Geachte leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,



Vergelijkbare documenten
Samenvatting Ontwerpbesluit activiteiten leefomgeving

Actualiteitenseminar bestuursrecht en omgevingsrecht. Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet

Besluit Activiteiten Leefomgeving. Mr. G.C.W. van der Feltz 11 oktober 2016

Inrichting, adieu! Mr. G.C.W. (Godert) van der Feltz

Naar een nieuw Omgevingswet proof LIB. 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis

Omgevingswet en de raad

Omgevingswet en de raad

De Raad en de Omgevingswet

Samenvatting Ontwerpbesluit bouwwerken leefomgeving

Inleiding Omgevingswet CROW bijeenkomst Omgevingswet en Mobiliteit

Op weg naar de Omgevingswet

InterprovinciaalOverleg

Initiatiefvoorstel Omgevingswet

Koers invoering Omgevingswet Boxtel

De Omgevingswet voor beginners

De Omgevingswet en externe veiligheid. Jos Dolstra Daniëlla Nijman

De nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Crisis- en herstelwet: omgevingsplannen. Een pilot met de gemeente Bussum

Omgevingswet SIKB Kennisdag AMvB s

Cultureel Erfgoed en de Omgevingswet

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2018 Onderwerp Wettelijke experimenteerruimte

De Omgevingswet in zicht

Workshop Omgevingsplan en APV

VMR Praktijkdag Van Activiteitenbesluit naar Besluit activiteiten leefomgeving. Marije van der Vliet. 29 november 2017 Voettekst

Congres Grip op de Omgevingswet

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017

Bodem in de Omgevingswet

Beoogd resultaat Betere dienstverlening aan de klant door een duidelijke, efficiënte procedure en het voorkomen van regeldruk of vertragingen.

12/10/2014. Omgevingswet en Externe Veiligheid. Stelling. Waarom nu aandacht Omgevingswet? VVM Sectie Milieurecht en Praktijk

De Raad en de Omgevingswet

Gemeenteraad College van B&W Management Regionale Uitvoeringsdienst (RUD)

Provero bijeenkomst. Utrecht, 15 november 2016 Ernst Koperdraat Jos Dolstra

Onderweg naar de Omgevingswet. Presentatie Commissie Ruimte 30 november 2016

Inleiding. Hoofdlijnen Omgevingswet. Nu al Eenvoudig Beter. Vragen

Aan de slag met de Omgevingswet & Bestemmingsplannen

30 MEI 2017 CULTUREEL ERFGOED EN DE OMGEVINGSWET

De Omgevingswet en MRE:

Zorgplichten en maatwerk in het Bal

5 Uitvoeren van activiteiten

GEMEENTE HOOGEVEEN. Raadsvoorstel

Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Groningen 2018

uw kenmerk ons kenmerk ECFD/U Lbr. 16/050

Koppeling tussen omgevingsplan en programma Schakeldag 25 juni 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Waarom Omgevingswet?

Zaanse Omgevingswet Woordenboek. Concept

Overzicht verwerking advies Raad van State (majeure wijzigingen)

OMGEVINGSWET EN OMGEVINGSPLAN 18 SEPTEMBER 2018 KARIEN LAGROUW

Omgevingswet & Omgevingsvisie

JIMM16I31,18111 GPD

Omgevingswet. Aanzet voor een implementatie plan Niet alles kan tegelijk Veel is duidelijk veel nog niet

Actualiteiten Omgevingswet. Lidia Palm Wilco de Vos

Dag van de Omgevingswet

Welkom bij participatiebijeenkomst Omgevingsplan The Green Village

Omgevingswaarden en instructieregels VMR Themamiddag Wetsvoorstel Omgevingswet: ruimte voor normen en waarden 24 juni 2014, Madurodam

OIVIGEVINGSVERGUNNING. Gasunie Transport Services (GTS)

Offerte Programmabegroting 2017

c) de belangen die mogelijk invloed kunnen ondervinden van de installatie van bodemenergiesystemen

OMGEVINGSVERGUNNING. Ensartech NL-1

VTH en het BAL. voor bedrijfsactiviteiten. Hans Koops en Edwin Voogd

Omgevingswet Omgevingsvisie. Arjan Nijenhuis, plv. directeur. Eenvoudig Beter

Pilot Omgevingsplan Buitengebied Borsele 2017

OMGEVINGSVERGUNNING. het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. milieuneutraal veranderen van een inrichting

De Omgevingswet en nu..? Schakeldag2016, ir S. Ros (Sarah)

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Verandertypen en invoeringsstrategieën Omgevingswet. Raad op zaterdag Ernst Koperdraat 24 september 2016

Besluit Milieuneutraal veranderen. Hoogweg Luttelgeest B.V., Nieuwlandseweg 9 Luttelgeest

