Nr. 61 December 2004 Vrolijk Kerstmis en gelukkig nieuwjaar!



Vergelijkbare documenten
Site wettige erfgenamen

NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN

Februari 2014 Nummer 2 Jaargang 10

Waarborg en Sociaal Fonds Voedingsindustrie Aanvullend pensioen. Wat?

COMMISSIE VOOR HET VRIJ AANVULLEND PENSIOEN VOOR ZELFSTANDIGEN ADVIES NR. 2 VAN 15 SEPTEMBER 2003

1. FISCALITEIT ONROERENDE GOEDEREN : EEN ZEER LANGE OVERGANGSPERIODE Trends/Tendances, 17 maart 2005 & L Echo, 12 april 2005

Deel 1 - Bijzondere fiscale aftrek eigen woning (de zgn. woonbonus) als u leent voor uw verbouwing. 2. Voorwaarden waaraan de lening moet voldoen

fiscale aspecten van de levensverzekering

HERVORMING VAN DE WET OP DE AANVULLENDE PENSIOENEN: WAT IS NIEUW?

25 2,5 % S 3,378 3,423 3, % S 5,067 4, ,5 % S 6, % S

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

Instelling. Onderwerp. Datum

Nr. 68 september 2005

GROEPSVERZEKERING ALGEMEEN STEDELIJK ZIEKENHUIS AALST + MSSZ VOOR CONTRACTUELEN

De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

Samenvatting van de belangrijkste wijzigingen aan de algemene voorwaarden

FLEXIBEL PENSION SAVING met Home -clausule

ONTHAALSTRUCTUUR REGLEMENT. P&V VERZEKERINGEN c.v.b.a.

De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie

SAMEN OP WEG NAAR EEN AANVULLEND PENSIOEN VOOR IEDEREEN

Fiscaliteit van het hypothecair krediet

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE WERKNEMERS TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 302. Inhoudstafel Voorwerp Werking in de tijd...

Rekening houdend met de financieringsmethode, kan er een onderscheid worden gemaakt tussen verschillende types van pensioenplannen.

1. VOORTZETTING VAN EEN INDIVIDUELE PENSIOENTOEZEGGING Life & Benefits, april 2006; Les pensions complémentaires en pratique, deel 6

woonkrediet Vaste formule 10, 15, 20, 25 of 30 jaar

Inhoudstafel. Deel I - Groepsverzekering of IPT. Voorwoord Inhoudstafel. 1. Schema Algemeen... 6

RIZIV-contract Kinesitherapeut en apotheker. De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

Financiële infofiche levensverzekering voor overlijdensverzekeringen (niet sparen en beleggen)

Instelling. Onderwerp. Datum

financiële infofiche Flexibel VAP Saving Plan geldig op 22 mei 2017

COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES nr. 20 de dato 3 mei Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche

De feiten X is zijn beroepswerkzaamheid begonnen als zelfstandig stagiair op

Instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP)

Met huidig bericht wordt enkel ingegaan op een aantal praktische vragen die voor dergelijke, in 2014 gesloten leningen, worden gesteld.

RECHTSBIJSTAND. Hoofdstuk 5. Art.21. Voorafgaandelijke bepaling

De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

RIZIV-contract. Kinesitherapeut, apotheker, logopedist en zelfstandige verpleegkundige. De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE BEDIENDEN TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 220. Inhoudstafel Voorwerp Werking in de tijd...

INHOUD. Huwelijk en fiscus

Financiële infofiche levensverzekering voor overlijdensverzekeringen (niet sparen en beleggen)

De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

het overlijden moet worden gemeld en bankzaken

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. Onderwerp

financiële infofiche Flexibel VAP Saving Plan geldig op 1 januari 2017

PENSIOENOVEREENKOMST VOOR ZELFSTANDIGEN

Auteur. Onderwerp. Datum

De bedrijfsleidersverzekering is een levensverzekering gesloten door een onderneming in haar eigen voordeel, op het hoofd van een bedrijfsleider.

