VIESMANN VITOCAL 300-A Lucht/waterwarmtepomp

Vergelijkbare documenten
VIESMANN VITOCAL 350-A Lucht/water-warmtepomp

VIESMANN VITOCAL 300-G Brine/water-warmtepomp 5,7 tot 34,4 kw Water/water-warmtepomp 7,5 tot 45,2 kw 1- en 2-traps

VIESMANN VITOCAL 200-G Grond/water-warmtepomp 5,8 tot 17,2 kw

VIESMANN VITOCAL 200-A Lucht/water-warmtepomp, monoblock-unit 3,2 tot 14,7 kw

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Brine/water-warmtepomp 20,5 tot 85,6 kw Water/water-warmtepomp 25,4 tot 117,8 kw 1- en 2-traps. Technische gegevens

VIESMANN VITOCAL 200-S Lucht/water-warmtepomp, splituitvoering 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Brine/water-warmtepomp 20,5 tot 85,6 kw Water/water-warmtepomp 25,4 tot 117,8 kw 1- en 2-traps. Technische gegevens

VIESMANN. VITOCAL Compacte warmtepomptoestellen 5,9 tot 10,3 kw. Technisch blad. VITOCAL 333-G Type BWT 331.A. VITOCAL 333-G Type BWT-NC 331.

VIESMANN VITOCAL 242-S Warmtepomp-compacttoestel, split-uitvoering 3,0 tot 11,3 kw

VIESMANN VITOCAL 200-S Lucht/water-warmtepomp, split-unit 3,2 tot 14,7 kw

VIESMANN VITOCAL 300-G Brine/water-warmtepomp 5,7 tot 34,4 kw Water/water-warmtepomp 7,5 tot 45,2 kw 1- en 2-traps

VIESMANN. VITOCAL Brijn/water- en water/waterwarmtepomp een- en tweetraps, 5,8 tot 117,8 kw. Planningsaanwijzing VITOCAL 333-G, 343-G VITOCAL 200-G

VIESMANN. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCAL 300. Warmtepomp 39,6 tot 106,8 kw. Ordner Vitotec, register 11.

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Brine/water-warmtepomp 18,7 tot 85,6 kw Water/water-warmtepomp 25,7 tot 117,8 kw Een- en tweetraps. Technische gegevens

Technische gegevens. VITOCAL 300-G type BW, WW. VITOCAL 300-G type BWC, WWC. Bestelnummer en prijzen: zie prijslijst

VIESMANN. VITOCAL Lucht-/waterwarmtepompen. Planningsaanwijzing. VITOCAL 300-A Type AWCI-AC 301.A en AWO-AC 301.A

VIESMANN. VITOCAL Brijn/water- en water/waterwarmtepompen 1- en 2-traps, 89 tot 290 kw. Planningsaanwijzing VITOCAL 300-W PRO VITOCAL 300-G PRO

Technische gegevens. VITOCAL 300-G type BW/BWS, WW. Bestelnummer en prijzen: zie prijslijst

VIESMANN. VITOCAL Brine/water-warmtepompen Compacte toestellen 5,7 tot 10,4 kw. Technische gegevens. VITOCAL 333-G type BWT331.

VIESMANN VITOCAL 200-S Lucht/water-warmtepomp, split-unit 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN VITOCAL 200-S Lucht/water-warmtepomp, splituitvoering 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN. VITOCAL Brine/water-warmtepompen Compacte toestellen 5,9 tot 10,3 kw. Technische gegevens. VITOCAL 343-G type BWT 341.

VIESMANN VITOCAL 242-S Warmtepompen-compactapparatuur, split-unit 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Brine/water-warmtepomp 5,9 tot 34,0 kw Water/water-warmtepomp 7,9 tot 46,0 kw Een- en tweetraps. Technische gegevens

VIESMANN VITOCAL 222-S Warmtepompen-compactapparatuur, split-unit 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN. VITOCAL Compacte warmtepompen 5,9 tot 10,0 kw. Technische gegevens VITOCAL 222-G VITOCAL 242-G. Bestelnummer en prijzen: zie prijslijst

VIESMANN VITOCAL 200-G Brine/water-warmtepomp 5,8 tot 17,2 kw

VIESMANN VITOCAL 300/350. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCAL 350 VITOCAL 300

Vitocal 200-S/200-A, tapwateropwarming en koelfunctie "active cooling"

VIESMANN VITOCAL 222-S Warmtepompen-compactapparatuur, split-unit 3,0 tot 10,6 kw

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepompen, splituitvoering 3,0 tot 11,3 kw. Planningsaanwijzing VITOCAL 222-S VITOCAL 200-S

VIESMANN. VITOCAL Brine/water-warmtepompen Compacttoestellen 5,9 tot 10,3 kw. Technische gegevens. VITOCAL 343-G type BWT 341.A06..

VIESMANN. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCAL 300. Lucht/water-warmtepomp 7,2 tot 14,6 kw. Ordner Vitotec, register 11

VIESMANN VITOCAL 200-G Brine/water-warmtepomp

VIESMANN. VITOCAL Brijn/waterwarmtepompen 2- en 3-traps, 27 tot 197 kw. Planningsaanwijzing VITOCAL 350-G PRO

VIESMANN. VITOCAL Lucht-/water-warmtepompen, split-unit 3,0 tot 11,3 kw. Ontwerphandleiding. VITOCAL 222-S type AWT-AC 221.A/AWT- AC 221.

Vitocal 222-S/222-A, tapwateropwarming en koelfunctie active cooling"

VIESMANN. VITOCAL Brine/water- en water/water-warmtepompen 1- en 2-traps, 5,7 tot 117,8 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-G VITOCAL 200-G

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepompen. Ontwerphandleiding. VITOCAL 200-A type AWO-(M) 201.A en AWO-(M)-E-AC 201.A

VIESMANN. VITOCAL Brine/water- en water/water-warmtepompen Een- en 2-traps, 5,6 tot 117,8 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-G VITOCAL 200-G

VIESMANN. VITOCAL Lucht-/water-warmtepompen, compacte toestellen, split-unit 4,0 tot 10,1 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 200-S VITOCAL 222-S

VIESMANN. VITOCAL Lucht-/water-warmtepompen, compacte toestellen, split-unit 2,6 tot 7,0 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 200-S VITOCAL 222-S

Viesmann. VITOCAL Brine/water- en water/water-warmtepompen 1- en 2-traps, 82,8 tot 296,0 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 300-W PRO VITOCAL 300-G PRO

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepomp, split-unit Monoblock-uitvoering, 2,0 tot 11,2 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 200-A VITOCAL 222-A

VIESMANN VITOCELL 100-B. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCELL 100-B

VIESMANN. VITOCAL Brine/water- en water/water-warmtepompen één- en tweetraps; 89 tot 290 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 300-W PRO VITOCAL 300-G PRO

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepompen. Ontwerphandleiding. VITOCAL 350-A type AWHI 351.A en AWHO 351.A. VITOCAL 200-A type AWCI-AC 201.

Vitocal 300-G/350-G (vervolg)

PAKKETPRIJSLIJST 2018 LUCHT-WATERWARMTEPOMPEN. Viesmann. Split-unit:

VIESMANN VITOCELL 100-H. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCELL 100-H. Liggende warmwaterboiler 130 tot 200 liter inhoud

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOCELL 100-E/W. voor de vakman. Vitocell 100-E/W type SVP Verwarmingswaterbuffer 50 l

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepomp, split-unit 3,2 tot 14,7 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 200-S VITOCAL 222-S. type AWB(-M) 201.

Vitocal 200-G. 3.1 Overzicht van de toepassingsvoorbeelden

VIESMANN VITOCELL 100-V Staande warmwaterboiler 300, 390 en 500 liter inhoud

VIESMANN VITODENS 200-W

VIESMANN. VITOCAL Lucht/water-warmtepompen, splituitvoering 3,0 tot 10,6 kw. Ontwerphandleiding. VITOCAL 222-S type AWT-AC 221.A/AWT- AC 221.

Aanstuurmodule verwarmingswaterdoorstroomtoestel

VIESMANN VITOCELL 100-L Boiler voor tapwater-verwarmingsinstallaties in boilerlaadsysteem

VIESMANN. Montagehandleiding VITOCELL 100-L. voor de vakman

VIESMANN. VITOCELL-W Warmwaterboiler voor wandtoestellen 100 tot 150 liter inhoud. Technische gegevens VITOCELL 100-W

Viesmann. VITOCAL Brine/water-warmtepompen 2- en 3-traps B0/W35: 56,6 tot 144,9 kw W50/W90: 148,0 tot 390,0 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-HT PRO

VIESMANN. VITOCAL Brine/water- en water/water-warmtepompen Een- en 2-traps, 1,7 tot 117,8 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-G VITOCAL 200-G

VIESMANN. VITOCELL-W Warmwaterboiler voor wandtoestellen 100 tot 400 liter inhoud. Technische gegevens VITOCELL 300-W VITOCELL 100-W

PAKKETPRIJSLIJST 2019 LUCHT-WATERWARMTEPOMPEN. Viesmann. Split-unit:

Viesmann. VITOCAL Brine/water-warmtepompen 2- en 3-traps B0/W35: 56,6 tot 144,9 kw W50/W90: 148,0 tot 390,0 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-HT PRO

Technische gegevens LAW 9IMR

VIESMANN VITOCELL 300-V Staande warmwaterboiler 130 tot 500 liter inhoud

VIESMANN VITOTRANS 100 Plaatwarmtewisselaar

VIESMANN VITOLADENS 300-C Condenserende olieketel 12,9 tot 28,9 kw

VIESMANN VITOCELL 100-V Staande warmwaterboiler 390 liter inhoud

Inhoudsopgave. Producten Vitocal 222-G Vitocal 242-G. Compact-Energy- Tower voor een lageenergiewoning. Hoofdstuk 2, pagina 6.

