BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen Commissie voor de infrastructuur, belast met openbare werken en verkeerswezen VERGADERING VAN WOENSDAG 24 APRIL 2002 Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen - Gewone zitting 2001-2002
2 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN INHOUD INTERPELLATIES van de heer Sven Gatz (N) tot de heren Jos Chabert, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Robert Delathouwer, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, betreffende de uitbouw van een nachtnet in Brussel. (Sprekers: De heren Sven Gatz, mevr. Geneviève Meunier, de heer Denis Grimberghs en de heren Robert Delathouwer, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Jos Chabert, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke en Dringende Medische Hulp) van de heer Jean-Pierre Cornelissen (F) tot de heer Jos Chabert, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke en Dringende Medische Hulp, betreffende de beleidsmaatregelen ten voordele van het in tegengestelde richting rijden in het kader van de mobiliteit. (Sprekers: De heren Jean-Pierre Cornelissen, Michel Moock, mevr. Geneviève Meunier, de heer Joël Riguelle en de heer Jos Chabert, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp) Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Gewone zitting 2001-2002
VERGADERING VAN WOENSDAG 24 APRIL 2002 3 Voorzitter: de heer Claude Michel, voorzitter. De vergadering wordt om 14.30 uur geopend. INTERPELLATIE VAN DE HEER SVEN GATZ TOT DE HEREN JOS CHABERT, MINISTER VAN DE BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE REGERING, BELAST MET OPENBARE WERKEN, VERVOER, BRANDBESTRIJDING EN DRINGENDE MEDI- SCHE HULP EN ROBERT DELATHOUWER, STAATSSECRETARIS BIJ HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST, BELAST MET MOBILITEIT, AMBTENARENZAKEN, BRANDBE- STRIJDING EN DRINGENDE MEDISCHE HULP, betreffende de uitbouw van een nachtnet in Brussel De heer Sven Gatz.- Een bloeiend uitgaansleven getuigt van de vitaliteit van een stad en betekent een belangrijke economische en werkgelegenheidsfactor. Maar na een avondje uit moet men veilig kunnen thuiskomen. Meestal is er dan geen openbaar vervoer meer en juist dan scoren dodelijke verkeersongevallen hoog. De roep naar nachtelijk openbaar vervoer komt geregeld naar boven. In Antwerpen heeft De Lijn met toenemend succes een nachtnet uitgebouwd. De kostprijs ervan is niet buitensporig hoog, ongeveer 75.000 euro per jaar waarvan De Lijn 25.000 euro recupereert via ticketverkoop. In Limburg wordt via intergemeentelijke samenwerking met een fuifbus geëxperimenteerd. In Brussel heeft de MIVB ook plannen. Er zijn meerdere mogelijkheden: nachtelijke lijnen voornamelijk van het stadscentrum naar de buitenwijken of samenwerking met de taxibedrijven. De Brusselse PSC heeft in verband met dit laatste een interessant voorstel van resolutie ingediend. Het uitgaansleven met een daarbijhorend nachtnet versterkt eveneens het sociale weefsel. Het is tegelijk een investering in veiligheid en in een bepaalde economische sector. Zijn er cijfers over het aantal verkeersongevallen na een avondje uit voor Brussel gekend? Zijn er concrete plannen voor een nachtnet in Brussel? Een nachtnet zou het aantal dodelijke verkeersongevallen kunnen terugdringen. Welke vorm nemen deze plannen aan? Welk prijskaartje hangt eraan vast? Zijn er al proefprojecten opgestart? Is er zicht op de vraag naar nachtelijk openbaar vervoer? Wordt er overwogen om met taxibedrijven samen te werken? Is er overleg met De Lijn om via dit nachtnet Brussel als uitgaanscentrum in zijn onmiddelijke omgeving aantrekkelijker te maken? Een tiental dagen geleden werd in de Kamer een interpellatie gehouden gericht aan de minister voor Vervoer en Mobiliteit. Haar werd gevraagd of zij positief stond ten aanzien van een nachtnet met aansluiting op de NMBS. Zij heeft geantwoord dat zij over dit voorstel zeer enthousiast is en de mogelijkheden zal onderzoeken. Mevr. Geneviève Meunier (in het Frans).