Ons kenmerk 2011-0845 Maastricht 6 december 2011 Bijlagen Verzonden Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Op 31 oktober 2011 is een verzoek binnengekomen van Avenue2, Postbus 4379, 6202 VB Maastricht, om een ontheffing als bedoeld in artikel 2.13 van de Omgevingsverordening Limburg (OL) voor de tijdelijke opslag van grond met kwaliteitsklasse industrie in het grondwaterbeschermingsgebied IJzeren Kuilen. Het verzoek is geregistreerd onder nummer 2011/60301 (vergunningennummer Avenue2: V-1918, WBS-code 2.1.1.51.05). 1. De aanvraag Er wordt conform artikel 2.13 OL ontheffing gevraagd van het verbod ex artikel 2.9 lid 3 OL voor de tijdelijke opslag van grond waarvan de kwaliteit de maximale waarde van de kwaliteitsklasse wonen, zoals bedoeld in het Besluit bodemkwaliteit (Bbk), overschrijdt. De tijdelijke opslag van de grond zal plaatsvinden in het kader van het Tracébesluit A2 Passage Maastricht, op het tijdelijke werkterrein nabij de verknoping van knooppunt Kruisdonk (A2/A79) inclusief aansluiting Bunde (A79) en de nieuwe aansluiting Beatrixhaven (A2), hetgeen gedeeltelijk is gelegen in het grondwaterbeschermingsgebied IJzeren Kuilen. Op 9 september 2011 hebben GS ontheffing verleend voor de aanleg van dit tijdelijke werkterrein en de tijdelijke werkwegen (kenmerk 2011-0497). 2. Procedure De aanvraag wordt afgehandeld met toepassing van de titel 4.1 procedure van de Algemene wet bestuursrecht. Bezoekadres: Limburglaan 10 NL-6229 GA Maastricht Postbus 5700 NL-6202 MA Maastricht postbus@prvlimburg.nl Tel + 31 (0)43 389 99 99 Fax + 31 (0)43 361 80 99 www.limburg.nl Bankrekening Rabobank 13.25.75.728
3. Overwegingen naar aanleiding van het verzoek Algemeen Alle werkzaamheden voor de ondertunneling van de huidige A2 zullen circa 6 jaren in beslag nemen. Als onderdeel van de werkzaamheden rondom de ondertunneling van de huidige A2 en de daarbij behorende knooppunten, een project van groot maatschappelijk belang en van een enorme omvang, dient een grote hoeveelheid grondverzet plaats te vinden met de daarbij behorende grond- en bouwstofstromen. In sommige gevallen is het niet mogelijk grond- en bouwstof stromen direct te transporteren naar de definitieve hergebruiklocatie en is tijdelijke opslag noodzakelijk. Lokatiekeuze tijdelijke opslag Bij de locatiekeuze voor deze opslag is onderzoek gedaan naar mogelijke alternatieve locaties buiten het grondwaterbeschermingsgebied. Een aantal factoren zijn bepalend geweest bij de definitieve lokatiekeuze voor de opslag zoals: - het beschikbare oppervlak voor de opslag van maximaal 117.000 m 3 grond; - de bereikbaarheid van de locatie met minimaal gebruik van het onderliggende bestaande wegennet met minimale hinder voor omwonenden; - de benodigde grond- en bouwstoffen voor de realisatie van knooppunt Kruisdonk (65.000 m 3 stoll en 19.400 m 3 bovengrond die vrijkomt uit de start van het tunneltracé en de funderingslaag van de huidige A2, waar tijdelijke opslag noodzakelijk voor is; - de gesloten grondbalans. Na afloop van de opslag en werkzaamheden wordt het werkterrein conform het Tracébesluit ingericht, dat wil zeggen definitieve wegen en natuur. Voor de definitieve wegen is reeds een ontheffing in het kader van de Omgevingsverordening Limburg verleend. Regelgeving Op grond van de OL is het verboden in grondwaterbeschermingsgebieden grond toe te passen indien de kwaliteit van de grond de maximale waarde van de kwaliteitsklasse wonen overschrijdt of de kwaliteit van de ontvangende bodem beter is dan deze kwaliteitsklasse. Op grond van artikel 2.13 OL kunnen Gedeputeerde Staten ontheffing verlenen van dit verbod. De geplande opslag zoals hierboven omschreven is geprojecteerd in het grondwaterbeschermingsgebied IJzeren Kuilen" zijnde een gebied dat in de OL is aangewezen als milieubeschermingsgebied. In een grondwaterbeschermingsgebied geldt het primaire uitgangspunt dat het belang van de bescherming van het grondwater met het oog op de waterwinning ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening niet geschaad wordt. Beleid De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) beoogt een voortdurende verbetering van de bodemkwaliteit in grondwaterbeschermingsgebieden, waardoor de inbreng en verspreiding van verontreinigende stoffen in het grondwater wordt voorkomen en de benodigde inspanning om het water te zuiveren wordt gereduceerd. De KRW, het sluiten van verschillende winningen in de afgelopen jaren en de knelpunten die zijn gesignaleerd met betrekking tot de kwaliteit van het grondwater, zijn de aanleiding om in de 2
