Hierbij moet hij wel een opzeggingstermijn van zeven kalenderdagen, die aanvangt op de dag volgend op de betekening, in acht nemen. Dit geldt net als de mogelijkheid om verlof te krijgen voor een sollicitatie niet meer na contractverlenging. 2.3 In onderling akkoord De arbeidsovereenkomst kan beëindigd worden in onderling akkoord. Beide partijen kunnen hierbij overeenkomen dat de arbeidsovereenkomst ofwel onmiddellijk een einde neemt, ofwel na het verstrijken van een zelf te bepalen termijn. Een geschrift is niet per se noodzakelijk, maar 23

in de praktijk is dit toch aan te bevelen (in twee exemplaren: één voor de werkgever en één voor de startbaner). Gelieve ook een kopie te bezorgen aan de coördinator van het startbanenproject. 2.4 Omwille van dringende redenen Onder dringende reden verstaat men de ernstige tekortkoming die elke professionele samenwerking tussen de werkgever en de werknemer onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt. Een dringende reden kan ook ingeroepen worden bij het herhaaldelijk voorkomen van een lichte fout (vb. veelvuldig te laat komen op het werk). Wie de dringende reden inroept, moet het bewijs leveren van de feiten die hij aanvoert. Het is dan ook van belang om alles steeds via een kennisgeving opdracht aan de coördinator door te geven. Bij een ontslag om dringende reden moeten ook strenge vorm- en termijnvereisten geëerbiedigd worden. Indien een procedurefout gemaakt wordt, dan brengt dit met zich mee dat de arbeidsovereenkomst onrechtmatig beëindigd werd en dat de werkgever, in dit geval de gemeente, stad of organisatie, een opzeggingsvergoeding verschuldigd is aan de startbaner. Er kan nooit een verbrekingvergoeding betaald worden vanuit het Ministerie van Onderwijs en Vorming. 2.5 Af te leveren documenten Ongeacht de manier waarop de arbeidsovereenkomst werd beëindigd, moet de werkgever, in dit geval dus de stad, gemeente of organisatie, de volgende documenten afleveren: Werkloosheidsverklaring C4; Tewerkstellingsattest dat alleen het begin en het einde van de arbeidsovereenkomst, de functie en eventuele afwezigheden vermeldt. De coördinatie moet ook steeds op de hoogte gebracht worden van de stopzetting van een arbeidsovereenkomst om de betaling van de 24: Startbanenproject Verkeersveiligheid

startbaner te kunnen stopzetten. Het document dat hiervoor gebruikt moet worden is een kennisgeving dienstonderbreking met vermelding van de datum van uitdiensttreding en als reden ontslag. 3 Schorsing van de overeenkomst De schorsingsgronden van de arbeidsovereenkomst zijn de feiten of gebeurtenissen die tot gevolg hebben dat de arbeidsovereenkomst of de uitvoering ervan worden onderbroken. 3.1 Klein verlet Voor toekenning van klein verlet moeten de richtlijnen gevolgd worden die in voege zijn bij de juridische werkgever, m.a.w. zoals ze in het arbeidsreglement van de stad of de gemeente vermeld zijn. Met het formulier kennisgeving dienstonderbreking brengt u de coördinator op de hoogte dat je jongere beroep gedaan heeft op klein verlet. 3.2 Ziekte en ongeval Bij ziekte moet de startbaner onmiddellijk de gemeente, stad of organisatie op de hoogte brengen en een doktersbriefje afleveren. Verder is de interne regeling omtrent de controle op ziekte van toepassing. De werkgever dient daarna het ziektebewijs van de dokter samen met een kennisgeving dienstonderbreking binnen de maand aan de coördinator van het project over te maken! Gedurende de eerste 30 dagen van de ziekte behoudt de startbaner het lopende loon. Vanaf de 31 ste dag valt de VeVe er terug op een uitkering van de mutualiteit. Het is raadzaam om de mutualiteit ook bij elke ziekte op de hoogte te brengen! 3.3 Arbeidsongeval en beroepsziekte Indien zich een arbeidsongeval of beroepsziekte voordoet, moet de coördinatie hierover zo snel mogelijk worden ingelicht, zodat de nodige formulieren in orde kunnen worden gebracht. 25