VIESMANN VITOCELL 100-L Warmwaterboiler voor tapwater-verwarmingsinstallaties in het boilerlaadsysteem

VIESMANN. VITOCELL-W Warmwaterboiler voor wandtoestellen 120 tot 400 liter inhoud. Technische gegevens VITOCELL 300-W VITOCELL 100-W

VIESMANN VITOCAL 161-A Warmwater-warmtepomp

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding VITOCELL 100-V. voor de vakman. Vitocell 100-V type CVW. Intern verwarmde warmwaterboiler 390 liter inhoud

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. Toepassing. voor de vakman

VIESMANN. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCELL 300-V. Staande warmwaterboiler. 130 tot 500 liter inhoud

VIESMANN VITOCAL 300/350. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCAL 350 VITOCAL 300

VIESMANN VITOCAL 161-A Warmwater-warmtepomp

VIESMANN VITOCELL 100-V Staande warmwaterboiler 390 liter inhoud

VIESMANN VITOCELL 100-B Warmwaterboiler met twee verwarmingsspiralen 300, 400 en 500 liter inhoud

VIESMANN VITOCELL 100-V Staande warmwaterboiler 160 tot 1000 liter inhoud

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOCELL 100-E/W. voor de vakman. Vitocell 100-E/W type SVP Verwarmingswaterbuffer 46 l

VIESMANN VITOTRANS 353 Verswatermodule voor de tapwaterverwarming volgens principe van doorstroomtoestel voor de wandmontage

VIESMANN VITOCELL 100-L Boiler voor tapwater-verwarmingsinstallaties in boilerlaadsysteem

VIESMANN. Mengkleppen en servomotoren. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst. Mengkleppen. Servomotoren. Map Vitotec, register 18

VIESMANN. VITOCAL Brine/water-warmtepompen 2- en 3-traps, 27 tot 197 kw. Ontwerphandleiding VITOCAL 350-G PRO

VIESMANN VITOCELL 300-B Warmwaterboiler met twee verwarmingsspiralen 300 en 500 liter inhoud

VIESMANN. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCAL 300

VIESMANN. VITOCAL 300-G/350-G Type BW/BWS 301.A21 tot A45 Type BW/BWS 351.A18. Installatievoorbeelden. Geselecteerde installatievoorbeelden

VIESMANN VITOSOLIC. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOSOLIC 100 VITOSOLIC 200. Regeling voor zonnewarmtesystemen

VIESMANN. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCELL 300-H. Liggende warmwaterboiler. 160 tot 500 liter inhoud

VIESMANN VITOCELL-W. Technische gegevens Bestelnr. en prijzen: zie prijslijst VITOCELL-W 100 VITOCELL-W 300

VIESMANN. Hybride toestellen Hybride compacttoestellen op olie en gas Warmtepompen voor hybride werking. Planningsaanwijzing VITOCAL 250-S

Technische gegevens LA 9S-TU

VIESMANN VITOCELL 100-B Warmwaterboiler met twee verwarmingsspiralen 300, 400 en 500 liter inhoud

Installatievoorbeelden Warmtepompen met functie, hydraulica, componenten en elektra. Verwarmingssystemen Industriële systemen Koelsystemen

VIESMANN VITOCELL 100-B Warmwaterboiler met twee verwarmingsspiralen 300 tot 950 liter inhoud

VITOCAL Brijn/waterwarmtepompen twee- en drietraps, 27 tot 197 kw. Planningsaanwijzing VITOCAL 350-G PRO

Transcriptie:

VIESMNN VITOCL 300- Lucht/waterwarmtepomp Planningsaanwijzing VITOCL 300- Type WO 302. Tweetrapse lucht/water-warmtepomp voor plaatsing buiten met elektrische aandrijving tot 65 C aanvoertemperatuur Voor kamerverwarming en tapwateropwarming in verwarmingsinstallaties Met warmtepompregeling Vitotronic 200 voor wandmontage 5/2016

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Vitocal 300-1. 1 Productbeschrijving... 4 Voordelen type WO 302.25/40... 4 Voordelen type WO 302.60... 5 Toestand bij levering... 5 1. 2 Technische gegevens... 6 Technische gegevens... 6 fmetingen... 8 Vermogensdiagrammen type WO 302.25... 11 Hydraulische stooklijnen type WO 302.25... 12 Toepassingsgrenzen type WO 302.25 conform EN 14511... 13 Vermogensdiagrammen type WO 302.40... 13 Hydraulische stooklijnen type WO 302.40... 15 Toepassingsgrenzen type WO 302.40 conform EN 14511... 15 Vermogensdiagrammen type WO 302.60... 16 Hydraulische stooklijnen type WO 302.60... 17 Toepassingsgrenzen type WO 302.60 conform EN 14511... 18 2. Warmwaterboiler 2. 1 Vitocell 100-L, type CVL... 19 3. Installatietoebehoren 3. 1 Overzicht... 22 3. 2 Luchtcircuit (primair circuit)... 22 Weerbeschermingskap... 22 3. 3 Verwarmingscircuit (secundair circuit)... 23 Buismodule aan de zijkant... 23 Hydraulische aansluitingsset... 23 3. 4 Tapwaterverwarming met externe warmtewisselaar (boilerlaadsysteem)... 24 Laaddoorn... 24 Circulatiepomp voor de boilerlading... 24 Tweewegmotorkogelklep (DN 32)... 25 Zwerfstroomanode... 25 4. Planningsaanwijzingen 4. 1 Opstelling... 25 Eisen aan de opstelling... 25 Vorstbescherming... 25 Minimale afstanden bij 1 warmtepomp... 25 Minimale afstanden bij warmtepompencascade (max. 5 warmtepompen)... 26 Instructies voor de opstelling... 26 Fundamenten... 27 Elektrische en hydraulische leidingen Plaatsen van de leidingen in de aarde... 30 Condenswaterafvoer van de warmtewisselaar... 31 Elektrische en hydraulische leidingen Plaatsen van de leidingen boven de aarde 32 Kabelinvoer door de wand... 33 Kabelinvoer door de bodemplaat... 34 Elektrische aansluitingen... 34 Geluidsontwikkeling... 36 4. 2 Hydraulische voorwaarden voor het secundaire circuit... 37 4. 3 Dichtheidscontrole van het koelcircuit... 38 4. 4 Stroomtoevoer en tarieven... 38 anmeldprocedure... 38 EVU-blokkering... 38 4. 5 Montageplaats van de warmtepompregeling... 38 4. 6 Dimensionering van de warmtepomp... 38 Monovalente werking... 39 Toeslag voor tapwateropwarming bij monovalente werking... 39 Toeslag voor verlaagde werking... 40 Mono-energetische werking... 40 Bivalente werking... 40 Bepaling van het bivalente punt... 40 4. 7 Verwarmingscircuit- en warmteverdeling... 41 4. 8 Dimensionering verwarmingswaterbuffer... 42 4. 9 Waterkwaliteit... 43 Verwarmingswater... 43 4.10 Tapwateropwarming... 43 Functiebeschrijving voor de tapwateropwarming... 43 ansluiting aan tapwaterzijde (aansluiting volgens DIN 1988)... 45 Veiligheidsklep... 45 Hydraulische integratie boilerlaadsysteem... 45 4.11 Integratie van een thermische zonne-installatie... 47 2 VIESMNN VITOCL 300-

Inhoudsopgave (vervolg) 4.12 Reglementair gebruik... 48 Reglementair gebruik... 48 5. Warmtepompregeling Vitotronic 200, type WO1C 5. 1 Vitotronic 200, type WO1C... 48 Opbouw en functies... 48 Schakelklok... 50 Instelling van de werkingsprogramma's... 50 Vorstbeschermingsfunctie... 50 Instelling van de stooklijnen (inclinatie en niveau)... 50 Verwarmingsinstallaties met verwarmingswaterbuffer of evenwichtsfles... 51 Buitentemperatuursensor... 51 5. 2 Technische gegevens Vitotronic 200, type WO1C... 51 Regelingsbehuizing voor wandmontage... 51 6. Regelingstoebehoren overzicht... 53 7. Regelingstoebehoren 7. 1 Elektrische verbinding... 54 Elektrische verbindingsleidingen... 54 7. 2 fstandsbedieningen... 54 bij Vitotrol 200- en Vitotrol 300-B... 54 Vitotrol 200-... 54 Vitotrol 300-B... 55 7. 3 fstandsbedieningen draadloos... 55 voor Vitotrol 200-RF... 55 Vitotrol 200-RF... 55 Vitotrol 300-RF met tafelstaander... 56 Vitotrol 300-RF met wandhouder... 57 Draadloze basis B... 58 Draadloze buitentemperatuursensor... 58 Draadloze repeater... 59 7. 4 Sensoren... 59 Kamertemperatuursensor... 59 Klemtemperatuursensor... 60 Dompeltemperatuursensor... 60 7. 5 Overig... 60 Hulprelais... 60 Radioklokontvanger... 60 KM-BUS-verdeler... 61 7. 6 Zwembadtemperatuurregeling... 61 Temperatuurregelaar voor zwembadtemperatuurregeling... 61 7. 7 Uitbreiding voor verwarmingscircuitregeling voor verwarmingscircuit met mengklep M3/VC3 (aansturing via de KM-BUS van de Vitotronic)... 61 Uitbreidingsset mengklep met geïntegreerde mengklepmotor... 61 Uitbreidingsset mengklep voor afzonderlijke mengklepmotor... 62 Dompeltemperatuurregelaar... 63 Klemtemperatuurregelaar... 63 7. 8 Uitbreiding voor verwarmingscircuitregeling voor de integratie van de externe warmtegenerator (directe aansturing via de Vitotronic)... 64 Uitbreidingsset mengklep... 64 7. 9 Tapwateropwarming met zonnesysteem en verwarmingsondersteuning... 64 Zonneregelingsmodule, type ZM1... 64 7.10 Functie-uitbreidingen... 65 Uitbreiding M1... 65 Uitbreiding E1... 66 7.11 Communicatietechniek... 66 Vitoconnect 100, type OPTO1... 66 8. Index... 68 VITOCL 300- VIESMNN 3

