Aan: Stichting Bodemsanering NS T.a.v. de heer drs. R. Banser Postbus 2809 3500 GV Utrecht Datum 15 maart 2006 Sector Bodemsanering / Vergunningen en Handhaving (ketenbeheer) Nummer 2006WEM001022i Referentie De heer drs. W.F. de Groot Uw brief van 27 juli 2005 Doorkiesnummer 030-258 2056 Uw kenmerk 2005002014 Faxnummer 030-258 3042 Bijlage 3 E-mailadres Walter.de.Groot@provincie-utrecht.nl Onderwerp Beoordeling evaluatierapport van de bodemsanering op het spoortracé Abcoude - Breukelen (km 9,3 22,5), UT-code 0305/00070 Geachte heer Banser, Op 28 juli 2005 ontvingen wij het evaluatierapport dat Cauberg-Huygen Raadgevende Ingenieurs B.V. heeft gemaakt van een in uw opdracht uitgevoerde bodemsanering. Het gaat om de sanering op het spoortracé Abcoude - Breukelen (km 9,3 22,5). Over onze beoordeling van het evaluatierapport berichten wij u als volgt. Saneringsplan Op 11 oktober 2002 zond ons college een beschikking met nummer 2002WEM003823i naar aanleiding van uw melding van bodemverontreiniging op het spoortracé Abcoude - Breukelen (km 9,3 22,5). De betreffende kadastrale percelen zijn opgenomen in bijlage 3. In de beschikking stemden wij in met uw saneringsplan. Het doel van de sanering is het op verantwoorde wijze uitnemen van de verontreinigde bekledingsgrond, zodat spoorverdubbeling ter plaatse kan worden gerealiseerd. Na afloop van de sanering zal de locatie in milieuhygiënische zin voldoen aan de functie infrastructuur. Er zijn langs het spoortracé twee spots (t.h.v. km 16,44 aan de oostzijde en km 18,53 aan de westzijde) waar de bekledingsgrond sterk verontreinigd is. Het betreft naar verwachting ca. 200 m³ sterk verontreinigde grond, welke wordt afgevoerd naar een erkende verwerker. De afgraving van de sterke verontreiniging zal na afloop worden uitgekeurd. De overige licht tot matig verontreinigde bekledingsgrond zal in den droge worden uitgenomen en langs het spoortracé tijdelijk in depot worden gezet. Na realisatie van het nieuwe zandbaanlichaam, wordt de bekledingsgrond in dezelfde functie weer tegen de baan teruggezet.
Evaluatierapport In totaal is circa 36.474 m³ licht tot matig verontreinigde bekledingsgrond uitgenomen en langs het spoortracé tijdelijk in depot gezet. Deze grond is na realisatie van het nieuwe zandbaanlichaam in dezelfde functie tegen de spoorbaan teruggezet. Er is tevens circa 300 m³ licht tot matig verontreinigde bekledingsgrond uitgenomen en langs hetzelfde spoortracé ter hoogte van km 8,9-9,1 in de provincie Noord-Holland toegepast als bekledingsgrond. Bij de spot ter hoogte van km 16,44 aan de oostzijde van het spoortracé is circa 100 m³ (191,98 ton) sterk met koper verontreinigde grond ontgraven en afgevoerd naar Theo Pouw B.V. in Utrecht. De sterk verontreinigde grond bij de spot ter hoogte van km 18,53 is door de aannemer abusievelijk aangemerkt als zijnde licht tot matig verontreinigde bekledingsgrond. Deze grond is derhalve samen met de overige bekledingsgrond langs het spoortracé in depot gezet. De sterk verontreinigde grond is, door middel van representatieve monstername en -analyse, getracht terug te vinden in het depot ter hoogte van km 18,53. Uit de analyseresultaten blijkt dat alleen nog licht verontreinigde grond aanwezig is in het depot ter hoogte van km 18,53. Derhalve is besloten om deze grond niet af te voeren, maar na realisatie van het nieuwe zandbaanlichaam te herschikken conform saneringsplan. Tussen km 19,5 en 19,8 zijn aan de oostzijde van het spoor enkele spots met koolas in de bekledingsgrond aangetroffen. Deze spots zijn separaat ontgraven. In totaal is 14,48 ton koolas ontgraven en afgevoerd naar Theo Pouw B.V. in Utrecht. Tijdens het ontgraven en herschikken van de bekledingsgrond bleek dat reeds aanwezige bekledingsgrond op sommige plaatsen niet de vereiste dikte had. In totaal is circa 4.154 m³ schone tot licht verontreinigde grond aangevoerd vanuit depots elders in het project en toegepast als bekledingsgrond. Het gaat hierbij om grond die eerst een andere bestemming had (voornamelijk als cunetzand). Conclusie Uit het evaluatierapport en de