- Ik ben het volledig eens met de interpellatie van de heer Gatz. Volgens de ECOLO-fractie moet er trouwens s nachts dringend openbaar vervoer komen. Dat net zou het nachtpubliek en vooral de 18-20 jarigen ertoe moeten aansporen om het openbaar vervoer te nemen als alternatief voor de auto. De invoering van de nachtbus was al opgenomen in de beheersovereenkomst die een jaar geleden goedgekeurd is. De ECOLO-fractie heeft de MIVB al herinnerd aan de dringende aard van dat project. De MIVB heeft geantwoord dat het bestudeerd werd en dat de knoop weldra zou worden doorgehakt. Dat was in november. Inmiddels zijn we in april maar er is sedertdien niets meer ondernomen. Wanneer zou dat nachtelijk net er komen? Wat de kostprijs van een nachtbiljet ervan betreft, heeft onze fractie ermee ingestemd dat die de prijs iets meer zou bedragen dan de prijs van een dagbiljet maar toch redelijk en aantrekkelijk moet blijven. Het project betreffende de aansluitingen tussen de MIVB en de taxi s is weliswaar interessant maar men mag toch niet uit het oog verliezen dat het experiment met de combibiljetten een mislukking is geworden. De heer Denis Grimberghs (in het Frans).- Ik deel de ongerustheid van mevrouw Meunier wat het tijdschema voor het invoeren van nachtelijk openbaar vervoer betreft. Er zij op gewezen dat ook de bestuurder-generaal van de MIVB voorstander is van een nachtnet. Wat de kostprijs van dat alles betreft, vraag ik me af of men niet beter zou zijn medefinanciering te zoeken dan de gebruikers meer te doen betalen voor een biljet. Als men opteert voor een prijs die de iets meer bedraagt dan de prijs van een biljet overdag, rijst de vraag hoe het dan moet met de houders van een abonnement. Ik vind dat men die gebruikers s nachts een toeslag zou moeten betalen, zoals dat al het geval is met de nachttaxi s, waar de klanten hun abonnement kunnen gebruiken. Het lijkt me logisch dat een dergelijk net de schade die aangericht wordt door auto s en alcohol tijdens de weekendnachten zal doen afnemen. De heer Robert Delathouwer, Staatssecretaris van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp.- Ik vind, evenzeer als de heer Gatz, dat het aanbod inzake openbaar vervoer s avonds en s nachts verhoogd moet worden. Tijdens de onderhandelingen over het beheerscontract met de MIVB pleitte ik al voor een verhoogd aanbod in de periode na de pendeldiensturen. Ik wist immers dat slechts 22% van de verplaatsingen om beroepsredenen gedaan worden.
4 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN De nationale enquête over de mobiliteit van gezinnen uit 1998-1999 leert dat 9,6% van het aantal verplaatsingen op een gemiddelde dag tussen 19 uur en 22 uur gedaan wordt door Brusselaars. Dat komt overeen met 247.000 verplaatsingen. Tussen 22 en 24 uur nemen de Brusselaars nog maar 2,9% voor hun rekening en tussen middernacht en 6 uur nog 1,8%. Ter vergelijking: tijdens de ochtendspits wordt 18% van de verplaatsingen door Brusselaars gedaan en dat zijn er dus ruim een half miljoen. De cijfers van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid tonen aan dat er ook in 2000 nog altijd een té groot aantal slachtoffers viel op week- en weekendavonden. In de week neemt het aantal verkeersongevallen pas significant af na 21 uur. In het weekend is het echter zo dat er in drie nachten meer slachtoffers vallen dan in de vier weeknachten. Het is dus duidelijk dat het aanbod van het openbaar vervoer s avonds en s nachts, zowel in de week als in het weekend verhoogd moet worden. Het volstaat evenwel niet om meer mensen naar het openbaar vervoer toe te leiden. Men moet tegelijk beperkende maatregelen nemen ten aanzien van het autoverkeer. Anders zal de toename van het aantal openbaar- vervoergebruikers alleen maar meer ruimte bieden aan de overblijvende automobilisten. Een drastische herschikking van de rijwegen ten gunste van fietsers, voetgangers, openbaar vervoer en taxi is noodzakelijk. en Dringende Medische Hulp.