1. Financiële informatiefiche levensverzekering voor de

RIZIV-contract Arts en tandarts. De eenvoudigste manier voor een mooi aanvullend pensioen!

FLEXIBEL PENSION SAVING MET HOME -CLAUSULE

De individuele pensioentoezegging

Safe Return+ Laat uw belegging veilig groeien! 3,40 % in 2010! 1

Capiplan. Type levensverzekering Levensverzekering van het type tak 21 Waarborgen

Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016

21/03/2012. Echtscheiding en Aanvullend Pensioen. Verdeling op het ogenblik van de echtscheiding. Verdeling bij echtscheiding Pensioentoezegging

Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ) Financiële Infofiche

Financiële Informatiefiche voor fiscale levensverzekering

hoofdstuk 12 Conclusie

Sectoraal pensioenstelsel voor de diamantsector Transparantieverslag 2018

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer

Redactie van begunstigingsclausules van levensverzekeringen = maatwerk

-VOLULIFE. De groepsverzekering van de nieuwe generatie. AG Employee Benefits

Inhoud De "wettelijke erfgenamen" als begunstigden van een levensverzekering...

Waarop moet u letten als u een groepsverzekering wilt aangaan?

Elitis Blue Cover van Federale Verzekering

Verzekeringen gewaarborgd inkomen: verlenging van de looptijd omwille van de verlenging van de wettelijke pensioenleeftijd.

F I N A N C I Ë L E I N F O F I C H E

1. VERKOOPSCOMPROMIS EN OVERLIJDENSVERZEKERING Verzekeringsnieuws / L Assurance au présent, nr.33, september 2005

SECTORAAL PENSIOENPLAN ZEEVISSERIJ PAKHUIZEN PC

1. AANVULLENDE BEROEPSPENSIOENEN : MATIGERE BELASTING Generatiepact ; Fiscologue / Fiskoloog nr. 1007, december 2005

1. WAP : IS INDIVIDUEEL AKKOORD NODIG BIJ VERANDERING VAN VERZEKERAAR? Life & Benefits, september 2004, brief CBFA van 31 augustus 2004

Slapende tegoeden. Verzekeraar wekt begunstigde

CAPIPLAN 1. Type levensverzekering Levensverzekering met gewaarborgde rentevoet (Tak 21). Waarborgen

Post Optima Pension 1

Prettige vakantie we vinden elkaar in topvorm terug in september!

Top Rendement Invest Pluk de vruchten van uw belegging! 4,67 % gemiddeld over de laatste 9 jaar 1!

FINANCIËLE INFOFICHE

Hypo- & Duo Hypo Security Plan van North Europe Life Belgium N.V.

COLLECTIEVE ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSVERZEKERING PREVOCA REGLEMENT PREVOCA BALIE YYY

KBC Home & Pension Plan

Verzekeringen. Credit Security Plan. In geval van tegenspoed bent u beschermd! NELB NORTH EUROPE LIFE BELGIUM

Bijvoegsel aan de pensioenovereenkomst 0096-B4445L

F I N A N C I Ë L E I N F O F I C H E

VIP-PLAN VOOR BEDRIJFSLEIDERS EN WERKNEMERS

Tak 21 spaarverzekering met vrije stortingen en fiscale voordelen

Sectoraal pensioenstelsel voor de sector van het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf Transparantieverslag 2016

Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) Financiële Infofiche

Nieuwe gewaarborgde rentevoeten voor de pensioenplannen die afgesloten worden door een onderneming Vragen & Antwoorden

Kan een VAPZE gecombineerd worden met een groepsverzekering?

Pensioentoezegging. Bijzondere voorwaarden

BIJVOEGSEL AAN HET GROEPSVERZEKERINGSREGLEMENT

"Onthaalstructuur"-Plan. Algemene voorwaarden

De premies die de tijdelijke handelsvennootschap (THV) DIB-Ethias Lokale Contractanten ontvangt, worden op verscheidene manieren beschermd:

Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB Personenbelasting

Financiële Informatiefiche voor fiscale levensverzekering

ALGEMENE VOORWAARDEN FIRST FISCAAL FIRST PENSIOENSPAREN

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN...