Het omgevingsplan. Maarten Engelberts

Foto plaatsen. Roadshow Groningen Mei 2016

Governance Artikel 23a Politiewet 2012 Artikel 35 lid 3 en lid 4 Wet veiligheidsregio s

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 oktober 2018 Proces van invoering Omgevingswet

VMR Themamiddag PAS. Toepassing van de PAS in de ondernemingspraktijk met name veehouderijen

Datum: 9 oktober 2014 Kenmerk: IMO.451 Betreft: Onze reactie betreffende uitvoeringstoets op het wetsvoorstel Ouderparticipatiecreche (OPC)

Door de regels de bestuurlijke afwegingsruimte niet meer zien. Sarah Ros & Gerd de Kruif

Omdat er veel vragen over binnenkomen bij de VNG hebben we deze hieronder geplaatst en van een antwoord voorzien.

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan INVISTA Polyester B.V.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

FLO/U Geachte mevrouw Schultz van Haegen-Maas Geesteranus,

Achtergrondinformatie

Gebiedsontwikkeling en de Omgevingswet

Besluit bouwwerken in de leefomgeving (Bbl) 29 oktober Marcel Balk Joost Pothuis. Bouwkwaliteit

RO & Milieu. Gedwongen vriendschap onder de Omgevingswet? Tjeerd vd Meulen Jos Dolstra

Digitalisering van de Omgevingswet. Laan van de Leefomgeving. Inge Kure Yvette Ellenkamp. Uitvoeringsprogramma GOAL. Schakeldag 26 juni 2014

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. te Roermond

Zuiverheid in de besluitvormingsprocedure gewenst

Kerninstrumenten Omgevingswet. Simon Tichelaar 13 oktober 2016

ADVIES. Ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems

Raadsbijlage Voorstel inzake duurzame ontwikkeling in Eindhoven

Stelselherziening omgevingsrecht. Invoeringswet Omgevingswet. en de. Wilco de Vos

WEBSITES VAN ORGANISATIES WAAR WIJ MEE SAMEN WERKEN:

Raadsstuk. Onderwerp: Administratieve lastenverlichting voor burgers en ondernemers Registratienummer: 2010/30066

Bestuursrechtelijke rechtsbescherming Opmerkingen

' Zie de brief van deze organisaties van 2 november 1999 aan de Vaste Tweede Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport De heer drs. M.J. van Rijn Postbus EJ DEN HAAG. Geachte heer Van Rijn,

Omgevingswet Procedureel

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET

Omgevingswet, digitaal stelsel en vragen daarbij

Water in de Omgevingswet

Transcriptie:

Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie T (070) 337 87 87 F (070) 320 39 03 Loire 150 2491 AK Den Haag Postbus 443 2260 AK Leidschendam Tweede Kamer der Staten-Generaal T.a.v. de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG info@vnci.nl www.vnci.nl Kenmerk: Doorkiesnummer: E-mail: Den Haag, B-14-213 +31 (0)70 337 87 24 roosen@vnci.nl 29 september 2014 Onderwerp: Omgevingswet Geachte leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, In deze brief informeren wij u, ter aanvulling op het VNO-NCW commentaar, over de opmerkingen van de VNCI over het wetsvoorstel voor een Omgevingswet. Het ontwerp en de toelichting laten zien dat een volledige vernieuwing van het omgevingsrecht zeker tot verbetering van de bestaande regelgeving kan leiden. De VNCI steunt dit streven naar eenvoudig beter. Omdat de Omgevingswet maatgevend kan zijn voor het investeringsklimaat zien wij dit voorstel als een uitgelezen kans om meer mogelijkheden aan te dragen. Daarnaast maken wij bezwaren tegen sommige nieuwe regels en hebben wij een aantal opmerkingen. 1. Voor de chemie belangrijke aanvullingen moeten nog komen in volgende modules van de wet en in de uitvoeringsregels. Daarom zijn de vermeende voordelen nog moeilijk in te schatten. De eerste hoofdstukken stemmen hoopvol, maar in- en externe veiligheid horen bij elkaar. Pas bij de inbouw van de voor de chemie belangrijke onderwerpen (o.a. bodem, water, natuur, lucht, afval, stoffen) kunnen wij goed zien of de doelstelling van de beoogde samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving wordt bereikt. Het frame is geschetst, maar de efficiency van de integratie kunnen wij nog niet overzien. Dit hangt samen met de reikwijdte van wat onder de fysieke leefomgeving komt. Een criterium hiervoor ontbreekt. Zo geeft artikel 1.2 een lange lijst van wat er in elk geval onder valt. Veiligheid staat daar niet bij terwijl het er impliciet wel bij hoort (bijv. artikel 4.21). Dit toont het nadeel van de lange opsomming die volledigheid suggereert maar niet geeft. Interne en externe veiligheid KvK-nr: 40408889 Pagina 1 van 5 BTW-nr.: NL 0027 114 12 B01