1 Vitocal 300-1.1 Productbeschrijving Voordelen type WO 302.25/40 Verdamper B Ventilator C ansluitingen secundair circuit D Verstuiver E 4-wegomschakelklep F Koelmiddelverzamelaar G Compressor 1 H Compressor 2 K Thermostatische expansieklep Geringe bedrijfskosten door hoge COP-waarde volgens EN 14511: Tot 4,5 bij (7/W35) en tot 3,8 bij (2/W35) Goede deellastverhouding door tweetrapse uitvoering Geluids- en trillingsarm door geluidsoptimaliserende toestelconstructie Efficiënt ontdooien door koelcircuitomkering Eenvoudig te bedienen Vitotronic regeling met display voor weergave met volle tekst en grafieken ( Werking en bewaking op afstand) maakt aansluiting aan de Vitocom 100, 200 en 300, alsook cascadefunctie voor max. 5 warmtepompen mogelijk. Geschikt voor gebruik met internet door Vitoconnect (toebehoren) voor bediening en service via Viessmann apps 4 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Voordelen type WO 302.60 Verdamper B Ventilatoren C ansluitingen secundair circuit D Condensor E Koelmiddelcollector F Compressor 1 G Elektronische expansieklep H Compressor 2 1 Geringe bedrijfskosten door hoge COP-waarde volgens EN 14511: Tot 4,1 bij (7/W35) en tot 3,6 bij (2/W35) Goede deellastverhouding door tweetrapse uitvoering Geluids- en trillingsarm door geluidsoptimaliserende toestelconstructie Efficiënt ontdooien door koelcircuitomkering Eenvoudig te bedienen Vitotronic regeling met display voor weergave met volle tekst en grafieken ( Werking en bewaking op afstand) maakt aansluiting aan de Vitocom 100, 200 en 300, alsook cascadefunctie voor max. 5 warmtepompen mogelijk. Toestand bij levering Volledige lucht/water-warmtepomp voor buitenopstelling 2-traps koelcircuit voor geringe bedrijfskosten door goede deellastverhouding flexibele werking. Stromingsbewaker Type WO 302.25/40: Bijgevoegd Type WO 302.60: Ingebouwd anvoertemperatuursensor secundair circuit inclusief buisstuk uit koper met huls voor de sensoropname voor de eenvoudige montage in de aanvoerleiding De vereiste hydraulische verbindingsleidingen zijn niet in de leveringsomvang van de warmtepomp (toebehoren). Weersafhankelijke, digitale warmtepompregeling Vitotronic 200, type WO1C voor de wandmontage met buitentemperatuursensor. De vereiste elektrische verbindingsleidingen zitten niet in de leveringsomvang van de warmtepomp (toebehoren). Vereist toebehoren (moet meebesteld worden) Hydraulische aansluitset (hydraulische verbindingskabels voor verwarmingswateraanvoer en -retour): Zie pagina 23. of buismodule aan de zijkant bij opstelling aan de wand (hydraulische verbindingskabels voor verwarmingsaanvoer en -retour): Zie pagina 23. Elektrische verbindingsleidingen voor de verbinding van warmtepomp en regeling (lengte 5 en 30 m): Zie pagina 54. Kleur zilver VITOCL 300- VIESMNN 5

Vitocal 300- (vervolg) 1.2 Technische gegevens 1 Technische gegevens Type WO 302.25 WO 302.40 WO 302.60 Vermogensgegevens verwarmen conform EN 14511 (2/W35 C) 1-traps werking Nom. vermogen kw 11,30 16,80 26,40 Elektrisch opgenomen vermogen kw 2,97 4,31 7,14 Prestatiecoëfficiënt (COP) 3,80 3,90 3,70 2-traps werking Nom. vermogen kw 19,60 29,30 50,00 Elektrisch opgenomen vermogen kw 5,30 7,71 13,89 Prestatiecoëfficiënt (COP) 3,7 3,8 3,6 Vermogensgegevens verwarmen conform EN 14511 (7/W35 C) 1-traps werking Nom. vermogen kw 13,9 20 31,9 Elektrisch opgenomen vermogen kw 3,09 4,35 7,42 Prestatiecoëfficiënt (COP) 4,5 4,6 4,3 2-traps werking Nom. vermogen kw 26,10 35,70 60,10 Elektrisch opgenomen vermogen kw 5,93 8,11 14,66 Prestatiecoëfficiënt (COP) 4,40 4,40 4,10 Vermogensgegevens verwarmen conform EN 14511 ( 7/W35) 1-traps werking Nom. vermogen kw 9,10 13,50 21,20 Elektrisch opgenomen vermogen kw 3,03 4,35 7,07 Prestatiecoëfficiënt (COP) 3,00 3,10 3,00 2-traps werking Nom. vermogen kw 16,70 23,80 39,20 Elektrisch opgenomen vermogen kw 5,67 7,93 13,52 Prestatiecoëfficiënt (COP) 3,00 3,00 2,90 Warmterecuperatie (primair circuit) Max. ventilatorvermogen W 320 480 2 x 750 Min. luchtdebiet m 3 /h 7500 11000 14000 Luchtinlaattemperatuur Min. C 25 25 22 Max. C 35 35 35 Verwarmingswater (secundair circuit) Inhoud l 6,5 8,9 17,3 Minimaal debiet l/h 2200 3000 5300 Max. debiet l/h 4500 6200 10400 Debietweerstand Bij minimaal debiet Pa 2100 950 2100 Bij max. debiet Pa 8300 3900 8300 Max. aanvoertemperatuur C 58 58 65 Bij luchtinlaattemperatuur 20 C C 58 58 55 Bij luchtinlaattemperatuur 5 C C 58 58 62 Min. retourtemperatuur C 18 18 18 Elektrische waarden warmtepomp Compressor Nominale spanning 3/N/PE 400 V/50 Hz Max. elektr. opgenomen vermogen compressor (7/W35) kw 9,2 12,6 29,9 anloopstroom compressor (met geïntegreerde aanloopstroombegrenzing) 22 30 78 Zekering 3 x C25 3 x C25 3 x C50 Beschermingstype IP 24 IP 24 IP 24 Max. elektrisch opgen. vermogen ventilator W 480 930 560 Relais en oliesompverwarming Nominale spanning 1/N/PE 230 V/50 Hz Zekering 1 x C16 Elektrische waarden warmtepompregeling Nominale spanning stuurstroomcircuit 1/N/PE 230 V/50 Hz Zekering netaansluiting 1 x C16 Zekering intern T 6,3 H/250 V Koelcircuit Werkmedium R404 R404 R417 Vulhoeveelheid kg 10,2 11,8 20,9 Broeikaspotentieel (GWP) 3990 3990 2346 CO 2 equivalent t 40,7 47,1 49,0 Compressor Type scroll scroll scroll 6 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Type WO 302.25 WO 302.40 WO 302.60 fmetingen Totale lengte mm 955 955 1000 Totale breedte mm 1600 1735 1900 Totale hoogte mm 1940 2100 2300 Totaal gewicht Zonder verpakking kg 485 555 885 Met verpakking kg 510 585 915 Toegest. werkdruk secundaire zijde bar 3 3 3 MPa 0,3 0,3 0,3 ansluitingen Verwarmingswateraanvoer en -retour R 1½ 1½ 2 Condenswaterslang Ø binnen/buiten mm 25/33 25/33 25/33 Geluidsvermogen -totaal gewogen geluidsvermogensniveau (50 Hz bis 10 khz) bij 7 ±3 K / db() 67 70 74 W55 ±1 K Energie-efficiëntieklasse conform EU-verordening nr. 811/2013 Stoken, gemiddelde klimaatverhoudingen Lagetemperatuurtoepassing (W35) ++ ++ ++ Middentemperatuurtoepassing (W55) ++ ++ ++ 1 Meting van het geluidsvermogensniveau in overeenstemming met EN ISO 12102/EN ISO 9614-2, nauwkeurigheidsklasse 2 en volgens de richtlijnen van het EHP-keurmerk. VITOCL 300- VIESMNN 7

Vitocal 300- (vervolg) 1 fmetingen Type WO 302.25 955 1600 748 848 716 690 1541 160 686 1359 739 B/C 1940 510 CB D E 40 240 70 90 180 250 330 74 90 350 30 Schakelkast B Verwarmingswateraanvoer: G G 1½, overgangsstuk op R 1½ bijgevoegd C Verwarmingswaterretour: G G 1½, overgangsstuk op R 1½ bijgevoegd D Zijdelingse openingen voor elektrische en hydraulische leidingen E Opening in de bodemplaat voor elektrische en hydraulische leidingen 8 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Type WO 302.40 955 748 897 1735 1 824 B/C 2100 716 529 1444 105 690 682 1676 E D CB 70 89 159 249 479 F 113 209 81 146 313 952 236 492 Schakelkast B Verwarmingswateraanvoer R IG 1½ C Verwarmingswaterretour R IG 1½ D Zijdelingse openingen voor elektrische en hydraulische leidingen E Inschroefpunten voor kraanogen (4 stuks) F Opening in de bodemplaat voor elektrische en hydraulische leidingen VITOCL 300- VIESMNN 9

