Bijlage 24: Immaculata School, Ieper De school: Het is een school met TSO/BSO-richtingen. Het leerlingenaantal zit rond de 860, de school telt 130 personeelsleden en maakt deel uit van de scholengroep St-Maartensscholen Ieper. Een groot aantal van haar leerlingen komt uit kansarme gezinnen. De school heeft de volgende studierichtingen: Sociaal Technische Wetenschappen, Gezondheids- en Welzijnswetenschappen, Techniek-Wetenschappen, Restaurant-Keuken, Grootkeuken, Voeding-Verzorging, Verzorging, Haarzorg, Thuis- en bejaardenzorg en Kinderzorg. De school dankt haar ontstaan aan Clara Francisca van Zuytpeene Lamotte 250 jaar geleden. Deze vrouw wijdde haar volledige leven aan het onderwijzen van minder gegoede kinderen. Uit haar onderwijsproject groeide in de achttiende eeuw een werkschool waar jonge meisjes kantwerk leerden maken. Naast dit praktijkwerk kregen de kinderen ook een minimum aan algemene vorming mee. In 1952 stichtten de Zusters van het Geloof naast de bestaande basisschool, ook een middelbare school. Je kunt niet te vlug gaan. Voor de attitudevorming van het schoolteam is het heel belangrijk om stap voor stap vooruit te bewegen. - Jan Vanobel, directeur Immaculata, Ieper Het begin: Het proces om een schoolcode tot stand te brengen begon in het schooljaar 2002-2003. In de eerste fase werd er vooral gebrainstormd rond communicatie, de implementatie van de schoolcode en eventuele bijsturingen (schooljaren 2003-2007). Het was heel belangrijk om niet te snel te gaan, stapsgewijs. De attitudevorming van heel het schoolteam is een proces dat degelijk en niet te vlug mag gebeuren. In het schooljaar 2007-2008 werd de eerste fase afgerond en daarna begon het uitrollen van de initiatieven. In 2012-2013 werden de initiatieven geëvalueerd en sinds 2013 werden de nodige aanpassingen aan de schoolcode gebracht en geïmplementeerd. Als eerste ging de school een bevraging doen bij de leerlingen en ouders om de leerlingenkenmerken vast te stellen (schoolfoto). Het bleek dat de school heel wat leerlingen telden uit gezinnen met
(financiële) moeilijkheden. Een belangrijk signaal was de onbetaalde schoolrekeningen en de verschillende vragen om zaken in meerdere schijven te betalen. De school stelde haar doelstelling vast: om kwalitatief onderwijs op zo een goedkoop mogelijke manier aan te bieden. Attitudevorming: Tijdens de brainstormperiode werd een werkgroep goed(koop) onderwijs opgericht met collega s uit verschillende afdelingen, leerlingenbegeleiding, administratief medewerkers en directieleden die daarin zaten. De werkgroep kwam vier keer per jaar samen om problemen te signaleren, nieuwe ideeën te lanceren en vroegere afspraken na te kijken. Over de bevindingen en geplande acties van de werkgroep werd duidelijk gecommuniceerd met de rest van het personeel via het schoolwerkplan en op elke personeelsvergadering. De werkgroep koos ervoor een positief verhaal te brengen en geen klaagzang. Het proces ging stap voor stap zodat iedereen mee was in het verhaal. Bij de afronding van de eerste fase werd er een pedagogische studiedag georganiseerd waarop sprekers werden uitgenodigd om te vertellen over kansarmoede in het onderwijs. Tijdens de klassenraad werd de totale schoolrekening doorgelicht en kwamen er voorstellen vanuit het personeel om het onderwijs goedkoper te maken. Als startschot bood de school niet zoals gewoonlijk een warm middagmaal aan als afsluiter, maar werd het personeel gevraagd om met een budget van 2,50 een middagmaal te verzorgen voor een collega. Het uitgespaarde geld werd aangewend voor de aankoop van beamers. De implementatie en bijsturing van de verbeteracties gebeurde heel geleidelijk, actie per actie, niet alles ineens. Er werd rekening gehouden met feedback, reacties en weerstand uit het team. Het was essentieel om een draagvlak voor de nieuwe ideeën te creëren. De juiste attitudevorming is even belangrijk als het uitrollen van de verbeteracties. In het kader van het GOK beleid kreeg een collega één GOK-uur per week om telkens op zoek te gaan naar de goedkoopste materialen voor bijvoorbeeld STV en PO.
