Toelichting Toewijzingsmethode emissierechten 2013-2020



Vergelijkbare documenten
Aanpak datacollectie Infosessie oktober 2018

Leeswijzer bij de bedrijfsspecifieke bijlage 2 van het Nationaal Toewijzingsbesluit.

EU-ETS: TOEWIJZINGSREGELS

7 Belgisch Staatsblad d.d

Achtergronddocument gratis toewijzing

Aanvragen gratis emissierechten voor

EU-ETS: TOEWIJZINGSREGELS

Programma infosessie EU-ETS

Methodiek voor toewijzing emissies aan sub-installaties. infosessie 11 maart 2019

Datum van inontvangstneming : 10/03/2017

Algemeen: deelname emissiehandel

Disclaimer. De getoonde informatie in deze presentatie is gebaseerd op een concept template. Hier kunnen dan ook geen rechten aan ontleend worden.

Publicatieblad van de Europese Unie

Emissiehandel in Europa

Warmtestromen binnen het EU-ETS

Ontwerp nationaal toewijzingsbesluit broeikasgasemissierechten van datum en KLG kenmerk

Herziening EU-ETS. context & belangrijkste elementen. Infosessie oktober 2018

De herziening van het EU ETS: de 4e handelsperiode

Vlarem trein Aanpassing wetgeving inzake Emissiehandel

Publicatieblad van de Europese Unie BIJLAGE II

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

18 januari 2019 Monitoring de emissiehandel

Het Europese Emissiehandel systeem ( ETS) Speerpunt van het Europese klimaatbeleid Impact op de Europese Staalsector

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Afdeling 2.1 van de Regeling monitoring handel in emissierechten wordt als volgt gewijzigd:

Het Vlaams energie- en klimaatbeleid

van 18 september 2012

Waarde van toewijzing van gratis rechten is aanzienlijk: in totaal wordt er ongeveer voor 4 miljard euro toegewezen

Publicatieblad van de Europese Unie d.d L 229/48 NL Publicatieblad van de Europese Unie 31.8.

P. DE BOORDER & ZOON B.V.

Emissiehandel in Europa

12 januari Meldingen toewijzing. Resultaten onderzoek meldingen daling activiteitsniveau

Leidraad Toewijzing Emissierechten Nieuwkomers en veranderingen

EU ETS INFO. Over deze nieuwsbrief DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR EN ENERGIE. LNE.be/themas/klimaatverandering. In dit nummer

Guidance document nr. 3 ten aanzien van geharmoniseerde methoden voor kosteloze toewijzing in het kader van de EU-ETS na 2012

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

EMISSIE INVENTARIS. E. Lokken Groenvoorziening BV. Tel Noordzijde Directie Erik Lokken

Emissiehandel in Europa

Geheel 2015 Dit document is opgesteld volgens ISO

ALLOCATIE Monitoringmethodiekplan (MMP)

buffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net

De emissie inventaris van:

Nieuwe methodiek CO 2 -voetafdruk bedrijventerreinen POM West-Vlaanderen. Peter Clauwaert - Gent 29/09/11

(Niet-wetgevingshandelingen) BESLUITEN

2013 Dit document is opgesteld volgens ISO

Meetvoorwaarden MEP / CO 2 index

De emissie inventaris van: Holstein BV Dit document is opgesteld volgens ISO

Datum van inontvangstneming : 24/12/2014

EMISSIE INVENTARIS Axent Groen BV

VOETAFDRUK CONFORM DE CO 2 PRESTATIELADDER

De emissie inventaris van: 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Vlaamse prioriteiten ETS herziening

Emissie inventaris Visser Assen. Dit document is opgesteld volgens ISO

De emissie inventaris van: Holstein BV Dit document is opgesteld volgens ISO

Handreiking Aanvulling op het EEP - Addendum op de MEE. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken

De emissie inventaris van: Aannemingsbedrijf Platenkamp Borne 2010

Toelichting 04: Flexibele maatregelen

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

CO2 reductie

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

Meetvoorwaarden voor productie-installaties met registratie van nuttig aangewende warmte

Footprint Rollecate Group. Dit document is opgesteld volgens ISO

Handleiding bij de duurzaamheidsrapportage vloeibare biomassa Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) Datum Versie V1.