Transcriptie:

Nr. 61 December 2004 Vrolijk Kerstmis en gelukkig nieuwjaar! Leven 1. HYPOTHECAIRE LENINGEN : FISCALE VOORDELEN EENVOUDIGER Le Fiscologue / Fiscoloog, nr. 957, november 2004 ; Trends-Tendances, 18-11-04 Het programmawetsontwerp voorziet een grondige hervorming van de fiscaliteit van de onroerende goederen. De bijkomende interestaftrek en de vermindering voor woonsparen worden afgeschaft en vervangen door een specifieke aftrek voor de persoonlijke en enige woning. Bovendien zal het totale kadastrale inkomen van het woonhuis vrijgesteld zijn van belasting. Maar ook de verrekening van de onroerende voorheffing (ten bedrage van 12,5 % van het kadastraal inkomen) wordt afgeschaft. Deze nieuwe regels worden evenwel enkel toegepast op - de leningen die vanaf 1 januari 2005 gesloten worden om de enige eigen woning van de belastingplichtige te verwerven of te behouden - en op de levensverzekeringscontracten die uitsluitend dienen voor de wedersamenstelling of de waarborg van dergelijke hypothecaire leningen. Deze regels gelden daarentegen niet voor vroegere leningen. Deze nieuwe aftrek van de globale netto-inkomsten is gelijk aan een globaal forfaitair bedrag dat - de betaalde interesten omvat - de aflossing van het kapitaal - de premies van het individuele levensverzekeringscontract dat uitsluitend gesloten werd voor de wedersamenstelling of de waarborg van de hypothecaire lening die aangegaan werd om een enige woning te verwerven of te houden. Wat zijn de voorwaarden om deze aftrek te genieten? De hypothecaire lening moet zijn aangegaan om een woning in België te verwerven of te behouden (renoveren ). Deze woning moet - de eigen woning van de belastingplichtige zijn - en zijn enige woning op 31 december van het jaar waarin de leenovereenkomst gesloten werd. Hierbij wordt evenwel geen rekening gehouden met de woningen - 1 -

waarvan de belastingplichtige bij erfenis mede-eigenaar, naakte eigenaar of vruchtgebruiker is. De hypothecaire lening moet voor minstens 10 jaar zijn aangegaan. De hypothecaire lening en de levensverzekering moeten bij een instelling gesloten zijn waarvan de zetel in de Europese Economische Ruimte gesitueerd is. Voor het overige moet de levensverzekering aan de gebruikelijke voorwaarden beantwoorden, behalve voor wat de begunstigingsclausule bij overlijden betreft : de voordelen van het contract moeten bij overlijden «ten gunste van de personen bedongen zijn die overeenkomstig het successierecht de volle eigendom of het vruchtgebruik van die woning verwerven». Zo wil men vermijden dat iemand zou belast worden op een uitkering m.b.t. een onroerend goed dat hij niet zelf in zijn bezit krijgt. Deze clausule lost evenwel niet alle problemen op: bij een woning die niet de enige woning is, bij de terugbetaling van een lening via groepsverzekering, bij een testament, bij «vroegere» leningen, In dat forfaitaire bedrag mag het totaal aftrekbare bedrag (interesten + aflossingen + levensverzekeringspremies) per belastingplichtige en per belastbare periode geen 1.500 EUR bedragen (te indexeren ; wat nu op zo n 1.830 EUR) komt en dit ongeacht de omvang van het belastbare inkomen en het bedrag van de lening. Het gaat om bedragen per persoon. Gehuwde echtparen hebben du recht op een dubbele aftrek. Dat bedrag kan verhoogd worden met 500 EUR (te indexeren) gedurende de eerste 10 jaar. Dat bedrag wordt bovendien verhoogd met 50 EUR (te indexeren) indien de belastingplichtige op 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar waarin de leenovereenkomst gesloten werd, minstens 3 kinderen ten laste heeft. Deze wet wordt nu besproken. Na de stemming ervan zal men er zich moeten van vergewissen dat er geen enkele wijziging in aangebracht werd. 2. GOED DOEL, MOGELIJKE BEGUNSTIGDE VAN EEN OVERLIJDENSDEKKING Life & Benefits, november 2004 De pensioenregeling van een groepsverzekering (of, bij een individuele pensioentoezegging, de pensioenovereenkomst) bepaalt de begunstigden van het verzekerde overlijdenskapitaal. Over het algemeen gaat het om een typevolgorde binnen welke de aangeslotene een persoon in het bijzonder kan aanwijzen. Zo gebeurt het dat een aangeslotene (alleenstaande, zonder naaste familie ) een goed doel wenst aan te wijzen. Voorheen beperkte de levensverzekeringsregeling die aanwijzing enkel tot de natuurlijke personen. In het nieuwe besluit inzake Levensverzekeringen is er geen sprake meer van een dergelijke beperking. Bijgevolg kan een rechtspersoon zoals bijvoorbeeld het Rode Kruis, - 2 -