bijbehorende rapporten concluderen wij dat de sanering voldoet aan het bepaalde in onze beschikking tot instemming met het saneringsplan. Op grond van de Wet bodembescherming en de overige relevante regelgeving, is de sanering in voldoende mate afgerond. De op het tracé aanwezige licht tot matig met zware metalen en PAK verontreinigde bekledingsgrond is op milieuhygiënisch verantwoorde wijze ontgraven en herschikt tegen de nieuw gerealiseerde spoorbaan. De spots met sterk verontreinigde grond zijn afgevoerd. Kadastrale registratie Conform artikel 55 van de Wet bodembescherming zendt de provincie Utrecht een kopie van deze brief aan het Kadaster en de Openbare Registers. Deze zal de aanduiding in de kadastrale registratie handhaven voor alle in bijlage 3 opgenomen kadastrale percelen. Briefnummer: 2006WEM001022i UT0305/00070 2/5
Mocht u nog vragen hebben over deze brief, dan kunt u die stellen aan de heer W.F. de Groot van de sector Bodemsanering. Hij is op woensdag en vrijdag bereikbaar onder het rechtstreekse telefoonnummer 030-258 2056. Hoogachtend, gedeputeerde staten van Utrecht, namens hen, ing. G.C.M. Nortier hoofd sector Vergunningen en Handhaving (ketenbeheer) a.i. Bijlage 1: bij de beoordeling van de evaluatie behorende rapporten Bijlage 2: verzendlijst Bijlage 3: kadastrale gegevens Briefnummer: 2006WEM001022i UT0305/00070 3/5
Bijlage 1: bij de beoordeling van het evaluatierapport behorende rapporten: - Evaluatierapport saneringswerkzaamheden uitnemen bekledingsgrond t.b.v. spoorverdubbeling Amsterdam-Utrecht, Cauberg-Huygen Raadgevende Ingenieurs B.V., rapportnummer 2002.0001-32, d.d. 25 juli 2005; - Saneringsplan bekledingsgrond baan 3 en 4, Holland Railconsult, kenmerk GMV-IVW-020048513, d.d. 25 juli 2002; - Spoorverdubbeling Amsterdam-Utrecht, herzien grondstromenplan baan 3, Holland Railconsult, kenmerk GMV-FU-020011286 d.d. 23 april 2002; - Spoorverdubbeling Amsterdam-Utrecht Grondstromenplan baan 4, Arcadis, kenmerk Dvd-Ac 00/10/EmH/47150; - Plan van aanpak voor onverwachte gevallen Amsterdam-Utrecht, Holland Railconsult, kenmerk GMV-MVD-020020103 d.d. 21 maart 2002; - Milieukundig bodemonderzoek, Holland Railconsult, kenmerk CT GM/2156002D81/002 d.d. 25 juli 2002; - Verkennend bodemonderzoek kilometrering 9.30-10.25, Oranjewoud, docnr. 19047-16214RE02 d.d. 17 juli 2000; - Verkennend bodemonderzoek kilometrering 7.4-9.3, Oranjewoud, docnr. 19047-16214RE01 d.d. 17 juli 200; - Verkennend bodemonderzoek kilometrering 11.00-11.85, Oranjewoud, docnr. 19047-16214RE04 d.d. 18 juli 2000; - Verkennend onderzoek talud spoorbaan Breukelen, Dibec, 17 augustus 2001; - Bouwstoffenonderzoek Keulschevaart Breukelen, Omegam, project 1108030, 1 oktober 2001; - Bouwstoffenbesluitonderzoek grond sectie 20 te Breukelen, Omegam, project 1110267, 11 juni 2002; - Grondonderzoek spoordijk Breukelen, Omegam, project1108818, 3 december 2001; - Slibonderzoek knooppunt Breukelen, Omegam, project 1107735B, 26 september 2001; - Slib- en grondonderzoek Kanaaldijk-west Breukelen, Omegam, project 1106220, 13 maart 2001; - Plan van aanpak bekledingsgrond baan 2 km 25.0-km 25.6, Holland Railconsult, 27 augustus 2002. Briefnummer: 2006WEM001022i UT0305/00070 4/5
Bijlage 2: verzendlijst, een kopie van deze brief is verzonden aan: - College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Abcoude, t.a.v. de heer J. Luidens, Postbus 5, 1390 AA Abcoude; - College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Loenen, Postbus 99, 3632 ZS Loenen; - College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Breukelen, Postbus 116, 3620 AC Breukelen; - Milieudienst Noord West Utrecht, Postbus 242, 3620 AE Breukelen; - Cauberg-Huygen Raadgevende Ingenieurs B.V., t.a.v. ing. N.C. Knaap, Postbus 9222, 3007 AE Rotterdam; - Adviesbureau Holland Rail Consult, J.P. Cornelissen, Postbus 2855, 3500 GW Utrecht; - VROM Inspectie, Regio Noord-West, Postbus 1006, 2001 BA Haarlem; - Kadaster en Openbare Registers, Postbus 85001, 3508 AA Utrecht; - De heer Rezel, Westkanaaldijk 11, 3631 NC Nieuwersluis. Briefnummer: 2006WEM001022i UT0305/00070 5/5