grondwaterbeschermingsgebieden de komende jaren de nadruk te leggen op het behouden van en het beter beschermen van de overgebleven winningen. In zeer dringende gevallen echter kán toepassing van bepaalde grond worden toegestaan als door de specifieke omstandigheden in het gebied geen verslechtering zal optreden. Specifieke omstandigheden Het project is van een exceptionele omvang en complexiteit en heeft daarnaast een groot maatschappelijk belang. Het project is onder andere zo complex omdat de opzet is om alle grondverplaatsing zoveel mogelijk binnen de projectgrenzen en niet over wegen daarbuiten te doen plaatsvinden. Overlast voor de omwonenden, de extra belasting van het onderliggende wegennet en de hoeveelheid milieuhinder zoals geluid en uitstoot zijn argumenten die hieraan ten grondslag liggen. Tijdens de fase waarin de werkzaamheden bij het knooppunt Kruisdonk zullen plaatsvinden komt geen grond vrij welke voldoet aan zowel de milieuhygiënische als civieltechnische eisen. De vrijkomende grond uit het tunneltracé die voldoet aan de kwaliteitsklasse wonen voldoet civieltechnisch niet voor de opbouw van een weglichaam. De vrijkomende grond uit het tunneltracé die civieltechnisch wel voldoet, voldoet niet aan de eisen van bodemkwaliteitsklasse wonen. Laatstgenoemde is vanuit de bodemkwaliteitskaart aangemerkt als zijnde kwaliteitsklasse industrie. Naast deze problematiek, de schaalgrootte van het project en het maatschappelijk belang van de ondertunneling zijn er financiële redenen om een ontheffing te overwegen. Indien geen opslag van de beschikbare grond mogelijk is volgt daaruit de verplichting om voor de weglichamen een grote hoeveelheid vervangende grond van kwaliteitsklasse wonen van buiten het A2 projectgebied aan te kopen en aan te voeren. De meerkosten hiervan zijn op basis van voorcalculatie geraamd op 900.000 euro. Kwaliteit ontvangende bodem Uit de in het verleden en recent door Avenue2 uitgevoerde onderzoeken ten behoeve van de nieuw op te stellen bodemkwaliteitskaart door de Gemeente Maastricht blijkt dat de bodem bij het huidige knooppunt Kruisdonk diffuus verontreinigd is en gekwalificeerd is als bodemkwaliteitsklasse industrie. Tijdelijke opslag van grond met dezelfde kwaliteitsklasse leidt niet tot een verslechtering van het gebied. Op de werkzaamheden is eveneens het Bbk van toepassing. De kwaliteit van de grond in het onderhavige geval voldoet zowel aan het algemeen geldende generieke toetsingskader, als ook aan het toetsingskader voor grootschalige bodemtoepassingen. Kwaliteit en uitlooggedrag grond Binnen het project van de ondertunneling wordt de door de gemeente Maastricht opgestelde bodemkwaliteitskaart als referentie genomen. Door het zeer hoge aantal waarnemingen dat hiervoor als basis heeft gediend doet de kaart een zeer betrouwbare uitspraak over de te verwachte bodemkwaliteit. In het kader van de voorbereiding van het grondverzet is een uitloogonderzoek uitgevoerd. De bevindingen daarvan zijn beschreven bijlage 2 van de aanvraag. Uit dit onderzoek blijkt dat, ongeacht de mate van diffuse verontreiniging, de verontreinigingen niet of nauwelijks uitlogen waardoor tijdelijke opslag van de grond niet leidt tot een meer dan marginale belasting van de onderliggende bodem. 3
Ook laten de analyseresultaten van de grond zien dat er geen extra belasting van het grondwater met nutriënten zal plaatsvinden. Gelet op het uitlooggedrag en de tijdelijkheid van de opslag mag worden aangenomen dat de bedreiging van de waterwinning verwaarloosbaar is. Advies Waterleiding Maatschappij Limburg Bij de totstandkoming van deze ontheffing is het waterleidingbedrijf, de Waterleiding Maatschappij Limburg (WML) in de vooroverlegfase om te komen tot een ontvankelijke aanvraag betrokken en om haar zienswijze gevraagd. Deze heeft op 21 oktober 2011 per e-mail laten weten in te kunnen stemmen met de toepassing van grond zoals aangevraagd om de volgende redenen: - Uit onderzoek blijkt dat het beoogde gebied waar opslag en toepassing zal plaatsvinden al diffuus verontreinigd is en volgens het Bbk als bodemkwaliteitsklasse industrie moet worden gerekend; - De aangevoerde grond voldoet aan de Bbk kaders; - Er op basis van onderzoek en bijbehorende proeven blijkt dat indien er al uitloging plaatsvindt deze zeer beperkt zal zijn; - Het maatschappelijk belang van de aanleg van de A2-tunnel. Hiermede heeft de WML haar zienswijze gegeven als bedoeld in artikel 4.8 van de Algemene wet bestuursrecht. 