Artsen zonder grenzen, Oxfam als begunstigde worden aangewezen. Althans als de pensioenregeling dergelijke aanwijzing toestaat en ze niet tegenstrijdig is met de openbare orde of de goede zeden. Inzake pensioenfondsen stipuleert de regeling enkel dat de pensioenovereenkomst de volgorde van de begunstigden moet voorzien. Ze heeft het niet over de identiteit van die begunstigden ; het kan dus ook om een rechtspersoon gaan. 3. WELKE BESCHERMING GENIETEN DE WERKNEMERS ALS EEN PENSIOENINSTELLING FAILLIET GAAT? Life & Benefits, mei/ juni 2004 Wanneer een verzekeraar failliet gaat verliest hij natuurlijk automatisch de toelating om verzekeringscontracten te sluiten. De CBFA, van haar kant, kan alle maatregelen treffen om de rechten van de verzekeringnemers, van de verzekerden en van de begunstigden te vrijwaren (door, bijvoorbeeld, de overdracht van de rechten en verplichtingen van de contracten op te leggen ). Bovendien verplicht de controlewet de verzekeraars technische reserves aan te leggen om de verplichtingen te kunnen naleven waartoe zij zich in de verzekeringscontracten verbonden hebben. Deze voorzieningen moeten op hun beurt door realiseerbare activa gedekt zijn waarover de verzekeraar in volle eigendom beschikt. Indien een Belgische verzekeraar failliet gaat, geniet de verzekerde een bijkomende bescherming. Inderdaad, de verzekeraar moet ervoor zorgen dat de dekkingswaarden van die voorzieningen, door afzonderlijk beheer, een bijzonder vermogen vormen. Dit vermogen is «bij voorrang» voorbehouden om de verbintenissen tegenover de verzekerden of de begunstigden na te komen die onder dat afzonderlijk beheer vallen. Zo genieten de verzekerden een bijzonder voorrecht in geval van faillissement. Dat bijzonder vermogen komt hen toe voor betaling van de vergoeding die de verzekeraar hen op grond van de verzekeringspolis verschuldigd was. Als dat bijzonder vermogen zelf ontoereikend is, genieten deze verzekerden nog een bevoorrechte schuldvordering op de andere activa van de verzekeraar. In het kader van de wet Vandenbroucke op de aanvullende pensioenen dient te worden opgemerkt dat de inrichter van de pensioentoezegging (met name de werkgever, of op sectoraal niveau de rechtspersoon), die ook de verzekeringnemer is, wettelijk gehouden is tot het aanzuiveren van de op het einde van de arbeidsovereenkomst eventueel ontbrekende reserves, en dit ongeacht of de verzekeraar een middelenverbintenis (zoals tak 23) dan wel een resultaatverbintenis op zich heeft genomen. De eindverantwoordelijkheid voor het nakomen van de prestaties bij pensionering of overlijden rust dus op de inrichter. Hij kan het risico van tekorten te wijten aan een slecht beheer of aan de ontbinding van de pensioeninstelling niet op de aangeslotene of op de begunstigde overdragen. Het blijft natuurlijk afwachten of de inrichter de ontbrekende reserves in de praktijk ook daadwerkelijk zal kunnen aanzuiveren. Het is best mogelijk dat de werkgever zelf in financiële moeilijkheden verkeert of dat hij door die aanzuivering op de rand van het faillissement komt te staan. - 3 -