Vitocal 300- (vervolg) Type WO 302.60 1 1000 950 1900 2301 818 537 682 1844 944 185 234 839 234 B/C 916 E D F C B 78 213 940 80 55 102 187 299 30 91 115 390 569 Schakelkast B Verwarmingswateraanvoer R G 2 C Verwarmingswaterretour R G 2 D Zijdelingse openingen voor elektrische en hydraulische leidingen E Inschroefpunten voor kraanogen (4 stuks) F Opening in de bodemplaat voor elektrische en hydraulische leidingen 10 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Vermogensdiagrammen type WO 302.25 Stookwerking 40 35 C 45 C 55 C 1 30 20 35 C 45 C 55 C Vermogen in kw 10 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 14 10 Elektr. opgenomen vermogen in kw 12 10 8 6 4 2 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 55 C 45 C 35 C 55 C 45 C 35 C Prestatiecoëfficiënt COP 8 6 4 2 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 1-traps werking 2-traps werking anvoertemperatuur secundair circuit 35 C 45 C 55 C De COP-gegevens in de tabellen en diagrammen zijn overeenkomstig EN 14511 bepaald. De prestatiekenmerken gelden voor nieuwe toestellen met schone plaatwarmtewisselaars. VITOCL 300- VIESMNN 11

Vitocal 300- (vervolg) 1 Vermogensgegevens verwarmen 1-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 6,20 7,50 9,10 11,30 13,90 15,00 15,80 19,20 Elektr. opgenomen vermogen kw 3,00 3,00 3,03 2,97 3,09 3,06 3,25 3,30 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 2,07 2,50 3,00 3,80 4,50 4,90 4,86 5,82 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 5,50 7,00 8,46 10,70 13,16 14,06 15,00 18,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 3,69 3,65 3,69 3,75 3,80 3,89 3,90 4,00 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,49 1,92 2,29 2,85 3,46 3,61 3,85 4,50 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 4,91 6,10 7,84 10,10 12,40 13,27 14,00 17,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 4,31 4,30 4,40 4,51 4,43 4,45 4,50 4,59 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,14 1,42 1,78 2,24 2,80 2,98 3,11 3,70 Vermogensgegevens verwarmen 2-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 11,60 13,60 16,70 19,60 26,10 28,20 28,80 30,20 Elektr. opgenomen vermogen kw 5,30 5,29 5,57 5,30 5,93 5,88 6,19 6,30 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 2,19 2,57 3,00 3,70 4,40 4,80 4,65 4,79 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 11,00 13,00 16,27 19,00 25,00 27,00 27,50 31,70 Elektr. opgenomen vermogen kw 6,59 6,60 6,70 6,29 7,20 7,69 7,79 7,81 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,67 1,97 2,43 3,02 3,47 3,51 3,53 4,06 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 10,50 12,20 15,70 18,50 25,00 25,50 26,50 32,60 Elektr. opgenomen vermogen kw 7,89 7,97 8,09 8,01 8,62 8,89 9,01 9,21 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,33 1,53 1,94 2,31 2,90 2,87 2,94 3,54 Hydraulische stooklijnen type WO 302.25 Drukverliesdiagram 100 10 90 9 80 70 8 7 60 6 Drukverlies mbar 50 40 30 20 10 kpa 0 5 4 3 2 1 0 0 1 2 3 4 5 Debiet in m³/h 12 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Toepassingsgrenzen type WO 302.25 conform EN 14511 Spreiding secundair circuit: 5 K anvoertemperatuur Secundair circuit in C 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15-30 -20 10 0 10 20 Luchtinlaattemperatuur in C 30 40 De max. bereikbare aanvoertemperatuur en de toepassingsgrenzen variëren max. met ±2 K. Bij lage aanvoertemperaturen in het secundair circuit moet het minimum debiet absoluut worden nagekomen: zie Technische gegevens. Voor het ontdooien van de verdamper moet de vereiste warmteenergie steeds ter beschikking staan. Daarom moet de min. retourtemperatuur secundair circuit in continue werking boven de 18 C liggen. 1 Vermogensdiagrammen type WO 302.40 Stookwerking 60 50 35 C 45 C 55 C 40 30 35 C 45 C 55 C 20 Vermogen in kw 10 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C VITOCL 300- VIESMNN 13

Vitocal 300- (vervolg) 14 10 1 Elektr. opgenomen vermogen in kw 12 10 8 6 4 2 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 55 C 45 C 35 C 55 C 45 C 35 C Prestatiecoëfficiënt COP 8 6 4 2 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 1-traps werking 2-traps werking anvoertemperatuur secundair circuit 35 C 45 C 55 C De COP-gegevens in de tabellen en diagrammen zijn overeenkomstig EN 14511 bepaald. De prestatiekenmerken gelden voor nieuwe toestellen met schone plaatwarmtewisselaars. Vermogensgegevens verwarmen 1-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 10,78 11,83 13,50 16,80 20,00 21,70 22,67 26,20 Elektr. opgenomen vermogen kw 4,26 4,29 4,35 4,31 4,35 4,43 4,37 4,40 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 2,53 2,76 3,10 3,90 4,60 4,90 5,19 5,95 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 10,09 11,11 12,73 16,00 18,80 19,75 21,17 25,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 5,48 5,47 5,46 5,44 5,42 5,50 5,46 5,49 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,84 2,03 2,33 2,94 3,47 3,59 3,88 4,55 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 9,41 10,39 11,96 15,19 17,60 18,43 19,68 23,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 6,49 6,66 6,61 6,58 6,52 6,29 6,54 6,74 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,45 1,56 1,81 2,31 2,70 2,93 3,01 3,41 Vermogensgegevens verwarmen 2-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 16,95 19,58 23,80 29,30 35,70 38,10 39,21 42,80 Elektr. opgenomen vermogen kw 7,70 7,77 7,93 7,71 8,11 8,11 8,13 8,20 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 2,20 2,52 3,00 3,80 4,40 4,70 4,82 5,22 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 16,81 19,37 23,46 29,55 34,40 36,64 37,82 42,71 Elektr. opgenomen vermogen kw 9,44 9,54 9,73 10,05 10,18 10,21 10,28 10,79 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,78 2,03 2,41 2,94 3,38 3,59 3,68 3,96 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 16,66 19,15 23,13 29,11 33,10 35,18 36,43 42,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 11,11 11,26 11,57 12,23 12,26 12,34 12,39 12,73 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,50 1,70 2,00 2,38 2,70 2,85 2,94 3,30 14 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Hydraulische stooklijnen type WO 302.40 Drukverliesdiagram 100 10 1 90 9 Drukverlies mbar 80 70 60 50 40 30 20 10 0 kpa 8 7 6 5 4 3 2 1 0 0 2 4 6 8 10 Debiet in m³/h Toepassingsgrenzen type WO 302.40 conform EN 14511 Spreiding secundair circuit: 5 K anvoertemperatuur Secundair circuit in C 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15-30 -20 10 0 10 20 Luchtinlaattemperatuur in C 30 40 De max. bereikbare aanvoertemperatuur en de toepassingsgrenzen variëren max. met ±2 K. Bij lage aanvoertemperaturen in het secundair circuit moet het minimum debiet absoluut worden nagekomen: zie Technische gegevens. Voor het ontdooien van de verdamper moet de vereiste warmteenergie steeds ter beschikking staan. Daarom moet de min. retourtemperatuur secundair circuit in continue werking boven de 18 C liggen. VITOCL 300- VIESMNN 15

Vitocal 300- (vervolg) Vermogensdiagrammen type WO 302.60 1 Stookwerking 120 110 100 35 C 45 C 55 C 65 C 90 80 70 Vermogen in kw 60 50 40 30 20 10-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 35 C 45 C 55 C 65 C 30 10 Elektr. opgenomen vermogen in kw 25 20 15 10 5 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 65 C 55 C 45 C 35 C 65 C 55 C 45 C 35 C 8 6 4 2 0-20 -10 0 10 20 30 Luchtinlaattemperatuur in C 1-traps werking 2-traps werking anvoertemperatuur secundair circuit Prestatiecoëfficiënt COP 35 C 45 C 55 C 65 C De COP-gegevens in de tabellen en diagrammen zijn overeenkomstig EN 14511 bepaald. De prestatiekenmerken gelden voor nieuwe toestellen met schone plaatwarmtewisselaars. 16 VIESMNN VITOCL 300-