Mededeling van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 22 juli 2008

BIJLAGE V. Technische bepalingen inzake stookinstallaties. Deel 1. Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties

Tool Burgemeestersconvenant Actualisatie nulmeting 2011 & inventaris 2012

Publicatieblad van de Europese Unie L 151/9

EnergieConversiePark Moerdijk Een ECP aansluitend op bestaande verwerking van biomassa

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

De emissie inventaris van: 2014 Dit document is opgesteld volgens ISO

MONITOR ELEKTRICITEITSPRODUCTIE

Dit document is opgesteld volgens ISO

Bijlage 1.2.2bis bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN

Carbon Footprint 1e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Inhoud. Regelgeving voor stookinstallaties sterk in beweging

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

Voortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik

REGELS VOOR DE BEREKENING VAN BROEIKASGASEMISSIES GEDURENDE DE LEVENSCYCLUS VAN BIOBRANDSTOFFEN. Suikerbietethanol 61 % 52 %

van 13 november 2007

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2016

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 15 april 2008

Footprint Rollecate Groep. Dit document is opgesteld volgens ISO

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

De emissie inventaris van: 2016 Dit document is opgesteld volgens ISO

CO 2 -Prestatieladder

: S. van der Lubbe, F. Kennis en J.K. Hoogendijk. Bijlagen : CO2 Uitstoot 2017 Rapportage Maatregellijst CO2 Prestatieladder 2018

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

VR DOC.0832/2BIS

Datum van inontvangstneming : 02/10/2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2016

Theorie emissiehandel. & de EU ETH. Edwin Woerdman. - Universitair hoofddocent Rechtseconomie - Co-directeur Groningen Centre of Energy Law (GCEL)

Voortgang Emissiehandel 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

Rapportage van broeikasgasemissies veroorzaakt door gekochte elektriciteit

Bijlagen : CO2 Uitstoot 2016 Rapportage Maatregellijst CO2 Prestatieladder 2017

Datum van inontvangstneming : 09/06/2017

Transcriptie:

Toelichting Toewijzingsmethode emissierechten 2013-2020 18 maart 2011 Stijn Caekelbergh Departement Leefmilieu, Natuur & Energie

Inhoud presentatie Inleiding Basisprincipes Opsplitsing in sub installaties Per sub installatie HAL bepalen Per sub installatie toewijzing berekenen Toewijzing hele installatie bepalen (met en zonder correctiefactoren) Specifieke situaties: Warmte transfers tussen installaties Wat met waste gases en fakkels? Speciale product benchmarks

1. Inleiding Toewijzingsregels zijn vastgelegd in Europese Beschikking Negen guidance documenten moeten zorgen voor een correcte en geharmoniseerde toepassing van deze regels: Nota met algemene achtergrond bij toewijzingsregels voor 13-20 Richtsnoeren bij toewijzingsmethode Richtsnoeren voor rapportering van gegevens Richtsnoeren voor verificatie Richtsnoeren omtrent carbon leakage Richtsnoeren omtrent warmtestromen tussen verschillende installaties Richtsnoeren inzake nieuwkomers en sluitingen Richtsnoeren inzake waste gases Sector specifieke richtsnoeren = basis voor deze presentatie (met dank aan Nederlandse collega s)

2. Basisprincipe Toewijzing berekenen op basis van Benchmark Vermenigvuldigd met Historisch Activiteitsgegevens (historical activity levels ~ HAL)

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe

2. Basisprincipe Toewijzing op basis van historisch activiteitsgegevens (HAL) Voor productbenchmark productie data (in ton product) Voor warmte benchmark geconsumeerde warmte of naar non ETS installatie geexporteerde warmte (in TJsec) Voor brandstof benchmark brandstofverbruik (in TJprim) Voor proces benchmark historische emissies (in ton CO2-eq)

2. Basisprincipe 4 stappen om toewijzingsmethode toe te passen Stap 1 Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 2 Per sub installatie HAL bepalen Stap 3 Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 4 Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