De bescherming van de aangeslotenen en de begunstigden is nagenoeg dezelfde als het om een pensioenfonds gaat. Hier ook draagt de inrichter de eindverantwoordelijkheid voor het nakomen van de beloofde prestaties. Maar de huidige reglementering biedt evenwel geen volstrekte zekerheid. 4. SUCCESSIERECHTEN EN SCHULDSALDOVERZEKERING Administratief besluit van 22 maart 2001, «revue du notariat belge», april 2004 De toepassing van de successierechten in geval van een beding voor anderen geldt enkel indien het om het verkrijgen onder kosteloze titel gaat. In het geval van een schuldsaldoverzekering kan de bank en tevens schuldeiser die de verzekerde prestatie geniet niet belast worden wat successierechten betreft. Indien het verzekerde kapitaal daarentegen meer bedraagt dan het bedrag van het schuldsaldo, worden op het overschot krachtens de begunstigde ervan successierechten geheven. Over het algemeen sluit elk van beide partners bij aankoop van een gebouw door samenwonenden of gehuwden onder het stelsel van scheiding van goederen een schuldsaldoverzekering die voorziet dat bij overlijden van één van hen het geheel van het schuldsaldo van de lening aan de financiële instelling zal worden terugbetaald. Het voordeel dat de echtgenoot of de partner uit de aanzuivering van het geheel van het schuldsaldo put, is niet onderhevig aan successierechten. Inderdaad, de wettelijke bepaling ter zake (art. 8 van het Wetboek van de successierechten) spreekt immers over «sommen, renten of waarden». Aangezien die wettekst slechts restrictief mag geïnterpreteerd worden, kan de draagwijdte ervan niet uitgebreid worden tot de aldus bekomen voordelen. 5. GEEN DEKKING NA EEN OPZETTELIJKE ONJUISTE VERKLARING Rechtbank van eerste aanleg van Tongeren, 27 juni 2003, RGAR nr.13.892 ; Assurance au présent / Verzekeringsnieuws nr. 28, augustus 2004 Een dame sluit een individuele levensverzekering met daarbij een aanvullende verzekering in geval van invaliditeit. Drie jaar later is ze in arbeidsongeschiktheid en wordt het chronisch vermoeidheidssyndroom bij haar vastgesteld. De verzekeraar weigert zijn tussenkomst. Bij de sluiting van de verzekering had verzekerde inderdaad verklaard dat ze in goede gezondheid verkeerde. Uit het controleonderzoek ter gelegenheid van de invaliditeit bleek evenwel dat ze vóór de sluiting van die verzekering reeds diverse medische problemen had gehad. Aangezien het om een opzettelijke verzwijging gaat betekent de verzekeraar haar de annulering van haar contract zoals dat voorzien wordt in de wet op het verzekeringscontract. Hij annuleert meer bepaald de aanvullende verzekering en behoudt de verzekering bij Leven en Overlijden. Verzekerde betwist die zienswijze en dagvaardt haar verzekeraar voor de Rechtbank. Voor de Rechtbank was de medische vragenlijst die verzekerde moest invullen duidelijk: ze had de klachten die ze in het verleden had moeten vermelden, zelfs als ze toen ze de vragenlijst moest - 4 -