Vitocal 300- (vervolg) Vermogensgegevens verwarmen 1-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 21,20 26,40 31,90 33,60 35,00 42,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 7,07 7,14 7,42 7,64 7,99 8,24 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 3,00 3,70 4,30 4,40 4,38 5,10 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 12,56 15,12 17,84 23,90 29,79 32,50 34,60 40,50 Elektr. opgenomen vermogen kw 7,30 7,60 7,82 8,51 8,92 8,90 9,01 9,42 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,72 1,99 2,28 2,81 3,34 3,65 3,84 4,30 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 11,98 13,22 17,04 23,45 28,30 30,70 32,10 38,00 Elektr. opgenomen vermogen kw 8,23 8,42 8,88 9,61 9,76 10,10 10,19 10,56 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,46 1,57 1,92 2,44 2,90 3,04 3,15 3,60 1 Vermogensgegevens verwarmen 2-trapse werking Luchtinlaattemperatuur C 20 15 7 2 7 10 12 20 anvoertemperatuur secundair C 35 circuit Vermogen kw 23,50 29,34 39,20 50,00 60,10 64,60 66,00 80,68 Elektr. opgenomen vermogen kw 11,81 12,70 13,52 13,89 14,66 15,38 15,98 16,64 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,99 2,31 2,90 3,60 4,10 4,20 4,13 4,85 anvoertemperatuur secundaire C 45 circuit Vermogen kw 22,51 27,76 36,40 47,32 57,00 61,80 65,00 78,60 Elektr. opgenomen vermogen kw 13,32 13,81 14,92 15,93 16,91 17,21 18,01 18,67 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,69 2,01 2,44 2,97 3,37 3,59 3,61 4,21 anvoertemperatuur secundaire C 55 circuit Vermogen kw 21,50 26,71 34,30 46,07 55,00 60,50 63,00 76,33 Elektr. opgenomen vermogen kw 13,96 15,44 15,45 18,00 19,64 19,64 20,00 21,14 Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 1,54 1,73 2,22 2,56 2,80 3,08 3,15 3,61 Hydraulische stooklijnen type WO 302.60 Drukverliesdiagram 100 10 90 9 Drukverlies mbar 80 70 60 50 40 30 20 10 0 kpa 8 7 6 5 4 3 2 1 0 0 2 4 6 8 10 12 Debiet in m³/h VITOCL 300- VIESMNN 17

Vitocal 300- (vervolg) 1 Toepassingsgrenzen type WO 302.60 conform EN 14511 Spreiding secundair circuit: 5 K anvoertemperatuur Secundair circuit in C 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15-30 -20 10 0 10 20 Luchtinlaattemperatuur in C 30 40 De max. bereikbare aanvoertemperatuur en de toepassingsgrenzen variëren max. met ±2 K. Bij lage aanvoertemperaturen in het secundair circuit moet het minimum debiet absoluut worden nagekomen: zie Technische gegevens. Voor het ontdooien van de verdamper moet de vereiste warmteenergie steeds ter beschikking staan. Daarom moet de min. retourtemperatuur secundair circuit in continue werking boven de 18 C liggen. 18 VIESMNN VITOCL 300-

Warmwaterboiler 2.1 Vitocell 100-L, type CVL Boiler voor tapwateropwarming in het laadsysteem Geschikt voor installaties met de volgende parameters: max. tapwatertemperatuur in de boiler 95 C Tapwaterzijdige bedrijfsdruk tot 10 bar (1,0 MPa) Type CVL CVL CVL Boilerinhoud l 500 750 1000 DIN-registernummer 0256/08-13 Onderhoudsverlies q BS bij 45 K temperatuurverschil (gemeten kwh/24 1,95 2,70 2,95 waarde volgens DIN EN 12897:2006) h fmetingen Lengte a (7) Zonder isolatie mm 650 750 850 Met isolatie mm 859 960 1060 Breedte b Zonder isolatie mm 837 957 1059 Met isolatie mm 923 1045 1155 Hoogte c Zonder isolatie mm 1844 2005 2077 Met isolatie mm 1948 2106 2166 Kantelmaat Zonder isolatie mm 1860 2050 2130 Minimummontagehoogte mm 2045 2190 2250 Gewicht Boiler Zonder isolatie kg 136 216 282 Met isolatie kg 156 241 312 ansluitingen (buitendraad) Warmwaterinlaat van de warmtewisselaar R 2 2 2 Koud water, warm water R 2 2 2 Circulatie, aftap R 1¼ 1¼ 1¼ Energie-efficiëntieklasse B 2 500 l inhoud V WW WW/WT Ø 650 Z SPR BÖ SPR 1469 1784 c a KW Ø 100 SPR 107 899 1230 422 344 384 837 b 455 E BÖ E KW SPR Inspectie- en reinigingsopening ftap Koud water Dompelhuls voor boilertemperatuursensor resp. temperatuurregelaar (binnendiameter 16 mm) V Magnesium beschermanode WW Warm water WW/WT Warmwaterinlaat van de warmtewisselaar Z Circulatie Maattabel Boilerinhoud l 500 a mm 859 b mm 923 c mm 1948 VITOCL 300- VIESMNN 19

750 en 1000 l inhoud WW WW/WT V Z e SPR c BÖ k a h l Warmwaterboiler (vervolg) 2 g f KW SPR SPR p Ø180 o n m E d b BÖ E KW SPR Inspectie- en reinigingsopening ftap Koud water Dompelhuls voor boilertemperatuursensor resp. temperatuurregelaar (binnendiameter 16 mm) V Magnesium beschermanode WW Warm water WW/WT Warmwaterinlaat van de warmtewisselaar Z Circulatie Maattabel Boilerinhoud l 750 1000 a mm 960 1060 b mm 1045 1155 c mm 2106 2166 d mm 957 1059 e 7 mm 750 850 f mm 1962 2025 g mm 1632 1670 h mm 1327 1373 k mm 901 952 l mm 357 368 m mm 317 328 n mm 103 104 o mm 515 565 p mm 457 468 20 VIESMNN VITOCL 300-

Warmwaterboiler (vervolg) Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde 20 2 10 1 B 8 0,8 6 5 4 3 0,6 0,5 0,4 0,3 2 2 0,2 1 0,8 0,6 0,1 0,08 0,06 500 600 800 1000 2000 3000 4000 5000 6000 Debietweerstand mbar kpa Tapwaterdebiet in l/h 500 l Boilerinhoud B 750 en 1000 l Boilerinhoud VITOCL 300- VIESMNN 21

Installatietoebehoren 3.1 Overzicht 3 Toebehoren Best.nr. Vitocal 300-, type WO 302.25 302.40 302.60 Luchtcircuit (primair circuit): Zie vanaf pagina 22. Weerbeschermingskap ZK01 803 X Weerbeschermingskap ZK01 804 X Verwarmingscircuit (secundair circuit): Zie vanaf pagina 23. Buismodule aan de zijkant ZK01 805 X Buismodule aan de zijkant ZK01 806 X Buismodule aan de zijkant ZK01 807 X Hydraulische aansluitset tot DN 40, lengte 5 m 7521 277 X X Hydraulische aansluitset tot DN 40, lengte 10 m 7521 278 X X Hydraulische aansluitset tot DN 40, lengte 15 m 7521 279 X X Hydraulische aansluitset tot DN 40, lengte 20 m 7521 280 X X Hydraulische aansluitset tot DN 50, lengte 5 m ZK01 808 X Hydraulische aansluitset tot DN 50, lengte 10 m ZK01 809 X Hydraulische aansluitset tot DN 50, lengte 15 m ZK01 810 X Hydraulische aansluitset tot DN 50, lengte 20 m ZK01 811 X Tapwateropwarming met externe warmtewisselaar (boilerlaadsysteem): Zie vanaf pagina 24. Laadlans voor de montage in Vitocell 100-L, type CVL ZK00 037 X X X Circulatiepomp voor de boilerlading Grundfos UPS 25-60 B 7820 403 X X X Circulatiepomp voor de boilerlading Grundfos UPS 32-80 B 7820 404 X X X 2-wegmototkogelklep 7180 573 X X X Zwerfstroomanode voor boilervolumes 300 l/500 l 7265 008 X X X 3.2 Luchtcircuit (primair circuit) Weerbeschermingskap Vereist bij onbeschermde opstelplaatsen met hoge windbelasting aan de aanzuig- of uitblaadzijde b a c Best.nr. Maten in mm a b c ZK01 803 1455 1153 540 ZK01 804 1590 1313 628 22 VIESMNN VITOCL 300-

Installatietoebehoren (vervolg) 3.3 Verwarmingscircuit (secundair circuit) Buismodule aan de zijkant Buismodule voor de hydraulische aansluiting van de verstuiver op het secundair circuit. 2 speciaal gebogen buisleidingen voor de bovenaardse invoer van de hydraulische leidingen in het gebouw bij opstelling bij de buitenwand De buismodule wordt aan de zijkant rechts uit de warmtepomp geschoven, onder de ventilator. Een door de installateur te voorziene isolatie is vereist. Type WO 302.25 302.40 302.60 3 Best.nr. ZK01 805 Best.nr. ZK01 806 Best.nr. ZK01 807 Hydraulische aansluitingsset Voor de hydraulische verbinding van buiten opgestelde warmtepompen met de verwarmingsinstallatie, flexibele verplaatsing in de grond: anvoer en retour in een hulbuis C, geïsoleerd 4 overgangsschroefverbindingen Geleidingsbochtstuk B voor de aansluiting langs onderen op de warmtepomp 2 eindmanchetten van rubber 1 rol traswaarschuwingsband C a Eindmanchet B Geleidingsbochtstuk C anvoer-/retourleiding van polybuteen D Hulbuis, geïsoleerd b D c C B d VITOCL 300- VIESMNN 23