horen in de Omgevingswet. Wij zien het als een gemiste kans indien dit nu niet voor de toekomst wordt geregeld. Ook blijkt het begrip fysieke leefomgeving per provincie te kunnen verschillen. Dat vinden wij niet wenselijk. 2. In diverse onderzoeken over het investeringsklimaat voor de chemische industrie in Nederland wordt het belang van de regelgeving benadrukt. De uitgangspunten van de Omgevingswet passen daar goed in. Over de toepassing van die uitgangspunten hebben wij hieronder enkele opmerkingen. Duidelijke regels, die voorzienbaar zijn, consistent en proportioneel, zijn onontbeerlijk voor een investeringsklimaat dat de toekomst van onze sector in Nederland moet verzekeren. Een van de huidige knelpunten is de versnippering van regels en bevoegdheden samen met de lange tijd die het kost activiteiten vergund te krijgen. Regels moeten meer flexibiliteit bieden om snel in te kunnen spelen op veranderende marktomstandigheden en kansen bieden om innovaties te ontwikkelen. De uitgangspunten van de Omgevingswet passen daarin maar de toepassing ervan is in het voorstel nog niet goed zichtbaar. De uitgangspunten: gebruiker centraal, inzichtelijkheid, voorspelbaarheid en gebruiksgemak zouden naar ons idee een sectoraanpak voor de grotere bedrijven rechtvaardigen. Over de samenloop van de vergunning met de algemene regels in het Activiteitenbesluit, dat sinds 2013 ook op ons van toepassing is, zijn wij namelijk helemaal niet enthousiast. Wij zien in de wet nog geen oplossing voor de frictie tussen algemene regels op rijksniveau en de vergunning met het maatwerk dat voor complexe industrie nodig is. Dat zou in een sectoraanpak beter kunnen worden geadresseerd. Wij benadrukken graag het pleidooi van VNO-NCW voor een hoofdstuk Bedrijven. Het wetsvoorstel voorziet immers in een integraal kader voor plaatsgebonden activiteiten (MvT, pag. 26). Ook voor andere sectoren is er immers sectorwetgeving (spoor, energie e.d.). Er is gekozen voor het uitgangspunt dat volstaan wordt met maximaal twee niveaus van regelgeving, niettemin hebben bedrijven ook nog te maken met hun vergunning. Ook dat pleit ervoor de regels voor deze bedrijven in een apart hoofdstuk te plaatsen. Wij missen de integratie in de wet van verplichtingen van bedrijven op grond van de WION (ondergrondse netten). Deze verplichtingen horen voor bedrijven als samenhangende verplichtingen ook in deze wet. De in de toelichting beschreven toename van de flexibiliteit om beleid en maatregelen te kunnen afwegen juichen wij toe. In het kunnen toepassen van gelijkwaardige maatregelen (art 4.7) zien wij dit echter niet terug: Gelijkwaardigheid kan, mits met toestemming, tenzij is geformuleerd dat geen toestemming nodig is. B-14-206 Pagina 2 van 5

Gelijkwaardigheid zou altijd mogelijk moeten zijn, met voor het bedrijf de keuze om toestemming te vragen, tenzij uitgesloten. Daarnaast bepleiten wij dat de mogelijkheid wordt opgenomen om in voorkomende gevallen een maatschappelijke kosten en batenanalyse te kunnen uitvoeren waarmee dan ook rekening wordt gehouden. Wij missen in de wet het uitgangspunt dat doelvoorschriften de voorkeur hebben. De algemene regels van het Activiteitenbesluit bieden momenteel weinig flexibiliteit omdat maatwerk alleen mogelijk is voor zover dat uitdrukkelijk is toegestaan. Voor complexe industrie zouden die algemene regels meer als richtsnoer moeten gelden waar de vergunningverlener rekening mee houdt. Dat past beter bij de integrale benadering die wordt voorgestaan. 3. Naast regeldruk is ruimte voor innovatie voor ons belangrijk. De daadwerkelijke ruimte is nog onzeker Ruimte voor innovatie betekent dat experimenteren met andere rest/ grondstoffen, nieuwe procestechnieken, andere verdeling van werkwijze in de keten wordt vergemakkelijkt. Deze ontwikkelingen zullen zich veelal binnen de bestaande (vergunning) kaders afspelen waardoor significante effecten beperkt zullen zijn. Ruimte binnen die kaders is echter gewenst. Dit zal vooral via de in de toelichting genoemde cultuurverandering tot stand moeten komen. Dat de experimenteerbepaling zich beperkt tot bij AMvB aangewezen experimenten levert weinig flexibiliteit op om ruimte te bieden aan innovatie door experimenten die niet gebiedsgericht zijn, zoals die voor de circulaire economie. 4. Het voorstel om zonder meer leges voor milieuvergunningen te introduceren lijkt een simpele en eenzijdige afwenteling van een bezuinigingsvoorstel van het Rijk op de onder IPPC/BRZO vallende bedrijven. Wij wijzen dit af. Het voorstel is nauwelijks onderbouwd. Daarnaast biedt het voorstel geen enkel criterium over wie mag heffen of wat de grondslag wordt. Het biedt ook geen enkele bescherming tegen het uit de pan rijzen van leges. Enige prikkel om doelmatig en efficiënt te vergunnen ontbreekt en de lange procedures zijn nu juist een van de knelpunten die we eerder noemden. De ongeclausuleerde delegatie naar een ministeriele regeling gaat te ver. 5. Overige opmerkingen Het totaal nieuwe begrippenkader doet hier en daar de wenkbrauwen fronsen. Begrippen sluiten niet aan bij het gangbare taalgebruik zoals de Aanwijzingen voor de wetgeving stellen. Vergunning plichtige activiteiten van de industrie worden als milieubelastende activiteit gedefinieerd wat impliceert dat andere activiteiten dat niet zijn (?). B-14-206 Pagina 3 van 5