3. Opsplitsing installatie in sub installaties 4 stappen om toewijzingsmethode toe te passen Stap 1 Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 2 Per sub installatie een toewijzing berekenen Stap 3 De basis hoeveelheid toewijzing voor hele installatie berekenen De voorlopige toewijzing voor de hele installatie bereken Stap 4 Finale toewijzing berekenen

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Sub installatie = deel van de installatie waarvoor één toewijzingsmethode moet worden toegepast Opsplitsing naar carbon leakage (CL) status van de producten INSTALLATIE Sub installatie valt niet per definitie samen met fysieke eenheid één eenheid kan tot meer sub installaties behoren één sub installatie kan meerdere eenheden bevatten Geen overlap tussen emissies van sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 1: Beoordeling Product Benchmark sub installaties Stap 1a Product Benchmark sub installaties identificeren (indien van toepassing) Stap 1b Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties Inputs = grondstoffen, brandstoffen, warmte en elektriciteit Outputs = productiedata, warmte, proces emissies, waste gassen Toewijzing van inputs is niet belangrijk indien alle emissies van de installatie gevat zijn door product benchmarks Bij toewijzing van outputs over verschillende product benchmark sub installaties moeten dubbeltellingen vermeden worden

3. Opsplitsing installatie in sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 2: Beoordeling Warmte Benchmark sub installaties Stap 2a Eén of twee heat benchmark sub installaties identificeren Indien de installatie meetbare warmte consumeert buiten de grenzen van de product benchmark sub installatie, op voorwaarde dat: De warmte werd geproduceerd in de installatie zelf, of in een andere ETS installatie warmte niet geproduceerd binnen de grenzen van salpeterzuur product benchmark of met een Elektrische boiler warmte niet gebruikt wordt voor de opwekking van elektriciteit Indien de installatie meetbare warmte exporteert naar non ETS installatie, op voorwaarde dat: warmte niet geproduceerd binnen grenzen van salpeterzuur product benchmark of met een elektrische boiler warmte niet gebruikt wordt voor de opwekking van elektriciteit

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 2: Beoordeling Heat Benchmark sub installaties Het betreft meetbare warmte: warmtestroom wordt getransporteerd via (pijp)leidingen er wordt een heat transfer medium (stoom, water, olie, ) gebruikt bij transport van warmte de warmtestroom wordt of kan gemeten worden door meter Het betreft netto warmte: Warmte inhoud van condensaat moet afgetrokken worden Bijlage II van guidance over data collectie geeft uitgebreide toelichting voor het bepalen van netto warmte in installatie

voorbeeld 3. Opsplitsing installatie in sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Oorsprong van de warmte is in principe niet belangrijk: Ook warmte afkomstig van biomassa, exotherme warmte, WKK, kan toewijzing krijgen Indien afkomstig van non ETS installatie, van salpeterzuur sub installatie of opgewekt door elektrische boiler geen toewijzing Stap 2b Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 3: Beoordeling Brandstof Benchmark sub installaties Stap 3a Eén of twee fuel benchmark sub installaties identificeren Indien de installatie een brandstof verbrandt buiten de grenzen van de product benchmark sub installatie, op voorwaarde dat: De brandstof wordt verbrand voor de productie van mechanische energie (op voorwaarde dat deze niet wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit) De brandstof wordt verbrand voor de productie van niet meetbare warmte of koeling De brandstof niet wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit De brandstof niet wordt afgefakkeld (tenzij het gaat om safety flaring)

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 3b Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 4: Beoordeling Proces emissies sub installatie Stap 4a Eén of twee proces emissies sub installaties identificeren Indien de installatie een emissie uitstoot, buiten de grenzen van de product benchmark sub installatie, die onder één van de volgende categorieën valt: Andere broeikasgasemisses dan CO2 CO2 emissies die het gevolg zijn van een hierna genoemde activiteit emissies die het gevolg zijn van de verbranding van onvolledig geoxideerde koolstof die ontstaat door een hierna genoemde activiteit ten behoeve van de productie van meetbare warmte, niet-meetbare warmte of elektriciteit, na aftrek van de emissies die gepaard zouden gaan met de verbranding van een hoeveelheid aardgas met dezelfde technisch bruikbare energie-inhoud als de verbrande onvolledig geoxideerde koolstof:

3. Opsplitsing installatie in sub installaties De activiteiten : (i) de chemische of elektrolytische reductie van metaalverbindingen in ertsen, concentraten en secundaire materialen; (ii) de verwijdering van onzuiverheden uit metaal en metaalverbindingen; (iii) de decompositie van carbonaten, met uitzondering van die voor de reiniging van rookgassen; (iv) niet in eerste instantie op de opwekking van warmte gerichte chemische synthesen waarbij het koolstofhoudend materiaal aan de reactie deelneemt; (v) niet in eerste instantie op de opwekking van warmte gericht gebruik van koolstofhoudende additieven of grondstoffen; (vi) de chemische of elektrolytische reductie van halfmetaaloxiden of niet metaaloxiden zoals siliciumoxiden en fosfaten;

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Stap 4: Beoordeling Proces emissies sub installatie Stap 4b Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties

3. Opsplitsing installatie in sub installaties Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Beoordeling Product Benchmark sub installaties Leidt tot n sub installaties Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties Beoordeling Heat Benchmark sub installaties Leidt tot maximaal 2 sub installaties Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties Beoordeling Fuel Benchmark sub installaties Leidt tot maximaal 2 sub installaties Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties Beoordeling proces emissies sub installaties Leidt tot maximaal 2 sub installaties Relevante inputs en outputs toewijzen aan deze sub installaties Installatie is opgesplitst in maximaal n+6 sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

Voorbeelden opsplitsing in sub installaties

4. Per sub installatie HAL bepalen Methodologie om te komen tot toewijzing Stap 1 Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 2 Per sub installatie HAL bepalen Stap 3 Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 4 Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

4. Per sub installatie HAL bepalen De toewijzing voor elke sub installatie is het product van een benchmark met historische activiteitsgegevens (HAL) De relevante HAL zijn: Voor productbenchmark sub installatie historische productie data (in ton product) Voor heat sub installatie historische netto meetbare geconsumeerde of naar non ETS installatie geexporteerde warmte (in TJsec) Voor fuel sub installatie historisch brandstofverbruik (in TJprim) Voor proces emissies sub installatie historische emissies (in CO2- eq) Bij elke sub installatie moeten HAL bepaald worden adhv data collectie

4. Per sub installatie HAL bepalen Voor hele installatie moet een keuze gemaakt worden tussen: Referentie periode 2005-2008 Referentie periode 2009-2010 HAL = mediaan(relevante parameter tijdens referentie periode) Voor de bepaling van deze mediaan dienen alle jaren meegenomen te worden waarin de installatie minstens één dag operationeel was Deze methodiek geldt niet als: er een significante capaciteit uitbreiding/vermindering was de installatie minder dan twee jaar operationeel was

4. Per sub installatie HAL bepalen

4. Per sub installatie HAL bepalen en toewijzing berekenen Wat als de installatie minder dan twee kalenderjaren operationeel was tijdens de gekozen referentieperiode? HAL = capaciteit * RCUF Met capaciteit = Ofwel gemiddelde [twee hoogste maandelijkse activiteitsgegevens in periode jan-2005 dec-2008] * 12 = capaciteit Ofwel (indien vorige niet kan) op basis van experimentele verificatie Met RCUF = geverifieerde benuttingsgraad op basis van info exploitant

4. Per sub installatie HAL bepalen en toewijzing berekenen 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Operation at least one day in each year HAL = median: x x x x or median: x x Not operated in 2006 HAL = median: x x x or median: x x Operation started 31st dec. 2006 HAL = median: x x or median: x x Operation started in 2007 or 2008 HAL = Initial Capacity x RCUF or median: x x Operation started after 1-1-2009 HAL = Initial Capacity x RCUF