Installatietoebehoren (vervolg) DN 40 DN 50 anvoer-/retourleidingen C anvoer en retour in een gemeenschappelijke hulbuis, geïsoleerd anvoer en retour telkens in een aparte hulbuis, geïsoleerd Maat a: Buiten-7 50 mm 60 mm Maat b: Wanddikte 4,6 mm 5,6 mm overgangsschroefverbindingen: 4 x D 50 op R 1½ 4 x D 63 op R 2 Hulsbuis D fmeting c: Buiten-7 160 mm 2 x 125 mm antal geleidingsbochtstukken 1 2 antal eindmanchetten 2 4 Maat d: Kabellengte 5 m Best.nr. 7521 277 ZK01 808 10 m Best.nr. 7521 278 ZK01 809 15 m Best.nr. 7521 279 ZK01 810 20 m Best.nr. 7521 280 ZK01 811 3 De aanvoer- en retourleidingen zijn vervaardigd van polybutyleen conform EN ISO 15876 met een drukniveau van 8 bar bij 95 C. Ter onderscheiding is één van de buizen met een streep gemarkeerd. De isolatie bestaat uit in de lengte waterdichte polyolefineschuim, waarmee de hulsbuis uit polyethyleen (HDPE) verbonden is. De buis wordt direct in het metselwerk met mortel of beton bevestigd (geen ander accessoire vereist). 3.4 Tapwaterverwarming met externe warmtewisselaar (boilerlaadsysteem) Laaddoorn Best.nr.. ZK00 037 Voor tapwaterverwarming met warmtepomp via externe warmtewisselaars (boilerlaadsysteem). Voor inbouw in de flensopening van de Vitocell 100-L, type CVL met boilerinhoud van 500 l fdichting Flenskap De laadlans is toepasbaar samen met een elektrisch verwarmingselement EHE. Vullans uit voor drinkwater geschikt kunststof Buis met eindkap en meerdere openingen Flens Circulatiepomp voor de boilerlading Voor de tapwateropwarming via een plaatwarmtewisselaar. Grundfos UPS 25-60 B Best.nr. 7820 403 Grundfos UPS 32-80 B Best.nr. 7820 404 Karakteristieken Type UPS 32-80 B, 230 V~ 9 8 7 UPS 32-80 B Type UPS 25-60 B, 230 V~ Opvoerhoogte in m 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0 3 2 1 UPS 25-60B 0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5 4,0 4,5 5,0 Pompdebiet in m³/h Opvoerhoogte in m 6 5 4 3 2 1 0 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Pompdebiet in m³/h Elektrisch opgenomen vermogen: 135 tot 225 W Elektrisch opgenomen vermogen: 45 tot 90 W 24 VIESMNN VITOCL 300-

Installatietoebehoren (vervolg) Tweewegmotorkogelklep (DN 32) Best.nr. 7180 573 Voor de tapwateropwarming met een boilerlaadsysteem, als afsluitklep te gebruiken. Met elektrische aandrijving (230 V~) ansluiting R 1¼ Zwerfstroomanode Best.nr. 7265 008 Onderhoudsvrij In plaats van de meegeleverde magnesiumanode Planningsaanwijzingen 4.1 Opstelling Met het oog op de opstelling in de buitenlucht zijn de toestellen van een laklaag met hoge corrosiebescherming voorzien. Bij opstelling in kuststreken een min. afstand t.o.v. de kust van 1000 m aanhouden. Eisen aan de opstelling De warmtepomp mag alleen buiten het gebouw op een fundament geplaatst worden: Zie pagina 27. Voor de in het vorstgevaarlijke bereik lopende leidingen van de verwarmingsaanvoer en de verwarmingsretour dient een inrichting voor handmatig aftappen aangebracht te worden. ls de warmtepompregeling, de secundaire pomp en de CV-pompen bedrijfsklaar zijn, is de vorstbescherming van de warmtepompregeling actief. Bij warmtepompinstallaties, waar een stroomuitval niet herkend kan worden, bijv. vakantiehuis: Verwarmingscircuit met een passend antivriesproduct laten werken of aftappen. Een gazon en beplanting kunnen het geluid verminderen. Daarom hoeft alleen de fundering van de warmtepomp van akoestisch hard materiaal (beton) zijn. De warmtepomp niet naast woon- of slaapkamers opstellen. 4 Vorstbescherming Zie pagina 31. Minimale afstanden bij 1 warmtepomp De minimum afstanden moeten in alle richtingen op objecten zoals gebouwen, wanden, grotere planten, enz. worden nagekomen. Maten in mm Type WO 302.25 302.40 302.60 a 800 1000 1200 b 400 400 800 0 m a 2 m B b Luchtinlaat B Luchtuitlaat VITOCL 300- VIESMNN 25

Planningsaanwijzingen (vervolg) Minimale afstanden bij warmtepompencascade (max. 5 warmtepompen) a b b b b b c B B B B B Luchtinlaat B Luchtuitlaat Maten in mm Type WO 302.25 302.40 302.60 a 1000 1000 1200 b 500 500 800 c 0 0 0 4 Instructies voor de opstelling Bij het ontdooien treedt koele stoom uit de luchtuitlaatopeningen van de warmtepomp uit. Met deze stoomuitlaat moet bij de opstelling (keuze van de plaats van opstelling, oriëntatie van de warmtepomp) rekening worden gehouden. Opstelling op stoepen of terrassen an de uitblaaszone van de warmtepomp kan zich door de afgekoelde lucht reeds vanaf een buitentemperatuur van 10 C glad ijs vormen. Daarom het toestel met uitblaaszijde niet dichter dan 3 m op stoepen of terrassen opstellen. anstroming van gebouwen De koude uitblaaslucht niet van dichtbij tegen gebouwen laten stromen. < 3 m Uitblaaszijde niet naar het gebouw toe positioneren. Gebouwzijde met venster Opstelling aan gebouwen Voetpad of terras Opstelling bij de wand kan volgende bouwfysische invloeden hebben: versterkte vuilafzetting op de buitenwand hogere vochtigheid in de buitenwand hogere warmteverliezen van de aangrenzende ruimtes 26 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) Opstelling in omringde bereiken Toestel niet in door muren of gebouwen omringde bereiken opstellen. Hoe hoger het aantal weerkaatsingsoppervlakken is, des te groter wordt de geluidsontwikkeling: Zie planningsaanwijzing Principes voor warmtepompen. Bovendien kan er luchtkortsluiting ontstaan. hydraulische verbinding enkel met buismodule aan de zijkant (toebehoren), aansluiting boven aardniveau Gebouwen Opstelling aan grondstukgrenzen Om geluidsoverlast voor de buren te verlagen, toestel niet dichter dan 5 m van de grens met de buren plaatsen resp. geschikte geluidsverminderende maatregelen treffen. bsoluut de gegevens over geluidsontwikkeling respecteren. < 5 m 4 Terreingrenzen Fundamenten De warmtepomp waterpas op een permanent vaste ondergrond plaatsen. Wij adviseren een betonnen fundament overeenkomstig de volgende hoofdstukken te maken. De opgegeven laagdiktes zijn gemiddelde waarden en moeten aan de plaatselijke omstandigheden worden aangepast. Daarbij dienen de bouwtechnische voorschriften te worden gerespecteerd. Voor de aansluiting op de warmtepomp mogen de kabels van de hydraulische aansluitset binnen de geïsoleerde buis niet tegen elkaar worden gedraaid. Daarom de buis in het bereik van het fundament enkel in de richting van de voor- of achterzijde van de warmtepomp plaatsen. Het fundament, het plaatsingsoppervlak en de leidingkanalen zo uitvoeren dat geen knaagdieren de warmtepomp en de leidingkanalen kunnen binnendringen. Voor de langs onderen in de warmtepomp in te voeren leidingen (hydraulische aansluitingsset, elektrische leidingen en condenswaterafvoer) een overeenkomstig gedimensioneerde uitsparing B in het fundament voorzien: Zie volgende afbeeldingen. VITOCL 300- VIESMNN 27

Planningsaanwijzingen (vervolg) Bovenaanzicht Type WO 302.25 Type WO 302.40 C 680 B 30 250 748 30 30 C 360 30 1735 1600 C 410 B 50 80 200 748 Type WO 302.60 C C 390 30 Fundament B Uitsparing in de fundering C Oplegvlakken van de warmtepomp 30 1000 De grootte van het fundament moet min. met de buitenmaten van de warmtepomp overeenkomen. B 80 400 4 580 580 1900 28 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) Snede M B C D E K C H G 200 F G/H L 4 K Warmtepomp B Betonfundament (dikte 300 mm) Onderdelen: Betonnen plaat C25/30, BSt 500 S en M Bewapening met mand van Q 257 aan alle zijden C Hydraulische aansluitset (toebehoren): Hydraulische verbindingsleidingen voor verwarmingswateraanvoer en verwarmingswaterretour De leidingen DN 40 bevinden zich in een gemeenschappelijk hulbuis met isolatie (dubbelbuissysteem). De leidingen DN 50 zijn telkens in een aparte hulbuis (afzonderlijk buissysteem). D Weide, kiezel of grindlaag E Zachte bodem, kiezel- of grindlaag F Vorstbescherming (verdicht grind, bijv. 0 tot 32/56 mm), laagdikte volgens de lokale vereisten en de bouwtechnische voorschriften G KG-buis DN 100 voor bus-verbindingsleiding (< 42 V, toebehoren) H KG-buis DN 100 voor netaansluitleiding 400 V/50 Hz (door de installateur te voorzien) en regelleiding 230 V~ (toebehoren) K Condenswaterafvoer DN 50 (door de installateur te voorzien) L Vorstgrens M Hydraulische verbindingsleidingen (verwarmingswateraanvoer en verwarmingswaterretour) VITOCL 300- VIESMNN 29