Vorming Jongeren die werken in het startbanenproject Verkeersveiligheid krijgen de kans om aanvullende opleidingen te volgen. Zo hebben zij nadien een extra troef in handen om duurzaam ingeschakeld te worden in de arbeidsmarkt. 1. Vorming betaald door de werkgever De werkgever voorziet in de nodige vorming zodat de startbaner zich goed kan inwerken en het takenpakket correct kan uitvoeren. Ze doet dat op dezelfde manier als voor alle andere personeelsleden. Werkgevers worden ook aangemoedigd om de startbaners Verkeersveiligheid te laten deelnemen aan vormingssessies voor verkeers- en mobiliteitsmedewerkers. 2. Vorming aangeboden en betaald door het beleidsdomein Onderwijs en Vorming Op regelmatige tijdstippen krijgen de startbaners een uitnodiging om deel te nemen aan cursussen waarin ze meer expertise kunnen opdoen voor hun taak als startbaner Verkeersveiligheid. Zo organiseert de projectcoördinatie in de loop van het jaar introductiecursussen waarin de startbaners kennis maken met hun rechten en plichten op de werkvloer. We verwachten van de werkgever dat zij de startbaner stimuleren om zich in te schrijven voor die cursussen. Daarnaast organiseert de coördinatiecel op geregelde tijdstippen vormingsessies voor de coaches. Daardoor krijgen zij een beter beeld van hun specifieke taak als begeleider. 26: Startbanenproject Verkeersveiligheid

3 Individuele vorming 3.1 Richtlijnen Het beleidsdomein Onderwijs en Vorming trekt een budget uit voor de vorming van de startbaners. Het inschrijvingsgeld van een individuele opleiding wordt helemaal of gedeeltelijk gefinancierd door het beleidsdomein Onderwijs en Vorming (tot 350 euro per startbaner per semester). De werkgever en de startbaner worden aangemoedigd om zelf op zoek te gaan naar de meest geschikte vorming. De startbaner kiest een opleiding die aansluit bij de eigen interesses, vaardigheden, motivatie én die gericht is op het uitbouwen van een toekomstige loopbaan. Alleen opleidingen die leiden tot een diploma of die beroepsgericht zijn, komen in aanmerking. Hobbycursussen worden dus niet terugbetaald. 3.2 Vormingsverlof Om de startbaners maximale kansen te geven om te slagen in de gekozen opleiding, wordt de werkgever sterk aangemoedigd de startbaner vormingsverlof te verlenen. Het aantal dagen vormingsverlof kan in overleg tussen de werkgever en de startbaner opgetrokken worden tot maximaal twee dagen per week. Tijdens het vormingsverlof wordt de startbaner voltijds betaald. Gezien de aard van het project wordt van de werkgever verwacht dat ze de jongere voldoende tijd biedt om extra kwalificaties te behalen. Het is van belang dat de coach de staat van aan- en afwezigheden op de opleiding opvraagt en bijhoudt. Als de jongere onwettig afwezig is op de opleiding, geldt dat als een onwettige afwezigheid binnen de arbeidstijd. De werkgever moet die afwezigheid steeds via het document kennisgeving dienstonderbreking doorgeven aan de coördinatie. Jongeren die ervoor kiezen om zelfstandig te studeren, bijvoorbeeld via de Examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap, kunnen met hun werkgever de mogelijkheid bespreken om tijdens de zittijden extra tijd voor studie te krijgen. 27

3.3 Procedure van de vormingsaanvraag en de terugbetaling De procedure voor de aanvraag en de terugbetaling van een opleiding, verloopt als volgt: De startbaner kiest voor een bepaalde opleiding. Zodra hij een keuze heeft gemaakt, regelt hij samen met de werkgever het uurrooster. De startbaner vraagt via de VDAB opleidingscheques aan op www.vdab.be/opleidingscheques. Voor sommige opleidingen kan de persoonlijke bijdrage teruggevraagd worden aan de VDAB. Hiervoor gebruikt hij het formulier Aanvraag tot terugbetaling van de persoonlijke bijdrage voor opleidingscheques in, waardoor de VDAB het volledige bedrag van de opleidingscheques terugbetaalt.10 Als de kosten van de opleiding meer bedragen dan het hoogste bedrag van de opleidingscheques namelijk van 250 euro, kunt u het formulier Aanvraag tot terugbetaling van een opleiding indienen. Dat formulier staat op de website van het startbanenproject. Met een brief delen wij aan de startbaner mee of de opleiding al dan niet in aanmerking komt voor een terugbetaling. De startbaner vult het formulier Vereffeningsborderel voor een gevolgde opleiding in, neemt dat mee naar de vormingsinstelling en betaalt de opleiding met de opleidingscheques. Het vereffeningsborderel krijgt een stempel van de vormingsinstelling en wordt samen met het betalingsbewijs opgestuurd naar de coördinatoren. Het bedrag dat de startbaner kan terugkrijgen is beperkt tot een maximumbedrag van 350 euro. Op de volgende pagina kunt u een schematische voorstelling vinden van de verschillende stappen van de procedure. 10 Volgende opleidingen komen hiervoor in aanmerking: alle opleidingen om een diploma of getuigschrift van algemeen, beroeps- of technisch secundair onderwijs te behalen, alle opleidingen verstrekt door de centra voor basiseducatie en de centra voor volwassenenonderwijs en basisopleidingen informatica: basisopleidingen Nederlands voor anderstaligen. 28: Startbanenproject Verkeersveiligheid