Zo worden voor handelingen die gangbaar zijn maar die niet in één woord te vatten zijn, nieuwe begrippen geïntroduceerd. Bijvoorbeeld: beperkingengebiedactiviteit, doelbereik, brandveilig gebruiksactiviteit of voorbereidingsbeschermingsactiviteit. Waar de toelichting soms een goede definitie geeft ontbreekt die in de wet, bijvoorbeeld voor de omgevingswaarde en visie. De term omgevingsplan dat juist bindende regels bevat vinden wij verwarrend. Opvallend is de definitie van wateractiviteit (!).Voor de toekomstbestendigheid is een leesbaarder begrippenkader gewenst. Wij benadrukken het belang van de chemische clusters. Wij zijn niet overtuigd dat het loslaten van het begrip inrichting een goede zaak is. Clusters moeten vrijheid houden om de structuur voor de vergunning te kiezen die hen past. Koepelvergunningen zijn ontwikkeld en ontstaan vanuit de wens in de praktijk. Het is daarom noodzakelijk dat er zekerheid komt dat de huidige figuur van koepelvergunning ongewijzigd kan worden voortgezet. De toelichting (pag. 137) dat in veel gevallen een oplossing kan worden gevonden overtuigt ons niet. Ook zien wij graag dat van de optie van artikel 4 lid 3 IED richtlijn gebruik wordt gemaakt. Die geeft de mogelijkheid dat in een vergunning meerdere exploitanten van een installatie worden geadresseerd. Daarmee zou worden aangesloten bij de praktijk, waarin het nu civielrechtelijk geregeld moet worden. Het is niet altijd duidelijk waarom onderwerpen op wetsniveau of in lagere regelgeving komen, evenmin de plaatsing in de hoofdstukken of in aparte paragraven. Voor de inzichtelijkheid vinden wij dat belangrijk. Bijvoorbeeld Het niet in de wet opnemen van de uitgangspunten van de Europese IED richtlijn, dat doelvoorschriften voorop staan, of het kunnen afwijken van emissie eisen. Wel is op wetsniveau geregeld dat Gedeputeerde Staten bevoegd zijn een negatief zwemadvies te geven (art. 2.38) of dat regels een verbod kunnen inhouden om zonder melding een activiteit te verrichten (art.4.4). Naast programma s wordt de programmatische aanpak als apart fenomeen opgenomen. Volgens de wettekst zijn is de programmatische aanpak ook programma met een beschrijving en voorgenomen maatregelen. Alleen de inhoud kan verschillen met andere programma s. Wij zien niet in waarom de programmatische aanpak niet beter wordt geïntegreerd in de regels voor de onverplichte programma s. De plaats voor het melden van ongewone voorvallen in een apart hoofdstuk betekent nog steeds een versnippering van de verplichtingen over de wet. Houdbaarheid onderzoeken: wij verwelkomen dat de termijn van 2 jaar die geldt voor de bruikbaarheid van onderzoekgegevens wordt uitgebreid naar andere terreinen, maar wij zien toch onvoldoende reden aangegeven waarom dat niet bij B-14-206 Pagina 4 van 5

Natura zou gelden. Daar is wel de termijn van 2 jaar aangehouden (artikel 16.5 lid 2). Dit past niet in het streven naar integratie en benadering en integratie. Met vriendelijke groet, dr. ir. N.C.M. Alma-Zeestraten MBA Directeur B-14-206 Pagina 5 van 5