- In het beheersplan 2001-2005 dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest afsloot met de MIVB, wordt in artikel 3.1.5 gesproken over een nachtnet op vrijdag en zaterdag als mogelijke nieuwe dienst. Die aanvulling van dienstverlening wordt ernstig bestudeerd door de vervoermaatschappij. Het is evenwel voorbarig om nu al te vragen naar praktische uitvoeringsbesluiten. Eerst was het nodig om een studie uit te voeren over de potentiële vraag van de klant naar de genoemde dienst. Die informatie is inmiddels beschikbaar en wordt thans getoetst aan gegevens van andere steden en vervoersmaatschappijen. De werkingskosten van een nachtnet zullen immers aanzienlijk zijn en men kan er niet omheen om ze te toetsen op hun aanvaardbaarheid. Er is nu nog studiewerk nodig naar de hoeveelheden, dat wil zeggen de dienstregeling, de frequentie en de dekking. Vervolgens zullen we de organisatiewijze vastleggen, dat wil zeggen de lijnen, de dienstregeling en de eventuele combinaties met vervoer op aanvraag. We onderhandelen hierover met De Lijn. Daarna kunnen de praktische en technische aspecten worden geregeld. Over twee à drie maanden zal de MIVB een besluit formuleren. Momenteel bestaat er nog onduidelijkheid over de kosten en de datum van inwerkingtreding. Vanaf september zal er een testnet in gebruik worden genomen. De studie over een nachtnet is prioritair en zal eind dit jaar worden afgerond. De MIVB praat met het kabinet-draps over de mogelijkheid van samenwerking met de taxifirma s s avonds en s nachts. Sommige buslijnen zullen gedeeltelijk worden aangevuld door taxi s op vraag. De tarieven zullen worden bepaald door het Gewest. De financiële middelen voor dit initiatief zullen van het kabinet-draps komen. Kortom, we zijn goed op weg. Eind dit jaar zal het onderzoek afgerond zijn en vanaf september lopen er proefprojecten. De heer Sven Gatz.- Enerzijds bevat dit antwoord heel wat concrete gegevens, anderzijds benadrukt minister Chabert dat het project nog in een onderzoeksfase zit. Het is dus niet helemaal duidelijk of het er wel komt. Ik benadruk dat een nachtnet mijns inziens essentieel is en hoop dat het begin 2003 operationeel zal zijn. en Dringende Medische Hulp.- In het beheerscontract met de MIVB staat dat het Gewest de kosten van haar wensen moet dragen. Alles hangt dus af van het prijskaartje. De studie zal hierover duidelijkheid scheppen. - Het incident is gesloten. INTERPELLATIE VAN DE HEER JEAN-PIERRE COR- NELISSEN (F) TOT DE HEER JOS CHABERT, MINISTER VAN DE BRUSSELSE HOOFDSTEDE- LIJKE REGERING, BELAST MET OPENBARE WERKEN, VERVOER, BRANDBESTRIJDING EN DRINGENDE MEDISCHE HULP, betreffende de beleidsmaatregelen ten voordele van het in tegengestelde richting rijden in het kader van de mobiliteit De heer Jean-Pierre Cornelissen (in het Frans).- We hebben mensen al vaak horen zeggen dat ze hun auto wel thuis zouden willen laten mocht het openbaar vervoer doeltreffender zijn, te weten sneller. Dat betekent wel dat men, wat onze steden betreft, de prioriteiten inzake het openbaar en individueel vervoer moet herzien. Als men het eerste wil bevorderen, moet men eigen banen aanleggen voor de bussen en de trams. Tot op heden zijn er slechts enkele eigen banen voor de bussen. Die worden echter vaak gebruikt door automobilisten en verliezen aldus hun nut. In samenwerking met de stad Brussel heeft de MIVB het rijden in tegengestelde richting ingevoerd. Dat is gebeurt op tal van lijnen en meer dan 500 bussen doen het, tot tevredenheid van de gebruikers, die niet meer in de files vastzitten. Na een dodelijk ongeval zijn sommigen dat nieuwe systeem echter in vraag beginnen te stellen. We betreuren dat ongeval maar naar verluidt stond de vrachtwagen verkeerd geparkeerd en heeft slachtoffer zich tegen zijn voertuig gedrukt om de bus te laten passeren. De kritiek van sommige handelaars gaat meer over het probleem om vlot te parkeren en goederen te lossen dan wel over de geringe veiligheid. Nog anderen betreuren de opstoppingen. Dat alles zou sommige automobilisten ertoe moeten aansporen om voor een andere vervoersmodus te kiezen.