Van 2008 tot 2012 was de school vooral bezig met het vastleggen en verfijning van de verbeteracties. In die periode werden er weinig nieuwe acties opgestart. Ze besteden veel energie in het herhalen van afspraken rond het kostenbeleid, het blijven werken aan de houding van het schoolteam en om instromende collega s mee te nemen in de visie. In het schooljaar 2012-2013 werd de school haar kostenbeleid geëvalueerd. Ze identificeerden twee werkpunten. 1. De werkgroep goed(koop) onderwijs kwam al een lange tijd niet meer samen. Waarom was dit? 2. De werking van het sociaal fonds moest transparanter gebeuren. De werkgroep: Met nieuwe energie werden de aanpassingen aangebracht. De werkgroep goed(koop) onderwijs werd omgezet naar de werkgroep Armoede en onderwijs met leden uit zowel de vroegere werkgroep, maar ook aangevuld met nieuwe leden (nieuwe ideeën), denkers en doeners. Het personeel kreeg een beter zicht alsook inspraak in de werking van het sociaal fonds. De school heeft geen structurele samenwerkingsverbanden. Ze werken mee met diensten en organisaties afhankelijk van een vraag of situatie die zich voordoet. De school zetelt ondertussen in de stedelijke werkgroep Armoede en onderwijs die veel partners kent en netoverschrijdend is. Binnenkort zal er in Ieper een project brugfiguren van start gaan, maar dan wel voor het basisonderwijs. Acties: De school werkt niet met een boekenfonds. Ze kopen zelf de boeken aan en verkopen ze door aan de leerlingen. Eind augustus wordt er een boekenverkoop georganiseerd waar ouders met cash of bankcontact kunnen betalen of ze kunnen in schijven via de schoolrekening betalen. Nieuwe boeken krijgen een etiket met het aankoopjaar en nieuwprijs erop vermeld. Elk jaar dat een boek wordt doorverkocht, gaat er 20% van de prijs af. Woordenboeken (vreemde talen), Bijbels, schoolatlassen en verplichte lectuur wordt door de school aangekocht en ter beschikking van de leerlingen gesteld. Wanneer een leerkracht een nieuw handboek wil invoeren moet
dit vooraf overlegd wordt met de directie (inhoud, prijs). Voorbeeld email: Beste directie, In 2014 is het handboek aardrijkskunde 3de graad waar de leerlingen nu mee werken niet meer verkrijgbaar. (Wereldvisie - graadshandboek). Na overleg met Mevr. Janssens zou ik ook in de derde graad overschakelen op de werkmappen van WDM. Deze worden nu al in de eerste en tweede graad gebruikt. De leerlingen zijn de didactische aanpak van WDM dus gewoon. Sofie is tevreden over de kwaliteit van de reeks. Dit heeft als bijkomend voordeel dat er geen handboek moet aangekocht worden en dat er geen eigen cursus meer wordt gekopieerd (hoogstens enkele aanvullingen of toepassingen voor de eigen streek). Het zou dus goedkoper zijn voor de leerlingen. Kan het voor jullie dat ik stappen onderneem om over te schakelen? Met vriendelijke groeten, Pauline Claes Ouders en leerlingen kunnen signaleren wanneer handboeken te weinig gebruikt worden. In samenspraak met de leerkracht kan het handboek afgevoerd worden of moet het efficiënter gebruikt worden. Voor afdelingen met duur materiaal wordt de betaling gespreid over verschillende jaren. De leerlingen 2de jaar Haarzorg huren hun materiaal tegen 25 per jaar. Bij schoolverlaters koopt de school het materiaal over en wordt het tweedehands ter beschikking gesteld van nieuwe instromers. Bepaalde dure zaken zoals oefenhoofden, handhaardrogers en permanentwikkels worden door de school aangekocht en ter beschikking gesteld van de leerlingen. Naast
een boekenlijst is er ook een materiaallijst voor de verschillende richtingen. Hier probeert de school de kostprijs voor de leerlingen te drukken door het materiaal via een groepsaankoop te doen. Het gaat om serveerkledij, stagekledij en salonkledij. Fotokopieën worden zoveel mogelijk beperkt. De school werkt met een registratiesysteem (Papercut) waarbij de directie weet hoeveel kopieën gemaakt wordt door elke leerkracht. Er wordt altijd recto-verso gekopieerd en er moet toestemming worden gevraagd om kleurkopieën te maken. De school doet een groepsaankoop van rekenmachines samen met de andere scholen van de scholengroep. Leerlingen kunnen de rekenmachines dan aan een goedkopere prijs van de school kopen. De rekenmachines krijgen, zoals bij de boeken, een etiket met de aankoopdatum daarop. De school werkt met twee types rekenmachines: een eenvoudiger en goedkoper rekenmachine voor de eerste