invullen (tijdelijk) geen klachten te melden had. Uit verslagen van specialisten bleek inderdaad dat ze uitgesproken gewrichts- en rugklachten had waaruit uiteindelijk een chronisch vermoeidheidssyndroom is ontstaan (syndroom dat uitdrukkelijk uit de waarborg was uitgesloten). Bovendien had ze korte tijd na het invullen van de vragenlijst opnieuw een specialist geraadpleegd. Voor de rechter bestaat er geen twijfel over de verzwijging. Bovendien is het ook ongeloofwaardig dat deze verzwijging onbewust of bij vergissing zou gebeurd zijn. Door deze aandoeningen niet te vermelden terwijl de vragen in de vragenlijst zeer duidelijk waren en niet vatbaar waren voor interpretatie heeft verzekerde zich schuldig gemaakt aan een opzettelijk onjuiste verklaring. En het verzwijgen van deze feiten hebben duidelijk op de beoordeling van het risico door de verzekeraar gewogen. - 5 -

Marktinformatie 1. DE MINISTER VOOR PENSIOENEN PLEIT VOOR EEN 2E PIJLER ONDER DE VORM VAN EEN RENTE Cash van 28-10-04, De Morgen van 17-11-04, L Echo van 18-11-04, Trends van 25-11-04 De minister voor Pensioenen gooit de knuppel in het hoenderhok door te zeggen dat hij de voorkeur geeft aan een spreiding in de tijd voor de storting van het kapitaal van het aanvullend pensioen («om te vermijden dat de begunstigde met die som stommiteiten zou doen») en in geval van vroegtijdig overlijden voor wederstorting van het kapitaal niet aan de erfgenamen, maar in een «collectief fonds». In de 2e pijler opteert 90 % van de aangeslotenen voor het kapitaal. «Dat percentage ligt te hoog, zodanig dat wij, als die traditie niet verandert, maatregelen zullen moeten nemen. Toekenning van renten moet meer aangemoedigd worden». De sociale partners hebben meteen gereageerd, de syndicaten klagen het idee aan van het door de werknemers en werkgevers gespaarde geld opnieuw in een fonds te storten en zien daarin een wil om de 2e pijler te «collectiviseren». Zijn partijvoorzitter heeft hem meteen tot de orde geroepen. Tegenover dit verzet heeft de minister een onderdanige buiging gemaakt en onderstreept dat hij wilde dat de keuze tussen de rente en het kapitaal duidelijk aan de werknemers zou voorgesteld worden. Wat reeds precies door de wet Vandenbroucke voorzien is 2. BELGIË VOOR HET EUROPESE GERECHTSHOF GEDAAGD Le Fiscologue / Fiscoloog, nr. 956, november 2004 In 2003 had de Europese Commissie België in gebreke gesteld omdat ons land het fiscale voordeel dat verbonden is aan de premies die betaald worden voor individuele levensverzekeringen en groepsverzekeringen (idem voor de pensioenfondsen) enkel voorbehield voor de premies die in België gestort werden. Deze regel druist in tegen het Europese recht. De Commissie verweet België ook dat het een belasting hief op de transfer van reserves naar het buitenland. De regering antwoordde dat de wijzigingen ten laatste in september 2005 zouden worden aangebracht. Die termijn vond de Commissie te lang. Vandaar dat zij besliste België voor het Europese Gerechtshof te dagen. - 6 -