4. Conclusie Afwegende de hierboven genoemde en bij de onderwerpelijke aanvraag betrokken belangen en de duur van de tijdelijke opslag zijn wij van mening dat in het onderhavige geval voldoende zekerheden kunnen worden gegeven ter bescherming van de bodem en het grondwater met het oog op de winning ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening. Derhalve kan de gevraagde ontheffing worden verleend. 5. Besluit Gedeputeerde Staten van Limburg besluiten aan Avenue2, Postbus 4379, 6202 VB te Maastricht, de gevraagde ontheffing van het verbod ex artikel 2.9 lid 3 van de OL onder voorwaarden te verlenen. 6. Rechtsbescherming Als dit besluit uw belang rechtstreeks raakt en u het met de inhoud van dit besluit niet eens bent, kunt u bezwaar maken. U moet dan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een bezwaarschrift indienen. Op deze procedure is de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de datum; een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht alsmede de redenen van het bezwaar (motivering). 4
Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Limburg; Afdeling BSEB, cluster BZ, team Rechtsbescherming, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht. Voor meer informatie verwijzen wij u naar www.limburg.nl en klik vervolgens op de button e-loket. Als u een bezwaarschrift heeft ingediend, dan kunt tevens een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Maastricht, sector Bestuursrecht, Postbus 1988, 6201 BZ Maastricht. U kunt ook digitaal een verzoek indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Klik op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. 7. Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag, volgend op de bezwaartermijn van zes weken. Indien tegen dit besluit bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht is gedaan, wordt het besluit niet van kracht voordat op dat verzoek is beslist. Gedeputeerde Staten van Limburg namens dezen, ing. E.A.P.H. Haesen, clusterhoofd Water, Bodem en Natuur afdeling Vergunningen en Subsidies 5
Voorschriften Aan deze ontheffing zijn de volgende voorschriften verbonden: 1. Algemeen De voor ontheffing aangevraagde tijdelijke opslag van grond dient te worden uitgevoerd conform de bij de aanvraag voor deze ontheffing verstrekte gegevens met betrekking tot de herkomst en samenstelling van de grond en tekeningen: Kaart nummer AV2-TP09-KRT-02477; rapportage Omgevingsverordening Kruisdonk, AV2-TP09-RAP-01539 d.d. 27-10-2011 inclusief bijlagen. 2. Meldingsplicht Eventuele uitbreidingen en/of wijzigingen van uitvoering moeten tijdig ter beoordeling aan het bevoegd gezag worden gemeld. 6
Afschriften Een afschrift van dit besluit hebben wij verzonden aan: Avenue2, Stadionplein 18, Postbus 4379, 6202 VB Maastricht, als aanvrager; Projectbureau A2, Postbus 1823, 6201 BV Maastricht, ter kennisneming; N.V. Waterleiding Maatschappij Limburg, Postbus 1060 te 6201 BB Maastricht, ter kennisneming; Gemeente Maastricht, ter kennisneming; Gemeente Meerssen, ter kennisneming. In dit besluit wordt verstaan onder: Bevoegd gezag: Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg; Bodem: het vaste deel van de aarde met zich daarin bevindende vloeibare (onder andere grondwater) en gasvormige bestanddelen en organismen; Grondwaterbeschermingsgebied: een als grondwaterbeschermingsgebied nader aangeduid milieubeschermingsgebied in bijlage 6, artikel II van de Provinciale milieuverordening Limburg; Waterleidingbedrijf: het waterleidingbedrijf ten behoeve waarvan het grondwaterbeschermingsgebied waarin de inrichting is gelegen wordt beschermd; Werk: het gebied zoals op tekeningen aangegeven (met werkgrenzen), waarbinnen alle geplande en omschreven werkzaamheden worden uitgevoerd. 7