Planningsaanwijzingen (vervolg) Elektrische en hydraulische leidingen Plaatsen van de leidingen in de aarde N M K O U F B T H C G P K 400 G C H 900 4 S M N O Q R P NM O B Betonfundament (dikte 300 mm) Onderdelen: Betonnen plaat C25/30, BSt 500 S en M Bewapening met mand van Q 257 aan alle zijden C Hydraulische aansluitset (toebehoren): Hydraulische verbindingsleidingen voor verwarmingswateraanvoer en verwarmingswaterretour De leidingen DN 40 bevinden zich in een gemeenschappelijk hulbuis met isolatie (dubbelbuissysteem). De leidingen DN 50 zijn telkens in een aparte hulbuis (afzonderlijk buissysteem). F Vorstbescherming (verdicht grind, bijv. 0 tot 32/56 mm), laagdikte volgens de lokale vereisten en de bouwtechnische voorschriften G KG-buis DN 100 voor bus-verbindingsleiding (< 42 V, toebehoren) H KG-buis DN 100 voor netaansluitleiding 400 V/50 Hz (door de installateur te voorzien) en regelleiding 230 V~ (toebehoren) K Condenswaterafvoer DN 50 (door de installateur te voorzien) M Hydraulische verbindingsleidingen (verwarmingswateraanvoer en verwarmingswaterretour) N Bus-verbindingsleiding (< 42 V, toebehoren), stekkerklaar voorgeconfectioneerd (15 of 30 m): De max. leidingslengte bedraagt 30 m. Verlengen of verkorten is niet toegestaan. O Netaansluitingsleiding compressor/ventilator (3/N/PE 400 V/ 50 Hz, door de installateur te voorzien) anbevolen netaansluitkabels: Zie hoofdstuk Netaansluitleiding en regelleiding. Regelleiding 230 V~ (toebehoren), stekkerklaar voorgeconfectioneerd (15 of 30 m) De max. leidingslengte bedraagt 30 m. Verlengen of verkorten is niet toegestaan. P Kanaal in de grond Q Muurdoorvoer met mortel (door de installateur te voorzien) voor hydraulische aansluitleiding R Vocht- en waterdichte muurdoorvoeringen (door de installateur te voorzien) S Vul- en aftappingsinrichting met afsluitkraan (voor het aftappen met perslucht) T Expansievat met veiligheidsgroep (toebehoren) U fstand wand fundering: max. afstand afhankelijk van de lengte van de elektrische en hydraulische verbindingsleidingen: Max. 23 m Bij de opstelling minimumafstand tot andere objecten behouden (> 1,5 m). Verwarmingsaansluiting (hydraulische verbindingsleidingen M) Met de hydraulische aansluitset (toebehoren) uitvoeren. De aansluitset is in verschillende lengtes voorgeconfectioneerd. De aanvoer- en retourleiding zijn flexibel en bezitten telkens 2 overgangsschroefverbindingen. De leidingen DN 40 bevinden zich in een gemeenschappelijk hulbuis met isolatie (dubbelbuissysteem). De leidingen DN 50 zijn telkens in een aparte hulbuis (afzonderlijk buissysteem). 30 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) Type anvoer-/retourleidingen Breed kanaal in de ansluiting aan overgangsschroefverbindingen: grond P WO 302.25 2 x DN 40 400 mm Condensor D 50 op R 1½ WO 302.40 2 x DN 40 400 mm Condensor D 50 op R 1½ WO 302.60 2 x DN 50 500 mm Condensor D 63 op R 2 De leidinginvoer in het gebouw Q gebeurt door een muurdoorvoer met mortel (door de installateur te plaatsen). Vul- en aftapinrichting S voor verwarmingsaanvoer en -retour in het gebouw in de buurt van de buitenwand en 0,8 m onder maaiveldhoogte aanbrengen. Bij gebouwen op maaiveldhoogte een geïsoleerde schacht aanbrengen of aftappen van de warmtepomp met perslucht mogelijk maken. Vorstbescherming ls de warmtepompregeling en de CV-pomp bedrijfsklaar zijn, is de vorstbescherming van de warmtepompregeling actief. Bij buitenwerkingstelling van de warmtepomp of een langdurige stroomstoring de installatie via de vul- en aftapinstallatie S aftappen. ls een stroomstoring bij warmtepompinstallaties niet kan worden herkend (vakantiewoning), kunnen de verwarmingscircuits alternatief worden gebruikt met een geschikt antivriesmiddel. Voor de storingsvrije werking van de warmtepomp in het primaire circuit vorstbeschermingsmiddelen op basis van glycol gebruiken. Klaargemengde garanderen een gelijkmatige concentratieverdeling. dvies: Viessmann warmtedragend medium Tyfocor op basis van ethyleenglycol gebruikenn (kant-en-klaarmengsel tot 19 C, lichtgroen). Netaansluitkabel en regelleiding O De netaansluitkabel (door de installateur te voorzien) en voorgeconfectioneerde regelleiding (toebehoren) M naar de warmtepomp buiten het gebouw in een KG-buis DN 100 leggen. De stekkers aan de leidingseinden van de regelleiding tegen vuil en beschadiging en beschermen (bijv. met luchtkussenfolie). De voorschriften van het plaatselijke energiebedrijf (technische aansluitvoorwaarden) respecteren. Vereiste leidinglengte in de warmtepomp vanaf de bovenkant van het fundament: Netaansluitleiding 400 V~: Min. 0,9 m stuurleiding 230 V~: Min. 0,9 m anbevolen netaansluitkabels Type anbevolen netaansluitkabel WO 302.25 5 x 4,0 mm 2 WO 302.40 5 x 4,0 mm 2 WO 302.60 5 x 10,0 mm 2 Modbus-verbindingsleiding N De voorgeconfectioneerde Modbus-verbindingsleiding (< 42 V) N buiten het gebouw in een KG-buis DN 100 plaatsen. De stekkers aan de leidingseinden tegen vuil en beschadiging en beschermen (bijv. met luchtkussenfolie). Vereiste leidinglengte in de warmtepomp vanaf de bovenkant van het fundament: Min. 0,9 m Leggen van de KG-buizen G, H Trekdraad voor de elektrische kabels (N, O) voorzien. Voor het eenvoudig leggen van de elektrische verbindingskabels door de KG-buis 90º-bochtstukken vermijden, alternatief 3 x 30º of 2 x 45º gebruiken. De glooiingshoek van de KG-buizen moet naar de warmtepomp lopen, eventueel een condenswaterafvoer aanbrengen. De muurdoorvoeren R door de installateur vocht- en waterdicht laten uitvoeren. De openingen van de KG-buizen zodanig afsluiten dat geen dieren en vocht het gebouw kunnen binnendringen. 4 Condenswaterafvoer van de warmtewisselaar Het uit de lucht vrijkomende condenswater bedraagt afhankelijk van de temperatuur en de relatieve luchtvochtigheid max. 20 liter/h. Bij het ontdooien bedraagt de hoeveelheid condenswater max. 20 liter binnen 5 min. VITOCL 300- VIESMNN 31

Planningsaanwijzingen (vervolg) Condenswaterafvoer via kanaalaansluiting D B 900 C arde D Condenswaterafvoerslang van de warmtepomp E fvoerbuis (min. DN 50), continue helling min. 2 % F Stankafsluiter (sifon) in het vorstvrije bereik G Rioolkanaal Voor de afvoer van het condenswaters via een drainage of via het riool een sifon met minstens 60 mm waterslot in het vorstvrije bereik (min. 900 mm diep) voorzien. De sifon voorkomt het uitstromen van rioolgassen. Onderhoudskoker voor sifon voorzien. De mof van de afvoerbuis (min. DN 50) E moet gelijk met de bovenkant van de fundering afsluiten. Condenswaterslang eventueel via een sifoninstallatie naar binnen voeren. C E F G 60 en inzake vorstbescherming Bijzonder lage temperaturen over een langere periode kunnen tot het bevriezen van de condenswaterafvoer leiden. Daarom condenswaterafvoer voldoende isoleren of door de installateur te voorziene buitentemperatuurgeleide begeleidingsverwarming monteren. Fundament B Vorstbescherming (verdicht grind) 4 Elektrische en hydraulische leidingen Plaatsen van de leidingen boven de aarde ls de warmtepomp in de buurt van de buitenwand opgesteld wordt, is een plaatsing van de hydraulische verbindingsleidingen boven de aarde mogelijk. Hiervoor moet met het volgende rekening worden gehouden: Buismodule aan de zijkant (toebehoren) vereist: Zie pagina 23. Minimumafstanden voor de opstelling van de warmtepomp behouden. Vorstzekere isolatie vereist (door de installateur te voorzien). 32 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) B CDE 4 Warmtepomp B anvoer secundair circuit C Retour secundair circuit D Elektrische verbindingskabels (toebehoren) E Netaansluitleiding (door de installateur te voorzien): Zie pagina 31. De leidingen kunnen enkel aan een zijde uit de warmtepomp worden uitgevoerd. Kabelinvoer door de wand Geschikt als huisinvoer voor muren, onder of boven het aardniveau. VITOCL 300- VIESMNN 33