4. Per sub installatie HAL bepalen Wat als er een significante capaciteits verhoging/vermindering was tijdens referentieperiode? SOWIESO NODIG: identificeerbare fysische verandering(en) met betrekking tot de technische configuratie en werking (niet de loutere vervanging van een bestaande productielijn!) PLUS: de subinstallatie verkrijgt een capaciteit die ten minste 10% hoger ligt in vergelijking met de aanvankelijk geïnstalleerde capaciteit van de subinstallatie vóór de verandering plaatshad OF de subinstallatie waarop de fysische veranderingen van toepassing zijn, heeft een significant hoger activiteitsniveau, dat resulteert in een extra toewijzing van emissierechten ter waarde van meer dan 50 000 emissierechten per jaar, wat overeenstemt met minstens 5% van het voorlopige jaarlijkse aantal emissierechten dat kosteloos aan deze subinstallatie was toegewezen vóór de verandering

4. Per sub installatie HAL bepalen Gedetailleerde uitwerking: zie vanaf pagina 33 van guidance on allocation methodologies

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Methodologie om te komen tot toewijzing Stap 1 Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 2 Per sub installatie HAL bepalen Stap 3 Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 4 Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 1: berekening toewijzing voor elke product benchmark sub installatie

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 1: berekening toewijzing voor elke product benchmark sub installatie Aftrek vereist indien er warmte wordt geïmporteerd van non ETS installatie Aangepaste formule voor beperkt aantal producten waarvoor exploitant kan kiezen tussen een brandstof en elektriciteit voor de warmteproductie/mechanische energie nodig voor productie product

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 2: berekening toewijzing voor elke heat benchmark sub installatie

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 3: berekening toewijzing voor elke fuel benchmark sub installatie

5. Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 4: berekening toewijzing voor elke proces emissies sub installatie

6. Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren) Methodologie om te komen tot toewijzing Stap 1 Opsplitsing van de installatie in sub installaties Stap 2 Per sub installatie HAL bepalen Stap 3 Per sub installatie toewijzing berekenen Stap 4 Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

6. Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

6. Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren) Carbon Leakage Lijst van sectoren op basis van NACE indeling, versie 1.1 (= niet meest recente lijst!, wel lijst die van toepassing was voor referentieperiode) NACE v1.1 PRODCOM versie 2007 In CIMs beschikking is voor elke productbenchmark aangegeven of product onderhevig is aan carbon leakage De minimis regel

6. Toewijzing voor hele installatie berekenen (met en zonder correctiefactoren)

7. Specifieke situatie: warmte transfer tussen twee installaties ETS ETS Toewijzing aan warmteverbruiker Als warmte verbruikt in heat benchmark sub-installation: toewijzing op basis van carbon leakage factor warmteverbruiker Als warmte verbruikt in product benchmark sub-installatie: geen specifieke toewijzing voor warmte ETS Non- ETS Toewijzing aan warmteproducent Warmte is niet-carbon leakage, behalve indien warmteproducent kan aantonen dat warmte wordt verbruikt in proces dat carbon leakage is Speciale regel: indien warmte wordt geleverd aan privé-huishoudens toewijzing op basis van historische emissies met correctiefactor (indien warmte door WKK geleverd: opsplitsing WKK emissies nodig tussen elektriciteit en warmte)

7. Specifieke situatie: warmte transfer tussen twee installaties Non ETS ETS Geen toewijzing voor warmte niet opgewekt in ETS (en salpeterzuur!) Indien warmte wordt verbruikt in warmtebenchmark sub-installatie geen toewijzing, geen aftrek nodig Indien warmte verbruikt wordt in productbenchmark subinstallatie aftrek van emissierechten op basis van warmtebenchmark Complexe warmtenetwerken Steeds toepassing basisregels Indien ETS warmte levert aan onafhankelijke (non-ets) heat distributor, worden regels ETS non-ets gevolgd (toewijzing aan warmteproducent, heat distributor is non CL)

7. Specifieke situatie: warmte transfer tussen twee installaties

7. Specifieke situatie: warmte transfer tussen twee installaties Uitbreidingen tijdens handelsperiode Indien toewijzing wordt gegeven aan warmteverbruiker (ETS ETS), enkel significante uitbreiding bij de warmteverbruiker geeft recht op extra toewijzing Indien toewijzing wordt gegeven aan warmteproducent(ets non-ets), significante capaciteitsuitbreiding van warmte-export leidt tot extra toewijzing