VERGADERING VAN WOENSDAG 24 APRIL 2002 5 Blijkt uit het onderzoek dat tot op heden over dat ongeval is gevoerd dat de MIVB enige verantwoordelijkheid draagt? Garandeert de nieuwe regeling voldoende de veiligheid van de andere gebruikers van die verkeersassen? Zouden er andere veiligheidsmaatregelen moeten worden getroffen ten behoeve de van de voetgangers die de weg waar in tegengestelde zin mag worden gereden, oversteken? Is het waar dat de gelede bussen van lijn 71 problemen hebben om de baan waar in tegengestelde zin mag worden gereden, te gebruiken? Hebben de bussen onderaan schade opgelopen omdat die baan te smal is? Zouden ook de taxi s die eigen banen kunnen gebruiken, ofschoon ze dagelijks door 500 bussen worden gebruikt, zonder het opzet van de maatregelen te ondermijnen? Hoe luidt de eerste evaluatie van de MIVB, twee maanden nadat de nieuwe regeling is ingevoerd? De heer Michel Moock (in het Frans).- De heer Cornelissen heeft de toestand goed beschreven. Ik wil enkele vragen stellen zonder de regeling van het rijden in tegengestelde richting echter op de helling te zetten. Die regeling werd in februari ingevoerd in de Wolvengracht- en Arenbergstraat om de rijsnelheid van de autobussen te verhogen. Welke eerste lessen kan men daaruit leren? Is er overleg gepleegd met de bedrijven en de handelaars uit de buurt? Op welke manier heeft men rekening gehouden met de toegang tot de bestaande garages en de parkeerruimtes? Waarom heeft men niet gewacht tot de werken aan het gebouw van de Kredietbank klaar waren? Wenneer zullen die klaar zijn? Hoeveel ongevallen met materiële schade hebben er al plaatsgehad sedert de invoering van die regeling? In hoeveel gevallen waren daar gelede bussen bij betrokken? Welke maatregelen heeft de MIVB getroffen om andere ongevallen zoals dat van vijftien dagen geleden te vermijden? Is het niet mogelijk voorlopig geen gelede bussen meer in te zetten? Ten slotte rijst er ook nog een probleem met de betrouwbaarheid van het materiaal dat op sommige plaatsen wordt gebruikt. Mevrouw Geneviève Meunier (in het Frans).- De ECOLO-fractie steunt dat project van de bussen in tegengestelde rijrichting, wat heel wat tijdwinst oplevert. Die regeling, die al in andere Europese steden bestaat, moet zijn kinderschoenen nog ontgroeien. Het overleg met de stad Brussel moet nog worden verbeterd, net zoals dat met de politie, die de laad- en loszones van in het begin beter had moeten controleren. De gelede bussen van lijn 71 zijn niet geschikt voor de smalle straten van de Vijfhoek. In de toekomst moet men rechte bussen inzetten; waarom geen dubbeldekkers? De bussen moeten zich aan de voorgeschreven snelheid houden, te weten 30 km/h in de smalle straten. Er zou weerstand zijn tegen het gebruik van de busbanen met tegengesteld rijrichting door de fietsers. Men zou dat ten minste in de afdaling moeten toelaten. Ik ben voorstander van het naast-elkaar-bestaan van die twee alternatieve en milieuvriendelijke vervoersmodi. De heer Joël Riguelle (in het Frans).- Ik ben het eens met het beginsel van de rijden in tegenstelde richting. Ik wijs er echter op dat het succes van die regeling afhangt van een grotere beperking van het parkeren van voertuigen. De openbare ruimte moet ook anders worden ingedeeld, te weten minder plaats voor de auto s en meer voor het openbaar vervoer. Rijden in tegengestelde richting in eigen banen heeft alleen dan zin als iedereen zich aan de regels houdt. Is er voldoende samenwerking met de lokale politie? Men moet, wat het rollend materieel betreft, wat meer verbeelding aan de dag leggen. De bustypes en het soort van aandrijving moeten de komende jaren worden herbekeken. De heer Alain Adriaens (in het Frans).