graad en een duurdere voor de hogere jaren. Schoolverlaters kunnen hun rekenmachine tweedehands aan de school terug verkopen. Voor de studiereizen bestaan er vaste afspraken over de bestemming en kostprijs voor elk leerjaar. De school heeft besloten om de buitenlandse schoolreizen (Parijs, Canterbury, Berlijn, Rijsel, Barcelona) aan te houden omdat het een belangrijke educatieve meerwaarde heeft, ook voor de leerlingen met een armoedeproblematiek. De school doet veel inspanningen om te zorgen dat alle leerlingen mee kunnen op reis. Ze houdt verkoopacties (pralines, koekjes) om geld in te zamelen. Ouders kunnen de betaling in verschillende schijven doen en als laatste optie, kunnen ze beroep doen op het sociaal fonds. De school houdt sportdagen betaalbaar. Verplaatsingen worden zoveel mogelijk met de fiets of te voet gedaan. (De school heeft een aantal schoolfietsen dat ze ter beschikking stelt aan haar leerlingen.) De schoolrekening: Schoolfacturen worden over vijf betalingen per jaar verspreid. Boeken worden cash of via Bankcontact betaald en kunnen ook, indien
de ouders dit wensen, via de schoolrekening in schijven worden afbetaald. Ouders kunnen ook via domiciliëring betalen (238 op 820 leerlingen hebben gekozen om het langs deze weg te doen). Indien de domiciliëring mislukt, schrijft de school een brief naar de ouders om hen te verwittigen zodat ze een rappel kunnen vermijden. Wanneer er tegen juni nog openstaande rekeningen zijn, krijgen de ouders een herinnering. Is er na één maand nog altijd geen betaling, krijgen ze een rappel ( 2,50 rappelkosten wordt aangerekend). Bij openstaande rekeningen van het voorbije schooljaar krijgen ouders een tweede rappel ( 5 rappelkosten) met een begeleidende brief met daarin een voorstel tot betaling/afbetalingsplan. Als er nog altijd geen reactie komt, wordt de ouders een aanvraag tot oproeping voor verzoening op het vredegerecht gestuurd (dit is kosteloos voor zowel de school alsook de ouders, de zitting gebeurt achter gesloten deuren). De vrederechter doet een voorstel van een afbetalingsplan. Sociaal Fonds: De school zal in sommige uitzonderlijke situaties specifieke hulp aan kansarme gezinnen/leerlingen bieden: Enkele leerlingen eten gratis warm op school. In noodsituaties krijgen leerlingen kledij, ingezameld door het personeel. Enkele leerlingen krijgen hun basismateriaal van de school. Er wordt als tussenpersoon gefungeerd met het OCMW of lokale Welzijnsschakel. Studiereizen worden voor leerlingen die het thuis financieel moeilijk hebben gedeeltelijk of helemaal betaald door de school. Busabonnementen worden gedeeltelijk of helemaal betaald door de school. Enkele leerlingen krijgen korting op de schoolrekening (30%). De school beschikt over een sociaal fonds dat wordt gespijsd door giften, de ouderraad, personeel, de opbrengsten van de kerstmarkt en acties van de pastorale werkgroep. Vroeger werd het sociale fonds enkel door de directeur beheerd, maar het personeel heeft gekozen voor een transparantere werking. Nu is er een beperkte werkgroep (directie, leerkracht, leerlingenbegeleidster, administratief medewerker) die zich bezig houden met het sociaal fonds. Het blijft een delicate oefening en de werkgroep moet altijd met de nodige
discretie handelen. De fondsen zijn uiteraard niet onbeperkt en sommige mensen durven ook geen hulp te vragen. De school doet veel inspanning om haar communicatie op een duidelijke en begrijpbare manier te laten gebeuren. Brieven worden in een eenvoudige en duidelijke stijl opgemaakt. Het telefoonnummer van de klassenleraar wordt in alle agenda s genoteerd. De school probeert laagdrempelig te werken, ook op haar oudercontacten. De klassenleraars vullen na het oudercontact in het leerlingenvolgsysteem in wie aanwezig was en wie niet. Bij opeenvolgende afwezigheden wordt er door de klasleraar telefonisch contact opgenomen met de ouders. Vaak worden ouders ook vanuit de leerlingenbegeleiding naar school uitgenodigd voor een gesprek. Bij veel van die gesprekken is ook de klasleraar aanwezig. Communicatie met de ouders gebeurt hoofdzakelijk nog per brief en niet via mail of Smartschool. De school is trots op de veranderingen die ze over de jaren heen heeft gerealiseerd om te komen tot waar ze vandaag staan. Toch moet het thema actueel blijven en vraagt dit een constante alertheid en inspanning om nieuwe leerkrachten ook op de kar te krijgen.