8. Specifieke situatie: waste gases en flaring Definitie van waste gas Gassen die ontstaan door de onvolledige verbranding, of een andere chemische reactie, en die aan volgende criteria voldoen: De gassen worden verder verbrand omwille van een significante aanwezigheid van onvolledig geoxideerde koolstof De gassen hebben een hoge calorische waarde, waardoor ze kunnen verbranden zonder hulpbrandstoffen, of ze dragen significant bij tot de energie input, indien gecombineerd met andere brandstoffen De gassen zijn een by-product van het productieproces

8. Specifieke situatie: waste gases en flaring Toewijzing voor PRODUCTIE van waste gas: 1. Indien product benchmark: zit reeds vervat in grenzen van product benchmark 2. Indien geen product benchmark: process emissies benchmark (niet voor waste gases die gefakkeld worden!): Indien de installatie een emissie uitstoot, buiten de grenzen van de product benchmark sub installatie, die onder één van de volgende categorieën valt: Andere broeikasgasemisses dan CO2, die in bijlage I van Richtlijn 2003/87/EG zijn opgenomen CO2 emissies die het gevolg zijn van een hierna genoemde activiteit emissies die het gevolg zijn van de verbranding van onvolledig geoxideerde koolstof die ontstaat door een hierna genoemde activiteit ten behoeve van de productie van meetbare warmte, niet-meetbare warmte of elektriciteit, na aftrek van de emissies die gepaard zouden gaan met de verbranding van een hoeveelheid aardgas met dezelfde technisch bruikbare energie-inhoud als de verbrande onvolledig geoxideerde koolstof:

8. Specifieke situatie: waste gases en flaring De activiteiten : (i) de chemische of elektrolytische reductie van metaalverbindingen in ertsen, concentraten en secundaire materialen; (ii) de verwijdering van onzuiverheden uit metaal en metaalverbindingen; (iii) de decompositie van carbonaten, met uitzondering van die voor de reiniging van rookgassen; (iv) niet in eerste instantie op de opwekking van warmte gerichte chemische synthesen waarbij het koolstofhoudend materiaal aan de reactie deelneemt; (v) niet in eerste instantie op de opwekking van warmte gericht gebruik van koolstofhoudende additieven of grondstoffen; (vi) de chemische of elektrolytische reductie van halfmetaaloxiden of niet metaaloxiden zoals siliciumoxiden en fosfaten;

8. Specifieke situatie: waste gases en flaring Toewijzing voor PRODUCTIE van waste gas: process emissies benchmark: hoe toepassen in dit geval?

8. Specifieke situatie: waste gases en flaring Toewijzing voor CONSUMPTIE van waste gas: 1. Indien affakkelen: enkel toewijzing (op basis van brandstof benchmark) indien veiligheidsaffakkeling buiten grenzen van product benchmark Veiligheidsaffakkeling: vereist in (milieuvergunning) Verbranding vindt plaats in een eenheid die onderhevig is aan atmosferische storingen (eenheid dus niet afgedekt) Het gaat om sterk wisselende hoeveelheden gassen die verbrand worden (dus geen continue fakkel, tenzij statistisch aangetoond wordt dat er grote schommelingen zijn) Zowel voor emissies in afgefakkelde gassen, als voor steunbrandstof enkel toewijzing in geval van veiligheidsaffakkeling 2. Indien nuttig gebruik waste gas: toewijzing hangt af van manier waarop het gebruikt wordt

3. Guidance bij geharmoniseerde toewijzingsregels n 8 Waste gases

3. Guidance bij geharmoniseerde toewijzingsregels n 8 Waste gases

9. Specifieke situatie: productbenchmarks met afwijkende berekeningen

9. Specifieke situatie: productbenchmarks met afwijkende berekeningen

9. Specifieke situatie: productbenchmarks met afwijkende berekeningen

Vragen?