- Het rijden in tegengestelde richting zoals dat is ingevoerd in de Schildknaapstraat en de Wolvengrachtsstraat levert alleen resultaat op als men een stok achter de deur heeft. Misschien moet er constant controle worden uitgevoerd door agenten die processen-verbaal kunnen opstellen en de leveranciers aldus tot zelfdiscipline zullen aanzetten. en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Ik wil eerst mijn oprechte medeleven betuigen aan de familie van het slachtoffer van het ongeval van 11 april. Het eenrichtingsverkeer voor het openbaar vervoer in de Arenbergstraat, de Schildknaapstraat, de Wolvengracht, de Stormstraat, de Warmoesbergstraat is er gekomen op voorstel van de MIVB. Ik heb het project gesteund omdat ik erin geloofde. De pers interviewt alleen de automobilisten en de handelaars, niet de gebruikers. Men wint nochtans 6 tot 8 minuten op het traject tussen het centraal Station en het de Brouckèreplein. Kritiek krijgen hoort bij ons beroep. In de Wetstraat gaan we één rijstrook afschaffen, de trottoirs vier meter breed maken en aan elk kant fietspaden aanleggen. Dat is een ambitieus en moeilijk project, dat ertoe strekt de stad weer mensvriendelijk te maken. De heer Bernard Ide (in het Frans).- Zal u daarin slagen, zelfs als er kritiek komt? en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Ik heb beslist het experiment uit te voeren. In de Wetsraat zal er hoe dan ook vier rijstroken tellen. Het zal mogelijk zijn het project daarna te verfijnen. U zal de straat echter niet meer herkennen van zodra het nieuwe stadsmeubilair en de verlichting geplaatst zijn. Het project betreffende het in tegengestelde richting rijden van de bussen is opgesteld in samenwerking met de stad Brussel en de lokale politie. Het ongeval heeft niets te maken met het feit dat de bussen er in tegenrichting rijden. Het ongeval heeft immers niets
6 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN plaatsgehad op de eigen baan van de MIVB maar in de eenrichting tussen de Wolvengracht- en de Arenbergstraat. Uit de inlichtingen die ik heb ingewonnen blijkt dat de vrachtwagen verkeerd geparkeerd stond aan het begin van de verboden rijrichting. De busbestuurder heeft de leverancier niet gezien en deze laatste is verpletterd tussen zijn eigen voertuig en de bus. Aangezien het gerechtelijk onderzoek nog niet is gesloten, zal het Parket op grond van de verzamelde gegevens moeten vaststellen wie verantwoordelijk is. Het rijden in tegengestelde richting is nog geen twee maanden geleden ingevoerd. Het lijkt me dus nog te vroeg om daar nu al definitieve conclusies uit te trekken. De leiding van de MIVB zal me weldra haar overwegingen en mogelijke verbeteringen van de regeling bezorgen. Elke ingreep is bestudeerd met de bevoegde diensten van de stad Brussel en met de lokale politie. Alle voorzorgsmaatregelen zijn genomen om ongelukken te vermijden. Noch de stad Brussel noch de lokale politie hebben tot op heden gevraagd om bijkomende maatregelen te treffen op het vlak van de infrastructuur of de signalisatie. De resultaten en de tijdwinst voor het openbaar vervoer hebben ertoe geleid dat de exploitatiedienst van de MIVB de maatregelen steunt. Er zij voorts op gewezen dat de New Jerseyblokken, die parkeren moeten verhinderen, met toestemming van de politie beter zullen worden vastgezet om te voorkomen dat de bestuurders die de nieuwe regeling geen warm hart toedragen, ze verplaatsen. De MIVB onderzoekt eveneens of het technisch mogelijk om op de bussen eventueel dodehoekspiegels te plaatsen en ze gaat ook na hoeveel dat zal kosten. De invoering van het rijden in tegengestelde richting voor de bussen van de MIVB lijkt heel werkzaam en komt de rijsnelheid ten goede. Het is echter nog te vroeg om daar nu al betrouwbare gegevens uit te distilleren. De MIVB heeft vooraf een onderzoek uitgevoerd in samenwerking met de diensten van de stad Brussel. Een consultant heeft op vraag van het gewestelijk bestuur een haalbaarheidsstudie gemaakt. Zijn conclusies zijn in 2001 goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van de stad Brussel. De problematiek van de toegankelijkheid is in heel het gebied waar in tegengestelde richting mag worden gereden, geval per geval onderzocht. Er zij op gewezen dat men heeft vastgesteld dat vele garages verbouwd zijn tot