Planningsaanwijzingen (vervolg) 1 2 B 80 310 80 220-270 B C Specie B Buitenwand C Hydraulische aansluitset (toebehoren) bij montage onder aardniveau Op buismodule aan de zijkant (toebehoren) aangesloten leiding (door de installateur te voorzien)! Binnen het gebouw? Buiten het gebouw 4 Kabelinvoer door de bodemplaat ls de aansluiting in het gebouw op maaiveldhoogte liggen (zie volgende afbeelding) adviseren wij de benodigde aansluitleidingen en doorvoeren reeds voor het aanbrengen van de bodemplaat te positioneren. Installatie naderhand is zeer kostelijk. T S O Hydraulische aansluitset (toebehoren) S Vul- en aftappingsinrichting (voor het aftappen met perslucht) T Expansievat met veiligheidsgroep (toebehoren) X Vocht- en waterdichte muurdoorvoer (door de installateur te plaatsen) Y Bodemplaat van het gebouw Z KG-buis DN 100 voor externe aansluitingen regeling/warmtepomp (door de installateur te plaatsen, met correcte afdichting naar het gebouw) Y X 900 Z O Gebouwaansluitingen op maaiveldniveau Elektrische aansluitingen Eisen aan de elektrische installatie De technische aansluitbepalingen (TB) van het betreffende energiebedrijf in acht nemen. Inlichtingen over de benodigde meet- en schakelinrichtingen verkrijgt u bij de elektriciteitsmaatschappij. Wij adviseren een aparte stroommeter voor de warmtepomp aan te brengen. De Viessmann warmtepompen werken op 400 V~. In enkele landen zijn ook 230 V-modellen verkrijgbaar. Voor het stuurstroomcircuit is een netspanning van 230 V~ nodig. De zekering voor het stuurstroomcircuit (6,3 ) bevindt zich in de warmtepompregeling. 34 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) Bedradingsschema E F B C G D S R Q P N M L K H Standaard installatievoorbeeld Warmtepomp B Laagspanningsleiding, geprefabriceerd C Besturingsleiding, geprefabriceerd D Netaansluitleiding bijzonder tarief/laststroom: Zie volgende tabel. E Buitentemperatuursensor, sensorkabel (2 x 0,75 mm 2 ) F Warmtepompregeling, netaansluitleiding (5 x 1,5 mm 2 ) met toevoerleiding uitschakelcontact energiebedrijf, potentiaalvrij G Stroomteller/huisstroomvoorziening H Tapwateromlooppomp, toevoerleiding (3 x 1,5 mm 2 ) ls extra verwarmingscircuits met mengklep, externe warmtegenerator (gas/olie/hout), afstandsbediening, enz. moeten worden geïnstalleerd, moeten de vereiste extra toevoer-, regel- en sensorleidingen worden ingepland. K Warmwaterboiler L Boilertemperatuursensor, sensorkabel (2 x 0,75 mm 2 ) M Circulatiepomp voor boilerlading of driewegomschakelklep, toevoerleiding (3 x 1,5 mm 2 ) N anvoertemperatuursensor secundair circuit, sensorkabel (2 x 0,75 mm 2 ) P Verwarmingscircuitpomp, toevoerleiding (3 x 1,5 mm 2 ) Q Verwarmingswaterbuffer R Buffertemperatuursensor, sensorkabel (2 x 0,75 mm 2 ) S Secundaire pomp, toevoerleiding (3 x 1,5 mm 2 ) 4 Type WO 302.25 302.40 302.60 Vereiste kabeldoorsnede van de netaansluitleiding bij kabellengte 25 m en 5 x 4 mm 2 5 x 4 mm 2 5 x 10 mm 2 plaatsing in elektrische installatiebuizen Voorzekering C25 C25 Z50 VITOCL 300- VIESMNN 35

Planningsaanwijzingen (vervolg) Geluidsontwikkeling Ter plaatse gemiddelde energie-equivalent continu geluidsdrukniveau afhankelijk van de verwijdering (halfvrijveldmeting, Q = 2) c [db()] b [db()] a [db()] De eisen van de Duitse T Lärm in elk geval nakomen. Geluidsdrukniveau Type WO 302.25 302.40 302.60 a db() 59 62 66 b db() 45 48 52 c db() 32 42 46 1 m 5 m 10 m 4 Warmtepomp Geluidsdrukniveau L P voor verschillende verwijderingen voor het toestel Meting van het geluidsvermogensniveau L W in overeenstemming Instructie voor de opgegeven geluidsdrukniveaus met EN ISO 12102/EN ISO 9614-2, nauwkeurigheidsklasse 2 en In de praktijk zijn afwijkingen van de aangegeven waarden mogelijk, volgens de richtlijnen van het EHP-keurmerk die door geluidsweerkaatsing en geluidsabsorptie op grond van de Waarden voor geluidsdrukniveau L P werden door geluidsvermogensniveau L W berekend. Hierbij gelden volgende aannemingen; Zo beschrijven bijv. de situaties Q = 4 en Q = 8 (zie Documenten plaatselijke omstandigheden worden veroorzaakt. fstraling in het ideale vrijveld via een volledig reflecterend voor warmtepompen ) de op de emissieplaats daadwerkelijk aangetroffen omstandigheden vaak slechts benaderend. niveau. Geen omgevingsgeluiden Type WO 302.25 Geluidsvermogenniveau L W in db() *1 67 Type WO 302.40 Geluidsvermogenniveau L W in db() *1 70 Type WO 302.60 Geluidsvermogenniveau L W in db() *1 74 Richtfactor fstand van de warmtepomp in m Q 1 2 4 5 6 8 10 12 15 Geluidsdrukniveau L P in db() *2 2 59 53 47 45 44 41 39 38 36 4 62 56 50 48 47 44 42 41 39 8 65 59 53 51 50 47 45 44 42 Richtfactor fstand van de warmtepomp in m Q 1 2 4 5 6 8 10 12 15 Geluidsdrukniveau L P in db() *2 2 62 56 50 48 47 44 42 41 39 4 65 59 53 51 50 47 45 44 42 8 68 62 56 54 53 50 48 47 45 Richtfactor fstand van de warmtepomp in m Q 1 2 4 5 6 8 10 12 15 Geluidsdrukniveau L P in db() *2 2 66 60 54 52 51 48 46 45 43 4 69 63 57 55 54 51 49 48 46 8 72 66 60 58 57 54 52 51 49 *1 Geschat totaal geluidsvermogenniveau in overeenstemming met ISO 13261-1. De metingen zijn halfvrijstaand onder de volgende omstandigheden uitgevoerd: 7 ± 3 K /W 55 ± 2 K *2 Rekenkundig bepaald (volgens formule, zie afzonderlijke planningsaanwijzing Basisprinicpes voor warmtepompen ), op basis van het gemeten geschatte totale geluidsvermogenniveau. 36 VIESMNN VITOCL 300-

Planningsaanwijzingen (vervolg) Maatregelen voor de vermindering van geluidsemissies De warmtepomp niet direct naast woon- of slaapkamers resp. voor de ramen daarvan opstellen. Bij buisdoorvoeringen door plafonds en wanden de overdracht van contactgeluid voorkomen via geschikte isolatiematerialen. De warmtepomp niet direct naast gebouwen of grond van de buren opstellen. Zie hoofdstuk en voor de opstelling. Bij ongunstige ruimtelijke opstelling van de warmtepomp kan het geluidsniveau stijgen. ls de vereisten van de T Lärm (zie Documenten voor warmtepompen ) niet worden aangehouden, moet door bouwkundige maatregelen (bijv. beplanting) het geluidsdrukniveau tot de vereiste maat verlaagd worden. In dit verband op het volgende letten: een omgeving met akoestisch harde vloeren zoals bijv. beton of plaveisel vermijden, omdat het geluidsdrukniveau door de optredende weerkaatsingen kan worden verhoogd. Door een omgeving met een begroeide bodem zoals bijv. een gazon kan het geluidsdrukniveau duidelijk als minder worden ervaren. De warmtepomp indien mogelijk vrij opstellen: Zie Documenten voor warmtepompen, hoofdstuk Reflexie en geluidsvermogenniveau. 4.2 Hydraulische voorwaarden voor het secundaire circuit Minimumvolume en minimumdebiet absoluut aanhouden: Zie volgende tabel. Viessmann lucht/water-warmtepompen ontdooien efficiënt door het omkeren van het koelcircuit. Daarbij wordt de energie voor het ontdooien kort uit het secundaire circuit gehaald. Voor een veilige en langdurige werking van de warmtepomp moet een Minimumdebiet in het secundair circuit worden aangehouden. Bovendien is een voldoende groot installatievolume voor de beschikbaarstelling van energie voor het ontdooien vereist. Dit installatievolume mag niet geblokkeerd kunnen worden. Daarom mogen de verwarmingscircuits niet worden meegerekend, die met thermostaatkleppen kunnen worden afgesloten. ls het toestel voor de koelwerking wordt gebruikt, moeten de verwarmingswateraanvoer en -retour dampdiffusiedicht worden geïsoleerd. Maatregelen voor het garanderen van het Minimumdebiet Verwarmingscircuits blijven permanent volledig geopend (toestemming van de exploitant van de installatie vereist). Het dimensioneringsdebiet van de verwarmingscircuits moet groter zijn dan het minimumdebiet in het secundaire circuit. CV-waterbuffer of evenwichtsfles voor het ontkoppelen van de verwarmingscircuits gebruiken (parallel op de warmtepomp aangesloten). overstortklep op de verst verwijderde plaats in het verwarmingscircuit monteren. Bij installaties met CV-waterbuffer in het retour secundair circuit en een voldoende hoeveelheid installatievolume kan de overstortklep direct achter de CV-waterbuffer worden gemonteerd. Maatregelen voor het garanderen van het Minimumvolume CV-waterbuffer in het retour secundair circuit plannen (in serie met de warmtepomp aangesloten). Voorschakelvat gebruiken. Om de in de tabellen vermelde waarden te bereiken, kunnen de genoemde maatregelen met elkaar worden gecombineerd. 4 Type Min. kabel-7 secundair circuit Minimaal volume van de verwarmingsinstallatie in l Minimumdebiet in l/h WO 302.25 DN 32 400 2200 WO 302.40 DN 40 400 3000 WO 302.60 DN 50 600 5300 VITOCL 300- VIESMNN 37