Door Andy van den Berg (vakleerkracht op een praktijkschool en een school voor z.m.l.k.) en Tanja Ites (bewegingsconsulent bij sportservice Den Helder).
1950-1985 Kinderen met specifieke behoeften worden vnl. geplaatst in het speciaal onderwijs. 1985 Weer Samen Naar School (WSNS). 2002 Naast WSNS de leerling-gebonden financiering (LGF). Leerlingen met lichamelijke en/of zintuiglijke beperkingen, gedragsproblemen of met een verstandelijke beperking kunnen gebruik maken van een toegewezen budget (het rugzakje). 1-08-2014 Wet passend onderwijs: regulier als het kan, speciaal als het moet. Scholen hebben een zorgplicht! Geen landelijke criteria en rugzakjes, scholen werken samen in samenwerkingsverbanden (77 in het primair onderwijs)
Meer maatwerk voor leerlingen met zo min mogelijk bureaucratie. Een betere samenwerking tussen het regulier en speciaal onderwijs. Meer mogelijkheden voor scholen en samenwerkingsverbanden om eigen keuzes te maken.
Als gevolg van de invoering van de Wet Passend Onderwijs zullen naar verwachting, de verschillen toenemen in de normale lessen, maar ook tijdens de gymlessen!
Schoolondersteuningsprofiel (SOP): vaak niets in opgenomen omtrent bewegingsonderwijs. Scholen kijken naar haalbaarheid in de klas en soms naar wat de vakleerkracht ermee moet. Voorlichting over de wet passend onderwijs verschilt per school, van nauwelijks tot uitgebreid. Vakleerkracht is hier vaak niet bij betrokken geweest. Kennis bij vakleerkrachten ontbreekt vaak over zorgvragende leerlingen
Vakleerkracht heeft inhoudelijk meer te bieden. Groepsleerkracht kent de kinderen beter, weet hoe met de zorgleerlingen om te gaan. Bewegingslessen gegeven door de vakleerkracht waarbij de groepsleerkracht aanwezig is zijn erg effectief (echter duur!). Overleg tussen groepsleerkracht en vakleerkracht is erg belangrijk echter vaak moeilijk door tijdgebrek. Vakleerkracht is niet dagelijks aanwezig en mist daardoor informatie. Vakleerkrachten worden vaak niet bijgeschoold in uitbreiding van hun expertise over zorgleerlingen door de scholen.
Uitwisseling met het speciaal onderwijs is waardevol: hier zit veel expertise wat betreft stoornissen en de aanpak voor het bewegingsonderwijs. Bij meer zorgvragende leerlingen in een groep is een assistent wenselijk. Vakopleidingen moet meer inspringen op kennis en omgang met zorgvragende leerlingen. Vakwerkgroep; belangrijk voor kennisuitwisseling en probleemoplossingen wat betreft zorgleerlingen. Leerlingen leren door passend onderwijs beter omgaan met verschillen zien misschien beter elkaars kwaliteiten. Over het algemeen zien de geïnterviewde vakleerkrachten nauwelijks positieve gevolgen naar aanleiding van de wetsinvoering.
Passend onderwijs.
Kenmerken. en hoe ga je er mee om in de les?
Beperking van de wederzijdse sociale interacties. Beperking van de wederzijdse (verbale en non-verbale) communicatie Beperkte, repetitive en stereotiepe activiteiten, interesses en gedragspatronen McDD nieuwe loot onder de paraplu van ASS
Zie wie ik ben! Praat met mij! Interpreteer mijn gedrag niet verkeerd! Een leerling
Neurologische stoornis Het is een informatieverwerkingsstoornis Er is sprake van een foutje in de bedrading De hersenhelften werken niet op de juiste manier samen 40-90 personen per 10.000, erfelijk 4x vaker bij jongens 70% heeft ook cognitieve problemen
Centrale Coherentie (C.C.) Executieve Functioning Theory(E.F.T.) Theory of Mind (TOM)
* Denken vanuit details naar geheel. * Moeite met de betekenis van aangeboden informatie. * Hoofd- en bijzaken lopen door elkaar. * Moeite met zich iets voorstellen. * Starre denk en handelingspatronen. * Problemen met plannen en/of organiseren van een taak. * Lastig zich in te leven in wat een ander denkt of voelt. * Moeite met passend reageren op bedoelingen en plannen van anderen.
Mensen met a.s.s krijgen alle informatie binnen als losse puzzelstukjes. De samenhang is daardoor zoek.
Uit onderzoek is gebleken dat leerlingen met ASS een goed ontwikkeld visueel geheugen hebben. Daarom is het voor de informatieverwerking van belang dat er zoveel mogelijk visuele ondersteuning wordt gegeven. Woorden zijn op het moment dat ze worden uitgesproken al weer vervaagd.
Visuele structuur bieden op de volgende gebieden: Tijd Ruimte Activiteit (auti)communicatie
Gebruik van een time-timer voor het visualiseren van de lestijd. Gebruik van lintjes voor het visueel maken van het aantal keer dat een onderdeel gedaan moet worden. Gebruik zandloper om duidelijk te maken hoe lang iets mag duren (30 sec. zandloper).
- Zorg voor duidelijke loopwegen van eind naar begin onderdeel. - Maak eventueel gebruik van voetjes en/of gekleurde stroken op de grond. - Geef een visueel voorbeeld per onderdeel. - Werk met een buddy
Onder de foto van de leerling foto s/nummers van de onderdelen van de les. Foto/nummer van het onderdeel op A4 formaat bij het onderdeel. Leerling matcht de kleine foto of het nummer met de grote foto of het nummer.
Aangepaste communicatie gezien van wat het kind nodig heeft. Denk aan o.a. aan: * concrete heldere taal * spreek rustig * korte kernachtige zinnen * kernachtig verhaal * vermijdt ontkenningen * geen figuurlijk taalgebruik * geen abstracte taal En de leerling hoeft je niet aan te kijken!
Op een bepaalde leeftijd moest je een koprol kunnen maken, dat moest gewoon en ik was de enige die het niet kon. Als ik op handen en voeten ging staan met mijn hoofd omlaag verloor ik alle gevoel voor ruimte, richting en lichaam. Ik was een onmogelijk kind in de gymnastiekles. Ik kon niet in het klimrek klauteren omdat ik geweldig duizelig werd. Ik kon de regels van het balspel maar niet begrijpen en kon de vaart van de bal niet berekenen zodat ik hem nooit kon vangen. Ik kon niet begrijpen waarom ik jaar in jaar uit gedwongen was om mee naar gymnastiek te gaan als het me zo kwelde.
Het is fijn als je weet wat IK wel en niet kan. Naast mijn autisme ben ik ook een mens. Een boekje lezen betekent niet dat je weet wat ik nodig heb. Investeer in mij door middel van gesprekken. Een leerling van 15 jaar, VSO
Denk o.a. aan: Vaste plek in de kleedkamer Vooraf de trainingszaal bekijken Vaste opbouw tijdens de les Korte instructie met zoveel mogelijk visuele voorbeelden Weinig wachtmomenten Duidelijk begin en eind van de activiteit Rustplek creëren Houdt rekening met overgevoeligheid voor prikkels; geur, kleur, geluid en gevoel Laat een autist nooit kiezen Werken met een buddy Vaste structuren: tikker heeft altijd een geel lint, getikt is op de bank zitten Taalgebruik Eventueel een vervangende activiteit