opslagruimtes, vaak ook zonder vergunning. De MIVB vond het, na overleg met de politie en de stad Brussel, niet nodig te wachten tot de werken aan het gebouw van de KBC in de Arenbergstraat achter de rug waren. De aannemer heeft immers nog een vergunning tot december 2002 om de materiaal op te slaan en die machtiging zal waarschijnlijk tot maart 2003 worden verlengd. Sedert 26 februari hebben er in de lus 20 aanrijdingen plaatsgehad, waarvan 17 met geleden bussen. In slechts acht gevallen is er materiële schade opgelopen. Van de zes betrokken lijnen, rijden er alleen op lijn 71 gelede bussen. Dat komt neer op 20% van het totale aantal bussen. We moeten wachten tot het gerechtelijk onderzoek is gesloten alvorens ons definitief uit te spreken. In de uren na het dodelijk ongeval, is de leiding van de MIVB samengekomen. Er is overlegd gepleegd met de politie en er zijn onmiddellijk doeltreffende maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen. De New Jersey-blokken zullen beter worden verankerd zodat ze niet kunnen worden verplaatst. Het is echter niet mogelijk de gelede bussen af te schaffen gelet op het aanzienlijke aantal reizigers op lijn 71. Als alle actoren het experiment als geslaagd beschouwen, zal er een stedenbouwkundige vergunning worden aangevraagd met het oog op een definitieve inrichting met kwaliteitsvol materiaal. De brandweer ressorteert onder de bevoegdheid van de heer Delathouwer, maar ik zal navragen waarom de brandweer zo laat is opgedaagd. Wat de fietsers betreft, bestaat er enige onzekerheid op het vlak van de veiligheid. Ikzelf rijd in tegengestelde richting. Ik voel me veiliger omdat ik de voertuigen beter zie aankomen. Op het eerste gezicht zijn er argumenten aan te voeren om de fietsers in tegengestelde richting te laten rijden. Mevrouw Geneviève Meunier (in het Frans).- Ik denk vooral aan degene die afdalen. en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Het is juist dat, zonder beperkingen, de regels spontaan met voeten worden getreden. Voorts zijn alle gemeenten in het algemeen tegen eigen banen ofschoon ze er tegelijk voor ijveren. Vandaar dat ik pleit voor een oplossing op gewestelijk vlak. Ik heb vertrouwen in de beheerders van de MIVB om de grootte van de bussen aan te passen aan de toestand. Ik zal, wat het gebruik van de Londonse dubbeldekkers betreft, zoals mevrouw Meunier heeft voorgesteld, de MIVB vragen die mogelijkheid te onderzoeken. De snelheidsbeperking tot 30 km/h wordt vanaf volgende week van kracht. De heer Joël Riguelle (in het Frans).- Een argument dat men kan aanvoeren wat de eigen banen betreft of naar de lokale politie toe, is het feit dat de verkeersovertredingen direct worden bestraft. De heer Jean-Pierre Cornelissen (in het Frans).- Ik ben ingenomen met de eensgezindheid van deze commissie. Het rijden in tegestelde richting in het centrum van Brussel heeft positieve gevolgen. Er gebeuren ieder dag ongevallen en
VERGADERING VAN WOENSDAG 24 APRIL 2002 7 daarom mogen we de regeling die is ingevoerd niet op de helling zetten. Het onderzoek is nog niet volledig afgerond. Uit uw antwoorden blijkt dat de regeling zal worden verbeterd en zelf heb ik nooit vastgesteld dat de bussen te snel rijden. Het traject laat dat overigens niet toe. Men moet oog hebben voor de veiligheidsmaatregelen die men moet treffen. Een nieuwe regeling vergt een kleine aanpassing maar werkt dodelijke ongevallen niet noodzakelijkerwijs in de hand. Na de proefperiode van een jaar zou men een precieze balans van het experiment moeten opmaken. Uw kabinet zou, in samenwerking met de MIVB, echter nu al kunnen nagaan op welke andere plaatsen een dergelijke regeling zou kunnen worden ingevoerd. Dat beleid van billijke verdeling van de weg kan het openbaar vervoer in Brussel verbeteren. en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Ter afronding van deze vergadering zou ik willen zeggen: rijden in tegengestelde zin heeft zin, of niet? (Gelach) - Het incident is gesloten. - De vergadering wordt gesloten om 16.10 uur.