3. HANDELSPRAKTIJKEN EN WIJGERING OM RELATIES AAN TE KNOPEN MET EEN MAKELAAR Hof van Beroep te Brussel, 9 januari 2004, Rechtspraak van Luik, Bergen en Brussel, 2004, p. 1636 Het staat iedereen vrij overeenkomsten te sluiten. Degene aan wie een voorstel gedaan wordt en die dat niet wenst te accepteren hoeft geen redenen op te geven voor zijn weigering, tenzij een wettelijke bepaling hem daartoe verplicht. Die vrijheid kan even wel tot misbruik leiden. Zo mag men slechts weigeren commerciële relaties aan te gaan als bewezen is dat men een wettig doel nastreeft. Die weigering kan een misbruik van recht zijn en gesanctioneerd worden als een daad die indruist tegen de eerlijke gebruiken op commercieel gebied als de beslissing voortvloeit uit een willekeurige appreciatie die gebaseerd is op geheime criteria of afwezigheid van objectieve criteria. In het geschil hier was het feit dat een verzekeraar weigerde te werken met een makelaar die hem systematisch afbrak en hem bij zijn verzekerden trachtte in discrediet te brengen, geen willekeur. 4. DE CBFA MAG RULINGS GEVEN Perscommuniqué van het ministerie van Financiën van 11-10-04 Door een koninklijk besluit van 23 augustus 2004 dat in het Staatsblad van 11 oktober verschenen is kunnen de operatoren de CBFA nu ondervragen over de manier waarop zij de wet interpreteert. De CBFA is door een voorafgaand akkoord ten aanzien van de aanvrager gebonden. De beslissingen van de CBFA worden bovendien (anoniem) gepubliceerd, o.m. op haar Internet site. Bedoeling is bij te dragen tot het oplossen van het probleem van de juridische onzekerheid die zou kunnen bestaan ingevolge de steeds complexer wordende economische en juridische context waarin financiële verrichtingen zich afspelen. Zo kan een voorafgaand akkoord gevraagd worden m.b.t. het prudentiële toezicht op de instellingen die door de CBFA gecontroleerd worden, maar ook over de toepassing van de wet die van toepassing is op de tussenpersonen of over de wet Vandenbroucke. De CBFA moet haar beslissing in principe binnen de 45 werkdagen aan de aanvrager meedelen. 5. VERGOEDINGEN VAN EEN COLLECTIEVE VERZEKERING Rechtbank van eerste aanleg te Luik, 7 september 2004 Le Fiscologue / Fiscoloog, nr. 956, november 2004 Een BVBA heeft een collectieve verzekering tegen ongevallen afgesloten. De verzekeraar betaalt de zaakvoerder van de BVBA een uitkering als gevolg van een tijdelijke arbeidsongeschiktheid wegens een ongeval, maar zonder dat er sprake is van inkomstenverlies. - 7 -

Aangezien de BVBA de verzekeringspremies betaald heeft meent de Administratie dat de uitkering het karakter heeft van een belastbaar voordeel van alle aard dat verkregen wordt uit hoofde of naar aanleiding van de uitoefening van de beroepsactiviteit. De Rechtbank van eerste aanleg verwierp deze kwalificatie: deze uitkeringen werden niet gestort omwille van de uitoefening van de beroepsactiviteit van de begunstigde, maar wel in uitvoering van de verzekeringsovereenkomst en van het zich voordoen van een door de overeenkomst gedekt schadegeval. Bijgevolg bestaat er geen verband tussen de beroepsactiviteit van de zaakvoerder en de door hem ontvangen uitkering. Van een belasting als voordeel van alle aard kan dan ook geen sprake zijn. 6. STAGIAIRS EN ARBEIDSONGEVALLEN Pensions de retraite et de survie, actualités en bref, november 2004 Voor het Arbitragehof is de wet van 10 april 1971 over de arbeidsongevallen discriminerend in die zin dat ze niet van toepassing is op niet bezoldigde stagiairs die slachtoffer zijn van een arbeidongeval terwijl ze in een onderneming werken uitoefenen die door hun studieprogramma worden opgelegd. Nu zijn diezelfde stagiairs gedekt voor beroepsziekten. Voor het Arbitragehof vinden het arbeidsongeval en de beroepsziekte allebei hun oorsprong in de uitoefening van de beroepsactiviteit en is er geen reden om de stagiairs voor het ene te dekken en niet voor het andere. Bijgevolg moeten die stagiairs gedekt worden tegen arbeidsongevallen. - 8 -